itmu-SuaiKii. BURGERLIJKE STAXD DER GE11EEXTE TEXEL. alle bijzonderheden van den diefstal mede; haar broeder had haar tot die diefstallen uitgelokt en aangezet. Uit hetgeen getuigen mededeelden, kou men begrijpen hoe het mogelijk is geweest dat de bekl. zulk een belangrijke geldsom in zulk een korten tijd (zes zeven weken) had zoek gemaakt, zoodat hem bij zijn aanhouding slechts f 14,2.8 restte. Oumiddelijk na de ontvangst der effecten verkocht bekl. die onder een vaischeu naam en met leugenachtige opgaven omtrent de herkomst. Daarna schafte hij zich fijne kleederen aan, bezocht veel de cafés chantants, waar hij de artisten onthaalde en geld schonk en op brooddrouken wijze het geld verbraste en verzwierde. Een aantal voorwerpen, zooals ver schillende muziekinstrumenten, vuurwerken enz.door bekl. gekocht, waren in de zitting aauwezig. De eisch luidde voor de eerste bekl. gevangenisstraf van twee en een half jaar en voor haar broeder, de tweede bekl., van zes jaar en acht maanden. Dingsdag a. s. uitspraak. Men meldt uit Nieuw-Buinen dd.25 Nov. het volgende. De rijksveldwachter-jagtopziener G. Mulder te Borger had den 19den j.1., 's avonds een half uur na zons ondergang, het genoegen in het jagtveld van Schoonlo een wildstrikker op de daad te betrappen en te bekeureu. 't Genoemd jagtveld is aan den heer A. J. de Grave van Stadskanaal verhuurd. Eu wie was nu die wildstrikker Men kan het bijna niet gelooven, dat het eene vrouw was, eene welgestelde boerin, met gouden oorijzer en meer andere gouden voorwerpen ge tooid, de vrouw van een landbouwer te Schoonloo. Dat vrouwen en meisjes strikken spannen aan de mannen is bekend, maar dat ze ook aan de hazen strikken zetten, is, voor zoover wij weten, nog niet voorgekomen. Een betreurenswaardig feit greep te Oude-Pekela Zondag nacht plaats. Terwijl de altijd ijverige rijksveldwachter Prins zijne gewone nachtdienst in 't veld verrigtte, zag hij in de verte eene bende smokkelaars, belast cn beladen met het zoogenaamde//bloaskeuat" aankomen. Om ze te snappeD,gaat hij in eene drooge sloot op den loer liggen, springt, toen hij zijne kans gunstig zag, eensklaps op en schiet het pi stool af. waarop de smokkelaars hunne vrachten wegwerpen. Pas is hij bezig deze vangst in veilige haven te brengen, toen hij tamelijk onverwachts door een forschen kerel wordt aangegrepen, die hem met een knuppel een slag op het hoofd toebreugt. Nu ontstaat er eene vreeselijke worsteling, waarbij Prins, door de overmagt overweldigd, het onderspit moest delven. Het bloed stroomt hem uit de gapende wonde, zijne wapens worden hem ontnomen en bewusteloos blijft hij liggen. Hun doel om hem het leven te benemen, werd gelukkig niet bereikt, doordien hij, eindelijk weer gedeeltelijk tot be wustzijn gekomen,, eene hut bereikte, waar hij liefderijk werd ontvangen en verpleegd. Gelukkig heeft Prins opgemerkt, wie de personen waren, die hem zoo toetakelden. Van een en ander is bereids procesverbaal opgemaakt en 't is te hopen, dat zij hunne welverdiende straf niet zullen ontgaan, ofschoon één der kerels alreeds op de vlugt is. In Belgie blijven de liberale bladen nog altijd van het aftreden van het ministerie spreken en zij houden het er voor, dat de heer Thonissen reeds door den koning over de vor ming van een nieuw kabinet geraadpleegd is. De heer Tho nissen behoort tot de partij, die thans aan het bestuur is en eene groote meerderheid in de kamer heeft. In de politiek der regering zou door zijn optreden dus geen verandering komen. Het kabinet d'Anethan heeft trouwens ook geene politieke, maar eene morele nederlaag geleden. Bij de op gister (Donderdag) plaats gehad hebbende inwij ding van den nieuwen boulevard was de geheele garde eivïque onder de wapenen. De Koning woonde de plegtigheid niet bij. De menigte legde groote geestdrift aan den dag. De ma- nifestatiën zijn weer op nieuw begonnen. Tusschen verschillende troepen volks hebben botsingen plaats; men hoort eenerzijds de kreet: Leve de conservatieven aan de andere zijde die van Weg met het Ministerie Ds menigte is naar het paleis des Konïngs getrokken, op roerige kreten aanheffende. Een zestigtal gardes civiques hield de kolf van 't geweer omhoog. De Times is gemagtigd mede te deelen dat de Paus niet van plan is Rome te verlaten. De Heilige Vader is volkomen gezond. Er bestaat geen de minste kans, dat hij tegenover de Italiaansche Regering zal toegeven. Eenïge Noord-Duitsehe oorlogschepen zullen in dienst worden gesteld om een evolutie-eskader te vormen, dat eeni- gen tijd in den Atlantischen Oceaan zal kruisen. De geruch ten, dat die schepen eene andere bestemming zouden hebben, zijn geheel voorbarig. Het is reeds vroeger vermeld, dat een Noordsehe scheeps kapitein dezen zomer op Nova Zembla verscheidene voor werpen gevonden had, die door de expeditie van Heemskerk achtergelaten waren. Volgens het Aftonblad bestaat de vondst uit geweerloopen, sabels, hellebaarden, lanspunten, ge reedschappen, slijpsteenen. pannen, kandelaars, tinnen kruiken, een klok enz. Sommige voorwerpen zijn zeer geschonden. Onder de gevonden boeken is een goed gekonserveerd exem plaar eener hollandsche vertaling van Mendoza's beschrijving van China. De universiteit van Christiania heeft te vergeefs getracht enkele der gevonden voorwerpen te bekomen, daar zy alle bij elkander door een Engelschman aangekocht zijn. De ontvangst van koniüg Vicfcor Emmanuel in do hoofd stad is, naar men uit Rome dd. 23 Nov. berigt, zeer luisterrijk geweest. Schoon het berigt van 's konings komst eerst daags te voren was bekend gemaakt, was de stad in korten tijd in feestdos gehuld en werd de koning met uitbundige geestdrift toegejuicht. De koning was blijkbaar tevreden over de hulde, hem door de hoofdstad gebragt, en liet zich meermalen uit n't is of ik hier in den kring mijner familie kom." Come le venisse in famiglia.) Op een audiëntie van de leden van het gemeentebestuur zeide de koning, dat hij het betreurde, dat Pio Nono als bis schop van Rome zich op zoo betreurenswaardige wijze geheel en al afscheidde van zijn schapen. Van 199 koelis, die den 18. Febr. Macao in het fran- sche 3chip ville de Granada verlieten, stierven er door ge brek en slechte behandeling 83 op de reis naar Callao. Van de overblijvenden waren twee derden in een hopeloozen toe stand. Te Hüls, in Duitschland, is een vrouw door haar kat tweemaal in een vinger gebeten; na verloop van dagen zwol de arm op daarna het geheele ligc'naam en in acht dagen was de vrouw een lijk. Men leest in de Delftsche Ct. van 29 Nov. het volgende Heden middag ten twaalf ure werd op de begraafplaats Jaffa, plegtig ter aarde besteld het lijk van den heer J. van der Meer, oud-kapelmeester en lid van het muziekkorps der dienstdoende schutterij, alsmede president der 2e afdeeling van het Metalen Kruis alhier. De familiebetrekkingen van den overledene volgden den lijkwagen in onderscheidene koetsen. De stoet werd geopend door vier tamboers van de dienstdoende schutterij, vervolgens de muziek van dat corps, welke onder directie van den luitenant-kapelmeester Boers, treurtoonen aanhief, en eindelijk de leden van het Metalen Kruis met hun vaandel. Bij de geopende groeve werd door den vice- president van het Metalen Kruis, den sergeant-portier Lus- senburg, een hartelijk woord ten afscheid aan den ontslapene uitgesproken en daarna door den oudsten zoon van den over ledene, ook namens zijne moeder en verdere betrekkingen, in diep bewogen stemming, dank gezegd aan allen die zyn vader de laatste eer hadden helpen bewijzen. Een groote massa menschen vergezelde het lijk tot op de begraafplaats, alwaar, dank zij de uitgestrekte ruimte en doelmatige inrig- ting, de orde geen oogenblik werd verstoord. Als bijzonder heid uit het leven van den overledene zij hier ten slotte nog vermeld, dat hij in 1830, op 17 jarigen leeftijd, als hoornblazer vrijwillig uittrok bij de mobiele Delftsche schutterij en hij ook later de oprigter was van de alhier bestaande 2e afdeeling van het Metalen Kruis, waarvan hij tot aan zyn dood een alge meen geacht lid was en in den laatsten tijd het presidium waarnam. De Redactie onderschrijft niet altijd de gevoelens der inzenders. Mijnbeer de Redacteur der Heldersehe CourantEen plaatsje asjeblieft voor onderstaande regelen. Ik hen een getrouw lezer uwer courant; uwe hoofdstukken bevallen mij zij hebben iets pikants, en vooral het laatste hoofdartikel «Nog een vreemde Historie," Kijk Mijnheer de Redacteur, toen ik dat las, dacht ik bij mij zeiven: Krek een historie, als bij ons; 't kon wel een zusje inet een broer tje zijn. De Burgemeester van Schagen, of het verkeerd adres, (zei een boer eens tegen mij); wel moge het je bekomen, nu, wal de man niet moet, dat doet hij, en wat hij doen inoet, doet hij niet, Hij ontvangt geld, om aan de burgers uit te betalen, uamentlijk de inkwarlieriiigsgelden Ao. 1870; hij laat de burgers wachten en betaald ze nicldie geld aan de gemeente te goed gemaakt hadden, Anno 1870 en vroegere jaren, konden geen geld krijgen, tenminste hij wilde geen mandaat daarvoor afgeven, niettegen staande er 7000.— in de gemeentekas voorhanden waren, of heetten te zijnhij had het veel te druk zeide hij dat zeide hij. Registers hield hij er wel op na, doch hij schreef er niet in, hij had het veel te druk zeide hij dat zeide hij de ïegisters van 1870 en 1871 zijn zindelijk onder houden; er is niets ingeschreven; uitmuntend exemplaar (rare); notulen werden er niet op na gehouden; hij had het veel te druk, zeide hij; dat zeide hij met de comptabiliteit is het allertreurigst gesteld. Het bezoek van den Commissaris des Konings aan deze gemeente, heeft ten gevolge gehad, dat, èn Commissaris èu Burgemeester niet hebben kunnen zeggen, zoo als de gewoonte is .- 't Is me aangenaam geweest, met u keunis gemaakt te hebbeu; tenmiuste de Commissaris dei Konings is ontevreden vertrokken, de Burgemeester ook de Commissaris naar Haarlem, de Bur gemeester naar de Loet, alhier. Wat er nu verder met onzen Burgemeester gebeurd is, weet ik niet; de een zegt hij is zielede ander zegthij is frisch en gezond eeu derde zegt hij is niet buiten gevaar een vierde zegt, dat hij naar Haarlem is gegaao, aan ZExc. den Commissaris des Konings te berigten, dat zijn vrouw in de maand Februarij auno 1872 bevallen moet, eu hij dus Schagen niet kan of wil verlaten dat hij het zijn bedillers zal laten aanzien, wie, en wat hij is, en dat men het niet proberen zal hem te schorsen, enz. Schagen, 80 Nov. 1871. H. De Redactie lean over de naauw keurigheid vnn het bovenstaande niet oordeelen. Indien alles naar waarheid is, kan de plaatsing niet anders dan nuttig zijn; zoo niet, dan stelt zij eenige plaatsruimte beschikbaar, om het te wederleggeu. Van 22 29 November 1871. ONDERTROUWD Gcene. GETROUWD Willem Halsema en Wilhelmina Maria Rijk. Cornelia de Ridder, weduwnaar van Hilleca Knol en Naantjo Abbenes, weduwe vau Jan Stark. GEBORENCornelis, zoon van Cornelis Mnlder en Klaasje Buijs. Gerrit, zoon van Hendrik Dob eu Johauua Niesse. OVERLEDEN: Gceue.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1871 | | pagina 2