Nu Strand
en Water
lokken
Mag ik meerijden?
(Memories van een Iifster)
WIJ VERMOEDENdat vrijwel ieder in zijn leven wel eens „ge
lift" zal hebben. U ként althans dit wonderlijke woord, waarmede
het auto'tje-pikken wordt aangeduideen woord dat speciaal na de
bevrijding in zwang is gekomenVóór de bevrijding werd deze sport
nog ai eens biappengenoemd, naar de Bond van Internationale
Auto Parasieten Parasieten Ach, waarom zou je niet even stoppen
om een vlot geklede trekster of trekker mee te laten „liften"? Of om
op een beroerd traject iemand van langer wachten op bus of trein
te verlossen En vlak na de bevrijding, toen het transport nog zo
slecht was, toen was dit stoppen werkelijk voor elke bezitter van een
wagen een plicht. Wij voor ons vinden het liften e enzeer onschuldi
ge vorm van parasiteren. Maar je moet je pappenheimers wel even
aankijken
Psychologisch
experiment
IK WIL U het meest fantastische
verhaal uit mijn lift-ervaringen ver
tellen.
De auto, waar ik ingestapt was,
kan ik het beste qualificeren als: een
„slee". Aan het stuur een heer van
ongeveer 65 jaar. Nu ben ik er aan
gewend, dat er tijdens de reis zo nu
en dan een opmerking gewisseld
wordt, desnoods alleen over het weer
of andere levenskwesties. Maar in dit
geval scheen m'n metgezel geen be
hoefte te hebben aan enige conversa
tie. Ik zweeg dus ook in alle talen.
Dit duurde een klein halfuurtje.
Toen voelde ik plotseling van links
twee ogen op mij gevestigd; niet
even, maar duurzaam. In verband
met het feit, dat ik hoopte heelhuids
thuis 'te komen, leek me nu de tijd
rijp een opmerking te plaatsen. Ik
wees met een vinger recht vooruit en
zei: „De weg is ddar!"'
Dit scheen m'n zwijgzame metge
zel te weten, want hij antwoordde:
„Ja, ja," en keek wéér.
„Er komt een tegenligger aan,"
waarschuwde ik vriendelijk.
„Ja, ja...," was het vrij eentonige
commentaar van de andere kant,
maar het kijken blééf. Enfin, ik
plaatste nog enkele technische op
merkingen, zonder dat deze ook maar
voor 't geringste uitwerking hadden.
In m'n gevoel duurde dit alles uren
al zal het in werkelijkheid een paar
minuten geweest zijn. Plotseling hield
het kijken op; tot m'n verbijstering
minderde de wagen vaart en we stop
ten aan de kant van de weg. Nu was
het drie uur 's middags, dus klaar
lichte dag, maar ik heb onder derge
lijke omstandigheden iets tegen auto's
die zo maar stoppen, en ik voelde
me dan ook niet erg op m'n gemak.
Toch was ik, zoals iedere vrouw,
nieuwsgierig, wat er gebeuren zou.
Ik moet U zeggen, dat, wét er
kwam, m'n stootste verwachtingen
overtrof.
LAATST stonden we voor een open
schipbrug te wachten, die trachtte n'
door de bezetter vernielde brug over
één van de grote rivieren te ver
vangen. Het wachten duurde bar en
bar lang. Er was echter prompt een
handige snuiter, die van de vele au
to's gebruik maakte om wegenkaar
ten te verkopen. Overal vind je die
lieden, op de ponten over IJ en Zee
kanaal en waar maar auto's verza
meld zijn. Ze schijnen een goed stuk
brood te verdienen. Maar kaarten
hadden we ditmaal niet nodig. Maar
de man was niet voor één gat ge
vangen en bood aan: „Mag ik mee
rijden?" lift-memoires door Bichette
voor de schappelijke prijs van 45 ct.
M'n sfinx draaide zich naar mij toe
en zei: „Wilt U met mij trouwen?"
Waarop ik direct antwoordde: „Na
tuurlijk, waarom niet
Hij schaterde en reed verder.
Eerlijk gezegd was ik er voor me
zelf heilig van overtuigd met iemand
te doen te hebben, die niet helemaal
normaal was.
De reis werd intussen zwijgzaam
voortgezet.
„Waarschuwt U even, als U er uit
moet Dit was het enige, wat m'n
We hadden het boekske uit voordat
de schipbrug weer dicht zat, maar
zijn de uitgever (ten Brink, Meppel)
dankbaar voor een paar schetsjes, die
wij onze lezers hieronder verkort
brengen.
U moet daartoe nog weten, dat de
vertelster van de twee zotte gebeur
tenissen (en uit ondervinding weten
we dat automobilist én lift(st)er zul
ke zótte dingen werkelijk méémaken)
een charmante jongedame was, zó
charmant, dat eens een mede aan de
weg staande Mokummer zich misprij
zend terugtrok met de verbitterde
verklaring: „Jao, daor kèn ik niet
teige op"! Blijkbaar jammer, dat wij
haar nooit eens in de wagen kregen...
a.s. echtgenoot nog vroeg. Ik deed dit.
Toen ik wilde uitstappen, hield hij
me tegen.
„Wacht U nog even, ik heb U iets
te vertellen."
Gedwee ging ik weer zitten en toen
kwam het volgende relaas.
„Ik ben Dr. X. uit Y., psycholoog,"
stelde hij zich voor. „U hebt zich
daarstraks waarschijnlijk afgevraagd
in welk stadium van waanzin ik ver
keerde, niet? Ik kan U geen ongelijk
geven; het moest U abnormaal in de
oren klinken. Maar zoals ik zei, ik
ben psycholoog en doe nu voor me
zelf de volgende proefneming. Ik
vraag aan verschillende vrouwen, die
mij niet kennen en liefst ook juist
die, waarmee ik nooit gesproken heb,
of ze met me willen trouwen en dan
wacht ik de reacties af."
„Dus ik heb eigenlijk gefungeerd
als proefkonijn," zei ik glimlachend.
„Eerlijk gezegd, ja," lachtte hij
verontschuldigend. „Vindt U het heel
erg
„Oh, nee, helemaal niet," zei ik,
maar de hoeveelste was ik, aan wie
U dit vroeg
„De tiende."
„En hoe hebben m'n negen voor
gangsters gereageerd?" vroeg ik ge
ïnteresseerd.
„Ze waren meestal even stil, totaal
in de war van die onverwachte vraag,
en dan werden ze óf kwaad, óf ze
vroegen, of ik niet helemaal goed bij
was." Hij lachte bij de herinnering.
„Dus niemand heeft tot nu toe zo
gereageerd als ik," vroeg ik.
„Nee," riep hij uit, „en dat is juist
zo merkwaardig! Hoe kwam U er
toe dit wonderlijke antwoord te ge
ven?"
„Dat was volgens mij vrij natuur- 1
lijk," vond ik. „Op zo'n rare vraag
hoort een even gek antwoord. Het
was net zo bespottelijk van U om mij,
terwijl U me niet kende te vragen
met U te trouwen, als van mij, om
daarop „ja" te zeggen."
Toen ik eindelijk dan toch uitstap
te en het portier gesloten had, stak
ik nog even m'n hoofd door het
raampje.
„Mag ik U nu nog iets vragen?"
zei ik. „Zoudt U met mij willen trou
wen
Hij lachte: „M'n reactie hierop be
hoort nu net zo te zijn, als de Uwe,
maar ik heb veertig jaar geleden al
een keer ja gezegd. Ik ben blij, dat
U me daaraan helpt herinneren, want
ik had allang tlï'uis moeten zijn!"
En wuivend verdween hij.
TOCH IS de zomer gekomenl
Eindelijk warme en zonnige da
gen en in de badplaatsen is het
plotseling een drukte van belang.
Bracht men vorige week de va-
cantie nog rond de warme kachel
door, mi is het de zon, die het best
alleen af kan.
Reeds vroeg in de morgen be
gint de trek naar het strand, een
druk beeld van allerhande kleu
rige en fleurige kledij. Meiskes
met korte bonte jurkjes, anderen
met shorts en plastron in vrolijke
zomerse kleuren. Het lijkt soms
wel iets op een bloementuinI
Er zullen nog velen onder U
zijn, die ook zin hebben zelf nog
een strandpakje of -jurk te ma-
ken- Wij meenden daarom, hoe
wel het reeds naar het eind van
Juli loopt, toch nog een rubriekje
te moeten wijden aan strandkle
ding. En omdat het maken van de
omschreven modellen zéér een
voudig is en niet veel tijd vergt,
is het te meer een aanleiding Uw
garderobe met een strandcomplet
aan te vullen, daarmee misschien
een reeds lang een zomer lang ge
koesterde wens in vervulling te
doen gaan.
A 05 Laat U een 2-delig strand
pakje zien, waarvan de
shorts ruim is, voor twee
plooien heeft en een split op
zij. De bustehouder is voor
ingerimpeld. Benodigde stof
voor 92 cm. bovenwijdte 1.75
m. van 90 cm, breed.
A 06 Een plastron, dat ook bij de
voor omschreven shorts ge
dragen kan wordenDe
schouderbanden en de schui-
7i e bies voor, zijn van afste
kende kleur. Op de rug lo
pen de banden gekruisd en I
heeft het plastron een knoop
sluiting. Benodigde stof voor
92 cm. bovenwijdte 2 meter
van 90 cm. breed.
A 07 Rok en blousedie over het
strandpakje gedragen kun
nen worden. De rok is ruim
aan een strakke band ge
rimpeld en heeft een door-