HAAR KONINKRIJK
Wat Albert Schweitzer er van denkt
Er zijn er velen, die de handen
naar de Heilige stad uitstrekken
Een dijk die 63 meter hoog is
Goethe en de mensen van onze tijd
Wü moeten allen deze boodschap verstaan
Geheel de beschaafde wereld her- i
denkt in deze dozen het feit, dat
Goethe twee honderd jaar geleden
om precies te zijn; op 28 Augustus
1749 werd g -boren. Er werden ver
toningen gegeven van zijn toneel
werken, men belegt herdenkingsbij
eenkomsten, de 75-jarige Thomas
Mann ging uit de Verenigde Staten
naar Duitsland om tv/ee Goethe-prij-
ten in ontvangst te nemen, één in de
Westelijke, één in dc Oostelijke zone
en de 74-jarige Albert Schweitzer be
gaf zich van Afrika naar Amerika
voor het houden van een reeks voor
drachten over de man, die als Duits
land's grootste dichter geldt. De reeds
onuitputtelijke Goethe-litteratuur is
opnieuw met een aantal geschriften
verrijkt en geen blad, dat zichzelf
respecteert, gaat stilzwijgend aan de
re herdenking voorbij. Toch. is het
met deze befaamdheid van Goethe
een ietwat eigenaardig geval. Per
soonlijk behoren wij tot de generatie
die in haar schooltijd nog de Duitse
klassieken kocht. Dat wil zeggen één
dier goedkope bloemlezingen van
vier a zes kloeke delen, die juist ge
nog waren voor een eerste kennis
making. Maar hoe velen dergenen,
die in jeugdige geestdrift op hun ver
jaardag of met Sinterklaas een ver
kleine Goethe. Schiller of Heine ten
geschenke ontvingen zijn er ooit toe
gekomen deze samenvatting hunner
werken volledig te lezen" En hoe
weinigen zijn er vervolgens toe over
gegaan zich in de volledige werken
van een figuur als Goethe te verdie
pen? Nu ja. men heeft de Faust ge
lezen. in elk geval het eerste deel
met de Oretchen-tragedie en mis
schien heeft men ook nog wel, naast
de bekende gedichten, die ons op de
schoolbanken werden b'i gebracht,
eens in de Westorilicher Divan ge
neusd. of in de Werther. de Dich_-
tung und Wahrheit en de Wilhelm
Meister. Maar van een zich werke
liik verdiepen in Goethe's scheppin
gen, in zijn dichtkunst, zijn drama's
zün uitgebreide natuurwetenschappe
lijke studies, zijn eigen arbeid ten
behoeve van het toneel. 7'in ontre
den als politicus, ziin verhouding tot
ziin tiid cn omgeving, kortom van
een werke]uk ernstig pogen om dit
veelziidig leven te bonaderen en te
doorgronden, zal buiten Duitsland
slechts bij zeer weinigen sprake kun
nen zijn.
Er is en blijft om Goethe heen een
geestoliike eenzaamheid, die aan de
ongorepte en ijle lucht doet denker
welke dc hoge bergtoppen omringt
Ree** Heine heeft daarvan iets ge
voeld. toen hij in een wrang sonnet
de Frankfortse koonlieden hekelde
die geld biieen wilden brengen om
In de geboortestad van Goethe een
Standbeeld op te richten. Heine
snreekt deze door snobisme geleide
tüdfonoten minachtend toe en hii
geeft hun de raad hun geld liever bi
2<eh te houden, want: ten eerste heeft
Goethe door zijn werk reeds een
s»ontbeeld voor zichzelf gesticht er
ten tweede wo-den deze gelegenheids
bewonderaars door ..een ganse we
reld" van hem gescheiden.
heeft betekend en het is de moeite
waard daarbij in dit herdenkings
woord een wijle stil te staan, om
dat in deze verbinding Schweitzer-
Goethe hij zelf achtte zich een
armzalig maantje, dat aan een ge
weldige zonneschijf voorbij trok
een vingerwijzing ligt van hetgeen
Goethe ook meer in het algemeen
voor onze tijd kan zijn.
Schweitzer's eerste ontmoeting met
Goethe lag op het g ied der wijsbe
geerte, toen hij zelf nog in de ban
van Kant. Fichte en Hegel gevangen
was. Goethe nu bracht hem tot de
onvergankelijke natuurfilosofie, die
ons leert worstelen om een wereld
en levensaanvaarding, die ons tege
lijk vrede en werkdrift schenkt en
daarbij een sterke toewijding aan het
oneindige.
Maar bij dit wijsgerig aspect alleen
bleef het niet Want toen Schweitzer
van het winters ongerief las. dat
Goethe zich getroostte om in de Harz
een ziel in nood op te zoeken, begon
hij van hem te houden. ..Bij menige
moeite, die ik zelf moest trotseren
om aan mensen een menselijke dienst
te bewijzen zo verklaart hij heb
ik tegen mïjz.elf gezegd: dit is een
Harzreis." Later, toen Schweitzer in
ziin Straatsburgse tijd zich wel eens
fvróeg of allerlei klpin werk. dat
zijn predikambt met zich bracht hem
iet al te zeer afhield van ziin docen
ten werk en zijn musicologische stu
diën heeft hii zich gespiegeld aan 't
beeld van Goethe. die immers ook
als minister veel werk van gering
aanzien met evenveel nauwgezetheid
verrichtte als zijn grote scheppende
arbeid
Toen Schweitzer, na tot doctor in
de filosofie en theologie te zijn ge
promoveerd en in de muziekwereld
een internationale faam te hebben
verworven, het roer eensklaps om
wendde en medicijnen ging studeren
om zich %an de lijdende mensheid te
kunnen wijden, vond hij in Wilhelm
Meister, die aanvankelijk voor iets
geheel anders voorbestemd scheen,
maar later toch chirurg werd, een
inspirerend voorbeeld. En als
Schweitzer later in Afrika moeite
heeft zich er mede te verzoenen, dat
hij „met onwillige zwarten het oer
woud tot vruchtbaar land moest ma
ken," vindt hij alweer troost in de
Faust die hij ieder jaar in de
Paastijd herleest omdat Faust im
mers aan het einde van zijn loop
baan een bevrijdende bevrediging
vindt in het aan de zee ontworste
len van land ter bewoning en be
planting.
Ziet, deze voorbeelden, die Schweit
zer ons geeft, hebben ook wat tot
de mensen van onze tijd te zeggen.
„Zorgen voor onze tijd en arbeiden
voor die tijd, dat heeft Goethe ons
geleerd en voor-geleefdMet de
mensen van onze tijd hebben wij er
om te worstelen, dat zij bij de voort
durende veruiterlijking komen tot 'n
streven naar verinnerlijking en daar
in volharden. Met onszelf hebben wij
er om te worstelen, dat wij in een
tijd van verwarde humaniteitsloze
idealen, het grote hnmaniteitsideaal
der 18e eetnv, waaraan Goethe zijn
ganse leven trouw bleef, heilig houden
en het tot werkelijkheid laten wor
den. In deze geest hebben wij aan
onszelf te arbeiden en de wereld te
dienen."
Ziedaar uit Schweitzer's mond de
boodschap, die Goethe ook aan onze
tijd geeft. Ziedaar het antwoord op
de vraag of Goethe nog iets tot ons
te zeggen heeft.
De maat werd zo in beslag ge
nomen, door alle ellende om hem
been, dat hij het stuurrad, dat toch
niet meer werkte, los liet en zijn
slaapmuts over zijn ogen trok om
niet te hoeven zien, dat het voor
schip van de „Kraak" onder water
zou verdwijnen.
Hij kreunde eentonig en Kappie
werd er half dol van. „Hou op met
gemokker!" riep hij. „Daar gaat
De> striid om Jeruzalem
Wanneer wij in deze dagen zo over
al in de wereld die Goethe-herden-
kinrt'm zien. dan worden wij. bij het
Vf.vr.omen van veel klinkklank van
woorden, onwillekeurig aan Heine's
gedicht herinnerd en de vraag riist
In ons e.n welke werkelijke beteke
nis de Olvmo'ër Goethe nog voor de
verwende, verscheurde, oonervlakki
ge. veruiterlijkte en van angst rumoe
rende mens van onze tiid heeft. Of
is ziin naam alleen nog maar een ma
gise^e klank?
Albert Schweitzer, de grote Elzas
ser Christen-humanist, die de wereld
verbaasd door zijn offervaardig wer
ken voor de negers in donker Afrika,
waaraan hij een schitterende carrière
als theoloog, filosoof en musicus ten
offer bracht, heeft in 1928, toen hem
de Goetheprijs werd uitgereikt, een
rede gehouden, waarin hij vertelde
wat Goethe in zijn persoonlijk leven
Het kleine Israël werd een staat in
een korte oorlog, die eigenlijk nauwe
lijks de aandacht van de wereld trok.
En nog altijd is er weinig bekend
van wat zich in dit historische land
afspeelt. De strijd is nog niet ge
ëindigd. De joden, die zich alleen in
het land van hun pioniersbestaan
konden handhaven door naar de wa
pens te grijpen, hebben de hoop op
het bezit van de traditionele hoofd
stad nog niet opgegeven. De Arabie
ren, verbitterd door een verloren
oorlog, willen de stad tot elke prijs
in handen krijgen. En zo staan op
nieuw de partijen tegenover elkaar,
op alles voorbereid.
Onze correspondent Jos Greve. die
als vreemdeling en niet-Jood een on
afhankelijker kijk op het land en het
volk van Israël heeft dan degenen,
die hier reeds zijn ingeburgerd, be
gint zijn brieven met een impressie
van het pioniersbestaan der Joden
in de gevaren-zone.
Jeruzalem is een veel begeerde stad.
Koning Abdoellah van Transjordanië
officieel heet het tegenwoordig
„Hasjimietisch Koninkrijk van de Jor
daan" zou het gaarne tot hoofd
stad van een groot-Syrisch rijk on
der zijn heerschappij maken. De Jo
den, met duizenden historische ban
den aan de stad gebonden, hebben
er reeds bij voorbaat de regering
van hun nieuwe staat Israël heen ver
legd. En de Christelijke volken, in
dachtig aan vele heilige plaatsen, die
Jeuruzalem voor hen herbergt, zou
den de stad door middel van de Ver
enigde Naties het liefst onder interna
tionaal bestuur stellen.
Wie van deze partijen ten slotte
haar zin zal krijgen? Tot nu toe is
het in Palestina steeds zo geweest,
dat degeen, die de macht had. aan
het langste einde trok en niemand,
die dat beter weet dan de Israëlis.
Geen wonder dan ook, dat zij de tijd
die sinds het staken der vijandelijk
heden met de Arabieren verstreken
is, hebben gebruikt om hun greep
op Jeruzalem zo krachtig mogelijk te
maken.
Bijzonder gunstig is de Joodse po
sitie in Jeruzalem niet. Wel woont
er een aanzienlijk aantal Israëls,
maar de stad is met het eigenlijke Is
raël slechts verbonden door een nau
we corridor, die aan beide zijden
door Arabisch gebied wordt be
grensd!
Op het ogenblik liggen zestien Is
raëlische nederzettingen op strategi
sche hoogten langs deze weg door de
heuvelen van Judea. Jonge soldaten,
baardige orthodoxe Joden en vroege
re illegale strijders hebben op zich
genomen, zich in dit onherbergzame
rotsachtige gebied te vestigen en hun
lot is niet benijdenswaardig.
Zij zijn in de eerste plaats boeren,
die tussen de heuvels naar kleine
stukken bebouwbaar land zoeken.
Maar daarnaast hebben zij een strate
gische taak bet bewaken van de
autoweg en de spoorweg en de be
scherming en het herstel van de pijp
lijn. die de uitsluitend door Joden
bewoonde nieuwe stad van Jeruza
lem met haar enige waterbron ver
bint.
RIBBOETZ HAREAL WAAKT
De nederzetting, die het dichtst bij
de Arabische linies ligt. heet Rib-
boetz Herael. Zij bestaat uit twaalf
uit steen opgetrokken gebouwen, eni
ge plaatijzeren schuren en een aantal
tenten. Zij is gebouwd op de zuide
lijke helling van een heuvel, slechts
anderhalve kilometer van het Ara
bische Latroen verwijderd, dat er ten
noorden van ligt.
Harael werd een jaar geleden ge
sticht door idealistische jonge socia
listen. allen oorlogsveteranen" en le
den van de Mapai, op een na de
grootste partij van Israël. Het weg
gedeelte. dat zij moeten bewaken,
slechts een smalle strook in het hart
van het Arabische gebied. En het
mpet ten koste van alles beschermd
I wórden, als Israëls droom van Je-
m'n schipverloren zijn we!" Hij
rukte z*n pet van zijn hoofd en ging
er op trappen. „Waarom heeft die
Rivaldi niet meteen die zoutstaaf in
het water gemikt! De klont.... de
aardappel!"
De toestand was nu inderdaad zeer
zorgelijk geworden. Het voorschip
was onder water verdwenen en het
achterschip stak boven de oppervlak
te uit. Er was nog maar heel weinig
voor nodig om de „Kraak" over de
kop te doen slaan! Signor Rivaldi
stond in zijn hut met de zoutstaaf
in zijn hand, die hij zacht streelde,
terwijl de tranen in zijn ogen ston
den. „Nu moet ik toch van jou veraf
scheidnemen. mijn juweelpronkstuk
je!" zei hij met een dikke stem.
„Mijn arme hart breekt in stukscher
ven. Adios! Adios! Nee, ik kan nog
niet verafscheidnemenik kan
nietsole trista
ruzalem als nationale hoofdstad ver
wezenlijkt wil worden.
Het bruingrijze heuvelland, waar
op zij wonen, is bezaaid met stenen.
Het is eeuwenlang verwaarloosd. Jo
den noch Arabieren hebben vroeger
getracht, het in cultuur te brengen
Maar voor verdediging leent het zich
uitstekend, evenais de andere neder
zettingen in de corridor.
De nederzettingen zijn door een
netwerk van telefoonlijnen met el
kaar verbonden en liggen bovendien
slechts op zeer korte afstand van el
kaar verwijderd. Verreweg de meeste
kolonisten hebben een go?de militai
re opleiding gehad en zijn van vol
doende wapens voorzien om overval
len af te slaan. Onlangs viel een on
geregelde troep Arabieren twee ne
derzettingen aan. Ze verdwenen met
enigè paarden. Er zijn juist voldoen
de van deze aanvallen, zo zeggen de
kolonisten, om ons waakzaam te hou
den.
JONGE IDEALISTEN
De kolonisten in Hareal, onder wie
zich dertig vrouwen bevinden, zijn
tussen de 19 en 21 jaar oud. Zij voe
len zich onafscheidelijk met de cor
ridor verbonden en laten zich niet
ontmoedigen door het onvruchtbare
land. Toen zij begonnen, ontvingen
zij' van het Joodse Agentschap ma
terialen ter waarde van ongeveer
750.000 gulden, een flinke strook
land entwee koeien.
Zij leven en geloven in zuiver com
Winisme, anders dan de leden van
de Mapai, de grootste partij van het
land. die meer weg hebben van de
Nederlandse socialisten. Het geld, dat
zij verdienen, gaat in een gemeen
schappelijke kas; zij ontvangen allen
evenveel sigaretten, kleren en wat
geld voor kleine inkopen
Zij zweren bij de Sovjet-Unie en
bij Stalin. Maar zij noemen zich so
cialisten. f-fen communisten, volgens
hun zeggen, omdat zij ook Zionisten
zijn en dus aan de Joden, waar ook
jter. wereld, het recht toekennen, naar
Israël te emigreren iets wat de
officiële communisten niet doen.
Haraels politieke inzichten worden
niet door de overige kolonisten van
de corridor gedeeld. De regering
heeft de verdediging v. deze levens
lijn toevertrouwd aan de leden van
de partijen van links, het centrum
en rechts. Leden van de uiterst recht
se Heroeth hebben Kibboetz Ramat
Raziel gesticht, ultra-orthodoxe Jo
den Kibboetz Yesododt en Mapai-so-
cialisten Kibboetz Tzora.
Maar ondanks de politieke ver
schillen hebben de „Kibboetzniks",
zoals de kolonisten genoemd worden,
veel gemeen. Zij leven op de heu
vels en houden het oog op het noor
den en het zuiden gericht Zij gaan
dagelijks naar de dalen om nieuwe
gronden te ontginnen, de wegen te
Beheersing van het water
Het Amerikaanse tijdschrift Civil
Engineering bericht dat met de
bouw van de grootste stuwdam van de
wereld de Garrison Dam in de Mis-
souri rivier goede vorderingen wor
den gemaakt. Elke week worden
900.000 kubieke meter grond aan het
dijklichaam toegevoegd en vast aan
gestampt. Enorme electrische schijn
werpers die aan hoge verplaatsbare
stalen masten bevestigd zijn maken
het mogelijk dat de arbeiders inploe
gen dag en nacht aan de bouw wer
ken.
De Garrison Dam neemt een sleu
telpositie in in het veelomvattende
plan voor bestrijding van het over
stromingsgevaar, het verbeteren van
de bevaarbaarheid van de rivier en
het opwekken van electrische kracht
in het Missouribekken.
gexinsgebeuren
LANG F DIJK.
Geboren in 1949 mannen 121 -*■
vrouwen 111 totaal 232.
Overleden in 1949: Mannen 37
vrouwen 2S totaal 65.
Ingekomen personen in 1949: man
nen 119 vrouwen 152 totaal
271.
Vertrokken personen in 1949: man
nen 198 vrouwen 212 totaal 410
Meer vertrokken dan ingekomen:
mannen 79 vrouwen 60 totaal
139.
Bijzonderheden- vertrokken naar het
buitenland mannen 23 vrouwen
20 totaal 43
Hiervan vertrokken: 2 mannen en
5 vrouwen naar Indonesië: 8 mannen
en 4 vrouwen naar de Ver. Staten
van Amerika; 7 mannen en 9 vrou
wen naar Canada; 2 mannen cn 0
vrouwen naar Australië: 1 man en
0 vrouwen naar Zuid Afrika;. 1 man
en 1 vrouw naar Duitsland: 1 vrouw
naar Zwitserland 1 man naar Frank
rijk; 1 man naar Brits Afrika
herstellen, pijplijnen aan te legggen
en tonnen kenen te verwijderen.
Zij hebben veel hulp van de rege
ring en het Joodse Agentschap. De
band. die hen aan hun onvruchtbare
grond bindt, is de band tussen de
Joden van Jeruzalem en de Joden
van Israëlj. Veel van deze kolonis
ten zijn er diep van doordrongen dat
zij het belangrijkste deel van Pale
stina bewonen.
Voor de bouw fan het dijkli
chaam dat grotendeels van aarde ge
maakt zal worden is ongev. 52.020.000
m3 grond nodig, welke bijna
heel verkregen kunnen worden uit
de aarde die beschikbaar komt bij
de graafwerken voor de bouw van
het krachtstation, de waterinlaten.de
afvoerkanalen enz. Hoewel het dijk
lichaam grotendeels uit aarde zal be
staan zal voor de bouw toch een
hoeveelheid van 1.147.500 kubieke m.
beton nodig zijn bijna de helft
van de hoeveelheid die gebruikt is
voor de bouw van de 2t8 meter hoge
geheel van beton vervaardigde Hoo-
ver Dam in de Colo. aoo rivier.
Garrison Dam zal a-h* tunnels
van 9 meter doorsnede kr«;,-oa, vijf
om het water naai bet kra.MJ v.«t!cn
te l«.-.den en 3 om overtelt*? water
deer te laten Elk van *le» t.r.ueis
zal Let lenodigde water In-.ten voor
bet n beweging brengen valeer tur
bine-.t.-gaa" van '-.8000 pi Als in
1954 de t rr gereed is zit-1 .-jeze
a<-*cëstcii neer dan 400.000 lil-valt
.s urm en J-v«*en. Het stuwm*er bo-tcn
de dam za! hii na ëzu kilomefc-»' lang
!jn eer oppei vlakte hebben van
156» t"kante k.inmeter. T dijk-
l.-har* n deze dam zal 36CC meter
lang en Kt meter hoog rijn
VRIJDAG 17 FEBRUARI 1959
Hilversum I 301 m. 7.00 en 8.00
Nws, 9.00 Voor de vrouw, 9.35 School
radio. 10.00 Gr.pl., 11.00 Voor de zie
ken, 12.00 Lunchconcert, 13.00 Nieuws
13.20 Omroeporkest. 14.00 Negen heit
de klok, 1500 Schoolradio. 15.30 Pia
norecital, 16.00 Voor de zieken. 17.00
Voor de jeugd, 17.45 Promenade-or
kest, 18.30 Strijdkrachten, 19.00 en
30.00 Nws. 19.35 Brabants halfuur.
20.12 Klankenregen, 20.30 Klankbeeld
21.30 Symph. concert. 23.00 Nieuws.
Hilversum II 415 m. 7.00 en 8.00
Nws, 9.00 Strijkkwartet, 10.00 Morgen
wijding, 10.45 Zangrecital, 11.20 Gr.-
pl 12.00 Orgelspel. 13.00 Nws, 13.20
The Avrolians, 14.00 Voor de vrouw,
14.20 Zangduetten, 14.40 Ons volk in
zijn dichters, 15.00 Kamerorkest, 16.00
Filmprogramma, 16.30 Voor de jeugd.
17.20 Wij en de muziek, 18.00 Nieuws,
18.30 The Ramblers, 19.30 Causerie.
20.00 Nws., 20.15 Kamermuziek, 2030
Mensen aan het werk. 21.00 Opera
„Faust", 2140 Ducdalf. 22.15 Swing
and Sweet, 23.00 Nieuws.
Roman naar hei Engels door Ida Boyd
35.
Je weet niet wat je zegt, riep
hij. Die vrouw.... je wist, dat zij
ln het huis was, toen je mij er heen
zond en dat was een risico, dat wij
nemen moesten. Ze dacht, dat ik een
vriend van haar man was niet dat
ik een detective was. Dat verzon ze
maar tegenover de politie. Zij hielp
me; haalde samen met mij de papie
ren uit het bureau en hielp me ze te
verbranden. Ze heeft misschien de
elastieke banden, zonder dat ik het
merkte, verstopt. Maar denk eens,
als ik het gemerkt had, wat had ik
dan moeten doen? Met haar gaan
vechten? Haar bewusteloos slaan?
Als ik daar tijd voor had, voordat ze
de buren wakker gegild had? Ik heb
genoeg risico op me genomen zonder
datvoor anderen.
Wat moet ik dan doen, klaagde
ze.
Dat weet ik niet? Waarom
vraag je mij dat? Heb je dan hele
maal geen vrienden?
Hij vroeg het met bitter sarcasme.
Het gaat evenzeer om jou als
om mij, zei ze.
Dat weet ik en ik zal het niet
licht vergeten. En ik zal mijn her
sens nodig hebben voor mijn eigen
belangen, dat verzeker ik je. Zij zal
een beschrijving van mij geven aan
de politie zodra ze dat nodig vindt.
Dus, je was niet vermomd.
Vermomd? Obah. Zeg Wan
da, ik kan niet langer blijven. Ik
moet naar Linda.
Je vertelt het haar toch niet?
Natuurlijk niet. Als iemand het
haar vertelt, zal jij dat wel zijn en
niet ik. Om 's hemels wil. Wanda,
houdt je mond en sticht niet meer
onheil dan er al is.
En zeg haar ook niet, dat je
mij gezien of gesproken hebt, ver
volgde Wanda zonder op zijn woor
den te letten.
Arthur keerde zich zonder meer te
zeggen om en vervolgde zijn weg, on
bewust van het feit, dat Linda, die
te vroeg bij de parkingang geweest
was, hem tegemoet was gekomen en
hem en Wanda gezien had. Ze
snel omgekeerd en teruggegaan naar
de parkingang en wachtte daar nu op
Arthur, die spoedig verscheen.
Hij was in een van zijn stille buien
Hij sprak weinig, maar streelde
haar hand en nam haar arm. Over
Wanda zei hij geen woord. Ze wacht
te tevergeefs op een verklaring en
een steek van jaloezie en vrees ging
door haar hart.
Zal ik hem kunnen vasthouden
als zij het er op aan legt hem in
haar macht te krijgen? vroeg ze zich
ongelukkig af.
Het was een stil en onbevredigend
samenzijn die middag en toen ze
naar huis ging, had ze bijna geen
blijheid meer in haar hart.
Ze wil geld hebben, zei Wanda.
Ze deed nu geen moeite meer om
onverschilligheid voor te wenden.
Haar stem was even zenuwachtig,
haar gezicht even bleek als dat van
lady Betty.
Ze waren in voltallige vergadering
bijeen in lady Betty's boudoir. Alleen
Gloria, die nog altijd in haar dure
sanatorium zat, ontbrak.
Geld, herhaalde Betty Mould
wanhopig,
Hoeveel wel? vroeg Sara
Ik denk, dat ze bedoelt, zei Wan
da langzaam, zoveel als ze ons maar
af kan persen.
En dan. zei lady Mounthelton
met hartstochtelijk pessimisme, ver
raadt ze ons toch nog.
Ze rilden allen.
Wat heeft ze eigenlijk voor be
wijzen? Wat kan ze bewijzen?
vroeg Elly Swayne. Ellie had meer
kijk op de praktijk van het leven
dan de anderen. Dat kwam volgens
haar zelf omdat ze vroeger arm was
geweest en geleefd had onder men
sen die werken, handelen moesten,
om te leven.
Wat 2e voor bewijzen heeft weet
ik niet precies. Ze heeft mij een
elastieken band laten zien, maar ze
zegt dat ze nog papieren heeft, ter
wijl ik weet, dat de inbreker eigen
handig alle papieren vernietigd heeft
Laten we dus eens aannemen, dat ze
liegt over die papieren en dat ze al
leen de banden maar heeft Die kan
ze tonen als bewijs, dat wij met Ro
der gecorrespondeerd hebben.
En ze kan misschien mensen
vinden, die ons daar hebben zien in-
en uitgaan, zei lady Mounthbelton.
Er zijn altijd mensen, die je
zien; postboden, wandelaars, taxi
chauffeurs. bedienden; iemand die
gauw een brief wilde posten en te
gen je aanliep op het trottoir.
of..., een politic-agent. Zulk soort
mensen hebben ogen als roofvogels
en geheugens als stofzuigers.
Nou, maar zouden wij dan niet
met zijn advocaat kunnen spreken?
Ik denk, dat hij liever weer op vrije
voeten komt, dan nog een aanklacht
wegens chantage tegen hem en zijn
vrouw er bij te krijgen.
Ellie Swayne was ten minste
iemand met hersens.
Wie is zijn advocaat? vroeg lady
Mountbelton.
Eerst waren het West Lewis en
Ridgewhy, zei lady Betty op hatelij
ke toon. en zij zouden Fred Bulling
ham als verdediger hebben genomen.
Deze belangrijke mededeling die
Wanda zo graag verborgen had ge
houden. wekte niet weinig sensatie.
Betty Mould had een afschuwelijke
speurtalent, dat op de duur overal
achter kwam.
Wat zeg je nu? Ellie Swayne
staarde met grote ogen naar Wanda
Lieve hemel, dan heeft het voor
jou maar een haar gescheeld. Het
moet voor jou erger geweest zijn
dan voor eens van ons.
Wanda knikte.
Goed, maar West Lewis heeft
zich terug getrokken. En wie heeft
Roder nu genomen?
Dat kan ik wel te weten komen
Door je*... helper? vroeg Sara
Delton.
Betty Mould was er nog niet ach
ter kunnen komen, wie Wanda's
preut chevalier geweest was. die
breker was geworden om haar te
j helpen. Het was een onderwerp, dat
met voorzichtigheid moest worden
benaderd, want Wanda had duidelijk
laten blijken, dat ze er niet over
wilde spreken.
Als antwoord op Sara's vraag knik
ïe Wanda slechts.
Zorg dan, dat je het te weten
kond. Wij moeten contact met de
man krijgen. Wij moeten hem laten
begrijpen, dat wij alles willen doen
wat wij kunnen
- Hij zal in de eerste plaats geld
«villen hebben voor Rodcr's verded'
giftg
En dat vreselijke mens, die wil
ook geld hebben.
- Waar moet dal vandaan kom..'"
Ik heb geen cent meer en Herb3;*t
geeft mij ook niets meerniets.
71: heb ook geen penny meer.
En dar. is er nog iets anders,
zei Anna Stiet, dia maar weinig deel
genen-en had aan het gesprek en
zeer somber za* te* kijken. Misschim
is c'.at wel het eigstc van alels.
Allen keken baar aan met bange
gezichten.
Ik ben vanmorgen bij Gloria ge
\re«-t vervolgde Anna Stret. en z*
hebt en mij d*>r gezegd, dat hai*
broer haar heeft bezocht. Na dat b»
zoek heeft ze met anders gedum
dan stil liggen steunen en niemand
heeft een voord uit haar kunnen
krijgen. Denken jullie, dat zij be*
hem verteld heeft? Misschien heeft
hij haar er op een of andere manier
toe gedwongen.
(Wordt vervolgd.)