- oordhollandse otities OM TE STELEN De Vogelstand van het Zaanse land I Van vrouw tot vrouw I KsnaEKK^EKi - ^-=^JÜ' e» wrvolgvrhê»! De zeven Kabouters van Sneeuwwitje Toen Bruin de Beer en Unk Wunk hoorden, dat de elfjes met «Ie kabouters meewilden^ dansten ce opgewonden in de sneeuw rond En Bruin riep naar boven, ze dan meteen maar moesten ver.rek ken Die domme beer dacht er na tuurlijk niet aan, dat de elfjes en de kabouters opgesloten zaten in de gevangenis Geen wonder, dat Knorrepot op heel knorrige toon legen Bruin riep: „Haal ons er dan uit als je kan" Dat liet Bruin zich geen twee maal zeggen kun Je begrijpen Zo'n sterke beer liet zich niet door één deur tegen houden En voor de ka bouters wisten wat er ging gebeu ren, had Bruin een aanloop geno men en hij botste met zijn zware lichaam tegen de deur aan. die van schrik openvloog Het slot was jn splinters Bruin knorde van ple zier Maar daarmee waren de Elf jes en de Kabouters nog niet be vrijd Want de deur van de cel waar die in zaten was ook stevig od slot Wacht maar, dacht Bruin, dat is niets Die zal ik ook wel open rammen Maar daarvoor moest hij eerst in de gevangenis zelf zijn en de deur van de gevangenis was zo smal. of beter gezegd Bruin was zo zwaar en groot, dat hij er niet door kon Zün kop. dat edn*. maar dan kwamen die geweldige brede schouders en hoe Bruin ook pro- tre^de. hü kon er niet door O o. wat martelde die Bruin T«u slotte had hü het zover. da+ hü voor noch achteruit kon En TTnk Wiink zat intussen maar in de sneeuw te bibberen, terwül de rno'on erümiaehend toekeek en de gnooiin? deed schitteren Het beeon TT-.tr Wrnik vreaeiük te vervelen F'"*<»ü1k hMarKt. hü een Hst. Voo* hoat/ïe hü een scherpe re* Uf' 7Ün tasje van S'eVols. slnon JjfoV de r»or» H1«r> tv. p-"»ns hü en lammerde toen luid- J, rt» W'wi" n» «*evolo-en waren verschr)klre_ Prittn pohoot. naar voren ai® een Voeei. de «sHüen van do dw h'oo-pri om zün hals en de hei» 1 trnrt de ""ovanopnls stor* i)*» Inaeri TV kabouters za»en nlot_ gr.T»r,«r d» tynrid van h"n CP1 we<r- TV> V. Ot T»"V oroV>ni1TTT tironlr*»* do OU Irvflolrfö Jjfrtf 7oU echter TIO" e-ornt» «rnrHer». war»t Pnün wac d^o" h»t. dollp doar hü ce- yvin-irt h«ü rtof TTviV Wimlf hom w» f.oH hanfcrovinmon er\ sl<! pen tv"l_ do t">or ronrto hü -fofror» Pen dO'*r r>-.f Tiras tfioiraWor do do»ir. var. d« nnl tttociv)r» do TroT»niifn*« 70+on pn 'oflvi T*«n1u donr do dom* d'o dl- fom VorrrtrooV. nnav Wnv»ou vnlHo ynrr htl rroTTon lmTv>n<ers purrctte tv» eov. hnnlHo (rotrvonon Vron'ti d!" yHpfnv» v» I of walt or part ft o or> v«s on HooVfor» dof ev pon *OTOa- do bo^'o» yreo do frotror»<you1«? te V-tTroocfou moor» 70 T3-n 'n 7a eer* v'oton ze inhoVnd om 7ÜU bote w~awpQri noe aitüd de deurstüt hTJ-u'ri V>od pn Ti'«r ppnyy Jüd Fü wüde nog veel meer deuren in tr^o^en en drift'» <;ehuddo hti de kabouters met, stül en al van zich at om z'ch 00 een andere deur te s'orfen. die onder zün woedende aanval bezweek. Oo de grond la gen zeven elfjes d'e in zwüm wa ren eevaüen. Ze dachten dat de e'fenwereld ve^g'ng. Inmiddels be ponnen de zolders te kraken en TT->k Wunk riep. dat ze er uit moes ten. want dat het gebouw instort te. Snel nam iedere kabouter een elf ie in zün armen en rende naar buiten. Het was precies op tijd. A'teen Bruin kreeg nog een hele massa planken en sienen op zich, ma»*a hij trok zich er niets van aan. HM had eten geroken en te- midend van de ruine begon hij te zoeken. —x— T>e Raad van Texel heeft de ere penning uitgereikt aan de heer L. Dalmeyer, die al vijftig jaar lang klokkenist van De Kuog is. Alk maar heeft een nieuwe stationschef. Het is de heer A Avegaart uit Bre da, die voorheen te IJmuiden en B-verwijk werkzaam was. Drie zeilers uit Hoorn beleefden een ha chelijk avontuur toen hun boot 2500 rr-ter uit de IJselmeerkust omsloeg. Een van de zeilers bleef bij de om geslagen bcot wachten tot de an- d-ren zwemmend redding hadden gehaald. Wij zeilen liever op de Zaan. In Hoogwoud heeft een zevenjarige jongen de Avondvier daagse met glans uitgelopen. Veer tig kilometer tippelde die knaap, De Raad van Blokker heeft het slui tingsuur der cafés op werkdagen verlengd tot 11 uur. Een der raads leden was hier maar matig over ingenomen. „We moeten op tijd naar bed", zei deze vroede vader en hij gaapte. Zaterdag 16 Juli zal te Enkhuizen de Zuiderzeemuseum tentoonstelling worden geopend. Egmond aan Zee heeft er een twee de uitkijktoren bij gekregen. Het Zal storm lopen met al die vacan- tiegangers! In Castricum ia een kuiken uitgebroed, dat zich mag verheugen in het bezit van vier poten Toen Oom Rob een jochie was Ik was misschien twaalf jaar, toen een oom mij eens meenam naar de dierentuin in Amsterdam. Natura Artis Magistra noemen ze dat heel deftig. Wij noemen het gewoon Artis. Als je daar nog nooit geweest bent. kijk je je ogen uit. Vooral de roofdieren zijn prachtig. Trouwens de olifanten en de apen en de zeeleeuwen niet minder Maar de roofdieren vond ik toch het allermooiste. Vooral omdat we daar een avontuur be leefden, waar ik klppevel van kreeg. In die tijd waren er voor roof dieren nog niet zulke mooie ver blijven als tegenwoordig. Als het nu een mooie c'agjs, zie je ze ln de open lucht. Maar toen waren ze altijd ingetraliede hokken opge sloten. Dat had waarschijnlijk een slechte invloed op hun humeur, want ze konden duchtig grommen als je er voor stond. Ik vond het wel een beetje griezelig, als zo'n verscheurend dier zijn klauwen om de tralies sloeg en heimelijk was ik een beetje bang, dab die tralies het zouden beeeven Jullie ziet, dat Oom Rob niet zo'n grote held was Die oom. waar ik mee uit was, echter wel Dat was toch zo'n vre selijk brutale kerel Hü trok maar rare gezichten tegen die tijgers en leeuwen en hij blies en schold te- sren ze en als ze dan t^rue bliezen, had hü de grootste pret Ik trou wens na korte tijd ook Eindelijk kwamen we voor het hok waar een enorme leeuw vlak voor de tralies lag te slatsen Toen Oom beeon te blazen. eWen zün wpti even onen. om direct, wee* d'rbt te vallen Daf was nabnu*üu>- helemaal niet naar ooms Tin Fü Kües nep harder en blafte e*< blauwde, maar niets hielo D" knntog der wüde*ri'«5 vor»^ r>ns d" rnoettp nlof. waarrf Fü gaante pw v»ooi wiü en Tefde 7ün kon on Z"*1 voornoten. tefwüT bü de o^en oe- •oipnw sloot. Oom werd woedend P" *-orron te mopperen op het luie beest Fü her? pon ner?>r»1ii(o h?ï 7Ïr>> °n tot mün grofe ont.steien.is nor- de hü die leeuw doo** de treV«~ Voor» Ir» He jcVioiiHTO« nrrpry he dier gingen wijd open, alsof hij verwonderd keek wie er zo onge lofelijk brutaal was Verder gebeur de er niets, Oom lachte in zich zelf en zei tegen me: „We zullen hem wel wakker krijgen" En op nieuw werd de leeuw flink gepord Toen kreeg ik de stuipen op het lijf van de schrik Want de leeuw sloeg zo ongelofelijk snel een poot uit dat de parapluie met een ruk uit ooms handen getrokken werd en deze het evenwicht verloor en over de ijzeren stang rolde Meteen stond de leeuw rechtop tegen de tralies en brulde zo kwaadaardig, dat ik aan ooms broekspijp begon te sjorren om hem achteruit te halen Er was natuurlijk niets aan de hand, want de leeuw kon niet bij oom komen, maar hij zag toch ook bleek van schrik En de para pluie was verloren Koning Nobel heeft daar zijn woede op gekoeld Er bleef letterlijk niets van heel Tot slot kreeg oom een geduchte uitbrander van een oppasser, die op het gebrul af was gekomen Ik hoop maar dat ik nooit een kwa de leeuw in de vrije natuur tegen kom Want ik heb gez'en. dat ze v»~oi ^lijk kunnen doen Ons raadselhoelcje Ik laat hieronder eerst de ant woorden volgen van de raadsels, die ik vorige week 1n de Kinkoe rier plaatste en die ik ontving van GerI Vetman Jullie hebt zeker wel gemerkt dat ze nie1 gemakkelijk waren, hè? Nee, die Geri kan wat En Geri. zal Je kleine Ueske nog feliciteren met haar verjaardag? Dat was vorige Zondag, hè? Hier zün de antwoorden: 1 Een ijsbaan 2 Omdat hij het niet cadeau ^üerï 3 Een duizendpoot met winter Mr»en 4 Wanneer de hond hem bijt 5 Vuurwerk Als Jullie nu de antwoorden ve* me»- de raad«mis van vorto^ «rook zul je z'en. dat. fï°ri lui"- tfpv.oVkfsri b^aft gehad W'p Vooft p* nu ooit,. o-aVmnrd var» een p-ioi X7'nter'fanr>r»0 N*en dan was het raadsel. daf IV VHUo pr.-v'-'r'.v^ri }r-d. JIJ»"1 wat makkelijker Jullie hebt na tuurlijk allemaal geraden, dat het woord dat ik bedoelde, dak moest zijn en dat kon Je dan verande ren in pak, hak. Jak lak, tak, mak, vak, wak of zak En toch waren er nog heel wat, die daar een beetje moeite mee hadden Wat ik me trouwens nog wel kan voorstellen, want in de zo mer als het tegen de vacantie loopt is je hoofd niet zo fris meer En nu laat ik jullie eens raden naar heel wat anders Of eigenlijk is het geen raden Het komt er maar op aan of je nog Iets weet van de Vaderlandse geschiedenis en wat daarmee verband houdt Jullie weet allen wel, dat Am sterdam gebouwd is op een plaats, waar een laagveenbodem het nog al waterig en moerassig maakte En daarom heeft men Ams'erdam op palen gebouwd Want palen ver gaan niet als ze in hét water staan Misschien is het verkeerd van me. maar Ik heb me dezer dagen mateloos geërgerd. Het was in ver band met die vliegtuigen, die en kele avonden over ons hoofd da verden. Ik had er geen rust van en we hebben er zelfs huiselijke twist over gekregen, mijn man en ik. Want hij is nogal nuchter en hü beweerde, dat het nu eenmaal noodzakelijk was dat de piloten paraat worden gehouden. Ik kon niét veel tegen zijn redenatie in brengen. Het is wel zo, dat men geen piloten kan vaan onleiden als het oorlog is. Het is allemaal zo logisch. Het zit zo keurig Jn el kaar. de) je er geen sneld tussen kan krijgen. En misschien heb ik me Juist daarom zo opgewonden. Omdat, het allemaal zo vanzelfsrpe kftud is. ÏHét fs van zei f snr eken d. dat w° ■mze kinderen ter wereld brengen ;nn daf ze later zuilen meehelnen ihof iflud te vorded,wen tegen mn- "-elHke aanvallers. Het is vanzelf- 'aurekoud d^f-, onze zenen de .hei- dondood" sterven hü de verdedi- er1r>er van he) land. He1; is vanzelf- •nrekend. dat. het ene land vol tontrouwen tegenover het andere Men kan alles logisch bereden0 ren. En ondanks die logica is de menselijkheid in het gedrang. En toen het gedreun van die bommen werpers maar niet onhleld en 't gesnurk van mijn man zich daar nog bii voegde, heb ik me van de ene zijde op de andere gewenteld en me tienmaal, honderd maal, duizend maal afgevraagd, waarom of we toch in deze ellendige, rotte wereld leven. Een wereld, waarin alle eenvoudige mensen de oorlog niet willen en waarin toch oorlog is. Een wereld, waarin het een FABEL DE JONGEN EN DE AAP De j.: Zeg aap, jij slome duikelaar Wat doe jij in de perelaar? De a.: Durf jij mij jongen uit te schelden? Wacht rakker *k zal het Je vergelden. De J.: Je kunt mij aapje toch niet raken. Dat peren-gooien kun je staken. De aap is echter zeer verstoord En gaat met gooien al maar voort. De jongen denkt: Zo gaat-ie goed, Wat is zo'n aap een domme bloed! Dan roept hijStop, ik dank je hoor! En gaat er met zijn buit van door. de V. DE DIEfAE% DE HOND De d.: Koest m'n hondje, 't is al laat, Blaf toch niet ik doe geen kwaad 'k Wil een fijne worst je geven! De h.: Smeerlap! daarom maak lk leven. Tc Zie het wel, jij komt als dief Daarom ben je zo poeslief De hond sloeg aan uit alle macht, 't Klonk hol en aaklig dóór de nacht; Toen kwamen baas en buur t'ontwaken De dief moest heel gauw benen maken, Vermeende bult was hem ontgaan.... De waakhond had lijn plicht gedaan, de V. Zo staat ook het Ko Vnklijk Palijs op palen Weet jullie hoeveel palen er onder het Paleis geheid zijn? En weet jullie ook wat het Pa leis vroeger was? En wanneer het Paleis is geworden? Ik ben be nieuwd of jullie even goed ge schiedenis kent als oom Rob En nu nog een nieuw raadseltje, dat jullie vast wel zult kunnen oplossen Mijn geheel bestaat uit tien let ters En je kunt er drie woorden van maken Het eerste is een an der wcord voor beest Het tweede een voegwoord en het derde tets. waarin de groenten groeten Voet je die drie woorden aan elkaar, dan heb je het woord dat ik be doel Ra, ra. wat is dat? Antwoorden volgende week Dag allemaal OOM ROB. Postbus 3. Schaven vreugde zou kunnen zijn te leven en waarin het mensdom toch ge kweld wordt door smarten die niet te beschrijven zijn. Denkt U dat de gewone Rus sische arbeider de oorlog wil? Maar gelooft U. dat de gewone Amerikaanse arbeider de oorlov wil? Waarom gaan we zo ver van huis? Gelooft u d«t de gewone Hollandse moeder wil. dat er in Indonesië gevochten wo*dt? En daartegenover, gelooft u. dat de In mn°der wil. d"t e* «•trüd is? Zo lag ik to niekeren en '*k kwam er niet uit. Wat is het toch dat de mensen als dwazen over de we reld doet rennen, alsof er ik weef niet wat-aan de hand 's? 7o is h°t nu al eeuwen door geweest. 7«i het ai de eeuwen door zo hiüve« ook? Er zün alH'd oo*lopen en g° ruchten van oorWren geweest, r*1 met Helt toenemen ve'n het intel lect. van de „beschaving", wordt 't. er niet. b*tter oo. Neen ik kwam er niei u'\ Vo°~ al ntet omdat ik geloof, dat de mens heit goede w" en ntet een mon«ler is dnf steeds ma^r naav froTiroifi hunkert. De*e brief Is maar dwaas ge- schriif van een dwaze vrouw. Tk weet het maar al te goed. Als men verstandelijk gaat redeneren, val1 er alles op aan té merken. Maa* het wil er bij mij maar niet in dat de mens zo veel verstand heeft, dat hij duizende machines feilloos door de lucht laat vliegen dat hij technisch van alles ver mag, terwijl de vredesduif nog maar steeds angstig rondfladdert en geen plaats kan vinden om zich neer te zetten. De volgende morgen bekeek ik alles wel iets anders Maar de be klemming bleef NEL Voor de Vrouw ^IJN dit geen schattige zomer- jurkjes voor het kleinste grut? Veel stof vragen ze niet, een meter van 80 cm. breedte is voldoende. Ze zijn heel eenvou dig te maken. De schouderpas jes kunt U desgewenst ook van andere stof nemen. Bij het eerste jurkje is aan de pasjes een mouwkapje aange knipt. U vouwt aan het rugpas het aangeknipte beleg je naar binnen en brengt knopen en knoopsgaten aan. Na de boven kant van het voor- en het rug baantje ingerimpeld te hebben, stikt U er de pasjes op. De hals- rand en de armsgaten werkt U met schuine biesjes af. Heel aardig staat het, als U gelijk een kantje of puntbandje mee- stikt, maar nodig is dit niet. 9.1* o 3. /s/at "LM ;0* e v nv rmHV W *r rlr n i - [Li Uii de natuur Ze zijn al weer niet tevreden Hebben jullie ook aj opgemerkt, dat de kivieten, de grutto's en de tureluurs al weer niet tevreden zijn? Wat rusteloze zwervers niet. Ze zijn er nog maar nauwe lijks. Half Maart zag je de eersten en drie en een halve maand later zijn ze al weer ongedurig. Je moet niet denken dat ze al weer weggaan, maar de voorberei dingen voor de grote trek worden al gemaakt. Weet jullie waaruit die voorbereidingen bestaan? Uit oefenvluchten met de Jongen. Als het hooiland pas gemaaid is, dan kan je daar grote zwermen van die voor j aars vogels op zien en dan kan Je de Jongen er dadelijk uit. Als het nog een maand verder wordt, ls het al moeilijker en te gen dat ze vertrekken, moet je al een goed vogelkenner zijn, om te zeggen, dat Is een oude en dat een Jonge vogel. Maar in deze imand krijgen de longe vogels les. Vliegles behoeft natuurlijk niet. Ze kunnen vliezen. Ze kunnen zelfs al acrobatische toeren uithalen ln de lucht, maar er is toch nog wel een en ander, dat ze niet kunnen. Ze moeten uithoudingsvermoeen aankweken. Want als straks de tijd gekomen is moet er een grote reis onderno men worden en ze steken veelal zelfs de Middellandse Zee over. Dat is een reis, die uren duur* en dan m°«xen ze onderweg niet door moeheid overvallen worden. En ook moeten de jonge vogels leren, in gelid te vlieden. Ze moe ten zich richten naar de anderen. Tammer genoeg kunnen we die oefenvluchten maar heel zeirten waarnemen. Als we nu de kivio*en zten staan ze veelal bij tientalten on hef land te suffen. Als we in ^efc land komen, gaan ze trap? od de wieken om een paar b^r^rij >~>o or weer neer te strüken. Ze glar>7en niet meer. ze Inheien moor 7e 9»orf+en zl^h !Üet In 'büz'üirjo-TOPkicf.ude vaart omlaag. Het lüken ne) emafirro oude m°n- ïteHps. ook de Jongen. Tot bet Ie nlosseling kan gebeu ren. dat, er leven schiet fn zo'n troen van enkete bonüprden vi- vteten en dan ken 1* por» Oefor«'r«g meemaken, waerhü rite vero-pip- ken veh rie ppnUteprHe luch|vloot lr'nHersop] Jg En als we nu nog een '*°rHpr 2Ün den ken lijlüo weer v»ooHrmpr» fp vorpv» 7<-»oVpr» TV r°ad vooral mü •"rtenden n'f ri<» ct%fj «mn om Hon er»v><? rm"* b'üton fe frcVVen A's te rf«n bü een b««r_ Horü pono-oVnmor» bon1, vroon» H"n of Je verpu rnno» 7r»oVpy» Ate 1e "ten OD n«f Ip.nH vopèlc 7'of k«n te er pen o-eebf'cro ppllon+lo ypr_ "»otne1en En f'pn )po-pr\ por» Hof rlp koer hef, p»oeH vlrtrjt ol<; 1p bpf b°m maar vriendelük vraagt en nauur- 'lik geen tkattekwaad uithaalt op het land. E'nd Augustus ziin er volon te vinden en van allerhand soort vo gels. Leg daar een verzameling van aan. Dat is beter dan een verza meling uitgeblazen elerdoppen. Want het spreekwoord zegt im mers terecht Een vogel kent men aan zijn veren. En dan zal jullie eens merken, hoe moeilijk het is, om aan de hand van die veren te zeggen: Dat Is een veer van die vogel. OOM ROB. Bij het andere jurkje zijn de armsgaatjes volgen# het stippel- lyntje geknipt. Langs het gehe le pasje is hier een ingerimpeld strookje van 3 4 cm. breed gezet (totaal 148 cm. lang). U zoudt ook alleen langs de arms gaatjes zo'n strook kunnen zet ten bij wijze van vlinder- mouwtje. Maakt U het van effen stof, dan is dit een leuk modelletje om met gekleurd band of bor duurwerk te versieren, maar dat hebben de rashandwerksters al lang gezien! W/TJ hebben de jol genomen en zijn met ferme slagen door de smalle bag- gerslootjes geroeid om te zien hoe de vogelstand zich heeft ontwikkeld, globaal genomen althans, ten opzichte van het vo-" rig jaar. Daarom hebben wij het oor deel van enige boe ren gevraagd om trent het gewas en het vogelleven in de Zaanstreek, want die twee houden nauw met elkaar verband. „Het wilde in het voorjaar maar niet boteren", verklaar den zij, „de wind was te schraal en het gras bleef te kort. Wij hadden moeite te geloven, dat wij dit seizoen een goede pluk hooi onder kap zouden krijgen. Een paar weken later dan andere jaren is de hooioogst begon nen en het is hard meegevallen. Water viel er niet, zodat, ondanks soms don kere dagen, het hooi HET AALDUI KERTJE, zoals de dolaard in de volks mond wel genoemd wordt, springt op zijn nest, waar hij juist bezig is de planten delen van de eieren weg te halen. goed bleef en nu de zon brandt, is het alsof het ruikt naar een gevulde pijp ta bak, waar pas de brand is ingestoken". Van die periode heb ben de vogels profijt getrokken en weini ge legsels zijn door de maaimaqhine ver loren gegaan, terwijl wrü met voldoening kunnen constateren, dat de eierenstroperij niet meer in die mate wordt bedreven als dat het geval is ge weest in de afgelo pen jaren. Vooral de visdief- Jes, die betrekkelijk laat in het seizoen beginnen te broeden, hebben nu door de voorspoedige tijd een stel lawaaierige jon gen te verzorgen. De kempen warén talrij ker dan het jaar daarvoor en in de baggerslootjes huist een aardig duikvo- geltje, de dodaars, waarvan wij veel vuldig een nestje vonden. De kieviten blijven een zorgen kindje, want ondanks de grote mate van bescherming, die zij in onze omgeving genieten, kan niet gezegd worden, dat zij in aantal ver meerderen, eerder loopt het getal iets achteruit. Door de doeltreffende be scherming, die wordt uitgeoefend door de vogelwachten A. Schaap en Van Til, in samenwerking met de rijkswaterpolitie en de vogelbescher- mingswacht „Zaan streek", heeft het Zaanse landschap een rijkdom aan vo gels, die men, wat de weidevogels betreft, elders tevergeefs zal moeten zoeken. X. X

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

De Vrije Alkmaarder | 1949 | | pagina 4