SL - De Nederlandse auteur en zijn publiek MEN VERWACHT INMEI; Het verhaal van een valsen munter NIEUWE FRANSE GRONDWET WIJST ONS DE WEG n m PI i H VAN ANNAM TOT VIET-NAM Boekbetpreking t van dr. G. W. Huygens HET* ongetwijfeld hard een argelozen lezer te moeten vertellen, dat 't me rendeel der romans, die hij met zoveel plezier eenmaal heeft verslonden prul- Jen zijn: dat Jan de Hartog'a „Hollands Glorie" op de keper beschouwd flauw is; dat de Merijntjes in de literaire we reld niet voor vol worden aangezien; dat men daar lak heeft aan alle Bartjee, Boefjes en Ciskes bij elkaar. Deze le zer komt dan tot de conclusie, dat de literaire waarde van een boek niet be paald wordt daar het aantal, dat er van verkocht wordt, maar door 't fiat dat een aantal letterkundigen, die hij meestal niet eens van naam kent, er over uitspreekt. Vraagt hij dan ln zijn argeloosheid: Waarom geven d auteurs dan niet wat lk wil hebben op een wijze, die zij verantwoord achten?, dan heeft de ongetwijfeld goedbedoelende man de kern van de verhouding auteur lezer blootgelegd. Wil men den lezer niet al te zeer kwetsen, dan is 't de beste mahier vla *n vergelijking duide lijk te maken, dat hij ongelijk en de li teraire bent 't bij het rechte eind heeft. Zo aal hU de „stelling" accepteren dat slechts enkele mensen oesters lusten, maar dat bijna allen pannekoek en ge- bek smakelijker vinden, vooral als hij zelf tot beide categoriën behoort. Is dit •laatste niet het geval .dan word hij on rustig, zoekt er wat achter en zal trach ten zelf een „oestereter" te worden. Meestal Is hij echter wel tevreden met zijn „pannekoeken", daar hij al t onbe kend sorteert onder de dlngan, die „er zo raar uit zien". Echter, hiermee is de kwestie niet opgelost. Het gaat tenslotte om deze vragen: Bestaat er 'n practische verhou ding tussen lezer en auteur via 't boek? Schrijft een letterkundige alleen om der wille van het boek, d.w.z. de kunst? Wat eisen de diverse categoriën lezers? JTIND 1945 verscheen van de hand van O. W. Huygens ^de dissertatie ,,De Nederl. auteur en zijn publiek", waar in bovengenoemde vragen, al Is het op summiere wijze, worden beantwoord. Uiteraard is deze „sociologisch-litteraire studie over de ontwikkeling van het let terkundige leven in Nederland sedert de 18e eeuw" op historische leest ge schoeid, zoals het een goed proefschrift betaamt. De lezer echter, die het werk niet leest met hlstorlsch-wetenschappe- lijke, maar met alleen litteraire belang stelling. verveelt zich hierdoor nogal eens. Daarbij is het nu eenmaal gebrul- gelijk de doctorstitel te behalen via een geschrift, dat wemelt van aanhalingen uit allerlei studiewerken (uiterlijk blijk van belezenheid en noeste arbeid!), naarstig als noten met titels en t.a.p.'s nader gedefinieerd. Echter, deze dissertatie heeft ook in teressante bladzijden daar de litteraire actualiteit regelmatig ln 't geding komt. ^yAAROM leest men romans en gedich- 1 ten? En als tegengestelde pool: waarom schrijft men? De gemiddelde lezer, die zich houdt aan zijn detective- story, zijn familie- of boerenroman, doet dit als. soms prikkelend, tijdver drijf. in het algemeen om de werkelijk heid te ontvluchten in een meestal kin derachtige romantiek. Zijn bewondering voor een auteur, die hem deze vlucht laat maken, kent gesn grenzen en ver leidt hem er toe ook het volgende boek van zijn lievelingsschrijver te lezen. Dat er op deze wijze ook wel eens betere belangstelling ontstaat bewijst het ge- val-Bordewijk. Van dezen schrijver ver scheen in het begin van de oorlog de roman „Apollyon". Talloze lezers wer den door dit boek geïnspireerd tot het ter hand nemen wan Bordewijk's ande re werken, zoals „Bint" en „Karakter". De andere vraag, die over het" doel van een kunstwerk, heeft alleen zin als tegenstelling tot de eerste. Kunst, en dit dient iedere lezer van welk letter kundig product ook te beseffen, is in feite „nutteloos", d.w.z. werpt geen di recte materiële voordelen af voor de maatschappij. Zo gauw wij gaan spreken over de nuttige kunst, komen wij op het terrein der dienende of op dat der om commerciële voordelen geschreven werken. Het Is ook om deze reden, dat de gro te meerderheid der lezers weinig cultu reel besef heeft. Cultuur beschouwt dr. Huygens terecht „als 't werk van wei nigen, die ln een gemeenschap grote dingen weten te realiseren". Dit alles wil niet zeggen, dat de lite rator, en vooral de romanschrijver, geen concessie doet aan het publiek. Immers, „het uitgeven van boeken vooronder stelt een publiek dat ze koopt". Doch hiermee wordt tegelijkertijd een grens getrokken in het domein van het lezen de publiek: aan de ene kant bevinden zich nJ. degenen, wier keus niet bepaald wordt door louter aesthetische motieven: zij lezen de „bestsellers"; de andere zij de, die der „elite", hunkert naar de meer officiële letterkunde. Dr. Huygens legt in zijn werk terecht grote nadruk op de dominerende kracht van deze laatste. „De auteur, die zijn ta lent niet wenst teprostitueren, moet honger lijden-of een burgerlijke posi tie zoeken. Daar het eerste niet lang vol te houden is, kiest hij het tweede, zodat hij in staat is, door te produceren voor zijn genoegen, en zijn kunst wordt „tijdverdrijf voor enkele fijne luiden". De Nederlandse cultuur is daarmee ge diend. Alleen zal hij van tijd tot tijd smalend afgeven op zijn commerciëler aangelegde kunstbroeders der semi-of- ficiële en officieuze litteratuur, en ook op het grote p' bliek, voor hetwelk hij de onbegrepene ia en blijft. En daarmee blijft ook het leven in de grote brouwe rij der Litteratuur". !N een der laatste hoofdstukken maakt de schrijver de opmerking, dat de werkelijke elite onderdook tij dens de „Kultuurkamer"-komedie en „wachtte op het moment, dat zij het hoofd weer boven water kon steken om de meer dan ooit van haar verwachte leiding te geven". Dr. Huygens is 't dus met deze afwachtende houding eens. Men kan zich echter niet ont veinzen, dat een werkelijke elite zich te allen tijde opmaakt haar rechten te 'verdedigen, indien deze met gelaarsde voeten worden getreden. Zo lang onze elite niet in staat is zich daadwerkelijk dat wil niet zeggen met 't soldaten- zwaard, maar wel met het elite-zwaard: de pen te verzetten, is h$t beter het adjectief „werkelijk" maar weg te la- jten. Onze verzets-litteratuur werd niet geschreven door de officiële litterato ren en heeft niet die kracht ontplooid, 1 welke de woorden „werkelijk schrij versverzet", d.i. werkelijk elite-verzet, rechtvaardigen. -"H. N. A. De waardevolle-waardeloze cheque Frank Gillard, de oorlogsverslag gever van de B.B.C., bezit een eigen aardige chèque ten bedrage van vijf pond met op de ommezijde de woor den: „Als betaling van een verloren weddenschap, die ik op 17 Dec. 1944 met U heb afgesloten. Mont- gomery". Gillard vertelde over deze wed denschap het volgende: „Het was midden in het tegenoffen sief van de Duitsers in de Ardennen. Ik dineerde met Monty in diens hoofdkwartier in België en voor spelde hem, dat ondanks alle Duitse vorderingen de oorlog afgelopen zou zijn voor 30 Juni 1945. Montgomery achtte dit uitgesloten en toen ik hem voorstelde er een weddenschap van vijf pond over af te sluiten, ging hij hier onmiddellijk op in". De oorlogscorrespondent heeft gewonnen, maar financieel voordeel zal hij er nooit van hebben. Hij wenst de chèque, die voor hem een unieke herinnering aan zijn oor logsloopbaan betekent, altijd te be-„ waren en kan hem dus niét inwis selen. Pi WINSTON CHURCHILL ONTVANGT IN LEIDEN HET EERE DOCTORAAT. MOEDER DAG. 1NTERN. CONFERENTIE TE WASHINGTON CVER DE WERELDVOEDSELfv asTRIBUT,E tasnSS De bankbiljettenfabriek van Sachsenhausen £uropa wordt, naar de kranten meldden, overstroomd door vals geld. De bende schijnt te beschikken over de persen, die door Himmlers valse munterscentrale destiJHs ge- bruikt werden om geallieerd geld te maken. Daar ik zelf, als gevangene in het concentratiekamp, gedwongen was te werken in deze valse mun- terij van Himmler, ben ik in staat, omtrent de omvang en de methodes dier werkzaamheden, een en ander te vertellen. In Januari 1944 werd te Auschwitz, in welk kamp wij ons toen be vonden, een werkkommando samen gesteld. De wijze, waarop dit ge beurde, wees er al dadelijk op, dat dit kommando een zeer bijzonder werk te verrichten zou krijgen. De officier van de S.S., die de gevange nen uitzocht, bleek een uitgesproken voorkeur te hebben voor typograven, kunstschilders, papierdeskttndigen. instrumentmakers, graveurs. Het is schrijver van dit artikel tot op heden een raadsel gebleven, waarom hij in dit commando werd opgenomen, daar hij tot geen der genoegde cate gorieën gerekend kon worden. Nie mand kon gissen wat de aard en welke het oord onzer toekomstige werkzaamheden zouden zijn. De S.S. Gereed voor een internationale gemeenschap 5 Mei a.s. zal het Franse volk be slissen over het al of niet van kracht worden van de nieuwe Franse grond wet, die met geringe meerderheid van stemmen (de M.R.P. was tegen) de Assemblée passeerde. Onder de vele nieuwe artikelen, die deze grondwet bevat, is er één, dat niet alleen voor Frankrijk een novum betekent, maar dat nog in geen enkele grondwet van welk land ter wereld ook, is opgenomen. De tweede alinea van artikel 46 luidt n.1.: „Onder voorbehoud van weder kerigheid, stemt Frankrijk ln met begrenzingen van souvereiniteit, no- dig voor de organisatie en de verde diging van de vrede." Door het opnemen van deze enkele regels wordt voor Frankrijk de mo gelijkheid geopend, zonder verande ring in de grondwet, toe te treden tot een eventueel te vormen federa tie van staten. Reeds in Juni 1945 bleek uit een opinie-onderzoek, dat 73 pet. van het Franse volk de aansluiting van Frankrijk bij een Europese federatie zou toejuichen en deze publieke opi nie zal ongetwijfeld van invloed zijn geweest bij het opnemen van ge noemd artikel. Meer en meer begint de idee veld te winnen, dat de UNO zo spoedig mogelijk moet worden uitgebouwd tot of vervangen worden door een federatieve wereldregering. De UNO in haar huidige gedaante is niet veel anders dan de Volken bond met een fris vernisje, en de basis er van is nog steeds de nati onale souvereiniteit. Artikel 2 van de nieuwe Franse grondwet zegt, dat alle souvereini teit in wezen bij het volk berust. Dit principe, dat reeds door de 18e eeuwse Franse philosofen werd ver- In de tempel van Caissa Oplossingen. a No. 3. (tweezet): 1. Kc3. No. 4. (driezet): 1. Pal, Kd4 2. Pc2t Na 1Po, volgt 2. Df5t. Over 14 dagan wordt de atand van de ladder gepubliceerd. Probleem no. 5. (Twee-iet, Auteur J. K. Heyden). Wit: Koning dl. Torens b5 en h3, Looper h6. Paarden b2 en f5, pion f3. Zwfrt: Koning c3. Paarden bl en e«, Looper h5. Probleem no. Drieiet (Auteur: W. Greenwood). m m w m m m m a bcdefgh Wit: Koning f6 Torens e2 en c4 Looper f3. Paard d5. Zwart; Koning d3, pion d7. dedigd, is in de democratie nog steeds van kracht. In een federale staat komt de re gering voort uit het volk en zij is aap het volk verantwoording ver- schuldigd. Ook in een federale regering be rust dus de souvereiniteit bij de aan eengesloten volken en van een be grenzing der souvereiniteit kan dus in feite niet gesproken worden. Slechts de macht der nationale re geringen, wordt voor een gedeelte overgedragen aan de federale rege ring. Deze macht wordt eenvoudig weergegeven door het woord „nati onale souvereiniteit" en slechts in deze zin kunnen wij van overdracht of begrenzing der souvereiniteit spreken. Aan bet wezen der souve- reiniteit wordt echter door een aan sluiting by een federatie niets af gedaan. Nu de onderlinge afhankelijkheid der nationale staten met de dag dui delijker tot uiting komt, zoals o.m. door de voedsel- en materiaal- schaarste in Europa, geeft het blijk van een vooruitstrevende internati onale politiek, dat Frankrijk zich ge reed maakt voor een internationale gemeenschap, aangepast aan de nieuwe omstandigheden. Vooral voor Europa kan deze slag van essentiële betekenis zijn en het voorbeeld dat de Franse Republiek geeft verdient de aandacht van alle landen. In vele perioden d^* wereldge schiedenis heeft het Franse volk be wezen de iuiste oplossing te brengen voor politieke problemen. .Ook nu weer toont door deze enkele, byna opvallende, regels in de nieuwe erondwet, bet Franse volk dat de Franse geest ongebroken voortleeft en dat de Franse RenuHiok in de critieke periode na de tweede we reldoorloe bereid is mee te bouwen aan een betere inferna'ionale orde ning. geh'^eo'-d on d^e een omwenteling betekenen in de in+""- nationale maatschappij. -W Een sardis miniatuurpartijtje. Hollandse verdediging. Wit: Dr. Tartakower; Zwart Mieses (Baden-Baden 1925). X. d2—d4, f7—f5: 2. e2—*4 d. 1. het zgn. Stauntongambiet. 2.... f5 e4: 3. Pble3, Pg8—f6: 4- g2—g4. Volgens Dr. Euwe een zet van twijfelachtige waarde. 4.... d7— dS' De aangewezen zet is h7—h6. 5. g4g5, Pf6—gS: 6. f2—tt!: M x (3 7- Ddl x (3. e7—e6 8. Lfl—d3. Er dreigt Dh5 t enz 8g7—g6: 9. Pgl— «2, Dd8e7 10. Lel—f4. c7-c«. Beter is direct Pa6; na de tekstzet wordt d6 zwak. 11. Lf4—e5. Lf8—g7 12. Df3—g3. Pb8a6 13. 00. Lc8d7? Zwart heeft geen goede zetten meer. 14. Le5d6. De7—d8 15. Dg3—f4! Zwart geeft op. De koning der Zigeuners. Jan Cwlek, heeft verklaard, dat hU voort aan President wil heten en dat hij bo vendien een einde wil zien komen aan het nomadenleven der Zigeuners. Druk: Dagblad v. Noord-Holland N.V. bewaarde ten aanzien van ons meer nog dan anders bij haar in deze gevallen te doen gebruikelijk was een diep stilzwijgen. Dit werd eerst verbroken toen we ons na enige tijd in de werkplaats der valsmunterij bevonden. Dat was in blok 19 van :t concentratiekamp Sachsenhausen, te Oranienburg bij Berlijn. De Sturmbannführer^die ons uit gezocht had, hield een korte toe spraak. Hij zei, dat Duitsland de oorlog ten koste van iedere prijs moest winnen. Ieder middel hiertoe was geoor loofd. Het was hem bekend, dat de vijand zulks ook deed. Een van de middelen was het vervaardigen en in omloop brengen van vals geld der vijanden. Van dat moment af aldus de Sturmbannführer zouden we ge heel geïsoleerd zijn, ook van het overige deel van het kamp. We zou den dit ook niet meer verlaten. Spreken met gevangenen buiten ons blok of zelfs met een S.S.-man, die niet tot onze eigen, speciaal be ëdigd e, bewaking behoorde, het doorgeven van een bericht zou tot gevolg hebben, dat de gehele be manning van ons kommando ter dood gebracht zou worden. [)e aanblik van het verblijf, dat door prikkeldraad-afrastering geheel van het overige deel van het kamp was afgesloten, had ons trouwens terstond al van ons isolement be wust gemaSkt. De aard van het werk, waartoe men de gevangenen hier dwotig, liet ook verder geen twyfel aangaande het lot, dat voor deze mensen was bestemd, zodra de oorlog ten einde zou lopen. Bij onze aankomst werkten hier reeds een vijftig gevangenen en had den de persen al meer dan een jaar, dag in d$g uit, valse Engelse ponden gedraaid. Wij brachten het aantal gevangenen op honderd man, dat weldra uitgroeide tot honderd véer- tig. Hieronder waren 6 HolUanders. De beste en meest modernV machi nes werden van overal naar blok 19 ge§ieept, waar de grootste en meest geperfectionneerde inrichting ter vervaardiging van vals geld en ter vervalsing van documenten werd op gebouwd, die de wereld ooit gekend heeft. De leiding berustte onmiddel lijk by Himmler en Kaltenbrunner, zoals reeds~T>lijkt uit de naam van het kommando: Sonderkommando des Reichs-Sicherheits-Haupt-Amtes. J)e valse bankbiljetten dienden in de eerste plaats om de spionnen in het buitenland te betalen." Deze hadden blijkbaar meer ver trouwen in de credietwaardigheid van hun vijanden dan in die van hun broodheren. Het „geld" werd in de diplomatieke valiezen naar de ambassades en de consulaten in de neutrale landen vervoerd. Zelfs de enveloppen voor deze „diplomatieke" post waren: werk Sachsenhausen blok 19. Zo werden in totaal ongeveer een twaalf millioen „echte" bankbiljet ten ter waarde van bijna 200 millioen pond sterling de wereld ingezonden. fyog een doel beoogde men met dit bedrijf. Men wilde door het uit werpen van enorme hoeveelheden vals geld, met behulp van vliegma chines boven de Engelse gebieden* het vertrouwen in het Engelse geld met één slag vernietigen. Dit laatste heeft niet meer kunnen plaats vinden. Gebruik makend van geweld lieten de nazi's deze oorlogsmisdaad ver richten dcor honderd en veertig bur gers uit de door hen bezette gebie den, met het vooropgezette 'plan deze mensen na aflooo te vernieti gen. opdat het geheim hunner mis daad bewaard zou kunnen blijven. Deze laatste opzet is gelukkig mis lukt, mede als gevolg van het ingrij pen der ondergrondse beweeing in Oostenrijk. (Hier in Oostenrijk, wa ren wij tenslotte na een wonderlijke tocht terecht gekomen.) gij het proces te Neurenberg zal ongetwijfeld Kaltenbrunner. die direct voor al deze misdaden aan sprakelijk gesteld kan worden, ter verantwoording geroepen worden. ROBERT ELBURG. Rondom de wereld in 33 uur Zowel de Amerikanen als de En gelsen bezitten op het ogenblik vliegtuigen, die een snelheid van plm. 620 mijl (meer dan 1000 km) per uur kunnen bereiken. Zelfs heeft men in Engeland een toestel in een vergevorderd experimenteel stadium, dat de snelheid van het geluid (760 mijl, 1200 km per uur) kan evenaren. Dit betekend, dat men in 33 uur om de wereld kan jagen. Indo-Chinese geschieden is t Annam en Viet-Nam zijn twee uitdrukkingen van politieke oor sprong, die het zelfde land aandui den, maar die ieder een geheel ver schillende betekenis hebben. De Fransen gebruikten voor de eerste keer officieel het woord An nam bij gelegenheid van het verdrag van Saigon (5 Juni 1862). Toch da teert deze topografische aanduiding reeds uit het jaar 679 n. Chr. De naam werd toen gebruikt door de Chinese dynastie Duong, toen deze het algemene bestuur over het land der Annamieten reorganiseerde In de 15e eeuw gebruikte de Chinese keizerlijke regering eveneens de be naming Annam voor het noorde lijke gedeelte van Indo-China. Nu wordt met Annam het land bedoeld tussen Tonkin in het Noorden en Cochin-China in het Zuiden. De be- woners zelf verkiezen echter de na men der drie „Ki" (domeinen), n.1 Trung-ki, Bac-ki en Nam-ki. De naam Annam. vroeger opgedrongen door de overwinnaars, betekent „de landstreek aan het gepacificeerde zuiden", als herinnering aan het feit. dat China dikwijls troepen moest zenden om opstanden tegen bet keizerrijk te onderdrukken Deze betekenis schijnt de Annamie ten nooit bevallen te hebben en leden van de regering zowel als ge leerden hebben deze uitdrukking steeds verworpen en gaven de voor keur aan de oudere naam Viet De naam Viet, die voor ons nieuw is, is de Chinees-Annamitische Ie- zing van twee letters, die respectie velijk gebruikt worden om een zelfde Zuid-Chinese landstreek aan te duiden. De meest gebruikelijke spelling betekent „aan de andere zijde" of „verweg". Het woord Viet duidde dus een staat aan „ver af ge legen" van de zetel van de hoofd stad van het rijk. Het was de dynastie van Chu, die in de elfde eeuw voor Chr. deze naam gaf aan Frankrijk kwam zijn koloniale^, problemen te boven en bij alle ver anderingen van ingrijpende aard, die hiervan voor moederland en Indo- China het gevolg waren, kwam ook een naamsverandering. .Annam werd Viet-Nam; ook het woord Vietmink kon men meermalen tegen komen. Maar waarom deze naams verandering en wat houdt zij in? Bijgaand artikel geeft antwoord op deze vraag. Met naald, draad en schaar Wie van de dames voelt niet iets voor zo'n geweldige sport, jurk? Nu het tennis- seizoen weer is be gonnen, dachten wij aan een vlot, sportief modelletje. Misschien heeft U nog een jurkje dat tot zo iets omgetoverd kan worden Vroeger waren de korte mouwtjes favoriet; dit seizoen zullen wij vele modelletjes met lange mouwen tegenkomen, die het voordeel hebben met frisse dagen wat warmer te zitten. Het jurkje bestaat uit een boven stuk en blouse met aangeknipt schootje, de rok heeft aan de z - kanten vier plooien om de juiste wijdte te verkrijgen, en een vlotte steekzak .Voor- en achterbaan zijn glad. Het jurkje wordt van voren gesloten met een paar knopen, ter wijl een vlot bobbedkraagje het ge heel voltooit. Het mouwtje is wijd, met een strak bordje afgezet Dit modelletje kan ook als rok en blouse gemaakt worden, wat het voordeel heeft, dat het met een ander blousje er op een aardige af wisseling geeft. Een droom werd werkelijkheid De Amerikaanse korporaal Ernest Shafto, die tijdens de oorlog op de Philippijnen diende, droomde op een nacht, dat hij met zijn verloofde huwde in het Gemeente Park van Atlapta, waar hij haar voor de oor lof het hof had gemaakt. In zijn land teruggekeerd vertelde hij zijn droom aan een journalist, die er het ge meentebestuur van Atlanta van in kennis stelde. De gemeenteraad nam onmiddellijk stappen om deze droom werkelijkheid te maken. Zo werd Ernest Shafto onlangs in tegenwoor digheid van den burgemeester en met 10.000 getuigen. in het Gemeen tepark van Atlanta in de echt ver bonden met ^Kathleen Jordon uit Georgia. ONZE JEUGDHOEK HET KRENTENBROOD. Ze zaten om de tafel: Vader, Moe der, Jan (8 jaar) en de kleine Hans (5 jaar). En ze speelden domino; je weet wel: de zessen tegen elkaar; de vijven, de vieren, de drieën en de tweeën óók; en de eentjes en de blanken precies 't zelfde. Ze hadden allemaal een rijtje stenen vóór zich op de tafel staan. Beurt om beurt moesten ze aanzetten. En wie 't éérst zijn stenen kwyt was die had 't spel gewonnen, en die kreeg dan een klein vierkantje chocola. Telkens, als er een spelletje uit was, schudde Vader de stenen door elkaar. Dan nam ieder zijn aandeel En Moeder vroeg: „Wie heeft het krentenbrood?" Daarmede bedoelde ze de dubbele zes. Wie dat kren tenbrood had, die mocht het spel be ginnen. En die had zodoende de meeste kans, om het vierkantje cho cola te winnen! En wat was nu het wonderlijke? Kleine Hans had totnogtoe stééds dat krentenbrood by zijn stenen ge had. En al die keren had hy een stukje chocola gewonnen. Zo'n ge luksvogel, hè? Maar toch was het een eigenaardig geval! Hoe kon dat cie landstreken, begrensd door de Stille Oceaan In die periode wer den de leengoederen en bezittingen aan vele prinsen, die in opstand wa- Ten gekomen, ontnomen en geschon ken aan een afstammeling van de grote Vu. tot koning gekroond over het land Viet omstreeks 1042 voor Chr. Dit koninkrijk had een beroemden vorst, dien de Annamie ten nu nog als voorvader eren on der de rituele naam Meer Long Quan. Deze vorst maakte zich in het begin van de 5e eeuw meester van de gehele kust "en van de „honderd verre vorstendommen", waaronder Tonkin. Hij was eigenaar van een grote vloot en zond een van zijn zonen naar de monding van de Rode rivier met een st^rk leger. Deze stichtte daar „het vorstendom Viet". De nieuwe prins ontving de dynastie-titel Hung, waaruit 15 an dere vorsten voortkwamen. Viet is dus een zeer oude naam, die de Indo-chinezen steeds hebben bewaard. Nu is Viet-Minh, „de republiek Viet", en Viet-Nam ,het zuidelijke land", in ere hersteld. Cl. Madrolle in „Le Monde". Alleen Moeder lost de puzzle op! Een puzzle is het voor kleinen broer van 1 tot 10 te tellen. Een puzzle is het voor groote zus aan wien zij haar hart zaL schenken. Een puzzle is het voor Vader om „aan den rook te blijven". En een wekelijks terugkee» rende puzzle is het voor Moe der, hoe het voordeeligst haar huishoudgeld te besteden. Maar gelukkig is Moeder klant bij de Gruyter en daar mede is voor haar een goed deel van de puzzle opgelost. Zij weet, dat de Gruyter met haar meepuzzelt om met het huishoudgeld rond te komen. De Gruyter geeft weer cassa- bons: voor tien gulden aan bons krijgt MoedeV ééivgulden contant terug. Hoe dat kan? Door enorme inkoopen be spaart de Gruyter aanmerke lijk en daarvan profiteert ook Moeder. krentenbrood maar steeds bij Hans terecht komen? Vader besloot, om dat eens te on derzoeken. Hij zette zyn ogen wijd open. En wat zag hy? Telkens vóór de stenen door elkaar werden ge schud, pikte Hans één-twee-drie het krentenbrood er uit! En dat hield hij dan onder de tafel, tot het spel be gon! De anderen merkten daar niets van. „Nee baasje", zei Vader, „ddt gaat niet hoor! Gauw op tafel dat kren- tenbrood. We moeten allemaal een kansje hebben!" Och, die Hans! Dat was een teleur stelling voor hem. Hij dacht nog wel, dat hy zo slim was geweest! Zijn lip begon te trillen en er kwamen een paar dikke tranen in zijn ogen. „Maar baasje", zei Vader. ..dat mag toch niet? Dat begrijp je toch wel?" ..Ik ik ik", zei Hans. Hij slikte even. En hy zei met een be- nauwd stemmetje: ,,'t Is zo leuk. om te winnen. Vader Vader en Moeder begonnen te lachen. Ze zagen wel. dat Hans nog te klein was. om te begrijpen, dat hy niet eerlijk speelde, klaar tóch had 't lesje geholpen. Hij liet 't kren- tenbrood voortaan rustig op de tafel liggen. En 't mooiste van dit korte ver haaltje is. dat het werkelijk waar gebeurd is. DE VERBORGEN PLAATSEN. 't Waren: Hoorn. Schagen. Velp. Em merik. Parijs, nög eens Hoorn en Romel Heb je ze kunnen vinden? Natuurlijk wel, hè? Ze waren niet moeilijk! LEONARD ROGGEVEE^ Bellen blazen" Een witte pyp, Die hing te grijp In 't houten pijpenrekje; En kleine Jan Die dacht: „kom fin, We nemen eens een trekje". Maar kyk, 't gaat ook, Zo zonder rook. Met zeepsop is 't reusachtig! Hij blaast zich rood En bellen groot. Die schitteren nu prachtig. Hij heeft geluk Ai! Die is stuk, Precies tegen de ruiten; Hy blaast en zucht Het is een klucht Dat bellen blazen bulten! NICO SPLINTER

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

De Vrije Alkmaarder | 1946 | | pagina 3