kanaal te bezorgen en daardoor haren vorige handelen scheepvaart te hergeven? I
„Te vergeefs tracht het raadslid Jager de oogen van den raad te openen
door een amendement, strekkende om tot uitkeering in termijnen te beslui
ten onder voorwaarde van restitutie door den Staat bij eveutuëel niet tot
stand komen van het werk; maar ook dit rationele, geheel op de toelichting
der wet, gegronde voorstel wordt verworpen; waut de raad wil uitvoering
door den Staat, en nu de Regering, waarin Zij zeer 2eker door de meerder
heid der Tweede Kamer zal worden gesteund, niet wilverlangt de raad lie
ver, dan uitvoering door de Maatschappij te helpen verzekeren, dat zeekanaal I
voor Jiusierdam vooreerst onvoltooid te laten.
„Dit is althans de indruk, dien de wijze van handelen van den gemeen
teraad op ons heeft gemaakt.
„Het werksaizoen is sedert lang aangebroken, intusschen de Maatschappij,
dit weet de raad zeer goed, lean op den tegenwoordigen voet niet voortwer-
ken, en iederen dag oponthoud, de raad weet ook dit, is dubbel schade, want 1
hetgeen gemaakt is, gaat weer verloren.
„De getroffen regeling moest spoedig houderden handen weêr aan het werk
zetten; doch het laatste raadsbesluit laat alles voorloopig gelijk het is. Was
het te verwonderen, dat wij, ernstige voorstanders van dit grootsche werk,
in den aanvang zeiden, ons door dit besluit zeer te zien teleurgesteld.
„Wij zijn, hoe meer verwikkelingen zich op politiek gebied voordoen, des
te gelukkiger dat ons blad aan alle politiek vreemd is; doch wij zouden haast
aan den Amsterdamschen raad durven vragenwas de politiek ook geheel
vreemd aan uw besluit
Woensdag avond ten ongeveer 8 ure werd de heer
G. H. Betz, toen hij zich nog weinige stappen van zijne I
woning te 's Hage bevond en eene wandeling doen zou, door
een hevig toeval getroffen, dat onmiddelijk een einde aan
zijn leven maakte.
Verliezen zijne betrekkingen en talrijke vrienden veel door
den dood van den man, wiens kunde, regtschapenheid, be
scheidenheid en nedrigheid in den omgang door ieder moest
worden gewaardeerd, het vaderland verliest in hem een uit
stekend, bekwaam en trouw dienaar, wien nog een schoone
toekomst scheen te zijn weggelegd. Ook voor de rigtiug
welke hij met al zijne krachten voorstoud, is zijn verlies
onmiskenbaar groot.
Een schromelijk ongeluk't welk weêr als waarschu
wend voorbeeld voor ouders moge dienen, had dezer dagen
te Groningen kunnen plaats vindeu. Drie te bed liggende
kinderen van een ouderenpaar, 't welk afwezig was, hadden
zich meester gemaakt van eenige lucifers. Daarmede spelende,
geraakte het bed door de ontbranding dier voorwerpen in
vlam. Op het noodgeschrei der kleinen schoten de buren toe
en mogt het hun gelukken de kinderen te redden, waarvan
een echter reeds eenige brandwonden had bekomen.
Uit het Westland verneemt men het volgende: Reeds
bij de eerste vracht aspergies, op 4 dezer, werd als eene
bijzonderheid een mandje met nieuwe aardappelen naar Am
sterdam verzonden, terwijl de vrachten aspergies grooter wor
dende, ook het vervoer van aardappelen is toegenomen Er
worden nu reeds verscheidene kinnetjes met de aspergies af
gescheept. De aspergies zijn zwaar, menigvuldig en laag in
prijs. De uitgestrekte velden met aardappelen staan voor
treffelijk en de teelt, die het vorige jaar zeer uitgebreid was,
is dit jaar schier verdubbeld. Voor Eugelsche rekening zijn
bereids onderhandelingen op groote schaal geopend. Het
groeizame weder heeft op alle geivassen een geweuschten in
vloed uitgeoefend en zooals o. a. de vruehtboomen en de
wijngaard zich voordoen, kan eene ruime oogst worden te
gemoet gezien.
Donderdag jl. heeft het scherpschutterskorps van Rot
terdam de steden Delft en 's Hage bezocht. Het Leidsche
korps was ook naar 's Hage gekomen en ging met het Haagsche
het Rotterdamsche tot bij Rijswijk te gemoet. Onder 't opper
bevel van den majoor van Stolk van het Rotterdamsche
korps, trokken de drie korpsen, voorafgegaan door de schoone
muziek der Rotterdamsche scherpschutters, de residentie door
naar het Malieveld. Door de officieren der Haagsche scherp
schutters werden den Rotterdamsche officieren bij Paulez
ververschingen aangeboden. Jammer dat het weder den togt
niet meer beguustigde.
Van Maastricht, 18 Mei schrijft men:
Hier zal op nieuw eene aanzienlijke partij artillerie- en
infanterie-goederen en materieel publiek worden verkocht,
waarouder 538 ijzeren bommen, 5291 ijzeren granaten, 30,845
ijzeren kogels, wegende 230,000 ned. ponden, 1147 geweren,
een aautal buiten dienst gestelde hospitaal-goederen, enz. enz.
Zijn al die goederen dan in eens bij de slooping der vesting
zoo onbruikbaar geworden? Moeten dan zulke verbazende
sommen jaarlijks voor de aanschaffing van nieuwe worden
besteed
Te Zwolle heeft een zonderbaar huwelijk de aandacht
zeer gaande gemaakt. Het gold een weduwenaar en weduwe
die 15 kinderen hebbende, en tot den fatsoenlijken burger
stand behoorende, reeds onfatsoenlijk bij elkander woonden.
Voor kort had echter de weduwnaar de woning zijner aan
staande reeds willen binnendringen; hij bad daartoe halfbe
schonken eenvoudig 's avonds de glazen ingeslagen. Door de
wacht opgepakt, had 't liefje de zaak laten vervolgen, en de
man had zijne minnedrift met een maand gevangenis moe
ten boeten. Naauwelijks ontslagen had hij zijne schoone
weder opgezocht en haar duchtig afgeranseld. Nu zouden
ze waarlijk huwen. De trouwplegtigheid ving aan, maar de
bruidegom, gansch niet nuchteren, was daarvoor zoo onver
schillig, dat hij voor het achter hem staande publiek gri
massen maakte en den wethouder den rug had toegekeerd
terwijl deze tot hem de gewone vraag rigtte: of hij de naast
hem staande bruid lot vrouw wilde aannemen. Nu keerde
hij zich om en vroeg met komische verbazing: //Of ik dat
mensch tot vrouw wil hebben? Wel (met een vloek), 't is
'n goed wijf." De handeling werd nog prettiger voor het
publiek, toen de akte moest worden onderteekend. Vóór
daartoe overtegaan wilde hij weten, wat al die gekheid toch
beteekende, en toen hem beduid werd, dat hij nu getrouwd
was, riep hij uit: //Ben 'k getrouwd, dan wil 'k mijn wijf
dadelijk kussen, en deed dat ook voor de oogen der schate
rende menigte, die intusschen zoo luidruchtig was geworden,
dat de politie er toe moest overgaan, om het verloren gaande
dekorum te herstellen en het paar uit de zaal te verwijde
ren. De jonggehuwden wilden ook kerkelijk worden inge
zegend. In de consistoriekamer stonden zij weder in de
rijop nieuw had de jonge man te antwoorden op de vraag
van den geestelijke«Zrjt gij voornemens, met uwe vrouw
in deze wereld te leven reglvaardig, godzalig, matig en niet
beschonken zoo als gij nu zijt." Mij bedacht zich een poos, -
krabde zich achterliet oor en zeide toen eindelijk: //Het
is nog al wat, om daarop maar zoo te antwoordendat 's me
al te kras, 'k zeg: neen: «Verwijdert u dan oogenblik-
kelijk van deze plaats" beval de geestelijke, en ook nu weder
was de politie zoo beleefd, hem en zijn vrouw tot buiten
het kerkgebouw uitgeleide te doen. Door al het gebeurde
was de opgewondenheid van den jonggehuwde zoo verergerd
dat hij met zijn ega naauwelijks te huis gekomen, zijn
trouwpak afwierp en dadelijk naar een bierhuis ging, om
zijn halven roes ter dege vol te maken. Hij is het der be
doeling van de politie nog gelukkig ontkomen, die hem had
toegedacht, hem zijn eersten huwelijksnacht in de spekka
mer te laten doorbrengen.
Bij circulaire van den minister van binnenlandsche
zaken in Pruisen is de lijfstraf in de vrouwengevangenissen
geheel afgeschaft, nadat deze, bij wijze van proefneming, ge
durende eenen geruimen tijd was geschorst.
Omtrent de Duitsche Noordpool-expeditie van 1866
meldt de Kreuz Zeitung nog het volgende: Het doel is
om het luchtverschijnsel waar te nemen op 75° noorder
breedte en bepaaldelijk aan de oostkust van Groenland. Het
vaartuig draagt den naam van Germania, vaart onder Noord-
Duitsche bondsvlag, meet 80 ton en is alzoo zeer geschikt
voor de vaart in de ijsstreken, Het opperbevel is opgedra-
geu aan een opperstuurman, Karl Koldewey, bijgestaan door
eenen tweeden bevelhebber, den stuurman R. Hildebrandt,
benevens eenige matrozen, zoodat de gelieele bemanning van
dien bodem bestaat uit 12 a 14 koppen. De eerste taak
is zoo spoedig doenlijk van Bergen uit, de oostkust van
Groenland te bereiken en liet op deze hoogte gelegen Sa-
bienen-eiland aan te doen3 a 3} maand zijn toegestaan
om de expeditie te volbrengen.
De Daily News behelst in bijzonderheden uit Abyssinië
o. a. het volgendeDen avond na den veldslag had de opper
bevelhebber aan Theodorus geschreven, dat hij alle gevan
genen in vrijheid stellen en zelf in het Eugelsche kamp komen
moest, waar hij op eervolle wijze ontvangen zou worden.
Theodorus zond het schrijven terug met de boodschap, dat de
generaal slechts de dienaar was van eene vrouw en het daarom
al heel brutaal van hem was, op dien toon tot den koning
van Abyssinië te spreken. Na dit antwoord te hebben ge
zonden, wilde hij zich doodschieten, hetgeen door een der
zijnen belet werd Kort daarop zond hij een tweede antwoord,
in vergelijking met het eerste nederig te noemen. Hij be
loofde alle gevangenen uit te leveren, maar verklaarde, niet
zich zeiven aan zijn vijanden te kunnen overleveren. Hij
zei daarop tot Rassam, dat wat zich zeiven betrof hij er
niets tegen had naar het Eugelsche kamp te. gaan, maar
dat zijn landgenooten hem er om zouden verachten en hij
liever wilde sterven dau zich in hun oogen te vernederen.
Volgens een berigt uit Rome zou koningin Isabella
van Spanje bij gelegenheid van het huwelijk van hare doch
ter met den broeder van den ex-koning van Napels aan
dezen eigenhandig hebben geschreven dat hij op haren bij
stand kon slaat maken, zoodra de Sicilianen en Napolitanen
I in opstand waren gekomen.
Dezelfde berigtgever zegt dat tusschen den 10 en 15
Junij de Franschen naar Rome zullen terugkeeren. De mi
litaire intendance heeft reeds voor verscheiden duizend man
kwartier besteld en den voorraad bezorgd. Zeer vele Span
jaarden treden thans in pauselijke dienst. Tot hun be
velhebber is benoemd de graaf van Caserta, broeder van
den ex-koning Frans. De troepen zullen iangs de zuidelijke
I grenzen van de Campagna en Maritima worden gesteld.
Omrent den dood van kardinaal Andrea meldt men
uit Rome het volgende: Zijn borstkwaal was wel door het
I verblijf te Rome verergerd, maar toch niet in die mate, dat
spoedig een noodlottig einde te wachten was. De geneesheeren
echter waren van oordeel, dat hij naar Napels terug moest
keeren, en de kardinaal vroeg mitsdien den paus een pas, met
I het voornemen om, indien men bezwaren maakte, zijn waar-