1808.
M 750.
Achtste Jaargang.
ELDERSCHE GODRANT.
Jïteutos- en
Verschijnt WOENSDAG en ZATURDAG.
Abonnementsprijs voor 3 maandenƒ1.30
Franco per post h #1-50
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaren en Post
directeuren. Brieven franco aan den Uitgever S. Giltjes.
WOENSDAG
<ftïtoerteiiUe-6faÖ.
De prijs der Advertentien van 14 regels is 60
Centeu voor eiken regel meer 15 Centen. Zegelregt voor
elke plaatsing 35 Centen. Vóór des Dingsdags en Vrijdags
middag 12 uur gelieve mende Advertentiènintezenden.
Ingezonden stukken minstens één dag vroeger.
27 MEI.
Qcücdte.
Onder dankzegging voor de milde bijdragen, brengt de
ondergeteekende ter kennisse van de Ingezetenen, dat de
collecte ten behoeve van de nagelaten betrekkingen van de
op den 28 April 11. verongelukte Visscherlieden, beeft op-
gebragt de som van f180. De Burgemeester,
Helder, 26 Mei 1868. STAK MAN BOSSE.
officieel geijctfte.
WILLEM 111THOIU5ECKE.
Het groote nieuws van den dag is dat Z. M. Zaturdagjl.
den heer Thorbecke ontboden heeft en na een onderhoud van
circa twee uren hem de zamenstelling van een ministerie
heeft opgedragen, wij zien nu dagelijks de namen der nieuwe
ministers te gemoet.
In een hoofdartikel na de verwerping der begrooting van
Buitenlandsche Zaken schreven wij o. a. het volgende
Aan den Koning tliaus de eindbeslissing.
Wij vertrouwen van 's Kouings wijsheid, het eenige groote gewigtige be
sluit genomen te zien, dat de rust in deu laudc, zoo deerlijk verstoord, kan
herstellen.
„de stad der paleizen",
het soliede Assen, komt de eer toe den man afgevaardigd te hebben, wiens
naam thans weer op aller lippen zweeft, dien roemrijken naam vau Thor
becke, den handhaver der Grondwet, die de regten van alleu waarborgt, den
zoo bekwamen leider der partij die hem, ook bij persoonlijke grieven, zoo
gaarne volgt, als hij met meesterhand het vaandel draagt, waarop geschreven
staat
„Handhaving der hoofdbeginselen etner constitutionele monarchie", deneenigen
staatsman in Nederland, die naar de eigene getuigenis van zijnen alouden
politieken tegenstander Groen, eene politieke school gevestigd heeft. Groen
zeide Thorbecke a fait école.
Op de vraag Wat nu is, dunkt ons, in het belang van het vaderland,
tot behoud van orde en rust en tot herstelling van de rigtige leiding der
zaken, slechts een antwoord mogelijk, n. 1.de optreding van een liberaal
ministerie."
Onze verwachting toen reeds geuit is thans vervuld gewor
den. Nederland moge juichen in de wijsheid zijns Konings,
die thans weder getoond heeft voor zijne onderdanen een
waar constitutioneel vorst te zijn, die zich weet te plaatsen
boven de partijen en zich niet laat slingeren door drogrede
nen zoo als wij die gisteren weer uit de pen van prof. Vreede
gevloeid, in het Utr. Dagblad lazen en heden door zijn geest
verwant Lion in het Dagb. van s Gravenhage zagen overge
nomen en toegejuicht.
Vol bitterheid en gal wordt door dit tweetal tegen 's Ko
nings handeling geopponeerd. Dat zijn nu die ware verde
digers van de prerogatieven der kroon.
lTIBtrWSTIJDI KT3 B 1T.
Helder, Nieuwediep, Willemsoord enz., 26 Mei 1868.
De eerste uitvoering, op gisteren avond, van de zang
school Euphonia, ten voordeele van de in behoeftige om
standigheden nagelaten betrekkingen der verongelukte vis-
schers, mag zeer schoon genoemd worden.
De zang was allerliefst, vooral ook de solo-zangeressen
brengen wij eene welverdiende hulde.
Eenige bevoegde beoordeelaars, die voor de eerste maal
eene uitvoering van Euphonia bijwoonden, getuigden uos
nimmer bij kinderzang die vastheid en zuivere harmonie te
hebben geboord en ook dat men in de grootste steden van
ons vaderland te vergeefs iets dergelijks zou zoeken.
Wij kunnen dan ook niet genoeg aansporen tot een ruim
bezoek op Donderdag a.s., wanneer de tweede uitvoering
zal plaats hebben. Men bevordert ten eerste het edel doel
der lieve zangers, ondersteuning van armen en ongelukkigen
en ten andere verschaft men zich zeiven een zeldzaam genot.
Naar aanleiding van Z. M. besluit van 22 dezer, wordt
de kapitein ter zee M. II Jansen, opzijn verzoek, met den
laatsten dezer maand, eervol ontheven van het bevel over
Zr. Ms. ramtorenschip Prins Henïlrih der Nederlanden, en
in zijne plaats tot bevelhebber benoemd de kapitein ter zee
P. A. van Rees.
Afloop der aanbesteding, op Zaturdag j!., alhier door
den majoor-kommandant der genie in de 5e stelling gehouden,
van: 1°. Het éénjarig onderhoud van kazerne, gebouwen, enz.;
het minst ingeschreven door Gebrs. Moorman, voor de som
van f 4260, en aangenomen door dezelfden voor f 4260.
2°. Het éénjarig onderhoud van de metsel- en timmerwerken
het minst ingeschreven door H. J. Rippensvoor f3800.
en aangenomen door dezelfden voor f3590. 3°. Het éénjarig
onderhoud van de aardewerken; het minst ingeschreven door
H. J. Janzen, voor de som van f5220. en aangenomen door
denzelfden voor f 5220. 4° Eene verwing van kazerne-ge
bouwen; het minst ingeschreven door Jb. Hoogerduin, voor
f1600. en aangenomen door denzelfden voor f 1470. 5°. Eene
verwring van werken het minst ingeschreven door K. Pronk,
voor de som van f 2000, en aangenomen door denzelfden
voor f1780.
Z. M. de Koning heeft den Minister van Binnenland-
schè Zaken Heemskerkhet Grootkruis toegezonden van de
Orde vau de Eikenkroon.
-Z. M. heeft benoemd tot regter in de arrondisseinents-
regtbank te Hoorn mr. M. van Trojen van Hulst, thans regter
iu de arrondissements-regtbank te Appingadam.
Aan d8. J. W. van Leeuw, te Alkmaar, is wegens
den ongunstigen staat zijuer gezondheid, tegen 1 Nov. eervol
emiritaat verleend.
Onder het opschrift „Kanaal door Holland op zijn smalstlezen wij
in de Stoompost de volgende beschouwing
„Door het overijlde besluit, dat de gemeenteraad vau Amsterdam den 20
dezer omtrent deze belangrijke zaak heeft genomen, zien wij ons zeer teleur
gesteld, en de regeling, door de regering met zooveel moeite tot stand ge—
bragt en nu aan de wetgevende magt ter bekrachtiging ingediend (zie ons
110. 20) weder op de lange baan geschoven.
„De raad heeft, op voorstel van burgemeester en wethouders, besloten,
ongeroepen aan de Tweede Kanier de verklaring af te leggen, dat de laatst
toegezegde bijdragen van 3 millioen op de tijdstippen, in de overeenkomst
tusschen de Regering en de Kanaalmaatschappij op 1871, 1873 en bij de
voltooijing gesteld, alleeu dan zal worden beschikbaar gesteld als de Staat
het werk zelf uitvoert.
„"Wij zeiden ongeroepen de verklaring af te leggen;" het schijnt toch
dat de Regering aan deu raad sedert het laatste raadsbesluit niets anders
gevraagd had, zoodat de raad zich eenvoudig aan dat besluit had kunnen
houden, en afwachten welke waarborgen de Regering voor het tot stand
komen van het kanaal zou geven, indien zij, in verband met de getroffen
regeling, van den gemeenteraad, eene wijziging in zijn besluit verlangde.
„Was de strekking van het eerste besluit, waarbij de raad nader 3 mil
lioen toestond, om met den Staat, door uitkeeriug vau 1 millioen in 1871
en 1 millioen in 1873, de risico van het niet tot stand koineu te loopen,
het sprak onzes inziens van zelf, dat de raad diezelfde, risico niet wilde loopeu
als de Staat aan de Maatschappij de uitvoei ing overliet, en daarom voordat
geval bij zijn raadsbesluit vau 26 Februarij de uitkeeriug der geheele 3 mil
lioen eerst na de voltooijing der werken wilde doen.
„Nu nam de Regering in de overeenkomst met de Kanaalmaatschappij de
bepaling op, dat die regeling verviel als Amsterdam niet in 1871 en 1873
telkens, wel ten behoeve der Maatschappij, doch aan den Staat één millioen
uitkeerde; iu de memorie, welke het wetsontwerp vergezeld, zegt de Regering
echter: „en bleken de waarborgen onverhoopt nog onvoldoende, of indien,
„door welke omstandigheden ook, het werk toch niet tot stand kwam, ter-
„wijl reeds door de stad Amsterdam een of twee millioen aan deu Staat
„waren uitgekeerd, dan zou de billijkheid medebrengen haar die weder terug
„te geven."
„Het is dus allezins te denken, dat, indien de Regering aan Amsterdam
eene wijziging vau het laatste raadsbesluit had gevraagd, zij tevens omtrent
die billijk geachte teruggave in eene regeling zou zijn getreden
„Maar burgemeester en wethouders (altijd zoo vlug wachten van de
Regering geen schrijven af, en vinden in het wetsontwerp aanleiding, jrttfsT
over kop aan den raad voor te stellen, een besluit te nemen, waardoor
regeling voor het oogenblik in het water ligt. -
„Alsof die regeling niet tot hoofddoel had, aan dc stad Amstörmm. "het
'üf-UV-: