De Landdag van den Provincialen
Landstand
De boer oog steeds slaitpost op de begrootiog
Geldige bonnen voor voedingsmiddelen
HdjacMKai-Kai
Nieuwe samenstelling van
de bedrijfsorganisaties
noodig
Vervolg.
Boerenleider Roskam spreekt.
Toen na een pauze de volksdan-
«ers nogmaals met groot succes
waren opgetreden, was het woord
aan den boerenleider E. Roskam,
die met hartelijk applaus werd be
groet.
Deze tijd va* bxt jaar, aldus be
gon hij, is wel geëigend om even
terug te zien en ons voor te berei
den op wat komt. Ër is gezaaid en
geoogst en er moet worden ge
ploegd. Wie als de boer zijn leven
heeft verbonden aan de natuur,
weet dat na den zomer de herfst
komt en hij beseft de grootheid van
den Schepper, die den herfst laat
volgen op den zomer, die doodt op
dat het nieuwe kan komen. Die
kracht hebben wij noodig in den
strijd, die ons wacht voor het va
derland.
Da tijd drukt zwaar op den
boer.
Denkend aan den tijd, toen wij
den strijd opnamen tegen de mach
ten, die ons knelden, belogen, ver
kochten en verrieden, stond mij, zoo
ging spr, voort, het ideaal voor
©ogen-, dat eens alle onrecht zou
worden uitgewischt En nu drukt
zwaar de tijd op den boer: de vee
stapel is voor een groot deel afge
slacht, het crisisapparaat, dat een
hoon was voor den hoer, werkt nog
steeds op volle kracht, het kapita
lisme is rfog niet gebroken. Zeker,
de boer wordt wel geëerd als de
man die zorgt voor de voedsel
voorziening, maar dat is gen liefde,
die verstikt. Is het niet zóó, dat
men zich weer gereed maakt om
het spel van vóór deze oorlog weer
voort te zetten? Waarom moet de
hoer zijn koe leveren voor de helft
van wat zij hem heeft gekost?
De strijd, dien wij jaren geleden
aanbonden, was niet in diepste we
zen een worsteling om een betere
prijzenpolitiek, maar èen strijd voor
onzen ouden boerenaard. die niet
bukken wil daa alleen voor den
Schepper.
Het goede komt.
Deze jarenlange strijd heeft ons
gestaald eenerzijds, ma_ar ander
zijds ons doen vervlakken. Laten
wij het belijden, bij al.' ons praten
over boerenrecht en hoereneer en
bij ons leven van den Schepper, wij
hebben vaak onzen boerenaard ver
loochend. Wij waren vaak'klem en
te zeer vervreemd van onzen wa
ren aard om de werkelijkheid van
het leven te zien. Die werkelijkheid
is, dat het goede komt, niettegen
staande de menschen. Wij kunnen
wel zaaien en ploegen, maar de
groeikracht komt door een macht,
die boven ons staat. Ditzelfde geldt
ook voor het economische deel van
ons vaderland. Wij moeten daar
om de ridhtlijpen voor den opbouw
van ons vaderland vinden in het
hoerendom.
Wij vochten tegen de liberale
landbouwpolitiek van import en ex
port, die ons afhankelijk maakte
van het buitenland en die ineen
gestort is door den oorlog, en dus
niet door ons optreden. Wij moe
ten er dankbaar voor zijn. dat
daardoor thans inderdaad de boe
ren weer het centrum zijn van het
geen moet gebeuren, de grondslag
voor den opbouw van het vader
land. Wij vochten tegen een regeer-
systeem van democratie en klasse-
waan, tegen Zwanenberg c.s. en
hun satellieten en die zijn hu voor
een groot deel gevlucht. Enkelen
hunner zitten nog in het gestoelte
der eere, maar is hun kracht nog
wel groot? Er is toch een Landstand
gekomen en andere publiekrechte
lijke lichamen, die gegrondvest zijn
op de beginselen van wat wij 'be
lijden. Hun uren zijn geteld, de dag
der wrake komt.
Zouden wij niet zoo krachtig en
standvastig zijn om de oude ge
slachten bij de hand te vatten en
na te volgen? Zijn wij zoo weinig
nog boer om niet met vol vertrou
wen te kunnen wachten op den
tijd, die alleen de Voorzienigheid
bepaalt? Als de tijd, rijp is, kan
men dien niet keet-en. Het is onze
taak niet om het koren te laten
groeien, maar om het onkruid te
wieden.
Eenmaal was ons volk sterk....
Zoo moet de stem van de boeren
klinken in deze landen. Eenmaal
was ons volk sterk, dat was toen
het leefde naar de stepi van-het
hoerendom. De gêest van het oude
hoerendom bepaalde de richtlij
nen van de regeering, wij waren
toen nog één in het groote Ger-
maansche Rijksverband. De sche
pen voeren over alle zeeën en*toen
werden in Oost-Europa duizenden
hectaren woeste grond in vrucht
bare landouwen herschapen. Tus-
schen Elbe en Wolga hebben onze
boeren mede den grondslag gelegd
voor de kracht van het Duitsche
volk.
In den 80-jarigen oorlog, kreeg ons
volk zijn stempel en zóó willfn wij
zijn en blijven: de oude boeren-
kracht doen uitstralen, dat is de
stem van den Nederlandschen boer
voor den opbouw van ons vader
land.
Na de 16e eeuw .keerde ons volk
zich af van die boerenkracht, het
kapitalisme kreeg de overhand en
als slot daarvan kregen we Mei
1940.
Indië en Amerika.
Spr. weidde hierna even uit over
hetgeen Nederland in Indië heeft
gewrocht en besprak voorts de emi
gratie van duizenden boeren naar
Amerika, waardoor al dezen, van
de beste Nederlanders zijnde, ten
gronde gingen in het land van den
dollar.
Thans trftedt het hoerendom op
nieuw bewust naar voren. Duitsch-
land trok met zijn legers naar het
Oosten en ook onze jongens trek
ken mee, wat een eer is voor ons
volk. De Landstand is gekomen en
klaar om de noodzakelijke dingen
te doen. In onze strejtén is gebouwd
uit het diepste van onze boerenziel
en daarom zijn wij geroepen om ons
volk voor te gaan naar een gemeen
schap, die duizenden jaren stand
zal houden.
In geloof zijn wij begonnen, in
godsvertrouwen hebben wij gear
beid, de overwinning hebben wij in
ons hart gedragen. Veel is er ge
beurd, maar wij hebben ons geloof
niet verloren en als eenmaal onze
levensavond daar is, zullen wij on
ze liefde meedragen in de eeuwig
heid.
(Daverend applaus.)
TWEEDE REDE VAN J. SAAL.
Waarvoor de Landstand op de
bres staat.
Hierna kreeg de heer Saai voor
de tweede maal het woord. In dit
deel van zijn rede sprak hij speci
aal over de technische en practische
zaken, die de boer dagelijks in zijn
bedrijf ondervindt en waarvoor de
Landstand op de bres staat. Hij be-
Son met op te merken, dat ieder,
ie nuchter en zakelijk de/ groote
worsteling in het wereldgebeuren
gadeslaat, zal moeten erkennen, dat
er in de wereld iets verandert en
dat een eensgezind Europa bezig is
onder bloed en tranen geboren te
worden. Het Nederlandsche volk
blijft van de barensweeën niet ver
schoond. Boeren en tuinders maken
moeilijke tijden door. er worden
groote offers gebracht, en onder de
andere groepen van ons volk zien
wij dezelfde moeilijkheden. We
moeten dezen tijd doormaken en
daarom moeten we elkaar helpen en
steunen. En juist hieraan hapert
nog veel. Er zijn altijd nog lieden, j
die zich op de ruggen van anderen
omhoog werken en trachten zich te
verrijken. Het is daarom zeer goed.
dat er paal en perk wordt gesteld
aan het opdrijven der landprijzen
en de pachtsommen en dat er veror
deningen zijn gemaakt ter bescher
ming *van den bodembewerker. De
grond- en pachtkamers hebben
thans gelegenheid te toonen hoever
hun sociaal inzicht gaat. Niet altijd
werken hier de meest geschikten en
sociaal voelenden mede en daarom
zal het goed zijn dat aan den Land
stand hierin wat méér medezeggen
schap wordt gegeven. De ontvangst
van de menschen van den Land
stand. die als „toehoorders" zijn
aangesteld, is over het algemeen
niet zoodanig, dat wij kunnen zeg
gen. dat de voorzitters van grond
en pachtkamers een hoogstaande
houding aannemen. Zij zijn blijk
baar zóó weinig practisch en zóó ju
ridisch' aangelegd, dat het geheel
eronder te lijden heeft. Maar dit
zal wel een kinderziekte van voor
bij gaanden aard zijn.
De afd. Voortbrenging van den
Landstand, welke het meest van
zich doet spreken, heeft zeer veel
te doen met de land- en tuinbouw-
consulenten. Spr. gaf als zijn bedoe
ling aan. deze samenwerking zoo
veel mogelijk te bevorderen. Hii
hoopte dat bij det consulenten en de
assistenten ook de wil tot samen
werking aanwezig zou zijn in het
belang van land- en tuinbouw in
Nederland.
Een andere moeilijkheid voor de
boeren is de oproep tot het omleg
gen van een deel van het grasland
tot bouwland. Als practische boer.
die met dezelfde moeilijkheden
kampt, rid spr. aan er niet over te
mopperen, maar te doen wat mo
gelijk is om de kansen voor onze
voedsOTvöorziening zoo gunstig mo-
;elijk te maken. Door samenwer-
:ing en een goeden geest onder de
boeren is het mogelijk ermee klaar
te komen. Wanneer bij de boeren
het woord „burenplicht weer wordt
wakker geroepen en men niet zeurt
over pro- of anti. dan zullen de
6600 bunder grasland, die moeten
worden omgeploegd, ook werkelijk
bouwland worden. Wanneer wij. als
boeren, door alle moeilijkheden
heen. onzen plicht doen. kunnen wii
van het Nederlandsche volk ei-
schen dat wij ook ons recht krij
gen.
Spr. ging na hoe en waar de be
zwaren ftegen den scheurplicht wor
den behandeld en deelde mede. dat
binnenkort de commissie bij den
plaatselijken bureauhouder met
door hem aangestelde boeren aan
gevuld zal worden. Thans zijn er 42
commissies in Noord-Holland, maar
er behoorden er evenveel te wezen
als er dorpen zijn. De commissie
moet dan bestaan uit de leden van
den dorpsboerenraad. waarvan er.
uit ieder dorp één lid wordt afge
vaardigd naar den plaatselijk^n bu
reauhouder. Dit is een wen l h. die
in den komenden tijd vervuld dient
te worden.
De reorganisatie, welke thans
plaats vindt bij het bureau Voedsel
voorziening in Oorlogstijd, is wel
een der meest urgente kwesues.
waarbij de Landstand betrokken is.
Over de bedrijfsorganisaties spre
kende. zei de heer Saai. dat daarin
boeren zitting moeten hebben, die
positief met den Landstand samen
werken. want daarin wordt over het
wel en wee van de boel-en beslist.
De wijze, waarop tot heden in die
organisaties met de materieele be
langen der boeren wordt omgespron
gen, kon spr. niet bekoren, omdat
het vaak de handels- en kooplieden
zijn. die met het grootste brok van
de winst gaan strijken.
De boer wordt de sluitpost op de
begrooting. dat is nog net zoo als
vroeger. Het zal onze taak zijn. dit
anders te maken en u allen roep ik
op om daarvoor te strijden, zei spr.
Wij krijgen slechts ons recht, als wij
onzen plicht dooen. en dat is door
onze organisaties zoo hecht en sterk
te maken als mogelijk is. De funda
menten hiervopr zijn geleed door
onze afdeeling Voortbrenging goed
te organiseeren. Hieruit moeten de
medewerkers komen, die straks de
belangen der boeren in de bedriifs-
schappen zullen verdedigen.
Den Landstand in Noord-Holland
zullen wij met elkander hand in
hand versterken en opbouwen. Op
houden of teruggaan, dat nooit! Ën
dat is ook niet noodig. De vroegere
organisaties passen niet meer in de
zen dynamischen tijd. Nu is het
woord en waar mogelijk ook de
daad aan den Landstand, die leeft
en marcheert. Hij bouwt aan de een
heid van ons volk en ik roep u op
om aan die eenheid mede te bouwen
Deze dag. dit winterappel, zal de
inzet zijn voor onzen verderen op
bouw. Wij' vragen méér medezegen
schap en zullen die krijgen! Maar
dan dienen wij ook een voorbeeld
te ziin voor de anderen, buiten on
ze rijen.
Wij bereiden de toekomst voor
onze kinderen en kindskinderen.
Zoo doen wij onzen plicht voor een
beter Nederland en werken wii mee
aan het geluk va*} onze Germaan-
sche volkeren, aan den opbouw van
een gelukkig Eurooa!
Ook op deze rede volgden luide
blijken van instemming.
Het nogmaals optreden van het
vrouwenkoor vormde het slot van
het programma. De drie nog gezon
gen liederen oogstten veel succes.
Per microfoon werd een woord
van sluiting gesproken. De spreker
bracht dank voor het bezoek, spe
ciaal aan de autoriteiten en hij be
sloot: De toekomst zal zijn een
strijd voor allen, want alleen een
volk dat weet te strijden, zal in het
nieuwe Europa kunnen voortbe
staan.
De zeer goed geslaagde landdag
was hiermede afgeloopen.
Officieele mededeeliogeo
TEELT VAN TUINBOUW-
GEWASSEN IN 1943.
De regeeringscommissaris voor de
bodemproductie maakt bekend, dat
voor het telen van tuinbouwgewas-
sen in 1943 de volgende bijzondere,
voorschriften zullen gelden:
a.) Voedingsgewassen.
Groenten en fruit onder glas.
Alle teeltvergunningen, welke in
1942 geldig waren, blijven in 1943
van kracht. Voor het verwarmen
van een tuinbouwbedrijf moet de
teler in het bezit zijn van een ver
gunning. af te geven door den rijks-
tuinbouwconsulent, binnen wiens
ambtsgebied het bedrijf is gelegen.
In alle kassen en warenhuizen, uit
gezonderd speciale komkommerkas-
sen. moet voor het hoofdgewas
een voorteelt van daarvoor in aan
merking komende groentengewas-
sen worden geteelt. Het telen van
aardappelen onder glas is verbo
den. tenzij in bepaalde gevallen in
verband met cultuurtechnische om
standigheden de inspecteur van den
^tuinbouw en het tuinbouwonder-
'wijs op voorstel van den rijkstuin-
bouwconsulent vergunning voor
deze teelt heeft verleend. Van de
verplichting tot het drijven van een
voorteelt wordt in het algemeen
geen ontheffing verleend, behalve
voor kassen en/of warenhuizen,
waarvan het grondoppervlak geheel
met een meerjarig gewas is bezet.
Het telen van plantmateriaal onder
glas wordt met een voorteelt gelijk
gesteld. Met het uitplanten van to
maten onder glas mag niet worden
begonnen voor 15 Maart 1943. Met
het zaaien van komkommers mag
niet worden begonnen voor 30
JanuarL1943.
Groenten in den vollen grond
en vroege .aardappelen.
Alle vergunningen voor het te
len van groenten en/of vroege aard
appelen. welke in 1942 geldig wa
ren. blijven in 1943 van kracht. Aan
geslotenen bij de Nederlandsche
Groenten- en Fruitcentrale en bij de
Nederlandsche Sierteeltcentrale, als
mede landbouwers, aangesloten bii
Landbouw-Crisis-Organisatie.
de
kunnen bij de afdeeling tuinbouw
van de L.C.O. een aanvrage indie
nen om een teeltvérgunning voor:
a. groentengewassen in den vollen
grond; b. vroege aardappelen met
of zonder nateelt van groenten. Bo
vendien kunnen landbouwers, aan
gesloten bii de L.C.O.bij de afdee
ling tuinbouw van die organisatie
een aanvrage indienen om een ver
gunning voor het telen van groen
tengewassen. als nateelt na een
landbouwgewas, dat vroegtijdig
wordt geoogst of is mislukt.
Groentenzaden.
De door den Nederlandschen al-
gemeenen keuringsdienst voor
groentenzaden erkende telers van
groentenzaden kunnen voor eigen
rekening deze zaden telen, mits de
beteelde oppervlakte, zoo spoedig
mogelijk wordt opgegeven aan de
Nederlandsche Groenten- en Fruit-
Centrale. Bij den N.A.K.G. aange
sloten zaadhandelaren mogen met
land- en tuinbouwers overeenkom
sten voor het telen van groenten
zaden afsluiten. De zaadhandelaar
is verplicht deze overeenkomsten bij
de .Nederlandsche Groenten- en
Fruicentrale te doen registreeren en
wordt als de teler aangemerkt.
Fruit in den vollen grond.
Op de oppervlakte, welke recht
matig wordt gebruikt voor het telen
van fruit in den vollen grond, mo
gen in 1943.1 voorzoover zulks mo
gelijk'is. groentengewassen worden
geteeld. De met groenten beteelde
oppervlakte moet zoo spoedig moge
lijk aan de Nederlandsche Groenten
en Fruit-Centrale worden medege
deeld. Het voor 1942 uitgevaardigde
verbod van het inzaaien van gron
den in boomgaarden met gras blijft
voor 1943 van kracht. De teler is
verplicht öp de gronden in boom-'
gaarden, voorzoover zulks naar het
oordeel van den rijkstuinbouwcon-
sulent mogelijk is. land- of tuin-
bouwgewassen te telen. Ook van
deze met groenten beteelde opper
vlakte moet .zoo spoedig mogelijk
een opgave aan de Nederlandsche
Groenten- en Fruit-Centrale wor
den ingezonden.
b.) Siergewassen.
Bloemen en planten.
Op de in de teeltvergunning voor
1942 aangegeven oppervlakten mo-
ELK DER
VOLGEND!-
BONNEN
GCEFT RECHT OP
HET KOOPEN VAN
i Oet tm. 10 Oct 1942.
51A Brood
51B Brood
51 Beschuit
51A Vleesch
51B Vleesch
51A Aardapp:
51B Aardapp,'
51 Melk
1-57,2-57 Res.
51 Tabak
51 CigaV%
4 rants. brood of
V2 rants. gebak
1 rants. beschuit,
brood of gebak
1 rants. vleesch of
Vz rants. vl.waren
2 kg. aardappelen
1 kg. aardappelen
1%. liter melk
11. taptemelk
1 rants. tabak
1 rants. Cigaretten
4 Oct. t.m. 31 Oct. 1942.
402 alg.
403 alg.
404 alg.
405 alg.
406 alg.
407 alg.
397 t.m. 399 alg.
406 t.m. 411
alg.
4-57,4-58 res.
51.53 versn.
53.54 versn.
1 Kg. suiker
1 rants. jam
125 gr. peulvruchten
125 gr. havermout
250 gr. gort
100 er. verm./maiz.
1100 gram kaas
1 rants. bloem, brood
of gebak
250 gr. rijst
100 gr. chocolade
100 gr. suikerwerk
4 Oct. tjn. 28 Nov. 1942.
400 alg.
i 250 gr. koffiesurrogaat.
25 Sept. t.m. 6 Oct 1942.
48 boter
48 vet
Vt rant. boter
rants. boter
13 Sept t.m. 11 Nov. 1942.
2-61, 2-62
3-61, 3-62
4-61
114 rants. boter
rants. boter
H rants. boter
Beschikbaar per persoon
0 t/m I 4 t/m 114 t/m| vol- I een
3 jaar 13 jaar 20 jaar wass. heid
in tijdvak van één week
5
18
22
18
rantt
4
rants.
1%
3
3
3
rants.
2
4
6
4
kg-
1
1
1
1
kg-
b'/4
3'/7
liter
lJ/4
l3/<
liter
2*
rants.
rants.
tijdvak van vier weken
1
1
1
1
kg
1
1
I
1
rants.
125
125
125
125
eram
125
125
125
125
gram
250
250
250
250
gram
100
100
100
100
gram
300
300
300
300
gram
4
4
4
4
rants
500
gram
200
200
210
2C0
gram
200
200
2C0
200
gram
in tijdvak van acht weken
250
250
250
250
gram
Gemiddeld per week
DIVERSE ARTIKELEN.
Tijdvak
02 petroleum
01 t/m 05 B.V.
brandst
01, 02, 03, 04 K F
brandsl
M textiel (mann.)
2 L. pretroleura
1 eenh. brandst.
1 eenh brandst
'geen anthrj
45 gr. scheerzeep 80
23 Aug. 1942
11 Mei 1942
div. data
Sept. 1942
31 Dec. 1942
30 Apr. 1943
31 Dec. 1942
OPMERKING: Niet meer geldig:
Na Zaterdag 3 Oct.: 49 Brood, Beschuit, Vleesch, Aardappelen,
Melk, Tabak, 52 Reserve (Taptemelk) 377 Alg., 382 t.m. 390 Alg--,
392 t.m. 395 Alg., 46, 47, 48, *9 Versn., 4-49, 4-50 Reserve.
Verlengd: t.m. Zaterdag 31 Oct.: 370, 271 Algemeen (Zeep), M.-
Zeep, M-toiletzeep.
Mann. personen van 18 jaar en ouder.
Vrouwelijke personen van 25 jaar en ouder.
FEUILLETON
door
HANS POSSENDORF
96
„Ik weet het al, u ie mede-eige
naar van een firma in Cooktown
en geen zeeroover." Dit laatste
voegde hg er met een bemoedigend
lachje voor Eromanga bij. Hij ver
moedde niet-, dat haar zichtbare
zenuwachtigheid een diepere oorzaak
had. „Maar waarom heeft u zich niet
aan de voorschriften gehouden? Uit
uw btuurman kunnen we geen ver
standige verklaring over het doel
van uw reis hierheen krijgen. Ik
moet u dus om een duidelijken uit
leg verzoeken." v
Alfano overlegde haastig dat het
wel het bester zou zijn de waarheid
te vertellen. „Ik heb zeventien jaar
geleden verscheidene maanden op
|dit eiland gewoond. Mijn vrouw is
hier gestorven. Mijn dochter ver
langde zeer om het graf van haar
moeder te bezoeken."
„Maar dat is toch geen reden om
de voorschriften te ontduiken. Of
was u soms bang, dat de overheid
in Port Vila zou weigeren u toe te
staan deze piëteitvolle daad te ver
richten
„Het is mijn schuld, comman
dant," viel Eromanga hem nu in
de rede. „Ik heb vader overgehaald
om direct koers hierheen te zetten."
„Maar waarom, miss Alfano? U
heeft daarmee een groote fout be
gaan."
„We wilden door dien omweg naar
Port Vila niet onnoodig tijd verliezen
en we dachten ook, dat die voor
schriften alleen golden -voor schepen,
die om zakelijke feden hier kwa
men."
„Dan heeft u zich vergist, juffrouw
Alfano. Ik geef toe, dat het doel van
dit voorschrift natuurlijk van poli-
tieken aard is, maar lAtzonderingen
zjjn niet voorzien."
„Commandant," zei Alfano nu, „Ik
kan niet anders doen dan u vragen
mijn schip te doorzoeken opdat u
zich kunt overtuigen, dat we geen
handelswaar aan boord hebben. De
boete zal lk onmiddellijk betalen."
„Dat is onmogelijk, mr. Alfano,
„ik heb geen recht boeten te incas-
seeren. Het schip is reeds doorzocht,
dat was mijn plicht. En het is ook
mijn plicht u met uw schip naar
Port Vila te brengen, daar kunt u
alles regelen, het zal wel los loopen,
denk ik."
„En voor welk bestuur heeft mijn
vader zich te verantwoorden?" vroeg
Eromanga, die haar best deed haar
angst te verbergen.
„Daar het jacht onder Australische
vlag vaart natuurlijk voor den Engel-
schen resident." En zich weer tot Al
fano wendend ging de commandant
voort: „Morgen vroeg varen we af.
Ik moet u een paar leden van mijn
bemanning aan boord geven. Ik ver
zoek u dat niet als persoonlijk wan
trouwen te willen beschouwen, maar
het is voorschrift."
Alfano en Eromanga stonden op.
De commandant gaf beiden de
hand en zei: „Het spijt me werkelijk,
dat ik u deze onaangenaamheden
niet besparen kan vooral niet met
het doel uwer reis naat dit eiland.
U heeft wel pech gehad hier komt
niet meer dan twee of drie keer
'Sjaars een Engelsche of Fransche
kruiser."
Dien nacht lag Eromanga nog lang
wakker in haar kooi en dacht er over
na toe ze 'zou kunnen beletten dat
haar vader het eiland Efate, den
zetel der Engelsch-Fransche dubbel-
regeering der Hebriden zou betreden.
Aan vluchten viel niet te denken,
daar er vier leden der Engelsche be
manning aan boord waren, haar va
der zou trouwens nooit voor zooiets
te vinden zijn en terecht, want hij
zou daardoor eerst recht argwaan
hebben gewekt.
Den volgenden dag bereikte men
in den middag Port Vila. Het was
in de kleine afgelegen haven altijd
een gebeurtenis als er een schip bin
nen liep en daar het hier nog boven
dien een vreemd zeilschip betrof, dat
klaarblijkelijk onder bewaking van
een kruiser werd binnen gebracht,
nam het voorval den vorm van een
sensatie aan. De geheele bevolking
was op de been toen Alfano en Ero
manga, vergezeld door den tweeden
officier, aan land gingen. Ook de ge
heele bezetting van het jacht moest
van boord gaan, daar het schip nog
maals grondig onderzocht moest
worden. Men handelde streng vol
gens voorschrift.
Er zat dus voor Rocco, Eromanga
en Robinson niets anders op dan in
een klein „hotel", een smerige keet
vol lawaaiige, drinkende gasten, een
onderkomen te zoeken. Ze verwek
ten natuurlijk hier, waar iedereen
elkaar k^nde, de grootste nieuwsgie
righeid, werden met vragen lastig
gevallen en trokken zich dus daarom
dadelijk na het avondeten in hun
slaapkamers terug.
Den volgenden dag werden Rocco,
Eromanga en Robinson b(j den En-
gelschen resident op het kleine eiland
Iriki gebracht. Alles verliep snel en
gemakkelijk. Alfano betaalde z(jn
boete, kreeg een vermaning en kon
toen gaan.
(Wordt vervolgd.)
gen in 1943 groentengewassen wor
den geteeld. Voorzoover de teler
hiervoor geen vergunning heeft van
de Nederlandsche Groenten- en
Fruit-Centrale moet de met groen
ten beteelde oppervlakte zoo spoe
dig mogelijk aan die Centrale wor
den opgegeven. Voor het verwar
men van zijn bedrijf moet de teler
in het bezit ziin van een vergun
ning. af te geven door den rijks-
tuinbouwconsulent, binnen wiens
ambtsgebied het bedrijf is gelegen.
Van de tot het bedrijf behoorende
kassen, warenhuizen en bakken
moet in 1943'ten minste 50% van de
oppervlakte met groentengewassen
worden beteeld met dien verstande,
dat nimmer meer bloemisterij ge
wassen (waaronder te verstaan alle
gewassen, onverschillig of deze voor
den handel, voor zaadwinning, als
grondstof voor het eigen bedrijf of
anderzins worden geteeld) mogen
worden geteeld dan de teeltvergun-
ning 1942 aangeeft.
De voor de teelt van groentege
wassen bestemde glasopstand, welke
op 15 December 1942 van sierge
wassen moet zijn ontruimd, wordt
door den rijkstuinbouwconsulent
aangewezen. De in de vorige alinea
genoemde verplichting geldt niet: a.
voor de op de teeltvergunning ver
melde ^osse ramen, indien deze
werkelijk als losse ramen worden
gebruikt en niet als ..as of ramen-
hok; b. voor bedrijven waarvan de
totale glasopstand, losse ramen uit
gezonderd. minder bedraagt dan 250
M2 van den werkelijk tot het be
drijf behoorende open grond moet
in 1943 ten mirfste 50% van de op
pervlakte met groentengewassen
worden beteeld. Deze verplichting
geldt niet voor bedrijven van ho
veniers en stadsbloemisten. wier
voor de teelt van siergewassen ge
bezigde oppervlakte met inbegrip
van glasopstand van ten hoogste
250 M2 minder Wedraagt dan 1000
M2. De vrijstelling van de verplichte
inkrimping van de teelt van
bloemisterij gewassen en de onthef
fingen van de verplichting tot het
telen van groentengewassen in 1942
zijn vanaf 15 December 1942 ver
vallen. Op het telen van groenten
gewassen in bloemisteriibedrMven
zijn de voorschriften van de teelt-
regeling 1943 voor groenten van
toepassing. Het door kunstmatige
warmte uit den rusttoestand
groei of bloei brengen (trekken of
forceeren) van de daarvoor in
aanmerking komende bol- en knol
gewassen. heesters, vaste planten
en potplanten is gedurende het
trekseizoen verboden tot het tijd
stip. waarop met het trekken moet
worden begonnen om het product
van 1 Maart 1943 af te kunnen ver-
koopen. Het voorhanden hebben en/
of ter veiling of op andere wijze
verkoopen van in groei of bloei ge
trokken producten, als in de vorige
zin vermeld, v o o r 1 Maart 1943 is
verboden.
Boomen en heesters.
Op de in de teelt vergunning 1942
aangegeven oppervlakten mogen in
1943 groentengewassen worden ge
teeld. De teler is verplicht om den
in zijn bedrijf vrijkomenden grond
met daarvoor in aanmerking ko
mende land- of tuinbouwgewassen
te beteelen en waar mogelijk onder-
of tuschenteelt toe te passen, zulks
naar het oordeel van den rijkstuin
bouwconsulent. Voor zoover de teler
;een vergunning heeft van de Ne-
lerlandsche Groenten- en Fruit-
Centrale moet als in de twee vorige
zinnen vermeld, de met de groen
ten beteelde oppervlakte worden
Vraagt Uw
Winkelier
to's
'Per Pat
C. KEG's Groothandel N.V. ZaandamT
De Nederlandsche Volksdienst
telt reeds 35.000 vrijwillige me
dewerkers en duizenden leden.
Blijft geen buitenstaander,
slnlt U ook aan.
opgegeven aan genoemde Centrale.
Voor het verwarmen van een bedrijf
moet de telèr in het bezit van een
vergunning, af te geven door den
rijkstuinbouwconsulent. binnen
wiens ambtsgebied het bedrijf is
gelegen. De teeltregeling voor boom
kweekerijgewassen blijft gelijk aan
die van 1942.
Bloembollen.
Op de in de teeltvergunning 1942
aangegeven oppérvlakten mogen in
1943 groentengewassen worden ge
teeld. Voorzoover de teler geen ver-
Sunning heeft van de Nederlandsche
rroenten- en Fruit-Centrale moet
de met groenten bezette oppervlak
te aan de Nederlandsche Groenten-
en Fruit-Centrale worden opgege
ven. Voor het verwarmen van een
bedrijf moet de teler in het bezit
zijn van een vergunning, af te ge
ven door den ryjkstuinbouwconsu-
lent. binnen wiens ambtsgebied het
bedrijf is gelegen. De met tulpen
en hyacinthen te betelen opper
vlakte in het teeltjaar 1942/1943
bedraagt 100 van die van het
teeltjaar 1941/1942. behoudens wij
zigingen door overschrijving van
teeltvergunning. De met narcissen
te betelen oppervlakte in het teelt-
jaar 1942/1943 bedraagt 93 van
die van het teeltjaar 1941/1942 met
de verplichting om breede paden
open te laten en behoudens wijzi
gingen door overschrijving van
teeltvergunning.
Hoofdredacteur A. R. Jonker
Plaatsverv van den hoofdred..
bultenl en stadsnieuws Den Hel
der A C van Kampen Binnen
land alg report en streeknieuws
A Eriks. Haagscb redacteur P
H M Verberne. Den Haag.
Verantwoordelijk voor de adver
tenties, Schager editie G Schoorl,
Schagen. Verantwoordelijk voor
de advertenties, Heldersche editie.
J. Visser, Den Helder.