SL -
De Nederlandse auteur en zijn publiek
MEN VERWACHT INMEI;
Het verhaal van een valsen munter
NIEUWE FRANSE GRONDWET
WIJST ONS DE WEG
n
m
PI i
H
VAN ANNAM TOT VIET-NAM
Boekbetpreking t
van dr. G. W. Huygens
HET* ongetwijfeld hard een argelozen
lezer te moeten vertellen, dat 't me
rendeel der romans, die hij met zoveel
plezier eenmaal heeft verslonden prul-
Jen zijn: dat Jan de Hartog'a „Hollands
Glorie" op de keper beschouwd flauw
is; dat de Merijntjes in de literaire we
reld niet voor vol worden aangezien;
dat men daar lak heeft aan alle Bartjee,
Boefjes en Ciskes bij elkaar. Deze le
zer komt dan tot de conclusie, dat de
literaire waarde van een boek niet be
paald wordt daar het aantal, dat er
van verkocht wordt, maar door 't fiat
dat een aantal letterkundigen, die hij
meestal niet eens van naam kent, er
over uitspreekt. Vraagt hij dan ln zijn
argeloosheid: Waarom geven d auteurs
dan niet wat lk wil hebben op een
wijze, die zij verantwoord achten?, dan
heeft de ongetwijfeld goedbedoelende
man de kern van de verhouding auteur
lezer blootgelegd. Wil men den lezer
niet al te zeer kwetsen, dan is 't de
beste mahier vla *n vergelijking duide
lijk te maken, dat hij ongelijk en de li
teraire bent 't bij het rechte eind heeft.
Zo aal hU de „stelling" accepteren dat
slechts enkele mensen oesters lusten,
maar dat bijna allen pannekoek en ge-
bek smakelijker vinden, vooral als hij
zelf tot beide categoriën behoort. Is dit
•laatste niet het geval .dan word hij on
rustig, zoekt er wat achter en zal trach
ten zelf een „oestereter" te worden.
Meestal Is hij echter wel tevreden met
zijn „pannekoeken", daar hij al t onbe
kend sorteert onder de dlngan, die „er
zo raar uit zien".
Echter, hiermee is de kwestie niet
opgelost. Het gaat tenslotte om deze
vragen: Bestaat er 'n practische verhou
ding tussen lezer en auteur via 't boek?
Schrijft een letterkundige alleen om
der wille van het boek, d.w.z. de kunst?
Wat eisen de diverse categoriën lezers?
JTIND 1945 verscheen van de hand van
O. W. Huygens ^de dissertatie ,,De
Nederl. auteur en zijn publiek", waar
in bovengenoemde vragen, al Is het op
summiere wijze, worden beantwoord.
Uiteraard is deze „sociologisch-litteraire
studie over de ontwikkeling van het let
terkundige leven in Nederland sedert
de 18e eeuw" op historische leest ge
schoeid, zoals het een goed proefschrift
betaamt. De lezer echter, die het werk
niet leest met hlstorlsch-wetenschappe-
lijke, maar met alleen litteraire belang
stelling. verveelt zich hierdoor nogal
eens. Daarbij is het nu eenmaal gebrul-
gelijk de doctorstitel te behalen via een
geschrift, dat wemelt van aanhalingen
uit allerlei studiewerken (uiterlijk blijk
van belezenheid en noeste arbeid!),
naarstig als noten met titels en t.a.p.'s
nader gedefinieerd.
Echter, deze dissertatie heeft ook in
teressante bladzijden daar de litteraire
actualiteit regelmatig ln 't geding komt.
^yAAROM leest men romans en gedich-
1 ten? En als tegengestelde pool:
waarom schrijft men? De gemiddelde
lezer, die zich houdt aan zijn detective-
story, zijn familie- of boerenroman,
doet dit als. soms prikkelend, tijdver
drijf. in het algemeen om de werkelijk
heid te ontvluchten in een meestal kin
derachtige romantiek. Zijn bewondering
voor een auteur, die hem deze vlucht
laat maken, kent gesn grenzen en ver
leidt hem er toe ook het volgende boek
van zijn lievelingsschrijver te lezen. Dat
er op deze wijze ook wel eens betere
belangstelling ontstaat bewijst het ge-
val-Bordewijk. Van dezen schrijver ver
scheen in het begin van de oorlog de
roman „Apollyon". Talloze lezers wer
den door dit boek geïnspireerd tot het
ter hand nemen wan Bordewijk's ande
re werken, zoals „Bint" en „Karakter".
De andere vraag, die over het" doel
van een kunstwerk, heeft alleen zin als
tegenstelling tot de eerste. Kunst, en
dit dient iedere lezer van welk letter
kundig product ook te beseffen, is in
feite „nutteloos", d.w.z. werpt geen di
recte materiële voordelen af voor de
maatschappij. Zo gauw wij gaan spreken
over de nuttige kunst, komen wij op
het terrein der dienende of op dat der
om commerciële voordelen geschreven
werken.
Het Is ook om deze reden, dat de gro
te meerderheid der lezers weinig cultu
reel besef heeft. Cultuur beschouwt dr.
Huygens terecht „als 't werk van wei
nigen, die ln een gemeenschap grote
dingen weten te realiseren".
Dit alles wil niet zeggen, dat de lite
rator, en vooral de romanschrijver, geen
concessie doet aan het publiek. Immers,
„het uitgeven van boeken vooronder
stelt een publiek dat ze koopt". Doch
hiermee wordt tegelijkertijd een grens
getrokken in het domein van het lezen
de publiek: aan de ene kant bevinden
zich nJ. degenen, wier keus niet bepaald
wordt door louter aesthetische motieven:
zij lezen de „bestsellers"; de andere zij
de, die der „elite", hunkert naar de
meer officiële letterkunde.
Dr. Huygens legt in zijn werk terecht
grote nadruk op de dominerende kracht
van deze laatste. „De auteur, die zijn ta
lent niet wenst teprostitueren, moet
honger lijden-of een burgerlijke posi
tie zoeken. Daar het eerste niet lang
vol te houden is, kiest hij het tweede,
zodat hij in staat is, door te produceren
voor zijn genoegen, en zijn kunst wordt
„tijdverdrijf voor enkele fijne luiden".
De Nederlandse cultuur is daarmee ge
diend. Alleen zal hij van tijd tot tijd
smalend afgeven op zijn commerciëler
aangelegde kunstbroeders der semi-of-
ficiële en officieuze litteratuur, en ook
op het grote p' bliek, voor hetwelk hij
de onbegrepene ia en blijft. En daarmee
blijft ook het leven in de grote brouwe
rij der Litteratuur".
!N een der laatste hoofdstukken maakt
de schrijver de opmerking, dat de
werkelijke elite onderdook tij
dens de „Kultuurkamer"-komedie en
„wachtte op het moment, dat zij het
hoofd weer boven water kon steken om
de meer dan ooit van haar verwachte
leiding te geven". Dr. Huygens is 't
dus met deze afwachtende houding
eens. Men kan zich echter niet ont
veinzen, dat een werkelijke elite zich
te allen tijde opmaakt haar rechten te
'verdedigen, indien deze met gelaarsde
voeten worden getreden. Zo lang onze
elite niet in staat is zich daadwerkelijk
dat wil niet zeggen met 't soldaten-
zwaard, maar wel met het elite-zwaard:
de pen te verzetten, is h$t beter het
adjectief „werkelijk" maar weg te la-
jten. Onze verzets-litteratuur werd niet
geschreven door de officiële litterato
ren en heeft niet die kracht ontplooid,
1 welke de woorden „werkelijk schrij
versverzet", d.i. werkelijk elite-verzet,
rechtvaardigen.
-"H. N. A.
De waardevolle-waardeloze
cheque
Frank Gillard, de oorlogsverslag
gever van de B.B.C., bezit een eigen
aardige chèque ten bedrage van vijf
pond met op de ommezijde de woor
den: „Als betaling van een verloren
weddenschap, die ik op 17 Dec.
1944 met U heb afgesloten. Mont-
gomery".
Gillard vertelde over deze wed
denschap het volgende:
„Het was midden in het tegenoffen
sief van de Duitsers in de Ardennen.
Ik dineerde met Monty in diens
hoofdkwartier in België en voor
spelde hem, dat ondanks alle Duitse
vorderingen de oorlog afgelopen zou
zijn voor 30 Juni 1945. Montgomery
achtte dit uitgesloten en toen ik
hem voorstelde er een weddenschap
van vijf pond over af te sluiten,
ging hij hier onmiddellijk op in".
De oorlogscorrespondent heeft
gewonnen, maar financieel voordeel
zal hij er nooit van hebben. Hij
wenst de chèque, die voor hem een
unieke herinnering aan zijn oor
logsloopbaan betekent, altijd te be-„
waren en kan hem dus niét inwis
selen.
Pi
WINSTON CHURCHILL
ONTVANGT IN
LEIDEN HET
EERE DOCTORAAT.
MOEDER DAG.
1NTERN. CONFERENTIE
TE WASHINGTON CVER
DE WERELDVOEDSELfv
asTRIBUT,E tasnSS
De bankbiljettenfabriek van Sachsenhausen
£uropa wordt, naar de kranten
meldden, overstroomd door vals
geld.
De bende schijnt te beschikken
over de persen, die door Himmlers
valse munterscentrale destiJHs ge-
bruikt werden om geallieerd geld te
maken. Daar ik zelf, als gevangene
in het concentratiekamp, gedwongen
was te werken in deze valse mun-
terij van Himmler, ben ik in staat,
omtrent de omvang en de methodes
dier werkzaamheden, een en ander
te vertellen.
In Januari 1944 werd te Auschwitz,
in welk kamp wij ons toen be
vonden, een werkkommando samen
gesteld. De wijze, waarop dit ge
beurde, wees er al dadelijk op, dat
dit kommando een zeer bijzonder
werk te verrichten zou krijgen. De
officier van de S.S., die de gevange
nen uitzocht, bleek een uitgesproken
voorkeur te hebben voor typograven,
kunstschilders, papierdeskttndigen.
instrumentmakers, graveurs. Het is
schrijver van dit artikel tot op heden
een raadsel gebleven, waarom hij
in dit commando werd opgenomen,
daar hij tot geen der genoegde cate
gorieën gerekend kon worden. Nie
mand kon gissen wat de aard en
welke het oord onzer toekomstige
werkzaamheden zouden zijn. De S.S.
Gereed voor een internationale gemeenschap
5 Mei a.s. zal het Franse volk be
slissen over het al of niet van kracht
worden van de nieuwe Franse grond
wet, die met geringe meerderheid
van stemmen (de M.R.P. was tegen)
de Assemblée passeerde.
Onder de vele nieuwe artikelen,
die deze grondwet bevat, is er één,
dat niet alleen voor Frankrijk een
novum betekent, maar dat nog in
geen enkele grondwet van welk land
ter wereld ook, is opgenomen. De
tweede alinea van artikel 46 luidt
n.1.: „Onder voorbehoud van weder
kerigheid, stemt Frankrijk ln met
begrenzingen van souvereiniteit, no-
dig voor de organisatie en de verde
diging van de vrede."
Door het opnemen van deze enkele
regels wordt voor Frankrijk de mo
gelijkheid geopend, zonder verande
ring in de grondwet, toe te treden
tot een eventueel te vormen federa
tie van staten.
Reeds in Juni 1945 bleek uit een
opinie-onderzoek, dat 73 pet. van het
Franse volk de aansluiting van
Frankrijk bij een Europese federatie
zou toejuichen en deze publieke opi
nie zal ongetwijfeld van invloed zijn
geweest bij het opnemen van ge
noemd artikel.
Meer en meer begint de idee veld
te winnen, dat de UNO zo spoedig
mogelijk moet worden uitgebouwd
tot of vervangen worden door een
federatieve wereldregering.
De UNO in haar huidige gedaante
is niet veel anders dan de Volken
bond met een fris vernisje, en de
basis er van is nog steeds de nati
onale souvereiniteit.
Artikel 2 van de nieuwe Franse
grondwet zegt, dat alle souvereini
teit in wezen bij het volk berust. Dit
principe, dat reeds door de 18e
eeuwse Franse philosofen werd ver-
In de tempel van Caissa
Oplossingen. a
No. 3. (tweezet): 1. Kc3.
No. 4. (driezet): 1. Pal, Kd4 2. Pc2t
Na 1Po, volgt 2. Df5t.
Over 14 dagan wordt de atand van
de ladder gepubliceerd.
Probleem no. 5.
(Twee-iet, Auteur J. K. Heyden).
Wit: Koning dl. Torens b5 en h3,
Looper h6. Paarden b2 en f5, pion f3.
Zwfrt: Koning c3. Paarden bl en e«,
Looper h5.
Probleem no.
Drieiet (Auteur: W. Greenwood).
m
m
w
m
m
m
m
a bcdefgh
Wit: Koning f6 Torens e2 en c4
Looper f3. Paard d5.
Zwart; Koning d3, pion d7.
dedigd, is in de democratie nog
steeds van kracht.
In een federale staat komt de re
gering voort uit het volk en zij is
aap het volk verantwoording ver-
schuldigd.
Ook in een federale regering be
rust dus de souvereiniteit bij de aan
eengesloten volken en van een be
grenzing der souvereiniteit kan dus
in feite niet gesproken worden.
Slechts de macht der nationale re
geringen, wordt voor een gedeelte
overgedragen aan de federale rege
ring. Deze macht wordt eenvoudig
weergegeven door het woord „nati
onale souvereiniteit" en slechts in
deze zin kunnen wij van overdracht
of begrenzing der souvereiniteit
spreken. Aan bet wezen der souve-
reiniteit wordt echter door een aan
sluiting by een federatie niets af
gedaan.
Nu de onderlinge afhankelijkheid
der nationale staten met de dag dui
delijker tot uiting komt, zoals o.m.
door de voedsel- en materiaal-
schaarste in Europa, geeft het blijk
van een vooruitstrevende internati
onale politiek, dat Frankrijk zich ge
reed maakt voor een internationale
gemeenschap, aangepast aan de
nieuwe omstandigheden. Vooral voor
Europa kan deze slag van essentiële
betekenis zijn en het voorbeeld dat
de Franse Republiek geeft verdient
de aandacht van alle landen.
In vele perioden d^* wereldge
schiedenis heeft het Franse volk be
wezen de iuiste oplossing te brengen
voor politieke problemen. .Ook nu
weer toont door deze enkele, byna
opvallende, regels in de nieuwe
erondwet, bet Franse volk dat de
Franse geest ongebroken voortleeft
en dat de Franse RenuHiok in de
critieke periode na de tweede we
reldoorloe bereid is mee te bouwen
aan een betere inferna'ionale orde
ning. geh'^eo'-d on d^e een
omwenteling betekenen in de in+""-
nationale maatschappij. -W
Een sardis miniatuurpartijtje.
Hollandse verdediging.
Wit: Dr. Tartakower; Zwart Mieses
(Baden-Baden 1925).
X. d2—d4, f7—f5: 2. e2—*4 d. 1. het
zgn. Stauntongambiet.
2.... f5 e4: 3. Pble3, Pg8—f6:
4- g2—g4. Volgens Dr. Euwe een zet
van twijfelachtige waarde. 4.... d7—
dS' De aangewezen zet is h7—h6.
5. g4g5, Pf6—gS: 6. f2—tt!: M x (3
7- Ddl x (3. e7—e6 8. Lfl—d3. Er
dreigt Dh5 t enz 8g7—g6: 9. Pgl—
«2, Dd8e7 10. Lel—f4. c7-c«. Beter
is direct Pa6; na de tekstzet wordt d6
zwak. 11. Lf4—e5. Lf8—g7 12. Df3—g3.
Pb8a6 13. 00. Lc8d7? Zwart heeft
geen goede zetten meer. 14. Le5d6.
De7—d8 15. Dg3—f4! Zwart geeft op.
De koning der Zigeuners. Jan
Cwlek, heeft verklaard, dat hU voort
aan President wil heten en dat hij bo
vendien een einde wil zien komen aan
het nomadenleven der Zigeuners.
Druk: Dagblad v. Noord-Holland N.V.
bewaarde ten aanzien van ons
meer nog dan anders bij haar in deze
gevallen te doen gebruikelijk was
een diep stilzwijgen. Dit werd eerst
verbroken toen we ons na enige tijd
in de werkplaats der valsmunterij
bevonden. Dat was in blok 19 van
:t concentratiekamp Sachsenhausen,
te Oranienburg bij Berlijn.
De Sturmbannführer^die ons uit
gezocht had, hield een korte toe
spraak. Hij zei, dat Duitsland de
oorlog ten koste van iedere prijs
moest winnen.
Ieder middel hiertoe was geoor
loofd.
Het was hem bekend, dat de
vijand zulks ook deed. Een van de
middelen was het vervaardigen en in
omloop brengen van vals geld der
vijanden.
Van dat moment af aldus de
Sturmbannführer zouden we ge
heel geïsoleerd zijn, ook van het
overige deel van het kamp. We zou
den dit ook niet meer verlaten.
Spreken met gevangenen buiten
ons blok of zelfs met een S.S.-man,
die niet tot onze eigen, speciaal be
ëdigd e, bewaking behoorde, het
doorgeven van een bericht zou tot
gevolg hebben, dat de gehele be
manning van ons kommando ter
dood gebracht zou worden.
[)e aanblik van het verblijf, dat door
prikkeldraad-afrastering geheel
van het overige deel van het kamp
was afgesloten, had ons trouwens
terstond al van ons isolement be
wust gemaSkt. De aard van het
werk, waartoe men de gevangenen
hier dwotig, liet ook verder geen
twyfel aangaande het lot, dat voor
deze mensen was bestemd, zodra de
oorlog ten einde zou lopen.
Bij onze aankomst werkten hier
reeds een vijftig gevangenen en had
den de persen al meer dan een jaar,
dag in d$g uit, valse Engelse ponden
gedraaid. Wij brachten het aantal
gevangenen op honderd man, dat
weldra uitgroeide tot honderd véer-
tig. Hieronder waren 6 HolUanders.
De beste en meest modernV machi
nes werden van overal naar blok 19
ge§ieept, waar de grootste en meest
geperfectionneerde inrichting ter
vervaardiging van vals geld en ter
vervalsing van documenten werd op
gebouwd, die de wereld ooit gekend
heeft. De leiding berustte onmiddel
lijk by Himmler en Kaltenbrunner,
zoals reeds~T>lijkt uit de naam van
het kommando: Sonderkommando
des Reichs-Sicherheits-Haupt-Amtes.
J)e valse bankbiljetten dienden in
de eerste plaats om de spionnen
in het buitenland te betalen."
Deze hadden blijkbaar meer ver
trouwen in de credietwaardigheid
van hun vijanden dan in die van
hun broodheren. Het „geld" werd in
de diplomatieke valiezen naar de
ambassades en de consulaten in de
neutrale landen vervoerd. Zelfs de
enveloppen voor deze „diplomatieke"
post waren: werk Sachsenhausen blok
19. Zo werden in totaal ongeveer een
twaalf millioen „echte" bankbiljet
ten ter waarde van bijna 200 millioen
pond sterling de wereld ingezonden.
fyog een doel beoogde men met dit
bedrijf. Men wilde door het uit
werpen van enorme hoeveelheden
vals geld, met behulp van vliegma
chines boven de Engelse gebieden*
het vertrouwen in het Engelse geld
met één slag vernietigen.
Dit laatste heeft niet meer kunnen
plaats vinden.
Gebruik makend van geweld lieten
de nazi's deze oorlogsmisdaad ver
richten dcor honderd en veertig bur
gers uit de door hen bezette gebie
den, met het vooropgezette 'plan
deze mensen na aflooo te vernieti
gen. opdat het geheim hunner mis
daad bewaard zou kunnen blijven.
Deze laatste opzet is gelukkig mis
lukt, mede als gevolg van het ingrij
pen der ondergrondse beweeing in
Oostenrijk. (Hier in Oostenrijk, wa
ren wij tenslotte na een wonderlijke
tocht terecht gekomen.)
gij het proces te Neurenberg zal
ongetwijfeld Kaltenbrunner. die
direct voor al deze misdaden aan
sprakelijk gesteld kan worden, ter
verantwoording geroepen worden.
ROBERT ELBURG.
Rondom de wereld in 33 uur
Zowel de Amerikanen als de En
gelsen bezitten op het ogenblik
vliegtuigen, die een snelheid van
plm. 620 mijl (meer dan 1000 km) per
uur kunnen bereiken. Zelfs heeft
men in Engeland een toestel in een
vergevorderd experimenteel stadium,
dat de snelheid van het geluid (760
mijl, 1200 km per uur) kan evenaren.
Dit betekend, dat men in 33 uur om
de wereld kan jagen.
Indo-Chinese geschieden is t
Annam en Viet-Nam zijn twee
uitdrukkingen van politieke oor
sprong, die het zelfde land aandui
den, maar die ieder een geheel ver
schillende betekenis hebben.
De Fransen gebruikten voor de
eerste keer officieel het woord An
nam bij gelegenheid van het verdrag
van Saigon (5 Juni 1862). Toch da
teert deze topografische aanduiding
reeds uit het jaar 679 n. Chr. De
naam werd toen gebruikt door de
Chinese dynastie Duong, toen deze
het algemene bestuur over het land
der Annamieten reorganiseerde In
de 15e eeuw gebruikte de Chinese
keizerlijke regering eveneens de be
naming Annam voor het noorde
lijke gedeelte van Indo-China. Nu
wordt met Annam het land bedoeld
tussen Tonkin in het Noorden en
Cochin-China in het Zuiden. De be-
woners zelf verkiezen echter de na
men der drie „Ki" (domeinen), n.1
Trung-ki, Bac-ki en Nam-ki. De
naam Annam. vroeger opgedrongen
door de overwinnaars, betekent „de
landstreek aan het gepacificeerde
zuiden", als herinnering aan het
feit. dat China dikwijls troepen
moest zenden om opstanden tegen
bet keizerrijk te onderdrukken
Deze betekenis schijnt de Annamie
ten nooit bevallen te hebben en
leden van de regering zowel als ge
leerden hebben deze uitdrukking
steeds verworpen en gaven de voor
keur aan de oudere naam Viet
De naam Viet, die voor ons nieuw
is, is de Chinees-Annamitische Ie-
zing van twee letters, die respectie
velijk gebruikt worden om een
zelfde Zuid-Chinese landstreek aan
te duiden. De meest gebruikelijke
spelling betekent „aan de andere
zijde" of „verweg". Het woord Viet
duidde dus een staat aan „ver af ge
legen" van de zetel van de hoofd
stad van het rijk. Het was de
dynastie van Chu, die in de elfde
eeuw voor Chr. deze naam gaf aan
Frankrijk kwam zijn koloniale^,
problemen te boven en bij alle ver
anderingen van ingrijpende aard, die
hiervan voor moederland en Indo-
China het gevolg waren, kwam ook
een naamsverandering. .Annam
werd Viet-Nam; ook het woord
Vietmink kon men meermalen tegen
komen. Maar waarom deze naams
verandering en wat houdt zij in?
Bijgaand artikel geeft antwoord
op deze vraag.
Met naald, draad en schaar
Wie van de dames
voelt niet iets voor
zo'n geweldige sport,
jurk? Nu het tennis-
seizoen weer is be
gonnen, dachten wij
aan een vlot, sportief
modelletje.
Misschien heeft U
nog een jurkje dat
tot zo iets omgetoverd
kan worden Vroeger
waren de korte
mouwtjes favoriet; dit
seizoen zullen wij vele
modelletjes met lange
mouwen tegenkomen,
die het voordeel hebben met frisse
dagen wat warmer te zitten.
Het jurkje bestaat uit een boven
stuk en blouse met aangeknipt
schootje, de rok heeft aan de z -
kanten vier plooien om de juiste
wijdte te verkrijgen, en een vlotte
steekzak .Voor- en achterbaan zijn
glad. Het jurkje wordt van voren
gesloten met een paar knopen, ter
wijl een vlot bobbedkraagje het ge
heel voltooit.
Het mouwtje is wijd, met een
strak bordje afgezet
Dit modelletje kan ook als rok en
blouse gemaakt worden, wat het
voordeel heeft, dat het met een
ander blousje er op een aardige af
wisseling geeft.
Een droom werd
werkelijkheid
De Amerikaanse korporaal Ernest
Shafto, die tijdens de oorlog op de
Philippijnen diende, droomde op
een nacht, dat hij met zijn verloofde
huwde in het Gemeente Park van
Atlapta, waar hij haar voor de oor
lof het hof had gemaakt. In zijn land
teruggekeerd vertelde hij zijn droom
aan een journalist, die er het ge
meentebestuur van Atlanta van in
kennis stelde. De gemeenteraad nam
onmiddellijk stappen om deze droom
werkelijkheid te maken. Zo werd
Ernest Shafto onlangs in tegenwoor
digheid van den burgemeester en
met 10.000 getuigen. in het Gemeen
tepark van Atlanta in de echt ver
bonden met ^Kathleen Jordon uit
Georgia.
ONZE JEUGDHOEK
HET KRENTENBROOD.
Ze zaten om de tafel: Vader, Moe
der, Jan (8 jaar) en de kleine Hans
(5 jaar). En ze speelden domino;
je weet wel: de zessen tegen elkaar;
de vijven, de vieren, de drieën en de
tweeën óók; en de eentjes en de
blanken precies 't zelfde. Ze hadden
allemaal een rijtje stenen vóór zich
op de tafel staan. Beurt om beurt
moesten ze aanzetten. En wie 't éérst
zijn stenen kwyt was die had
't spel gewonnen, en die kreeg dan
een klein vierkantje chocola.
Telkens, als er een spelletje uit
was, schudde Vader de stenen door
elkaar. Dan nam ieder zijn aandeel
En Moeder vroeg: „Wie heeft het
krentenbrood?" Daarmede bedoelde
ze de dubbele zes. Wie dat kren
tenbrood had, die mocht het spel be
ginnen. En die had zodoende de
meeste kans, om het vierkantje cho
cola te winnen!
En wat was nu het wonderlijke?
Kleine Hans had totnogtoe stééds
dat krentenbrood by zijn stenen ge
had. En al die keren had hy een
stukje chocola gewonnen. Zo'n ge
luksvogel, hè? Maar toch was het
een eigenaardig geval! Hoe kon dat
cie landstreken, begrensd door de
Stille Oceaan In die periode wer
den de leengoederen en bezittingen
aan vele prinsen, die in opstand wa-
Ten gekomen, ontnomen en geschon
ken aan een afstammeling van de
grote Vu. tot koning gekroond over
het land Viet omstreeks 1042
voor Chr. Dit koninkrijk had een
beroemden vorst, dien de Annamie
ten nu nog als voorvader eren on
der de rituele naam Meer Long
Quan. Deze vorst maakte zich in het
begin van de 5e eeuw meester van
de gehele kust "en van de „honderd
verre vorstendommen", waaronder
Tonkin. Hij was eigenaar van een
grote vloot en zond een van zijn
zonen naar de monding van de
Rode rivier met een st^rk leger.
Deze stichtte daar „het vorstendom
Viet". De nieuwe prins ontving de
dynastie-titel Hung, waaruit 15 an
dere vorsten voortkwamen.
Viet is dus een zeer oude naam,
die de Indo-chinezen steeds hebben
bewaard. Nu is Viet-Minh, „de
republiek Viet", en Viet-Nam ,het
zuidelijke land", in ere hersteld.
Cl. Madrolle in „Le Monde".
Alleen Moeder lost
de puzzle op!
Een puzzle is het voor kleinen
broer van 1 tot 10 te tellen.
Een puzzle is het voor groote
zus aan wien zij haar hart zaL
schenken. Een puzzle is het
voor Vader om „aan den rook
te blijven".
En een wekelijks terugkee»
rende puzzle is het voor Moe
der, hoe het voordeeligst haar
huishoudgeld te besteden.
Maar gelukkig is Moeder
klant bij de Gruyter en daar
mede is voor haar een goed
deel van de puzzle opgelost.
Zij weet, dat de Gruyter met
haar meepuzzelt om met het
huishoudgeld rond te komen.
De Gruyter geeft weer cassa-
bons: voor tien gulden aan
bons krijgt MoedeV ééivgulden
contant terug. Hoe dat kan?
Door enorme inkoopen be
spaart de Gruyter aanmerke
lijk en daarvan profiteert ook
Moeder.
krentenbrood maar steeds bij Hans
terecht komen?
Vader besloot, om dat eens te on
derzoeken. Hij zette zyn ogen wijd
open. En wat zag hy? Telkens vóór
de stenen door elkaar werden ge
schud, pikte Hans één-twee-drie het
krentenbrood er uit! En dat hield hij
dan onder de tafel, tot het spel be
gon! De anderen merkten daar niets
van.
„Nee baasje", zei Vader, „ddt gaat
niet hoor! Gauw op tafel dat kren-
tenbrood. We moeten allemaal een
kansje hebben!"
Och, die Hans! Dat was een teleur
stelling voor hem. Hij dacht nog wel,
dat hy zo slim was geweest! Zijn lip
begon te trillen en er kwamen een
paar dikke tranen in zijn ogen.
„Maar baasje", zei Vader. ..dat
mag toch niet? Dat begrijp je toch
wel?"
..Ik ik ik", zei Hans. Hij
slikte even. En hy zei met een be-
nauwd stemmetje: ,,'t Is zo leuk. om
te winnen. Vader
Vader en Moeder begonnen te
lachen. Ze zagen wel. dat Hans nog
te klein was. om te begrijpen, dat
hy niet eerlijk speelde, klaar tóch
had 't lesje geholpen. Hij liet 't kren-
tenbrood voortaan rustig op de tafel
liggen.
En 't mooiste van dit korte ver
haaltje is. dat het werkelijk waar
gebeurd is.
DE VERBORGEN PLAATSEN.
't Waren: Hoorn. Schagen. Velp. Em
merik. Parijs, nög eens Hoorn en Romel
Heb je ze kunnen vinden? Natuurlijk wel,
hè? Ze waren niet moeilijk!
LEONARD ROGGEVEE^
Bellen blazen"
Een witte pyp,
Die hing te grijp
In 't houten pijpenrekje;
En kleine Jan
Die dacht: „kom fin,
We nemen eens een trekje".
Maar kyk, 't gaat ook,
Zo zonder rook.
Met zeepsop is 't reusachtig!
Hij blaast zich rood
En bellen groot.
Die schitteren nu prachtig.
Hij heeft geluk
Ai! Die is stuk,
Precies tegen de ruiten;
Hy blaast en zucht
Het is een klucht
Dat bellen blazen bulten!
NICO SPLINTER