SCHAKEN Zoek dat eens uit, jongelui! TUSSEN DE WOLKENBEESTEN Wij vinden, dat ook de jongens en meisjes, behalve op de mooie ver haaltjes van tante Diet Metzger, recht hebben op een eigen hoekje In onze krant, nu die 's Zaterdags wat groter is- Wij hebben aan oom Leo gevraagd, of hij daar niet iets op wist. Welnu, oom Leo weet altijd raad: hij is een echte kindervriend, natuurlijk kan hij reuze goed ver tellen en een leuke raadseltjes, dat hij weet! Oom Leo is wat blij, dat wij hem voor jullie een plaatsje in de krant afstaan en wij denken, dat jullie het ook wel prettig zult vinden, op deze manier met hem kennis te maken. Jammer, dat hij zijn foto niet in de krant wilde hebben, anders konden jullie eens zien, hoe een mooie lange witte baard hij heeft; maar daar is nu eenmaal niets aan te doen, hij houdt niet van foto's in de krant „Ik heb liever, dat de kin deren zelf wat tekenen," zegt hij. Welnu, probeer dat eens. Weet je wat teken Oom Leo, zoals je denkt, dat hij er uit moet zien. De tekening, die het meest op hem lijkt zullen wij dan in de krant zetten! Doen? Afgesproken! Dus maak een tekening en stuur hem op naar: Redactie De Vrije Alkmaarder, Achterdam 20. UIT DE GESCHIEDENIS VAN HET In een groot oerwoud staan aan de oever van een wilde rivier drie blanken en drie kanibalen, brrr1 Ze moeten naar de overkant. Er ligt een bootje aan de oever, dat net groot genoeg is. om twee man te vervoeren. De blanken kunnen alle drie roeien, van de kannibalen is er maar ééntje zo knap! Hoe moeten ze nu aan de overkant van de rivier komen? Denk er aan, dat er nooit méér kannibalen clan blanken bjj elkaar mogen z\jn of bleven. Wantdan worden de blanken natuurlijk dadelijk lekkertjes opgepeuzeld! Deze opgave li niet zo gemakke- Een zeer beroemd Engels advocaat, lijk. Maar net een werkje voor een regenachtige vrije middag. Vraag va- er of moeder, of je buurman maar eens om raad, als je in de war zit! Eén goede raad geef ik je: maak de blanken zichtbaar door midde' van drie kwartjes (echte, van zilver!) of drie witte knopen. Voor den kan- nlbal, die roeien kan, neem je een bronzen 2J4 centstuk; voor de an dere kannibalen twee bronzen cen ten. En probeer nu maar eens erf je de zaak voor elkaar kunt krijgen. Er is maar één goede oplossing mogelijk! Die vertel ik je de volgende week! DAT W AS EEN GOED ANTWOORD! Men zegt, dat 't lang geleden ge beurd is en dat 't géén verzinseltje is. Zou 't waar zijn....? Nieuwe mogelijkheden (Vervolg van pag I> Als derde belangrijke groep noe men wy de'politiek daklozen. Dui zenden. voor de oorlog in de politiek ongeïnteresseerd en zijn door de ge volgen van de bezetting wakker ge worden en hebben leren begrijpen, dat de politiek niet iets „vies*' is, dat men voorbij kan gaan, doch dat de politiek zo nauw met zelfs de klein ste dagelijkse dingen is verweven, dat men er zich mede bezig moet houden en er de medeverantwoor delijkheid voor moet dragen Ook deze groep vindt thans een politiek tehuis, evenals de duizenden politiek wel geïnteresseerden, die toch vroe ger door typische oorzaken als „stand" of „vreemd klimaat" zich niet bij de bestaande politieke par tijen wilden voegen. Ook van orthodox-Christelijke zij de de groep Van Walsum, een afscheiding van de C.H.U.' en velen uit de C D.U. grypt men de nieuw geschapen mogelijkheid met beide handen aan. Hierdoor is een reële afscheiding ontstaan tussen die groepen die inderdaad „rechts" wen sen te staan en straks een en ook - H kan gezond zijn politiek van ehoud zullen voeren en allen die nieuwe wegen willen inslaan en een werkelijk nieuw begin willen ma ken. Wij kunnen slechts wensen, dat de politiek van de rechtse groe pen een loyale zal zijn en niet, zo als het de laatste tijd soms scheen, een louter reactionnaire en opposi- tionale. Het is aan geen twijfel onder hevig, dat met de oprichting van de Partij van de Arbeid, een nieuw hoofdstuk is geschreven in de ge schiedenis van het socialisme in Ne derland. Dat de mogelijkheden voor een constructieve en progressieve politiek na de verkiezingen hierdoor belangrijk zijn vergroot staat vast. Een zeer groot deel van het Ne derlandse volk verwacht veel van de nieuwe Partij, Ook wij geloven, dat zij grote mogelijkheden voor het herstel en de nieuwbouw van ons geschonden volksleven in zich draagt. Wij willen daarom vol ver trouwen haar eerste stappen op het politieke pad volgen, overtuigt als wij zijn, dat zij van alle vooruit strevende Nederlanders minstens de volle morele steun verdient E. T.—C. die nogal met zichzelven was inge nomen. meende eens tijdens de be handeling van een rechtszaak op te merken, dat één van de getuigen zo'n beetje zat te soezen. De man moest nog ondervraagd worden en hij scheen zich van de loop van het proces niet veel aan te trekken! „Hé daar, jij boertje!" riep de ad vocaat „Hé daar, jij met je dtkke spekwangen, „waar zit jij zo diep zinnig over te peinzen, hè? Nou?" De boer keek den advocaat aan. wreef zich eens over zijn voorhoofd krabbelde .ich even achter zijn oren, en zei toen heel kalmpjes: „Neem me niet kwalijk, edelachtbare heer maar ik zat er over te denken, wat efcn kostelijk maaltje men zou kun nen koken van m ij n spekwangen en u w schaapskop In een vorig artikel heb ik er op gewezen, dat de aanval tot elke prijs als een slechte strategie moet worden beschouwd. Ik kom hierop straks te rug. Allereerst is het wel de moeite waard iets naders over de historie van het schaakspel te vertellen. Opvallend is, dat het steeds het meest werd beoefend in die landen, welke cultureel een leidende rol speelden- De oudste Europese schrijvers vin den wij omstreeks 1500 in Spanje en Portugal, de landen, die in het tijd perk der ontdekkingen op stoffelijk en geestelijk gebied vooraan ston den. Tijdens de Renaissance vinden we in Italië de op schaakgebied be roemde namen Polerio en Gréco. In de 18e eeuw en de Napoleonti sche tijd geeft Frankrijk leiding aan Europa's politiek en smaak. Het is de tijd, waarin Phiiidor en Labour- donnais optreden, de tijd, waarin Na poleon zich i i vrije uren aan het schaakspel wijdde- In de 19e eeuw werd het spel voornamelijk be oefend in Engeland en later in Duits land, Rusland en Amerika. Een componist analyseert in de 17e eeuw ontbraken aan het spel nog de vaste lijnen en regels. De eerste, die gespeelde partijen aan een diepgaand onderzoek onderwierp, was de Franse operacomponist Phi iidor uit de 2e helft der 18e eeuw- Hij was voorstander van gesloten stellingen en waarschuwde tegen te vroege aanvalsplannen. De vooraan staande schakers van de 19e ee\iw volgden hem echter niet, daar zijn theorie het spel te veel gesloten hield. De nieuwe richting won ter rein. Een grote figuur uit deze tijd is de Duitser Adolf Anderssen (1818 1879), die een buitengewoon talent voor combinaties aan de dag legde- Ik was nog maar een klein meisje, misschien 5 of 6 jaar, toen ik ziek werd. Ik lag een lange tijd voor een groot raam en keek naar de wolken. Dat was altijd een heel leuk spelletje en het verveelde me nooit. Soms zag ik een grote witte beer, een wagen of een vogel met heel lange vlerken, steeds kwam er iets nieuws aangescho ven. Ik verbeeldde mij, dat ze alleen voor mij daar zo hoog in de lucht voor bij trokken. En ik ging met ze mee op reis. Dan sprong ik op de beer zijn rug, maar als hij zich te log en te langzaam voortbewoog, riep ik een vogel, die mij naar een wo'kenwagen droeg. Dan liet ik de paarden rennen, alle andere wol kenbeesten voorbij, steeds harder en harder, tot ik er duizelig van werd en mij van de wagen af liet vallen. C door DieI Meizger,~^ De beer was er dan altijd met zijn lange armen, om mij op te vangen. Dat deed nooit pijn. want die beer was zo zacht of hij van wol was. Ik klom op z'n schouder, heel hoog zat je daar, en keek waar de wagen bleef, maar al gauw was daar niets meer van te zien. Alle andere dieren waren wel een beetje verontwaardigd, dat ik de-paarden zo opgejaagd had, de hele volgorde was daardoor verstoord,- zij hadden ver schrikt op zij moeten springen of wa ren opzij gedrongen en hadden de groot ste moeite hun plaatsen weer terug te vinden. Dat vond ik dan wel jammer, nog geen vijf minuten was ik tussen de wolkenbeesten of alles had ik al in de war gestuurd. Stilletjes liet ik me daarom van de beer zijn schouder glij den. wilde weer op de wereld in mijn eigen bedje springen. Maar de beer pakte me altijd net bijtijds bij mijn arm, „ho jij", bromde hij, „wat ga je doen?" Ik zei, „och lieve beer, laat me maar weer naar m'n eigen bedje toe. Hjj kende slechts één doel: de Ko- ningsaanval. Hij vroeg zich niet af, of de stelling voor de aanval rijp was. Zijn resultaten schenen hem in het gelijk te stellen, want hij stak zó ver boven zijn tijdgenoten uit, dat de vrij grove fouten, die hij dikwijls tegen de positie maakte, ongestraft bleven Anderssen handhaafde zijn roem tot hij na een tiental jaren ver slagen werd door den Amerikaan Paul Morphy. Deze had zijn succes sen vooral te danken aan de meer methodische opbouw van zijn positie. Hij stuurde voornamelijk aan op de bezetting van het centrum, snelle ontwikkeling met open positie. Ook Morphy beging de fout om de aanval als het enige juiste te zien, hij zag met zekere minachting neer op spelers, die voorzichtig zijn en nooit iets wagen, hoewel ze daaraan dikwijls hun succes te danken heb ben. Steinits, de grote schaak- denker- Men luisterde toen nog niet naar den groten schaakdenker Steinitz (1836—1900). Steinitz propageerde pl.m. 1870, dat men niet aanvallen moet voofdat de stelling daartoe rijp is. Elke zet moest een onderdeel zijn van een bepaald plan en dat plan moest in de positie liggen, d.w.z de stelling moest zekere kenmerken hebben, die de gevolgde tactiek rechtvaardigen. Hij heeft de grond ge legd voor het hedendaagse toege paste positiespel en das voor een meer wetenschappelijke opbouw van het schaken. Hoe? Daarover in een volgend artikel. Ook deze overbuurvrouwen-op-een afstand hebben de oorlogsellende mee gemaakt. doch de nasleep van deze oor logsellende is voor hen een geheel an dere dan voor ons. Velen van ons zijn blij, na de verplichte vermageringskuur van de laatste bezettingstijd, weer een wat gevulder gezicht en wat ronder lUn gekregen te hebben, zodat ook de Jurk of mantel die toch »1 oud is en nodig vernieuwing behoeft, niet ook nog slobberig om ons heen hangt. Alle dieren heb ik laten schrikken en ze zijn allemaal boos op me". En ik duwde dan mijn gezichtje, dat nat was van tranen, in zijn wollen vacht. „Kom, kom", zei de beer, „als ze allemaal in de war zijn geraakt, dan gaan wij hun samen de weg weer wij zen" en hij zette me weer op zijn schouder. Zo ging hij met grote stappen door de lucht en alle dieren, die mopperend tegen mi' zeiden, dat ze hun plaats niet meer wisten, vertelden we. waar ze gegaan hadden. Ik wist altijd alles nog heel goed, al was ik ze vlug voorbij gegaan. En als alle dieren hun eigen plaats weer gevonden hadden en te vreden waren, had ik geen zin meer om naar de wereld terug te gaan. Maar als de beer me van zijn schou der nam en zei, „spring", vond ik het toch ook weer zó lollig om zo'n grote sprong te maken, dat ik het toch maar deed. En zo komt het dan. dat ik weer op de wereld ben en jullie dit verhaal tje kan vertellen. „Vrede in het gezin Vrede in de wereld" Voor de Vrouw VROUWEN VAN DE OVERKANT Nee. lezeressen, ik wil U niet vertel len, dat U Uw overbuurvrouw wel eens wat critisch beoordeelt of hoe U het beste goede vrienden met haar blijven kunt. Ook vertel Ik U niet, met welke moeilijkheden de vrouwen In Uw om geving te kampen hebben, want het zijn met kleine variaties dezelfde als de Uwe: bergen verstelwerk, waar geen einde aan schijnt te komen, een tekort aan noodzakelijk linnen- en ondergoed en huisraad, een eeuwige worsteling om te komen met het nog steeds schaar se suiker-, melk- en boterrantsocn, enz. Ik wil U wel een paar maal Iets vertellen van de vrouwen, die aan de overkant van het grote Kanaal wonen, dus van de vrouwen in Engeland. Voor de Engelse vrouw, waarvan tien duizenden gemobiliseerd waren, is het probleem: weer mager te worden, want zij kunnen na hun demobilisatie dio ook heel wat problemen met zich brengt hun gewone kleren niet meer aan. Mochten er onder U zijn, die toch ook wel graag een beetje magerder willen worden, dan geven wij U het in een vrouwenweekblad aan haar gege ven advies door: eet zo weinig moge lijk z.g. meelkost, maar wel en zo veel mogelijk groente, maar dan die. welke boven de grond groeit. De onder de grond groeiende soorten bevatten nl. ook veel meel. In één der vrouwentijdschriftcn. die 'ij pas uit Engeland ontvingen, troffen wij in de rubriek: „Wat lezeressen zeg gen", het volgende stukje aan, dat. nu wij in Nederland pas een gezinsweck hebben gehad, actueel is en zeker onze aandacht verdient. De lezeres schrijft: „Ik. evenals ongetwijfeld ieder ander, hoop, dat de vrede een blijvende is. Maar dikwijls hoor ik mensen zeggen, dat ze niet begrijpen, waarom wij do vrede met andere landen niet kunnen bewaren, hoewel negen van de tien van deze mensen iedere dag oorlog in hun eigen huis hebben. Hoe kan men dan verwachten, dat er in de wereld vrede zal zijn? Wij vrouwen hebben dc taak ons huis te maken tot een plaats, waar het goed is te leven. Dat is niet onmogelijk, ik heb *t geprobeerd an ik slaagde. Ik ben er zeker van dat ge lukkige gezinnen het fundament vor men voor een gelukkige werelden een gelukkige wereld kan niet anders zijn dan een vredige". Is deze vrouw niet een heel verstandige ..buur'Vrouw? Haar woorden maken wij graag tot de onze. Volgende week zullen wil een» zien. wat andere vrouwen van de over- kant ons te zeggen hebben. RIKA.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

De Vrije Alkmaarder | 1946 | | pagina 5