Nieuws- en
Advertentieblad.
Woensdag
2 Februari.
M 15,H
Zestiende Jaargang.
1876.
Uitgever S. GILTJES.
NIEUWSTIJDINGEN.
LICHT IN DUISTERNIS.
HELDERSCHE
Verschijnt DINSDAG- en VRIJDAG-NAMIDDAG.
Abonnementsprijs voor 3 maanden
Franco per post
Men abonneert zich in alle BoekwinkelsPostkantoren en Hulp-Postkantoren.
Brieven franco.
0.50
*0.65
COURANT.
De prijs der Advertentien van 14 regels is 40 Centen; elke regel meer 10 Centen.
Periodieke herhalingenalsmede aanvragen en aanbiedingen van dienstpersoneel 5 Cents per regel.
Vóór des Dinsdags en Vrijdags middags 12 uur gelieve men de Adrertentiën in te zenden.
Ingezonden Stukken minstens éen dag vroeger.
Helder, Nienwediep, Willemsoord, enz.
1 Februari 1876.
Het programma voor de feestelijke ont
vangst der Atjc h-Strijders, is thans vastgesteld
en gedrukt te bekomen bij den boekhandelaar
L. A. Eaureij. (zie advertentie hierachter)
Verschillende corporatiëu uit deze gemeente
zullen zich aansluiten bij den optocht, die
plaats zal hebben van de Buitenhaven, langs
het Ankerpark, Zuidstraat, Weststraat, Hoofd
gracht naar 's Rijkswerf, alwaar da Atjeh-
medailles zullen worden uitgpreikt.
Vervolgens worden de Atjeh-Strijders naar
een daartoe ingericht feestlokaal op 's Rijks
werf geleid, alwaar hun een feestmaal zal
worden aaugebodèn. Door de zangvereenigiug
*Cecilia" zal aldaar een welkomstgroet worden
gezongen, terwijl het stafmuziekkorps der Ma
rine verder het feest zal opluisteren.
Des avonds zullen in de lokalen Tivoli,
Musis Sacruin en Koningskroon, ter eere der
Atjeh-Strijders, tooneelvoorstellingen, muziek
uitvoeringen en bals worden gegeven, alwaar
ieder Strijder met dames vrijen toegang heeft
en tot een zekere grens vrije vertering.
Het stoomschip "Prinses Anialia," alwaar
de bedoelde Atjeh-Strijders zich aan boord
bevinden, wordt alhier verwacht tegen
WOENSDAG AVOND.
Vrijdag avond werd door de onderofficiers-
vereenigiug n Vaderland en Oranje," in het lokaal
Tivoli, op zeer verdienstelijke wijze opgevoerd
het tooneelspel ArtAur oj zestien jaren later
De opvatting der rollen van al de optredende
leden van dit gezelschap, liet niets te wenschen
over.
Ook de optredende dames verdienen alle lof,
inzonderheid de uitvoering van de niet gemak
kelijke rol van Marie getuigde niet alleen van
goede opvatting en studiemaar ook van
ervaring in de kunst.
Sommige scènes waren inderdaad onver
beterlijk.
Naar wij vernemen, heeft dit gezelschap
gehoor gegeven aan het algemeen verzoek om
dezelfde stukken Zondag a.s. nog eens op te
voeren.
De liefdadigheidsvoorstelling, Zondag avond
jl., gegeven in het lokaal Tivoli, door het
jongelings-collegie //Nut en Genoegen", was
zeer talrijk bezocht. De uitvoering van het
drama Simon TurcAie en het blijspel Geld!
Geld! Geldwerd zeer ten genoege der aam
wezigen opgevoerd en herhaaldelijk toegejuicht.
Eu inderdaad jongelingen bij wie kunst- en
iefciadigsheidszin gepaard gaan, maken zich
eene algemeene toejuiching ten volle waardig
- Door de Christelijke Zangvereenigiug
//Zingt den Heer" werd Vrijdag avond jl eene
openbare uitvoering gehouden in het kerkge
bouw der Herst. Lulh. gemeente alhier, onder
de leiding van den heer Henry de Buisonjé;
die bij deze eerste openbare uitvoering blijken
heeft gegeven voor die taak alleszins geschikt
te zijn.
En directeur en zangers hebben de op zich
genomen taak loffelijk volbracht.
De zang werd afgewisseld door een woord
van ds. Snijders, over de wees-inrichting te
Neerbosch; ten voordeele waarvan de netto
ontvangst dezer uitvoering bestemd is Het
bedrag is f 43,60.
Zaterdag morgen jl. heeftop 's rijks werf
alhier een treurig ongeval plaats gehad. Twee
jeugdige timmerlieden, 21 en 22 jaar oud, aan
de kap van een der stoomschepen werkzaam,
zijn daar af gevallen in het natte dok toen
men ter hulpe snelde, was het helaas te laat.
Ook alle toegepaste middelen der kunst waren
vruchteloos.
Op den 19 Febr. e. k. zal alhier aan
boord van het via Suez naar Java bestemde
stoomschip Cour ad" overgaan een detachement
koloniale militairen, ter sterkte van 175 kor
poraals en manschappen en 10 ouderofficieren,
onder bevel van den kapt. der infanterie van
het O. I. leger jhr. H. Bowier en het mede-
geleide van den van verlof terugkeerende le
luit. der Inf. J. C. J. Lecocq d' Armanville en
de 2e luit. van dat wapen J. li. van Epen, P.
J. Wijman, J. C. Telders, N. C. U. Masman,
W. P. Wetzelaar. P. A. II. F. Tergan. H. H
L. Kuilman, H. W. v. Wijk, G. H. Krull, C.
J. L. Schuller, D. W. Binkhorst en B. M.
Leussen.
In een Zaterdagmiddag bij het Depar
tement van Koloniën ontvangen telegram is
door den Gouv -Gen. van Nederl.-Indië bericht,
dat, terwijl geen tijdingen waren ingekomen
omtrent de verrichtingen der in Atjeh ageerende
troepen van 12 tot 19 Januari waarschijn
lijk wegens stoornis in de telegraaflijneó op
Sumatra uit een telegram van Atjeh dd.
24 Januari het daaraanvolgende was vernomen
aangaande de gebeurtenissen van 19 tot 24
Januari.
19 Januari werd gebivouakeerd te Kroeng
Raba. De hoofden der IV Moekim werden
opgeroepen. Gekwetsten, zieken en krijgsge
vangenen werden per stoomschip overgevoerd
naar Oleh-leh.
FEUILLETON.
Oorspronkelijke novelle.
Geen vreugd vormt de grondtoon
mijner zangen,
Maar diepe droefenis.
14. De baron von Walhaus.
•Wel Bernard. lioo zijt ge tegenwoordig zoo stil
en treurig? Wat hapert er aan, Sedert ge die
ontmoeting hebt gehad, met de freule |van Walhaus,
zijt ge eenzelvig en treurig geworden. Wij merken
dit tot ons groot leedwezen op. Gij weet, hoezeer
wij u liefhebben. Zeg ons dus, wat de oorzaak
uwer treurigheid is en wij zullen trachten die uit
den weg te ruimen," zei de heer Franzen op zekeren
avond toen ze niet hun drieën gezellig bijeenzaten.-
»Ja, toe Bernard Ik ben ook niet in njijn humeur,
als gij het niet zijt Kom, wees nu eens opgeruimd
en vroolijk."
»'t Spijt mij dat ik u leed veroorzaak," sprak
Bernard, »maar ik... ik ben wel in mijn humeur.
Er is volstrekt niets, dat mij hindert."
In waarheid was er wel iets, dat hem hinderde.
Bernard beminde freule Dorothea en hij had opge
merkt. dat Dorothea voor zijne liefde niet onver
schillig was. Watheip dan zoo beangste, zoo treurig
stemde? Bernard had uit de herhaalde gesprekken
met den baron telkens kunnen opmaken, hoezeer
hij op titels en afkomst gesteld was. Walhaus had
den wensch uitgesproken, dat zijne eenige dochter
nog eens oen huwelijk zou doen hem en harer
waardig. Bernard twijfelde er dus aan of de baron
er wel ooit in zou toestemmen, als hij om de hand
zijner dochter kwam vragen. Gisteren had hij Do
rothea weer ontmoet ten huize van den houtvester,
't Was toevallig, dat zij elkander ontmoetten, dat
is waar, maar, terwijl ze dan zoo vertrouwelijk eene
wandeling door het bosch doden,'was de baron er
juist met zijn jager langs gekomen.
«Gij hier, Dorothea?" had hij gevraagd, en daarbij
had hij een trotschen blik op Bernard geworpen.
Die blik deed Bernard zeer, die blik had zijn-hart
gewond. De geringste hoop, waarmede hij zich nog
had durven vleien, was in rook vervlogen. Toen
hij dus' tegen zijne pleegouders zoide, dat er volstrekt
niets aan haperde, gevoelde hij zelf, dat hij on
oprecht was, en haastte zich snel er hij te voegen
•Ik zal u alles meedeelen; ik had dit al vroeger
moeten duen. Gij kent freule Dorothea! Welnu,
ik bemin haar."
Wij wisten dit." gaf mevrouw Franzen tenant
woord.
•De baron schijnt echter onze liefde niet te kunnen
dulden. Integendeel heeft hij mij gisteren duidelijk
te verstaan gegeven, 't geen ik van hem te wachten
heb. Hij is baron en gesteld op titels en vermogen.
Geen van beidon kan ik zijne dochter aanbieden."
•Zijt gc er zeker van, dat de baron met U'
liefde voor Dorothea bekend is?" vroeg Franzen.
•Zeker, neen, dat niet?"
•Wellicht was hij boos, dat zijne dochter hem
onverwacht ontmoette. Mogelijk ook, dat hij niet
voorbijgegaan wil zijn. Dan hoe dit ook zij. gij
dient u te vergewissen, gij moet den baron over
uw« liofde spreken, Hebt gc ook al geene titels,
20 Januari werd een stoomschip naar Kloe-
wang gezondeu oin Toekoe Lampassei af te
halen, voor de aanrakingen met de hoofden in
de IV Moekim.
21 Januari werd een verkenning gemaakt
naar de kloof van Dj'empit.
22 Januari verkenning naar de kloof van
Bradoen; de plaats voor eene vestiging aldaar
werd bepaald. De hoofden der IV Moekim
hebben de hun voorgehouden artikelen van
onderwerping aangenomen. De hoofden van
Eepong, Eoöng en Daja werden opgeroepen.
Het hoofd van de Moekim Bradoen kwam in
het bivouak.
23 Januari is het hoofd van Lepong aan-
;ekomen. Per stoomschip werden zieken over
gevoerd naar Oleh-leh.
24 Januari, opgerukt naar de kloof van
Bradoen. De weersgesteldheid en de gezond
heid der ageerende troepen was gunstig.
Bij de overige troepen in Atjeh was de ge
zondheidstoestand iets gunstiger dan in den'
laatst verloopen tijd; cholera deed zich spo
radisch voor; veeziekte stationair. In den
nacht van 23 op 24 Januari werd een vijan
delijke aanval op onzen post te Eemboeh-oost
afgeslagen. Daarbij sneuvelde 2 inlandsche
soldaten en een vrouw, terwijl 22 mindere
militairen gewond werden. De vijand werd met
verlies teruggedreven.
Na de optreding "van den nieuwen Mi
nister vau Oorlog zullen naar men aan het
Vad. mededeelt eenige opper- en hoofd
officieren van het leger, die in de termen
vallen om te worden gepensioneerd, voorloopig
op non-activiteit worden gesteld, om hen later,
na het tot stand komen der nieuwe pensioen
wet, definitief te pensioneeren.
Een merkwaardig staaltje te Linschoten
van bijgeloof: Bij tal van menschen berusten
afschriften van het volgend briefje tegen brand
wonden #Je zie jing ila tot la no yit slank ke
zijne jeel bij V hand die en vat in Gek die
je Z brand."
Dit briefje behoeft men eenvoudig over te
schrijven en het daarna te verbranden. De ge
nezing volgt dan spoedig Aan dien onzin wordt
geloof geslagen door menschen, van wie men
dit 't uiinst verwachten zou.
Vrijdagavond zou een der knechts van
den stalhouder Van der Stok in de Van Hogeu-
dorpstraat te 's Hage een paard naar den stal
brengen. Het heest was een weinig ontstemd
en beet zijn geleider in den schouder en daar
na, veel heviger in den arm. Bij het krachtig
losrukken verwrong de man zijn arm zooda
nig, dat deze op onrustbarende wijze opzette.
De hulp van chirurgijn Bausch werd onmidde-
lijk ingeroepen en er bestaat alle hoop dat dc-
koetsier zijn arm zal behouden, waarvoormen
aanvankelijk wel vreesde.
Twee jaar geleden deed een Duitscher te-
Amsterdam handelszaken voor een huis io
Duitschland, en ontving een aanzienlijke som
geld. Dit geld werd niet verantwoord en er
volgde een aanklacht tegen dien persoon, die
intusschen voortvluchtig was. De zaak was daar
om echter niet vergeten de politie te Amster
dam ontdekte dezer dagen zijn verblijfplaats;
hij werd aangehouden en zal nu langs diploma-
tieken weg aan de Pruisische autoriteit moe
ten worden uitgeleverd.
Uit Workum wordt gemeld, dat men
sedert 3 dezer des avonds ver in zee een lan
taarn ziet branden, waarschijnlijk op een met
petroleum geladen schip uit Amsterdam, dat
vastzit. Men vreest, dat de schepelingen, zoo
er niet spoedig hulp opdaagt, van honger
zullen omkomen.
f
Buitenland.
Volgeus Schotsche bladen zal weldra
het merkwaardigste van alle registers van den
burgelijken stand nl. het trouwregister van den
smid van Gretna-Green, verkocht worden. Dat
merkwaardige boek zal zeker meer dan éen lief
hebber vinden en duur genoeg betaald worden.
Bij eene natuurkundige voordracht van
dr. Aronsteiu te Breda had er bij een proef
een ontploffiug plaats, waardoor drie personen
eenig letsel bekwamen, het ergste dr. Aron
steiu zelf die nog al belangrijk in het gelaat
getrofien is. De oogen werden gelukkig door
zijn bril beschermd.
In Noord-Essex heeft eene jury eenige
dagen geleden aan //manslag schuldig verklaard
zekeren Watts, behoorende tot de godsdienst
sekte, die men aanduidt met den Daam van
«peculiar people." Ih plaats van voor een zijner
kinderen, dat ziek was, den geneesheer te laten
roepen, had hij een paar ouderlinge van zijn
kerkgenootschap verzocht le komen, die onder
aanroeping van Gods naam aan het kind de
handen oplegden en het met olie zalfden. Met
kind stierf niettemin. De geneesheer verklaarde,
dat de ziekte, waaraan het kind leed, stellig
voor eene goede geneeskundige behandeling
zou geweken zijn. Watts verklaarde, dat hij
geen docter had geroepen, omdat hij geloofde,
dat God alles bestuurt. Ook de pleegzuster,
die hem bij de ziekte van het kind geholpen
bad, achtte het zonde, geneeskundige bulp aan
te wenden.
Een Duitscher woonde sinds eenige maan
den met een jonge en zeer schoone vrouw te
gij zult eenmaal eene gewichtige en eervolle betrek
king in de maatschappij bekiecdcn. De aanzion-
lijkste ambten zijn door u to verkrijgen. Houd dus
moed. Binnen een paar jaar zijt ge klaar en dan
eigen kinderen hebben we niet. dus als ge u vestigt,
kunt ge, daar we ons werk geheel willen voltooien,
op een goeden uitzet rekenen.
Waarde ouders, hoe zal ik ooit uwe liefde en
goedheid vergelden?" antwoordde Bernard.
•Volg nu mijnen raad en sprerk met den baron;
zorg, dat ge van Dorothea's liefde zeker zijt. Neem
vooral de barones in de arm. Dames zijn in de
meeste gevallen in zaken van liefde beter berekend
dan de knapste rechtsgeleerde of advocaat."
»Wel ja, doe dat." zei mevrouw.
»Ik zal spoedig gelegenheid vinden om baron von
Walhaus tc spreken. Ik heb hem beloofd eene teeke-
ning te maken voor de nieuwe bloemperken, die
hij in 't aanstaande voorjaar wil aanloggen."
•Laat ons thans alle zorg op zij zetten voor de
toekomst en 't beste van den tijd verwachten. Wie
weet of die ook in dit opzicht, geene rozen zal baren."
Een paar dagen later begaf Bernard zich met
een beklemd hart op weg naar 't slot. Bij zijne
aankomst aldaar vernam hij van een der bedienden,
dat de baron en zijne echtgenoote des morgens
reeds uitgereden waren en eerst tegen den avond
terug werden verwacht. De freule was echter to
huis. Bernard liet zich aandienen.
Hoezeer 't hem aan den cenen kant speet, Wal
haus niet te huis te vinden, zoo was hem aan den
anderen kant deze ongezochte gelegenheid hoogst
welkom, om nog eens met zijne Dorothea alles te
overleggen.
Rome op kamers in hetzelfde huis, waar een
maal Goclhe zijn intrek had. Beiden scheuen
elkander innig genegen en niet ongelukkig,
noch onbemiddeld Doch onlangs vond men bei
den in elkanders armen dood te bed lisrgen.
Zij hadden zich met cyaankaliuin vrrgiftigd.
Te vergeefs gist men naar de aanleiding tot
deze zelfmoord, die, naar 't schijnt, als sinds
een jaar voorgenomen was.
- De dood van Le Mailre, den beroemden
melodramaticus, wordt in alle dagbladen der
hoofdsteden gelezen. De overledene, die in
1798 te Hfivre geboren werd, behoorde tot
een artistenfainilie. In zijn vaderstad ontving
hij zijn opvoeding en kwam vervolgens aan
het conservatoire te Parijs, waar hij gedurende
twee jaren onder Lafou studeerde. Het mocht
hem in 't eerst maar niet gelukken in het
Odéon op te treden, en dat niettegenstaande
zijn vriendschap met Talm», die de kiemen van
toekomstige grootheid in hem ontdekte. In
1826 werd hij in 't Odéon toegelaten en 't
volgende jaar voegde hij zich bij het gezelschap
van het Théatre der Porte St. Martin. Hier
heeft hij zich beroemd gemaakt in het stuk,
waaraan steeds zijn na9m verbonden zal blijven
//Trente ans, ou la Vie d'un Joueur" Van nu
af was zijn succes verzekerd; hij had slechts
te kiezen tusschen de theaters waar hij spelen
wilde.de eene triomf volgde de andere. Du-
rnas Sr. en Viclor Hugo schreven rollen voor
hem, en hij beloonde hun goeden wil door zijn
meesterlijke opvoering, die werkelijk naar 't
leven was. Zijn meest bekende rol is die van
Robert Macaire. Ook schiep hij Ruy Bias en
Don César dc Bazan. In 1S35 bezocht hij
liOnden en oogstte daar eer en geld in. In
1856 nam hij afscheid van de planken, ofschoon
hij altijd nog een heimwee gevoelde naar een
optreding, die dan bepaald de laatste zou zijn.
In 1S68 speelde hij met grooten bijval voor
den laatsten keer aan de Porte St. Martin.
De overledene genoot een jaarlijksch pensioen
van 2000 frshem door wijlen keizer Napoleou
III geschonken.
De Heer P. te Pai-ija verhuisde eenige
dagen geleden. Alles ging goed, de meubels
waren zonder ongelukken opgeladen en eenige
uren daarna was men voor de nieuw gehuurde
woning reeds aan het atladen. Tusschen
de twee voerlieden ontstond evenwel een twist,
die weldra tot dadelijkheden oversloeg. De
een nam een guéridon om den ander daarme
de te slaan, die op zijn beurt den slag met
een barometer pareerde. Zoo kreeg inenig stok
huisraad een beurt, toen zij op den inval
kwamen elk een inand met aardewerk en
porselein naar zich toe te trekken en nu vlogen
•Zoudt gij denken, dat uw vader ome liefde goed
keu rd?"
sik twijfel er aan."
•Hebben uwe ovulers iets van onze liefde bespeurd?"
iJlama is op dit punt scherpzinniger dan papa.
't Zou mij niet verwonderen, als zij er pa opmerk
zaam op gemaakt heeft."
sAls uwe ouders onze liefde eens niet goedkeurden,
wat dan?" vroeg Bernard?
Dorothea zuchtte.
•O. Bernard. vader zal medelijden met ons hebben,
hij zal zich niet tegen 't geluk zijner dochter kanten."
De deur der zaal ging open. De baron trad met
zijne gade binnen. Zonder dat Dorothea of Bernard
er iets van gemerkt luidden, was 't rijtuig van den
baron 't plein opgereden.
•Het is zeker buiten uwe verwachting, dat wij
zoo spoedig weer gearriveerd zijn," zei de baron op
nadrnkkelijken toon.
•Volstrekt niet pa
•Gij zult wel zoo goed zijn, Dorothea, mij hier
een oogenblikje met den heer Stcenlmis alleen te
laten, Ik geloof, dat uwe mama u 't een en ander
heeft mede te deelen."
Dorothea boog zwijgend en verliet met hare mama
't vertrek.
De baron deed de deur dicht, greep een stoelen
plaatste zich tegenover Bernard.
•Waaraan, mijnheer Steenhuis, heb ik heden de
eer van uw bezoek .te danken?" begon de baron.
Die vraag verwonderde Bernard eonigennate.
•Ik meende," zei Bernard fier, »dat mijnheer
Walhaus er op gesteld was, dat ik hem van tijd
tot tijd bezocht."
De baron beet zich op de lippen.
Bernard gevoelde echter, dat 't gesprek eene ver
keerde wending zou nemen en haastte zich dus er
bij te voegen
•Maar ik heb thans een dubbele boodschap. Zie
hier, daar zijn dc teekeningen voo.t de bloemperken.
Ik hoop. dat ze naar uw genoegen zijn.'
De baron zag ze vluchtig in.
»'t Plan schijnt me niet onaardig toe." sprak hij
op onverschilligen toon. »tloeveel zijn de kosten van
deze tcekening?"
Het bloed steeg Bernard naar 'f hoofd. Heeft
de baron 't er dan op aangelegd om mij met opzet
te beleedigen?" dacht hij.
De baron voelde zelf ook dat hij wat al te streng
was en nam dus eene meer welwillende houding
aan.
•Het verheugt mij." sprak Bernard. »n van eenigen
dienst te kunnen zijn, door deze teekening voor u
te vervaardigen."
•Het-zou zeker onbeleefd zijn u voordien dienst
te willen beloonen Ik meende echter, dat een ander
liet plan gemaakt bad. 't Strekt 11 inderdaad lot
eer, dit zelf te hebben ontworpen, 't Getuigt van
veel smaak. Gij hebt er mij zeer mee verplicht."
•De baron was in geen goede luim," dacht
Bernard »cn daarom was hij onbillijk."
•En nu uwe andere boodschap?" vroeg Walhaus.
•Ik ben zoo vrij," ving Bernard aan. vu te her
inneren aan uw woord Zoo ge me ooit noodig mocht
hebbenben ik tot uwen dienst.
Thans, mijnheer Walhaus is dit tijdstip aange
broken.
Wordt vervolgd.