NIEUWSTIJDINGEN.
Tijd of andere bladen schrijvenmaar het zijn ex-domine s
die vroeger van den kansel de christelijke deugden verkon
digden en het kwaad bestreden in welke gedaante het zich
ook vertoonde. En dat was ook goed daar was hun terrein
zij deden daar aan het Dagblad geen kwaad, want het kerkgaan
raakt uit de modemaar nu in dagbladen te schrijven zich
gelijk te stellen met beroemde mannen als Lion en anderen,
en hen dan soms nog wel aan de kaak te stellen, zóó, dat
zelfs de eenvoudigste lezer hun in de kaart begint te zien
ziet, dat is immers verschrikkelijkHet is waar «het
kwaad is alleen wegtenemen door de predikanten uit de pers
te verdrijven en terug te dringen naar een terrein, waaropzij
onschadelijk zijn." De geestelijken der Katholieke pers, dat
is geheel iets anders die zijn in ieder geval niet liberaal met
hen kan, misschien, nog eens zameogewerkt worden, maar met
ex-domme*s is het onmogelijk. Men kan intusschen zoo niet
alles zeggen, wat men denkt het verstandigste is dus maar
hen te beschuldigen van onverdraagzaamheid, want deze keurt
toch ieder in het openbaar af, al is hij in het verborgen de
onverdraagzaamste man der wereld.
Bij het lezen van dien' humanen uitval is intusschen een
dom denkbeeld in ons opgekomen, dat wij toch niet verzwij
gen willen. Wanneer een ex-dominé niet laten kan, zijne
vroegere denkwijze in de bladen te doen doorschemeren, met
het bepaalde doel om kwaad te stichten, zou dit ook niet met
andere dagbladschrijvers het geval kunnen zijn Wij noemen
die gedachte domen wel om twee redenenen. Het Dagbl.
noemt immers alleen de predikanten, en niet de katholieke
geestelijken, noch andere schrijvers, en dat zou het toch zeker
hebben gedaan, indien het ook op deze van toepassing was.
Bovendien is de man, die aan het hoofd van het Dagbl. staat,
ons allen bekend, zoowel wat zijn vroegere maatschappelijke
loopbaan betreft, als zijne politieke rigting. En wie bespeurt
daar nog iets van in dat blad Wij gelooven dus wei, dat
er dagbladschrijvers gevonden worden, van wier vroeger leven
men liefst zwijgt, even als van hunne overtuiging, omdat zij
beiden welligt zeer verstandig zeiven hebben leeren vergeten;
maar de predikanten alleen kan men altijd in hunne stukken
herkennen. In hoeverre dit hun tot eer of schande zou ver
strekken, laten wij daar wij zijn welligt te eenvoudig, om
zulke ingewikkelde vraagstukken te beslissen maar hoe het
Dagbl. daarover denkt, weten wij nu.
En het Dagbl. mag zoo iets zeggen, want het ware libe
ralisme, het fatsoenlijke liberalisme vindt men alleen in dat
blad. De andere bladen begrijpen het nietdie zijn soms al
zeer illiberaal. Men herinnere zich voor het oogenblik maar
alleen, in welken toon de liberale bladen spraken over Keijser
toen hij zich even vergistte in het eigendom van een ander.
Was het niet haast, alsof die man werkelijk een diefstal had
gepleegd En dat een officier van ons leger, bij wien toch
bezwaarlijk aan onedele bedoelingen kon worden gedacht. Te
regt schrijft deze dan ook aan zijn vriend Van Sijpestein
«het slijk, waarmede de mannen van de pers roekeloos plegen
te werpen, is slechts een deel van hun zelf, het afzetsel hun
ner intrigue zucht". Dat zal hij voorzeker niet van het kiesche
dagblad zeggen, want dat gaf hem althans geen reden tot klagen.
En wat zegt nu de Tijd daarop?
Helder, Nieuwediep, Willemsoord, enz., 7 Mei 1872.
Het bevel over de hier garnizoen houdende compag-
niën vesting-artillerie, is opgedragen aan den onlangs be
noemden majoor J. H. Kretzer, van het le reg. vesting
artillerie, ter vervanging van den luitenant-kolonel L. S. R.
Sesseler, onlangs tot dien rang bevorderd.
Z. M. heeft aan den luit. ter zee der le kl. J. E. van
Kervel, op zijn daartoe gedaan verzoek, met 1 Mei 1872,
een eervol ontslag verleend uit zijne betrekking van lid van
den raad van tucht voor de koopvaardij te Amsterdam, on
der dankbetuiging voor de door hem als zoodanig bewezen
diensten.
Den 15 Mei a.s. zal door den komraandant der Genie
in de 5e stelling te Helder, in het openbaar, onder nadere
goedkeuring van den Minister van Oorlog, worden herbesteed
l8 het éénjarig onderhoud der Werken, en 2e het herstellen
van Bruggen, beiden onder het beheer der Genie alhier.
Het stoomschip Conradkapt. E. Oort, van de maat
schappij Nederland, is den 3u dezer, te acht uur des mor
gens, te Batavia aangekomen. Aan boord was alles wel.
De vergaderiug der zangvereeniging Cecilia, die Zon
dag avond jl. in het lokaal Tivoli werd gehouden, was niet
zeer talrijk bezocht. Dit was voorzeker zeer jammer, want
de uitgevoerde stukken voldeden uitmuntend en droegen alle
kenteekenen van degelijke studie. Onder de nummers, die het
meest de goedkeuring hebben weggedragen, mogen vooral ge
noemd worden de "Solo Tenor van Waldmann, de 42e Psalm
van Mendelssohn en de duo de 1' opéra Normaf Wij kunnen
dan ook niet nalaten, onze hulde weder te brengen aan dit
zoo gunstig bekende gezelschap en het van harte geluk te
wenschen met deze weder zoo goed geslaagde uitvoering.
Men meldt uit den Haagdd. 5 Mei.
Met de meest mogelijke zekerheid kan worden gemeld, dat
alle ministers hun ontslag aan Z. M. den Koning hebben
aangeboden. De discussie over het Oost-Indisch tarief, welke
aan de orde gesteld was, zoomede die over den spoorweg
aanleg op Java, zal hoogst waarschijnlijk wouden uitgesteld,
daar de ministers aan den president der Tweede Kamer het
verzoek hebben gerigt, om onder de tegenwoordige omstan
digheden alléén nog eenige loopende onderwerpen, of de zoo
danige, waar dringende spoed bij is, af te doen. Men ver
wacht dan ook, dat de Kamer zeer spoedig op recès scheiden zal.
Aangaande de plegtige ter aarde bestelling van het
stoffelijk overblijfsel van II. K. H. Prinses Hendrik, is offi
cieel nog niets bepaald. Zijner Majesteits beschikkingen daar
omtrent zullen echter, naar men ons verzekert, waarschijnlijk
spoedig genomen worden.
Intusschen schijnt er ernstig sprake van te zijn, dat het
stoffelijk overschot eerst naar 's Gravenhage zal worden over-
gebragt en de plegtige overbrenging naar den grafkelder te
Delft van's Gravenhage uit zal plaats hebben. Reeds wordt
daartoe de datum van den 15n dezer genoemd. Yoor de
juistheid hiervan kunnen wij echter volstrekt niet instaau.
Met het oog op het treurig sterfgeval van Prinses Hendrik
heeft de gemeenteraad te 's Hage besloten de gewone kermis wel
te laten doorgaan, wegens de toebereidselen die reeds zijn
gemaakt, maar die te schorsen op den dag der begrafenis,
wanneer deze in de kermisweek valt en ze desnoods een dag
te verlengen. Voorts is besloten tot verplaatsing der kramen
enz. uit de omgeving van het paleis van Prins Hendrik naar
het plein van 1813."
De raad der gemeente de Rijp heeft besloten voor
f 15,000 aandeelen te nemen in den Noordholl.Erieschen
spoorweg. Door den gemeenteraad van Hoogwoud is inge
schreven voor f 10,000. Het totale bedrag der inschrijvin
gen bedraagt thans f1,695,440.
Uit Haarlem schrijft men dd. 5 Mei aan de N. R. Ct.:
De bekende zaak van de officieren Ort en de Bije, aanhangig
voor het hoog militair geregtshof te Utrecht, nadert, naar wij
vernemen, haar einde. De eisch is gedaan, de pleidooien ziju
in vollen gang en de uitspraak wordt binnen weinige dagen
te gemoet zien. Inmiddels heeft de le luit. Ort heden bevel
ontvangen zich bij ziju in Venlo liggend korps te voegen;
terwijl de 2e luit. de Bije, van het alhier in garnizoen liggend
derde is overgeplaatst bij het tweede reg. huzaren, garnizoen
houdende te('s Hertogenbosch. Beide officieren verlaten reeds
morgen onze stad.
Naar men verneemt, moet tegenwoordig de landverhuizing
naar Amerika in de noordelijke provinciën weder op'groote
schaal plaats hebben. Dit blijkt vooral uit het getal landver
huizers, dat in eenige weken zeker niet minder dan 1000 was,
die Harlingen tot uitgangspunt gekozen hebben. Naar men zegt,
hebben daar Zaturdag morgen weder een 80tal personen de
reis naar de nieuwe wereld aangenomen.
Maandagmorgen circa vijf ure stoomde de sleepboot
Maria Johannamet een ongeladen kofschip en een geladen
ligterschip op sleeptouw, uit de Veerhaven in dc Maas, toen
juist de naar Huil bestemde stoom boot Despatch de rivier afvoer.
Men kreeg elkander te laat in het oog, waardoor de stoom
boot belet werd intijds te stoppen en met het kofschip in aan
raking kwam, dat onmiddelijk is gezonken. De opvarenden
(de schipper en zijne vrouw) zijn nog intijds door de beman
ning der sleepboot gered, terwijl aan de overige schepen, voor
zoover bekend is, geen schade is toegebragt.
Oostergo noemt het gelukkig, dat Nederland zal ver
tegenwoordigd ziju op het Internationaal gevangenis congres,
dat in Julij a. s. te Londen zal gehouden worden. Waar Ne
derland op onverklaarbare wijze onverschillig achterbleef toen
te Weenen gesproken werd over middelen ter beteugeling van
de ramp, die onze materieele welvaart bedreigt, blijft Neder
land niet onverschillig waar het den ongelukkigen medemensch
geldt. Oostergo had het ook niet anders verwacht. Het blad
wenscht, dat men zich daar met allen ernst de vraag stelle;
of de tijd niet gekomen is om die langdurige gevangenisstraf
af te schaffen en te vervangen door deportatie naar een onzer
koloniën of nog woeste plekken in ons eigen vaderland. Een
zatnenwerken van alle mogendheden zou het schijnbaar on
mogelijke mogelijk maken. Oostergo hoopt, dat andere Ne-
derlandsche bladen hun stem bij haar voegen zullen. Nog is
het tijd, in twee maanden kan veel gedaan worden.
Men schrijft uit Gouda, 5 Mei
In den afgeloopen nacht, ten kwart voor één ure, brak er
brand uit in den stal van den stalhouder W. T. Blom, op
den Kleiweg hier ter stede, die door den hevigen wind zoo
snel toenam, dat in korten tijd alles in lichtelaaije vlam stond.
De stal met bovenwoning, bewoond door een der knechts,
benevens het daarnaast gelegen koetshuis, is geheel uitgebrand.
Alleen de rijtuigen zijn gered, doch de zestien op stal staande
paarden zijn allen verbrand, zoo ook een groot gedeelte van
het hooi, de haver, stalgereedschappen en tuigen. De braud-
weer heeft zich goed van haar taak gekweten. Ten half vijf
ure was men den brand geheel meester. De boven den stal
wonende knecht heeft zijn vrouw en kinderen door het raam
moeteu redden, doch zijn inboedel en kleederen zijn verbrand.
Alles was tegen brandschade verzekerd, behalve de inboedel
van den knecht, die daardoor van alles is beroofd.