KAPPIE
3
- Wil „Uncle Sam"
voor politieagent spelen?
De Republikeinse motie
De vloek van
de oorlog
Een oud document, dat uit de
Wieringerwaard afkomstig is
Blinden worden
geholpen
De Russische
processen
Le Amateur-Gentleman
Over de grens
In bet Amerikaanse congres is door
negen senatoren, allen van Republikeins
origine een motie ingediend, die de be
doeling heeft van het Congres een uit
spraak uit te lokken, waarbü alle steun
aan Nee. na en Indonesië wordt stop
gezet, indien niet ogenblikkelijk de Re
solutie van de Veiligheidsraad wordt uit
gevoerd,
Er kan nog niet worden bekeken, hoe
het congres op deze motie zal reageren.
We geloven niet, dat de soep zo heet
wordt g< «we» als ze wordt opgediend.
Want da. coa betekenen, dat Amerika
als politieagent zou gaan fungeren, die
stoute jongetjes, die zich van de ver
enigde Naties niets aantrekken, gaat
ringeloren.
Ia ons geval zou uei da* neorlromen
op het ons onthouden van hei te'c.eld,
dat we via de Marshall hulp bt.ekken.
Het staat als een paal boven water,
dat Amerika dat met ons kan doen. Dat
het ons kan maken en breken. Maar
Indien het congres de Republikeinen in
het onderhavige geval hun zin gaf, ge
loven we toch, dat menig land, dat even
als wij de Marshall hulp in dank aan
vaardt .tegen deze gang van zaken ern
stige bezwaren zou maken.
Indien de Veiligheidsraad van mening
is, dat e r moet worden opgetreden te
gen een van haar leden, behoort dat te
geschieden door middel van maatregelen
die door die Veiligheisraad aan de Ver
Naties worden voorgesteld. En dan
kunnen de VN ze ten uibvoer brengen.
Hebben ze daartoe nog niet de macht,
het is buitengewoon jammer het te moe
ten constateren, maar het is helaas zo,
dan moet de Veiligheidsraad nog niet
bevelen, dan kan ze hoogstens verzoe
ken.
Maar een politieagent buiten de VN
om in de vorm van Amerika gaat wel
een beetje al te ver. Vooral als zo'n
agent zich zelf aanstelt, zonder dat er
door de betrokken organisatie zelf om
gevraagd is.
Dn dan schijnt ons de methode ook
niet bepaald ieskeurig toe. Als je onze
ain niet-doet, zal je hongerlijden.
DE OVERWEGINGEN
Nog bedenkelijker wordt het geval,
als we de overwegingen bezien, die de
senatoren tot hun motie hebben ge
bracht. De heren hebben n.L bij de motie
een tiental vragen gesteld waarvan wij
sr enkele onder de loupe zullen nemen.
Zullen de Nederlanders zich uit het
Atlantisch verbond terugtrekken en
wat zal het uitmaken als ze dit doen
en wat zullen ze verder doen?
Hier komt ^gkcuman om de hoek
kijken. Want ja, als Nederland nu eens
een zwakke plek werd in het Atlantisch
verbond, of als het, gewaagde veronder
atelliug eens met Rusland ging coque
teren!
Ja, dan zou het misschien toch maar
beter wezen om voort te gaan met de
Marshall hulp. Voet u wel, hoe princi
pieel? Werkelijk voorbeeldige Ameri
kaause openhartigheid.
Den andere vraag:
Als de Nederlanders vier milliard
dollar aan activa in Indonesië bezit
ten en het Amerikaanse kapitaal we
ren, waarom verlenen wij de Neder
landers dan financiële steun tot een
bedrag van een half milliard dollars
per jaar?
Ai, ziet hoe lieflijk. Wordt wellicht de
Republikeinse motie ingegeven door een
bepaalde wrevel, dat zijn oorzaak vindt
in de nog geringe mogelijkheid voor het
Amerikaanse kapitaal om in Indonesië
te Interreniëren?
Anders en scherper gesteld zouden
we kunnen vragen: Is de liefde voor
Indonesië, waarvan Amerika schijnt
over te lopen soms dollarliefde? Dan mo
gen de Indonesiërs wel op hun hoede
zijn, als ze er in 6lagen volledige sou
vereiniteit te verwerven.
Dn nu de laatste vraag:
Hoe lang zullen wij nog Amerikaans
geld met handen vol uitgeven, voor
landen, wier regering met haar han
delwijze precies het tegenovergestel
de bewerken, van wat onze politiek
wil bereiken?
Er waren nog meer vragen. Maar dit
drietal duidt wel aan, dat er in Amerika
en met name in de Republikeinse partij
nogal wonderlijke opvattingen heersen.
Voor die laatste vraag. Waarom zou
ik je nog een aalmoes geven, als je niet
het zelfde wil als ik? Dat is het brute
dollarimperialisme ten top gevoerd.
We prijzen ons gelukkig, dat deze pnr
tij tenminste bij de laatste verkiezingen
in de United States niet de overwinning
behaald heeft. Wat niet wegneemt, dat
we de komende beraadslagingen in het
Congres met aandacht zullen volgen.
Uit NoordrUn Westfalen, het dichtbe
volkte land van de Britse zene, wordt
een ernstige toeneming van zedenmis
drijven gemeld naast een daling van de
gewone criminaliteit.
Volgens de Duitse politie zwerven
niet minder dan 20.000 prostituees zon
der vaste woonplaats door de staat.
Veertig pCt van hen zouden aan yene
rische ziekten leiden en de helft van de
ze vrouwen zouden uit alcoholische ge
zinnen komen.
Zelfs onder J-~ 16 jarige schoolkin
dt re- worden renet is ^le ziekten gemeld
terwijl in een stad in het ruhrgebïed
zelfs een meisje van 11 jaar, dat aan
de ziekte leed. door de politie is aange
houden. Toen een onderzoek werd inge
steld in de school, bleken 11 medeleer
lingetjes in de zelfde klas, waarin hot
meisje zat, geïnfecteerd te zijn.
DUITS MOREEL STIJGT DOOR
WESTELIJKE ACTIES
In een rapport van generaal Clay,
Amerikaans militair gouverneur in Duits
land, wordt gezegd, dat het opblazen van
de zendmasten van radio Berlijn door
Franse ingenieurs in December ,,een
reusachtige stijging" van het Duitse mo
reel tengevolge had, doch de ontruiming
van Stolpe door de Fransen had klaar
blijkelijk het tegengestelde effect.
Het moreel van de Berlijners onder
vond eveneens een enorme stimulans
door de uitslag van de Decemberverkie
zingen, toen S6.2 pCt van de stemmen
aan de anti communistische partijen
kwam.
ZE VOELDEN ZICH ZWAK
„Met het oog op de zwakte van ons
luchtverdedigingssysteem is het noodza
kelijk dat wy een radarverdediging rond
om de Verenigde Staten aanleggen", zo
verklaarde heden generaal Gordon Sevil
le, hoofd van de Amerikaanse Iuchtver
dediging, voor de Commissie voor het
leger van het Huis van afgevaardigden.
De bouw van dit radar-net zou 161
mUlioen dollar kosten, aldus de gene
raai. Volgens zijn plan zouden S.300 man
schappen de -eerste installaties van dit
net moeten bedienen. 13.000 reserve
manschappen zouden moeten klaarstaan
voor eventuele versterking. „Dit verde
cigingsnet, zo besloot de generaal, „kan
afdoende resultaten opleveren tot op
een afstand van 300 mijl van de Ameri
kaanse kusten en grenzen".
en het
raadsel
van de
Rozenhouten kist
5. „Ik heb geen tyd!" riep de mees
ter. Ga weg.... laat me door.... ik
moet achter die boeren aan! Let jii
maar op dat schip daar! Kraak! Er
is niemand aan boord!"
„De havenmeester luisterde verbaasd
want bij begreep geen woord van wat
de meester zei. Maar voordat bij om
nadere uitleg kon vragen, rende de
meester al weg.
Intussen liepen en liepen Kappie en
de maat maar steeds langs een einde
loos lange rivier en de lust tot zingen
waa hen al lang vergaan. „Allemaal
ellende", mopperde de maat. „Mijsehien
lopen we wel helemaal verkeer
..We lopen pal Oost!-" zei Kappie.
„Daar staat een man.... ik zal hein
eens vragen, of hij w.et waar de «Tm
pel van het Wijze Oog is!"
„Niet doen!" riep de maat. ,JHj is
misschien wel gevaarlijk!"
Maar Kappie stoorde zich niet aan
de maat en hij vroeg de oude Chinees
of hij de weg wist.
De Engelsen en Russen in ons land
Misschien herinnert u zich nog dat we enkele weken geleden een artikel fn
onze krant hadden over de inval der Engelsen en Russen. Naar aanleiding van
dat artikel kregen we een dezer dagen bezoek op ons bureau van de heer A.
Sohenk, wonende op het Noord F 97 te Schagen.
De voorouders van de heer Schenk w oonden voorheen In de Wieringerwaard
aan de Lotweg nabij Oudesluis en de heer Schenk vertilde ons, dat deze voor
ouders nog al wat te stellen hadden gehad met da Engelsen en Russen, die de
koelen en paarden uit het land wilden weghalen. De over overgrootvader van
de heer Schenk was echter ook niet mis en wist dit ten slotte toch nog te
voorkomen.
Niet alleen koeien en paarden waren
een welkome buit, maar de invallers wa
ren ook steeds' op zoek naar geld.
Toen ze de boerderij binnenkwamen
en daar de tegels zagen op de vloer, be
gonnen ze met de kolven van de gewe
ren op de tegels te stampen en als het
dan hol klonk, moest de tegel worden
opgelicht. Er kon immers geld in verbor
gen zitten. De zaadhokken werden met
bajonetten doorstoken. Er modit eens
een* pot met rijksdaalders te voorschijn
komen. Het geld was echter reeds lang
in veiligheid gebracht.
Dat er echter in die spannende dagen
wel geld in de grond verborgen is ge
weest, is zeker. De beer Schenk had
zelf eens een paar zilveren munten ge
vonden by het planten van bomen.
Zo zullen in deze familie de verhalen
in de winteravonden van geslacht op ge
slacht verteld zyn.
OUDE PAPIEREN
De heer Schenk was een dezer dagen
eens aan het snuffelen geweest in oude
papieren en daaronder trof hü een
authentiek handschrift aan betreffende
de inval, opgemaakt ten tijde van die
voor onze voorouders zo schokkende ge
beurtenissen.
We laten het relaas hier onverk'ort
volgen:
Aantekeningen door A Kaan,
behelzende enige gebeurtenissen ten
tyde van de Engelse en Russische
armee in Noord Holland 1799.
De 26ste Augustus circa elf uur werd
iu de Wieringerwaard alarm geslagen
door de tamboer van het tweede en der
de bataljon der vijfde halve brigade, wel
ke bataljons daarna direct van hier naar
de Grote Keten vertrokken, alwaar de
Engelse vloot onder order van admiraal
Duncan toen naby de wal ten anker lag.
Des middags te 4 ure zyn ik, Albert
Kaan, Willem Quax en Jacob Waiboer
te paard gereden naar het strand bij
Abbestee, alwaar het Westelijkste oor
logsschip van de voornoemde vloot op
een afstand van bijna driekwart mijl ten
anker lag, liggende de andere erempt,
een klein gedeelte welke nog zeilende
waren, zo na wij tellen konden 170 sclie
pen, welke allen barkassen of sloepen
achteraan hadden.
Er zeilden voorts ook vele sloepen
van het ene naar het andere schip.
Het was ruim zes uur toen wy van
het strand naar de Wieringerwaard te
ingkeerden.
Den 27ste des morgens, te half vier
ure, hoorde men alhier een zwaar schot
met het kanon, hetwelk kort daarna ge
volgd werd door 5 andere schoten en
toen schieten, gevolgd met zwaar ge
schut en houwitsers, hetwelk tot 6 uur
duurde, met grote hevigheid daar onder.
Ten half negen ure kwam de bagage
van het eerste bataljon der vijfde halve
brigade alhier doorrijden, welke gevolgd
werd door het tweede bataljon, staande
de laatste alhier op de wagens gereed.
Ten 9 ure kwam uit de Grote Keten
een officier met een wagen om vlees te
halen voor de Bataafse troepen.
Kort daarna kwamen verscheidene mi
litairen van het tweede bataljon aanlo
pen, zeggende, dat onze armee in volle
vertneatie was en dat de Engelsen sterk
avanceerden.
Deze tijding bracht in de Wieringer
waard grote opschudding teweeg. Ik liet
to'en mijn vrouw en kinderen aan boord
van Dirk Schipper brengen, welke met
rijn schip aan de stjjgor lag, voor de
fi^uwe Sluis.
Om tien unr kwamen verscheidene wa
gens met gekwetsten van het Buitenveld
alhier, welke door onze meester Willem
Quak werden verbonden. Verscheidene
musketkogels die ingedrongen waren, zijn
door hem uitgesneden.
Alles was de gehele dag in rep en
roer en de algemene verlegenheid onbe
schryfelyk. De paarden en wagens wer
den gerequireerd ten dienst van het land
tot het aanvoeren van brood en vlees,
Een geleerde van de laboratoria van
„Union College" heeft medegedeeld, dat
de blinden weldra over twee nieuwe hulp
middelen zullen beschikken bij het lezen
en het waarnemen van hinderpalen.
Het eerste midel is een electronisch
potlood ecu apparaat waardoor het
overbrengen van klnnken bij het con
tact met de lettertekens vergemakke
lijkt wordt. De blinde is voorzien van
een luisterapparaat, waardoor hy de
klanken kan opvangen in een af gespro
ken taal, die hü eerst eigen dient te
maken.
Het tweede middel is een electrisebe
lamp, die de witte wandelstok der blin
den moet vervangen. Het is een klein
apparaat, dat veel gelijkenis heeft met
een ronde zaklamp en dat, door het
afgeven van klanken, waarschuwt voor
hindernissen.
alsmede tot het transporteren van de ge
kwetsten, hetwelk tot ongeveer 5 uur
aanhield.
Er was dus ruim twaalf uren in de
duinen en op het Buitenveld gevochten
en van weerszijde veel bloed vergoten.
De navolgende nacht en de 28ste was
hier weinig beweging, totdat er 's avonds
7 uren een officier kwam met grena
diers met order van de kolonel en chef
Kras, om 50 manschappen voorzien met
schoppen en graven te reqnireren en
wel om zulks militairement te doen en
het moest dus snel gebeuren. De 29ste
's morcens vertrok het derde bataljon
naar Alkmaar.
Ten elf unr kwam m'u'n vrouw en
mijne kinderen terug en waren dus ruim
drie etmalen ïn angstvolle bekommering
in oornoemd schip geweest.
Jammer genoeg eindigt het hand
schrift plotseling. We vonden het
echter merkwaardig genoeg om het
in zyn geheel op te nemen en ter
kennisse van onze lezer3 te brengen.
schrijvende lezers
Naar aanleiding van het stukje Proces
van v. Z, in Uw blad van S Februari
j.L het volgende:
1. Tau Z schrijft, dat tegen de be
klaagden in de Moskonse proeessen van
voor de oorlog slechts vage algemeen
heden en lasterlijke' aantijgingen naar
voren gebracht werden Dit is onjuist.
Tegen alle beklaagden zyn concrete be
schuldigingen uitgebracht: men leze
„Het verslag van het proces Moskou
t,gcn het TrotzkiZinowjewcentrum"
„Het volledige verslag van het proces te
tegen het TrotzkiZinowjewcentrum"
Sokolnikow" en „De grote samenzwe
ring" door Michari Sayei-s en A. E.
Ka lm.
2. Van Z. schrijft: „En ziet, deze hel
den der Russische revolutie, die niets
vreesden, die een leven van vechten
achter de rug hadden, deden niets an
ders dan bekentenissen afleggen en
zichzelf beschuldigen op een wijze, die
elk demoratïseh mens met weerzin ver
vulde".
John Gunther schrijft echter in zijn
boek „Europa in de branding":
„In het buitenland heeft men de indruk
gekregen, dat de beklaagden allen het
zelfde verhaaltje vertelden, dat zy ver
achtelyk kruiperig deden, .dat zy zich
gedroegen als schapen, die naar de
slachtbank werden gevoerd. Dit Is niet
geheel juist. Zy debatteerden halsstarrig
en over het algemeen vertelden zy al
leen wat zy gedwongen waren te vertel
len".
En Joseph E. Davies, Amerikaans am
bassadeur bij de SovjetUnie, schrijft
op 17 Februari 1937 aan Cordell Huil,
toen minister van Buitenlandse zuken
van Amerika, over Radek: „hU had
enige scherpe schermutselingen met de
ProcureurGeneraal en bracht het er
lang niet slecht af in deze woorden
strijd".
3. Van Z. schryft, dat Emille van
der Velde en nog enkele waarnemers
gebroken uit Moskou zyn terugkomen.
Davies schryft echter in dezelfde brief
van 17 Februari 1937: „Ik heb over de
ze zaak met veel, zo niet alle, leden van
het Corps Diplomatique gepraat en, één
uitgezonderd misschien, waren zy alle
maal do mening toegedaan, dat het
ces duidelijk bewezen had, dat er een
samenzwering en een politiek complot
hadden bestaan om de regering omver
te werpen"
Op 11 Maart 1937 schrijft Davies in
zyn dagboek:
„Een andere diplomaat, de Gezant
van...., maakte, gisteren een zeer rake
opmerking. Toen we het over het proces
thier viorat bedoeld het Radekproces)
haJdea zei hy, dat de" beklaagden onge
twijfel schuldig waren; dai i ader
een, die het proces had bijgewoond het
duaro-er eens was; dat de buitenwereH
echter, uit de verslagen van de per-
indruk had gekregen dat hri hele proces
geënsceneerd was; dat hoewel wij wel
beter wisten, het helemaal ceen kwaad
kon dat de buitenwereld dacht dat het
we! het geval was".
Deze meningen zyn wel iets anders,
dan de suggesties die van Z. geeft.
RIE VAX RIJSWIJK
NASCHRIFT REDACTIE:
ik üatt nooit geuaent, dat xnej. van At
en ik nog eens procesje zouden gaan
spelen. Een imitatie procesje dan. Imi
tatieKravcüenko,
lk heb iets geschreven, mej. van lt.
haalt getuigen aan en nu rust op my
weer de taak om door middel van andere
gc-tuigen te bewijzen, nat ik gelijk heb
gehad, waarna we een poos kunnen guau
debatteren over de getuigen die we wc
derzyds hebben aangevoerd.
Lt geloof niet dat dit de zaak nader
biecgt. Wel zou ik allen die over deze
h'&.orie iets meer willen weten, de raad
geven het boek van., neen niet van
Ktsvchenko en ook niet van Koestier.,
te gaan lezen, omdat het nu eenmaal in
bepaalde kringen ais ecu paal Dove»
water staat, dat dezé schryvers er naast
zin.
Maar leest eens het boekje van Victor
Serge. Iemand die in Rusland is geweest
Het boekje heet „Van Lenin tot Stallu"
Gt zult er veel in kunnen lezen dat mis
sc-hien erheluereu.i wërkf.
Ge zult misschien de overtuiging kuti
nen opdoen, dat de Russische processen
niet zo zeer zyn gehouden omdat er
een gevaaarlyke samenzwering was ont
dekt, maar omdat een groep personen
de moed had, er op verschillende manie
ren een afwijkende mening op na te
honden, om anders te denken dan Stalin
Ligt hier eigcnlyk niet het kardinale
punt. En ligt hier ook niet het begin
van de vraag of de Russische processen
monsterachtig of gerechtvaardigd zyn ge
weest.
Het spüt me het te moeten ztvgen
dat mej. van R. me nog niet heeft o.ri-
tuigd. Wellicht zal ik het haar ook niet
doen. Wat echter niet wegneemt, dut
we als normale Nederlanders, met el
kaar kunnen debatteren, zonder elkaar
te kwetsen. Ik zou nu het stuk van mej.
van R. kunnen gaan bestrijden Punt
voor punt. Daarna zij my weer. Dat
heeft echter geen zin, als we o
acte van beschuldiging het reeds niet
eens zijn. Want dan stranden we al in
de aanvang. v.Z.
JEFFERY FARNOL
Barnabas is nog niet de charmeur,
die handelend weet op te treden. Het
meisje, dat hy in het bos redde,
wordt dit al spoedig duidelijk.
9)
„Ik zie, mijnheer, dat uw wang op
gehouden heeft te bloeden, het is
bijna over," zei het meisje. „Ik geloof,
dat er anderen zijn wier wonden niet
zo gauw genezen zu'len en tuvsen
ons gezegd en gezwegen, mijnheer,
ben ik daar bly blij om!" Met deze
woorden, welker betekenis niet vol
doende tot Barnabas doordrong (zij
doelde op haar belager in het bos),
keerde zij zich om en liep zij verder de
open ruimte over. En Barnabas zuchtte,
keerde zich ook om en liep verder
Londenwaarts.
Toen de jongedame nog slechts een
eindje gelopen had, moest zij over
haar schouder terugkijken; dan bleef zij,
o, zeker, beschermd door een braam
bosje, staan, om hem na te staren, ter
wijl hij krachtig en sierlijk verder liep,
doch zonder een blik achter zich te
werpen.
„Wie was hij?" vroeg zij zich af.
„Wat was hij? Te oordelen naar zijn
kleding kan hij iets tussen een hout
vester en een boer zijn!"
Arme Barnabas!
„Zijn stem was zacht en welluidend
en zijn woorden goed gekozen wie
was hij? Wat was hij? En hij ging
naar Londen, waar hij geen vrienden
had. En hij had zijn naam niet ge
noemd, en, wat erger was. niet naar
de hare gevraagd." Hier fronste de fris
se schoonheid haar voorhoofd, want
een dergelijke onverschilligheid was
iets nieuws voor haar. Maar verder
liep de langbenige Barnabas, zich van
niets bewust, door zonlicht en scha
duw met een veerkrachtige en vrije
stap en nog (o, Barnabas!) zonder
een blik achter zich te werpen.
Toch keek Barnabas op een gegeven
ogenblik achterom. Maar het meisje
vond hem een aarzelaar en glimlachte
slechts.
Een kanten zakdoekje hing zij handig
aan de doornen van een braamstruik.
Toen verdween ze.
HOOFDSTUK VII
„Warempel", zei Barnabas, plotse
ling stilstaand, ,,wat ben ik toch een
sufferd! Ik heb helemaal geen buiging
voor haar gemaakt zoals in dat boekje
staat voorgeschreven!" Daar hij een zo
ernstig verzuim wilde herstellen, keer
de hij zich plotseling om en liep weer
terug, waardoor hij het kanten zakdoek
je aan de braamstruik zag wapperen.
Hij maakte het kanten zakdoekje voor
zichtig los uit de weerspannige doorns
en keek rond naar de vroegere eigena-
resse. Doch hoe hij ook zoeken mocht,
zijn pogingen bleven zonder resultaat.
Barnabas zuchtte weer, stak de zakdoek
in zijn zak en ging opnieuw op weg.
Maar thans moest hij onder het lo
pen, of hij wilde of niet, denken aan
zijn verlegen stijfheid, toen zij hem be
dankt had; hij werd over al zijn leden
warm alleen bij de herinnering en bo
vendien. hij had vergeten een buiging
te maken! Maar dan, wist hij wel ze
ker, dat hij buigen kon, zoals een
gentleman dat moet? Er waren onge
twijfeld zekere regelen dn axioma's voor
een buiging, precies als voor de wis
kunde verscheidene bewegingen, die
in acht moesten worden genomen,
waaromtrent Barnabas aan zichzelf be
kende niets te weten. Wat was een bui
ging? Hij haalde het boekje te voor
schijn, sloeg een bepaalde bladzijde op
en begon met nieuwe en verhoogde
belangstelling de „stijfbenige" heer te
bestuderen. Tegenover die heer, dat wil
zeggen op de tegenovergestelde blad
zijde, las hy deze woorden:
DE KUNST OM TE BUIGEN.
„Om sierlijk te buigen", babbelde
de Iemand van Hoogen Rang in het
standaardwerkje, „moeten de voeten
in den beginne geplaatst worden als
in de eerste positie bij dansen. De
linkerhand moet luchtigjes opgeheven
en op de borst gelegd- de vingers ele
gant uitgespreid gehouden worden.
Het hoofd wordt nu voorover gebo
gen, waarbij het lichaam de beweging
vanuit de heupen volgt, terwijl de
rechterhand tegelijkertijd sierlijk in
de lucht gewuifd wordt. Het is boven
dien noodzakelijk, dat de gelaatstrek
ken een zo vriendelijk mogelijke uit
drukking aannemen. De diepte der
buiging moet geregeld worden naar
de rang van hen, die gegroet wor
den."
Enz. enz. twee bladzijden lang.
Barnabas zuchtte en schudde zijn
hoofd- „Onder deze omstandigheden is
het misschien maar goed, dat ik verge
ten heb het te proberen. Ik vermoed,
dat ik het er treurig afgebracht zou
hebben. „Ik zou wel eens willen weten'
zei hij tot zichzelf, „wie zij is ik had
haar naam kunnen vragen"
Hier zuchtte Barnabas. „Als zy my
haar naam gezegd had, had ik haar de
mijne moeten zeggen en Barnabas
Barty hum! Dat doet niet denken
aan grote akkers of adellijke voorva
deren. Neen, Barty zal «ooit gaan."
Hier begon Barnabas diep te pein
zen. „Mortimer klinkt beter, of Mande-
ville. Goede namen en toch lijken ze
geen van alle gepast. En ik moet een
naam hebben, die boven alle twyfel
verheven is!" Barnabas liep steeds
peinzende verder. Plotseling bleef hij
staan. ..De naam van mijn moeder na
tuurlijk Beverley. Dat is een uitste
kende naam en ik heb er meer recht op
dan wie ook. Dus zal het Beverley zyn
Barnabas Beverley goed!"
Barnabas zette zijn hoed weer op en
liep met veerkrachtige stap verder.
(Wordt vervolgd).