Rede van H.M. de Koningin, 9 Mei 1944 gehouden voor Radio Oranje,
onder de titel: Ben persoonlijk woord.
Mannen en vrouwen, strijders in Nederland. Het is door omstandigheden bui
ten Mijn schuld, dat Ik in zoo lai^e tijd niet tot gesproxen heb, In de
eerste plaats thans een woord van hartelijke deelnem^ing :ot alle inwoners
van de streken, aie de vijarr onder water zet. Hoe dikwijls bezocht Ik niet
tijdens een wateranoo i U en ow verlaten haardsteden, hoe di cvijls voer Ik
niet over ver ronken ak cers en graslanc en am lx mij Uw nood zoo oed voor
stellen. Bat onze gehate dwingeland onze oude vijand op U heeft losgelaten,
is een ramp voor U, die met Uw grond zoo was samengegroeid. Uw tfrond finaal
onbruikbaar ;emaakt, vee en paarden werden evorderd, Uw vrue at ;oouen gaan
dood en alle i wier bestaan afhancelijk is v n tu. bloei van Uw be rijf verar
men, want, als het de boeren slecht gaat, gaat het ieder slecht. Ma< r Ik ben
er geneel zeker van, dat ij ue moed niet zult laten zakken en in vertrouwen
0 Goa en Uw hoofd omhoog, s raks uw bedrijf opnieuw zult opbouwen.
Met niet minder deernis vervult mij het lot, dat de bevolking in verschil
lende aeelen van ons la d getroffen beeft tengevolge van het neer o en van
bomnen. Ik betuig niet alleen mijn deelneming aan allen die daarbij naastbe-
staanden te betreuren hs en, maar mijn he me sleven gaat oo uit naar hen,
die de gevolgen daarven un verdere leven zullen .uoeten dragen.
Dank zij de uitne isndo voorlichting van sn, die uit Nederland ontkwamen
en die steeds geheel o >enhartig de toestand thuis aan Mij bloot lej <:en, zie
Ik helder voor de geest ons aller plicht en de veel belovende mogelijkheden,
die de toekomst ons biedt. Vuri,; wensch Ik iijn bescheiden aandeel .ij te
dragen tot datgene, waartoe wij oriB Hen tot het uiterste motten blijven in
spannen, nl. tot ue verwezenlijking van het vizioen dat hen v>or oogen stond,
die hun leven gaven voor U en een hater vaderland. Alleen zo£ eeren wij ten
volle de nagedachtenis van onze gevallene-aaiden, deldinnen en martelaren,
laar daarbij zullen wij niet ver ,eten de duizenden mannen en vrouwe in ons
midden, die de arbeid van hen die heengingen hebben voortgezet, die de bereid
heid hebben getoond en nog toonen om voor e goede zaak alles te a en. Hun
trouw en vaderlandsliefde xeeft hun allen in de schoonste zin des noords tot
edelen gemaakt, zooals Uw ondergrondsch« «TB het zoo kernachtig uitdrukt,
loodra Ik weer in Uw mi don ben, zullen pi. ansn worden gemaakt ken, die deze
taak overnamen, te eeren.
T ns vil I en -ele o r en t >roken tot de vrouwen en moeders onder U. Ik
:an Uw onovartr f n 10 en vol ïar lng alle opofferingen te dragen, alle of
fers te brengen, ook de zwaarste, het afstaan van hen die U het liefste zijn,
:esterkt door Itzil.f ie visioen dat ve en v..n hen in dedood dreef, >teede tot
steun van Üw ezin, steeds cie stille kracht acnter allee en dit in et ver
borgene en zo er eeni ;e op: ef. Ais eens lies wat ::ij cieec, ecluld en door
at;. an ebt, be nu<. zal worden en de ;es< ïiedeni van deze ver. chrikkelijke
tijd te boek e stele-: z Jl zijndan eerst zal ten volle lij .en de rootte van
Uw aandeel in overwi min,., an zal dit een van de schoonste bladzijde, ge
tuigend van diepst ansciielijk gevoel, van dit tijdperk beslaan.
lïiet allee leef Ik in gedachte hier ge ieel met U oede, maar bovendien stel
Ik mij er veel van voor dit voort te zetten als ik weldra weer mijn plaats zal
hebben ingenomen in het groots gezin van onze volksgemeenschap, zooals dit ge
zin zi b -evorm en verdiept heeft in lijden en cwang. Ik stei Mij voor Mij te
doen omgeven door personen, die thans in Uw midden een naera hebben vervorven
en w vertro wen verdiend. Ik denk hierbij o.m. aan de keus van een particu
lier secretaris en een particulier secretaresse. Deze laatste voor de corres
pondentie en e vele banden die mij binden aan mijn zusters mede-strijdsters.
De groote zor om U en de srio ten die mij bereiken over al het een U over
komt, hebben bij mij een weerele gevonden in verdriet en vermoeiu eid, een
verschijnsel dat velen Uwer niet onbekend zal zijn en die een korte wijle rust
voor mij wensoh lijk maakt, wil ik frisch en versterkt zijn voer het tijdperk
clat gij mij noo i< Lcbt. Ik zeg l dit zelf, opdat jij b niet ongerust zult dia
ken, els U noort dat ,t mij mogelijk is die- rust te ne en. Ik hoef U niet te
verzekeren te zullen zor g dn jen er te zijn, zoodra ;ij mij noodi hebt. Als
1 c straks in w ïidchm tera ben hoop ik schouder aan Bchoucer iet naast