KAPPIE
Bodem, plant en volksgezondheid
Engelse cineast in
Nederland
Stichting Proefboerderij de Prof.
Dr. J. M van Bemmefenhoeve W.meer
Het Huis aan de Baai
Ir. Cleverinqa krijqt steun
Dit artikel wil de aandacht vestigen op een vraagstuk, dat van het grootste
belaag is voor de volksgezondheid en dat in medische kringen m-i. nog niet
yoldoende naar voren is gebracht.
Het is een bekend feit, dat het aantal mensen over de gehele wereld in
«nel tempo toeneemt, terwijl de hoeveelheid grond, die voor bouwland kan
worden gebruikt, afneemt en ook de hoedanigheid van de grond sterk ach
teruit gaat Door roofbouw wordt de eens vruchtbare bodem in een woestijn
veranderd. „In Amerika is 20 raillioen hectare volkomen waardeloos geworden
voor enige cultuur en nog eens 340 mll lioen hectare bos, weiland en bouwland
(Nederland heeft 3 millioen hectare cultuurgrond) is aangetast door geulerosie
en oppervlakte afspoeling".
In landbouwkringen wordt bij ons
vooral door de landbouwconsulent Ir.
O- J- Cleverlnga de aandacht op dit
vraagstuk gevestigd. Door Jarenlange
waarneming en studie is hij tot de slot
•om gekomen, dat liet éénzijdig gebruik
van kunstmest de gezondheid vn de bo
dem en als gevolg daarvan eveneens die
van de plant, het dier en de mens aan
tast.
Prof. Ir. J. Hudig breekt in het Land
bouwkundig Tijdschrift van Juli 1949
een lans voor hef Cyclus bedrijf. „Hier
onder wordt verstaan een bedrijf, dat
Uit eigen afval composten maakt, die
ols meststof weer aan de grond worden
toegevoegd.... De nu 100jarige erva
ring met de kunstmest heeft doen inzien
dat wij de organische bemesting niet
uit het oog mogen verliezen."
De plantengroei is afhankelijk van de
aanwezigheid van bacteriën en schim
mels in de bodem, die deels zelfstandig,
deels in symbiose met de planten leven.
De denkwijze moet dus van anorga
nischxhemisch naar biologisch en bio
chemisch worden omgeschakeld.
Dr J. GRASHUIS
directeur van het controle instituut van
moderne veevoeding „de Schothorst"
heeft een voordracht gehouden over
Bodem, plant en dier.
Hierin zegt hij o.a.: „Bij bemestings
proeven op de Schothorst is gebleken,
dat door bemesting met zuivere kunst
meet:
mesting plus kunstmest metnevenbestand
delen (o.a. slakkenmeel en chilisalpeter)
was de kruimelstructuurlaag 89 cm.
Hier behielden de goede grassen de
overhand en kwamen veel minder on
krulden voor. Als bewijs van veel leven
in de grond moge ook dienen, dat de
mollen speciaal in deze percelen huis
vesten en 't grenzen der percelen wel
nig overschrijden.
„Omstreeks eind Mei begin Juni
viel op te merken, dat de koeien op
één perceel met zuiver»» kunstmest een
brede onregelmatige strook langs de
slootkant volkomen kaal vraten, terwijl
ze het gras op de rest van het perceel
weigerden, waardoor het in de aren was
geschoten. Het grondonderzoek leerde,
dat langs die slootkant een kruimelstruc
tuurlaag van 15 cm bestond, verklaar
baar omdat in 1939 de sloot, die prop
vol zat, was uitgegraven en met dit
humusmateriaal de slootkant was opge
hoogd.
„De oorzaken, die kunnen leiden tot
het optreden van bezwaren bij onze
Herkauwers en paarden als gevolg van
eenzijdige kunstmestb :raesting en ver
slech tering van bodemstructuur zou ik
als volgt willen verdelen:
1 Door het opteren van de organi
sche stoffen in de bodem en het steeds
maar weer verhogen van de kunstmest
giften kunnen in de planten te grote hoe
veelheden niet afgewerkte verbindingen
voorkomen, die voor de dieren giftig
kunnen zijn:
Q Door S. J^Baert, arts te Utrecht
1 de bodemstructuur langzamerhand
verloren gaat;
2 de regen dringt slechts 1 cm in
de grond en het weiland wordt daar
door moer vatbaar voor uitdrogen;
3 de grassen bezitten slechts over
een afstand van 1 cm goede zijwortels
en dan gaat een gedegenereerde pen
wortel naar de diepte, die hier en daar
nog een zijwortel draagt;
4 de goede grassen gaan in aantal
en ontwikkeling terug;
5 het gehalte aan bepaalde onkrui
den neemt toe. vooral van paardenbloe
men. Wanneer deze in bloei staan,
wordt het veld, daardoor duidelijk af
gebakend,
„Voor percelen met organische be
He Nederlandse Tekenfilmbedrijf van
Marten Toonder Studio's heeft zich we
ten te verzekeren van de medewerking
van de bekende Engelse cineast en
filmtekenaar Harold Mack.
De heer Mack, die reeds In ons land
Is aangekomen, maakte tijdens de oorlog
de tekenfilms van het Engelse Ministe
rie van Voorlichting en had de leiding
over het tekenfilmbedrijf van de Gau
mont British. De laatste tijd was hij
hoofdanimator van de grote tekenfilm
onderneming van Arthur Rank, de
Cookham Studio's.
In het verband der Marten Toonder
Studio's te Amsterdam zal hij nu optre
den als hoofd animator voor de interna
Monale productie.
2 Het armer worden van de bodem
aan sporenelementen en daardoor defi
ciënties in versneld tempo bij plant en
dier;
3 Door de grote veranderingen in
de botanische samenstelling van het gras
bestand, het terugbrengen van het aan
tal plantensoorten, vooral ook op kunst
weiden, dreigt de evenwichtigheid van
de voeding in de weide verloren te gaan
met alle gevolgen van dien;
4 Dezelfde plantensoorten verande
ren soms geleidelijk van samenstelling,
waardoor bezwaren bij de dieren kun
nen optreden.
„De chemische bestrijdingsmiddelen
zijn vaak giftig, gaan ten dele in de
plant over en kunnen daardoor gevaar
lijk worden voor de dieren. Voorbeel
den van gevaarlijke bestrijdingnnidde
len zijn Ca arsenaat, koperarsenaat.
Ook bestuiving van een gewas met
DDT poeder kan nog enige tijd gevaar
opleveren voor het consumerende dier.
„Naar mijn mening zal voor planten
ziektenbestrijding aan het voedingsmi
lieu van de Plant In de bodem meer
aandacht moeten worden besteed".
De waarnemingen van Dr- Grashuis
komen overeen met die van andere oa
derzoekerg.
Sir Albert Howard deelt b.v. mede,
dat mond en klauwzeer bij koeien, die
op biologisch volwaardige grond gra
zen, niet voorkomt, ook al komen deze
dieren in aanraking met koeien, die er
wel aan lijden.
Hetzelfde heeft hij waargenomen bij
de ziekte van Bang. Aardappelen op
biologisch volwaardige grond verbouwd
zijn vrij van virusziekten.
Het lijkt mij van groot belang, dat
van officiële zijde onderzoekingen in
Australisch voorstel
geen kans?
De internationalisatie van Jeruzalem
verloopt niet zo vlot, als men eerst wel
gedacht had. Het voorstel van Austra
lië, cat in de politieke commissie met
35 stemmer, voor werd aangenomen
zou met dit aantal stemmen voor in
de vergadering der V.N. een onvoldoen
de meerderheid hebben. Den waren er
38 voorstemmers nodig. Inmiddels is de
oppositie tegen het voorstel sterk toe
genomen en men verwacht, dat het wei
nig kans zal maken, aangenomen te
worden. Zowel Israël als Transjordanië
de betrokken landen hebben er bezwaar
tegen gemaakt.
Het zit hem dus niet alleen op de
centen vast. Er komt deze moeilijkheid
bij, dat Amerika en Engeland weten,
wat voor gevoelige tenen de betrokken
partijen hebben.
Dat was voor Nederland en Zweden
het sein, om hun voorstel, dat ze ten
b hoeve van het Australische hadden
ingetrokken, weer in te dienen. Hierin
wordt voorzien in esa functionele inter
nationalisatie van Jeruzalem, onder toe
zicht van een hoge commissaris. Dus
zonder machtsmiddelen. De sprekers,
dte gister aan het woord waren, heb
ben zich in hoofdzaak voor dit voorstel
verklaard.
EN HET MYSTERIE VAN DE IJSZEE
7. De Maat was nu dodelijk verschrikt
Schepen, die niet weer terug kwamenl
Hij stond meteen op en wilde hard naar
da „Kraak" terug rennen. Maar ééa
der zeelieden kwam achter hem aan.
,4k heb gehoord, dat er een reusachtige
walvis in de IJszee moet zijn, die aUe
schepen op lokt! Als ik jou was, zou
ik rooit gaan! Ik zou gaaa staken!" Di»
was te veel voor de Maat. Hij viel
haast over zijn benen, toen hij naar de
„Kraak" holde. „Vreselijk!" mompelde
hij steeds. „Dit kan niet!" De Maat
rende de loopplank op en viel letterlijk
de hut van Kappie binnen, die juist met
de meester en de baron over de toe
komstige reis zat te praten. „We kun
nen niet gaanl' gilde de Maat. „Er
komt nooit een schip terug! Een reus
achtige walvis slokt alle schepen op,
die In de IJszee komen! Ik ga niet mee!
Ik ga staken! Ik wist wel, dat er ons
ellende te wachten zou staan! Ik zag
niet voor niets die zwarte kat vanmor
gen!" „Wat is dat allemaal voor «zin,
die je daar staat uit te kramen!" tel
Kappie boos. „Waar heb je die verzin
seis vandaan?" „Geen verzinsels!" riep
de Maat. „Zeelieden in het café heb
ben het me verteld! Ze wisten er alles
vanf"
Verslag Zomergerstproetveld N.N.H. 1034
Serie 161
Zomergerst Is bijna voor iedere boer.
in meer of mindere mate ieder jaar een
terugkerend gewas- Het Is gevaarlijk
aan voorspellingen te doen. Maar toch
wagen wij het er op, door te zeggen,
dat wij van mening zijn, dat er ook
voor 1950 zeker niet minder belangstel
ling bestaat voor dit gewas. De prljze*
van de laatste tijd zouden wel eens van
invloed kunnen zijn.
Nu heeft deze teelt ook weer een
voor en nadeel. AU voordeel beschou
wen wij, de teelt is eenvoudig, heeft
weinig behoefte. 15 t.m. 30 N per h.a-
is overbodig. Zomergerst groeit prak
tisch op alle gronden. Het is geschikt
voor een voorjaarsbewerking, bevordert
een goede werkverdeling en Is eea van
de meest geschikte gewassen voor een
groenbemesting te telen.
Als nadeel willen wij noemea, de
minder geschikte vcorvrucht die Zomer
gerst achterlaat vooral bieten, doea
'„et er minder goed op. Verder zijn
bijna alle rassen gevoelig voor roest,
dat van Invloed kan zijn op de op
brengst. Nu moeten wij direct toegevaa.
dat er wel verschil is. In die gebieden
waar ook Win ter gerst wordt verbouwd
zal de Zomergerst meer last hebbea
Zaal dus nooit geen Zomergerst naast
Wintergerst
Het rassenonderzoek staat niet stil ea
ieder jaar komen er rassen bij die de
volle belangstelling waard zijn- Was 't
de laatste jaren Balder die de Kenia
ging onttronen. Nu is het Agio die voor
de tweede keer op onze proefvelden
goed voor de dag komt. Wij zulle*
goed doen die dingen op de voet te
deze richting worden gedaan. De plan
tenzlektekundlge dienst te Wagen Inge*
besteedt veel aandacht aan het bestri}
den van plantenziekten door middel yam
besproeliogen en bestuivingen, mam-
wordt er voldoende rekening gehouden
met de gevolgen, die deze bewerkingen
hebben op de gezondheid van bodem
en mens?
Om hierover een goed oordeel te kun
nen hebben, zouden de vergiftiglngsge
vallen tengevolge van het eten van be
sproeide groenten en vruchten meer dan
tot nu toe gedaan wordt gepubliceerd
moeten worden.
volgen en goed nagaan, of een ander
ras, dat wij niet gewoon zijn te zaa:en
voor het doel waafvoor wij zaaien ge
schikt Is. Teelt men gerst voor de
brouwerij, dan moet het ras hiervoor
r^eschikt zijn. en kwaliteit is dan een
belangrijk punt. Ook de pellerijen stel
'?u hu* eisen. Zo bezien is de teelt van
Zomergerst weer niet zo eenvoudig.
Het proefveld dat wij dit jaar had
den. stond op een goed ontwaterde kalk
ea kalirijke zavelgrond, die dankbaar»
vo*r een Sup. gift en org. bemesting-
Voor vrucht: vroeg gerooide aardappels.
Bemesting: 400 kg SuPer 17 pet, 150
kg Ks en stoppelknollea voor org. ben.
Zaaldatum: 13 Maart, van leder ras
125 kg zaaizaad per h.a.
Rljenafstand: 22,5 cm.
Grootte der veldjes: 4 x 20 ra2 met drie
herhalingen.
Aantal rassen: 12.
"ÏJpkpmst: Agio 2. Kenia 1 April. Saxo
jLia. Mansh. 2 rijlge. Webuil 4994.
*Mansh. 515/43 29 Maart, alle andere
rassen 27 Maart op de rij.
Ontwikkeling: Begin Mei, ia het alge
meen had het proeFveld een prima staad
Voorlijk op dit tijdstip was Carlsberf
opvallend traag Hijlkema 336/36 17
Juni, alle rassen vertoonden een prima
stand. Mansh. 2 rljige en Mansh. 515/43
ontwikkelde aanmerkelijk meer gewas.
Hijlkema 336/361 bleef trager. Later
was dat ook bet geval bij Balder, Kenia
Agio en Nova. De omstandigheden
werkten mee. dat het proefveld zich
meer en meer in gunstige zin kon ont
wikkelen en einde Juni een ideale stand
bereikte.
De voor de Praktijk belangrijkste
eigenschappen, werden op verschillende
tijdstippen vastgelegd, waarvan het re
sultaat in onderstaand tabel is verwerkt
Beschouwing:
Agio een kruising van KeniaGeor
gine komt hier wel bijzonder goed voor
de dag en het is niet de eerste keer
dat wij dit ervaren met dit ras. Het is
niet alleen de opbrengst, maar ook de
kwaliteit raag tot de beste gerekend
worden.
Op de tweede plaats komt Carlsbcrg
een krui ing van MajaPrintice Archer
is een Deens ras, in begin voorlijk,
maar blijft later kort, rijpt iets voor
Kenia, is slapper dan Kenia en beeft
niet die mooie korrel van Agio. Wij
zullea nog moeten nagaan waar dit ras
het best voor geschikt is, voor de zware
of voor de lichte grond. Het heeft in
ieder geval onze volle belangstelling en
willen het gaarne als een aanwinst be
chouwen.
Weibull 4994 hebben wij voor het
derde jaar in beproeving en ook dit ras
mogen wij tot de productieve rassen
rekenen. Wanneer er eventueel iemand
toe over zou gaan dit ras te zaaien,
zal er rekening mee gehouden moeten
worden, dat dit ras gevoelig is voor
stuifbrand, ontsmetten is noodzakelijk-
Verder is het ras voldoende stevig,
blijft kort, de korrel is te vergelijken
met Kenia.
Herta en s Valofs 0/2000, zijn twee
rassen die dicht bij elkaar liggen wat
betreft de stevigheid en de korrel kwall
tetfc De stro Product en korrel opbrengst
ligt van Herta iets hoger. Dit verschil
mag gering zijn, maar zo wij die twee
rassen deze zomer zagen groeien, me
nen wij Herta als de beste van die twee
te moeten beschouwen.
Balder mag dan dit jaar wel niet bo
venaan staan, toch bezit dit ras vele
goede eigenschappen en zien wij het be
slftt als een aanwinst in bet sortiment.
De verdere eigenschappen mag ik wel
als voldoende bekend beschouwen.
Mansh. 2 rljige en Mansh. 515/43
moet men in deze serie bezien als twee
aparte rassen. Beide leveren een goed
monster, zijn niet geschikt voor de brou
werij, maar wel voor pelgerst. Wij zul
len nog meer ervaringen moeten opdoen
om met zekerheid te kunnen zeggen of
Mansh. 515/43 tegenover Mansh. 2rijige
een aanwinst ls, voorlopig zien wij het
er niet in.
Wij gebruiken Kenia al enige jaren
als standaard ras. Het heeft al die tijd
bewezen een ras te zijn met grote capa
citeiten, vooral voor de zwaardere groa
den. Nu krijgen wij toch de indruk dat
dit ras de beste tijd heef» gehad. Dat
de landbouw op dit terrein grote dank
verschuldigd ls aan de kwekers van
lanbouwgewassen in het algemeen, daar
behoeven wij niets aar toe te voegen.
Proefboerderij. 3 December 1949
J. SCHIPPER.
Kennia
Agio
Balder
Carlsberg
Saxonia
Mansh. 2 r.
Weibul 4994 10/6
Hillkema
336/361
Herta
14/6
7/6
12/6
13/6
10/6
10/6
J i
f II I
10/6
10/6
Svalofs
0 2000
Nova
M --oh
515/43
12/6
9/6
10
103 cm
98 cm
93 cm
97 cm
118 cm
140 cm
100 cm
105 cm
105 cm
100 cm
102 cm
0%
0%
0%
18%
58%
45%
0%
10%
18%
13%
20%
54/0
61/9
58/2
56/3
56/9
72/2
63/5
58/1
61/5
55/5
54/0
100
114
107
104
105
133
117
107
113
102
100
'3/3
55/1
47/4
51/1
46/2
44/3
50/6
44/7
49/2
48/9
43,7
100
119
102
110
99
95
109
96
106
105
94
12/6 9 10 129 cm 45% 68/2 126 43'1 93 7 8
MAANDAG, 12 DECEMBER
na twaalf uur:
Hilversum I, 301 m 12.00 Accor
deola. 12.38 Pianoduo 13.00 Nws
13.15 Promenadeorkest 14.00
Koorzang 14.30 Lezing 15.0f
Hoorspel 16.00 Jeugduifczend'-?
17.30 Lichte gramofoonplaten
18.00 Nieuws 18.30 Strijdkr.
19.00 Klankbeeld 19.25 Plano
recital 20.00 Nieuws 20.15
Paul Godwin sextet 20.45 S
cabaret 21.20 Verzoekprogram
ma 21.55 Frans programma
23.00 Nieuws.
Hilversum O. 415 m 12.15 Sangh
en Spel 13.00 Nieuws 13.15
Mandolinata 14.00 Schoolrad!#
15.00 Vrouwenkoor 15.30 Pia
nospel 15.45 Bijbellezing 17.38
Vioolrecital 18.00 Orgelspel
<g-»n T—T^.rtzendw "^0
20.00 Nieuws 20.15 Hollands
Striikorkest 21.00 Hoorspel
21.40 Koorzang 22.20 Verzoekpro
gramma 23.00 Nieuws.
DINSDAG. 13 DECEMBER
vóór twaalf uur:
Hilversum I. 301 m 7.00 en 8.30
Nieuws 9.00 H-rseneymnastiek
10.15 Arbeidsvitaminen 11.oo
7.*ngrecital 11.30 Voor <fe
ken.
"'lversum II. 415 m 7.00 en 8.30
Nieuws 9.00 Voor de zie" on
9.35 Lichtbaken 10.40 Schoolra
rf'o 11 00 Voor de vrouw.
jfr Andrew Mackenzie
Scotlond Yard, kolonel Simpkin*
en de geredde Bob Arlen «n zijn
(geliefde) Judith Taylor bevinden
zich nu tn het vertrek, van waaruit
een der meest misdadige complot
ten van Het na-oorlogse Londen
werd geleid. Maar nog steeds is
niet bekend wie de meester-mis-
dadiger ls.
88)
De mysterieuze figuur heeft zijn
vermomming hier aclïtegelaten, merk
te da kolonel op. Dit is een bewijs,
dat die verhalen over een man met
een maskerkap b(j het Huis aan de
Baa! juist waren.
Ik heb altijd wel gedacht, dat die
geschiedenis waarschijnlijk juist zou
zijn. merkte Brannigan op. Wat mij
bazig hield was de identiteit van de
man. die de kap droeg.
He dacht, dat het die verschrikke-
hj '^minee was, mompelde de ko-
lone,
k Wat ia er eigenlijk me* hèm ge
beurd. vroeg ik. Toen Ik mijn huls
verliet, had bij huisarrest in de pasto
rie.
Had ik hem maar dadelijk ln een
cel opgesloten, zei Brannigan ontstemd.
Reynolds, die bij de pastorie op wacht
stond, hoorde op een gegeven moment
een geluid, alsof iemand een raam
opende en ging erop af om te kijken.
Het raam was inderdaad open. De do
minee sloeg hem van binnen uit met
een of ander zwaar voorwerp op zijn
hoofd en ontsnapte. Sindsdien zoeken
we alles af om hem te vinden.
Hij zou dus de afperser kunnen
zijnl riep ik uit.
Daar is geen twijfel aan, blaf
te de kolonel.
Ik overhandigde Brannigan de brief
van de gravin, die ik gevonden had.
Aan de uitdrukking van zyn gezicht,
terwijl hij deze las, kon Ik zien, dat
hij tot dezelfde conclusie kwam als ik.
Hij knikte me veelbetekenend toe.
Wie die meester-misdadig er ook
mag zijn, hij moet erop rekenen, daï
hij binnenkort in onze handeu zal zij»,
iel de inspecteur grimmig. Geloof je.
dat hy hier ergens ln deze kelderge
welven kan zitten?
Ik kon zien, dat Brannigan vurig
verlangde met een grondig onderzoek
van de gewelven te beginnen, maar ik
wist ook, dat onze mensen niet vol
doende waren om de uitgestrekte kel
ders geheel uft te kammen.
Je zou een heel regiment soldaten
nodig hebben voor een onderzoek in de
gewelven, verzekerde ik hem. Als we
er rond gaan wandelen zonder de juis
te voorzorgsmaatregelen, en vooral
zonder voldoende licht, dan zullen we
er verdwaald raken. De man, die we
zoeken, zal bovendien naar alle waar
schijnlijkheid wel gewapend zijn.
Brannigan zag de juistheid van mijn
opmerking in.
Ik zal zo spoedig mogelijk reser
ves aan laten rukken, besloot hij. In
tussen zullen we deze brieven netjes
verzamelen. Naderhand zullen we die
kunnen gebruiken als bewijsmateriaal.
Allen hielpen we mee om de brieven
van de grond op te rapen, met uitzon
dering van de kolonel, die vterdiep*
scheen te zijn Ut een onderzoek van
de houten panelen. Een scherp klik-
geluid deed ons allen opkijken. De
opening in de betimmerde wand, die
naar het Huis aan de Baal voerde,
was verdwenen.
Ik wreef even met mijn hand langs
het houtwerk, toen opeens die deur
terugsprong, legde de kolonel uit, ter
wijl zijn ogen groeft van verbazing wa
ren. Wij staarden naar de plek, waar
de opening was geweest Hier had een
meester op technisch gebied de zaak
in elkaar gezet, want thans was er
geen spoor van een deur meer te be
kennen.
Hoe hebben jullie het van de an
dere kant open gekregen? vroeg ik.
We waren bezig op do muur te
slaan, toen het opeens vanzelf open
ging, anjbwoordde Brannigan. Ik ver
moed, dat we de geheime veer raakten
Waar had u uw hand, kolonel, toen de
zaak zich weer sloot?
Hier ongeveer, antwoordde de ko
lonel, op een volkomen gaaf effen pa
neel wijzend. We voelden met onze vin
gers over deze plek zonder enig resul
taat. Daarna probeerden we de zaak
te forceren. Maar de geheime deur
weigerde zich wéér te ontsluiten.
Allemachtig, we hebben onze bij
len aan de andere kant laten staan,
riep Brannigan vol woede uit.
Een opgewonden kreet van een van
de poitieagenten, die de brieven b(jeen
had gepakt, deed ons verschrikt opkij
ken.
Meneer, kijkt u hiér eens, bloedt
Brannigan knielde op de grond om
de grote rode vlekken, die met het op
ruimen van de brieven zichtbaar wa
ren geworden, te bekijken.
Het ls vers bloed, mompelde htf»
Van wie kan dat bloed ln 's hemels
naam zijn?
Van Fellowes, antwoordde de ko
lonel, al» was de vraag aan hem ge-
dteüd.
Brannigan keek verrast op.
Hoeweet datbegon hij.
De kolonel keek mij aan en opeen»
zag ik de hele verbazingwekkende
waarheid voor ogen.
Hij weet het, omdat hij hier aan
wezig was, riep Ik utft. Kolonel Simp-
kins, u was de man daar achter dat
paneel, die Fellowes aanschoot!
In een fractie van een seconde was
het gezicht van de man, tot wie ik deze
beschuldiging richtte, veranderd. Een
masker scheep verwijderd te zijn en de
ware persoon stond voor on». Zijn lip
pen waren vertrokken in een onaan
gename lach en ln zijn ogen zag ik
wreedheid,
Ik moet zeggen, dat dit voor een
onnozele hals als Jij bent, Arlen, neg
niet zo'n gekke gevolgtrekking is, zei
de kolonel. En bÜjf nu allemaal staan,
waar je rfaat, en verroer geen vin.
ïn de rechterhand va» de koloi al
was opeens een revolver zichtbaar, ter
wijl hij met zijn andere hand Ju
dith by haar pols vastgreep.
(Wordt vervolgd) 1