Ziltitig van den Gemeenteraad,
NIEUWSTIJDINGEN.
halen. Wanneer wij denken aan Naarden en Haarlem, aan de
meer dan 18000 slagtofïers van Alva, aan wraak en weerwraak
van zoovelen, die zelfs de geschiedenis niet eens vermeldt, ja,
dan betreuren wij dat alles met hen. Maar laat ons toch on
partijdig zijn. Moeten wij die wijten aan de Watergeuzen en
hunne vrienden Is het niet billijk de vraag te doen hoe
zijn die bedaarde, anders zoo geduldige Nederlanders tot zulke
uitersten overgeslagen Hoe zijn zij zóó van lammeren wolven
geworden En wie begingen al die wreedhedea te Naarden
en Haarlem Waren het Nederlanders of de woeste soldaten
van dien wettigen vorst Was Alva een Nederlander En
komen wij dan niet tot de vreeselijke slotsom Wee den vorst,
wee allen, die dat geduldige volk gedwongen hebben tot die
razernij te vervallen Men vergete toch vooral niet, dat de
Nederlanders streden voor een wettig, hun door God geschonken
regt de vreemdelingen daarentegen voor onderdrukking en
gewetensdwang. Waar nu de laatsten een Alva aan hun hoofd
hadden, kan men zich dan verwonderen, dat de eersten tot
weerwraak oversloegen Goedkeuren doen wij het voorzeker
niet; maar dat zij, die zoo pathetisch spreken over droevige
indrukken en herinneringen, dan toch tevens eerlijk genoeg
zijn, om de oorzaken dier vreeselijke dingen op te sporen, en
de wreedheden van beide zijden, eens op de schaal te leggen.
Wij zullen dan zien, in welke rigting de balans overhelt.
Wanneer de heer Alb. Thijm spreekt van >»het gevangen
nemen of ophangen eener vreedzame geestelijkheid," dan her
inneren wij hem enkel, dat de inquisitie zulke sprekende be
wijzen heeft gegeven, dat het vreedzame karakter te dier tijde
aan de geestelijkheid totaal ontbrak, dat de geheele tirado
een duidelijk blijk is van eigen onnoozelheid of speculatie op
de onnoozelheid zijner lezers. Overigens gesteld, dat hier of
daar eenige geestelijken werden gevangen genomen of opge
hangen, dan is dit nog eene zoo fiaauwe schaduw van de
auto-da-fes der inquisitie en de woorden van een Alva en een
Baad van beroertendat, hoe diep wij de daad zelve ook ver-
foeijen, wij toch niet kunnen inzien, dat de Katholieken niet
met de Protestanten, zich zouden kunnen verheugen in een
feit, waarvan de gevolgen Nederlands bewoners van zulke
gruwelen hebben verlost. Of zouden er werkelijk in onze eeuw
nog menschen zijn, die do bestendiging van zulk een toestand
wenschelijk achten En zou er wel een ander middel te be
denken zijn geweest, ook zonder met de gebrekkige beschaving
van hot volk te rekenen, om daaraan een einde te maken, dan
de revolutie Doch wie heeft haar dan in het leven geroepen
op Dingsdag den 19 December 1871.
Voorzitter de heer mr. K. J. C. Stakman Bosse, Burgemeester.
Secretaris de heer L. Verhey.
Tegenwoordig 15 leden.
Afwezig de heeren Graat en Boom, met kennisgeving.
De notulen der vorige vergadering worden gelezen en
goedgekeurd.
1). Voordracjt der benoeming van een Hoofdonderwijzer.
De Voorzitter deelt mede, dat van de 31 sollicitanten 15
aan het examen hebben deelgenomen
dat op de voordragt zijn geplaatst le G. E. Kloosterhuis,
hoofdonderwijzer te Anna Paulowna met 40£ punten 2e. R.
K. van der Stouwe, hulponderwijzer te Enkhuizen, met 40
punten; 3e. J. Hoek, hoofdonderwijzer te Oudorp, met 34
punten.
Wordt benoemd de heer G. E. Kloosterhuis met 14 stemmen.
Een stem is uitgebragt op den heer R. K. van der Stouwe.
2). Benoeming van leden voor het bestuur van het Algemeen
Weeshuis.
Worden herkozen de aftredende leden, de heer mr. D. P.
H. Aberson met 12 en mejufvrouw de wed. M. Blokziel met
13 stemmen. De heer J. T. Tinkelenberg bekwam l en mevr.
J. In 't Velt 2 stemmen, terwijl een briefje in blanco is.
3). Benoeming van leden voor het Burgerlijk Armbestuur.
Worden herkozen de aftredende leden, de heeren A.J, van
Ivelckhoven met 13, W. van der Wooning met 13 en J. Bree-
baart met 12 stemmen de heer J. Dito bekomt 1 stem en
twee briefjes zijn in blanco.
4). Benoeming van leden voor de commissie van Strafver
ordeningen
Worden herkozen de aftredende leden, de heeren Werendlijn
Smit en Maalsteed, ieder met 13 stemmen terwijl de heeren
Janzen, Boom, Groen en v. Ivelckhoven ieder 1 st. bekomen.
5). Brief Gedeputeerde Statenbegrooting 1872.
Waarbij te kennen wordt gegeven, dat door den Minister
van Staat en Binnenlandsche Zaken voor deze gemeente aan
de wetgevende magt een uitzonderingswet is aangeboden, om
van 1 Januarij 1872 tot ultimo December 1876 accijns op het
gedistilleerd te blijven heffen tot een bedrag van f15.per
hectoliter en de belasting op het gemaal van 1 Januarij
1872 tot ultimo December 1873 tot een bedrag van f2.per
100 kilogr. tarwe en fl.07 per 100 kilogr. spelt en van dien
tijd tot ultimo December 1876 fl.per 100 kilogr. tarwe en
f0 54 per 100 kilogr. spelt.
Verder geeft de Minister te kennen, van oordeel te zijn,
dat de belasting op het geslagt, na ultimo December 187L
gemist kan worden zoo dat ze na dien datum niet meer
geheven mag wordenen alzoo die post op do begrooting
voorkomende, zal moeten vervallen en die van de belasting
op het gemaal eenige wijziging zal moeten ondergaan.
De Voorzitter geeft te kennen, dat ingevolge deze brief, de
door den raad vastgestelde begrooting voor 1872, moet worden
gewijzigd, dat de ontvangsten eene verminderingzullen onder
gaan van f26,000, en daarnaar de uitgaven moeten worden
geregeldstelt voor namens B. en W., om daartoe te ver
gaderen op Zaturdag a. s., en in plaats van de behandeling
in sectien, waartoe de tijd ontbreekt, een uur voor de openin»
der vergadering bijeen te komen, ter onderlinge bespreking.
De Voorzitter stelt daarna voor, om in afwachting van
de Koninklijke goedkeuring op de reeds door de wetgevende
magt aangenomen wet, reeds in deze vergadering de besluiten
vast te stellen tot de heffingen van de belastingen op het
gemaal en het gedistilleerd, ingevolge de voox*geschreven be
palingen.
De Secretaris leest daarna een concept-besluit tot heffin<»
van de belasting op het gemaal.
De heer de Breuk zegt: Het is van algemeene bekendheid,
dat ik van gevoelen ben, dat wij van onze belastingen niets
kunnen missen, en de wijze waarop de hooge regering deze
aangelegenheid heeft behandeld, is van dien aard, dat ik er
mij niet mede kan vereenigen. Ik zal dus tegen dit besluit
stemmen, omdat het ten doei heeft het bedrag van de te
heffen belasting op het gemaal te verminderen.
In omvraag gebragt, wordt het concept aangenomen met
8 tegen 7 stemmen. Tegen stemmen de heeren de Breuk,
Hugenholtz, Bronovo, Groen, de Lange, Berghuijs en van
Bruggen.
Het concept-besluit tot heffing van de belasting op het
gedistilleerd wordt met algemeene stemmen aangenomen.
6). Mededeeling van ingekomen slukken.
a. De Voorzitter deelt mede dat zijn ingekomen twee ver
zoekschriften om verhooging van jaarwedde en wel van den
heer commissaris van politie en van den heer hoofdonderwijzer te
Huisduinen, op voorstel van den Voorzitter wordt goed ge
vonden de behandeling uit te stellen tot bij de vaststelling
der begrooting, terwijl dat van laatstgenoemde vooraf aan
de schoolcommissie zal worden ingezonden om rapport.
b. Dat is ingekomen de goedkeuring van Gedeputeerde
Staten tot verhooging der jaarwedde van den heer Hofstee,
hoofdonderwijzer te Koegras.
c. Dat door de commissie van middelbaar onder wijs wordt
medegedeeld, dat zij tot haren voorzitter heeft benoemd den
heer A. van Voornveldt en tot haren secretaris den heer
J. G. R. Vos.
i en c worden voor kennisgeving aangenomen.
Daarna wordt de vergadering gesloten.
Helder, Nieuwediep, Willemsoord, enz. 22 December 1871.
Zr. Ms. stoomtransportschip Java, kommandant kapt-
luit. ter zee G. II. Bakker, is lieden namiddag ten 2 ure
van de reede alhier vertrokken, met bestemming naar Batavia.
Gisteren en heden is hier veel wrakhout aangebragt
van in den laatsten storm vergane schepen, o. a. zijn twee
groote wrakken aan het strand aangedreven en is er een
in de haven gebragt, ook zijn eenige sloeperlieden bezig
geweest met een groot wrak te boegseeren en zoo mogelijk
in de haven te brengen, doch door de sterke stroom zag men
zich genoodzaakt het op de reede te laten slippen en is het
daarna de Zuiderzee ingedreven.
Voorts is hier nog aangebragt een zwart naambordje, waarop
met vergulde letters, James Henry.
Ook is een lijk aangebragt, waarvan men aan een der vingers
een gouden ring heeft gevonden met de inscriptie A.S. 1860.
Volgens de verklaring van het geredde gedeelte der beman
ning van het verongelukte Amerikaansche schip General
Chamberlain, is het niet van iemand, die tot de equipage
van dat schip heeft behoord.
Gaarne voldoen wij aan het verzoek tot plaatsing van
het ouderstaande berigt
Geen kerstdag of de christen vertoeft in heilige verbeel
ding op de beemden van Efrata, en in zijn oor smelt het
Serafijnenlied in één met den triomfkreet des stervenden
Verlossers.
Daarom zal, gelijk bij de meeste Luthersche gemeenten,
ook in de gemeente van ds. Sonstral de avondmaaldisch als
aan de krib van Emmanuël. geplaatst worden, waarbij het
kruis verschijnt als een kerstboom voor Gods kinderen.
Op den volgenden dag zal een zinnebeeldige kerstboom
met vruchten voor dc kinderen der zondagsschool te prijk
staan en ontladen worden terwijl in het morgenuur eene
feestrede zal uitgesproken wordengeïllustreerd met feest
liederen, door de Christelijke zangvereeuiging uEensgezindheid"
ten gehoore te brengen.
Des avonds ten ze3 ure zal het kinderfeest der Zondags
school geopeud en aan de deur tien Cents gevraagd worden
voor een toegangsbewijs.
Het concert gezelschap Apollo gaf Dingsdag avond
11. zijn tweede winter-concert met medewerking van de hh.
Emest Appy uit Amsterdam en Heuckenroth uit Groningen.
Wij kunnen van beide solisten getuigen dat zij bij uitne
mendheid voldaan hebben. De heer Appy weet met zijn
prachtig instrument het auditorium te boeijen van begiti tot
einde. Het Souvenir de Spa van den te vroeg ontslapen
Servais, werd door dien toonkunstenaar prachtig voorgedragen
even als de elégie van Batta, en niet allerminst het Ave
Maria van Schuberth, De heer Heuckenroth, dien wij eenige
jaren herwaarts het genoegen hadden hier te ontmoeten, is
nog steeds dezelfde flinke trombonist, die al de zwarigheid