IRENE KELLER'S leltocli onderwijzer slachtoffer der tijdsornsM'gheden? Diefstal en verduistering bij Krom. Zware Amsterdammer voor de 20e maal berecht! Directrice annexeerde zelf dé goederen! Politierechter. Arr.-Rechtbank. Juffrouw G. J. C. M. hield ei destijds een eigenaardige opvatting op na: zij was directrice bij de wasschérij van Krom te Alkmaar en werd speciaal belast om toe te zien, dat de goederen, welke de klanten naar de wasschérij ge stuurd hadden, ook weer ter be stemder plaatse terug kwamen. En nu was het zeer fnerkwaar- dig, dat juist in de periode, dat deze juf de controle voerde, de meeste diefstalletjes werden ge pleegd. Zèodat de conclusie al licht getrokken kon worden, dat deze dame haar taak niet nauw keurig opvatte Maar het bleek heel anders te zijn. Want een andere juffrouw meldde op een gegeven oogenblik aan haar chefs, dat de directrice zelf de goe deren liet verdwijnen. Zoo schreef ze brieven, die ta verzenden pakjes moesten begeleiden, maar die pkkjes werden nooit verzonden. Andere pakjes, al weer vergezeld van een schrijven, kwamen nooit ter plaatse, waar Xe behoorden en het eind van 't liedje was, dat er eens een onderzoek werd ingesteld in de woning van de directrice. En daar vond men een aardige collectie blouses, lakens, handdoeken, overhemden, kleedjes,,, ondergoed, enz., alles afkomstig uit de wasschérij en toebehoorende aan de klanten! De juffrouw gaf verre weg het grootste gedeelte van het haar ten laste gelegde toe, maar kon voor deze diefstallen geen enkele verklaring geven. Waarop mr. Krab be haar nog even herinnerde aan an dere gebeurtenissen, waarvoor ze thang overigens niet terécht stond. Mr. de Brueys Tack vond deze diefstallen en verduisteringen bizon- der erg, vooral, omdat verdachte juist was aangesteld, om toezicht te houden op het personeel, om zoo doende diefstallen te voorkomen. Vandaar dat zijn eisch zeer zwaar was: drie maanden gevangenisstraf Mr. de Groot bepleitte clementie en vroeg, mede omdat verdachte geen enkele aannemelijke reden kan opgeven voor het plegen van deze serie diefstallen, een geldboete. En ziet, mr. Krabbe zwichtte voor de argumenten; althans hij veroordeel de haar tot 100 gulden boete of" 20 dagen! Maar de Officier behield zich het recht voor, om in hoóger beroep te gaan EEN MAAND 'VOOjR EEN VUISTSLAG. Cafpbediende, stalknecht en han delaar in zwarte artikelen, missfthien ook^nog slachter op ongeregelde tij den/ ziedaar in het kort de beroepen van J. den H. te Alkmaar. De jongeman had indertijd een koe gekocht en een controleur wilde daarom zijn veeboekje wel eens zien. Maar meneer had geen vee boekje en toen de controleur er op aandrong om eens even een onder zoek in te stellen, werd het jong- mensch kwaad en ging te keer. Zoo dat de controleur meende verstan dig te doen, om maar heen te gaan. Maar juist zou hij op zijn fiets stap pen, toen den H. op Hem af vloog en hem op een vuistslag tracteerde. Procesverbaal volgde en vandaag dan stond den H. terecht voor den Alkmaarschen politierechter. Hij be kende, kreeg toen een flink en on gezouten standje van den Officier te hooren en schrok er van, toen mr. de Brueys Tack drie maanden eiscnte. Om even later weer wat op te knap pen, toen mr. Krabbe er 1 maand van maakte. MR. KRABBE IS NIET ALTIJD MILD Trijntje W. uit Schagpn was maar niet gekomen; blijkbaar meent ze, dat ze haar vonnis even goed uit de krant kan lezen. Waar ze volkomen gelijk aan heeft, alleen, nu komt het haar wat duur te staan. Zij werd dan beschuldigd, dat ze tot twee keer toe haar vroegere werkgeefster bestolen heeft: eerst gapte ze uit de tasch van deze werkgeefster een bil jet van 100 gulden en later vond ze op dezelfde wijze twee briefjes van 100 gulden! De Officier meende, dat 2. maan den gevangenisstraf wel voldoende zouden zijn, maar mr. Krabbe dacht er anders over, herinnerde er nog even aan, dat verdachte een deel van het geld besteed had om sigaretten te koopen en dat zij bekend stond als een juffrouw, die meer dan eens kleine bedrage^ gestolen had. DAMRUBRIEK. Oplossing 1770 vorige rubriek. Stand. Zw. 9 sch. op: 8, 18, 24, 25, 27, 30, 32, 37 38- W. 9,. sch. op: 34, 39, 41. 43, 45, 47, 48, 49, 50. - Opl. 1. 4540 (zw. 37x46), 2. 49—44 (zw. 38X49), 3. 48—43 (zw. 49 x38), 4. 47—41 (46 X37), 5. 34—29 (zw. 24X33) 6. 39X28 (zw. 32x23), 7. 40—34 (zw. 30x39), 8. 44X2. Drie maanden! luidde het vonnis, dat ze nu in de kcant kan lezen! OMKOOPING VAN AMBTENAREN? De agent van politie Heydenrijk en een controleur der prijsbeheer- sehing, Wulfrank, brachten van den zomer een bezoek aan den winkel van J. V.-te Heiloo. Ze controleerden alle voorraden gn vonden, dat V. zich schuldig gemaakt had aan prijs opdrijving van gort 'en boonen. Zoo dat een procesverbaal zou moeten volgen. Maar toen ze in het schuurtje van V. ook nog ongestempelde eieren zagen en dus nog een overtreding ontdekten, toen Ja- toen deed verdachte V. iets, wat hij nooit mocht doen: hjj bood de beide hee- ren elk tien eieren aan! Dat leek op omkooping, want niet waar dat procesverbaal, dat nog opgemaakt moest worden V. gaf de feiten niet heelemaal toe: hij zou niet gezinspeeld hebben op het procesverbaal. Getuige Hey denrijk echter bracht een en ander in nauw verband met elkaar, 'ge tuige Wulfrank deed dat weliswaar niet, maar toch was hij er niet zeker van, dat verdachte dien opzet niet gehad had. Zoodat de Officier het bewijs geleverd ^chtte en 150 gulden eischte. Mr. de Lange hield een uitvoerig pleidooi, meenden, dat het ten laste gelegde niet was komen vast te staan en vroeg vrijspraak. Vonnis over een week. DRIFTIG HEERSCHAP IN BERGEN. P. P. te Bergen, reiziger van be roep, is een driftig heer. Dezen zo mer heeft hij herrie gehad met eën* van zijn pensiongasten, t.w. een zekeren Beeldman en die herrie liep zoo ver, dat P. zijn tegenpartij in elk geval een slag in het gelaat heeft gegeven. De heer Beeldman deed daarvan aangifte bij de politie en deze ver zocht P. op het bureau te verschij nen. Wat hij deed. Maar daar werd hij al spoedig weer opgewonden, weigerde zijn persoonsbewijs te too- nen, wilde niet met den agent mee naar den burgemeester, enfin, hij kreeg dus ook nog een procesverbaal wegens wederspannigheid. Beide zaken werden in één_ keer afgedaan en na een eisch van~ drie weken vonniste mr. Krabbe den driftigen Bergenaar tot betaling van een geldboete van 60 gulden. Mr. Smal had -clementie bepleit. Boeken dienen zich aan: Drie nieuwe stukken voor het Dïlettantentooneel. Bij de N.V. Vink's Uitg. Mij. te Alkmaar zijn ondanks vele moei lijkheden toch weer drie nieuwe tooneelstukken verschenen,' waar van de dilettanten goed zullen doèn eens kennis te nemen. Stormeiland is een tooneelspel ip drie bedrijven bewerkt naar een gegeven van Bob Berlina. Een bóeiende geschiedenis, vol actie, die zich afspeelt^in het huishouden van de vuurtorenwachter Gijs Dekker. Jan, de zoon, die zijn vroeg gestor ven jonge vrouw niet kan vergeten, maar ten slotte de levende Kristien weet te stellen boven de doode. De pleegzoon Arie, die nipt op zee, maar in de lucht als vliegeniër zijn toekomst zoekt/ Hanneke Dekker, de vriend Thijs en Leo, de kunst schilder voltooien het geheel,, dat acht belangrijke rollen biedt en uit stekend speelbaar is. 1 Zand of klei is een nieuw Bra- bantsch blijspel van Hgnrie 't Sas met typisché rollen uit het Bra- bantsche boerenleyen en dgt laat zien hoe in een geldhuwelijk na veel strijd tusschen de kleiboeren en die van het zand, ten slotte de liefde overwint. Tusschen dijken en sloten, een tooneelspel in vijf bedrijven door S. Franke vervaardigd naar zijn jongste roman met denzelfden titel. De moeilijkheden van den tuinder Jan Bos zijn vele. Harde arbeid kan hem niet bewaren voor groote zorgen. De marktprijzen maken het werk niet meer loonend. ,Maar er zijn ook moeilijkheden in het hu welijk van Jan Bos. Maar hun kind Japie, een droomerige jongen van een jaar of tien, voelt precies aan wat er aan het geluk mankeert en hij maakt dat vader en moeder el kaar terugvinden. - Voor verschillende vereenigingen kan hier stelljg een keuze bij zijn. G. C. van Gulik. Een fantasieproblecm van den componist Max ,Douwes. De stand is als volgt: Zw. 7 sch. op: 3, 10, 13, 19, 20, 26, 45 en vier dam men op 2, 14, 16 en 36. Wit: 18 sch op: 12, 17, 21, 22, 23/25,-27, 28, 29, 30, 32, 33,'34/'40, 41, 47, 49,'50. Oplossing. 1. 128 (zw. 3X12), 2. 17x8 (zw. 26X17), 3. 22X11 (zw. 36X6), 4. 32—27 (zw. 16X46), 5. 30—24 (zv/. 19X39), 6. 8x19 (zw. 2X44), 7. 49x40 (zw. 45X34), 8. 33X41 (zw. 6X24), 9. 44—39 (zw. 14X44), 50x19 (zw. 46X14), 11. 47—51 (zw. 14X46), 12. 25x5! wint. Wel een zeldzame ontleding. Men verzuime niet die na te spelen. Nog 'n standje van Kleute. Zw. 9 sch. op: 3, 6, 9, 13, 14, 19, 24, 30, 34. Wit 9 sch. op: 11, 12, 18, 22, 25, 32, 33, 37, 43. Wit wint door: 25 20' I' 20x40, 40—35 en 35.X2U Ter oplossing voor deze week: Probleem 1771 van Max DouweS te Odoorn (Dr.) Zw. 12 sch. op: 8, 10, 15, 18, 21, 23, 26, 28, 32, 33, 35, 38, W. 11 sch. op: 20, 24, 36, 37, Qpk volgende rubriek. 39, '40, 42, 44, 47, 48, 49, Reeds 16% jaar in de f gevangenis doorgebracht... Alkmaar, Dinsdagmiddag. Een robuste kerel van 42 jaar op de mat bij de arrondisse mentsrechtbank te Alkmaar. Beschuldigd van diefstal, ge pleegd in Limmen en Alkmaar. En die verder nog in het krijt staat bij de politie in verschil lende plaatsen van ons land, als Zeist, Gouda, Delft enz. Op de publieke tribune „ken nissen" van hem, die razend nieuwsgierig zijn naar den af loop van déze zaait, omdat ver dachte ontkent en er vrijwel geen bewijzen zouden zijn. Interessant dus! C. G. H. uit Amsterdam, van be roep koopman althans, zoo zegt hij wordt er van beschuldigd, dat hij in Mei' van dit jaar in Limmen een geraffineerden diefstal heeft ge pleegd en dat hij in Januari in Alk maar niet minder handig te werk is gegaan. In Limmen zou hij een aan tal suiker- en boterbonnen gegapt hebben, in Alkmaar zou hij uit een juweliers winkel' een aantal polshor loges en andere gouden en zilveren sieraden ontvreemd hebben. Dafalles wordt door hem perti nent ontkend. Er zijn echter verschillende getui gen, die een heider licht op de zaken wierpen. Verdachte .dan is op een morgen in Limmen in den winkel van den heer de Graaf gekomen en heeft daar gevraagd, of' hij sponsen kon koopen. Het antwoord luidde ont kennend, zoodat H. onverrichterzake den winkel verliet. Een kwartier la ter kwam hij terug eii vroeg toen om imilatiesponsen. Maar die waren er ook niet, zoodat H. weer met leege handen de deur. uit ging. Een half .uur later warden uit den winkel een aantal suiker- en boter bonnen vermistTerwijl het zeker v/as, dat niemand anders dan H. in don winkel geweest was. Het grapje met de sponsen haalde H. dienzelfden dag nog eens uit in Limmen bij een anderen winkelier, cie ecljter zoo gelukkig was, om geen bonnen kwijt te raken. s Getuigen de Graaf, diens dochter Alkmaar, Dinsdagavond. Zij,, die Dinsdagmiddag de zitting van de meervoudige straf kamer der arrondissementsrecht bank te AJkmaar hebben bijge woond, zijn getuige geweest van een zaak, die op zich zelf misschien niet veel te beteekenen had, maar waarvan de verdachte niet on waarschijnlijk het slachtoffer is geworden van de ijjridige tijdsom standigheden. Een onderwijzer stond terecht, verdacht van diefstal van een da- mestasch met inhoud en verduiste ring van de tasch en een deel van dien inhoud. Terwijl de verdachte geen enkel mptief heeft kunnen hebben, die hem verleidde tot deze daad Het was de 47-jarige P. K., hoofd eener school in den Helder, die al sinds langen tijd in Alkmaar -woont en eiken dag heen en weer reist naar den Helder. Daar heeft hij in en na de oorlogsdagen verschillende bombardementen meegemaakt en medé; daardoor is zijn zenuwgestel ernstig geschokt. Hij is opvliegend geworden, maar tegelijkertijd zeer vergeetachtig; hij is besluiteloos ger worden en doet dingen, die een ge woon mensch zeker, niet zou doen. Op een morgen iii Januari van dit jaér zat hij in den trein van Alk maar naar den Helder. De coupé was vol en het reizende publiek had als steeds veel bagage. Tegenover hem zat een dame, die een groote tasch onder de bank had gezet, toevallig juist op de plaats van den onderwijzer. Deze heeft op een gegeven oogenblik met zijn voeten die' tasch gevoeld en meenende, dat het een min of meer waardeloos voorwerp was, heeft hij ze in den Helder meegenomen naar huis. Een dag later de onderwijzer kwam slechts enkele keeren in zijn vroegere woning, die van een der bombardementen ernstig heeft gele den en die geheel is leeggehaald, ter wijl de ramen met planken dicht ge spijkerd zijn heeft hij die tasch nog eens bekeken en toen bleek hem, dat het een goede damestasch was. Weer wat later heeft hij een deel van den inhoud geïnspecteerd en o.a. wat koekjes en een koek ge vonden', welke laatste hij echter in de. vuilnisemmer wierp, omdat hij dacht, dat het een oud broodje was! Nog weer wat later vond hij in de FEUILLETON. T~ door FRED ANDREAS. LtvtN. 18 „Zé heeftgeen anderge had", bromde Dael bijna nijdig. Den volgenden morgen werd Irene opnieuw verhoord. „Ik kan niet tevreden zijn met de vage en onduidelijke verklaringen, die u over uwe verhouding tot Franser geeft, juffrouw Keiler", zei rechter-commissaris Breem. „Zorgde mijnheer Pranser ook voor uw klee- ren? Ik bedoel, buiten het geld, dat u maandelijks bij de bank mocht opnemen?" „Neen", antwoordde Irene", ik kleedde me van dat geld, dat ik in 'mijn toestand en bij mijn studie als bestaansminimum beschouwde. De kleeren, die mijnheer Pranser in dure ateliers voor me maken liét, en mevr. Kaandorp herkennen in den verdachte den man, die in hun winkels is geweest. Zij zeggen ook dat er nadien geen andere kl^nt in de zaak geweest is,. Wat niet wegneemt, dat verdachte blijft ontkennen: hij is pertinent niet in deze winkels geweest! Dan wordt voorgeroepen getuige mevr. Pias-Kaandorp te Alkmaar en deze vertelt, dat er in Januari een man bij haar in den juweliers win kel geweest is, die om polshorloges vroeg. Zij had die niet, zoodat de man weer vertrok. Een half uur la ter kwam zer toevallig even in den winkel en vond dienzelfden man ger hurkt achter de toonbank zitten..... Het zou de verdachte van heden ge weest zijn. Spoedig daarop bleek, dat de man tal van gouden en zilveren sieraden uit den winkel gestolen had, maar ook dat ontkent de verdachte thans. De president: U erkent thans, dat u wel in Limmen geweest is op dien dag. Waarom ontkende u dat dan eerst bij de politie, daarna bij den rechter-commissaris? Verdachte: Ik wist het niet meer. Ik ben koopman en reis heel Hol land af. President: U is een beroepswin keldief.. U z,egt tegen de politie, dat u in de tjvee jaar dat u weer los bent, wel eens het een en ander hebt gepikt, maar dat de politie dat dan maar moet bewijzen. Verdachte: Dat was maar een grapje! Dan leest de president het straf blad van verdachte voor en hieruit blijkt, dat hij van 1913 tot 1937 ne gentien veroordeelingen, alle we gens diefstal, achter den rug heeft en in totaal 16 jaar en 5 maanden in de gevangenis heeft gezeten. De Officier, mr. de Brueys Tack, acht het ten laste gelegde voor wat betreft den diefstal te Limmen vol komen bewezen. Spr. gaat de heele zaak nog eens na en komt tenslotte tot zijn eiscli, rekening houdende met verdachtes verleden: een jaar en zes maanden. Mr. Dullemond uit Amsterdam vraagt daarna na een zeer breedvoe rig betoog, vrijspraak en onmiddel lijke in vrijheidstelling. Het laatste wijst de rechtbank af, terwijl de uitspraak bepaald wordt op 3 Nov. a.s. tasch diverse toiletartikelen, z^oals crème, poeder, parfums, e.d.,' en ten slotte f een Duitsch woordenboekje. HetAaatste legde delman op een boe-' kenplank, de eerstgenoemde artike len plaatste mj op de waschtafel Tenslotte vond hij ook nog distri butiebescheiden in de tasch, alsme de een aantal brieven en foto's. En zoo ontdekte hij tenslotte, dat een en ander toebehoorde aan mevr. Buis-Krampe uit Texel. Nu zou het heel noi^naal gewëest zijn, wanneer de onderwijzer alles ingepakt had en opgestuurd had naar Texel, maar hij deed dat niet. Wel pakte hij de' distributiëbgschei- den in een papier en deponeerde dit in de bus van den Helderschen dstributiedienst, terwijl hij op het pakje had geschreven: Gevonden voorwerpen. Maar hij vergat zijn naam als afzender op het pakje te zetten Men ziet, een rare geschiedenis. Nog vreemder werd het, toen hij een aantal dame^zakdoekjes mee naar Alkmaar nam en tenslotte een paar dameshandschoenen, welke hij ook in de tasch gevonden had; zelf aantrok en mee naar Alkmaar nam! Een wonderlijke geschiedenis dus. Het verhoor. De tasph behoorde, zooals gezegd, aan mevr. Buis, die op den bewusten Januarimorgen tegenover den on derwijzer in den trein zat en die de tasch ^bij gebrek aan andere bagage ruimte onder de bank had gezet. Zij was juist uit Duitschland. terugge keerd en had tal van artikelen mee genomen, die in de tasch zatety. Toen zij in den Helder de tasch zou pakken, was deze verdwenen, terwijl de onbekende man tegenover haar ook verdwenen was. 4 Verdachte: Ik had er geen idee van, dat die tasch aan een van mijn medereizigers behoorde. Ik dacht* dat het een oud ding was, dat den vorigen avond door iemand onder de bank was geschoven. President: Waarom hefcit u de tasch niet op het station aangegeven als gevonden voorwerp? Verdachte antwoordt, dat hij daar nooit aan gedacht heeft. President: Waarom hebt u de tasch dan niet tusschen 12 en 1 uur afgegeven aan het politiebureau? Ook daaraan heeft hij niet gedacht. Hij was op dat moment de tasch al weer vergeten. Pas een hét bontwerk en dat allesbe schouwde ik niet als mijn kleeren. Die waren zijn eigendom en ik droeg ze alleen in zijn tegenwoordigheid, omdat hij er zoo op stond. Bij an dere gelegenheden heb ik ze nooit gedragen. Ik zou me geschaamd hebben, in „Oho!" dacht Breem. „U hebt dus scherp onderscheid gemaakt tusschen wat tot de sfeer van Pran ser wat tot de uwe behoorde. Dat moet bijzonder lastig zijn èeweest, zuiver een dubbel leven", merkte hij op. „Zeker. Het was een dubbel le ven. En inspannend bovendien". „Was er een grond, die u tot die scherpe scheiding, noodzaakte?" „Zeker. Mijn - trots dwong me daartoe". „Alleen uw trots, juffrouw Kei len? Niet menschelijk respect tegen over anderen! Misschien tegenover een man, die u zeer na stond?" Irene keek den commissaris aan, alsof hij gek was. „Nee", antwoordde ze rustig, „er was geen andere man. Niemand lag Week later heeft hij zijn woning weer bezocht en toen eens gekeken, wat er in de tasch zat. Toen vond hij er o.a. de koekjes in, waarvan hij er een paar opat. Een paar dagen later inspecteerde hij de tasch goed, want hij wilde zien, of er misschien een adres in zat, „opdat hij de tasch met inhoud kon verzenden. Inderdaad vond hij een adres: Buis te Texel! Maar toch schreef hij niet aan dezen Texelaar. Waarom niet? vroeg de president. Ik dacht, dat Buis nog niet weer thuis kon zijn van zijn reis! was het onverwachte antwoord van ver dachte. Nonsens meende de president. Dan doet verdachte een zeer om standig verhaal over de gevonden artikelen, legt uit, waarom hij het woordenboekje juist op de boeken plank had gelegd, een dejeuner in de kast had gezet en de toiletartike len op de waschtafel. Dat was alle maal toeval, geen opzet De president: En waarom nam u de handschoenen dan mee naar Alk maar? Verdachte: Omdat daar ook de" zakdoekjes waren, dan kon ik later alles weer meenemen naar den Hel der'. De president: En waarom schreef u niet naar Buis, dat u de tasch ge vonden had? U wist toch zijn adres? Verdachte: Gebrek aan energie Dan herinnert de. president er aan, dat in het Dagblad voor Noordhol land mevr. Buis een advertentie plaatste waarin zij verzocht, de tasch terug te bezorgen aan haar adres. De president:. Heeft u die .adver tentie nooit gezien? De president vindt het dan vol doende en geeft den Officier, mr. de Brueys Tack de gelegenheid tot het houden van zijn requisitoir. Deze gaat de heele ^agk nog eens na, wijst op de onwaarschijnlijkheden in de verklaringen van den verdachte en meent, dat hier verduistering zeer zeker bewezen is. Mede door de zeer eigenaardige .houding 'van verdach te, die de rechtbank voor een kinder klasse wenscht - te houden, vraagt spr. eem maand gevangenisstraf: Mr. Mulder, raadsman van ver- dchte, schetst dan de omstandighe den, waaronder verdachte verkeerde en hoe deze geestelijk en lichamelijk zeer geschokt is geworden door de gebeurtenissen. Waar hier geen enkel motief' ge vonden kon worden voor verduiste ring en - aar al de gevonden artike len voor verdachte geenerlei waarde hadden, meende sor. dat Verdachte zich niet schuldig gemaakt heeft aan verduistering, maar 'dat hij slechts verregaand nonchalant is geweest. Reden waarom spr. vrijspraak vroeg. Fietsen gestolen bij de R.K. kerk te Castricum. Anderhalf jaar geëlscht. Ir, Juni van dit jaar zijn tijdens een vroegmis in de r.k. kerk te Castricum twfee fietsen gestolen, die tegen den muur- van 't kerkge- bouw stonden. Tijdens deze mis hadden zich twee mannen op verdachte wijze opgehouden om en bij de kerk, hadden zelfsi een oogenblik verwijld/in het portaal der kerk en verdwenen daarna plotseling op de fiets. Dat was door verschillende men- schen gézign en ofschoon geen van hen deze mannen kende, hadden zij de hoeren goed opgenomen, omdat ze zoo verdacht rondom de kerk scharrelden. Een week later kwam hetzelfde tweetpl weer in Castricum, speurde weer rond om" de kerk, ging wéér het portaal binnen, maar net' op dat oogenblik was de mis afgeloopen en kwam het publiek naar buiten. De beide mannen verdwenen toen zon der medeneming van een fiets. Ze werden echter spoedig daarna aangehouden door de politie aldaar en aan een verhoor onderworpen. Bij den een werden verschillende werktuigen gevonden, die gebruikt konden worden bij. het openbreken van fietssloten e.d. Bij den ander werd niets gevonden. Maar juist deze laatste werd door eenige Cas- tricummers herkend als een der da ders van den rijwieldiefstal van een week tevoren. Deze verdachte, P. K. uit Amster dam, stond hedenmorgen terecht voor de Alkmaarsche jechtbank. Hij ontkende zelfs dien rersten keer in Castricum te zijn geweest, maar dat hielp hem niets, want de getuigen herkenden hem ook tijdens „de rechtszitting. Zoodat de Officier het bewijs ge leverd achtte en anderhalf jaar ge vangenisstraf vroeg. Mr. Sluis bepleitte vrijspraak. UITSPRAKEN, i De gesoigneerde- jongeman uit Heiloo, die de vorige week terecht stond als verdacht van het stelen van een rijwiel, toebehoorende aan een hoofdagent van politie te Alk maar en die toen een zeer zelfver- me na aan het hart. Dat heb ik al gezegd". Breem aanvaardde dit zonder protest. Hij was overtuigd, dat ze loog, maar be^-eep, dat ze dit zou blijven doen, tenzij men haar zwart op wit het tegendeel bewees. Hier was het punt, waar het nieuwe' onderzoek aangeknoopt moest wor den. Voor het oogenblik viel er niet veel merer te vragen. Misschien nog naar juffrouw S. en de meisjesstu denten, met wie Irene die weekein den doorgebracht had „Is het u wellicht ai te binnen geschoten, hoe de meisjesstudenten heeten, met wie u volgens uw ver klaringen van gisteren soms een weekeinde placht door te brengen?" vroég hij. „Nee", antwoordde ze terstond, zonder een zweem van verlegen heid, „dat kan ik me niet herinne ren. Ik betwijfel' zelfs, of ik haar namen meer dan eenmaal gehoord heb. We noemden elkaar steeds bij den voornaam. „Van het begin af? Zoodra u met QFFICIEELE MEDEDEELINGEN. Strooregeling oogst 1942. Het Bedrijfschap voor Hooi, Stroo en Ruwvoeder maakt b'ekend, dat in de strooregeling 1941 diverse veranderin gen zijn aangebracht, waaraan alle ver- bouwer's en ge- of verbruikers van stroogewassen en alle handelaren in stroo zich zullen* dienen te onder werpen. De nieuwe regeling geldt behalve voor graanstroo, kanariezaadstroo en peulvruchtenstroo, thans ook voor koolzaad-, karwijzaad, blauwmaanzaad-, mosterdzaad-, spinaziezaad-, radijszaad- en bietenzaadstroo. Krachtens de nieuwe regeling kan de ge-tof verbruiker van stroo, die stroo wenscht te betrekken, een aanköopver- gqnning aanvragen onder vermelding van den bij de N.I.C.A. erkenden klein handelaar in zijn omgeving, van wien hij het stroo wenscht te betrekken. Het hoofdkantoor van den handel (H.K.H.) wijst voor de desbetreffende partij stroo den kleinhandelaar een erkenden groothandelaar en den groot handelaar een of meer erkende lalid- handelaren toe. De landhandelaren kunnen het te leveren stroo slechts betrekken van telers uit een hun toegewezen rayon. V Naast het bovengenoemde „verkeer over drie schakels" (landhandelaar - groothandelaar - kleinhandelaar) kan ook verkeer over e e n of twee schakels plaats vinden, indien het H.K.H. of P.K.H. in overleg met het Bedrijfschap hiertoe opdracht geeft. Ook het ver handelen van stroo direct van verbou wer aan veehouder is toegestaan, mits beider bedrijfsgebouwen op ten hoog ste 10 km afstand van elkaar liggen, en mits „het .vervoer geschiedt met eigen vervoermiddelen van kooper of ver- kooper. Een aankoopvergunning en vervoer- bewijs is echter vereischt, aan te vragen bij den plaatselijken bureau houder (P.B.H.) Verbouwers van stroo gewassen ontvingen op hun aanvrage reeds bericht van den P.B.H,, welke hoeveelheid stroo zij voor eigen ge bruik uit hun oogst mogen behouden, en Voorts welke hoeveelheid stroo zij direct aan veehouders mogen afleveren. De rest van hun stroo dienen 'zij ter beschikking te houden van den land- handelaar van hun rayon. Het ver voer van stroo dient in het algemeen gedekt te zijn door een geldig geleide- biljet. Slechts het vervoer van het land naar de bedrijfsgebouwen van den teler, en voorts het vervoer van het telers- bedrijf naar spoor, schiii, dors'eh- of persplaats (of tusschen 'deze plaatsen onderling) en het vervoer van teler rechtstreeks naar stcoohulzenfabriek kan zonder geleidebiljet geschieden. Voor meer gedetailleerde gegevens in zake bovenstaande regeling wordt ver wezen naar de publicatie dienaangaande in de Vakbladen voor de boeren en tuinders. «Handelaren kunnen zich voor inlichtingen wenden .tot het hoofd kantoor van den handel, Balistraat 74, 's-Gravenhage, terwijl bovendien be langhebbenden een toelichting op de regeling in drukvorm kunnen verkrij gen na schriftelijke aanvrage bij het Bedrijfschap voor Hooi, Stroo en Ruwvoeder, Zwarteweg 75, 's-Graven hage. Ook de P.B.H.'s kunnen nadere inlichtingen verstrekken. zekerde verdediging hield, heeft niet veel succes gehad met zijn fraai vew haal. Hij werd heden veroordeeld' tol 1 jaar en 6 maanden gevange nisstraf. De eisch Was 2 jaar en 3 maanden. Overige uitspraken: A. O., M. J.. D. en J. J. K., diefstal in vereeniging, resp. 6, 6 en 2 maan den gevangenisstraf. Ar M., diefstal, 1 jaar gevangenis straf. A. J. H., diefstal, 6 maanden ge vangenisstraf. J. de W„ verduistering, 6 maanden gevangenisstraf. KANTONGERECHT TE ALKMAAR. Zitting van 23 October. Overtreding identiteits plicht: A. A. K„ J. de M. en C. V. d. M. te Bergen ieder 2 of 1 d. h. A. H„ C. H. en L. W. L. te Alkmaar, S. C. H. te Heiloo, A. W. te Heerhugo- waard 3 of 2 d. h. Overtreding verduiste ringsverordening: M. B„ J. H. K„ Ch. R. en A. J. G. te Alkmaar 6 of 3 d. h. H. K. en J. S. K. te'Alk maar 8 of 4 d. h. C. de W. te Eg- mon-Binnen en C. van R. te Alkmaar 10 of 5 d. h. Overtreding wegenver keersreglement: F.' G. M. L. de K. te Alkmaar en N. T. W. L. te N.- Scharwoude 2 of 1 d. h. C. S. te Limmen 4 of 2 d. h. L o o p e n o V er verboden grond: W. L. O. en C. M. te Castri cum ieder 2 of 1 d. h. A. H. en A. de G. te Bakkum 2 of 1 week tucht school. Overtredingen Vissche- r ij w e t: N. C. R. te Zijpe, 2 maal 3 of 2 maal 2 d. h. Zich na 18 uur in café bevinden: R. B. te Schoorl en W. v. d. L. te Alkmaar 3 of 1 week tucht- schoól. M. C. B. en A: L. te Alkmaar en Th. H. K. te Heilöo 4 of 1 week tuchtschool. Personen beneden 18 jaar na 18 uur in c a 1 toelaten: J. C. S. te Alkmaar 4 of 2 d. h. Overtreding motor- en r ij w 1 e 1 w e t: K-. K. te Alkmaar en A. A. G. te Oudorp 2 of 1 d. h. H. H. te Middenmeer 3 of 1 d. h. P. J. G. te Sint-Pancras, 3 of 2 d. h. J. M. P. te Heiloo 3 plus 1 of 2 maal 1 w. tuchtschool. P. v. d. V. te Purmerend 8 of 4 d. h. die dames kennis maakte?" Ik weet het werkelijk niet. Heel toevallig kwam 'ik bij dat groepje terecht ergens buiten een meertje. We noemden onze namen natuur lijk wel, maar af dadelijk was het Irene en Carolieri en Gonda". „Wonderlijk! Maar hoe maakte u dan voor een. volgend tochtje een afspraak? Men moet u toch geschre- ven of uitgenoodigd hebben?" s „Niet altijd, mijnheer. Vaak haal de iemand 'me aan de muziekschool afverschillende keeren werd ik aangeschreven, want de anderen wisten mijn naam wel". „Die hebben in elk geval een beter geheugen gehad, dan u, juf frouw Keljer". Breem was van meening, dat hier geen twijfel mogelijk was. Die vrien dinnen waren slechts- fantasie en J Irene was nimmer een weekeinde met haar uitgeweest. Haar leugen moest echter een grond hebben. Nu, voor liet gerecht, zou die haar weinig baten. (Wordt vervolgd). fPL.. M UP ^ÉËP lip' H m ,m m>. 1^1 Nam een tasch mee uit den trein en' behield deze met den inhoud.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Dagblad voor Noord-Holland : Alkmaarsche editie | 1942 | | pagina 3