dïïeuros- en
«flönertcntic'öfnö.
Achtste Jaargang.
1868.
WOENSDAG
11 NOVEMBER.
Verschijnt WOENSDAG en ZATURDAG.
Abonnementsprijs voor 3 maandenƒ1.30
Franco per post u 1.50
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaren en Post
directeuren. Brieven franco aan den Uitgever S. Giltjes.
COURANT.
De prijs der Adveetentien van 14 ï'egels is 69
Centenvoor eiken regel meer 15 Centen. Zegelregt voor
elke plaatsing 35 Centen. Vóór des Dingsdags en Vrijdags
middag 12 uur gelieve mende Advertentiënintezenden.
Ingezonden stukken minstens één dag vroeger.
1T S 2 ?T W S T IJ D IIT 3- 2IT
Helder, Nieuwediep, Willemsoord enz. 10 Nov. 1868.
Gepasseerde nacht ten 1 ure keerde een gezelschap huis
waarts, komende van de feestviering eener zilverenbruilofts
partij; eene vrouw, echtgenoote van T. de Waard, meende
van het muurtje, langs den lagen dijk op het Westplein te
stappen, doch, welligt door de duisternis misleid, was de
afstap grooter dan zij dacht, zij viel en brak een been.
De hulp der politie werd aan het nabij gelegen wacht
huisje ingeroepen, een der wachthebbenden spoedde zich om
den, in de nabijheid wonende, Commissaris van Politie, den
heer A. C. Boonzajer, van het ongeval kennis te geven,
deze was oogenblikkelijk tegenwoordig, gaf last de vrouw
in het wachthuisje optenemen en spoedde zich zelf inmid
dels om geneeskundige hulp te verzoeken bij den, aan den
Kanaalweg wonende, officier van gezondheid der le kl..van-
de Marine W. Ruisch, die, na zich op de hoogte te hebben
gesteld van het voorgevallene, zeer spoedig bereid was den
Commissaris te volgen en daarna geadsisteerd door dezen,
de vereischte chirurgale hulp verleende. .Later is de vrouw op
een draagbaar naar hare woning overgebragt.
Gisteren is alhier de eerste, in dit saizoen, met de
beug gevangen schelvisch aangebragt, ongeveer 1000 stuks,
die in publieke afslag hebben opgebragt f47.50 a f 4S.
per 100 stnks. Later liep de prijs voor eenige kleiner par
tijtjes tot op 65 cents per stuk. Ook de rog inogt 65 cents
per stuk «relden
net aangeboden geschenk met eene rede waarin ZÈd. de lieve
geefsters hartelijk dankte voor het bewijs hunner ingenomen
heid met Schagens weerbaarheid, en de hoop te kennen gaf,
dat de vereeniging nimmer zal worden ontbonden, dan ten
gevolge eener oplossing in eene dienstdoende schutterij, een
feit dat de vooruitgang van Schagen zou constateren door
het toenemen der bevolking.
Daarna werd het prachtige vaandel (vervaardigd van zware
oranje zijde, waarop het Schild en de Roos van Schagen,
het eerste van kersklpi"-;.™, .-.J.
By ue gisteren aan de directie der marine plaats gehad
hebbende aanbesteding waren de minste inschrijvers de heeren
A. L. van Gelder, voor versch vleesch per 100 ned pd. tegen
f48.85; C. Karsman, voor witbrood per 100 ned. pd. tegen
f21.P. de Graaff voor groenten; H. J. van Konings-
brugge, voor aardappelen per 50 ned pd. tegen f 1.735
F. J. Holmer voor bier; A. Konijn voor melk; J. Schoorl, te
Alkmaar, voor het wasschen en appreteren.
De scheepstimmerlieden aan 's rijks werf alhier, I. P.
Kreupeling en A. J. Peij, zijn ter beschikking vnn den gou
verneur-generaal van Nedcrl. Indie gesteld, om geplaatst te
worden als vice-kommaudeurs bij het vak van scheepsbouw
in Oost-Indie.
Door Z. M. is benoemd tot luitenant-kolonel de majoor
jh. H. G. P. Leyssius, van het 70 regiment.
Z. M. heeft pensioen verleend aan D. van den Bosch
ingenieur bij 's rijks stoomvaartdienst, van f1600; C. V
Riemens, adj .-commies bij de voormalige directie der marine
te "Vlissingen, van f773, en aan P. J. Schuyt, beëedigde
hontmeter, van f 587 de eerste en laatste bij de directie
der marine te Amsterdam.
De luit. t/z 2= kl. S. H. Binkes, behoord hebbende
tot het escader in Oost-Indie en van daar teruggekeerd, is
op non-activiteit gebragt.
In plaats van den 2n luit. André, zal de 2e luit. der
artillerie van het O. I. leger A. Lugt als medegeleider op
treden bij het detachement dat den 14 dezer alhier aan boord
van de Electra embarqueren moet.
Z. M. heeft vergunning verleend aan H. Bodewijk,
T. Ruijgh en T. P. Krul, allen te Terschelling, tot het
dragen der hun door den keizer der Franschen toegekende
medaille 1B kl.wegens de redding van de equipage van 't
Fransehe schip Doradeter reede van Terschellingop 1 Oct. jl.
Men schrijft ons van Terschelling S November liet
volgende
Het treurig vermoedendat de loodsrinkelaar No. 4van
Terschelling, met man en muis is vergaan, schijnt zich hoe
langer hoe meer te bevestigen. Gemeld vaartuig was op
Zatuvdag 24 October II. in zee, en trachtte met het opko
mend stormweder dien avond naar binnen te zeilen, dat echter
niet gelukte en waarop het weder noord- of zeewaarts over
lagsedert heeft men van het vaartuig niets vernomen en
is de hoop die meu nog steeds koesterde, dat het op vreemde
kust zich bevouel of in ontredderden staat op zee zonde rond
zwerven, verflaauwd met eiken dag, en blijkt ook helaas
ijdel te zijn.
De opvarenden van deze loodsrinkelaar zijnschipper W.
Q. Molenaar, de loodsen J. J. Nadort, P. C. de Breed, C.
,-iT. Ree. C. A. Bierman en "W. D. Zeijlmak.er; de kweeke-
lingen J. A. van Keulen en 1"). C. Geus en de matroos J.
R. Groeudijk, te zamen 9 personen, allen gehuwd en waar
van 8 een getal van 23 kinderen, beneden de 16 jaren nalaten.
Groot is de verslagenheid op dit eiland door deze nieuwe
ramp te weeg gebragt, eene ramp die haast niet te overzien
is, als men in aanmerking neemt het groot aantal huisge
zinnen dat thans weder in rouw wordt gedompeld en van
hunne verzorgers en dierbaarste betrekkingen beroofd zijn.
Dat de Nederlandsche liefdadigheid zoo die gevraagd wordt,
niet in gebreke zal blijven, om de nagelaten ongelukkige
betrekkingen met ruime bijdrage ter hulpe te komen, dit is
van de regering en van onze steeds tot weldoen bereide natie
te verwachten.
Immers dat droevige rampen, bij getrouwe pligtsvervulling
ontstaan, ten allen tijde in Nederland meewarige harten en ge
opende hauden heeft gevonden, is ons in het vorige jaar
nog zoo ruimschoots gebleken door de krachtige hulp aan
de betrekkingen van de toen verongelukte loodsen bewezen.
Aan deze nieuwe ramp is mede. eene treurige herinnering
verbonden, daar de thans vermoedelijk verongelukte schipper
W. G. Molenaar, op Diugsdag 27 October 11. hier verwacht
werd, ten einde op dien avond, in eene daartoe bestemde
vergadering van wege het departement tot Nut van 't Alge
meen, de zilveren medaille te ontvangen, voor het met le
vensgevaar redden van een in onze haven gevallen kind.
Opmerkelijk is het dat ook te Leiden even als te Rot
terdam juist de leerlingen der teekenschool het plaats gehad
hebbende oproertje hebben geprovoceerd; men meldt ons dat
er eene enquête zal worden ingesteld om te onderzoeken of
de oorzaak is gelegen in het tegenwoordige teekenkrijt,
afkomstig uit Parijsche fabrieken, of in de gipse modellen
van Italiaansche origine, ten einde maatregelen te kunnen
nemen tot vervanging van een van beiden, ter voorkoming
van meerdere dergelijke epidemien, ook in andere gemeenten.
Te Leiden is het echter Zaturdag kalm geblevende pa
trouilles, ook van de burger- en studenten-scherpschutters,
hebben de stad doorkruist, maar de burgerij bleef thuis, zoo
dat het stiller zelfs was dan gewoonlijk. De hoofdwacht aan
het stadshuis werd door scherpschutters bezet.
De lieve straatjeugd heeft toch hare baldadigheid betoond.
De ziegeuners buiten de stad hebben 't moeten ontgelden;
hun tent werd omvergerukt en een jonggeborene wercl het
slagtoffer van den moedwil en de onbezonnenheid. Het mede
gevoel van weidenkenden is daardoor opgewekt en men heeft
door ruime bijdragen de ongelukkiger! trachten te vergoeden.