JAN DE CLER KLAPT UIT DE RADIOSCHOOL „Oe Inlernaüona e gedachten moeten de InternationVe oeschil'en overheersen Onderzoek in de zaak Peniwen Bewogen geschiedenis van de „Alnati' YIuwjuJl UÜ cis.- ftNégen heit de klok! VOOR DE VIERDE MAAL na de ebvrijding maken we ons op om 't feest van de Mei te gaan vieren. Een feestdag .die in betekenis toe neemt. Een dag. die dadelijk ge plaatst moet worden naast de al gemeen erkende Christelijke feest_ dagen. Een dag echter van geheel ander karakter. De eerste Mei was oorspronkelijk de dag, waarop de verworpenen der aarde het werk neerlegden, om hun Internationale verbondenheid te demonstreren. In later jaren werd de Meidag meer een dag, waarop gedemonstreerd werd voor bepaalde eisen. Eisen, die nog maar voor een gedeelte lagen op wereldoorlogen hebben daar geen goed aan gedaan, Fn nng mindv.r de splitsing, die er in de arbeiders, klasse is ontstaan. Een splitsing, die het ene deel in communisti sche, he andere in democratisch socialistische richting heeft ge_ drongen. Nationaal is er van senneii bij de Een Mei-viering geen sprake meer, internationaal is het nog be droevender gesteld. Het zou uitermate gemakkelijk zijn geweest om er gelegenheid van de Meiviering een hoog gestemd artikel te schrijven waarin veel ge_ meenpbatsen werden gebruikt, maar waarin geen enkel probleem ter sprake werd gebracht. Daar zitten we dus mat onze Mei viaring. Sommige groepen in de ene zaal andere In een tweede. Terwijl een nog groter deel van 't volk aan de Meiviering part noch deel heeft. Het Is jammer het te moeten constateren, maar van de Internationale solidariteit is nog iu. ar weinig terechtgekomen. Fel ler dan ooit staan de volken te genover eikaar. Is er dan wel re den cm het feest van de Mei te Vieren? Is het niet verstandiger cm a'les over ons heen te la^en gaan? K en, waarde lezer, zo Is het nu cok weer niet. Want ondanks de zwarte wolken, die de h-mel ver duisteren, moeten we blijven ge- 1' en in een betere toekomst voor de mensheid. Er b in de week die achter ons 1? r en concres voor de vrede ge- v/.est In Parijs. Tal van geleerden van naom. kunstenaars e.a. hebben f- 'net wro d revqe^d. E" is aan de deelnemers zelfs een eed voorge legd. welke inhield, dat ze de vrede en de vrijheid van hun land zullen v'"."ledigen t-gen iedere aanval. rsoonlljk hechten wij niet aan d e verklaring. PerroonHjk gelo_ ven we ook niet in de betekenis van het Parijse congres. En toch verheuven we ons er over, dat deze stemmen voor de vrede hebben ge klonken. ziin voor ons het bewijs, dat ln de ziel van tallozen het verlan gen naar vrede leeft. Het gaat er mear om d~t verlangen de r "ge krr-cht te gcven. N'°t kracht in een bepaald deel van de wereld. I nationaal moet déze kracht z' op deze M idag nu de natuur h. schoonste kleed heeft aange- t o ren en de weerid in volle luis_ te- prijkt, zullen we dat moeten b" Vnken. Mbschien zal het daar- een moeten, dat de Meidag weer w rit de dag d~r internationale S' it. n- da". w~a-cp de mensen krachtiger dan ooit te ken r.en geven, dat ze de vrede willen. De dag ook, waarop het aan de re geringen in alle landen duidelijk gemaakt wordt, dat de mensheid geen oorlog meer wil. Dat het werkende volk bereid is op te treden. Niet alleen, dat het zich opmaakt .cm de vrede en de vrijheid te verdedigen tegen een aanvaller. Maar ock, dat het 'een regering onmogelijk zal maken aan te vallen. Zelfs de eigen regering. Zo ver is het nog niet. Een feestdag van onverdeelde vreugde zal deze Meidag niet zijn. Daarvcor is de internationale si tuatie te ernstig. Daarvoor is ook de verwijdering tussen de verschil lende mensengroepen te groot. In het eigen land, zowel als In andere landen. En ook tussen de arbei dersgroepen van onderscheidene landen. En toch ondanks deze sombere klanken is de Meidag een feestdag, die steeds in betekenis toeneemt. Zelfs zo groot was de betekenis er van, dat in het nazi-Duitsland en het fascistische Italië deze dag tot nationale feestdag werd verheven. Misschien uit propagandistische oogmerken. Maar gedeeltelijk ook om te voorkomen, dat de onder drukte slaven op de eerste Mei zeden willen demonstre-en. dat ook in die landen de vrijheid niet geheel dood was. Moere deze Meidag ln de zeer na bije toekomst er getuige van zijn, dat de internationale gedachten de internationale geschillen zul len overheersen. En moge wij op deze Meidag, wat we ook doen, waar we ons ook bevinden, hoe we ook mogen denken, ons in de eerste maat* bewust z'in d^ze pedacht'e: „Er is maar één volk: d« mensheid. E*- is maar een va derland: de aarde." Wielercriterium van Europa Van Beek derde achter Schaer en Koh'et Achtduizend toeschouwers woon den te Luzern het Europese wie lercriterium bij, dat gewonnen werd door Schaer (Zwitserland) in 2 uur 19 min. 56 sec. (gem. uur snelheid 42,9 km.) over 100 km. en 20 punten. Tweede werd zijn landgenoot Koblet met 16 punten, derde Van Beek met 10 punten en vierde Forlini (Monaco) even eens met 10 punten. Op 30 secon» den 5. Maggini (Italië) 4 punten; 6. Aubrey (Frankrijk); 7. Croci Torti (Zwitserland); 8. HuLma- cher (Zwitserland); 9. Plattner (Zwitserland). Met 1 minuut ach terstand 10. G. Lapebie (Frank rijk). Onze landgenoot V o o r e n werd dertiende, de Belg Bruneel sloot de rij als zes en twintigste afgeknapte wiekOp- nieuiu heeft een onzer trotse molens het moe'en begeven. En het leven gaat verder. (foto Jonkhart). Het Twe°de Kamsrl'd de heer F. H. ven de Wcte.I 'g (CH) he ft be treffende het instellen van een on derzoek naar het optreden van 'n Nederlands legeronde deel In de dessa Peniwen acn de r:gering de volgende schriftelijke vragen ge sneld: 1. Hebben de m'nis^ers kennis genomen vm een mededeling van H. A. C. Hilde i g in het maand b ad vcor de Ocst-J uaa-se kerk „P.-wa t's Rlngkes", waarin werdt verklaard, dat een orde-deel van het Nederlandse leger op weerzin wekkende wijze In de dessa Peni wen z^u zijn opgetreden? 2. Zijn de mlntet-rs bereid om een onderzeek te deen ins ellen naar de door genoemde predikant ve-melde fe'ten? 3. Zijn de ministers bereid cm de Kamer omstandig in te lichten over de resultaten van dit onder zoek? Minister-president Drees he-ft mede namens minister van Maa-- seveen, (Overzeese Gebiedsdelen a.i.) hierop geantwoo'd, dat na kennisneming v?n vorenstaande publlcat'e m'nister v. Ma"-seveen zich aanstonds voor nadere in lichtingen tot de redering van In_ donesië heeft gewend. Naar aanl^d'ng M*-van heeft de Hoge VertTenw^ordiger van de Kroon in Indonesië be"icht. dat 'n commissie van onderzoek naar het voo-gevpilene is ingesteld. Deze commissie is m~t uifg°brel de bevoegdheden toegerust en haar is opgedragen om met de meeste spoed over de onderhavige zaak een gedocumenteerd rapport in te d'enen. in zodanige vo-m, dat eventueel zo snel m^°Hjk tot st-afvervolging kan worden over gegaan. Een schip ging driemaal fen onder.... Toen de oorlog in 1940 uitbrak had de Rotterdamse rederij Van Nievelt, Goudriaan en Co. N.V. een schip op stapel staan. Een passagiersvrachtschip sierlijk van bouw, doeltreffend van in richting, stevig van constructie. Welke avonturen dit schip, Alnati geheten, voor de boeg stonden voor het zijn eer ste officiële reis zou aanvangen kon men toen nog niet bevroeden. Driemaal ging het schip ten onder, doch ook driemaal herrees het weer uit de woe lige baren De Duitsers legden na de overrompe ling in 1940 onmiddellijk beslag op het nog op stapel staande schip. De Alnati verdween, dochwerd na de oorlog teruggevonden in Kopenhagen. Het bleek echter, dat het tijdens de oorlog in het Kattegat op een mijn was gelo pen. Om h&t wrak te lichten had men er het gehele voorschip af moeten bran MINNE STREKEN „Dat was toch ok een mooi ak kevietje, deer met die toneelver eniging uit Alkmaar", zoi Klaas en hai drougde z'n gezicht of. Er waz- ze er nag verskaiene. die er niks van hoord hadde, dat toe krege we ut hele verhaal. En ut zat zo in mekaar: Een toneelclub uit Alkmaar, ze hiette „De Maskers", die hadde 'n uitvoering geven bal Homan op Sintmaartensbreg met Overskotje. Ut was vezelf ve-legen mooi weest, want die lui kenne goed speule en ut Is een goed stik ok, dat dp; mense hadde bar genoten. Maar leit me deer nou toch éen verslag in de krant komme, nei mense. ut was meer as erg. Er deugde niks van. Homan kwaad, de Maskers kwaad en de mense die op die uitvoering weest wazze kwaad. Maar er zouwe nag meer kwaje mense komme. Want de krant werd opbeld en deer krege ze op er kop. En die namme dat vezelf ok weer niet. dat die zochte de copie weer op en hullie hadde ut persies zo opnemen sis ze r krege hadden. En er stond een naam onder: C. Blouw. Dat toe kreeg Blouw de skuld. En toe werd die woedend, want hal heb nooit een stikkie opstuurd. Afoin, op ut lest was alleman zo wat noidig. En er was reden voor". „Das kras", zoi de barrebier. „Das kras. Dus de ien of de aar heb een miserabel verslag op stuurd, met een valse naam er on_ der. Das nou wat je noeme een vuile streek. Das zeker wel gien vrind van de kasteloin weest". „Das hillegaar niet nodig", vond Kees. „Ut ken ok best weze, dat die kirrel een pik op „De Maskers" had en dat ie op deuze menier psrbeerde, die club een hak te zetten". „Ut kon nag wel derus heel aars weze as jullie dochte", kwam Ja nus uit de hoek. „Ik weet niet of jullie hoord hewwe, wat er met ut Parool beurd is. een veertien dage leden, zowat. Ut ken trouwens ok al weer een paar weke langer le den weze. Dat maakt niet uit. Maar Het Parool kroigt een over- loidensadvertentie opgeven van 'n heel bekende figuur. Ut most een grote advertentie worre en het kwam vezelf voor mekaar. Maar deer kwam ok nag al wat trammelant van. Want ut bleek, dat die man niet dood was. En wie die advertentie opgeven had, nou, dat was niet bepaald een vrind van ut Parool. Dat begroip jullie zeker ok wel. En den vrage ze d'r oigen niet of, of wat ze- doen, voor are mense onplezierig is. Welnei, ze moete er haat botviere. Prakkezeer maar over die oplos, silig". De barrebier haalde voorzichtig ut mes over de riem. Er was gien mens, die wat zoL Dat ken vezelf niet zo bloive. We benne gien douf stomme. Maar wat Janus deer ver teld had, brocht ons een beetje an ut prakkezeren. „Jij vertelle ons deer mooie din_ ge", begon Dirk op ut lest. As zoks nou in Amerika beurde den zou je zegge, nou ja, deer beurt wel meer wat, dat niet hillemaal in orde is. Maar hier in Holland eri den een overloidensadvertentie opgeve, ter- woil je wete, dat de man spring levend is, den moet je toch wel 'n miserabel mens weze „Leite we maar bal het geval van „Overskotje" bloive." vond de bar rebier. Want dat is ok al misera bel genog. De kasteloin perbeert de mense wat goeds voor te zet ten. Hal slaagt deer in. En ut is niet de eerste keer. Want Homan ls aktief. Dat weet ik. Die toneel- mense hewwe wat goeds brocht. D"t, wete we allegaar. Want die kenne we ok. En nou ontziet de ien of aar zich niet om zo'n streek uit te halen en nag wel op naam van een aar. As ik er goed over prakkezeer, kon Janus wel gelolk hewwe. Ut kon wel een vuilig- holdje weze teugenover onze kran_ te. Want er benne er heel wat, die verlegen de smoor in hewwe. dat we er altoid nag maar benne „Ut is jammer, dat we ut zegge moete", besloot Kees ut gesnrek. „Ut is Jammer, maar ut heb er toch oigeluk niks van. dat ut zo lauDt in Nederland. Wp benne an. stonds weer an de volfde Mol toe. Den vi^-e we f«*1sfc. Pn de vierde Moi herdenke we onze dode. Das goed. Maar dat er teugenover de pe*-s. die deur onze stroiders oo- richt is. straffeloos zokke vu'lig- hoid utthaaid worre ken. dat is een bewols, dat ze in Nederland te slap weest benne. En deur Spvv-o]7 we nou mee. FIGARO. den, waarna het naar Kopenhagen werd gesleept. Daar werd het door de ille galiteit opnieuw tot zinken gebracht om de haven te blokkeren. Weer licht ten de Duitsers het en zo werd het halve schip, waar bovendien de gehele inrentaris uit was -esloopt. na de oor log teruggevonden. Het was door de Nederlandse regering indertijd voor mo lest verzekerd, maar de verzekerings som kon de reparatiekosten bij lange na niet dekken Als totaal verlies werd het door Van Nievelt, Goudriaan en Co. afgeschreven en door de regering aan Zweden verkocht. Op weg van De nemarken naar Zweden zonk 't schip achter de sleepboot voor de 3e maal. Niettemin arriveerde het tenslotte in Gothenburg. In de naoorlogse jaren stegen de bouwkosten van een nieuw schip dusdanig en de levertijd op de Nedcrlandese werven werd zo lang, dat de rederq opnieuw interesse voor het wrak kreeg. De reparatiekosten bedroe gen n.1. begin 1948 aanmerkelijk min der dan nieuwbouw en zo werd het te ruggekocht. In Hamburg werd een nieuwe kop gemonteerd en de fnrich ting vernieuwd. He^ schip werd voor+g uitgerust met de modernste nnut'srhe middelen, als radar en automatische pl loot De oorsoronkeliike S^nrk bw't met een capaciteit van 440 p.k„ die het schip een dienstsnelhe'd van 14'/; mül geeft, kon na hersteld te zfin ln het schip blijven. De Alnati is nu op ziin eerste o'fi ciële reis vertrokken en zal onder rnrn mando van kanitein A Visser een dienst onderhonden tnssen Rotterdam en ZuidAmerika. Goede mart! dlzV.a.\ da. couiitian. I ft TJET is niet gemakkelijk Jan de Cler te pakken te krijgen zelfs al is er tevoren (telefonisch) een afspraak gemaaktWie op Woensdagavond de K.R.O.-studio wil betreden, komt zonder toegangs bewijs voor „Negen heit de klok", niet ver. En zelfs een perskaart brengt dan geen uitkomstMaar gelukkig troffen wij een „re latie", die ons snel de geheime ruimten van de studio binnenvoerde. En daar achter de coulissen, troffen we Jan de Cler, om tien mi nuten voor negen. „O, ik maak wel even een plaatsje vrij," zei hij. „Technicus, mag deze meneer even meeluisteren in het aquarium?" Het mocht en even later zaten we in dat aquarium hetgeen vertaald betekent: in de regelkamer; de ruimte waar de technicus heer en meester is. fpiEN minuten voor negen was A het. Nog een paar minuten en de microfoon gaat „open" zoals dat heet. Dan zal de zoveelste „Klok" opgenomen worden, Zater dagavond zal de uitzending in de huiskamer volgen. Jan de Cler staat al op het to neel en instrueert het publiek hoe zich te gedragen. Dit „gedragen" betekent aan: lachen („als het soms mocht gebeuren dat u een mopje leuk vond"), applaus op handsignaal en er op tijd mee op houden. Deze instructies zijn belangrijk. Omdat daarmede voor de duizen den in de huiskamer de juiste prettige sfeer wordt geschapen. Na enige malen oefenen, laat men het rode lampje branden. De tech nicus draait aan zijn knoppen, Jan de Cler steekt lachend zijn arm op en....: „Dit is negen heit de klok. De opname is begonnen. Als Jan de Cler zich om even over tienen eindelijk heeft we ten „los" te maken van de tien tallen mensen, die hem komen ver tellen, dat het „weer subliem", of „enorm" en „buitengewoon" ge weest is, heeft hij ook nog een ogenblikje tijd voor een babbeltje met de krantenman. „Eigenlijk ben ik begonnen als illustrator" vertelt hij. Ik werkte als tekenaar bij een uit geverij en ontwierp affiches, lay- outs, folders en wat al niet Later begon ik zelfs een eigen zaak. Gedurende de oorlog was echter in de reclame „geen droog brood meer te verdienen" en ik legde me weer toe op het schilde ren. Intussen maakte ik wel eens wat liedjes over het oorlogsge beuren, altijd met het een of ander actuele tintje on een enkele maal, „hoe het nou eigenlijk gaat. Dat is eigenlijk alles." Zijn eerste JAN DE CLER ....man van de klok.... trad ik er ook wel mee op. Tijdens een feestje voor het In stituut voor Kunstnijverheid (waar ik beeldhouw-les had toen) maakte ik kennis met Herbert Perquin. En die zei toen tegen me: „Ik ga een cabaret maken, doe je mee?" Toen de oorlog afgelopen was, kwam hij bij me en zei: „Het is geen cabaret, maar radio gewor den. Doe je toch mee?" Zo ben ik er dan „in" geko men. „Ons streven met „Negen heit de klok" is merkt hij wat later op, als het gesprek een ietwat an dere wending heeft genomen „het brengen van een amusements programma voor de luisteraar. De mensen in de zaal zijn onze „me dewerkers". Zij zijn nodig om Het eerste grote nummer van Jan de Cler was het muzikale sprookje „Klein Duimpje", dat hij samen met Dico van der Meer maakte. Later schreef hij nog an dere dingen: Buffalo Bill, Spineu- za etc. totdat hij het bedrijf tot in de finesses kende. En toen kwam „De Klok", zoals insiders het programma noemen. „De Klok" van Woensdagavond (die dus Zaterdag uitgezonden wordt) was de 62ste. Als dit sei zoen achter de rug is (eind Mei) dan zijn er dit jaar in totaal 36 Klokken gebracht. „En dat kost je wel eens slapeloze uren" ver zucht hij. „Elke week een goed programma brengen is moeilijk. We mogen nooit minder zijn dan een vorige Klok, want dan worden we meteen door de luisteraars op de vingers getikt" ,Ik spreek van „we", als ik het hierover heb. Want dat „we" is langzamerhand een begrip gewor den. Die „we" zijn dan de mensen die samen „Negen heit de kiok" elke week brengen: Dico van d»-r Meer, Alexander Pola, Han Köni», Piet Lustenhouwer en Klaas van Beek." Midden in een gesprek over he* verschil tussen cabaret-» en een amusementsprogramma, kijkt Jan de Cler verschrikt op de klok. Die klok heit bijna kwart voor elf. En over een paar minuten gaat de trein naar Amsterdam. Jan de Cler is een ingezetene van de hoofd stad. „Jammer, dat we aan tijd gebon den zijn," zegt hy handenschud dend. „Maar dat is een stuk van ons vak." Hij haalt zijn trein op het nip pertje. Langendijk krijgt levenslang Het Bijzonder Gerechtshof te Amsterdam heeft gistermorgen uitspraak gedaan in de zaak tegen Ko Langendijk, de voormalige po litieman uit Velsen» die gedurende de Duitse bezetting in de Zaan streek heeft geopereerd. Na drie maal ter dood te zijn veroordeeldi sfeer te kweken en kunnen dankreeg Langendijk dit keer levens meteen eens een kijkje nemen lange gevangenisstraf.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

De Vrije Alkmaarder | 1949 | | pagina 3