KITllERKOERIE
ONS RAADSELHOEKJE
Gratis adverteren
Qn» vervolgverbatl
De zeven Kabouters
van Sneeuwwitje
PLOTSELING WAS DE LENTE
gekomen. De sneeuw smolt
.snel weg. Zo snel zelfs, dat het iï
het bos een vreselijke natte boel
werd. Toen de kabouters wakker
werden, was er geen sneeuw meer
voor de ramen. Wel was alle sneeuw
nog niet verdwenen, maar het had
vreselijk hard gedooid en er stroom
den beekjes door het bos, waar an
ders geen water te bekennen viel.
Bruin lag nog een beetje voor de
haard te soezen, maar de kabouters
keken naar buiten.
„Het is een klein riviertje.," mom
pelde Knorrepot. „En kijk eens ver
der. Daar lijkt het wel een meer. Er
Is overstroming."
Het was inderdaad zo. Grote op
pervlakten stonden onder water. Ge
lukkig. dat de hut nog al hoog stond.
„Kijk daar eens," riep Zonderbaar.
..Daar komt een bootje aandrijven."
Hij had gelijk. Op de waterstroom
die een honderd meter voor dë hut
voorbij bruiste, hippelde een aardig
bootje. Dan botste het tegen een
boom aan, dan bleef het haken aan
wat struikgewas en dan dobberde het
weer verder.
„Laten we er heen gaan," juichte
Hummeltje. In een wip hadden ze
hun laarzen aan en waadden door de
natte vuile sneeuw, die nog voor de
hut lag. Pat was niet prettig, maar
toen ze ieta lager kwamen werd het
nog veel erger. En toen ze op de
plaats kwamen waar het bootje dreef
liep het water bijna over hun laarzen
heen. Ze konden er niet bij komen.
„Wel alle haaien op een stopnaald,"'
bromde Krombeen. „Daar zou je nu
toch zeker woedend om worden. Wat
een pracht van een boot. Die laat ik
me zo maar niet ontsnappen."
Krombeen wilde al in het ijskoude
wafer stappen en naar de boot zwem
men, toen Wijsneus hem terug hield.
„Ik weet veel beter, eigenwijze pie
rewaaier van een krombenige kabou
ter." riep hij. „Haal je nu geen ziekte
op de hals. Dan hebben we daar nog
alle narigheid van.
Laat Langbeen daar ginds in het
struikgewas gaan zitten. Als hij dan
zijn baard laat hangen, loopt de boot
er misschien wel in vast."
Krombeen wilde eerst heftig te
keer gaan tegen Wijsneus, maar toen
hij het listige plan hoorde, was hij
er (lol van. Langhaard echter niet
Maar hij dorst niet te bekennen, dat
hij er weinig zin in had. Vooral niet
toen zijn speciale vriend Welgemoed
herp op de schouders klopte en ver
zekerde, dat hij hen daarmee een
grote dienst zou bewijzen. Want een
boot, dat was iets heerlijks en daar
hadden ze het gebrek aan.
Toen waadden ze naar het struik
gewas en met veel moeite gelukte
hethen Langhaard in een zware
struik te helpen, die net boven de
stroom hing. Langzaan» kwam het
bootje nader. Langhaard had een lus
in zijn lange baard gelegd en daar
mee viste hij naar de boot. Het zweet
stond hem op het gezicht. Nader en
nader kwam de boot. Pe kabouters
stonden er met spanning naar te kij
ken. Ja; waarachtig, de punt van de
boot liep vast in de boot van Lang
haard. En de arme Langhaard kreeg
toert zo'n schok van de voortdrijven
de boot, dat hij zich niet kon houden
en uit de struik in de boot viel. Hij
jammerde of hij armen en benen ge
broken had. Maar dat viel nog al
mee. Alleen een paar schrammen. En
nadat hij met veel moeite zijn baard
had losgemaakt, keek hij eens om
zich heen.
Hij dreef raiddeu in de stroom en
in het water op de kant ploeterden
de kabouters.
Fluks greep hij een roeispaan en
stuurde naar de kant toe. Zijn zes
vrienden stonden te juichen toen hij
aankwam. Fluks klauterde ze in de
boot. Bijna was Knorrepot overboord
gevallen, maar hij wist zich nog net
te houden.
Het werd een aardig tochtje. Na
een kwartiertje raakten ze tussen de
bomen van daan.
Geweldig wat een overstroming
was dat. Ze kwamen nu op de echte
rivier en eindelijk op een meertje.
Toen waren ze zo verstandig om te
stopen. Wie weet waren ze ander
naar de zee afgedreven. Zo wgest
was. de stroom. Ze bonden de boot
aan dé oever vast. Het bos lag hier
bijna droog.
„Hoe komen we weer terug?" vroeg
Knorrepot toen eensklaps bezorgd.
Ze jiadden zich maar met de stroom
mee laten drijven, maar hoe moesten
se., tj/eër terug komen.
Niemand wist daar een oplossing
voor enzo 'moesten de domme kabou
torsteen hele nacht in een boot door
brengen in het overstroomde bos, ter
wijl ze jn de verte de wolven hoor
den huilen.
o «w
Trinj Nobel, Nieuwe Niedorp:
Neen, Trlni, dat moet een vergis
sing van je zijn. Ik kan nooit ge
schreven hebben, dat ik op 18 Febr.
jarig was. Misschien was er twee
jaar geleden een andere Oom Rob.
Met de woorden heb je je te druk
gemaakt. Het mochten maar woorden
zijn van vier letters.
Maart je. Jan en Alie Koor,
Schagerbrug:
Hartelijk welkom alle drie. Jullie
bent bij allemaal moet Je maar reke
nen. Feliciteer Ali nog van Oom Rob!
Jaap Blom, Bohagerbrug:
Welkom, Jaap. Wanneer hoor ik
eens wat je in Schagerbrug beleeft.
Marchlen Koopc, Wieringerwerf:
Welkom, Marchien. Wie waren je
VAN DIT EN VAN DAT..
Oom Rob antwoordi
Fokje van der Veer, Winkel:
Je hebt het goed gedaan, Fokje. Ga
je naar Winkel of Lutjewinkel school?
Ankle Tamsma, Wieringerwerf:
Beste Ankie. Wat heb Jullie oen
prettige dag gehad toen meester ja
rig was. Ik ben wel eens in Wierin
gerwerf geweest. Jullie moet bij jul
lie huls wilgen- en elzenboompjes
planten!
J. A. Kooy, 't Zand.
Wat een ongezelligerd ben jij, Jaap
Of heet je Jan of Joris?
Frits van der Hoven, Alkmaar:
Ja, ik ben geen goochelaar, Frita.
Als je alleen F. schrijft moet ik ra
den. Maar ik ben blij dat ik het nu
weet.
tsaemsTCissxn
Jan C. Albers, Kolhorn;
Beste Jan. Bedankt voor de brief
en de postzegels. Ik vond het ontzet
tend leuk. Bedank ook de klant. Je
bent de enigste oudere niet hoor. Re
gel matig krijg ik brieven van oude
ren en ik stel 7.e zeer op prijs.
vriendinnetjes? Ankie Tamsma? of
Jannie van der Velde soms? Ja je
was net even te laat, vorige week.
Jan Mulder, Wieringen:
Heb je vorige week „De club van
Oom Rob" gelezen, Jan? Hpud je er
dan aan, hoor!
Jan Kaveit, behagen:
Houd maar vol, hoor. Jan. Neen,
elke keer een prijs winnen dat gaat
niet. Je hebt nu al weer flink je best
gedaan.
Joep Koopman, Terdiek:
Ik heb nog geen postzegels voor je.
Joop. Misschien later. Heb je niets
met andere kinderen te ruilen?
Tine Darten. Burgerbrug;
Je hebt zeker je best gedaan, Tine.
Maar het waren er nog niet genoeg.
Kellie Braak, Middenmeer:
Je wist niet wat je me moest schrij
ven Nel en het werd tpch zo'n ge
zellige brief. Gelukkig, dat het met
opa goed gaat, hè! En groet je broers
en zusjes van me.
Jan en Geri Buter, Anna Paulowna:
Fijn dat jullie blij bent. Maar jul
lie moet een beetje netter schrijven,
hoor. Had jullie zo'n haast?
Marga Wit. Lutjewinkel:
Ik ben nieuwsgierig of je woord
houdt, Marga Het is wel gezellig!
Klazien Boonstra, Nieuwe Niedorp:
Welkom in de club, Klazien. En
bedankt voor de postzegels
Jannie den Das, Petten:
Dat was nou eens een fijne brief,
Jannie. Dus de meester was woedend!
Jammer, want dan ben je nog maar
halfweg. Prettig dat jullie gaat hand
ballen. Wat een ongeluk met die mo
torfiets.
Loes den Uyl, Petten:
Nog zo'n fijne brief uit Petten. Wat
een heerlijke wandeling heb je ge
maakt, Loes. Fijn aan het strand en
in de duinen, hè? Broeden er bij jul
lie nog vogels?
Vlinder, Oude Niedorp:
Ondeugd dat je me daar bent.
Vond je het verhaal van Oom Rob
mooi? Maar ik vind dat je wel wat
netter kunt schreven. Je lijkt je va
der wel.
Kverdina de Waard,
St. ÏVlaartensvlotbrug
Bedankt voor de postzegels. Ever
dien. Wie wil een correspondentie
van' haar worden? Groet Marianna
van me. Of kan ze zelf al lezen?
Kees Geel, behagen:
Lees jij ook eens wat ik aan de
zusjes Llngeman schreef. Kees. 't
Spaart je geld uit. Nog gefeliciteerd
hoor, al is 't laat. Maar dan moet je
eerder geschreven hebben.
Dlnie en Elie Lingeman, Scbagen:
Jullie zijn toch zeker zusjes, hè?
Nou dan hoef jullie toch geen twee
enveloppen te gebruiken en geen
twee keer postzegels. Weet je wat jul
lie in het vervolg doet? B^eng de
brieven met het adres er op. bij
Sprekend Papier. Landbouwstraat.
Dat had jullie 24 cent bespaard. Want
jullie hdd nog te veel porto ook ge
plakt.
Cor Kooy. Anna Paulowna:
Een heerlijk gezellige brief, Cor.
Wat heb jij een prachtige boerderij,
jo! Konijnen en kuikens binnenkort!
En dan bevers! Ik zou er haast ja
loers op worden. Bedankt voor het
raadsel.
Vier Percival-vliegtuigen vaa de RAF
op een proefvlucht
Toany Sohouweuaar, Anna Paulowna
Dat was een pracht tentoonstelling
in Breezand. hè? Schrijf ma maar
hoe je rapport is.
Marjan Stompedissel, Middenmeer:
Welkom, Marjan in de club. En
Jannake ook. Schaatsenrijden ben lk
doel op. Jo broertje heeft een pracht
itelna van Zandwijk, Wieringerwaard
Bedankt voor de postzegels, Relna.
En ook voor het gedichtje, dat Lk
wel eens kan gebruiken.
Onbekende uit Scha gen:
Dank voor de postzegels
Klaas vim der Melen, 't Zand:.
Hartelijk welkom, Klaas. Een reuze
fijne brief was het. Leuk hè, een'tilt
voering van de gym. Wat zal Jullie
gezellig kamperen deze zomer
Alie Kaptein, Schagen:
Welkom in de club, Alie. Je inkt
is prachtig. Ben je pas jarig geweekt?
Dan nog maar gefeliciteerd!
Michaël Burm, Anna Paulowna:
Eindelijk weer eens wat van jouw,
Michaël. Ik dacht wel dat er iets aan
de hand was. Een aardig verhaal heb
je me gestuurd. Heb jij een eigen
drukkerij?
Greta, Anna Paulowna:
Meer dan Greta stond er niet. Ook
niet de woonplaats. Dat moet je toch
niet vergeten, Greta, die naar een
nichtje in Kolhorn is geweest? Be
dankt voor de postzegels!
RUk en Truus Heemsbergen,
Nieuwe Medorp:
Wat heb jullie me aardige gedicht
jes gestuurd. Maar de raadsels waren
fout, hoor!
Marie Kult. Schagerbrug:
Welkom. Mary. Wat een prachtig
papier heb jij. Mary en wat heb je
er een leuke brief van gemaakt. Ik
ben nieuwsgierig of jè nog wat wint
op de tentoonstelling.
Hannie van Strien. Middenmeer:
Welkom in de club, Hannie. Wat je
moet doen? Dat kon je vorige week
lezen in het stukje: De club van Oom
Rob. Kijk het nog maar eens na.
Janny den Das, Petten:
Neem maar geen schuilnaam, Jan
ny. Je moet het natuurlijk zelf we
ten, maar ik raak er soms mee in de
knoop. Wat zal dat deze zomer gezel
lig worden met kamperen.
Ali MeeU. IMddenmeer::
Hartelijk welkom, Ali. Heb jullie
veel succes gehad met Sneeuwwitje?
Prettig dat je onze verhalen zo leuk
vindt.
Loes den Uyl, Petten:
Daar staan Janny en Loes twee
maal in een rubriek. Heerlijk, dat
jullie die jongens zo geplaagd hebt
met voetballen. Zo Iets vind ik prach
tig.
Nan Tysen, Dirkshorn:
Gelukgewenst met je overgang,
Nan. Ik heb er trouwens niet aan ge
twijfeid. Met voetballen ben jullie
niet gelukkig. Maar dat mag de pret
niet drukken.
Greetje en Tineke Joon, Schagen:
Je mag elke week meedoen, hoor.
Des te meer er meedoen, des te pret
tiger is het. De prijs heb jullie wel
ontvangen, hè?
Jannie van der Velde, Wieringerwerf
Wat een leuk raadsel, Jannie. Ik
kon er eerst niet uitkomen. Wat een
domme Oom Rob, hè?
Tinie van der Gullk, N. Niedorp:
Dat was een fijn briefje, Tinie. Ik
heb er werkelijk van genoten. Alle
maal de groeten terug. Wanneer
jarig ben? Dat durf ik niet te zeg
gen,
Geeske Boomstna, N. Niedorp:
Natuurlijk mag je meedoen, Gees
ke. Lezen is een fijn wérk, hè?
Cwie Bruin, Anna Paulowna:
Hartelijk welkom, Corrie, tn be
dankt voor de postzegels.
Klaverblad Benlt, Winkel:
Opnieuw hartelijk bedankt.
Etsten Stnger .Bnregrbrug:
Bedankt voor de postzegels, Eisten.
Flink, dat vader &L zo helpt. Wat
is dat toch met die spaarzegei» van
Meester Bol?
Maartje Peper, N. Ztlperweg S* t.
Wieringerwaard.
vraagt een correspendentievrieadln
netje. Twaalf a dertien jaar. iWe
schrijft?
Hemelwolkjri
Daar is dan je schuilnaam weer
eens in de krant. Wat een ontzettend
prettige brief heb je me gestuurd.
Bedankt voor de postzegels. School
meester ben ik nooit geweest. Geluk
kig niet.
Rein Ruiter, Winkel.
Welkom. Rein. Schrijf me maar
gauw, hoe je rapport is. Je postzegels
zijn welkom.
Ada Doorn, Oude Niedorp:
Natuurlijk mag jij meedoen. Ada. Ik
hoop, dat je meerdere keren zult
schrijven. Je schrijft wel bijna 't
beste van mijn vrienden.
Liesbeth de Vries, N. Niedorp:
Welkom, Liesbeth. Je vriendinne
tje heeft ook geschreven. De volgen
de keer dat je me schrijft, zal lk je
schuilnaam gebrv^en, hoor. Groet je
broers en zusjes van me.
De rest moet Wijven wachten tot
volgende week.
Dag allemaal,
OOM ROB
Oplossingen en
prijswinnaars
Hier volgen eerst de oplossingen
van de vorige keer. Dat is dus van
de Kinderkoerier van Zaterdag H
Maart:
Paard
prAten
b Alsem
aSter
peï
Eten
Noot
grooT
rOken
vOs
kaN
Ster
kaT
bEl
kaLf
Leer
kies
oNs
Gans
En als je nu van boven naar bene
den leest, te beginnen met P. dan
krijg je het woord
PAASTENTOONSTELLÏNG.
Zorg maar dat jullie er aanstaande
Woensdag bij bent. Want dan is het
weer zo ver.
De hoofdsteden van de provincies
zijn: Groningen, Leeuwarden, Assen,
Zwolle, Arnhem, Maastricht, 's Her-
togenbos, Middelburg, Den Haag,
Utivcht, Haarlem.
En de hoofdstad van Nederland is
Amsterdam.
De meeste goede woorden van 4
letters had:
Mleke van Etten, Anna Paulowna.
De overige prijzen werden gewonnen
Djoke Beetsma, Wieringerwerf;
Liesbeth de Vries. Nieuwe Niedorp;
Fokje van- der Veer. WlnkeL
Mieke van EUen, Lotweg 32, Anna
Paulowna;
Djoke Beetsma, Wieringerwerf;
Liesbeth de VrieB, 't Hoefje, Nieuwe
Niedorp;
Fokje van der Veer, Winkel.
Da prijzen worden in de loop van
de "week toegezonden.
Inzenden lot Woensdag
Denk Jullie er om, dat Je de op
losingen van vorige week, dat is dus
van 18 Maart, nog kunt inzenden tot
aanstaande Woensdag. Inzendingen
die later in mijn bezit komen, zijn
ook welkom, maar die dingen niet
mee naar de prijzen. Het adres weet
jullie natuurlijk: OOM ROB,
postbus 3, Schagen.
Een nieuwe opgaaf
Ik heb gemerkt, dat er heel veel
van jullie houden van een soort kruis
woordraadsel. Daar komt er dan weer
een. Als het jullie te moeilijk is. dan
vraag je maar hulp.
1. x x x K x x
2. x x x I x x
T. x x x E x x
4. X X X V X Jt
5. x x x I x x
8. x x x E x x
7. x x x T x x
8. x x x S x x
9. x x x x x
10. xxx I x x
Zo als jullie wel ziet zijn op de
vierde rij de letters al Ingevuld. Dat
zijn dus de goede letters en als Je
die van boven naar beneden lee3t,
krijg Je het woord KIEVIETSEI.
Maar welke woorden moet je nu in
vullen? Dat zal lk jullie vertellen.
1. Iets, dat bij de thee gepresenteerd
wordt.
i. De eerste lettergreep van de naam
van een van onze Waddeneilanden.
3. Knaagdieren, die prachtig bont le
veren en die men tegenwoordig
ook in Holland houdt.
4. Een ander woord voor snijden.
Men doet het o.a. de tabak.
5. In zeven dagenGod hemel
en aarde.
8. Vindt je aan het strand.
7. Het geluid dat een schaap of een
geit voortbrengt.
8. Ajax speelt in de klasse.
9. Iets dat een me? behoort te zijn.
10. De stam van het werkwoord
schieten.
Inzenden voor Woensdag 4 April
aan Oom Rob, postbus 3, Schagen.
Iets gemakkelijker
Voor mijn clubleden die het eerste
raadsel te moeilijk vonden, laat ik
hier een ander volgen:
Met b ben ik iets waar je in kunt
klimmen. Tenminste als je niet te
stijf bent. Met r iets. dat tussen een
taartje zit. Eet er echter maar niet
te veel van, anders wordt je te dik
om in het eerste te klimmen.
Verander je nu de r in st. dan krijg
je iets, dat uit de ketel ontsnapt als
ze op het vuur staat Welke drie
v/oorden bedoel ik nu?
Inzendingen 'voor 4 April aan
Oom Rob, posbus 3. Schagen
Het spreekt wel van zelf, dat ik
mijn clubvrienden graag wil helpen
met alle mogelijke dingen. En daar
om heb ik in overleg met de directie
van onze krant een nieuwe rubriek
-oor jullie ingesteld. Ais jullie iets
hebt aan te bieden of te ruilen, als
je een vriendin of een vriend wilt
hebben om mee te corresponderen,
als jullie met de vacantie een vriend
wilt hebben of met vacantie naar een
vriendin wiltgaan, dan kan jullie
daarvoor gratis een advertentie plaat
sen in de Kinderkoerier. Er zal daar
om iedere week een formulier wor
den afgedrukt; waarop je kunt in
vullen wat jë -hebt, of wat je wenst.
Dat formulier ziet er zo uit:
GRAT.'S ADVERTEREN
Naam:
adres: r
heeft
vraagt
Ais jullie iets wilt adverteren, van
dit formulier gebruik maken, anders
neemt Oom Rob er geen notitie van.
Inzenden aan
Oom Rob. postbus 3. Schagen
Toen Oom ?ot> een
iochie was
Het is nu weer de tijd
dat de kievietseieren er zijn.
En dan gaan we natuurlijk kieviets
eieren zoeken. Dat doen jullie tegen
woordig en dat deed Oom Rob toen
hij nog jong was. En als jullie me
eens een brief schrijft, moet je me
eens vertellen of jullie wel eieren
vindt. Nu eerst nog iets. Ik kreeg
laatst een brief van een vriendinne-
Een kijkje in het Bacteriologisch La
boratorium in Bergen op Zoom, wal.*
de uit Zeeland te verzenden oesters
en mosselen op zuiverheid worden on
derzocht.
tjë, dia me schroef, dat zo iets toch
niets voor een meisje was. En nu
aou ik toch wel eens willen vragen,
waarom niet.
In mijn tijd waren de meisjes hel#
maal niet bang om in <fe wei te ren.
nen en over slootjes te springen. Z#
konden er wat mee. Dat heb ik jullt#
al eens verteld met dat steltlopen.
We konden er als jongens soms nlefc
eens tegen op. En tegenwoordig ia
dat ongetwijfeld nog zo. En dat bracht
me meteen op een idee voor het
nieuwe verhaal van Oom Rob. Want
ik ben daar nu wel mee begonnen,
maar het is me wat om Jullie steeds
maar tevreden te stellen. Ik denk ec
ten minste sterk over om er maae
mee op te houden. Of jullie moet ze
erg aardig vinden. Dat hoor ik dan
wel eens van Jullie.
Het was dus in de eizoekerstljd.
Mijn vrienden Jaap en Piet hadden
geen vrije Zaterdagmiddag. Ze moes-
ten thuis helpen. Dat speet me ge
ducht, want ik had juist het plan om
met zijn drieën te eizoeken te gaan.
Alleen hield ik daar plet zo van. Dan,
moet je soms zo vreselijk lopen. Met
zijn drieën is veel prettiger. Zo liep
ik een beetje door het dorp te sletv
teren, toen ik Trien en Jannie tegen
kwam. En die hadden een polsstok
bij zich.
„Ga jullie te eizoeken?" vroeg ik
een beetje overbodig. Wat zouden ze
anders met een stok moeten doen.
„Kan ik soms mee?" Het was er uit
voor ik er over nadacht. Want in
mijn hart voelde ik me haast te
groots om met meisjes het land in te
gaan "achter de kievieten aan.
Ze vonden het best. En ik stelde
me voor, dat ik die meisjes even de
loef zou afsteken. Maar o wee, wat
kwam dat slecht af. Want de meisjes
die nog maar een jaar op het dorp
woonden, kwamen uit Friesland en
wisten van ei-zoeken en slootje spriu
gen veel meer als ik.
Een 3loot waar ik nog even over
nadacht, was voor hen niets. En dat
was nog niet het ergste. Ze hadden
verstand van eieren zoeken. En dat
had Oom Rob niet. Toen niet en nu
nog n!et. Al heeft men wel eens ge
tracht het mij aan het verstand te
brengen. Ik heb wel eens eieren ge
vonden, maar dan was het zuiver ge
luk. Maar deze wichten kondro het.
En ze lieten mij de eerste tijd ge
woon in de waan, dat er geen eieren
waren. Dat na een uur begon ik te
mopperen dat het nog te vroeg was
■om eieren te zoeken. Toen moest
jullie het meegemaakt hebben. „Op
die akker is een nest", zeiden ze en
als ik dan al zocht bij mijn best en
ze niet vond, dan kwamen ze aan lo
pen en stapten recht op het nest af.
Ik natuurlijk bar nijdig.
Maar een ding hadden Jannie eu
Trien vergeten. Ze hadden niets op
het hoofej. En dat is heel dom. Want
waar moet je de eieren nu bewaren
als je ze vindt In je zak gaat na
tuurlijk niet en in je hand kan je ec
maai- een paar houden, die je moet
neerleggen als je over een sloot mo.-.
springen.
Laten we nu toch die middag tien
kievietseieren vinden. En ik zelf had
ook nog het geluk er een van te heli
ben gevonden. Ik had ze toen we nog
in de wei waren, in mijn zakdoek ge
dragen, maar nu we hulstoe gingen
en over sloten moesten springen,
moest er een andere plaats voor wor
den gevonden. En weet jullie wat de
plaats voor eieren is?
Juist, natuurlijk, de pet. Nietwaar,
als jullie eieren vindt dan gaan ze
toch ook onder de pet. Hoewel, nu
jullie zo wat allemaal zonder pet
loopt, wordt dat ook nog een lastig
vraagstuk. Wat doen jullie er nu mee?
Maar het kwam zo af. dat ik tlea
kievietseieren onder mijn pet had.
Het was een grote pet Een uitste
kende pet, al zeg ik het zelf. Maar
tien eieren is erg veel. Het was dan
ook een grappig gezicht en Jannie
en Trien hadden verdacht veel lol.
Dat vertelden ze elkaar in het Fries,
zodat ik het niet verstond, maar wel
begreep. Mijn humeur werd slecht.
Ik moest heel voorzichtig lopen en
nog voorzichtiger springen. EindeHi-c
stonden we voor de laatste sloot. Dat
was net de breedste ook. Ti nam een
aanloop en op het moment dat ik
over de sloot zeilde, zeilde de pet
van mijn hoofd. Wat een ramp. Van
de tien eieren hebben we er slechts
vier kunnen redden. En mijn pet was
helemaal bedorven. En die Friese
wichten hebben de hele middag niet
**rs gedaan dan lachen.
En nu maar weer, tot de volgend#
keer. OOM ROB