Jlteuras- en
Höucrtciitic-fifftö.
643.
Zevende Jaargang.
1867.
ZATURDAG
27 J U L IJ.
gcbcdte.
Bict-officiëcï geöedte.
Zitting van den Gemeenteraad,
HELDERSCHE COÜRANT.
Verschijnt WOENSDAG en ZATURDAG.
Abonnementsprijs voor 3 maanden1.30
Franco per post H 1.50
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaren en Post
directeuren. Brieven franco aan den UitgeverS. Giltjes.
De prijs der Ad verten tien van 14 regels is 40
Centen voor eiken regel meer 10 Centen. Zegelregt voor
elke plaatsing 35 Centen. Vóór des Dingsdags en Vrijdags
middag 12 uur gelieve mende Advertentiën intezenden.
Ingezonden stukken minstens één dag vroeger.
POLITIE.
Gedeponeerd ten burele van den ondergeteetendeeen
rood Halskettingje en een Boezelaar.
Helder26 Julij 1867. De Commissaris van Politie
A. O. BOONZAJER.
op Dlngsdag 23 Julij 1867.
Voorzitter de heer Mr. K. J. C. Stakmas Bosse.
Secretaris de heer L. Verhet.
Tegenwoordig 13 leden.
Afwezig de heeren Papineau Slebe, de Breuk en v. Strijen.
De notulen der vorige vergadering worden gelezen en goed
gekeurd.
Alvorens aan te vangen met de beschreven punten van
behandeling deelt de Voorzitter mede, dat een paar stukken,
behoorende tot de geloofsbrieven der nieuw gekozen leden,
nog niet zijn ingekomen stelt mitsdien vóór het onderzoeken
der geloofsbrieven uit te stellen tot de eerstvolgende verga
dering. Wordt goedgevonden.
1). Janbieding rekening 1866
Gemeente.
Totaal der ontvangsten 193,768.87^.
uitgaven 151,643.76
Burg. Armbestuur.
ƒ10,495.72*
9,459.185.
Alg. Weeshuis.
ƒ10,575.61
10,525.43*
42.125.U£ 1036.54 50.17^
De Voorzitter acht zich verpligt eenige ophelderingen te
geven aangaande het batig slotten bedrage van ruim f 42,000
dit is ontstaan door dat lo. de ontvangsten f9000 meer be
dragen dan daarvoor geraamd isen 2o. dat eene som van
f22,000 voor de brug aan den ingang van het Heldersch
kanaal en eenige andere gelden voor gemeentewerken, op
de begrooting voorkomendeeerst in den loop van dit jaar
worden uitbetaald. Genoemd batig slot bestaat dus niet in
werkelijkheid, alleen op papier.
De beer Kraijenhoff maakt de bemerking dat de meerdere
ontvangsten boven de raming, ten bedrage van f9,000, dan
toch eene werkelijke bate isdie zeer aanzienlijk en voor de
gemeente als een gunstig teeken mag beschouwd worden.
Bij loting splitst zich de raad in drie afdeelingentot on
derzoek dier rekening.
2). Voordragt hulponderwijzer.
Tien sollicitanten hebben zich aangemeld. Door den school
opziener in overleg met den hoofdonderwijzerzijn op de
voordragt geplaatst: G. Folkertsma, B. Laverman, beide van
Leeuwarden, en H. van der Wey, van Sneek.
De beer Braaksma vraagt of er eenige reden bestaat waarom
de hulponderwijzer J. Bakker, die tot de sollicitanten behoort,
niet op de voordragt staat, daar spreker zich meent te ber
inneren dat hem toezegging is gedaan, bij gelegenheid hij bier
.tijdelijk is werkzaam geweest, om bij de eerst ontstane va
cature te worden aangesteld.
De Voorzitter antwoordt, dat genoemde Bakker thans eene
betrekking beeft te 'sGraveland.
De heer Maalsteed vraagt of men gehouden is èene keuze
te doen uit bet voorgedragen drietal.
De Voorzitter antwoordt, dat men persó daar niet aan ge
houden 13, maar dat men wel kan aannemen dat de voor
gedragen personen de meeste aanbeveling verdienen.
De beer Boomsma acht het wenschelijk in bet belang van
het onderwijs, eene keuze te doen uit de voordragt.
G. Folkertsma wordt benoemd met 8 stemmen. J. Bakker
bekomt 2 stemmenB. Laverman en H. van der Wey ieder
1 stem; 1 briefje is in blanco.
S). Adres van het bestuur van het Artillerie-Vrijkorps.
Daar in eene vorige vergadering besloten is tot aanhou
ding van bet verzoek om subsidie, tot dat de hoegrootheid
der uitgaven der gemeente ten behoeve der schutterij bekend
zoude zijnen aangezien de wet op de schutterij thans door
de Eerste Kamer is verworpen vermeent het bestuur van
het Artillerie-Vrijkorps, dat de bezwaren thans als uit den
weg geruimd kunnen worden beschouwd, en twijfelt dus niet
of de raad zal in het verleenen van eene subsidie bewilligen.
Verzoekt dos beleefd bet vroeger ingediend adres thaDS in
gunstige overweging te willen nemen.
De Voorzitter zegt, dat het hem leed doet dat op dit ver-^
zoek nader wordt teruggekomen. Dat in de vorige verga
dering de zaak niet au fond is behandeld maar verdaagd en
thans, hoewel de wet op de schutterij door de Eerste Kamer
is verworpen, wel te verwachten is, dat binnen eenigen tijd
een nieuw ontwerp zal worden aangebodenook volgens de
woorden van den minister van Binnenl. Zakenzoo dat die
wet de gemeente nog altijd boven bet hoofd blijft zweven
mitsdien het Dagel. Bestuur voorstelt, om de behandeling van
dit verzoek op nieuw uit te stellentot bekend is w'elke
finantiele verpligtingen de schutterij-wet de gemeente zal
opleggen.
De heer Zur Muhlen verklaart zich tegen het uitstellen en
wil hetgeen de gemeente boven bet hoofd hangt maar laten
hangen.
De heer Kraijenhoff zegt, reeds te hebben vernomen dat het
verzoek bij het Dagel. Bestuur niet gunstig was ontvangen
doch hij verbaasde zich zeer over deze wijze van formulerenhij
zou het beter hebben gevonden dat bij de eerste bespre
king van het verzoek, men zich dadelijk rondweg er tegen
had verklaard, dan was men al dien tyd niet nutteloos
opgehouden en hadden andere middelen opgespoord kun
nen worden. Spreker zegt ten slotte dat de opgeworpen
excepties hem hebben getroffen en hij de behandeling niet
ioijaal vindt.
De Voozitter zegtwanneer wij onnoodige uitgaven doen
ten behoeve van een geheel vrijwillig korps, zou daar
door een antecedent ontstaan waardoor de gemeente ten
opzigte van de schutterij verpligtingen zouden kunnen worden
opgelegd, die wel eens al te bezwarend zouden kunnen worden.
Het voorstel tot verdagiDg, zegt spreker, moet als een voor-
zigtigheidsmaatregel van het Dag. Best. beschouwd worden
daar ook' bij eene directe afwijzing en opeDtlijke verklaring
dat eene uniform niet noodig isdaardoor alligt de iilusien
bij velen benadeeld zou worden.
De heer Kraijenhoff vraagt of het Dagel. Bestuur regt
heeft, om eene zaak naar willekeur au fond te behandelen,
ja dan neen. Spreker komt op tegen het gezegde van den
Voorzitter dat de uitgaven onnoodig zijn.
De hr.Braaksma vraagt waarvoor die uitgaven moeten dienen.
De heer Kraijenhoff vraagt en bekomt verlof den heer
Braaksma te antwoorden, dat op andere plaatsen veelal de
vrijcorpsen bestaan uit den meer gegoeden standen de leden
zeiven de uitgaven voor uniform, enz. bekostigendat ter dezer
plaatse het vrijcorps geformeerd is uit burgers uit de ver
schillende standen en bijgevolg er velen zijn voor wie het be
talen van contributie en bekostigen van uniform een te groot
bezwaar ishet beroep op de gemeentekas is alleen om de
zoodanigen te gemoet te komen.
De Voorzitter zegt, dat bij de behandeling dezer zaak au
fond, hij den raad moet adviseren geene subsidie te verleenen,
op grond daarvan, dat het rijk al het noodzakelijke verschaft.
Spreker leest daarop, uit eene onlangs, door de permanente
afdeeling van het centraal-comite' van de Nederlandsche weer-
baarheidsbond, verspreide circulaire, het volgende voor
"Meent niet, dat wij U vragen, dat gij U uniformen aan-
"schaft, dat gij U officieren kiest, dat gij parade's bijwoont.
»Dat alles zijn slechts bijzaken, die, waar men er tijd en
"geld genoeg voor bezithaar nut kunnen hebbenmaar die
"even veilig achterwege kunnen blijven. De hoofdzaak is
ndat gij U tot goede scherpschutters vormt."
En laat er op volgenAls het hoofdbestuur het zoo
formuleert, dan dunkt mij, mogen wij aan andere gemeente]
geen voorbeeld gevendaar tot nog toe nergens een vrijcorps
uit de gemeentekas is gesubsidieerd. éTjS
Spreker zegt vroeger zelf lid te zijn geweest van een