Eten arbeiders te veel taart
roken ze te veel sigaretten?
het rijk van Godin Caïssa
ïluuwA- uit de ó&zeUudnfoeê.
Over bevoorrechtinq„ en noq wat
Nederlandse onderwijzers geen
kans in Friesland?
Blunders van de Hoofdredakleur?
of
k Uit het artikel „Meer eten" in uw
•ditie van 6 Januari citeer ik:
„Het verbruik van deze voedings- en
l^notmiddelen (brood, olie en vet,
Vlees en tabak) zal met gemiddeld
•3% stijgen en het vooroorlogse peil
weer benaderen.
Maar tegen de wijze waarop het
▼olk Profiteert van de hulp hebben we
wel enkele bedenkingen. Indien er in
fcet jaar dat pas aangevangen is méér
vlees en vet en tabak komt, zal dit
liiet ten goede komen aan hef volk in
rijn geheel. Het huishoudboekje van
tallozen laat Immers niet toe dat er
hogere uitgaven worden gedaan. 23%
meer vlees. enz. betekent dat de posten
die ervoor uitgetrokken zijn ook met
13% moeten wordten verhoogd. En
voor de arbeidersgezinnen is dat een
onmogelijkheid.
Tenzij er andere maatregelen wor
den getroffen zou verhoging van het
vcrbruikspeïl een bevoorrechting zijn
van de beter gesitueerden. Verhoging
van de consumptie zonder verhoging
van het inkomen is nu eenmaal niet
«nogeliik. Tenzij de prijzen zouden da
len.
We wachten de oplossing van dit
raadsel mef spanning af'
Ik heb mij éven afgevraagd of u dit
■tukje opzettelijk aan uw lezers voor
legde om hen te laten nadenken over.
en de dwaasheid te ontdekken van
deze stellingen, die evenals het twee
maal gegromde „tenzij andere maatre
gelen worden getroffen", de opvattin
gen van een man in the street schij
nen te moeten weergeven, en wel van
dén met abnormaal weinig inzicht in
het fodamentele economische probleem
van de inVomensbesteding. Want men
kan toch nauwelijks deze storm in 'n
glas water in émst demonstreren aan
lijn lezers
Als ..het" (ja. wat eigenlijk?) een
raadsel voor u is. moge ik u er aan
herinneren, dat het voor de verkoop
beschikbaar komen van 23% meer
vlees. etc. niet beekent dat de ervoor
fa het huishoudbudget uitgetrokken
posten met een gelijk percentage
moeien worden verhoogd.
Dit zou niet enkel voor de arbel-
dpr«gezinnen, zeker ook voor het over
grote deel van de middenstand (ik
■preek uif huiselijke ervaring) on
mogelijk zijn.
Maar: u weet toch dat de grondslag
van de staat- en particuliere huishoud
könde is: het zo nuttig mogelijk be
steden („nuttig" naar subjectief in
licht!) van een gegeven inkomen
voor de bevrediging van de vele be
hoeften en verlangens die een mens
bu «enmaal heeft.
„Verhoging van de consumptie zon
der verhoging van het inkomen is nu
eenmaal niet mogelijk", «egt u zelf.
Waarom roePt u dan om „andere
maatregelen", zinspelende op inko
mensverhoging en/of prijsverlaging,
terwijl u weet dat het probleem van
de keuze hier a 11 ij d blijft gelden
relfs uitgangspunt is?!
Uw eigen woorden een weinig ver
anderd, zou ik de oplossing van uw
raadsel" aldus willen aanduiden: Te
gen de wijze waarop het volk (90%
der Nederlanders) zijn inkomen
besteedt bij het profiteren van de
Marshallhulp kan men bedenkingen
maken
La-it men, als men niet 23% meer
vlees èn vet èn tabak kan kopen, zich
beperken tot de artikelen waar men
de meeste behoefte aan voelt,- bv. op
tabak en vlees bezuinigen, om van de
meerdere vetten te kunnen profiteren,
In normale tijden zijn practisch
alle waren in onbeperkte hoe
veelheid te koop, en iedereen moet
*ich beperken tot het aanschaffen van
het meest begeerde, van wat ieder
voor zichzelf als het meest nodige be
schouwt. Het is een ramp als er
mensen zijn die niet genoeg verdienen
om zich voldoende te voeden, te
kleden en te huisvesten. Maar gaat u
eens na welk (hoog!) percentage juist
vari de lagere inkomens, wordt besteed
■tan rookartikelen, vergeleken met wat
men voor voeding uitgeeft; menige
dienstbode „vindt hef nodig" of prettig
er meer mooie kousen op na te hou
den dan haar werkgeefster: cn welke
Inkomensgroep koopt Zaterdags het
meeste gebak?
1Inkomensverhoging is altijd, bij wel
ledereen welkom, en verlaging van de
huidige, soms sehrikbarer.de prijzen
*ou voor velen, zeer velen, en niet
enkel voor de minder „gord gesitueer
den", een uitkomst zijn uit gróte
«orgen.
Het Is echter op zijn minst ondoor
dacht te noemen als men deze goede
dingen opeist, en met „andere maat
regelen" (welke?) wil laten te voor-
■chijn toveren op grond van een
*o onjuiste redenering als
de geciteerde; (gezien de onbeperkt
heid der menselijke wensen zouden
trouwens loonsverhogingen geen einde
kunnen vinden!) een relaas als
„Meer eten" te publiceren in een
toch veelgelezen blad Is niet alleen
een economisch-theorethische blunder:
het is sociaal o n paedagoglsch op het
gevaarlijke af. Het spijt me echt,
maar het stukje deed mij aan de voor
lichting op dergelijk gebied in „De
Waarheid" denken.
Met de meeste achting,
uw trouwe lezer: R. E. Lunshof
Jur Econ. Student
Jut. Cand.
Geachte heer Lunshof,
Dit schrijven heeft me doen schrik
ken. Journalistiek werk, vooral aan
een kleine krant is altijd haast werk,
zo dat men wel eens iets schrijft, waar
van men later denkt: Is het wel voL
komen verantwoord? Vooral als er dan
o-i gereageerd wordt door een inzen
der, die zich met de studie bezig
houdt-
En dus heb ik het stuk nog eens op.
gezocht en herlezen.- En nu komt het
ergste. Tenminste voor U. Ondanks Uw
uitvoerig schrijven ben ik er nog aller
minst van overtuigd, dat er in het
stuk „Meer eten" een zekere tenden.
ie zou schuilen, die aan „De Waar
heid" herinnert. Ik zou U trouwens
aanraden voorzichtig te zijn met derge.
'lijke insinuaties. Ze maken slechts op
een zeer bepaald deel van het publiek
indruk en hebben met argumentatie
niets te maken. Ik zou U op precies
dezelfde, wijze van antwoord kunnen
dienen, maar voel er niet voor.
Hoewel ik er bijna geen tijd voor
heb kunnen vinden, wil ik echter op
dit stuk uitvoerig ingaan, omdat deze
een ontstellend gemis aan inzicht in
de werkelijkheid toont. Het gaat er
niet om, of de Inkomsten van de staat
of een bepaald gezin op een bepaalde
wijze nuttig worden besteed. Indien
deze vraag In het geding was, zouden
met name de staatsuitgaven nog al
enige, niet helemaal ongemotiveerde
critiek krijgen.
Om over de uitgaven van de rijk
aards maar te zwijgen. Laten we ons
echter bij de gezinnen houden.
LOON- EN PRIJSPOLITIEK
Hoe liggen de feiten. Bijna de helft
van het Nederlandse volk leeft op de
grens van het bestaansminimum. Er
is aan de hand van statische gegevens
een berekening opgezet van wat een
doorSnee-gezin nodig heeft, zowel voor
de stad Amsterdam als voor het land
en aangenomen wordt, dat dit het mi
nimum Is, dat dit gezin nodig heeft
om te bestaan. Hierop is de loonbere-
kening en bijslagen gecalculeerd.
Houdt U dat even goed in de gaten.
Niet op wat een bepaalde fabriek uit
zou kunnen betalen. In dat loon dat
een arbeider thuis brengt zit een be
drag voor het - levensmiddelenpakket
en bedragen voor andere uitgaven.
Maar er blijft niets over. Het gaat op
en er is in de regel tekort. Wie meent
dat het anders is, raad ik aan dit eens
aan arbeiders en beter nog aan hun
huisvrouwen te gaan Vragen. En spe
ciaal raad ik dat mensen aan, die eco_
nomie bestuderen. Want economie al
leen bestudeerd aan het bureau heeft
weinig waarde.
Toen de subsidies op de levens
middelen werden afgeschaft en het
pakket dus duurder werd en het be
droeg hier maar enkele procenten,
'moesten de lonen met een gulden
worden verhoogd, omdat anders de
arbeiders en de middenstanders en
de rentetrekkers en wie weet wie
nog meer het levensmiddelenpakket
niet konden betalen, zonder andere
noodzakelijke levensbehoeften te la
ten varen.
En als er nu straks zo veel goederen
meer komen, waaraan de arbeidersge
zinnen grote behoefte hebben en er
komt bovendien nog 23% meer aan
vlees, oliën, vetten, tabak, brood enz.
dan betekent het, dat het evenwicht
in het huishoudboekje opnieuw ver
stoord wordt, In nog sterker mate dan
eerst. Hoe kan dat weer hersteld wor
den: Door loonsverhoging of prijsver
laging. door rationalisme en mechani
satie. maar vooral, door de winsten
aan banden te leggen.
En nu doet U warempel nog een
middel aan de hand. Een middel, dat
zo oud is als de weg naar Rome. De
mensen moeten eerst eens nagaan of
z,e hun inkomen niet beter kunnen be
steden. Er wordt zo veel onnut uige
geven. Is het wel nodig, dat een arbei
der zo veel rookt? Is het wel nodig
dat een dienstmeisje mooier kousen
heeft, dan de werkgeefster? Wie eet
Zaterdags het meeste gebak?
WERKELIJK. DPT LAATSTE
ARGUMENT DOET DE DEUR
DICIÏT.
We kunnen U echter nog wel enige
andere voorbeelden geven, waarmee
de Uwe nog kunnen worden aange
vuld. Misschien dat gc er sommige
Uwer collega's nog een dienst mee
kunt bewjjzen. Waarom moet een ar
beider op schoenen lopen? Klompen
Is voordeliger. Waarom moet een ar
beider en als lk zeg arbeider versta
ik daar even goed onder de kleine
middenstander, tuinder of boer, een
behoorlijk pak hebben? Laat hem fa
een Manchester broek lopen, Zondags
en In de week. Dat spaart geld. Waar
om moet een meisje uit een arbeiders.,
gezin zorg aan het haar besteden? Laat
ze weer het ouderwetse knoedeltje ne
men? Waarom moet een arbeider een
krant lezen? Als U nog meer voor
beelden wilt, komt ge maar eens langs
lopen. Ik heb er nog wel enkele do
zijnen. Als de mensen uit de laagste
inkomensklasse zich alle dingen Ont
zeggen, die het leven ook maar enlg-
zfas veraangenamen, kunnen ze ten
slotte het meerdere vlees of het meer
dere vet wel kopen. En de arbeiders
klasse zou weer de grauwe, grijze
massa worden van voorheen. Hoewel
we met kracht opkomen tegen een
dergelijke arbeldersvijandelijke menta
liteit, willen we er nog even op wij
zen, dat ze niet gedeeld worden door
de instelling van de berekening, geba
seerd op het noodzakelijk minimum.
Misschien dat U zich nu kunt voor
stellen, dat wij geen vertrouwen heb
ben In de zeer schone vertelsels, dat
er een vetpot in aantocht is voor allen!
En daar gaat het om, als gesugge
reerd wordt, dat de Marshall-hulp Ons
'n verhoogde consumptie toestaat van
23%. Want die Marshall-hulp Is niet
voor een bepaalde groep Nederlanders
die een beter inkomen genieten. Die is
voor de Nederlandse Staat en zijn bur
gers. Ook voor de burgers, die een
schamel inkomen hebben. En de Stdat
heeft tot taak een oplossing te zoekén,
op welke wijze het volk aan zijn trek
zal komen. Niet op de verouderde me.
thode dat de arbeider een wezen zou
zijn, die zich alle luxe vrijwillig moet
ontzeggen, teneinde het aller ontbeêr-
lijkste te kunnen kopen.
U ziet, dat ik bij de uitwerking vaq
mijn standpunt niet uitga van de on
beperktheid der menselijke wen££n,_
maar van het van Staatswege va^ge-*
stelde indexcijfer. Natuurlijk kunt^Uf
aankomen met de bewering, dat de
Staat de berekening te hoog heeft op
gezet en de mensen het nu t« b^w
hebben, dat ze baden fa weelde en
maar roken en gebak smullen. Ik ge
voel er niet voor hierop nader fa te
gaan.
U vraagt mij welke maatregelen er
genomen zouden kunnen worden, om
te maken, dat het volk fa zijn geheel
„meer eten" zou kunnen krijgen.
Er zal een complex vaA maatregelen
voor nodig zijn. Loonsverhoging voor
de laagste inkomens. Prijsverlaging
van consumptiegoederen door doelma
tiger productie, vermindering van te
hoge winsten, Instelling van een pro-
ductieraad, die alleereerst bepaalt wel
ke goederen moeten worden vervaar
digd, betere verdeling van het natio
nale inkomen, belastingherzieningen,
enz. Er zijn er nog wel enkele.
Waarschijnlijk zijn deze beweringen
wel weer „Economisch-theoretische
blunders" en „socjaal-onpaedagogjsch
op het gevaarlijke af'.
Zelfg van deze beschuldigingen ben
ik niet ondersteboven geraakt, vooral
niet, nu Uw schrijven zo duidelijk de
monstreert, dat ge willicht heel wat
schoolse kennis hebt verzameld, maar
ten aanzien van dé practijk van het
dagelijkse leven nog iet of wat aan de
groenige kant zijt.
Om deze bewering te staven, moge
ik Uw raadgeving aanhalen, dat de
arbeiders dan maar minder vlees en
tabak moeten gebruiken om vet
te kopen. Alsof vet in dit jaar fa
onbeperke mate te koop zou zijn.
Een enigzins ondoordacht advies.
EEN ONGEVRAAGDE RAAD
Als ik U een raad mag geven, of ge
hem ter harte zult nemen, betwijfel ik,
denk dan eerst nog eens rustig na over
verschillende problemen, voor ge Uw
oordeel geeft. Ge zult er waarschijn
lijk beter tijd voor hebben dan ik.
Gij eindigt met „De Waarheid" er bij
te halen, wefau, laat mij dan eindigen
met U te zeggen, dat juist redenaties
als de Uwe, die niet schromen, de
economische wetenschap te misbrui
ken, om soberheid voor de bevol
kingsgroep met het laagste inkomen
te propageren en hen een lesje willen
geven in de manier waarop ze hun
karig loon moeten besteden, het ont
staan van het communisme in hoge
mate bevorderen. D.w.z. ze kweken
geen principiële communisten. Maar
ze kweken verbitterde mensen, die de
bestaande maatschappij haten en ver
achten.
En ik geloof, dat dit nu niet be
paald de taak is van jonge mensen,
die rechten en economie studeren.
Mocht ik mij vergissen, dan zie lk
met grote zorg het tijdstip tegemoet,
waarin deze studenten als meester,
wellicht zelfs als meester-doctor een
plaatsje fa die maatschappij innemen.
v. Z.
HASTINGS en BEVERWIJK
Na de belangwekkende tournooien
in New York en Luzern, waar wij vo
rige week over schreven, vragen deze
keer twee zo langzamerhand traditio
neel geworden wedstrijden Onze volle
aandacht. Het zijn de tournooiente
Hastfags en Beverwijk.
Het Kersttournool fa de Zuid-En.
gelse badplaats is reeds geëindigd en
gewonnen door de Fransman Rossoli-
mo, taxi-cauffeur van beroep, die niet
alleen een uitnemend schaker is, maar
DR. TARTACOWER
tevens een jiu_jitsu matador, wat hem
overigens wel is aan te zien! Onze
landgenoot Mührfag, die vorig jaar de
tweede prijs deelde met de Engelse
baronet Thomas en de Zwitser Grob,
moest zich dit jaar met de derde plaats
vergenoegen, achter Rossolïmo en de
Jocgo-Slaaf König.
fa Beverwijk zijn de meesters nog
aan de gang. Hier strijden vijf Neder
landers tegen vijf sterke buitenlanders,
t.w. dr. Tartakower (Frankrijk), Go-
lombek (Engeland).O'Kelly (België),
Wade (N.-Zeeland) en Paul Schmldt
(ex-Estland, thans woonachtig fa
Duitsland), die ook in Hastfags mee
speelde.
Hier volgt een partij van Mührfag
uit het vorige taurnooi te Hastfags,
waar hij zo'n goed figuur sloeg:
Wit: Zwart:
mr. E. Spanjaard W. J. Mührfag
Geweigerd Dameganfblet
1. d2d4, d7d5; 2. c2—c4, e7—e6;
3. Pbl—c3, Pg8—f6; 4, Lel—g5, Lf8—
e7; 6. e2—e3. O-O; 6. Pgl—f3. h7—
h6; 7. Lg5h4, PfO—e4 (de Lasker-
methode); 8. Lg5xe7, Dd8xe7; 9. Ddl
c2, (de beste voortzetting, andere
mogelijkheden, als 9. c4xd5 of Pxe4,
zijn minder moeilijk voor zwart), c7
c6; 10. Lfl—d3 (geen kans op voor
deel biedt hier 10 Pxe4, dxe4; 11.
Dxe4, wegens 11. .Db4; 12. Pd2, Dxb2
13. Dbl, Dc (3)Pe4xc3 (de Stonewall-
formatie door 10. .f5 is hier niet te ver.
kiezen, wegens het Ontbreken van Lf8)
11. Dc2xc3, Pb8d7; 12. 0-0, d5xc4;
13. Ld3xc4, b7—b6; 14. Tfl—el( juist
was hier 14. e4! en pas daarna 15.
Tfel en 16. Tadl, b.v. 14. e4. Lb7;
15. Tfel. Tfc8; 16. Tadl, a6; 17. Lb3
en wit staat beter, omdat de bevrij
dingspoging 17...c5 beantwoord wordt
met 18. d5), Lc8—b7; 15. Tal—dl
(nog altijd was hier 15, e4 beter om
15..c5 met d5 te beantwoorden), c6—
c5; 16. e3—e4 (nu biedt deze voort
zetting geen kansen meer. Te prefere
ren was 16. Le2), c5xd4; 17. Dc3xc4
(op 17. Pc4 is 17. .Pc5 zeer lastig voor
wit). Ta8d8; 18. Dd4—c3, De7—b4
(de juiste voortzetting, waardoor zwart
In het voordeel komt); 19. Lc4b3,
Pd7—c5; 20. Pf3—d4 (kost een pion,
O'KELLY
doch ook andere voortzettingen baten
niet meer), Pc5xe4; 21. f2—f3, Pe4—
f6; 22. Kgl—hl, Lb7—d5; 23. a2—a3,
Db4—d6; 24. Lb3—c2, Td8—c8; 25.
Tdld2, a7a6; 26. Tel—dl, Tc8—
c7; 27. f3—f4. Tf3—c8; 28. Lc2—bl,
Tc7—cl; 29. h2h3, b6—b5; 30. Lbl
c2, Tc8xc2! (deze combinatie for
ceert op snelle wijze een doeltreffende
afwikkeling); 31. Pd4xc2, Tclxdl;
32. Td2xdl, Ld5xg2 (de pointe); 33.
Khlxg2, Ddflxdl; 34. Pc2—d4, Pf6—
<35; 35. De3e4 en wit gaf het tevens
„Nel ik ben ut er niet mee iens," zol
Kees. „Ik vind ut maar een miserabele
instelling, die hele ziekenfondsbewe-
gfag. Wat bliksems, je moete allegaar
zo wat verzekerd worre en van de dok
ters wulle ze allegaar zo wat ambtenare
make. In Engeland benne ze ok al op
zo'n miserabele menier bezig. Wat hel
Je nou an een ambtenaar. Ik heb er ar-
moed genog van had. Ze komme net
altoid op een toidstip, dat tit je niet
gelegenkomt. En ik ken me voorstelle,
dat de dokters er hillegaar gien zin fa
hewwe."
We kekc vol belangstelling nel Klaas,
want as Kees een conservatieve uit
barsting heb, gaat Klaas.er meist altoid
teugen in. En ut was nou ok weer
klaar vezelf.
Hal maakte eerst een beweging met
z'n vinger nei z'n voorhoofd. Das altoid
een goed voorteken. Den komt de span
nfag er een beetje In en den wordt
Kees al bal voorbaat vals.
„Nou zei ik jou wat zegge, Kees.
Je benne een beste kin-el, maar je wulle
moin te graag prate, zonder er eerst bai
te prakkezeren. En den kom je in de
knoop. En nou zit je er al in. Je hew-
we zeker een praatje had met de dok
ter en nou kauw Je die een beetje nei
en den mien Je nag, dat je ut flfak
zold hewwe.
Kees keek Klaas an, nei mense, zo
vuil, dat wal moste mekaar vasthouwe
van ut lachen. En Klaas verbreeuwde
er niet van. Hai gong deur.
„Dat jij nou nag een hekel hewwe
an ambtenare, deer ken ik een beetje
inkomme. Teminste an crisisambtenare.
Maar jij skere alle ambtenare over icn
kam. En dat wordt moin te gek. Je
hewwe mense bai dé post en je hewwe
mense bai ut spoor en je hewwe mense
bai de waterloiding en de electricitoit
en bal ut gas en bai de gemeente en
je hewwe skoolmeisters en weet ik wat
voor soorten allegaar meer en nou wou-
jij bewere, dat die mense niet deuge.
omdat ut ambtenare benige? Ut is jou.
fa Je houfd sloegen"
„Houw efkes", zoi Kees. „Je moete
moin woorde niet verdroie. Ik zei ut
efkcs duideluker .make. As jU ambte
naar benne, den wor je een man van
de klok. Den kom je op toid en je
skoie er op toid uit en je trekke Je er
niks meer van an. as je daggie om is.
Ut zei mooi worre, as de dokters er ok
zo over Prakkezere. Den zit jc op een
gegeven moment. En wie red je uit de
Prut? Gien mens toch zeker."
En toe kwam Klaas weer,
„Te gek om los te Ioupen. Die hele
redenatie van jou komt er op neer, dat
jij veronderstelle, dat een mens een nar
mens niet helpe zou as ie ambtenaar
is. En das nou larie. Wat docht jjj, dat
een dokter een mens niet helpe zou
nei voiven, as er nood is, al was die
dokter den ok honderdmaal ambtenaar
Stel jij je nou erus voor, dat er niks
regeld werd op ut gebied van zieke en
zo. Wat zou er den beure? Docht JU dat
de mense den niet ziek worre zouwe
en zo? Nei vrind. Ik zei ut je aars ver
telle. As er i'.en maatregele troffen wer
den, den zou ut betekene, dat allien de
mense met geld holpen werde. De are
wazze an de armepraktoik overleverd.
En as je niet in de armepraktoik viele,
den wachtte Je zo lang mogeluk om
nei de dokter te gaan, want Je wete net
zo goed as lk, dat ut voor een geweon
mens niet te betalen is. En deer zit een
gevaar in."
.Ik heb lezen", zoi de barreb:er. „dat
ze er in Engeland aars een potje van
make. Nou alleman deer verzekerd is,
loupe ze zowat allegaar nei de dokter.
Klaas haalde de skouwers op.
„Leit nou toch asjeblieft je harsens
werke man. Wat betekent dat nou, dat
er in Engeland zo'n houp mense nei de
dokter loupe? Doen ze dat voor de
flauwe kul? Ja, er zei meskien wel een
enkeling tussen weze, maar over ut
algemeen gaan ze nou heen, omdat ze
ut nodig hewwe en omdat ze ut aars
niet betale konne. Hoeveul 'men-se zou_
we er niet rOndloupe zonder bril, ter-
woil ze er al lang ien hewwe moste?
Maar je hewwe ut niet voor de gofa
te doen, want zo'n bril kost je geld en
ut consult kost Jz geld- En met de tande
Hoe staat i' deer mee? En met hoesten?
Deurloupe maar. want as je niet ver
zekerd benne, den kost ut een houp
geld. Ne?, we moete de ziektes bestroide
en voorkomme. En dat ken ut besr
beure, deur te maken, dat iedereen nei
de dokter loupe ken, zonder ie z'n oigen
eerst ofvraagt. of-iê ut wel bealen ken"
„Er zit wat in." zei de barrebier. ..J?
er zit wat in Kees, Prakkezrer er me
maar een keer over. Meskien
nag we! tot are gedarhtp
Figari'
De Fries-nationalisten streven er
naar, dat aan Friesland voorrechten
worden verleend boven andere pro
vincies, aldus de voornaamste strek
king van het naschrift, dat de redactie
van De Nieuwe Schager heeft toege
voegd aan 't ingezonden stuk „Fries
land Vrij!". Dit zou Juist zijn, ware
het niet, dat Friesland In het Neder
landse gemenebest een uitzonderings
positie Inneemt. Men houde er reke
ning mee, dat de Friezen een apart
volk zijn In de Nederlandse staat (zo
als ook de heer Sc&eps naar voren
bracht bij de behandeling van de be
groting van binnenïadse zaken). Op
het niveau van de gewestelijke „eigen
aardigheden en bijzonderheden'' kan
het Friese vraagstuk niet worden op
gelost. Ter Illustratie van de „gelijke
rechten", waarover de redaeie schrijft:
In Nederland bestaan twee talen: het
Nederlands en het Fries, zoals er in
Zwitserland vier talen bestaan, maar
in tegenstelling tot de toestand in
Zwitserland hebben het Nederlands
en het Fries geen geiijke rechten. Hier
van ondervindt de hele cultuur in
Friesland waarvoor immers de
taal in vele gevallen het medium is
de gevolgen. Deze toestand is on
gezond en het is duidelijk, dat dit
vraagstuk alleen maar dp te lossen is
wanneer de Nederlandse regering de
uitzonderingspositie van Friesland er
kent en daarnaar handelt. Dat die op
lossing, vervolgen s in de richting van
een sterke autonomie zal moeten wor
den gezocht, ook al in verband o.a.
mef de algemene tendentie naar öecen
tralisatie, spreekt welhaast vanzelf.
En de andere provinciës dan? Ook
daar leeft een sterk verlangen naar
decentralisatie. Maar alleen in Fries
land kan en moet men deze zaken
zien tegen de achtergrond van een
eigen volksbestaan. Het kan dan ook
niemand verwonderen, dat de Friese
eisen radicaler geformuleerd blijken
te zijn dan die van de and; r< „bui-en-
gewesten". Het ligt tenslotte riet
op de_>eg van welkj Friese -^ani
satie dan ook om eisen gaan gfel
len voor andere provincies. Hoofdzaak
Is en blijft voor ons, dat Friesland
vrij zal zijn om zijn eigen zaken zei'
to regelen; in hef belang van Fries
land, maar zeer zeker ook van de
grootste betekenis voor geheel Neder
land. A. Feitsma.
4 LITER OP 100 KM
Een Britse fabriek heeft 't
plan om een kleine auto in
serie te gaan bouwen, waar
van het model door de
Chausson-fabrieken in Parijs
is ontworpen. Dit 3 PK wa
gentje heeft een benzinever
bruik van 4 liter op 100 km,
en kan een gemiddelde snel
heid van 75 km p. u. halen.
We verlenen nogmaals plaatsruimte
aan mej. Feitsma. Niet omdat we het
het met haar eens zijn. Juist het te
gendeel is het geval. Het hier ingeno
men standpunt ontmoet hij ons wel
heel veel bedenkingen. Om ons dan
nog niet eens te gaan. verdiepen ln
de vraag of de Friezen een „apart"
volk zijn. Dat is nu juist het gevaar
van een te sterk nationaal gevoel, dat
men zich als iets aparts gaat beschou..
wen. We geloven trouwens niet, dat dit
door de Friezen ln het algemeen zo
wordt gevoeld.
We hebben tenmiste heel veel Frie
se kennissen, die deze redenatie niet
voor hun rekening nemen.
Waar komt nu het stuk fa hoofdzaak
op neer? Op de taal. Mej. Feitsma
verlangt, dat op de lagere scholen in
Friesland Fries zal worden onderwe
zen. We kunnen ons indenken, dat van
Onderwijzerszijde hier enige bezwaren
tegen zouden kunnen worden geop
perd. Het is nu reeds zo, dat een kind,
dat de lagere school afloopt, de Ne
derlandse taal nog lang niet volko
men machtig is. En dan nog een fwec_
de taal er bij?
Maar stel nu, dat het nog mogelijk
zou zijn, dat in dezelfde periode aan
de kinderen twee talen met voldoende
resultaat kunnen worden gegeven. Dan
komt de grootste moeilijkheid.
Want daaruit volgt noodwendig, dat
aan alle onderwijzers in Nederland
onverschillig of het Friezen zijn ©3
niet, op de kweekscholen Fries moe?
worden geleerd. Gebeurt dat niet, dan
heeft een onderwijzer uit de rest va®
ons land niet meer in Friesland tf
solliciteren. Immers hij heeft niet d©
capaciteit om Fries, te onderwijzen.
Dus de óverige Nederlandse ondeis
wijzers niet fa Friesland. En de Frles|
onderwijzers geen kans geven fa dfl
rest van Nederland? We kunnen ©n*
niet voorstellen dat het Friese nflttoj
nalisme al zo ver/is gekomen om dit
standpunt fa te nemen.
Dat is nog maar een kant van df
zaak. Er zitten er nog meerdere aaiu
We willen het hier echter bij latejj
en geloven de discussie te kunnw
sluiten.