Langs de Straat
jlMMY BROWN ALS WIELRENNER
Op Tholen kent men geen toneel
en bioscopen
Zal ook laaisie Veiuwse kudde
heideschapen
verdwijnen
HIER LEYT
BEGRAFEN
HET GEHEIM VAN DE
GEI.E NARCISSEN
Merkwaardig ex-eiland
Talloze problemen, die slechts langzaam
opgelost kunnen worden
Het Zeeuws© eiland Tholen heeft
Etjn merkwaardigheden, vraagstuk
ken en zorgen, want ofschoon het
eiland geen eiland meer is, sinds het
even buiten Bergen op Zoom over de
Eendracht een brug heeft gekregen
en dus „aan de weg" is komen te
liggen, leeft de grote massa er nog
volkomen geïsoleerd haar eigen le
ventje van voorheen. Bioscoops kent
men er niet, toneel evenmin. Men
werkt er als er op Tholen zelf ar
beid is, maar denkt er niet aan weg
te trekken en elders betere levens
voorwaarden te zoeken. Seizoenar
beiders leven in de slappe tijd rus
tig van het hun toegekende over-
bruggingsgeld en daarmee uit. De
Werkloosheid is er groot in verhou
ding tot andere delen van het land.
behalve in het oude vestingstadje
Tholen zelf, dat door zijn oester- en
mosselcultuur de ledigheid buiten
weet te houden.
Tholen se mummies
Er zijn ook merkwaardigheden
van andere aard. Zo bijv de mum
mies, die enige tgd geleden by het
slopen van een graftombe in de N.
H. kerk zgn gevonden. Voor het eerst
werden er bij een persbezoek drie ge
toond, waaronder één van een kind
van nog geen jaar.
Zijn de lichamen gebalsemd ge
weest? Hebben in de kist geworpen
kruiden ze bewaard of is de crypte,
waarin ze lagen 21 stoffelijke res
ten in totaal van alle vocht en
lucht gespeend gebleven? In Leiden,
waarheen enkele mummies zijn ver
voerd, zal men het antwoord moe
ten geven. Wél is bekend, dat in de
miolense familie De Bils, een ge
slacht dat een dictatortje in dt dop
voortbracht, het balsemen als be
drijf beoefend werd. De kleren der
in Tholen achtergebleven mummies,
hoewel even kleurloos grauw gewor
den als de resterende inhoud van de
gave kisten, zijn voor een deel nog
intact en een der halslinten bleek
zelfs niet eens verteerd te zijn.
Merkwaardig is voorts het restau
ratiewerk aan de N. H. kerk te Tho
len. De graftombe van Baron van
Tuyi van Serooskerlre te Stavenisse,
een geveltje uit 1475 in St. Anna-
land, het uurwerk met ruitertjes en
speelwerk, alsmede „Huize Roose-
velt" gezet op de plaats waar de
boerderij van de familie van de Ame
rikaanse president moet hebben ge
staan te Oud-Vossemeer.
Heleboel vraagstukken
Vraagstukken, die om een oplos
sing vragen en zorgen baren, zijn
er zoals elders. Allereerst de bodem:
de Duitsers hebben het land ondet
Water gezet en velen moesten eva
cueren. Toen het land na de bevrij
ding drooggemalen werd, vreesde
men voor een fatale inwerking van
het zout uit het zeewater. Maar dit
viel het eerste jaar buiten verwach
ting mee. De oogst was goed eu men
prees zich reeds gelukkig. Maar wél
was het zout weggezakt, doch de
structuur van de grond had zich ge
wijzigd in ongunstige zin. De oor
spronkelijke kalk-kleibinding was, al
thans volgens een plaatselijke des
kundige, veranderd in een kalk-na-
triumbinding, waardoor er niet vol
doende lucht in de aardlaag kan ko
men. De regenwormen, die de bodem
op peil houden, schijnen uitgeroeid
en komen alleen nog in kleinen ge
tale in de bovenste lagen van de dg-
ken voor. Men ziet de enige redding
in bemesting met gips en het op gro
te schaal telen van regenwormen,
waarvan er honderdduizenden nodig
zgn om voor de toekomst de grond
weer geschikt te maken.
De oester- en mosselcultuur heeft
tot nog toe weinig zorgen met zich
meegebracht.
Honderd mensen zijn te Tholen bij
de oestercultuur betrokken. Door de
strenge winter en de daarop gevolgde
droge zomer heeft de schelp ziekte
vorig jaar grote uitbreiding onder
gaan. Thans is er een buitengewoon
slechte zomer gevolgd. De broedval
is al gepasseerd en Tholen houdt het
hart vast voor een mogelijk slechts
oesterjaar.
Het vraagstuk van de werkloos
heid stipten we reeds terloops aan.
De Tholense vroede vaderen zien als
enig heil indus'tralisatie en intensi
vering van land- en tuinbouw. Indus
trieterreinen zijn er reeds geprojec
teerd, maar ofschoon Tholen van me
ning is, dat het gunstig is gelegen
aan groot water en aan de grote weg,
meldden zich nog geen gegadigden
aan.
Grote plannen.
Intussen zit men op Tholen niet
stil. Er zijn plannen ontworpen om
voor de ouden van dagen van het ge
hele eiland een tehuis te stichten en
het culturele en sociale leven wordt
gestimuleerd, o.a. te Stavinisse, waar
een „Stichting dorpsgemeenschap" is
tot stand gekomen. Daarin moet met
omzichtigheid gewerkt worden, want
er zijn nog velen, die afwijzend of
huiverig staan tegenover filmvoor
stellingen en alle moderne dingen,
waarmee het eiland nog geen kennis
maakte. Was bij de aanleg van een
drinkwaterleiding, jaren geleden, een
van de vooraanstaande bewoners niet
zo verbolgen, dat hg zijn kraan met
een kastje liet afsluiten, omdat uit
de kraan geen „hemelwater" kwam?
Met dit voorbeeld voor ogen acht men
langzaam-aan geboden...
Tholen met zijn karakteristieke
dorpjes hoopte tenslotte op een be
scheiden deel van het vreemdelingen
verkeer.
Liefst 88 pel van jeugdige
delinquenten las (en leest)
gevaarlijke lectuur
Onlangs heeft men te Parfls een
tentoonstelling van kinderlectuur ge
houden. Het doel was om ouders en
opvoeders de gevaren te tonen, die
sommige, speciaal voor kinderen be
stemde bladen, in zich bergen, en om
hen tevens aan te moedigen om voor-
t van de opvoedkundige en ontspanning
brengende tijdschriften, te steunen.
Men heeft op deze tentoonstelling
zoveel mogelijk getracht te doen uit
komen, hoe groot het percentage jeug
dige delinquenten (88%), dat deze
avontuurlijke verhalen „verslond', wel
is. Eén geval is wel buitengewoon
sprekend: in één krant van liefst e-
ventjes 8 pagina's, kwamen 23 moor
den, door middel van worging en
schietpartijen, en 55 afbeeldingen van
bandieten, die op het punt staan hun
revolvers af te schieten, voor.
Een gedeelte van de tentoonstelling
was gewijd aan de gevaarlijke ele
menten uit deze verhalen: de helden,
allen geweldige „krachtpatsers" of de
„vrouwen v*m avontuur", de beklem
mende angst, de foutieve voorstelling
der sterrenkunde, verkeerde zinsbouw
en de dubbelzinnige of op pure fan
tasie berustende tekeningen.
LEEDVERMAAK
We zitten in een van die mo
derne vervoersmiddelen, die men
autobus noemt. Het is er vol. On
aangenaam vol zelfs. Eindelijk
stapt een man uit. Achter me hoor
ik een dame verzuchten„Dat
ruimt op. O, hij vergeet zijn pak!"
Inmiddels heeft de bus zich al
weer in beweging gezet. Dan doet
de man dezelfde ontdekking, be
gint te hollen en te schreeuwen
waarop de bus stopt. (Voordeel
van bus boven trein). De man
krijgt zijn pakje, alsmede hatelijke
opmerking van andere dames dat
„kerels toch altijd zulke dr
zijn".
Ds bus zet de reis voort. Vol
gende halte stapt een goede ken
nis in van de dame, die zo juist
zulk een krachtige opmerking
maakte. De wederzijdse vreugde
is groot. Hun gesprek vult de he
le bus. Ze hebben elkaar toch zo
veel te vertellen.
Dan komt het moment, dat de
dame van de krachttermen ons
moet ver laten. Het gesprek is nog
lang niet afgelopen. Luid kweb
belende verlaat ze de bus.
Als we al weer een paar minu
ten rijden, horen we de vriendin
luidop zeggen'. „Dat is me nou
toch ook wat, nou heeft me die
struut haar tasje laten liggen".
Als lid van het sterke geslacht
heb ik me toen in alle stilte even
vermaakt.
Vrouwen - huldeblijk*
aan Koningin
Maandagmiddag heeft een delegatie
uit het bestuur der tentoonstelling
„De Nederlandse Vrouw 18981948",
welke ter ere van onze jubilerende Ko
ningin in Den Haag zal word ge
houden, op het paleis het Loo het ge
schenk van-Nederlandse vrouwen aan
H. M. de Koningin aangeboden.
Het voornaamste deel van het ge
schenk vormden de ruim 750.000 hand
tekeningen van Nederlandse vrouwen,
die daarmede de eerste vroi w van
het land persoonlijke gelukwensen de
den toekomen. Deze provincie gewijze
gebundelde handtekeningen gingen
vergezeld van 868 oorkonden van de
960 gemeenten welke aan dit hulde
blijk hebben deelgenomen.
35 De reactie van het publiek, dat
als massa op heel vreemde denkbee!
den kan komen, was uiterst merkwaar
dig: geen spoor van meelij met de
arme juryleden die daar nog steeds
met hun hoofden stonden te worstelen
en een plotselinge voorkeur voor
de aap met de krans om z'n schou
ders. Men dacht zeker, dat als er toch
geen echte winnaars komen opdagen,
mei: het oeste deed, «eze surogaat-
triomfator maar toe te juichen. Eea
paar opgeschoten slungels hesen Jira
my weer op de fiets en daar ging hij
voor het ererondje.
Pogingen tot behoud
worden gedaan
Het gerucht, dat de laatste kudde
Veiuwse heideschapen voorbestemd
is op korte termijn te verdwijnen,
heeft enkele natuurliefhebbers doen
besluiten de handen ineen te slaan
en pogingen in het werk te stellen
deze prachtige stoffage van de wij
de vlakten ten Oosten van Ede te
behouden. Talloze toeristen, die de
grote weg van Ede naar Arnhem
volgden, zullen zich de kudde herin
neren, zoals zij daar in de omgeving
van Zuid-Ginkel, bewaakt door de
scheper met zijn hond, door de hel
de trok.
De Ginkelse kudde is een unicum
in ons land, maar de eigenaar ziet
zich genoodzaakt zgn schapen te
verkopen bij gebrek aan voldoende
krachtvoeder.
Op aandringen van een comité,
dat zich te Ede heeft gevormd, ver-
klaarde de eigenaar, de heer Jan
Kramer van Zuid-Ginkel, zich be
reid de verkoop van het wolvee uit
te stellen tot September. In de tus
sentijd zullen pogingen aangewend
worden tot het bijeenbrengen van de
nodige gelden om de eigenaar van
de schapen voorlopig voor vijf jaren
schadeloos te stellen, waartegenover
deze zich dan verbinden moet gedu
rende een zelfde tijd een troep wol
vee van minstens 50 stuks aan te
houden.
Het comité is voornemens de „Ne
derlandse vereniging tot behoud van
natuurmonumenten", het „Gelderse
landschap" e.a. voor zijn plannen
te interesseren, maar het richt zich
bovendien tot allen ln Nederland, die
gevoel hebben voor natuur en tradi
tie en willen medewerken om de
laatste Veiuwse kudde van dreigen
de ondergang te redden.
Bewijzen van instemming kunnen
gericht worden aan dö heren J. Ver
steeg, Schoolstraat 9, en J. A. Eij-
genraam, v. Irhovenlaan 5 te Ed«.
Geldelijke bijdragen of toezeggingen
worden in ontvangst genomen doo#
de heer J. W. v. Gestel, Bezuiden-
hout 3. Ede. giro 312421.
Polygoon in vlammen
Maandagmiddag is een felle brand
uitgebroken in de filmfabrieken van
Polygoon te Haarlem. De brand onl
stond in de ontwikkelkamer, toen een
defect geraakte lamp in een ontwikkel
apparaat moest worden vervangen.
Het zeer brandbare materiaal vatte
ogenblikkelijk vlam en de ontwikkel
kamer stond binnen enkele seconden
van bóven tot onder in de vlammen.
Doordat de in het gebouw aanwezige
snelblussers weigerden, kon het vuur
om zich heen grijpen.
De brandweer slaagde er in het vuur
binnen een half uur onder de knie te
krijgen, doch kon niet verhinderen,
dat vier vertrekken volkomen uitbrand
den.
Soldaten van een nabij gelegen ke
zerne slaagden er echter in het meest
kostbare materiaal te redden, zodat de
werkzaamheden normaal voortgang
konden vinden.
In bijkans alle steden en dorpen
in West-Friesland treft men kerken
aan van eerbiedwaardige ouderdom.
Kerken, die getuigenis afleggen van
de godsdienstige gezindheid onzer
voorouders, die in een soms ver ver
leden grote bouwwerken hebben ge
sticht, waar zij hun godsdienst kon
den belijden.
Van buiten en van binnen zien ze
er soms verwaarloosd uit, vooral wan
neer het kerkbezoek gering is en de
mensen zich geen offer willen ge
troosten om het gebouw te laten res
taureren.
We hebben in een van die oude
kerkjes, het doet er niet toe waar,
enkele ogenblikken vertoefd.
Het zand, waarmee de grafste
nen lichtelijk waren overstrooid,
knarste onder onze voeten. Het zon
licht drong door de gewelfde ramen
en gleed over de eikenhouten banken,
waarop de oude dikke Statenbijbels
lagen.
Met een zekere schroom traden we
zulk een bank binnen en bekeken de
Oude Schrift. Eerbiedig namen we het
dikke boek op. Er stond een naam
opgedrukt.
Klaas Rentenaar. Anno 1750.
De randen waren versleten van het
gebruik. Hoeveel honderden keren
zou de oorspronkelijke eigenaar en
wellicht zrjn nakomelingen getrouw
elke Zondagmorgen het boek hebben
opengeslagen? Hoeveel steun zouden
ze er niet in gevonden hebben in tij
den van droefheid en nood, maar ook
bij vreugde en voorspoed?
En nu ligt dat boek daar. Ver
geeld, de randen onder het stof. Ter
wijl wg het doorbladeren, loopt de
mot schielijk over de bladen.
I Het geslacht, dat tal van jaren van
deze bijbel gebruik heeft gemaakt, is
wellicht uitgestorven. Misschien ook
2Öjn ze naar een andere plaats ver
trokken en hebben ze zich niet eens
cfe moeite getroost om het oude erf
stuk mee te nemen.
Dan wandelen we peinzend door de
kerk, staan een ogenblik stil voor het
sierlijk bewerkte altaar, dat ook reeds
enkele eeuwen oud is. Het is nog
niet door de tand des tflds aange
raakt en verraad in zijn volle luister
nog het grote vakmanschap der am
bachtslieden van vroeger.
Onwillekeurig schuifelen we over
de grafzerken. Een opschrift komt
bloot
1614. Hier leyt begrafen
Onze belangstelling is gewekt. Met
de zakdoek waaien we het zand weg.
De ene steen na de ander® komt
bloot te liggen.
Stomme getuigen van onzegbaar
leed. Een vrouw in 1614, de man 2
maanden later. Nog geen veertig jaar
oud. In een tijdsverloop van nog geen
twee jaar drie kinderen, naar de in
de blauwe steen gebeitelde letters
ons vertellen.
Even verder een grijsaard naast
een nog zeer jeugdig kind.
Zo liggen de zerken in deze kerk
rg aan rij en leggen getuigenis af van
de vergankelijkheid van de mens.
We bedenken bij ons zelf dat er
toch wel een grote verandering over
vele mensen moet zijn gekomen, als
we de uitgesleten dorpel zien, waar
over' duizenden mensen zijn gegaan
en waarover nu Zondags nog maar
enkelen binnenkomen.
Dan slaat de torenklok vier uur.
Het klinkt hol in het lege gebouw.
Meer dan een uur zijn we alleen
geweest met onze overpeinzingen. We
kunnen onze lezers aanraden: Gaat
er ook eens heen. Niet alleen als er
geen dienst is. Maar ook, als de do
minee preekt. Laat de rust en het
woord u wat meer vrede brengen ia
deze wilde, bewogen tijd.
Er is iets vreemds in deze foto: er staan twee paar tweelingen op. De
ll_jarige Ann en Peter Coomber te Hayse in het Engelse graafsenjp
Middlesex, gaan uit rijden met de 14 maanden oude xMichael en Mary
Coomber. De moeder van het viertal, mevr. Coomber, zal wel blij zijn ia
deze vacantie-tijd de beide paren tweelingen te kunnen wegzenden, want
zij heeft nog twee paar tweelingen van 15 en 17 jaar en nog een zoontje
van 6 jaar. Negen kinderen, van wie vier stel tweelingen!
FEUILLETON
Spannend verhaal van
ÊDGAR WALLACE -
De weg was verlaten en er was niets te zien van de
wielrijder Er was maar één ding, dat gedaan kon wor
den en dat was zo snel mogelijk naar de stad terug
keren en op zijn gemak de inhoud der portefeuille on
derzoeken. Deze was voor haar omvang buitengewoon
zwaar.
Er scheen geen einde te komen aan de terugweg naar
Hertford en de klokken wezen kwart voor elf toen hij
aan het station kwam.
„De trein naar Londen, mijnheer?" zei de portier. „De
laatste trein naar Londen is vijf minuten geleden ver
trokken".
HOOFDSTUK XXIIL
Be nachtelijke bezoeker
Tarling voelde zich niet zozeer in verlegenheid dan
wel in die toestand van onzekerheid, die veroorzaakt
wordt door het ontbreken van een bepaald plan om deze
of di wetg te kiezen. Het was niet direct noolzakelijk
dat hij naar de sad terugkeerde en zijn ergernis toen hij
de laatste trein vertrokken vond, was meer te wijten aan
een natuurlijk verlangen om in zijn eigen bed te slapen
dan aan iets anders. Hij had in een garage een auto kun
nen huren en zo naar Londen teruggaan, wanneer er bij
zondere haast bij was, maar nu, zei hij bij zich zelf, kon
hij even goed de nacht in Hertford als in Bond Street
doorbrengen.
Wanneer hij er iets voor voelde om in Hertford te
blijven, dan kwam dit omdat hij verlangde om op zijn
gemak een onderzoek in te stellen naar de inhoud van
de portefeuille. Wanneer hij zich gedrongen voelde, om
naar de stad terug te keren, dan mocht dit toegeschre
ven worden aan zijn angst, wat Odet'te Rider overkomen
kon zijn, of zij teruggekeerd was naar haar hotel o£
nog altijd als „vermist" stond aangeschreven bij de
politie. In ieder geval kon hij verbinding krijgen met
Scotland Yard en zïfch op dat punt geruststellen.
Hij verliet 'het station om logies te gaan zoeken. Maar
hij moest ondervinden, dat dit niet zo gemakkelijk was,
als hij dach. Het voornaamste hotel van de plaats was
stampvol als gevolg van eén landbouw-congres, dat in
de stad gehouden werd. Hij werd naar een ander hotel
verwezen, alleen om daar dezelfde overvulling te vin
den en vond tenslot'te. na een half uur zoeken, logies
in een klein hotel voor handelsreizigers, dat verbazing
wekkend leeg was.
Het eerste wat hij deed, was verbinding zien te krij
gen met Londen en dit lukte dadelijk. Men had niets ver
nomen van Odette Rider, en 't enige belangrijke nieuws
was, dat de ex-misdadiger Sam Stay ontvlucht was uit
het rijkskrankzinnigengesticht, waarin hij was geplaatst.
Tarling begaf zich naar de geriefelijke zitkamer. Het
nieuws omtrent Stay interesseerde hem matig, want de
man was een teleurstelling geweest. Deze misdadiger,
wiens liefde voor Thornton Lyne, zoals Tarling terecht
vermoedde, de oorzaak was van zijn geestelijke inzin
king, had waarschijnlijk heel wat inlichtingen kunnen
geven omtrent de gebeurtenissen, die vooraf gingen aan
de dag van de moord en zijn dramatische instorting had
een getuige uit de weg geruimd, die voor de politie
van groot nut had kunnen zijn.
Tarling sloot de deur van zijn zitkamer achter zich,
haalde de portefeuille uit zijn zak en legde haar op de
tafel. Hij probeerde eerst om met zijn eigen sleutels
haar open te maken, maar de slootjes gaven niet mee.
De zwaarte van de portefeuille verbaasde en prikkelde
hem, maar spoedig vond hij een verklaring voor het
buitengewone gewicht. Hij opende zijn zakmes en be
gon het leer rondom de sloten weg te snijden en slaak
te een uitroep.
Dat was dus de oorzaak van de zwaarte der tas
zij was alleen met leer overtrokken! Onder dit overtrek
zat een voering' van fijn stalen vlechtwerk. De porte
feuille was eigenlijk een gevlochten stalen zak, terwijl
de slootjes aan het vlechtwerk vastgesmeed en niet te
bewegen waren. Met een lach wierp hij de portefeuille
terug op tafel. Hij moest zijn nieuwsgierigheid bedwin
gen tot hij terug was op Scotland Yard, waar de experts
korte metten maakten met alle sloten, die ooit werden
uitgevonden. Terwijl hij naar het ding op de tafel zat te
kijken en zat te overleggen, wat die mogelijk kon be
vatten, hoorde hij voetstappen langs zijn deur gaan en
de trap opgaan, tegenover zijn zitkamer. Bezoekers, die
in dezelfde moeilijkheden verkeerden als hg, dacht hij.
Maar het zijn in een vreemde kamer te midden van
een onbekende oiqgeving, gaf het geval een nieuw aan
zien. Het leek zo onwerkelijk. De medespelers in dit
vreemde drama waren allen zo onwerkelijk.
Thornton Lyne had iets fantastisch en zijn einde was
werkelijk fantastisch. Milburgh met zijn eeuwigdurend
gemaakt lachje, dat ietsje neerbuigende in zijn optreden
zijn breed, dik gelaat en half kaal hoofd; Mrs. Rider
de bleke geest van een Vouw, die als het ware in en
uit de geschiedenis fladderde, of beter gezegd er boven
zweefde, terwijl zij er nooit in scheen te komen en toch
nooit gescheiden was van het tragische proces; Ling
Chu, ondoorgrondelijk, die met zich meevoerde de at
mosfeer van dat land van intrige, mysterie en motie
ven, China. Alleen Odette Rider was iets werkelijks. ZIJ
was levend; warm, kloppend, heerlijk leven.
Tarling fronste de wenkbrauwen en stond stijf van
zijn stoel op. Hij verachtte zich zelf een weinig om deze
zwakheid. Odette Rider! Een vrouw, die nog altijd ver
dacht werd van moord, een vrouw, die hij volgens zijn
plicht, wanneer zg schuldig was, op het schavot moest
brengen, en de gedachte aan haar maakte hem beurte
lings warm en koud!
Hij ging naar zijn slaapkamer, die aan de zitkamer
grensde, legde de portefeuille op een tafeltje naast zijn.
bed, sloot de deur van de slaapkamer, opende de ramen
en maakte zich, zo goed mogelijk, gereed voor de nacht.
Er vertrok een trein uit Hertford om vijf uur in de
morgen en hg had opdracht gegeven, om hem tijdig ge
noeg te roepen, om deze trein te halen. Hij trok zijn
schoenen uit, legde jas, vest, boord en das af. haakte
zijn ceintuur los hij was een van deze zonderlingen,
die de mode van bretels in de ban deed en legde zich
aan de buitenzijde op het bed, terwijl hij het dekbed
over zich heen trok. Maar hij kon niet dadelijk inslapen.
Hij gooide zich om en om, al maar denkend, denkend.
Stel, dat er een vergissing was in de tijd van het on
geluk te Ashford? Neem aan, dat de dokters zich ver
gisten en dat Thornton Lyne op een vroeger uur werd
vennoord? Stel, dat Odette Rider in werkelijkheid een
koelbloedige.... Brommend verwierp hij die gedachte.