KAPPIE Het bewaren van Zaaizaad Jonge boeren per vliegtuig naar Nieuw-Zeeland De Maaier had Oudejaarsnacht een ontmoeting Uit een Kerstnummer vari 1928 Het komt In. tuinderskringen veel vuldig voor, dat men het benodigde Baolzaad zoveel mogelijk in eigen be drijf teelt. Natuurlijk doet men dat om de voordelen te genieten, die aan deze „eigen teelt" verbonden zijn. Ten eerste weet men onder wel ke omstandigheden het zaad is ge groeid en gewonnen. Verder kan men door oordeelkundige selectie de ras sen verbeteren in de richting, die men gaarne wenst. Dit laatste is niet zo erg eenvoudig, maar de practijk kan talrijke bewijzen aanvoeren van tuinders, die in dit opzicht resulta ten hebben verkregen, waarop men met trots mag neerzien, De eigen zaadteelt heeft ook zijn bezwaren. Er wordt meer vakkennis en ook extra zorg gevraagd. Men dient maatregelen te nemen om ver bastering tussen gelijksoortige ras- Ben en nauw verwante gewassen te voorkomen. Ook de bestrijding van ziekten en beschadigingen mag men niet uit het oog verliezen, terwijl het dorsen en schonen var de kleine par tijtjes het aanschaffen van de nieu were werktuigen niet toelaat. Wij zijn er van overtuigd, dat de kost prijs aan de hoge kant is. Teleur stelling en door gehele of gedeeltelij ke mislukking van de teelt of het winnen van zaad van matige kwali teit zijn niet denkbeeldig. Een gelukkige omstandigheid is. dat meerdere zaadsoorten ook nog na 2 jaar of langer met be hoorlijke kans op goed resultaat zijn te gebruiken. Bij het mislukken van een teelt is men in staat terug te grij pen op een overgebleven deel van een vorige oogst. Zaaizaad moet dus altijd een kor tere of langere tijd bewaard worden. En nu is het van overwegend belang op welke wijze dit geschiedt. Men moet er naar streven dat zaaizaad zijn goede eigenschappen zo lang mo ge'ljk behoudt. Een slechte bewaring leidt tot een snelle achteruitgang, zodat het zaad voor de uitzaai geheel of grotendeels waardeloos wordt. Men moet er naar streven het kien» pje d.i. het jong" plantje in aan leg zoveel mogelijk in rust te hou den, teneinde het verbruik van het in het zaad opgeslagen reservevoed- ■el te beperken. Een tweede belang rijk punt is de cdeinhaiing. Zoals in alle levende wezens heeft ook ln het zaad een langzame verbranding plaats, alweer ten. koste van de aan wezlge reservestoffen. De factoren, welke op deze pro cessen van invloed zijn, kunnen als volgt gerubriceerd worden: 1 De temperatuur 2 Het vochtgehalte van het zaad 3 Het vochtgehalte van de bewaar- rulmte 4 De zuurstof der lucht 6 Du toestand, waarin zich het zaad bevindt bij de aanvang van de be waring. Deze is afhankelijk van de groei- orastandighedea en het weer tijdens het oogsten en narijpen. Bij goed uitgerijpt zaad is het transport van de stoffen in de plan pi ma. terwijl de omzettingen ln on oplosbaar reBervevoed-sel kool hydraten. vetten,, eiwitten volle dig geschieden. In opgelosten toe stand zijn dezs stoffen gemakkelijk ortleedbaar en de kans op verlies neemt toe. Noordrijp zaad d.i, zaad, dat door bepaalde omstandigheden te snel is afgestorven bezit inferleu re eigenschappen. De kiem moet ln rust blijven. Het ontkiemen van zaad geschiedt bij een bepaalde, niet te lage tempera tuur. terwijl verder vocht en lucht —zuur8tofonontbeerlijk zijn. Wordt aan deze voorwaarden vol daan. dan vangt het kiemproces aaD Men zal hegrijpen, dat het hiervoor niet noodzakelijk is. het zaad in de grond te brengen. Wie wel eens een kiemproefje heeft gt nomen. of denki aan het hinderlijk schot tijdens en te van het zaad speelt hierbij een zeer voorname rol. Minder sprekend is wellicht voor de leek de invloed van het in het zaad aanwezige vocht op het ademha lingsproces. Het is een vaststaand feit. dat de ademhaling intensiever wordt bij een hoger vochtgehallo, vooral als een hoog gehalte aan vocht gepaard gaat -met een hogere tempe ratuur Door de sterkere verbranding komen grotere hoeveelheden kool zuurgas, warmte en wat ei vrij; de laaiste twee geven aanleiding tot een na het oogsten Vj vochtig, broeiend weer. weet dit 'bij ervaring. Door de werking van enzymen komen de ge vormde reservestoffen tn opgeloste toestand, zijn gem a kkelijk ontleed- baar en voor de groei van het Jonge plantje beschikbaar. Het vochtgehal- Sterkere ademhaling, het tempo van het afbraakproces wordt dus ver sneld. Er ontsta At broei en men weet maar al te goed, hoe snel dergelijk zaad zijn waarde totaal heeft verlo ren Bovendien biedt vochtig zaad ln een vochtige bewaarplaats, bij niet te lage temperatuur een gunstige ge legenheid aan microorganisraen, die zich ten koste van het zaad voeden en verder is algemeen bekend, dat mij ten op vochtig zaad tAlrijker voorko men dan op droog zaad. Wij menen nu voldoende te hebben aangetoond, dat het juiste vochtgehnl te van zaad ten de opslagplaatsen) van het allergrootste belang ls. Daarop kan niet genoeg nadruk ge legd worden. Men heeft normen langs proefon dervindelijke weg vastgesteld, waar aan de diverse zaadsoorten moeten voldoen. Merkwaardig is. dat deze bij de verschillende zaden sterk va rieren van ongeveer 8 pCt tot 18 pCt Wij zien dus, dat ln zaad, hetwelk men goed droog noemt, altijd nog een zekere hoeveelheid vocht aan wezig Is en ook aanwezig behoort te zijn. De vochtnormen zijn als volgt: Koolsoorten, radijs, ramenas, au gurk. komkommer, meloen, sla 9 pCt Witlof, andijvie, schorseneer, tomaat 10 pCt Tuinkers 11 pCt Wortelen 12 pCt selderie cn peterselie 13 pCt Ui en prei 14 pCt Kroten, spinazie, snij biet 1» pCt Fijnzadige bonensoorten 16 pCt bonensoorten grofzadige en erwten 17 pCt pronkbonen 18 pCt Het is niet zo eenvoudig het juiste vochtgehalte te bepalen. Het onder zoek wordt o.a. verricht door het rljksproef stal Ion voor znadcontrole te Wngcningeii. Grotere afwijkingen zijn globaal door practici wel vast te stellen: Drukken met de nagel op de zaadhuid, stukbijten of „op de tast". Zij, die over jarenlange ervaring be schikken, hebben het daarin ver ge bracht en kunnen met vrij grote nauw keurigheid aangeven hoe het met het gehalte aan vocht gesteld is. Zo spoedig mogelijk moet vochtig zaad gedroogd worden. De wijzen, waarop dit geschiedt, willen wij In dit artikel niet nader beschrijven; mogelijk komt dit een volgende maal eens. De Juiste manier van bewaren is nu gauw aan te geven. Zaad met het juiste vochtgehalte moet men opslaan in een koele, dro ge bewaarplaats. Wat de lucht aangaat is een be perkte luchtverversing voor droog zaad het meest aanbevelenswaardig De ademhaling, waarvoor de zuur stof der lucht nodig is, moet men zo veel mogelijk remmen; het gevaar voor stikken is gering. Uiteraard is de levensduur van het zaad beperkt. De bewering, dat graan korrels, aangetroffen ln de konings graven van dc Egyptische Pharao's. die meer dan 2000 jaren oud zouden zijn, nog voldoende kiemkrachtig wa ren, behoort tot de sprookjes. Toch zijn er voorbeelden bekend, dat za den na ruim 20 jaar, bewaard onder gunstige omstandigheden, voldoende vitaal bleken te zijn. In de praktijk moeten wij al tevre den zijn, als zaad na een bewaar periode van 2 a 3 Jaar nog gebruikt kan worden. Wij moeten vooral niet vergeten, dat oud zaad vaak behoor lijk klemt, zodat het vertrouwen ver siterkt wordt. Ontkiemen alleen, is niet voldoende; het zaadje moet kun nen uitgroeien tot een volwaardige plant. En hieraan mankeert bij oud zaad wei eens wat. Wanneer wij hierna een overzicht geven van de bewaartijden, dan moet men daaraan een betrekkelijke waar de toekennen. Duidelijk blijkt, dat een soort zaad zich beter leent voor bewaren dan de andere. Bij de tij den is uitgegaan van het standpunt, dat de kwaliteit bij de aanvang van de bewaring goed is en de verzor ging tijdens het bewaren goed. 1 jaar: Pastlnaak, ui. 2 jaar: Peter selie, prei, bonen, schorseneer, 3 Jr. witlof, wortel, postelein, asperge to maat, erwten. 4 Jaar: Alle koolsoor ten. koolrabi, koolraap, radijs, sla. selderie, bieten, spinazie, andijvie luinker3 en veldsla, 5 jaar: Augurk kommmers, meloen, snijbiet, rame nas. EN HET MYSTERIE VAN DE IJSZEE 25. Kappie en Oet bleven pal achter de Kraak en tot hun grote verrassing zagen ze. dat enige handlangers van de Schot met de baron ,de maat en de meester van de Kraak af gingen en dat ze met z'n allen in één der barakken aan de wal verdwenen. Kappie wachtte tot het half don ker was. Toen klom hij voorzich tig aan de waL Ik moet die klon ten van kerels uit die barak zien te krijgen! dacht hij. Wat een schepen heeft die Mac Gagglegac met zijn kunstwalvis buit ge maakt! Ik ben benieuwd waar de bemanning van die schepen ls! Kappie sloop terwijl hij aan alle kanten om zich h en keek naar de barak waarin hij de ba ron, de maat en de meester ln had zien verdwijnen. Hij zag. dat de barak g-evuld was met allerlei zeelleden. Hij zag het benauwde hoofd van de maat en het sombe re gezlcht^ran de baron, die druk met een paar zeelieden aan het praten was. Ook zag Kappie tot zijn verbazing, dat er geen bewa king was. Emigratie door de lucht „Dit is net Holland", dachten een vijftigtal Nederlandse jongens, toen zij op de 11de November van dit jaar door de ronde raampjes van de KLM-Skymaster „Aalsmeer" om laag keken naar de groene en vruchtbare stroken land rondom de Nieuw-Zeelandse stad Auckland. Naarmate het toestel daalde in de richting van het vliegveld geraakten zij meer en meer in verrukking over de treffende gelijkenis met hun vaderland. Misschien kwam er bij enkelen van hen een moeilijk te verkroppen gevoel van heimwee op, want Holland was voor deze jongens verleden tijd geworden, sinds zij be sloten hadden hun toekomst te zoe ken in een nieuw vaderland op meer dan 20.000 kilometer afstand van 't oude. Twee dagen tevoren waren zij op het vliegveld van Batavia ingestapt. Na drie of meer jaren harde tro- pendienst was hun demobilisatie een feit geworden. Van hun kameraden waren de meesten al naar Neder land teruggekeerd. Zij echter had den er de voorkeur aan gegeven rechtstreeks vanuit Indonesië te emigreren naar Nieuw-Zeeland, een land met meer mogelijkheden voor hun toekomst. Toen zij bij aankomst opgewekt en monter uit de Skymaster stap ten. werden zij verwelkomd door 'a aantal autoriteiten en emigratie- beambten, want zij vormden de eer ste groep Nederlanders, die in het weh'arende Nieuw-Zeeland aan de slag zouden gaan. Nieuw-Zeeland ligt op de 40ste zuidelijke breedtegraad en het ls in vele opzichten een land van belof te. Hc-t klimaat is er sub-tropisch. Terwijl in Nederland de sneeuw en vorst reeds dreigen, eet men daar thans aardbeien en kersen. Op het land ziet men nog vele houten hui zen met zeer goed onderhouden tuintjes. Men kent er geen werk loosheid en er is geen overproduc tie. De oorspronkelijke bewoners, -de Maori's, zijn er volledig gelijk be- rechtigd en men spreekt er accent loos Engels. Overigens was deze onderneming voor deze vijftig jon eens in het ge heel geen avontuur. Reeds op de dag van aankomst hadden allen er een baan. Inmiddels heeft de K.L.M. 'n tweede groep van vijftig overgevlo gen en ook deze vonden allemaal een betrekking in de landbouw of In de zuivelbedrijven. Het gemiddel de weekloon bedraagt 7 Nieuw- Zeelandse ponden, dit is ongeveer 75 gulden in Nederlandse munt. De regering van Nieuw-Zeeland heeft onnieuw 100 Nederlanders uitgeno digd daar te komen werken. TE VEEL MENSEN Deze emigratievluchten vestigen weer eens de aandacht on het grote probleem, waarmee Nederland te kamtsen heeft, namellik de overbe volking. Od het ogenblik telt ons land 10 000 000 Inwoners. Dit wil zeggen, dat er ongeveer 300 Neder landers per km 2 zün. ofwel, dat er voor elke inwoner ongeveer een derde hectare beschikaar is. Indien de natuurlijke groei van het Nederlandse volk zich als thans door bluft zetten, zal Nederland over vijftig jaar 14.000.000 inwoners tellen. Dit is 420 per km 2 of slechts een vijfde hectare per hoofd. Dit betekent dat Nederland niet voor Iedereen het traditionele huis met een tuintje ervoor zal kunnen heb ben. Landaanwinning en krachtige in dustrialisatie zullen dit probleem wel enigszins verlichten, maar of rij de natuurlijke groei van ons volk zal kunnen bijhouden, ls zeer de vraag. Een goed georganiseerde en snelle emigratie mag bij de oplos sing van dit probleem niet verwaar loosd worden. Elk jaar komen er ongeveer 100.000 jonge Nederlanders bij. Het peil van de emigratie is daaraan zeker niet evenredig. De laatste drie jaren verlieten in to taal' ongeveer 42.000 Nederlanders 't land, om zich voor goed elders te gaaan vestigen. Maar deze cijfers vertonen het laatste jaar duidelijk een dalende tendens. Dit is voorna melijk te wijten aan het feit, dat de landen van immigratie de achter stand aan arbeidskrachten hebbeii ingehaald. De Verenigde Staten laten prac- tisch geen emigranten meer toe. Toch blijven er echter veel moge lijkheden open. Vooral voor land bouwers, voor wie dit probleem bü- zonder nijpend is. Landbouwers kün nen zich moeilijk overschakelen fp de industrie en zo zij dit toch do< roept dit vroeg of laat een aan1 psychische problemen te voorschij Australië. Zuid-Amerika, Nieufr-' Zeeland en vooral Canada hebl landbouwers .met degelijke vakkej nis nodig. Zo stelt bijv. Canada 1950 haar grenzen open voor minder dan 10.000 Nederlandse boe ren. DE REISGELEGENHEID Maar zo men al zou willen emi greren, is men er nog niet. Ook hier rijzen enkele problemen, welke een snelle en doeltreffende emigratie be lemmeren. Een van de voornaamste is wel dat van het transport Hier door is men genoodzaakt soms zelfs meer dan een jaar doelloos en wer keloos te wachten voordat men in 't nieuw vaderland met al de opge kropte energie aan de slag kan gaan. In dit laatste geval kan vooral het vliegtuig voorzien. Het voornaamste bezwaar dat men veelal tegen lucht transport heeft ls. dat het zoveel duurder ls. Toch is dit niet hele maal waar. Inderdaad is men met an dere vervoermiddelen gewoonlijk goedkoper uit, maar als voor een groep emigranten van ongeveer vijf tig personen een vliegtuig gehuurd of gecharterd wordt, zoals dat heet, komt de luchtreis per hoofd toch ook niet zo duur. Zo heeft bijv. de KLM in 1949 zes chartervluchten met tel kens ongeveer 50 emigranten naar Canada uitgevoerd. Deze reizen kwa men per man ongeveer 150 k 200 gulden duurder dan met een andere reisgelegenheid. Behalve de aanzienlijke bekorting van de werkloze wachttijd, biedt 't luchtvervoer voor emigranten tal van andere voordelen. Het is geriefelijk en snel en de service ls in de passa- geprijs inbegrepen, zodat de emi granten tijdens de reis geen enkele uitgave hebben. Het ontneemt bo vendien de landverhuizer het gevoel van triestheid, dat zo dikwijls met lange emigrantenrelzen gepaard gaat Het oude vaderland lijkt door de snelle overtocht niet zo ver weg en het besef van twintig of veertig uur vliegen van Nederland te wonen is veel prettiger dan de gedachte aan een langdurige reis van tien, twin tig of meer dagen. Een ander groot voordeel is, dat 't gezin geheel bij elkaar kan blijven, hetgeen niet altijd het geval is bij transport van grote groepen, want uiteraard geschiedt het luchtvervoer in kleine groepen. Dit vergemakke lijkt ook de aankomst in het land van bestemming en de nodige for maliteiten kunnen daardoor sneller worden afgehandeld. Grote groepen van duizend man of meer lopen grote kans in een ontvangcentrum of kamp tijdelijk te worden ondergebracht met alle narigheid van dien. Ten slotte blijven de bandon met het oude vaderland door het luchtver voer hechter en de aanvoer van post en lectuur geschiedt sneller, hetgeen het contact met het stamland verge makkelijkt. waarvoor elke emigrant hoe ver weg ook. toch altijd een week plekje in zijn hart bewaart. Vannacht had ik een ontmoe ting. Dat komt niet zo vaak voor. Zeker, telkens komen er men sen, die me bekijken. Soms op een afstandje, anderen drentelen brutaal om me heen. Er zijn er zelfs, die zich niet ontzien om hun namen op mijn voetstuk te krabb?len. Ze vinden het leuk. Maar ik heb daar zo mijn eigen gedachten over. Maar vannacht was het wat anders. Het was sttl en koud en ik had me er mee verzoend de nacht zon der enige belevenis te moeten brengen. Op Oud°Jaarsavond weet ik de mensen veilig in de warmte van hun hulzen geborgen Verbaasd keek tk ook neer op een oude man. die op me af kwam en voor me staan bleef. In het ze lig schijnsel van het nachtpitje op de hoek. kon !k h?m zo'n beet Je bekijken. HU droeg een dik boek onder de arm en zat sjovel tes in de kleren. Oud en arm, dat kon je zo wel zien en niet veel vreugde aan het lsven ondervonden Hes is niet prettig voor een Jonge krachtige kerel als lk. zo van boven af op de ouderdom neer te zien. en ik geneerde me dan ook. vooral toen de oude ken nelük een praatje met me wilde maken. „Kom. g& mee."zei hij. ,.'t is zo langzamerhand tijd we hebben nog een paar minuten." Een vreemde man eigenlijk, waarom zou ik meegaan? Ik heb hier mijn taak. het zal mijn tlid wel duren! De oude bleef echter aandrin gen. dat ik met hem mee zou gaan. „Vooruit schiet nou op. t is weer gebeurd 't Zit er op en wach ten op de nieuwe doe ik niet, 't is nogal wat moois wat hem te wachten staat." Toen hij wat onhandie met een iange stok naar me wuifde, zag ik. dat he» een zeis was en be greep ik, dat de oude baas hct Oude Jaar moest zün en in mij zeker een lotgenoot zag. Het deed me leed om de oude man all°en te la»en vertrekken, het was geen gemakkelijk jaar voor hem geweest. Woorden van troost wellen mij niet zo gemakkelijk uit miln keel. Dp mensen, probeerde lk te begin nen Ach. zei de oude. we er niet over praten. Geef dit boek aan de nieuwe, die zal straks wel aan komen, enneach er maar niet over.hij moet maar zien misschien dat meneer Mars hall?.... Rammelend met de zeis. .schoof hij voorzichtig langs het trottoir en verdween in de donkerte. Bij de hoek keek hij nog even om. Het boek lag voor me op de grond en uit pure nieuwsgierig held ben ik even van m'n voet stuk gesprongen. Het was een veel De droogmaking der Zuiderzee Bij het doorkijken Van oude tUd schriften kwam ons een Kerst nummer in handen van 1928 van het geïllustreerde weekblad ..De Prins", vroeger een familieblad wat veel gelezen werd. In dat Kerstnummer stond een bijdrage van de toenmalige minis ter van Waterstaat, mr. van der Vegte. over de droogmaking- der Zuiderzee. Minister van der Vegte gaf ln dit artikel een technische beschrij ving van de Zuiderzeewerken, die in dat Jaar een ongekende activi teit aan de dag legde. Een prach tlge KLM hichffoto van do dijk werken versierde het artikel. Behalve de technische zijde van deze wo'Wm g?f ook enige cijfers en data's en roemde de onvergpnVpiüke ver dienste van zijn toenmalige voor gangrr. dr. C. Lely Minister van der Vegte was als zo velen optimistisch gestemd over de afloop van het grootst0 werk aller tijden: de 7uHerzee •weken. Het mag genoegzaam bekend zijn, dat in 1928 de Wieringer meer nog niet was drooggevallen en de afsluitdijk nog niet gereed was. Minister van der Vegte voorspel de in dit kerstartikel dat over 6 jaar sporen over de afsluitdijk zouden rijden en in het slot van zün artikel schrijft de bewinds man: „Zo zal dan laat ons zeg gen, over rond 25 jaar de Zuider zee, waarmede wij van de lagere school af zo gezellig vertrouwd waren, waarin wij gevaren en ge vist hebben, maar die ons overi gens weinig voordeel meer bracht van de kaart des lands verdwe. nen zijn en in de plaats daarvan zullen naar w ernstig hopen welvarende landstreken zijn ontslaan welkom? aanwinst ter versterking van onze volkskracht" Minister van der Vegte had zijn artikel in optimistische *oon ge steld. schreven wij reeds. Hoe weinig zal hij in de laatst*» week van 1928 hebben kunnen bevroe den, dat er ruim 22 aar overheen zou gaan voor dat men met her nieuwde kracht het werk der droogmaking van de Zuidc-zee weer zou hervatten In 1928 was er van een crisis nog niet veel te merken, althans voor het grote vredeswerk Zu!dcr zeewerken waren nog belangrijke fondsen beschikbaar. Doch in de latere Jaren toen ook Nederland in de international* monetaire chaos werd betrokken, de afsluit dijk zonder tuffend'- sooren gereed en de W'eringermeer in cultuur werd gebracht, het aan onze Oostgrens door de opkomen m^ch* van Hit.Pr en zün ben den steeds onrustiger ln de we reld rondom n«s wtI rtn® Ne gebruikt boek en er in bladerende zag lk dat het allemaal onbetaal de rekeningen waren. Juist toen de klok twaalf sloeg en ik weer netj?s stond uit te klj ken, kwam met rappe schreden het parmantige Nieuw Jaar aan gestapt. Wat een lief kereltje en hele maal niet bang. Hoe kort kan 's werelds pracht veranderen, bedach* ik. Het boek gaf ik hem maar niet. Maar voor hü ve-^er kon vaan riep ik hem aan. Zeg eens kleine man, niet" zo haast'g, kom. voor dat Je de zaak aan 't draaien brengt even hier en kijk eens wat er aan m'n voeten geschre ven s'aat. Vrolijk kwam hij aangestapt, draa'de om me toe. en las hardoo: ..Hier werd ptoekomst gebo ren. Bouwt voort!" Nou zei het N'euwe Jaar. dat Is nog zo gek niet. Staat dat er al lang? was zijn vraag Ik heb het er voor jou van vanavond op la*en z'tten. ver trouwde ik hem toe. Hij keek glimlachend naar me op en stapte rustig en zeker de straat in. het onbekende tege moet. Ik wilde hem uog waarschuwen voor de kuilen en gaten verder op. maar hij was al op reis derland wel door m?t het werk der droogmaking, maar niet meer In het temno zoals de minister van Waterstaat zich dat tn de wek v»*> TWember 1928 had gedacht. Helaas! De N.O. polder werd nog Inge 'vch het ln cultuur brencen. traineerde teeds doordat we eerst weer eens een jaar of vijf zouden moeten gaa" nnrinrreeron in de wereld w°°*,v»'< po»rto tnonn v,^ nieuw gewonnen land opnieuw door water overspoeld zou worden. Dit alles heeft minister van der Veg*e in 1928 niet kunnen voor z'en, toen hü zün nDt'nüstisch ar tikel voor het Kerstnummer van De Prins schreef. Vijf jaar zijn we nu bijna van de laatste wereldoorlog verwij derd. Nog altijd is het onrustig in de wereld, we er aan onze Oost grens. Weer 2ijn er optimisten, baw-f.*, dat het niet zo'n vaart zal 'open en weer zün er pessimisten en dat koor ls reeds beduidend die volhouden dat de mensheid opnieuw in een ramp zal worden betrokken, hevl "er en catastrophaler dan ooit te voren. En toch houden wij ln Neder 'and aan h:-t goede vast. Weer orden er optimistische geluiden '^oo'd vanuit d-« departementen --» ^r'HenseewerVon zullen met onverzwakte kracht worden aan gevat". t T-fsseimeer is ergens een paal in de bodem geheid, daar zal ens een stad verrijzen. dle de hoofdstad zal worde) van nieuw gewonnen i«"d De plannen van dr. Lely zullen in prtncioe ln ver sneld 'onno nü-^evoe'-d. al zullen er dan in ov°reenstera ming met eew'rt««rde opvattingen en nmrt.ond'eherfpn veranderingen In worden aangebracht. Moge mtn'ster Spitzen, die thans de optim'sMschf» klanken van zün voorgartper van 22 jaar terug heeft ov-rgennmen. de af bouw der Zulde^eewerVpn \y> een wereld van vrede tot stand bren gen. DONDERDAG 5 JAXCARl 1950 HILVERSUM 1 7 00 Nieuws 7.15 Morgengebed en liturgische kalender 7,30 Sluiting 8.30 Nieuws 8.40 Gra mofoonmuziek 9.00 Weerberichten 9.Ö3 Gramofoonmuziek 10.15 Morgen dienst 10.46 Orgelconcert 11.00 Voor de xiekan 11.45 Zang en piano 12 0$ Angelus 12.03 Lunchconcert 12.55 - Zonnewijzer 13.00 Nieuws 13.20 Trio 14.00 Promenade orkest en solist. - 14.45 Voor de vrouw 15.30 Gramo foonmuziek 15.45 Bijbellezing 18.S0 Sluiting 17,30 Gramofoonmuziek 17.35 Voor de jeugd IS.00 Gramofoonmu ziek IS.15 Land- en tulnbouwpraatje IS.30 Voor de strijdkrachten 19.00 Nieuws 19.15 Muziek voor de jeugd. 19.*0 Radiokrant 20.00 Nieuws 20.05 Gevarieerd programma 21.00 Familie competitie 21.35 Populair concert 22,05 Gramofoonmuziek 22,15 Buiten lands overzicht 22.35 Gramofoonmu- slek 22,45 Avondoverdenking 23.00 23,00 Nieuws 23.15 Trio 23.45—24.O0 Gramofoonmuziek. HILVERSUM n 7.00 Nieuws 7,15 Gramofoonmuziek 7,30 Sluiting 8.30 Nieuws 8.40 Radio-ochtendblad 9.00 Weerberichten. 9.03 Gramofoonmu ziek 9.30 Waterstanden 9.35 Voor de vrouw 9.40 Gramofoonmuziek 10.00 Morgenwijding 10.16 Populair cou vert 10.50 Voor de kinderen ll.OO Lichte muziek 11.30 Gramofoonmu- ziek 11.45 Van de hak op de tak. eau serie 12.00 Musette orkest 12.30 Mede delingen 12.00 In 't spionnetje 12.38 Plano en orgel 13.00 Nieuws 13.15 Populaire muziek 13.45 Gramofoon muziek 11.00 Voor de vrouw 14.30 Pianoconcert 15.00 Voor de zieken 16.00 Cabaret 16.30 Sluiting 17,30 Ka leidoscoop 17.50 Regeringsuitzending 18,00 Nieuws 13.15 Sport 1S.30 Me tropol? orkest 19.00 Voor de kinderen 19.05 Radio volk?muziekschool 19.35 Orgelspel 19.45 „Enkeling en gemeen schap" causerie 20.00 Nieuws 20.10 Actualiteiten 20.20 Opera 20.55 De rond-tafeldiscussle 21.30 StriJkkwar te. en piano 22,25 Orkestconcert 23.00 Nieuws 23.15 Reportage 23.30—24.00 Gramofoonmuziek.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

De Vrije Alkmaarder | 1950 | | pagina 3