3fnge5onöcn.
BiinïlLMU Ml G8BNTË TEXEL
BURGERLIJKE STAM DER GEMESTE TERSCHELLING.
Is dat ontduiken van de wet of niet?
Wanneer de verkooper van de breedte vaneen stuk spreekt,
dan meent hij altijd oude ellendie niet meer gebruikt mogen
worden.
Wat nog het ergste is, onze handelaars in manufacturen
koopen in Frankrijk alles bij de mêtre, en konden het dus
zeer gemakkelijk bij de Nederlandsche el bij ons te lande
weêr verkoopendaar deze maat gelijk is en alleen in naam
verschilt. Neenmen koopt het bij de mêtre en verkoopt het
bij de oude el, en dan nog is het onzeker welke oude el er
bedoeld wordt, want gij weet dat dit ook nog verschilt:
de Nijmeegsche el is 0.682 Ned. el.
de Delftsche el is 0.683
de Bossche el is 0.685
de Amsterdamsche el is 0.687
de Goessche el is 0.690
de Haagsche el is 0.691
de Middelburgsche el is 0.703
enz. enz.
Yan al die was, geloof ik, de Haagsche sedert 1725 aan
genomen voor 's lands eldus ruim 69 Nederlandsche dui
men. Wanneer men nu de 69 Nederlandsche duimen ver
koopt voor hetzelfde geldals waarvoor men de 100 Neder
landsche duimen inkoopt, dan zit daar nog al een aardige
winst op.
Denkt gij dat de politie, die in roeping heeft de Neder
landsche wetten te handhavener iets aan doet
De goede politie ziet het lijdelijk aan, en nimmer zal er
iemand bekeurd wordendie met de oude el verkoopthet
zou mij zelfs niet verwonderendat wanneer zij zelf koopt,
zij hare vraag in oude ellenmaat doet.
Zie uwe maandelijksche of jaarlijksche rekeningen eens na,
en gij zult ze bijna allen in de oude maat vinden, en men
zal verbaasd staan, wanneer men dat anders zou willen vorderen.
Ik zou haast denken dat onze handelaren in manufacturen
hun voordeel in die verwarring vindenvan waar anders die
hardnekkigheid tegen de bestaande wetten
Maar de voornaamste schuld zit eigenlijk bij de Nederland
sche dames.
Het grieft mijdat ik zulk eene zware beschuldiging moet
doen rusten op haar, die zooveel tot veraangenaming van het
leven bijbrengen, maar het is helaas maar al te waar.
Vraag eens of eene enkele onzer dames ooit in Nederlandsche
maat zal koopen Japonnen rokken mantilles gordijnen,
kleeden, en wat er zooveel noodig is, het wordt alles in oude
oliemaat berekend, opgegeven en gekochten het zal niet in
de gedachten opkomeneen en ander in den winkel bij de
Nederl. maat aan te vragen. Tot garen en band toe, zoo
klein, zoo groot kan de aankoop niet zijn, of het wordt in de
oude onwettige maat gevraagd en door de winkeliers verkocht.
Ik heb eene enkele dame gekend, die het beproefd heeft bij
de Nederlandsche el te koopen, maar ze werd voor half dwaas
of minstens voor zeer exentriek aangezien.
Wat is daar toch aan te doen
Ik heb de overtuiging, dat onze dames eene ongemeene
magt in den staat uitoefenen, »ce que femme veut, Dieu le
veutf en datwanneer zij iets ernstig willen doorzetten, dat
daarin dan ook verandering zal komendat zij magtiger zijn
dan de politie, ja, dat zij de eenigste zijn, die in staat zijn
de Nederlandsche maat volgens de bestaande wetten te doen
gebruiken.
Ik doe daarom een beroep op onze nederlandsche dames,
met de bede, om in het vervolg niets meer te koopen dan
ia Nederlandsche maat, en standvastig alles te weigeren, wat
mea met oude maten zou willen verkoopende rekeningen
nabetaald latende, die in oude maat zijn opgemaakt, en al
leen koopende in de winkels, die de Nederlandsche maat ge
bruiken.
Mogten de harten onzer Nederlandsche dames getroffen worden
door een gevoel van liefde voor de Nederlandsche el, voor
het Nederlandsche gewigt en voor de handhaving der Neder
landsche wetten, het zou mijne standvastige bewondering voor
ons schoone geslacht in hooge mate versterken.
HAAGSCHE CORRESPONDENTIE.
's Hage, 9 Augustus.
Mijnheer de Redacteur
Zooals u bekend is heeft de Tweede Kamer der Staten Generaal eergisteren
have zittingen hervat. Alstoen waren ingekomen de geloofsbrieven van de
HH. Wttwaal van Stoetwegen, van Lijnden van Saudenburg en Groen van
Pinsterer, van welke heeren de beide eersten na eeds afleggen hebben zitting
genomen.
Ka het zamenstellen der afdeelingen en het benoemen van hare voorzitters
en ondervoorzitters doet de president meedeeling van onderscheidene ingeko
men wetsontwerpen. De minister van Justitie heeft het wetsontwerp nopens
de tienden, cu de ministers van Binneulandsche Zaken en van Oorlog dat
nopens de schutterijen ingetrokken.
Nadat in de zitting van gisteren de heer Keuchenius als lid was toegelaten,
stelde de voorzitter vóór, Maandag a.s. de beraadslaging aau te vangen over
de Indische begrooting. De heer Dumbar wcnschte daarmede reeds morgen
een aanvang te maken, terwijl daarentegen de heer Blusse' voorstelde die
begrooting op nieuw in de afdeelingen te onderzoeken. Na eene korte be
raadslaging, waaraan nog de H1I. Dirks, van Limburg Brouwer en van
lleukelom deelnamen, werd het voorstel van den heer Blussó met 28 tegen
20 stemmen aangenomen. (Dit besluit is het gevolg van de groote en in
grijpende veranderingen door dcu minister Mijer gebragt in het oorspronke
lijk door den minister van de Putte ingediende wetsontwerp).
De heer van de Kacsen de Sombrcff wcuschte cenige vragen te rigten tot
den minister van Buitenlaudschc Zaken over de tegeuwoordigc betrekkingen
tusschen Limburg en den Duitschen bond. Deze vragen luidden aldus
Meent de Regering, dat door de ontbinding van den Duitscheu bond alle
betrekkingen tusschcu Nederland en Duitsehland hebben opgehouden
Is hiervan reeds iets geconstateerd
Wordt in deze denkwijze in het buitenland ook door andere mogendheden
gedeeld P
De heer van Zuvlen, minister van Buiteulandschc Zaken, bragt voorna
melijk hulde aau de welwillende bejegeuing ons zoowel van den kant van
Pruiseu als vau dieu van Oostenrijk ten deel gevallen. Limburg was van
den bond losgemaakt zonder dat daardoor de goede verstandhouding tot die
mogendheden geschokt was; dat gewest zou in geen geval weder tot den boud
behooren. De minister van Oorlog constateerde in deze discussie ter loops,
dat de wapening van onze vestingen met geschut, alleen het gevolg was van
den algemeencn toestand van Europa.
De heer Fokker interpelleerde de Regeriug over het drinkwater-besluit,
waartegen hij eenige bezwaren ontwikkelde.
Ik acht die interpellatie niet gewigtig genoeg om daaromtrent in bijzon
derheden te treden. Nadat de minister van Binnenl. Zakeu had geantwoord,
dankte de heer Fokker voor de verkregen inlichtingen, doch bleef bij zijne
bezwaren persisteren, terwijl de heer de Poorter het besluit toejuichte.
De vergadering werd daarna gesloten.
Gij zult wel gezien hebben hoe het gerucht door u het eerst mede
gedeeld omtrent oncenigheid in den boezem van het Kabinetthans
niettegenstaande het dementie van het Dagbladzich bevestigd heeft. Het
blijkt thans dat de heer Mijer heeft moeten zwichten voor den aandrang zij
ner ambtgenooten en dat hij heeft toegegeven aau den weusch der ultra
conservatieven. Het punt in questie betrof de verhoogiug der bezoldiging
van de inlandschc hoofden. TVanneer de Kamer de Indische begrooting in
behandeling neemt zullen wij stellig meerdere bijzonderheden daaromtrent
vernemenzij schijnt ten minste niet het voornemen te hebben dit gewigtig
wetsontwerp zonder grondig en degelijk onderzoek in discussie te brengen
vaudaar haar besluit oni het op nieuw uaar de sectiën te verzenden.
Gij zult gezieu hebbeu M. d. R., dat het Dagblad thans verklaart zijn
steun te kunnen vcrlecnen aan de Koloniale politiek van den heer Mijer, als
berustende op het zuiver conservatief beginsel. Dat nu is zeer natuurlijk,
daar de heer Mijer heeft toegegeven aan den wil, ol' gezwicht is voor de
bedreiging der Dagblad-mannen. De heer Mijer heeft dien steun vau het
Dagblad gekocht door de verzaking van zijne vroegere opinie. Doch dat
daargelaten, moet men vragen wat nu eigenlijk dat zoo veel besproken con
servatief beginsel van den minister Mijer is. In de Tweede Kamer bestem
pelde de heer Godefroi het, na uitvoerige uiteenzetting, met den naam van
evasief, terwijl in de Eerste Kamer over die beginselen geen bepaalde in
lichting gegeven is. De opheldering van die vraag wordt nu te meer vau
gewigt, daar de minister zich in ziju memorie van beantwoording op die
„bekende beginselen" beroept. Misschien dat de Kamer bij haar nader on
derzoek daaromtrent meer bepaalde verklaringen verlangt; dat dit bij de
discussien geschieden zal is buiten allen twijfel.
Met genoegen verneem ik dat de liberale partij te Haarlem, voornemens
is den heer vau Bosse candidaat te stellen voor het lidmaatschap der Tweede
Kamer, ter vervanging van den heer van Muiken. Dc benoeming van dien
bekwamen financier zou voor de Kamer eene wezenlijke aanwinst zijn, daar
er thans geen enkele finautiele specialiteit in zitting heeft.
Residentie-nieuws ontbreekt geheel. Men heeft thans ook in deze stad het
voorbeeld gevolgd van andere plaatsen en brandt in enkele besmette buurten
teertonnen. Het zal u uit de olficiele opgaven bekend zijn, dat de ziekte hier
en voornamelijk op Scheveningen afnemende is, zouder daarom nog geheel
geweken te zijn.
Bereids zijn dc begrootingon over 1867 bij dc verschillende ministcrien
gereed gemaakt en naar het departement van Finanticn verzonden. Ik hoor
dat de hoofdstukken Marine en Oorlog verhoogd zijn, doch niet in die mate
als men meende te moeten verwachten naar aanleiding der door de dagbla
den aan de ministers Pels Rijcken en van den Bosch toegeschreven groote
hervormingsplannen.
Wat hiervan is zal de tijd leeren. Te hopen is het echter dat men de
uitgaven voor de beide dcpai tementen niet hooger opvoere dan zulks in dc
laatste jaren reeds is geschied. Hoe zon zulks ook overeen te brengen ziju
met de zoo donkere voorstelling onzer Fiuautieu door graaf Schimmelpenninck
Adieu
De Redactie onderschrijft niet altoos de gevoelens der inzenders.
Waarde Heer Redacteur
Sedert eenigen tijd ben ik bezig met het bijeenbrengen van
een kabinet van zeldzaamheden, en ik mag zeggen, dat ik reeds
verschillende interessante voorwerpen verzameld heb. Er ont
breekt mij onder tusschen een der grootste rariteiten van deze
plaats, die gij misschien bij magte zijt mij te bezorgen, ik
bedoel een exemplaar uwer courant, bevattende eene zitting
van den gemeenteraadwaarbij Dr. Haremaker tegenwoordig
was. Ik heb reeds aan alle kanten daarnaar gezocht, doch
te vergeefs.
Het is zeer mogelijk dat ik mij bedrieg, doch misschien is
er in de zes jaar dat uw blad verschijnt, wei édne enkele
zitting geweest die door Dr II. werd bijgewoond. Mogt dit
het geval zijn, verpligt mij dan door mij een exemplaar van
dat nommer af te staan. Juist wegens de uitermate groote
rariteit stel ik er eene hooge waarde op er een te bezitten.
Ik twijfel niet aan uwe welwillendheid en blijf uw antwoord
te gemoet ziende, uw bestendige lezer en
Een groot liefhebber aan zeldzaamheden.
(Gij kunt er op rekenen dat wij aan uw verzoek zullen
voldoenal is het dan ook een exemplaar waarin de be-
ëediging of installatie wordt vermeld. Red.)
Correspondentie.
Met het voorstel van A. II. Z. te R. nemen wij genoegen wij willen
het gaarne eens beproeven.
Van 2 9 Augustus 1866.
ONDERTROUWD en GEHUWD: Geene.
GEBOREN Trijnte d. van Jacob Schaap en Pieternclla Ochquc.
Dijtje, d. van Willem Blik en Kaatje Bakelaar. Cornelia Christina, d.
van Johannes Sibrand Keijser en Neeltje Boon.
OVERLEDEN: Cornelia Visbeen ruim 3 m d. van Pietertjc Visbeen.
Willem Bakker 5 j., overleden te Ambt Vollenhove, z. van Dirk Bakker
en Aagje Plaatsman.
Van 22 Julij 8 Augustus 1S66.
ONDERTROUWDKlaas dc Groot, weduwnaar van Elisabcth Spanjer,
landbouwer, 27 j. en Anne Wortel, 21 j. Teckc Ree, zeeman, 22 j. en
Japke Rotgans, 23 j.
GEHUWD Lcendert Stobbe en Grietje de Vries.
GEBORENNeeltje, d. van Pietcr Picters Cupido en Grietje Alberts
Smit. Anna Jacoba, d. van Cornclis Pieters de Breed en Neeltje Rijns
Klijn. Doeke, z. van Doeke Ariëns Roos cn Martje Laas Roos. Klaas,
z. van Jurriën Kaspers en Willcmke Knop. Reijnsje, d. vau Pijn Wil
lem s Doekscn en Hitje Jans Lieuwen. Trijntje, d. van Jan Cornolis