Roosevelt en Churchill Een mens moesi geen familie hebben Een niet geflatteerd portret van Winston ,,'n Echte oude Tory, he?" bromde vader Roosevelt op een nacht tegen *yn zoon Elliott. toen hij de vorig; avond inet minister-president Chur chill op een ongewone manier aan de «tok gehad. ,.'n Echte Tory uit de oude school". Ik dacht een ogenblik dat hij uit elkaar zou springen, Paps. Roo sevelt glimlachte. De President van de Ver. Staten kende zijn medestrijder nog maar kort en sprak: „O ik zal uitstekend met hem kunnen samen werken. We zullen het best met el kaar kunnen vinden. Hij is de ideale «erste minister in oorlogstijd. Zijn grote opdracht ls te zorgen, dat Groot- Brittannië deze oor'og overleeft". Ja. maar vader hebt U wel op gemerkt dat hij nooit wil spreken over wat er na de oorlog gebeuren moet? De zaken waarover U sprak brachten hem in verlegenheid, dat is waar. En er is nog een andere reden. De M.P. is uitstekend geschikt als oorlogsleider, maar zal Winston Chur chill de leidin ghouden in het na-oor- chill de leiding houden in het na-oor- logse Engeland? Ik geloof er niets Roosevelt tikte op dat moment de spijker op zijn kop. Het Engelse volk heeft zich direct na de overwinning op Duitsland van Churchill afgekeerd en hem een vernietigende nederlaag toegebracht. Dc figuur van Churchill komt er in de reportage van Roosevelt Junior niet mooi af. In zijn boek ..Zoals hij het zag" schrijft de jonge Roosevelt over zijn vader en beschrijft hij zijn per soonlijke ervaringen tijdens de oorlog. Als aide-de-camp is hij een der zeer weinigen, die nagenoeg alle confe renties tussen Roosevelt en Churchill bijwoonde en bovendien discussieer de hij met zijn vader, die veel ver trouwen in hem stelde en met hem de gebeurtennissen van de dag be sprak. Ook als officier van de Lucht- verkenningsdienst en later als»Com mandant hiervan heeft de schrijver in Canada in Afrika en later in West- Europa aan de vrijheidsstrijd deelge nomen. Churchill, Roosevelt. Stalin. De Gaulle, Tsang-Kai-Sjek, Eisenhower en vele anderen treden in deze revue op en het is machtig interessant om hun woorden te beluisteren. Zelfs H. M. de Koningin der Nederlanden is op' het appel aanwezig. HOGE BOMEN VANGEN NU EENMAAL VEEL WIND O.i. komt Churchill er het slechtste af. De schrijver erkent het ook, het is geen vleiende foto die hij van de staatsman Churchill geeft. Met zijn si gaar in de mond beheerst de M.P. bij elke conferentie de gesprekken aan tafel. Roosevelt luistert en soms kan de President niet langer zwijgen. Dan khetteren de interrupties en dan blijkt het cardinale verschil in opvat ting tussen deze grote staatslieden, Roosevelt, pur sang democraat Churchill de oer-conservatieve, door gewinterde vechter voor zijn land. Roosevelt de sympathieke volkeren- leider, die medelijden heeft met sol daten en arbeiders, die de graven van Amerikaanse soldaten in zyn eentje gaat bezoeken, die de oorlog zo spoe dig mogelijk wil beëindigen om men sen te sparen en die aandringt op de invasie en Churchill, de man die geen haast heeft, die de Russen niet kan zetten en liever Birma en Engels-In- dië wil terughalen of de Middellandse Zee wil beheersen. Hij ziet kans tel kens te remmen, zijn adviseurs zijn geladen met bezwaren en aden overal gevaren, maar eindelijk moet Chur chill het opgeven als hij ziet dat het roeien tegen de stroom hem toch niet baat. Roosevelt wil breken met de fouten der koloniale overheersing en wijst Churchill telkens op de nieuwe tijden die komen, waarin de Verenigde Vol ken ieder hun plaats zullen opeisen. Hy weet onze Koningin Wilhelmina juist op tijd de ogen te openen voor de toekomstige ontwikkeling van In donesië. Geen koloniale overheersing meer, geen winsten zonder tegenpres taties. Hij zegt het zo karakteristiek: vroeger hadden de koloniale volken permanent honger en epidemiën. Een van zijn stellingen is vrijheid, econo mische welvaart voor allen, ware de mocratie. Churchill gelooft het best en laat Roosevelt maar oreren. Als Engeland er maar weer boven op komt en de eerste viool speelt, is alles O.K. Roosevelt zei het kort en pittig: Groot Brittannië heeft het Atlantisch Hand vest ontertekend. Ik hoop dat ze zul- ■jmuny, Rloum dik u.oifJj.altt'i De zeevisserij is voor ons land altijd een grote bron van inkomsten geweest en moet dit ook blijven. IJmuiden heeft dan ook een wijd en zijd bekende visserijscbool, waar de jongens het vak tot in de perfectie leren. Gedu rende de oorlog was deze school gesloten, doch thans draait zij weer op volle' toerert. Hier wordt de jongens het knopen grondig geleerd. 40. Mijnheer Trapman keek even peinzend voor zich en toen liep hij met grote stappen naar zijn boeken kast, greep daar het voetbalreglement en begon er in te lezen. „Neen", mom pelde hy tenslotte, „er staat nergens dat er geen aap zou mogen meespe len. Zou ik het er eens op wagen, zou ik Jimmy eens voorstellen als doelverdediger". Hij liep naar zijn zoontje Jan en zei: „Wat zou jij er van zeggen, Jantje, als Jimmy Zaterdag eens onder de lat stond? „Zou-ie 't er goed afbren gen?" len begrijpen, dat de regering van de V.S. van plan is er voor te zorgen, dat zij het zullen nakomen. Zij moe ten zich niet verbeelden dat wij hen alleen maar helpen om hen te steunen in hun verouderde middeleeuwse ko loniale opvattingen. Uit alles blijkt dat Amerika wel de bondgenoot van Engeland is. maar heus niet blind is voor de fouten van Groot-Brittannië. Dat belet Amerika ook niet om en Engeland en Rusland krachtig te helpen. Ook al dringt Churchill op meer hulp voor zijn land aan en minder hulp voor Rusland, Roosevelt blijkt tegen Churchill vol ledig opgewassen en hij is tussen de kibbelende partijen de aangewezen scheidsrechter. Maa revenals Wilson eenmaal tegen Clemenceau moest optreden, zo moet Roosevelt Churchill terecht wijzen. Roosevelt strijdt op twee fronten. Op alle conferenties is hy de man, die de Duitse oorlogvoering fel bestrijdt, maar tegelijkertijd de Engelse politiek doorziet. Ook in de kring van de ge allieerden is het nu eenmaal geen bo tertje aan de boom. Denk maar aan de De Gaulle-misere. Maar altijd weet Roosevelt de reddende formule te vin den. En hoe arm is thans de wereld dat zy juist zulk een eminent en groot staatsman heeft moeten missen. („Zoals hij het zag" is een boek om in één ruk uit te lezen. Het is een uitgave van de Uitgevers Mij. Streng- holt te Amsterdam). Ons dagelijks overzicht Churchill's bezoek Het schijnt in het voornemen van Churchill te liggen opnieuw een be zoek te brengen aan Nederland en om van die gelegenheid gebruik temaken een aantal redevoeringen te houden over de toekomstige Verenigde Staten van West-Europa. Tegen Verenigde Staten van West- Europa hebben we niets. Integendeel, er valt heel veel voor te zeggen. Niet alleen is het mogelijk, dat daardoor eindelijk een streep wordt gezet onder de reeks van steeds opnieuw uitbre kende oorlogen tussen de zich ontzet tend gewichtig voelende West-Euro pese volkeren, bovendien is de kans groot, dat de vredestaak, die ons we relddeel heeft te vervullen, alleen dan met vrucht kan worden aange vat. Er is niet de minste twijfel aan of een West-Enropese bondstaat zou voldoende prestige bezitten om zonder behulp van wapengeweld respect af te kunnen dwingen Indien Churchill in dit opzicht iets kan bereiken, mogen we zulk een re sultaat toejuichen. We hebben echter een eigen kijk op deze staatsman, wiens prestaties uit dc oorlogsjaren wc ten volle waarderen, maar die we in vredestijd toch maar liever niet aan het bewind zien. Anders dan het Dagblad voor Alkmaar houden we niet van „sterke mannen", aan Hitier hebben we van dit soort meer dan genoeg gehad. We kennen de mentaliteit van Chur chill zo langzamerhand te over en we weten dus, dat hy wèl Verenigde Staten van Europa wil. maar dat deze zich dan naar zijn mening behoren te plaatsen in het Amerikaanse schuitje. Zo Churchill er iets aan kan doen. zal een West-Europese bondsstaat het blok van h;t kapitalistische imperia lisme kunnen versterken tegen het Communistische dito. Daarbij echter zouden de landen, waarin wij wonen, worden gemaakt tot een vooruitge schoven bastion in de strijd, waarvoor zo velen vrezen. We zouden er onher roepelijk als eerste weer in worden betrokken en het spijt ons voor Chur chill, daarvan moeten we niets heb ben. We zouden krachtig meewerken aan het ontstaan van een nieuwe oorlog in plaats van wat ons heel wat beter en nuttiger lykt met alle macht te pogen deze te vermijden. Eén ding is ons bij dit alles tot troost: het zal Churchill niet gelukken ons volk te overtuigen van de zege ningen van het Amerikaanse kapita lisme. Wij hebben de kapitalistische periode uit onze historie afgesloten, we zijn een stap verder. En niemand ook Churchill niet .is sterk genoeg dit ongedaan te maken. Zolang de volke ren van West-Europa in %'rijhcid kun nen beslissen is en blijft het onge breideld kapitalisme een overwonnen standpunt. Daarom zal Churchill pleiten voor een verloren zaak. In zoverre wensen we hem succes, dat we iedere schre de op de weg naar een aaneengesloten West-Europa met vreugde zullen be groeten Dat andere echter, de verbon dcnhcid aan Amerika, njoet een il lusie blijven. We zijn er eenmaal zelf om te, voorkomen dat eventueel ver kregen voordelen in dit opzicht weer te niet worden gedaan. E Rond de fooi Portier met auto.... en zeiljacht Toiletjuffrouw: f 250.- per week Van vrijwillige gift tot gedwongen fooi David kan dan Goliath overwonnen hebben, tegen Bertus zou hij zeker het onderspit hebben moeten delven, want Bertus is anderhalve kop groter dan een normaal mens, hij heeft een paar handen, die te breed zijn voor de zakken van zijn colbertje een gevaarlijke stierennek en moet zijn- schoenen steeds laten aanmeten omdat geen enkele winkel maat 49 in voor raad heeft. Zou dit voor een normaal mens een ramp zijn. voor Bertus heus niet, want hij is portier. Daarom heeft hij een „salaris", waarop een minister jaloers kan zijn. Bertus heeft dan ook niet alleen zijn eigen zeil jacht (voor de zomermaanden), doch tevens zijn eigen auto (tijdens winter) VAN VRIJWILLIGE GIFT TOT GEDWONGEN FOOI Zijn vriendinnétje is.toiletjuf- frouw. Dat wil zeggen, dat zij in de toilettenhall van de zelfde Haagse bar een tafeltje heeft staan met een bordje er op. Zelf leest ze Lord Listers aan de lopende band. Probeer niet van dringende nood bevrijd te worden zonder offer aan Lientje. Probeer ook geen dubbeltje in het bordje te de poneren. want dan kijkt ze je zo ver- (Van onze Haagse correspondent) nietigend aan, dat het schaamrood je wangen zou kfeuren. Maar voor een kwartje begenadigt Lien je met een vriendelijk knikje. Ze hoort het aan de klank, waardoor ze niet eens op hoeft te kijken van haar verheffende lectuur. Een ander vriendje van Lien is hier garderobier. Als je met je jas aan naar binnen durft lopen trekt hij hem keurig voor je uit en bergt hem op. Zelfs een hoed en een wandelstok of parapluie hoort in zijn domein thuis. En nu begrijpt U toch zelf ook wel. dat als iemand eerst je jas en hoed voor je ophangt, daarna een •bonnetje overhandigt, een duplicaat aan je garderobe bevestigt en ten slolte je niet alleen je spullen weer aangeeft, doch je zelfs helpt in je jas te komen, dat ook deze daad met een kwartje ter nauwernood beloond is De ober, die op een glas bier van 50 ct. een dubbeltje fooi krijgt weet op zo'n suprème wijze zijn minachting te demonstreren, dat je voor de lieve vrede ook al een kwartje offert. Zo komt dat ene glaasje bier je te staan op: 50 ct. plus 4 maal 25 ct. fooi, dus f 1.50. En probeer niet je aan deze plicht te onttrekken, want Bertus houdt je in de gaten. En met hem is het slecht kersen eten. Denk niet, dat deze lezing overdre ven is, lezers. De fooi is op deze (en andere) wijze ontaard van een vrijwillige gift voor een kleine bewezen dienst tot een ge dwongen honorering van kunstmatig geschapen of vermeende diensten. OOK BIJ GERENOM MEERDE ZAKEN. Het zijn niet alleen de bars, waar de bezoeker zich blauw offert aan fooien doch ook in zaken van naam hebben de uitwassen van dit stelsel hun intrede gedaan. De brave burger die de bar te lux vindt en in een nor maal net hotel een biertje wil nemen, stuit eveneens op een portier, een toiletjuffrouw en (in vele gevallen) een garderobier. Zelfs broodjeswin kels, ijssalons en fotografen, alsmede grote warenhuizen hebben tegenwoor dig portiers, toiletjuffrouws enz. Een fooi is een vrijwillige gift voor een kleine bewezen dienst. Maar wel ke diensten portiers bewijzen (de deu ren staan door de regel ver open) of toiletjuffrouwen, die niets anders doen dan romans verslinden, is ons een raadsel. BIOSCOOPPORTIER Als je naar de bioscoop gaat staat er naast de cassa een blauw geüni formeerde portier. Als je tegen de cassière zegt: „twee balcon", zegt hij eveneens „twee balcon". Hy schuift je niet eens de kaartjes toe. Toch kost je dit grapje weer minstens een dub beltje. En zo kun je doorgaan. De tramconducteur, de kapper, de man van de fietsenstalling, de krantenver koper en wie al niet meer. De fooi is ontaard. De fooi wordt een rem op het uit gaansleven. De fooi bezorgt ons een slechte naam in het buitenland. Wist U, dat een bioscoopportier een „matige" week heeft, als hij „slechts" f 150 verdient? De normale burger, die met werken en ploeteren een bescheiden salaris verdient, betaalt belasting. Denkt U dat Bertus en Lientje be lasting betalen? Och, kom! .NEDERLAND FOOIEN- LAND. In de afgelopen zomer hebben we ons vaak onderhouden met buiten landse gasten. Opmerkelijk slecht wa ren ze te spreken over de fooien. De Fransen noemen Nederland al Le Pays des Pourboires. Een Schot, die even eens in Nederland was geweest zei: fee-accepting Dutchmen. Als we wer kelijk een touristencentrum willen worden, zal er ook op dit gebied nog veel moeten veranderen. Zo had Uw correspondent of juis ter gezegd zijn ega deze zomer twee Franse logeetjes. Het was zelfs op haar aanminnige leeftijd de kinderen niet euvel te duiden, dat ze vlak voor het Kurhaus moesten rennen om de „ondergrondse" nog tijdig te bereiken. Maar denkt U dat de toiletjuffrouw toegang verschafte zonder dubbeltje? Geen denken aan. Pas nadat haar gastvrouw het onderaardse damesdo mein had opgezocht en de tol had be taald konden de voorgenomen plan nen worden uitgevoerd. Vermoedelijk weet iedereen hoe de slachtoffers zich op dergelijke „critische" ogenblikken voelen. Is het dan te verwonderen, dat deze gasten geen al te beste in druk van Nederland kregen? Er zal veel moeten veranderen. Wat denkt U bijvoorbeeld van taxi chauffeurs ,die eerst de 10 pet. fooi bij de prijsopgave berekenen en dan nog lelijk kijken als ze geen tip krij gen. Het beste is de fooi af te schaf fen. Edoch totale afschaffing zal wel niet mogelijk zijn. Maar dan dienen we toch minstens de fooi weer terug te brengen tot wat zij oorspronkelijk was: een vrijwillige gift voor een klei ne bewezen dienst. De goede zaken moeten voorgaan, en het publiek moet de moed hebben geen fooi te geven als er geen reden voor is. Al is Bertus ook nog zo sterk. WOENSDAG 29 OCTOBER 19J7. Hilversum I - t :u Nieuws m 7. 8, 13, 18, 20 en 23 uur. VARA 7.30 en 8.15 Gram.muziek; 8.50 Voor de huisvrouw; 9.00 Lichte orkest werken; 9.30 Kamermuziek; VPRO 10.00 Morgenwijding; VARA 10.20 Kookpraatje; 10.45 Voordracht dtor Jan Lemaire; 11.00 Populair non-stop; 12.00 The Ramblers; 12.38 Gram.platen 13.20 Malando speelt; 14.00 Lezing: „In de herfst er op uit"; 14.15 Jeugd- concert; 15.00 „Jelle van Sipke-frouk- jes", hoorspel voor de jeugd; 15.30 De Roodborstjes; 15.45 De Regenboog; 16.15 Vragen staat vrij; 16.45 Het stond in de krant; 17.15 Johan Jong; 17.35 Millersextet; 18.20 ETA-triö; 18.30 Ned. Strijdkrachten; 19.15 Kwar tet Jan Corcluwener; VPRO 19.30 Ons leven en ons geloof; 19.45 Lezen in de Bijbel; VARA 20.15 Operetteklan ken; 21.10 Schuldig of onschuldig?; 21.15 „Marieken van Nimwegen", hoorspel; 22.15 Paul Godwin-trio; 22.45 Van boek tot boek; 23.15 Voetbal reportage. Hilversum II - 415 m. - Nieuws om 7, 8, 13, 19, 20 en 22.30 uur. NCRV 7.45 Een woord voor de dag; 8.30 Montere morgenklanken; 9.00 Op ziekenbezoek; 9.35 Klassiek morgen concert; 10.30 Morgendienst; 11.00 Vioolrecital; 11.30 Musetteorkest; 12.15 Orgelconcert; 13.15 Metropoleorkest; 15.00 Jeugdconcert door het Radio- Philharmonisch orkest; 16.00'. Postze gelpraatje; 16.15 Jeugdkoor; 16.45 Voor onze jongens en meisjes; 17.45 Het rijk over zee; 18.00 liederen; RVU 18.30 Lezing: „Qver de grenzen van ruimte en tijd"; NCRV 19.15 Het nieuws uit Indië; 19.30 Het actueel geluid; 19.45 Engelse les voor gevorderden; 2015 Oratorium: „Nicolas de Flue" van Honegger; 21.15 Keerpunten in Israëls geschiedenis; 22.15 Pianoduo Schutte De Raaff; 23.00 Sweelinckkwartet. TWEE dagen lang zocht dc oom zyo neef Wlassow. Pas vlak voor zyn thuisreis, in de loop van de derde dag ontmoette hij hem door 'n toeval. Hij ontmoette hem op de tram Nauwelijks had hij plaats genomen op het balcon en' tien kopeken uit zyn zak gehaald om de conducteur te betalen, toen plotseling— ja. wat was dat? De conducteur kwam hem bekend voor. Hy zag hem eens wat nauwkeuriger aan ja. werkelijk! Hy was het. Wlassow in hoogst eigen persoon was conducteur! „Endclyk". riep oom uit. ..Wlassow! Bon Jü het. beste jongen?" De conduc teur werd verlegen en zei. terwijl hij zijn blok met kaartjes gedachteloos van de ene hand in de andere scbcof: „Dadelijk»k moet neg even zien of er nog iemand zonder kaartje is „Goed. ik wacht wel", zei de ver heugde oom. Hij begon luid tc lachen cn wendde zich tot de passagiers: „HU is familie van me. moet U wc- teu. Ssergej Wlassow. De zoon van myn zuster Agatha. In geen zeven jaar heb ik hem gezienZo'n grap penmaker!" Met een stralend gezicht keek oom naar zyn neef en zei: „Ik heb je nu al twee dagen lang gezocht, lieve jongen. Ik loop dc hele stad door te sjouwen en jü bent hier kijk nou toch eens aan! Conducteur is-ie! Ik ben in je vorige woning geweest. Maar daar vertelden ze me, dat je daar niet was. Des te erger Zou de politie hem misschienWel verdui veld. waar is-ie dan heen getrokken, vraag ik. Ik ben zyn bloedeigen oom Maar ze wisten het niet. En je bent hier kij me nou toch es aan Maar vertel es ben je werkelijk con ducteur?" „Conducteur!", zei de neef klein tjes. De passagiers keken geïnteresseerd naar de b^zdverwant. De oom glim lachte innig en keek met tedere blik naar zyn neef. Maar die was zodanig in verlegen heid gebracht, dat hij, zijn ambtelijke waardigheid beseffende, geen flauw vermoeden had van wat hy moest zeg .gen en welke houding hij tegenover zyn oom moest aannemen. „Zo, zo", ging de oom voort, „con ducteur is hy gewordenkijk hem nou toch es. In de tram! „Ja, conducteur!" „Wat een toeval! En ik. beste jon gen. ik kom de tram binnen, ik kyk wat overkomt me? De conducteur KORTE HISTORIE door Michael Sostschenko net alsof ik die ken. En dan zie ik dat jij het bent! Wgt een toeval!" De conducteur ging van de ene voet op de andere staan en zei plotseling: „U moet betalen, oomVoor een kaartjeWaarheen?" De oom schoot in een lach en sloeg de conducteur schertsend op zijn geld tas. „Natuurlijk zou ik betalen! Grote genade! Als ik op een andere lijn zou rijden of alleen maar in een andere wagen natuurlijk zou ik dan be talen. Ik zou helemaal niet op het geld zien. Ik rijd naar het station." „Twee trajecten", zei de conductuer wanhopig, zonder zijn oom in de ogen te zien. „Nee! Werkelijk?", verbaasde oom zich. „U moet bellen!", zei de conduc teur zachtmoedig. „Twee trajecten, omdatgratis gaat niet" De oom vertrok geëergerd zyn mond en keek zijn neef dreigend aan: „Wat, wil je je eigen oom uitplun deren?" De conducteur keek me( treurige blik naar de lege lucht. „Zo'n brutaliteit!", zei de oom boos, „zeven jaar lang heb ik je niet ge zien. hondsvot dat je bent en jij? Geld wil je hebben? Van je bloedei gen oom? Waarom scherm je zo met je handen? Al ben je ook familie van me, ik ben niet bang van je handen,! Waarom sta je zo te schermen? Waar om maak je zo'n kouwe drukte?" De oom draaide zijn muts in zyn hand om en stak haar weer in zijn zak. „Hébben jullie ooit zo iets gezien, mensen", zei hij terwijl hij zich tot de passagiers wendde. „Z'n bloedeigen oom wil-ie uitplunderen. Twee trajec ten zegt-ie. Hoe heb ik het nou?" „Iedereen moet betalen", zei de neef bijna met tranen in zijn ogen, „Wees U niet boos, burger oom. De zaak zit namelijk zode tram hoort immers niet van mij. De. tram is staats eigendom. Algemeen bezit." „Algemeen bezit", zei de oom. „dat gaat me niets aan. Je had best een uitzondering kunnen maken voor je bloedeigen oom, hondezoon! Je had kunnen zeggen steek Uw bloedig ver diende geld maar weer jn Uw zak, oom. Voor' deze ene keer kunt U gra tis rijden. Daar zal de tram niet van aan de grond raken. Laatst heb ik in de tram geredenDe conducteur was een vreemde, geen familie van me, en die zei: Laat U maar zitten. En hij braeht me, waar ik zijn moest En hij was geen familie van me Amper een kennis uit ons dorp. En jy je eigen oomNee, je krijgt geen geld!" De conducteur wreef zich met zijn mouw over het voorhoofd en gaf plotseling het belsignaal. „Mag ik U verzoeken uit te stap pen, burger oom!", zei de conducteur op officiële toon. In het besef van een wijziging in de situatie, waardoor het menens werd, breidde de oom zijn armen uit, haalde zijn muts uit zijn zak ,maar stak hem er onmiddellijk weer in. „Nee", stamelde hij, „Ik kan niet! Ik kan je niet betalen, snotneus! Lie ver ga ik er uit!" Ontdaan begaf de oom zich naar de deur. Plotseling bleef hij staan. „Je oomje eigen oom smyt je er uitriep hij woedend uit, „Ik zal •je wel leren, snotjongen! Ik zal je op je falie komen, schooier!Ik zal je laten doodschietenik heb goede relaties in het Smolny", Nog eenmaal keek hij zijn neef met een vernietigende blik aan; daarna stapte hy uit.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

De Vrije Alkmaarder | 1947 | | pagina 2