SCHAGER NIEUWS. is, en dat mitsdien de sedert geruimen tijd afgebroken ar beid tot berging van de daarin nog aanwezige schatten, met kracht kan worden hervat. In de Arnhemsche Ct. leest men //De verkiezingen van leden voor den gemeenteraad heb ben in vele gemeenten tot uitslag gehad dat verscheidene aftredende leden of niet herkozen werden of aan eene her stemming zich moeten onderwerpen. Dit is een gelukkig verschijnsel. Het bewijst dat de kiezers beginnen in te zien dat ook het lidmaatschap van ■den gemeenteraad iets meer is dan eene onderscheiding voor brave burgers; en dat er meer voor gevorderd wordt dan van ouder tot ouder in de stad te zijn gevestigd. De niet- herkiezing van hen, die jaren lang zitting in den raad gehad hebben, bewijst dat men eindelijk inziet, dat, zoo er geklaagd wordt over misbruiken en verkeerdheden, de ingezetenen zeiven het middel in handen hebben om daaraan een einde •te maken. Het Dagblad bevat een artikel over den nieuw opge treden minister van koloniënden heer J. J. Hasselman laatst burgemeester van Tielvoorafgegaan door eenige opmerkingen omtrent de tijdruimte aan het zoeken van ministers door verschillende ministerien besteed. Uit de levensbeschrijving van den heer Hasselman blijkt, dat hij thans 52 jaar is, van 1833 tot 1845 en van 184G tot 1854 in Iudie verschillende ambtelijke betrekkingen heeft bekleed. In 1860, 1862 en 1863 heeft hij drie brochures uitgegeven over het cultuurstelseldie hem doen kennen als een //warm voorstander van het cultuurstelsel". Het Dagblad somt nog eenige eigenschappen van hem opte algemeen echter om er meer waarde aan te hechten dan aan een ge woon compliment. Het merkwaardigste is misschien de her innering dat de heer Hasselman een van de dertienen was, die den laatsten December 1864 het adres over den legen- woordigen toestand van Indie aan den koning rigtten. De medewerking aan dat reactionaire adres was geheel in over eenstemming met zijne verdere beschouwingen over koloniale staatkunde. Het Dagblad is met de keuze ingenomen maar zal de daden van dezen //Man" afwachten. Het Dagblad geeft op nieuw, geleerd door het gebeurde met den heer Trakanen, zijn wantrouwen in antecedenten te kennen. Uit 's Gravenhage wordt aan de Arnh.Ct. geschreven, dat er geen sprake meer schijnt te zijn van het nederleg- gen der portefeuille door den heer Heemskerk; men is al thans aan het Departement van Binnenlandsche Zaken bezig met het ontwerpen van wijzigingen in de militiewet. De hoofdstrekking daarvan is uitbreiding van het contigent, be perking der vrijstellingenten gevolge waarvan o. a. de ont heffing van éénige zoons zal komen te vervallen alsmede beperking der bevoegdheid tot remplaceren. Waarschijnlijk zal dit ontwerp bij den aanvang van het nieuwe zittingjaar tot de eerste bezigheden van de Kamer belmoren. Per telegraaf is te Batavia de tijding ontvangendat het stoomschip 3 kl. Reteh op de noordoostkust van Borneo bij Beloengan, ter hoogte van 't eiland Darawan op eene klip geraakt was en het schip niet meer te redden was. De officieren en verdere bemanning hadden zich gevestigd op een nabijliggend eilandje, terwijl nog niet bekend was, of zy hun goed nog hadden kunnen medeuemen. De stoom schepen Leeuwarden en Haarlemmermeer zijn dadelijk en nog een gouvernements-stoomschip is later vertrokken, om de bemanning en hetgeen nog gered is kunnen worden aan boord te nemen. Te Makasser is de tijding door de Onrust gebragt, die met de Stavoren dadelijk ter hulpe is afgezonden. De kommandant was de luit. t/z. 1 kl. H. Schokker, die juist te huis zou varen. De cholera neemt te Eorne meer en meer toe, in veel sterker mate dan men aanvankelijk had vermoed. Het aantal dooden bedroeg nu 75 daags. De ontvangst van de verschillende vorsten moet den keizer van Frankrijk op zulke onkosten hebben gejaagd, dat zijne civile lijst een aanzienlijk deficit oplevert. Men zegt dat de keizer in twee of drie jaren door besparingen het de ficit wil aanvullen. Een zonderling proces is bij het Stadsgericht te Berlijn aanhangig. De zaak zooals zij door de Duitsche bladen wordt verhaald, klinkt wel wat aprocrief, en 't is dan dok onder de meeste reserve, en meer om 't curieuse der geschie denis, dat wij haar onzen lezers mededeelen: //Een weduwnaar van gezetteu ouderdom verzekerde bij eene buitenlandsche maatschappij zijn leven voor de som van 10,000 Thlr. Spoedig daarop boezemde eene jeugdige mo demaakster hem zulk eene liefde indat hijna eene korte kennismakingmet haar in 't huwelijksbootje stapte. On gelukkig was ons paartje geen lang genoegen gegund, want de oude heer, lot nu steeds frisch en gezond, werd spoedig na de bruiloft ziek, en trots de opofferende liefde zijner echtgenoote, welke hem dag en nacht verpleegde, werd zijn levensvonkje uitgebluscht. //Na den dood baars echtgeuoots leverde de weduwe de vereischte documenten bij de maatschappij in, en vorderde de verzekerde som. Deze vordering werd echter van de hand gewezen, »op grond dat de maatschappij niet verpligt was tot betalingvermits de verzekerde handelingen had begaan waardoor zijn leven werd verkort." //De weduwe kwam nu in regten tegen de maatschappij, waarop deze beweerde, dat de verzekerde, zoo hij op zijne gevorderden ouderdom geen zoo jeugdig meisje had gehuwd den vooraf berekenden leeftijd ongetwijfeld zou hebben be reikt Als deze geschiedenis waar is, blijkt daaruit op nieuw hoe verschillend de inensehelijken zaken worden beoordeeld Niet lang geleden toch verzekerde de Schotscbe statisticus Dr. Clarke juist het tegendeel. Terwijl hier wordt beweerd dat het huwelijk den armen weduwnaar den doodsteek heeft gegeven, verklaarde Clarke daarentegen dat ieder meisje, haar echtgenoot een aantal jaren levens als bruidschat aanbragt Rrrare humanem est Mijnheer de Redaeteur! De verkiezingen maar dat weet ge reedsde behou dende partij heeft de overwinning behaald, de aftredende raadsleden zijn herkozen, 't Is echter eene zegepraal, die veel heeft van eene nederlaag -wanneer toch, gelijk hier het geval was, personen die jaren lang op het kussen zaten, niet meer stemmen op zich kunnen vereenigen, dan volstrekt voor de meerderheid wordt gevorderd, en men daarvan af trekt, het getal dat zij aan familie-betrekkingen en de magt van het geld te danken hebben, dan mag men vrijelijk zeggen, dat zij in zekeren zin niet verkozen zijn, en hun zitting nemen, niet is de wil der meerderheidhet eergevoel moest hun nopen te bedanken. Maar neen ministerie dat niet heen wil gaan, blijft lang", heeft iemand, ik meen de heer Groen, gezegd, en ik geloof, dat deze raadsleden, wat «blijven" aangaat, eene vastheid van wil hebben, die zelfs en dit zegt nog al wat door ons tegenwoordig kabinet niet wordt bezeten. En waarom ook heen te gaan, uit gevoel van eer? «de eer" zegt zeker schrijver «is een kostelijk ding, doch men kan er niet van eten", en dingen waarvan men niet kan eten zullen daar waar men zelfs in raadsvergaderingen wijsheid uit krente- broodjes put, niet hoog aangeschreven staan. Neenblijven dat is de leus; blijven en weder behouden e:. be zuinigen; bezuinigen tot men er bij ongeluk door aan 't geld ver morsen raakt, en opdat niet de gezondheid van Schagens opko mend geslacht het offer worde der zucht tot «omslag verminde ring", de commissaris des konings in 't eind tusschenbeide moet komen. Want ge moet weten, dat Schagen Vrijdag 11. de eer heeft genoten door dien heer bezocht te worden; eene eer door de meeste ingezetenen, gelet op het niet uitsteken hunner vlaggen, niet naar eiseh gewaardeerd. En waarlijk, Schagen mag dank baar zijn voor dat bezoek; Zijne Excellentie toch heeft nu eens kunnen zien, wat gebrekkigs er zoo al in ons dorp heerscht, en heeft wat ditmaal hoofdzaak was, ons bewaard voor den ramp dat ons schoolgebouw, waaraan reeds aardig wat geld is vermorst, verknoeid werd tot een soort van Noaehs-ark, die aan alles beantwoordde behalve aan de eischen der gezondheidsleer en van eene goed ingerigte ge meente-school, en ons het uitzigt geopend dat een flink nieuw gebouw hier welligt zal verrijzen, een gebouw Schagen waardig: en niet, gelijk nu, een soort van steenen boet met «wolveu- dakjes". Over de ontvangst van Zijne Excellentie zal ik niet veel zeggen. Dat er geen genoegzaam aantal rijtuigen aan het 6tation was om deze en de hem vergezellende heeren naar het gemeentehuis te rijden, was geheel in den hier heerschende smaak, om de dingen nog al eens ten halve te doen; dat de raad, except het dagelijksch bestuur, commissarisschuw scheen, en zich niet liet zien, was geheel overeenstemmend met de eischen der wellevendheid. Of eindelijk dit ligchaam bijzonder verblijd was met het hooge bezoek, dat, naar men mij heeft medegedeeld hoofdzakelijk ten doel had, een onderzoek naar de ellendige wijze waarop onze school werd verbouwd, waag ik niet te zeggen. Doch dat daargelaten, in elk geval mag verwacht worden, dat het bezoek van Zijne Excellentie voor Schagen goede vruchten zal dragen. JOB. 3inge50iitnm. De Redactie onderschrijft niet altoos de gevoelens der inzenders. Mijnheer de Redacteur In de zitting van den gemeenteraad van 21 Mei jl. werd een adres van het bestuur van het Artillerie-Vrijkorps, om subsidie ter tegemoetkoming in de vele kostenveroorzaakt door kleeding enz., aangehouden, tot na de organisatie van de schutterij in deze gemeentedie men meende dat misschien reeds den 1 Augustus zou plaats hebben. (Zie No. 625 van dit blad, dato 25 Mei.) Keeds in uw geacht blad van 1 Junijjl. (No. 627) vestigde ik de aandacht van het publiek op het m. i. min raadzame van dat besluitwaardoor het verleenen dier subsidie toen maals onbepaald werd verdaagd, iets, dat naar mijne beschei- dene meening aanleiding zou kunnen geven tot ontmoediging der leden van het corps, hetgeen met kracht moest worden voorkomen Het besluit was intusschen genomen er viel niets aan te veranderen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1867 | | pagina 2