donderdag 11 december 1986
Uitgave: Vereniging voor Vreemdelingenverkeer Bad Callantsoog,
Jewelweg 8 - Postbus 10 - 1759 ZG Callantsoog - Tel. 02248-1541
Red.: Mevr. C. H. KLOOSTERBOER-ISAKSSON, Prévinaireweg 4A
Tel. 02248-1323
Druk: PLUKKER, SCHAGEN Telefoon 02240-13034
De "Visserman"
Geloof, hoop en liefde
Een mens vraagt zich wel eens af, hoe het moge
lijk is dat er geen einde komt aan alle ellende in
de wereld. Men hoeft maar de krant op te slaan,
radio of televisie aan te zetten en men wordt over
spoeld door narigheid, hongersnood, natuurram
pen, rebellie, opstand, oorlogsdreiging enz. De
agressie is niet alleen in de wereld ver van ons,
maar ook rondom ons te bespeuren. De grond
vesten, de principes, de verworven zekerheden
worden soms met één slag de bodem in geboord.
De christelijke religie spreekt over "het einde der
tijden" is nabij, de antichrist komt. De parapsy
chologen menen dat het "Aquarius tijdperk" zijn
intrede doet, hetgeen volgens die groepering niet
zonder strijd gepaard gaat.
Hoe het ook zij, de geestelijke waarden in het le
ven nemen schrikbarend af. De kerken stromen
leeg en dat is niet alleen te wijten aan het volk der
gelovigen. De verdeeldheid is groter dan ooit on
der de geestelijkheid, speciaal op het gebied van
het geloof, de moraal en de politiek. De zo groot
se oecumenische gedachte heeft niet geleid tot een
eenheid.
In de Kerstnacht wordt er wel gezongen "Komt
allen te samen" en tijdens de nachtmis staat men
stil bij "de Heilige Maria en Jozef, het Kindeke
Jezus en God de Vader" en klinkt het Kyriëleis,
het "Heer, erbarm U" door de kerk, maar daar
na
Men vervalt weer in het oude levenspatroon. De
meeste westerse volkeren geloven nog wel enigs
zins in God. Maar als die God volgens de bijbel
Almachtig is en een God van Liefde dan had Hij
toch veel, zelfs alles wat ellende brengt, kunnen
verhinderen, sterfgeval, verdriet, narigheid,
werkloosheid, echtscheiding, alcohol en drugs
verslaving en ga maar door. Men wil wel in een
God geloven, maar dan moet Hij wel doen wat
wij van Hem verlangen.
Het boek "Als 't kwaad goede mensen treft" be
schrijft de strijd, de verbittering, de woede die
een vader doormaakt, nadat hij gehoord heeft
dat zijn kind jong zal sterven. De vader vraagt
zich af waarom dat leed juist hem moest treffen.
Hij vindt in z'n hart dat hij beter verdiend had.
Door de moeite die hij heeft om zijn verdriet te
verwerken krijgt hij problemen om te geloven in
Gods goedheid.
Ziekte en dood zijn geen zaken die ons door God
aangedaan worden. Het ligt in het leven besloten
dat de mens geboren wordt en moet sterven, de
periode daartussen kan voor de één van korte,
voor de ander van lange duur zijn. De laatste tijd
komen veel uit het Amerikaans vertaalde boeken
over onderwerpen als positief denken en hande
len op de Nederlandse markt. Het merkwaardige
van die uitgaven is, dat praktisch in ieder hoofd
stuk naar bijbelteksten verwezen wordt.
Onlangs stond in een der dagbladen een artikel
over Wayne Dwyer, een Amerikaan die veel van
dit soort bestsellers op de markt brengt. Zijn laat
ste boek: "Prettige Feestdagen" geeft een manier
aan om door naar de positieve kant van het leven
te zien, ook de feestdagen voor eenzamen tot een
blij gebeuren zullen behoren. Tegen het eind van
het jaar moeten veel mensen een geestelijke de
pressie doormaken, welke ook nog dikwijls tot li
chamelijke klachten leidt. Die mensen denken te
veel aan alles van vroeger, hoe mooi het toen was.
Natuurlijk zullen mensen die het verlies dragen
van één van hun familieleden, man of vrouw, va
der of moeder, kind, broer of zuster de komende
Kerstmis en Oudejaar niet als een van de vro
lijkste feesten zien. Maar het leven gaat verder.
Er zijn mensen die dat niet kunnen accepteren.
Zij koesteren hun problemen, verdriet, ziekte als
een grote schat, maar vergeten dat zij daardoor
zichzelf afsluiten. Men moet niet terug zien, maar
vooruit kijken. Men kan er niets aan veranderen.
Het enige dat veranderd kan worden ben jezelf.
Een oud Chinees verhaal gaat over een vrouw, die
haar enige zoon verloren heeft. Zij gaat naar een
"Heilige Man" en smeekt hem door zijn tover
kracht te gebruiken haar zoon weer tot leven te
brengen. De man, de tovenaar, antwoordt haar:
"Haal voor mij een mosterdzaad uit een huis
waar het verdriet nooit binnen ging".
Met andere woorden, lijden moeten we op z'n
tijd allemaal. Als er één volk op aarde gedurende
de gehele geschiedenis geleden heeft, is dat wel
het volk der Joden. Toch zongen zij in balling
schap:
"Zolang nog de stenen van d'aloude Tempel
muur
Door de boet'ling wordt betreden in 't nabije
stervensuur,
Zolang zal die hoop niet sterven, die
ons volk houdt opgericht
Om het land weer te beërven, waar
Jeruzaleim ligt"
Het geloof bleef, ondanks al het verdriet.
Er is een verhaal in Finland, misschien uit nood
geboren. Het speelt zich af in de jaren '39-'40,
toen de Russen met grote overmacht het kleine
Finland de oorlog verklaard hadden. De Russi
sche divisies hadden een Fins leger omsingeld. Er
was voor de zich dapper verzettende Finnen geen
ontsnappen mogelijk. De Finnen hadden om hulp
gebeden. Midden in de nacht zagen zij een groot
wit licht, een engel, die met uitgestrekte vleugels
boven het kamp hing. De Russen hadden, hoewel
op geringe afstand de door hen omsingelde Fin
nen niet kunnen vinden.
Veel mensen zullen denken een aardige annecdo-
te, maar zo vreemd is het niet. Als men bedenkt
dat mensen die een bijna verstikkingsdood, een
bijna verdrinkingsdood, mensen die klinisch
dood verklaard zijn of een zware operatie onder
gaan hebben ook spreken van een wit licht, waar
door zij beschermd en geholpen werden, om weer
terug te keren naar het leven op aarde.
Als men God ziet als St. Nicolaas, die alles geeft,
kan men geen wonder verwachten. Als men niet
gelooft in engelen, kan men niet beschermd wor
den, iets wat men denkt dat er niet is, kan geen
hulp bieden.
De gehele geschiedenis, ook die in de bijbel
spreekt over de verschijning van engelen, o.a. bij
de geboorte van het Kindeke Jezus in een stal in
de landstreek Betlehem. In die omgeving waren
herders, die in de nacht in het veld de wacht hiel
den bij hun kudde. Opeens stond er een engel bij
hen, waardoor ze verbijsterd van schrik waren.
Het werd overal licht en de engelen zongen: "Ere
zij God", "Gloria in Excelsis Deo". De herders
gingen op het licht af en vonden Maria en Jozef
en hun Kind. Zij knielden voor het Kindeke neer.
De zoon van God was geboren. Ook de Wijzen
uit het Oosten, die in de sterren gezien hadden,
dat in Betlehem een Koningskind geboren zou
worden, kwamen. Zij brachten Maria, wierook,
mirrhe en goud ter ere van de geboorte van Gods
zoon, Jezus genaamd. Anderen die van de zang
der engelen hoorden en over het Godskind, wil
den geen koning in een stal. Zij sloten hun hart.
Zo vergaat het ons, mensenkinderen heden ten
dage nog. Wij sluiten ons hart, we geven graag
God of een ander de schuld van ons verdriet. We
willen niet accepteren, niet geloven, niet hopen en
niet de echte liefde geven.
Toch vieren we ieder jaar sinds het begin van on
ze jaartelling het kerstfeest. Het feest dat Jezus
geboren werd in de kerstnacht. Ieder jaar op
nieuw zullen de engelen verschijnen voor herders
en Wijzen, voor het gelovige en ongelovige volk,
voor de geestelijken en de geleerden, voor allen
die willen geloven, hopen en in liefde willen le
ven.
Moge geloof, hoop en liefde met Kerstmis en in
de toekomst tot een betere wereld leiden voor alle
mensen van Goeden Willen.
Gezegend Kerstmis.
Ik heb vannacht gedroomd, o Heer
dat alle mensen lachten,
en onbekommerd, onbezorgd
de nieuwe dag verwachtten.
Ik heb vannacht gedroomd, o Heer,
dat veten bleven rusten,
en dat mijn buurman, vol berouw,
zijn vrouw weer teder kuste.
Ik heb vannacht gedroomd, o Heer,
dat alle journalisten,
de waarheid schreven in hun krant,
en niet meer dan ze wisten.
Ik heb vannacht gedroomd, o Heer,
dat op de drukste straten,
de auto 's stopten voor een kind,
om het veilig door te laten.
Ik heb vannacht gedroomd, o Heer,
dat alle mensen lachten,
maar toen ik wakker werd, sprak Gij:
dat komtnog even wachten.