it i a tt w a g ij d 3 a it. i? Is het opregfc gemeend, welnu, het ministerie stelle dan, of late door een zijner vrienden stellen de kwestie van vertrouwen. De minister van buitenlandsche zaken (de heer van Zuylen van Nijevelt) doet opmerken, dat door den heer Godefroi, de kwestie onjuist is voorgesteld. En zoo lang nu de begrooting van buitenlandsche zaken niet op nieuw zal zijn verworpen, kan men niet zeggen dat in de ontbinding is misgetast. De minister zegt, dat de begrooting spoedig behandelt kan worden, dat thans nadere en meerdere inlichtingen kunnen worden verstrekt. Hij verwacht van de billijkheid en onpartijdigheid der kamer, dat het haar oordeel zal willen opschorten tot dat die nadere inlichtingen zullen worden gegeven. De discussiën worden verdaagd tot heden (Dïngsdag) voor middag 11 ure. De heer Fransen van de Putte is dan aan het woord. Helder, Nieawediep, Willemsoord, enz. 3 Maart 1868. Het Zaturdag avond, door den Notaris W. J. Hidde Bok, geveilde 3/32 aandeel in het Nederl. barkschip Pieter, is opgehouden voor f .1410.— Z. M. heeft als blijk van goedkeuring en tevredenheid verleend de bronzen medaille en loffelijk getuigschrift aan J. ter Beek en J. Polderman matrozen 30 klasse op Zr. Ms. schroefstoomschip Coelworn, wegens het redden van eenen in het water gevallen zee-officier, ter reede van Macasser op 22 November 1867; en aan J. Kamermans, ligt matroos op Zr. Ms. stoomschip Leeuwardenwegens het redden van eenen ter reede van Macasser in het water gevallen matroos, op 26 Nov. 1867. Men schrijft ons van Terschelling d. d. 29 Pebr. Door den gemeenteraad alhier is benoemd, tot plaatselijk genees- heel- en verloskundige te Westerschelling, de heer J. Kooiman Az.thans geneesheer te Vlieland en zulks ter vervanging van den op zijn verzoek eervol ontslagen genees heer L. P. Sehmidt, zijnde deze beroepen als stads chirur gijn te Enkhuizen. Voorts door het departement van 't Nut alhier benoemd tot secretaris de heer C. Kraan, inspecteur over het loods wezen alhier, mede ter vervanging van genoemden heer L. P. Sehmidt. De commissaris van Rijkspolitie te Alkmaar heeft de aandacht gevestigd op zekere Catharine Schieckzich ook wel noemende Catharine Schieck van Roggewier portret ten zijnen burele berust, oud 27 jaren, gouvernante, gewoond hebbende in het laatst van 1867 nabij Hattem en daarn® te Rijp (Noordholland). Zij schrijft onder de namen van hooggeplaatste personen brieven aan logementhouders, met verzoek om een inliggenden brief te willen uitreiken aan de persoon op het adres ver meld, die, naar haar schrijven, aldaar reeds logeert of zal komen, en anders per post te verzenden, daarbij tevens op naam van een ander logies bestellende. De inhoud dier brieven is gewoonlijk minder aangenaam voor den geadresseerde. Derwijze tracht zij zich den schijn te geven dat zij in be trekking staat en beschermd wordt door voorname personen om later, wanneer zij in dienst wordt aangenomen, zich toe te leggen op het bestellen van goederen op naam haars meesters of om de kinderen haars meesters zoo zeer aan zich gehecht te maken, dat zij hen kan gebruiken tot bereiking van het een of ander doel. Zij schrijft bijv. brieven, waarbij de meisjes ten huwelijk worden gevraagd laat deze de ontvangen brieven beantwoor den en geschenken aan de voorgewende minnaars geven, die zij zich toeeigent. Bovendien voorziet zij zich van valsche getuigschriften van zedelijk, eerlijk en trouw gedrag, waardoor ligtgeloovige mensehen misleid worden. Zij heeft zich ook stukken toege ëigend die betrekking hebben op eene erfenis aan een harer vroegere pupillen besproken. Uit eene bij den commissaris van rijkspolitie berustende correspondentie blijktdat zij eene zeer gevaarlijke persoon is, van een verregaand onzedelijk gedrag, het land heeft door gereisd als gouvernante en op verscheidene plaatsen zeer ongunstig bekend staat. Naar men verneemt zal het instructie-bataillon te Kampen, eene aanmerkelijke uitbreiding ondergaan en, naar men zegt, met twee compagnien of 400 manschappen vermeerderd worden, zoodat tot eene vergrooting der kazerne-gebouwen zal moe ten worden overgegaan. De kosten der voorgestelde begroo ting zijn geraamd op 84,000. De Donderdag jl. gehouden veemarkt te Winters wijk kenmerkte zich door eene buitengewone drukte en levendigen 'handel, vooral in dragtige koeijen, waarvoor van 90 tot 135 gulden besteed werd. Ook de vaarzen en ossen waren hoog in prijs. Het vee werd veel door kooplieden uit het naburige Pruisen weggekocht. De biggen golden fl.50 per week. Tn de te Harlingen Donderdag avond jl. gehouden raadsvergadering werd met algemccne stemmen tot onderwijzer aan de gymnastiekschool benoemd den hee Est, te Haarlem. //De kwade zeven." Ieder met 7 eindigend jaargetai" was sedert 70 jaren noodlottig voor handel en flnantiën, een wezenlijke kwade zeven. In 1797 staakte de Engelsche bank hare betalingen. In 1807 had, ten gevolge van de overwinning van Napoleon en den vrede van Tilist, eene vreeselijke vermindering in de waarde van het Oostenrijksche en Pruisische papiereugeld plaats. In 1817 was het groot ste misgewas en de grootste hongersnood dezer eeuw. In 1827 naweeën van de Engelsche krisis der voorgaande jaren op het vasteland. In 1S37 het staken der betaling der gezamenlijke Noord-Amerikaansche banken in Mei, ten ge volge der handelskrisis van 18351836 en den bankmaat- regel van den president Jacksou. In 1847 de hongersnood in Ierland, de vreeselijke duurte der levensmiddelen in Europa en verhooging van het disconto der bank van Engeland op 8 percent, als een gevolg der duurte en speculatien in spoor wegen. Tn 1S57 dezelfde bankbreuk in Atnerik als in 18-37. In 1867 hongersnood in Zweden, Einland (Rusland) in de provinciën van Oost-Pruisen, in Tunis (Afrika), dure tijd door geheel Europa, geen vertrouwen in het handels verkeer, veel werkeloosheid. In de Indische mailberigten wordt melding gemaakt van de gevangenneming van zekere graaf v. üalken. Men verneemt daaromtrent nader het volgendeDoor den officier van justitie te Batavia was regtsingang tegen hem verleend met bevel tot gevangennemingdoch zonder signalement of eene andere aanwijzing, die in staat stelde, de persoon te herkennen. Eene maand lang zwierf hij in de afdeelingeu Toeban en Bodjonegoro rondals "accordeur et facteur de piano's", onder den aangenomen naam van J. A. Brandt; maar ofschoon hij zijn vak zeer goed scheen te verstaanwekte hij door zijne vreemde allures en eene menigte tegenstrijdige ver halen de achterdocht op. Toen de last tot gevangenneming van D. te Toeban bekend werd, was Brandt juist gereed, om naar Soerabaija te vertrekken. De assistent-resident hield hem nog bij tijds in het logement aan, en vroeg hem, of hij door papieren of op eenige andere wijze kon aantoonen. dat hij werkelijk Brandt heette. Hij was echter een veel te eerlijk man om aan dat verlangen te voldoen en de assistent resident had te veel redenen, om die identiteit te betwijfelen, dan dat hij J. A. Brandt wilde laten vertrekken. Daarop maakte de reiziger zich zoo driftigdat er eene wacht voor het logement moest geplaatst wordendoch toen maakte de graaf zulk een vreeselijk geweld, dat geheel Toeban op de been kwam, hij sloeg de stoelen en glazen stukgreep eenige - tafelmessen, waarmede hij ieder, die aan zijn lijf durfde komen dreigde enz. enz. enz. Gelukkig verloor de assistent resident zijne kalmte nietBrandt werd naar der. kommandant der pradjoerits te logeren gebragten in die aangename omgeving werd hij spoedig weêr bedaard. Inmiddels had de assistent-resident een photografisch portret van hem gevonden en naar Rembang geëxpedieerdwaar het voor het afbeeldsel herkend werd van den graaf van Dalken door iemand, die te Buitenzorg de eer had gehad ZHW. Geborene te ont moeten." Hij is door een officier der artillerie herkend als de gedetineerde soldaat H. J. Dalken. De zaak, waarvoor de justitie hem ditmaal vervolgt, is opligting, welken tak van industrie hij uitoefende, terwijl hij voorgaf, een adju dant van den gouverneur-generaal te zijn Volgens de jongste proefneming met het verbeterd Chassepotgeweer kan uien daarmede twaalf schoten per mi nuut lossen. Volgens een van overheidswege opgemaakte opgave zijn gedurende het jaar 1867 te Parijs en in het gebied der hoofdstad zeven honderd zelfmoorden gepleegd benevens twee honderd vijftien pogingen tot zelfmoord. Berigten uit Japan melden de volgende bijzonderheden aangaande de omwenteling, in dat rijk uitgebroken. De aan leiding is het open stellen der havens voor vreemdelingen. De Mikado is door drie der voornaamste Vorsten gevangen genomen. De oude Taikoen heeft de vlugt genomen naar Osaka en wilde zich daar onder de bescherming stellen van de Europesche vloten, maar de vertegenwoordigers der bui tenlandsche mogendheden hebben geweigerdzich in de zaak partij te stellen. Te Yeddo heeft een ernstig gevecht plaats gehad tusschen de troepen vau den Taikoen en van Prins Satsuma. Het paleis van laatstgenoemde is in de asch gelegd. Twee Eransche bladen, de Avenir National en Li- berté,brengen als historische herinnering, ter: gelegenheid van den verjaardag der Eebrnarij-omwenteling, den volgenden brief onder de oogen hunner lezers, door den keizer geschreven aan de leden van het voorloopig bewind: "Mijne heereu Nadat het volk van Parijs door zijn heldenmoed de laatste sporen van vreemde overheersching heeft vernietigd, kom ik in allerijl uit de ballingschap herwaarts, om mij te stellen onder de vaan van de republiek, welke geproclameerd is. Zonder andere eerzucht dan die van mijn vaderland te dienen, geef ik van mijn aankomst kennis aan de leden van het voorloopig bewind, en verzeker hun vau mijn gehechtheid aan de zaak, welke zij vertegenwoordigen, alsmede van de sympathie voor

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1868 | | pagina 2