-
oordhollandse
otities
OM TE
STELEN
De Vogelstand van het Zaanse land
I Van vrouw tot vrouw I
KsnaEKK^EKi
-
^-=^JÜ'
e» wrvolgvrhê»!
De zeven Kabouters
van Sneeuwwitje
Toen Bruin de Beer en Unk
Wunk hoorden, dat de elfjes met
«Ie kabouters meewilden^ dansten
ce opgewonden in de sneeuw rond
En Bruin riep naar boven, ze
dan meteen maar moesten ver.rek
ken Die domme beer dacht er na
tuurlijk niet aan, dat de elfjes en
de kabouters opgesloten zaten in
de gevangenis Geen wonder, dat
Knorrepot op heel knorrige toon
legen Bruin riep:
„Haal ons er dan uit als je kan"
Dat liet Bruin zich geen twee
maal zeggen kun Je begrijpen Zo'n
sterke beer liet zich niet door één
deur tegen houden En voor de ka
bouters wisten wat er ging gebeu
ren, had Bruin een aanloop geno
men en hij botste met zijn zware
lichaam tegen de deur aan. die
van schrik openvloog Het slot was
jn splinters Bruin knorde van ple
zier Maar daarmee waren de Elf
jes en de Kabouters nog niet be
vrijd Want de deur van de cel
waar die in zaten was ook stevig
od slot Wacht maar, dacht Bruin,
dat is niets Die zal ik ook wel open
rammen Maar daarvoor moest hij
eerst in de gevangenis zelf zijn en
de deur van de gevangenis was zo
smal. of beter gezegd Bruin was
zo zwaar en groot, dat hij er niet
door kon Zün kop. dat edn*. maar
dan kwamen die geweldige brede
schouders en hoe Bruin ook pro-
tre^de. hü kon er niet door
O o. wat martelde die Bruin
T«u slotte had hü het zover. da+
hü voor noch achteruit kon En
TTnk Wiink zat intussen maar in
de sneeuw te bibberen, terwül de
rno'on erümiaehend toekeek en de
gnooiin? deed schitteren Het beeon
TT-.tr Wrnik vreaeiük te vervelen
F'"*<»ü1k hMarKt. hü een Hst. Voo*
hoat/ïe hü een scherpe re*
Uf' 7Ün tasje van S'eVols. slnon
JjfoV de r»or» H1«r> tv.
p-"»ns hü en lammerde toen luid-
J, rt» W'wi"
n» «*evolo-en waren verschr)klre_
Prittn pohoot. naar voren ai®
een Voeei. de «sHüen van do dw
h'oo-pri om zün hals en de hei»
1 trnrt de ""ovanopnls stor*
i)*» Inaeri TV kabouters za»en nlot_
gr.T»r,«r d» tynrid van h"n CP1 we<r-
TV> V. Ot T»"V oroV>ni1TTT tironlr*»*
do OU Irvflolrfö Jjfrtf 7oU echter TIO"
e-ornt» «rnrHer». war»t Pnün wac
d^o" h»t. dollp doar hü ce-
yvin-irt h«ü rtof TTviV Wimlf hom w»
f.oH hanfcrovinmon er\ sl<! pen tv"l_
do t">or ronrto hü -fofror» Pen dO'*r
r>-.f Tiras tfioiraWor do do»ir. var.
d« nnl tttociv)r» do TroT»niifn*« 70+on
pn 'oflvi T*«n1u donr do dom* d'o dl-
fom VorrrtrooV. nnav Wnv»ou vnlHo
ynrr htl rroTTon lmTv>n<ers purrctte tv»
eov. hnnlHo (rotrvonon Vron'ti d!"
yHpfnv» v» I of walt or part ft o or>
v«s on HooVfor» dof ev pon *OTOa-
do bo^'o» yreo do frotror»<you1«? te
V-tTroocfou moor» 70 T3-n 'n 7a eer*
v'oton ze inhoVnd om 7ÜU bote
w~awpQri noe aitüd de deurstüt
hTJ-u'ri V>od pn Ti'«r ppnyy Jüd
Fü wüde nog veel meer deuren in
tr^o^en en drift'» <;ehuddo hti de
kabouters met, stül en al van zich
at om z'ch 00 een andere deur te
s'orfen. die onder zün woedende
aanval bezweek. Oo de grond la
gen zeven elfjes d'e in zwüm wa
ren eevaüen. Ze dachten dat de
e'fenwereld ve^g'ng. Inmiddels be
ponnen de zolders te kraken en
TT->k Wunk riep. dat ze er uit moes
ten. want dat het gebouw instort
te. Snel nam iedere kabouter een
elf ie in zün armen en rende naar
buiten. Het was precies op tijd.
A'teen Bruin kreeg nog een hele
massa planken en sienen op zich,
ma»*a hij trok zich er niets van
aan. HM had eten geroken en te-
midend van de ruine begon hij
te zoeken.
—x—
T>e Raad van Texel heeft de ere
penning uitgereikt aan de heer L.
Dalmeyer, die al vijftig jaar lang
klokkenist van De Kuog is. Alk
maar heeft een nieuwe stationschef.
Het is de heer A Avegaart uit Bre
da, die voorheen te IJmuiden en
B-verwijk werkzaam was. Drie
zeilers uit Hoorn beleefden een ha
chelijk avontuur toen hun boot 2500
rr-ter uit de IJselmeerkust omsloeg.
Een van de zeilers bleef bij de om
geslagen bcot wachten tot de an-
d-ren zwemmend redding hadden
gehaald. Wij zeilen liever op de
Zaan. In Hoogwoud heeft een
zevenjarige jongen de Avondvier
daagse met glans uitgelopen. Veer
tig kilometer tippelde die knaap,
De Raad van Blokker heeft het slui
tingsuur der cafés op werkdagen
verlengd tot 11 uur. Een der raads
leden was hier maar matig over
ingenomen. „We moeten op tijd naar
bed", zei deze vroede vader en hij
gaapte. Zaterdag 16 Juli zal te
Enkhuizen de Zuiderzeemuseum
tentoonstelling worden geopend.
Egmond aan Zee heeft er een twee
de uitkijktoren bij gekregen. Het
Zal storm lopen met al die vacan-
tiegangers! In Castricum ia een
kuiken uitgebroed, dat zich mag
verheugen in het bezit van vier
poten
Toen Oom Rob een
jochie was
Ik was misschien twaalf jaar,
toen een oom mij eens meenam
naar de dierentuin in Amsterdam.
Natura Artis Magistra noemen ze
dat heel deftig. Wij noemen het
gewoon Artis. Als je daar nog
nooit geweest bent. kijk je je ogen
uit. Vooral de roofdieren zijn
prachtig. Trouwens de olifanten
en de apen en de zeeleeuwen niet
minder Maar de roofdieren vond
ik toch het allermooiste. Vooral
omdat we daar een avontuur be
leefden, waar ik klppevel van
kreeg.
In die tijd waren er voor roof
dieren nog niet zulke mooie ver
blijven als tegenwoordig. Als het
nu een mooie c'agjs, zie je ze ln
de open lucht. Maar toen waren ze
altijd ingetraliede hokken opge
sloten.
Dat had waarschijnlijk een
slechte invloed op hun humeur,
want ze konden duchtig grommen
als je er voor stond. Ik vond het
wel een beetje griezelig, als zo'n
verscheurend dier zijn klauwen
om de tralies sloeg en heimelijk
was ik een beetje bang, dab die
tralies het zouden beeeven Jullie
ziet, dat Oom Rob niet zo'n grote
held was
Die oom. waar ik mee uit was,
echter wel Dat was toch zo'n vre
selijk brutale kerel Hü trok maar
rare gezichten tegen die tijgers en
leeuwen en hij blies en schold te-
sren ze en als ze dan t^rue bliezen,
had hü de grootste pret Ik trou
wens na korte tijd ook
Eindelijk kwamen we voor het
hok waar een enorme leeuw vlak
voor de tralies lag te slatsen Toen
Oom beeon te blazen. eWen zün
wpti even onen. om direct, wee*
d'rbt te vallen Daf was nabnu*üu>-
helemaal niet naar ooms Tin Fü
Kües nep harder en blafte e*<
blauwde, maar niets hielo D"
knntog der wüde*ri'«5 vor»^ r>ns d"
rnoettp nlof. waarrf Fü gaante pw
v»ooi wiü en Tefde 7ün kon on Z"*1
voornoten. tefwüT bü de o^en oe-
•oipnw sloot. Oom werd woedend P"
*-orron te mopperen op het luie
beest
Fü her? pon ner?>r»1ii(o h?ï 7Ïr>>
°n tot mün grofe ont.steien.is nor-
de hü die leeuw doo** de treV«~
Voor» Ir» He jcVioiiHTO« nrrpry
he dier gingen wijd open, alsof hij
verwonderd keek wie er zo onge
lofelijk brutaal was Verder gebeur
de er niets, Oom lachte in zich
zelf en zei tegen me: „We zullen
hem wel wakker krijgen" En op
nieuw werd de leeuw flink gepord
Toen kreeg ik de stuipen op het
lijf van de schrik Want de leeuw
sloeg zo ongelofelijk snel een poot
uit dat de parapluie met een ruk
uit ooms handen getrokken werd
en deze het evenwicht verloor en
over de ijzeren stang rolde Meteen
stond de leeuw rechtop tegen de
tralies en brulde zo kwaadaardig,
dat ik aan ooms broekspijp begon
te sjorren om hem achteruit te
halen Er was natuurlijk niets aan
de hand, want de leeuw kon niet
bij oom komen, maar hij zag toch
ook bleek van schrik En de para
pluie was verloren Koning Nobel
heeft daar zijn woede op gekoeld
Er bleef letterlijk niets van heel
Tot slot kreeg oom een geduchte
uitbrander van een oppasser, die
op het gebrul af was gekomen Ik
hoop maar dat ik nooit een kwa
de leeuw in de vrije natuur tegen
kom Want ik heb gez'en. dat ze
v»~oi ^lijk kunnen doen
Ons raadselhoelcje
Ik laat hieronder eerst de ant
woorden volgen van de raadsels,
die ik vorige week 1n de Kinkoe
rier plaatste en die ik ontving van
GerI Vetman Jullie hebt zeker wel
gemerkt dat ze nie1 gemakkelijk
waren, hè? Nee, die Geri kan wat
En Geri. zal Je kleine Ueske nog
feliciteren met haar verjaardag?
Dat was vorige Zondag, hè?
Hier zün de antwoorden:
1
Een ijsbaan
2
Omdat hij het niet cadeau
^üerï
3
Een duizendpoot met winter
Mr»en
4
Wanneer de hond hem bijt
5
Vuurwerk
Als Jullie nu de antwoorden ve*
me»- de raad«mis van vorto^
«rook zul je z'en. dat. fï°ri lui"-
tfpv.oVkfsri b^aft gehad W'p
Vooft p* nu ooit,. o-aVmnrd var» een
p-ioi X7'nter'fanr>r»0
N*en dan was het raadsel. daf
IV VHUo pr.-v'-'r'.v^ri }r-d. JIJ»"1
wat makkelijker Jullie hebt na
tuurlijk allemaal geraden, dat het
woord dat ik bedoelde, dak moest
zijn en dat kon Je dan verande
ren in pak, hak. Jak lak, tak, mak,
vak, wak of zak
En toch waren er nog heel wat,
die daar een beetje moeite mee
hadden Wat ik me trouwens nog
wel kan voorstellen, want in de zo
mer als het tegen de vacantie
loopt is je hoofd niet zo fris meer
En nu laat ik jullie eens raden
naar heel wat anders Of eigenlijk
is het geen raden Het komt er
maar op aan of je nog Iets weet
van de Vaderlandse geschiedenis
en wat daarmee verband houdt
Jullie weet allen wel, dat Am
sterdam gebouwd is op een plaats,
waar een laagveenbodem het nog
al waterig en moerassig maakte
En daarom heeft men Ams'erdam
op palen gebouwd Want palen ver
gaan niet als ze in hét water staan
Misschien is het verkeerd van
me. maar Ik heb me dezer dagen
mateloos geërgerd. Het was in ver
band met die vliegtuigen, die en
kele avonden over ons hoofd da
verden. Ik had er geen rust van en
we hebben er zelfs huiselijke twist
over gekregen, mijn man en ik.
Want hij is nogal nuchter en hü
beweerde, dat het nu eenmaal
noodzakelijk was dat de piloten
paraat worden gehouden. Ik kon
niét veel tegen zijn redenatie in
brengen. Het is wel zo, dat men
geen piloten kan vaan onleiden
als het oorlog is. Het is allemaal
zo logisch. Het zit zo keurig Jn el
kaar. de) je er geen sneld tussen
kan krijgen. En misschien heb ik
me Juist daarom zo opgewonden.
Omdat, het allemaal zo vanzelfsrpe
kftud is.
ÏHét fs van zei f snr eken d. dat w°
■mze kinderen ter wereld brengen
;nn daf ze later zuilen meehelnen
ihof iflud te vorded,wen tegen mn-
"-elHke aanvallers. Het is vanzelf-
'aurekoud d^f-, onze zenen de .hei-
dondood" sterven hü de verdedi-
er1r>er van he) land. He1; is vanzelf-
•nrekend. dat. het ene land vol
tontrouwen tegenover het andere
Men kan alles logisch bereden0
ren. En ondanks die logica is de
menselijkheid in het gedrang. En
toen het gedreun van die bommen
werpers maar niet onhleld en 't
gesnurk van mijn man zich daar
nog bii voegde, heb ik me van de
ene zijde op de andere gewenteld
en me tienmaal, honderd maal,
duizend maal afgevraagd, waarom
of we toch in deze ellendige, rotte
wereld leven. Een wereld, waarin
alle eenvoudige mensen de oorlog
niet willen en waarin toch oorlog
is. Een wereld, waarin het een
FABEL
DE JONGEN EN DE AAP
De j.: Zeg aap, jij slome duikelaar
Wat doe jij in de perelaar?
De a.: Durf jij mij jongen uit
te schelden?
Wacht rakker *k zal het
Je vergelden.
De J.: Je kunt mij aapje toch
niet raken.
Dat peren-gooien kun je staken.
De aap is echter zeer verstoord
En gaat met gooien al maar voort.
De jongen denkt: Zo gaat-ie
goed,
Wat is zo'n aap een domme bloed!
Dan roept hijStop, ik dank
je hoor!
En gaat er met zijn buit van door.
de V.
DE DIEfAE% DE HOND
De d.: Koest m'n hondje,
't is al laat,
Blaf toch niet ik doe
geen kwaad
'k Wil een fijne worst je geven!
De h.: Smeerlap! daarom
maak lk leven.
Tc Zie het wel, jij komt als dief
Daarom ben je zo poeslief
De hond sloeg aan uit alle macht,
't Klonk hol en aaklig dóór de
nacht;
Toen kwamen baas en buur
t'ontwaken
De dief moest heel gauw
benen maken,
Vermeende bult was hem
ontgaan....
De waakhond had lijn plicht
gedaan,
de V.
Zo staat ook het Ko Vnklijk Palijs
op palen Weet jullie hoeveel palen
er onder het Paleis geheid zijn?
En weet jullie ook wat het Pa
leis vroeger was? En wanneer het
Paleis is geworden? Ik ben be
nieuwd of jullie even goed ge
schiedenis kent als oom Rob
En nu nog een nieuw raadseltje,
dat jullie vast wel zult kunnen
oplossen
Mijn geheel bestaat uit tien let
ters En je kunt er drie woorden
van maken Het eerste is een an
der wcord voor beest Het tweede
een voegwoord en het derde tets.
waarin de groenten groeten Voet
je die drie woorden aan elkaar,
dan heb je het woord dat ik be
doel
Ra, ra. wat is dat? Antwoorden
volgende week
Dag allemaal
OOM ROB. Postbus 3. Schaven
vreugde zou kunnen zijn te leven
en waarin het mensdom toch ge
kweld wordt door smarten die
niet te beschrijven zijn.
Denkt U dat de gewone Rus
sische arbeider de oorlog wil?
Maar gelooft U. dat de gewone
Amerikaanse arbeider de oorlov
wil? Waarom gaan we zo ver van
huis? Gelooft u d«t de gewone
Hollandse moeder wil. dat er in
Indonesië gevochten wo*dt? En
daartegenover, gelooft u. dat de In
mn°der wil. d"t e*
«•trüd is?
Zo lag ik to niekeren en '*k kwam
er niet uit. Wat is het toch dat de
mensen als dwazen over de we
reld doet rennen, alsof er ik weef
niet wat-aan de hand 's? 7o is h°t
nu al eeuwen door geweest. 7«i
het ai de eeuwen door zo hiüve«
ook? Er zün alH'd oo*lopen en g°
ruchten van oorWren geweest, r*1
met Helt toenemen ve'n het intel
lect. van de „beschaving", wordt 't.
er niet. b*tter oo.
Neen ik kwam er niei u'\ Vo°~
al ntet omdat ik geloof, dat de
mens heit goede w" en ntet een
mon«ler is dnf steeds ma^r naav
froTiroifi hunkert.
De*e brief Is maar dwaas ge-
schriif van een dwaze vrouw. Tk
weet het maar al te goed. Als men
verstandelijk gaat redeneren, val1
er alles op aan té merken. Maa*
het wil er bij mij maar niet in
dat de mens zo veel verstand
heeft, dat hij duizende machines
feilloos door de lucht laat vliegen
dat hij technisch van alles ver
mag, terwijl de vredesduif nog
maar steeds angstig rondfladdert
en geen plaats kan vinden om zich
neer te zetten.
De volgende morgen bekeek ik
alles wel iets anders Maar de be
klemming bleef NEL
Voor de Vrouw
^IJN dit geen schattige zomer-
jurkjes voor het kleinste
grut? Veel stof vragen ze niet,
een meter van 80 cm. breedte is
voldoende. Ze zijn heel eenvou
dig te maken. De schouderpas
jes kunt U desgewenst ook van
andere stof nemen.
Bij het eerste jurkje is aan de
pasjes een mouwkapje aange
knipt. U vouwt aan het rugpas
het aangeknipte beleg je naar
binnen en brengt knopen en
knoopsgaten aan. Na de boven
kant van het voor- en het rug
baantje ingerimpeld te hebben,
stikt U er de pasjes op. De hals-
rand en de armsgaten werkt U
met schuine biesjes af. Heel
aardig staat het, als U gelijk
een kantje of puntbandje mee-
stikt, maar nodig is dit niet.
9.1*
o 3. /s/at
"LM ;0*
e v nv
rmHV
W *r
rlr n i -
[Li
Uii de natuur
Ze zijn al weer
niet tevreden
Hebben jullie ook aj opgemerkt,
dat de kivieten, de grutto's en de
tureluurs al weer niet tevreden
zijn? Wat rusteloze zwervers
niet. Ze zijn er nog maar nauwe
lijks. Half Maart zag je de eersten
en drie en een halve maand later
zijn ze al weer ongedurig.
Je moet niet denken dat ze al
weer weggaan, maar de voorberei
dingen voor de grote trek worden
al gemaakt. Weet jullie waaruit
die voorbereidingen bestaan? Uit
oefenvluchten met de Jongen. Als
het hooiland pas gemaaid is, dan
kan je daar grote zwermen van
die voor j aars vogels op zien en dan
kan Je de Jongen er dadelijk uit.
Als het nog een maand verder
wordt, ls het al moeilijker en te
gen dat ze vertrekken, moet je al
een goed vogelkenner zijn, om te
zeggen, dat Is een oude en dat een
Jonge vogel.
Maar in deze imand krijgen de
longe vogels les. Vliegles behoeft
natuurlijk niet. Ze kunnen vliezen.
Ze kunnen zelfs al acrobatische
toeren uithalen ln de lucht, maar
er is toch nog wel een en ander,
dat ze niet kunnen. Ze moeten
uithoudingsvermoeen aankweken.
Want als straks de tijd gekomen is
moet er een grote reis onderno
men worden en ze steken veelal
zelfs de Middellandse Zee over.
Dat is een reis, die uren duur* en
dan m°«xen ze onderweg niet door
moeheid overvallen worden.
En ook moeten de jonge vogels
leren, in gelid te vlieden. Ze moe
ten zich richten naar de anderen.
Tammer genoeg kunnen we die
oefenvluchten maar heel zeirten
waarnemen. Als we nu de kivio*en
zten staan ze veelal bij tientalten
on hef land te suffen. Als we in
^efc land komen, gaan ze trap? od
de wieken om een paar b^r^rij
>~>o or weer neer te strüken.
Ze glar>7en niet meer. ze Inheien
moor 7e 9»orf+en zl^h !Üet In
'büz'üirjo-TOPkicf.ude vaart omlaag.
Het lüken ne) emafirro oude m°n-
ïteHps. ook de Jongen.
Tot bet Ie nlosseling kan gebeu
ren. dat, er leven schiet fn zo'n
troen van enkete bonüprden vi-
vteten en dan ken 1* por» Oefor«'r«g
meemaken, waerhü rite vero-pip-
ken veh rie ppnUteprHe luch|vloot
lr'nHersop] Jg
En als we nu nog een
'*°rHpr 2Ün den ken lijlüo weer
v»ooHrmpr» fp vorpv» 7<-»oVpr» TV r°ad
vooral mü •"rtenden n'f ri<» ct%fj
«mn om Hon er»v><? rm"* b'üton fe
frcVVen A's te rf«n bü een b««r_
Horü pono-oVnmor» bon1, vroon» H"n
of Je verpu rnno» 7r»oVpy» Ate 1e
"ten OD n«f Ip.nH vopèlc 7'of k«n
te er pen o-eebf'cro ppllon+lo ypr_
"»otne1en En f'pn )po-pr\ por» Hof rlp
koer hef, p»oeH vlrtrjt ol<; 1p bpf b°m
maar vriendelük vraagt en nauur-
'lik geen tkattekwaad uithaalt op
het land.
E'nd Augustus ziin er volon te
vinden en van allerhand soort vo
gels. Leg daar een verzameling van
aan. Dat is beter dan een verza
meling uitgeblazen elerdoppen.
Want het spreekwoord zegt im
mers terecht Een vogel kent men
aan zijn veren. En dan zal jullie
eens merken, hoe moeilijk het is,
om aan de hand van die veren te
zeggen: Dat Is een veer van die
vogel. OOM ROB.
Bij het andere jurkje zijn de
armsgaatjes volgen# het stippel-
lyntje geknipt. Langs het gehe
le pasje is hier een ingerimpeld
strookje van 3 4 cm. breed
gezet (totaal 148 cm. lang). U
zoudt ook alleen langs de arms
gaatjes zo'n strook kunnen zet
ten bij wijze van vlinder-
mouwtje.
Maakt U het van effen stof,
dan is dit een leuk modelletje
om met gekleurd band of bor
duurwerk te versieren, maar
dat hebben de rashandwerksters
al lang gezien!
W/TJ hebben de jol
genomen en zijn
met ferme slagen
door de smalle bag-
gerslootjes geroeid
om te zien hoe de
vogelstand zich heeft
ontwikkeld, globaal
genomen althans, ten
opzichte van het vo-"
rig jaar. Daarom
hebben wij het oor
deel van enige boe
ren gevraagd om
trent het gewas en
het vogelleven in de
Zaanstreek, want die
twee houden nauw
met elkaar verband.
„Het wilde in het
voorjaar maar niet
boteren", verklaar
den zij, „de wind
was te schraal en het
gras bleef te kort.
Wij hadden moeite te
geloven, dat wij dit
seizoen een goede
pluk hooi onder kap
zouden krijgen. Een
paar weken later
dan andere jaren is
de hooioogst begon
nen en het is hard
meegevallen. Water
viel er niet, zodat,
ondanks soms don
kere dagen, het hooi
HET AALDUI
KERTJE, zoals de
dolaard in de volks
mond wel genoemd
wordt, springt op zijn
nest, waar hij juist
bezig is de planten
delen van de eieren
weg te halen.
goed bleef en nu de
zon brandt, is het
alsof het ruikt naar
een gevulde pijp ta
bak, waar pas de
brand is ingestoken".
Van die periode heb
ben de vogels profijt
getrokken en weini
ge legsels zijn door
de maaimaqhine ver
loren gegaan, terwijl
wrü met voldoening
kunnen constateren,
dat de eierenstroperij
niet meer in die mate
wordt bedreven als
dat het geval is ge
weest in de afgelo
pen jaren.
Vooral de visdief-
Jes, die betrekkelijk
laat in het seizoen
beginnen te broeden,
hebben nu door de
voorspoedige tijd een
stel lawaaierige jon
gen te verzorgen. De
kempen warén talrij
ker dan het jaar
daarvoor en in de
baggerslootjes huist
een aardig duikvo-
geltje, de dodaars,
waarvan wij veel
vuldig een nestje
vonden. De kieviten
blijven een zorgen
kindje, want ondanks
de grote mate van
bescherming, die zij
in onze omgeving
genieten, kan niet
gezegd worden, dat
zij in aantal ver
meerderen, eerder
loopt het getal iets
achteruit. Door de
doeltreffende be
scherming, die wordt
uitgeoefend door de
vogelwachten A.
Schaap en Van Til,
in samenwerking met
de rijkswaterpolitie
en de vogelbescher-
mingswacht „Zaan
streek", heeft het
Zaanse landschap
een rijkdom aan vo
gels, die men, wat de
weidevogels betreft,
elders tevergeefs zal
moeten zoeken.
X. X