BURGERLIJKE STAND DER GEUEEMlTHELDER. Posterijen. 100,000 krijgslieden, 20,000 gekwetsten geweren kanonnen, vaandels en de sterkste vesting van Frankrijk overgegeven. Tegenover zulk een misdaad schiet iedere straf te kort." Den 28n October verlieten plotseling honderden vrouwen en kinderen Parijs en kwamen in de rigting der voorposten te Bagneux, waar zij zich uitgehongerd op de aardappelvelden stortten. Op het bevel van den kommandant der voorposten, dat zij zouden terugkeeren of dat anders op hen zou worden geschoten, antwoordden zij »erger dan in Parijs kan ons niet overkomen, zelfs al schiet men ons dood. Dat verlost ons des te spoediger van ons ellendig leven." Er werd op de onge- lukkigen niet geschoten. Zij trokken landwaarts in, de Bei- jersche linie voorbij. Maar dit voorval, hetwelk officieel gemeld werd, is van groote beteekenis en werpt een vreeselijk licht op den toestand binnen Parijs. De koning van Pruisen heeft, bij een besluit uit Yersailles van 28 October, den generaal von Moltke in den gravenstand verheven. Een venter van Rambervilliers en een schoolmeester van Charmes (Vogeezen) zijn gevangen genomen wijl zy voor 100 frcs per dag de Duitschers als spionnen dienden. Alle passen van 't gebergte kennende, liepen zij met een byl het Duitsche leger vooruitin de boomen een A of een R hakkende. A beteekende avancez (ga voorwaartsR rtculez (trek terug). Op deze wijze konden de Duitschers veilig marcheeren. De pastoor te Münden heeft een adres ingediend om een paar Fransche kanonnen ten einde een klok te laten gie ten voor zijn kerkdaar de oude bij het luiden over de overwinning van Sedangeheel gebersten is. Een Beyersch trompetter is gedecoreerd om een welge slaagde listbij den uitval van de Parijsche bezetting op den 13den October tegen Bagneux en Chatillon blies hij het Fransche sein van den aftogt met zooveel succès, dat de vij and in verwarring terug week en de overwinning van zijn regiment zeer gemakkelijk gemaakt werd. Dezer dagen werd in den schouwburg te Maagdenburg eene voorstelling gegeven ten behoeve van het Maagdenburgsche garnizoen, dat thans onder de muren van Parijs ligt. Daar echter die soldaten allerminst gebrek hebben aan geld, heeft men de entrëe's innaturadoen betalen. De eerste rang kostte 25 sigaren, de tweede 12, de derde 3 sigaren. Of de qualiteit in overeenstemming was met de quantiteit, zegt het berigt niet. De Saksische minister van Oorlog heeft 6 millioen sigaren voor de Saksische troepen voor Parijs aangekocht. Heide Leeuwerik en Nachtegaal* Vervolg van No. 972. H. DE NACHTEGAAL. Velo jaren zijn verloripen. Helder schitteren de lichten in eene concert zaal der residentie. Het uitgelezenste gezelschap is vertegenwoordigd, en de gravin Adelhorst, de beminnenswaardige gastvrouw, zweeft van de eene dame naar de andere, overal groetende en een vriendelijk woord sprekende. Haar gemaal oud en grijs, lieel't voor de hem omringende pracht oog noch hart. Hij is een antiquiteitsverzamelaar en daarbij onuitstaanbaar pedant; hij staat in 't midden van eenige heeren, die een kring rond hem gevormd hebben, en hij onderhoudt ze met zijne verzameling van beenen en steenen en andere merkwaardigheden, welke allen volgens het beweren des graven, èen belangrijk afkomst hebben. Inmiddels ziet men prachtige toiletten, brillanten en paarlen schitteren en flikkeren de toeschouwers in de oogen, wanneer hij zijn blik laat rond gaan. Hier en daar een maagdelijke bloem, zonder glanzend tooisel en deftig wit met een roos in 't gelokte haar. Jonge en oude heeren, die met kennersoogen de toiletten opnemen, om ze te bewonderen of te belagchen. Immer voller wordt de zaal en versnaperingen worden gepresenteerd. Daar opeut een bediende de vleugeldeuren en aan de arm van Richard verscheen Anna Walter, die luide werd aangekondigd als de prima donna van de opera. Met fleren, ja eenigzints trotsche houding, ging zij door de zaal. Hare groote blaauwe oogen blikten zonder verlegenheid, over het verzamelde gezel schap, eindelijk ontmoet haar oog een zeer voornaam heer, die tegen een der zuilen leunende, ook haar blik ontmoette, een lichte blos overtoog Anna's gelaat en zij sloeg haar blik neder. Aller oog was op de schoone zangeres gevestigd, wier roem haar reeds was vooruitgcspeld. De gravin Adelhorst kwam lagchend op haar toe, haar niets minder vriendelijk groetende dan een der voornaamste en aanzienlijkste harer gasten, daar zij de waarde van den mensch niet af mat naar rang of titels maar naar de gave die de mensch bezat, van ontwikkeld verstand en een edel hart. Ook Richard werd vriendelijk door haar begroet, en deze groete deed een kleine glimlach op zijn zacht gelaat zigtbaar worden. De gravin was in vergelijking van Anna's prachtige statuur, een kleine vrouw, maar uit baar gansche wezen sprak eene engelen reinheid. Eens had zij ook gelijk de hier verzamelde dames, zich getooid, om als de schoonste te gelden, zij had ook getracht harten te veroveren, doch de liefde van een edel jongeling, dien zij helaas niet tot echtgenoot nam, had in haar een edele kiem, welke tot dusverre had gesluimerd, in haar opgewekt, en onder min aangename omstandigheden, bij uiterlijke pracht en weelde, was aan de zijde van haren ouden pedanten echtgenoot, die kiem tot volle rijpheid geko men, en droeg thans de schoonste vruchten. Daar tegenover stond Anna in trotsche schoonheid; dat kinderlijke een voudige landmeisje, was nu de gevierde zangeres, die onbekende Heide-Leeu- werik, was nu de bewonderde nachtegaal geworden. Nog steeds was haar hart warm en goed, doch er kwam gaande weg meer hoogmoed en ijdelheid in, en dikwijls ruste Richards blik met droefheid, op die veranderde gemoeds gesteldheid. Al zeer vroeg was in hem naauwgezetheid en opregtheid gerijpt, daarbij had hij een diep gemoed, maar daar hij zijn gevoel in zijn borst besloten hield, om eerst dan voor den dag te komen, wanneer hij zijne ge liefde eene eer- en roemvollen betrekking kon aanbieden; zij echter had zijne terughouding ar.ders uitgelegd, en wederkeerig bleel haar hart, dat nu nog warm voor hem klopte, gesloten. „Hij bemint mij niet, sprak zij dan iot zich zelve; wat hij voor mij doet is vriendendienst en daarvoor ben ik hem eeuwig verpligt." Ia den beginnen had zij soms den nacht bijna door geweend, maar haar ziele was trotsch en zij bekampte dat gevoel en bragt het tot zwijgen, zoo dat zij er koel en stug bij werd. En toch beminde zelden iemand zoo innig ah Richard, en had moeite oan zich te bedwingen, om niet aan hare voeten neder te vallen. „Behoed mijn dochter", had do oude schoolmeester gezegd. „Bescherm gij ons eenigst kind" had moeder er bijgevoegd. Dit ver trouwen op zijn beginselen, zoo vertrouwelijk en openhartig hem geschonken, wilde hij in allen opzigten regtvaardigen. Hij was voor Auua een trouwen radende vriend, en zwaartillend, en godvruchtig als hij was, zoude hij het voor zonde gehouden hebben, haar zijne liefde te ontdekkenvooral eer hij eene betrekking had, waardig genoeg om haar hart eu hand aan te bieden. Was zij bij hare ouders geweest, hij had niet zoo lang getalmd, nu was zij meer op haar zelf en dat was voor hem geuoeg; zijn zin was vast en on wankelbaar van der jeugd aan, het wachtte nu maar op het regte en ge schikte oogenblik dat hij geheel zeker van zijn zaak was. Anna die tnsschen de gravin en eene andere dame zat, en ook eene vcr- frissehing genomen had, trad nu naar het klavier. Aller blik was op haar gerigt, die met betoovereude schoonheid, in een wit zijden kleed en eenige rozenknoppen in 't goud glanzende haar, rustig daar stond. Richard nam plaats, om haar gezang te begeleiden, zijn schoone handen glccden in zachte accoorden over de toetsen en terstond was alles dood stil. „Ich komme van Gebirge her, Es rauscht das Thai, es brauscht das Mclir; Ich waudele still und wenig froh Uud immer fragt mein seufzer - wo? Wonderbaar vol en helder rein, trilde het gezang door de ruime zaal. Anna's oogeu vlogen met schitterende uitdrukking over de menigte heen, tot dat haar blik rustte op een mannelijke gestalte, zocht zij bij hem welligt antwoord op haar vrage Graaf Leopold lachtte, en moeijclijk is liet te bepalen, welke uitdrukking in dat bijna onmerkbare lagchen was opgesloten. „Die zonne dunkt mich hier zo kalt, Die bluthe welk das leben alt Und was sie reden ist leerer schall Ich bin ein Fremdling überail." Eene diepe en treurige uitdrukkking overtoog bij deze laatste woorden het gelaat der jeugdige zangeres. En weder doorliep Richard de toouen, en andermaal verhief Anna hare zachte eu zoo gevoelvolle stem. „Der Eichwald brauset, die wolken ziehn, Das mügdelein silczet an üfers grün Es bricht sich die woge mit macht, mit macht. Eene rilling overviel Richard als haar stem en de woorden van het lied als een vermaning in zijn ooren klonk. Wordt vervolgd. Van 21 tot 28 Oct. 1870. ONDERTROUWD J. Mens, matroos bij de marine, 23 jaren en J. Keijzer, 21 jaren. J. G. A. van Deinum, ridder der militaire Willems orde, matroos bij de marine, 25 jaren eu M. A. J. Munnik, 18 jaren. F. van Dok, visscherman, 21 jaren en W. Enters, 21 jaren, wonende te Amsterdam. GEHUWD: P. Bood en A. van Wijngaarde. -—E. CI.Kwist en M. Boll. C. Kok en M. T.'Jacobs. BEVALLEN: J. C. Hubbeling geb. Smit, Z. T. Winkel geb. Terpstra, Z. J. W. Koevoet geb. Geijsen, D. P. E. Broekhuizen, D. E. Former geb. de Visser, D. E. Jolen geb. Schendelaar, D.J. Albrecht geb. Jongmans, D. W. Zaal geb. Dekker, D. OVERLEDEN: H. J. van Dijk, 6 weken. H. S. Vinken, 11 maanden. C. Teerink, 6 weken. T. J. de la Fonteijne, 61 jaren. Levenloos aangegeven 1. Ambtshalve ingeschreven 3. MAItKTBERIGTEN. ROTTERDAM, 31 October. De prijzen der aardappelen waren als volgt: Zeeuvvsche Jammen f3.25 3.50, Fransche f2.30, Geldersche ronde Wolkammers 1'2.60 a 3, Wester- velders f 3.50. Met veel aanvoer. ALKMAAR, 29 Oct. Heden zijn ter markt alhier aangevoerd: 7 Paard f 30 tot 70; 7 Koeijcn f 90 a 160, 13 nuchtere Kalveren f10 tot 16, 203 Schapeu f 12 a 28 ,20 Geiten f3 tot 10, 60 magere Varkens f8 tot 15 328 Biggen beneden 10 weken f4 tot 7, Boter per kop van 0.630 Kilo f0.S7£ a 0.92^. HOORN, 29 Oct. 24 hectol. Tarwe f8.50 a 10, 5 hectol. Rogge f7 a 8 138 hectol.Garst f5.50 a 6.25, 119 hectol. Haver f4.a 5.25, 18 hectol. witte Erwten f 10 10.50, 35 hectol. groene Erwten f 12.50 a 16, 40 hectol. graauwe Erwten f 14.50 a 16.50, 25 hectol. Vale Erwten f8 a 13.50, 20 hectol. bruine Boonen f12 a 13, 5 hectol. Witte Booneu f 16, 17 hectol. Paardenbooncn f8 a 8.25, Mosterdzaad f 19 a 20, Karweizaad f 15 a 15.50, 30 Paarden f 50 a a 190, 400 Schapen f 15 a 34, 14 Kalveren f 9 a 17, 90 Varkens f 13 a 22.50, 8 Zeugen f 25 a 53, 360 Biggen f 5 a f 12, 105 Kippen f 0.30 a 1.60, 30 Eenden f 0 50 a 0.65, 2900 Kipeijeren f 4.25 per 100 st. 2000 kop Boter 0.70 a 0.80 per kop, 220 hectol. Aardappelen f 3.a 3.50 750 manden Appelen f0.60 a 1.20 per hectol. 140 manden Peren a 0.80 a 1.25 per mand. Vrijdag 4 dezer, per eerste trein, vertrekt van hier de Oost-Indische landmail via Brindisi, Er gechiedt des Vrijdags om de 14 dagen, te beginnen met Vrijdag den 4e November a. s., eene verzending van gesloten brievenmalen aan het Postkantoor te Batavia over Brindisi, onverminderd de verzending des Donderdags van eene brie venmaal uitsluitend nieuwspapieren en andere drukwerken be vattende terwijl mede op Zaturdag nog eene derde verzending uitsluitend van brieven geschiedt, die op dat oogenblik voor handen zijn, omtrent de tijdige overkomst van deze laatste bestaat geene zekerheid. Vertrek van den Helder des morgens per trein van 6.25 ure. De verzending per Britsche pakketbooten over Marseille wordt voorloopig gestaakt. Met de expeditie per Fransche pakketboot over Marseille wordt voortgegaan, doch alleen des Dingsdags om de vier weken. De eerstvolgende expeditiedag uit den Helder valt op Dings- dag den 22 November per trein van 6.25 ure 's morgens. Gefrankeerde brieven uit Nederland over Brindisi naarlndië 60 cents per 15 grammen, ongefrankeerd 80 cents. Du Directeur van het Postkantoor HERWEI JER.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1870 | | pagina 3