hebbendit jaar ook op de beurs te trommelen. De heer Eock beloofde, dat heden de beurs na beurstijd daartoe ge opend zou worden. Maar vau verdere raadgevingen van Bokkebek, wenschte hij verschoond te blijven, met de bij voeging, dat hij in zijne kwaliteit dacht te doen, wat hij goedvond. 01' nu dit korte antwoord aan den geïmpraviseerden bur gemeester niet beviel of datzooals beweerd wordtde pu blicatie over de beursopeniug te vroeg aangeplakt is, het volk wenschte heden reeds de opening van de beurs van 912.J- terwijl do benrsknecht order had, om de tromme laars eerst te half 5 in te. laten. In het middaguur begon 't met eenige teleurgestelde trommelaars, daar kwamen kij kers bij, enkelen spraken hunne overtuiging uit over den maatregel, anderen leverden hunne commentaren hierop en zoo groeide de volksmassa aan. Om 3 uur waren de noodige zingende mannen achter op de beurs aanwezig, een goed woord van een paar gegoede patriciërs, steunpilaren van den beurs, (collega's van me, mijnheer de redacteur) was voldoende om dat hoopje volk met een zoet lijntje vau de beurs te krijgen. Maar toen deze mannen de trappen afkwamen, meende het volk, dat er voor stond, het regt te hebben om hunne plaats in te nemen. De politie weigerde hun den toegang. De beurs bezoekers kregen langzamerhand bij het opgaan slijk en stee- nen naar het hoofd en kort daarop werden de zijdeuren geopend om de beurs te doen ontruimen door de «heeren van de beurs" en de hoofdingang werd prijs gegeven aan de //heeren van de Willemstraat." Toen ze er eens waren, zongen ze nog wat en juichten in hunnen overwinning, maar werden spoedig overschreeuwd en overtrommeld dooi de jeugdzoodat ze het gebouw verlieten en stillekens naar hunne haardsteden terugkeerden. Bloed, mijnheer de re dacteur, heeft er niet gestroomd. Vader Eock heeft nog ecne bedarende toespraak gehouden en de politie scheen ge waarschuwd, omniette veelte doen, maar veelte laten. liet standje is uit een «niets" ontstaan; 'thad erger kunnen loopen; maar 't is een merkwaardig feit, dat het dereden is, waarom er vermoedelijk geene beursnotering van heden geleverd zal kunnen worden. Wat zal het buitenland hier van zeggen? Ik geloof, dat Messchert van Vollenhoven geluisterd zou hebben naar Bokkebek's goeden raad. Som migen keuren 't goed, dat Eock dien Bokkebek op zijne plaats gezet heeft, eens voor altijd. Ik zal niet zeggen, wat ik denk. Dat begrijpt ge, dat niet kan.Wat zou den de heeren van de beurs morgen wel zeggenals ik 't waagde eene opinie te uiten als patriciër! Men schrijft van Amsterdam 13 September: Gisteren was alhier het gerucht verspreid dat eene kwaad willige menigte, uit wraak over het niet houden der kermis, het voornemen hadhet cirque vau den heer Carré tijdens de voorstelling in brand te steken. AVerkelijk bewoog zich gedurende den avond eene zoo groote volksmenigte in den omtrek van de plantage, dat, teneinde alle mogelijke even tualiteiten te voorkomen, een sterk detachement kavallerie en mariniers moest aanrukken om de menigte uit elkander te jagen, waarna alle toegangen tot de plantage werden af gezet, en alleen diegenen mogten passerenwelke zich van daar naar de stad begaven. Vervolgens werden na den af loop der voorstelling de ingangen door kavallerie bezet en alle zamenscholingen uit elkander gedreven. Intusschen door liep eene bendewelke steeds in getal toenamde hoofd straten en ging op sommige plaatsen tot baldadigheden overzoo zelfs dat zij bij sommigeno. a. bij Bahlmann dreigde de glazen tc vernielenzoo men hun geen geld wil de geven. Door de krachtig genomen maatregelen werden ook deze troepen uit elkander gejaagd en doorkruisten pa trouilles kavallerie de geheele stad tot in den morgen. Tot nu toe is men er in geslaagd 4 h. 5 belhamels in handen te krijgen, lil de residentie loopt het gerucht, dat de heer Trakranenhet nieuw benoemd lid van den raad van state bestemd zou zijn den heer Mijer als minister van koloniën op te volgen. Een Duitscher te Boston heeft een toestel uitgevonden om de straatlantaarns te gelijk aan te steken en uit te dooven. Doo« eene kraandie met eene electrische batterij verbonden is kan men het gas op- en afdraaijen en door middel ccncr electrische batterij aansteken. Wanneer de wind liet gas uitdooft, ontvlamt liet weder van zelf, door de in het koperdraad aanwezige hitte. Den 23n dezer zal do zegevierende intogt der Pruisische troepen in Berlijn plaats hebbenen allerlei toebereidselen worden gemaakt om aan deze gebeurtenis feestelijkheid bij te zetten. HH. KK. HH. Prins en Prinses Frederik der Ne derlanden en verschillende vorstelijke personen zullen dezen intogt bijwonen. Misschien zullen er wel onder zijn, die betzelfde lot wacht, dat thans de vorsten van NassauHessen en Ilannover getroffen heeft. Zij weten nu al vast hoe de veroveraars van hun rijk gevierd zullen worden. Volgens een telegram uit St. Petersburg is de bekende ge neraal Murawieff, die voorzitter was van de commissie van enquête in zake den moordaanslag op den czaar, Dingsdag ochtend jl. dood in zijn bed gevonden. Het Journal du Hdvre deelt het verslag van eene proef neming mede, die daar plaats heeft gehad en die de geheele stad met belangstelling vervulde. De heer Buvert heeft een middel uitgevonden om den mensch zonder eenig gevaargedurende geruimen tijd aan het felste vuur bloot te stellen. Het bestaat voornamelijk in een om kleedsel van natte sponsen. Toegerust met zijnen toestel begaf hij zich onlangs op de stadswerf, tegenover het kerkhof St. Roehe. Daar was van takkenbossen eene soort van hut opgeslagen. Men stak de houtwaren in brand en Buvert begaf zich daar binnen op een oogenbliktoen de rook en de vlammen zoo woeddedat niemand zich op 15 it 20 Nederl. ellen afstand durfde wagen zonder gevaar van brandblaren. Hij bleef te midden van het vuur wandelenwierp er nieuw voedsel ingreep vlam mende houten aandie naar beneden vielen en scheen zoo goed op zijn gemakalsof hij zich in de opene lucht bevond. Daverend werd deze eerste proefneming toegejuicht en de heer Buvert, die een oogenblik buiten de vlammende hut getreden was, om versche lucht in te ademen, werd van alle zijden met gelukwenschen ontvangen. Inmiddels stortte de hut in en vertoonde zich een ware brandstapel van de gloeijende kolen. De heer Buvert trad daarop toe en na eenige ruimte gemaakt te hebbenzoodat hij gemakkelijk kon gaan zitten, strekte hij zich te midden van de gloeijende en brandende massa op den grond uit. Hoezeer men begreep, dat dit eene nieuwe proef was, ble ven de toeschouwers onbewegelijk en verstomd over dit waag stuk staan, dat al onze gewone begrippen te boven gaat. Wie toch zou het tot dusverre gewaagd hebben op en te midden van eene berg met gloeijende smidskoolen te gaan liggen? Van allo zijden klonk; genoeg, keer terug! De heer Buvert strekte zich echter zoo gemakkelijk uit alsof hij op dons lag en toen hij aan de herhaalden kreten gehoor gaf, scheen het alsof hij ongaarne een aangenaam rustbed verliet. Oorverdoovend waren de toejuichingen bij zijn terugkeer. De eenige vraag die nog overblijft is, of iemand, gekleed met dezen door Buvert uitgevonden toestelzich gemakkelijk genoeg beweegt om een ander mensch of zware voorwer pen te kunnen dragen. Berigtcn betreffende de cholera. Den 11 Sept. zijn: Den 12 Sept. zijn: aauget. overledcu. oanget. overledeu, Amsterdam 7 9 6 8 Delft 2 1 0 1 's Gravenhage 3 5 11 8 Rotterdam 5 2 5 5 Dordrecht 0 1 0 0 Utrecht 2 1 0 0 Breda. 5 2 0 0 Arnhem 4 3 3 3 's Hertogenbosch 9 4 6 3 Groningen 4 3 Zwolle. 1 1 1IAAGSCHE CORRESPONDENTIE. 'sHage, 13 September Mijnheer de Redacteur! Bij ontstentenis van eigenlijk gezegd residentie-nieuws bepaal ik mij voor heden tot het verslag van de zitting der Eerste Kamer, datom wille der grondwettige quaestie daarin, behandeld, zeker niet van belang is ontbloot. Nadat in de ochtendzitting de wet op de inkwartiering, alsmede eenige an dere wetsontwerpen waren aangenomen, werden na de pauze eenige onteige— nings-wetteu zonder discussie goedgekeurd. Daarop gaf de Voorzitter der vergadering kennis, dat de commissie van rapporteurs over de Indische bcgrooting met haar verslag gereed was en stelde diensvolgcns voor, de beraadslagingen daarover aan tc vangen morgen ten 10 ure. De hr. v.Swiuderen merkte dadelijk op, dat het verslag een zeer uitvoerig stuk is, waarop het antwoord der regering nog niet was ontvangen hij meende dus aan de Kamer de beslissing te moeten overlaten of zij reeds morgen de beraadslagingen zou aanvangen, dan wel een audcr besluit nemen. De heer Duymacr vau Twist wees op de belangrijkheid van het onder werp; het gold hier eene quaestie van ongeveer 120millioeu, waarover dus niet ligt mogt wordcu hecngcloopen. Daarom wenschte hij eerst de stukken te doen drukken en rouddeelen en den dag der beraadslaging later tc bepalen. De beer Cremers wilde de begrooting afhandelen vóór de sluiting, terwijl Cost Jordcus deed opmerken, dat het voorstel van den Voorzitter eene af wijking was van het reglement van orde, dat bepaalt, dat de verslagen min stens 24 uren tc voren aan de leden moeten worden rondgezonden. De heer Borcel verklaarde het tc betreuren, dat de Indische begrooting ligtvaardig zou moeten behandeld worden, doch meende dat bij niet aanneming van het voorstel des Voorzittersdie begrooting niet zou kunnen behandeld worden vóór de sluiting der zitting. Hij wil de werkzaamheden vau de eene zitting niet in de andere overbreugen want die overbrenging is een Ko ninklijk praerogaticf en een regt der kroon. Ziedaar M. d. lt. de vraag veranderd in eene quaestie over de grondwet. De heer van Beeck Vollenhoven bestreed uitvoerig de opijiic van den heer Boreel en vercenigdc zich met het voorstel van den lieer van Twist, welke laatste deed opmerken: dat er 's avonds nog werkzaamheden voor de Kamer zijn (de behandeling der veewet), en dat het verslag nog niet ia. rond gedeeld. Is nu het ontwerp zóó spoed vereischcnd, dat eeu uitstel van acht dagen daarop van invloed kau zijn In welke wet, vraagt spreker, is het denkbeeld gehuldigd, dat sluiting der Kamer tevens stuiting der werkzaam heden medebrengt. De heer Cremers ontwikkelt nader zijn gevoelen, dat het ontwerp wel spoed vcreischt. Met het oog daarop vraagt hij of meu des noods niet Vrijdag avond zou kunnen beginnen en Zaturdag eindigen. Nadat de hh. Schimmelpcnuick van der Oije, Hartsen, en van Nispeu van Pannerden het woord hadden gevoerd, nam de minister vau Koloniën, de heer Mijer, het woord. De minister betoogde dat, indien wetsontwerpen nffetvóór de sluiting zijn afgedaan, die sluiting eene bloote ceremonie wordt. Het gold hier eene hoogst belangrijke zaak, zooals de minister in de andere Kamer heeft onder vonden. Doch de Regering heeft in de Tweede Kamer zeer breedvoerig ge-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1866 | | pagina 2