Nieuws- en Advertentieblad.
Woensdag
12 April.
M 1554.
Zestiende Jaargang.
1876.
Uitgever S. GILTJES.
NIEUWSTIJDINGEN.
LICHT IN DUISTERNIS
HELDERSCHECOURANT
Verschijnt DINSDAG- en VRIJDAG-NAMIDDAG.
Abonnementsprijs voor 3 maanden
Franco per post h n
.Men abonneert zich in alle Boekwinkels, Postkantoren en Hulp-Postkantoren.
Brieven franco.
f 0.50
0.65
De prijs der Advirtkstikn van 14 regels is 40 Centen; elke regel meer 10 Centen.
Periodieke herhalingenalsmede aanvragen en aanbiedingen van dienstpersoneel 5 Cents per regel.
Vóór des Dinsdags en Vrijdags middags 12 uur gelieve men de Ad verten tiën in te zenden.
Ingezonden Stukken minstens éen dag vroeger.
Helder, Nieuwediep, Willemsoord, enz.
11 April 1876.
In de vorige week is alhier, in navol
ging van zoo vele andere zeeplaatsen, eene
zeer nuttige zaak tot stand gekomen.
Ouder de benaming van Goede Bedoeling"
heeft uien een college opgericht, waarvan art. 1
van het reglement luidt als volgt: '/Het doel
dezer inrichting is, om bij overlijden van scheeps-
gezagvoerders en mindere schepelingen, die hier,
zoowel als elders in Nederland woonachtig zijn,
het lot hunner weduwen en nagelaten wettige
kinderen, eenïgszins te verzachten."
Het bestuur is opgedragen aan de gezag
voerders H. A Maas, president; A. E. Scheur
leer, secretaris M. Thomasz, penningmeester
H- IJ. Visser, vice-president P- Visser, 2C
secretaris C Krijnen en F. Ekamp, commis
sarissen terwijl tot correspondenten van liet col
lege zijn benoemd de heeren van Veen van
der Meulen.
Heden morgen heeft een Scheveninger
pink of bomschuit op de Fransche bank alhier
gestooten en is daarna omgeslagen, tengevolge
waarvan de opvarenden allen zijn omgekomen.
Het wrak is hier langs de kust drijvende ge
vonden men is bezig het in de haven te
brengen.
De toestand van liet op de Zuidwal al
hier zittende fregatschip Webfootkapt. Frencli,
van Java naar Amsterdam, wordt, bij de aan
houdende harde VVestewind, zeer hachelijk. H
den morgen had men de noodvlag waaien en
naar men verneemt, is het schip lek en staat
er reeds acht voet water in. De equipage be
vindt zich nog aan boord. De lading, koffie
en suiker, zal veel te lijden hebben.
Blijkens een bij het Dep. van Marine
ontvangen telegram is Zr. Ms. ramtorenschip
Prins Hendrik der Nederlanden, onder bevel
van den kapt. ter zee A. N L. Coops, in den
namiddag van 8 dezer van de reede van Malta
vertrokken. Aan boord is alles wel.
Directeuren der Nederl. maatschappij vau
nijverheid hebben aan den koning een adres
gezonden, waarin zij den wenscli uiten, dat de
oefeuingstochten der rijksmarine ook dienstbaar
worden gemaakt aan de Noordpool vaart en
biunen kort ét-11 of meer schepen tot het doen
van onderzoekingen, ook in het belang van
reederij en visscherij naar het noorden worden
gezonden.
Het schooner-brikschip Cilovan Oude
Pekela, kapt. Mooi, is op reis vau Hartlepool
naar Riga, met man en muis vergaan.
Tengevolge van het overlijden van den
FEUILLETON.
Oorspronkelijke novelle.
Wees u zelf.
De Genestet.
31. De eerste verwijdering.
nik heb u over gewichtige zaken te spreken,'
had de baron tegen Frederik gezegd, toen deze kort
na 't bezoek van den heer Schimsheim bij hem in
de kamer trad.
Frederik was er echter de persoon niet naar om
over belangrijke of gewichtige onderwerpen te
spreken. Van zijne jeugd af was hij bedorven door
zijne oudersniet de minste inspanning naar lichaam
of geest was van hem gevorderd. De ongestoorde
rust was hem, aangezien hij een levendige geaard
heid bezat, echter lastig.
Allerlei vermaken en uitspattingen werden door
hem nagejaagd en toen hij groot geworden was.
was hij een rijke nietsdoener met een ledig hoofd
en een ledig hart.
Dorothea beminde hij volstrekt niet. maar door
haar kon hij zijn fortuin herstellen, door haar te
huwen 't middel weer bekomen om aan zijn zucht
tot brassen bot te vieren, 't Beviel hem eigenlijk
eer Paul van Vlissingen te Amsterdam, op-
icliter en directeur van de Amsterdamsche
stoomboot-maatschappij is tot zijn opvolger in
noemde directie benoemd de heer C. Gilhuijs
Het kantoor bliift gevestigd op den Buiten
kant No. 38.
In de «-Asser Ct." leest men
#Er is hulponderwijzersnood en daarover
wordt veel gesproken, geschreven en geadver
teerd er is, in de Herv kerk, predikanten
nood en daarvan hoort men nu en dan eens
reppen, tnaar er is ook doctersnood, van veel
meer omvang en tot veel grooter nadeel van
bevolking, dan men wel verwacht.
Men moet leeren voor de stoffelijke en on
stoffelijke wereld, maar zal uien leeren, dan
moet men niet alleen leveu, maar ook gezond
n. 't Is daarom, dat zij, die gesteld zijn
om te zorgeu voor liet volk, ook wat zijn li
chamelijk welzijn betreft, wel eens ernstig ter
harte mogen nemen, deze vraag: schiet er nu
op tal van plaatsen genees- en heelkundige
hulp te kort hoe zal het zijn over 4 it 5
jaar?"
- De Vesuviuskapt. J Daarnhouwer,
toebfchooronde aan dc //Koninklijke Nederland-
sclie Stoombootmaatschappij," van Odcssa en
Sinirma naar Vlissingen en Rotterdam is nabij
Hastings, ten gevolge vau aanvaring door de
Engelsche stoomboot Savernakein 10 vadem
water gezonken. De geheele equipage, met
uitzondering van een stoker is gered.
- De heer J. Ch. Horinel. hoofdonder
wijzer aan de kerkelijke school te Kerwijk en
Delwijiien heeft de benoeming als hoofdonder
wijzer aan de Christelijke school te Alkmaar
aangenomen.
- Naar men bericht, heeft de dezer dagen
overleden lieer mr S. E Nijkerk, o. a. aan
het Ncdcrl. Israël. Armbestuur te Amsterdam
f 50,(10(1, aan het Nederl. Israël, meisjeswees
huis f 10,000 en aan het jongens-weeshuis
f 1000 gelegateerd.
Onder de vervctiers in de omstreken van
Hcereveen circuleert een adres aan den minister
van Binnenlandscbe Zaken, inhoudende het
verzoek, dat aan den Staatsspoorweg bij het
Stobbegat in de onmiddclijke nabijheid van de
groole veenderij *dc Greve" een halt of la
dingplaats voor turf worde gesticht. Dit adres
wordt ondersteund door turfhandelaren te Zutfen,
den Helder, 's llage, Arnhem en Rotterdam.
Deze maatregel zou een groote besparing vau
racht geven. Nu wordt de prijs van elke
waggon turf door het vervoer van turf naar
het station aldaar met f 25 vermeerderdin
het gewenscht geval zouden de kosten slechts
f 5. bedragen en het vervoer, dat 's winters
bij zijn oom in 't geheel niet, maar 't was gebiedend
noodzakelijk dat hij bleef. Hij voelde echter behoefte
aan alleiding en die vond hij door in den omtrek
allerlei geoorloofde en ongeoorloofde genietingen te
smaken.
Hij ontzag zich niet de grofste verteringen te
maken meende dat niemand "t zou durven wagen
hem lastig te vallen; maar hij had volkomen buiten
den waard gerekend.
Laat ons hier bij 't raam gaan zitten," sprak
de baron.
Frederik nam een stool en ging op de aangeduide
plaats zitten.
«Ik heb veel met u te spreken, Frederik."
«Dat doet mij genoegen oom."
«Ik weet niet," vervolgde Walhaus, »of 't u wel
zoo bijzonder zal interesseeren, wat ik u heb mee
te deelen."
Frederik bloosde van spijt over dit compliment.
»Ik luister, oom!"
«Gij kent don heer Schimsheim 7"
«Schimsheim?"
»Ja; anders, waarde neef zal ik uw geheugen te
hulp komen."
■Gij bedoelt dien logementhouder?"
«Natuurlijk! Nu deze is hier geweest, hij is zoo
even vertrokken. Zie eens hier."
De baron liet Frederik de betaalde rekening
«Maar oom. die man is een onbeschaamde,
Beduur jonkman, bedaar, 't Komt er bij mij op
cenige dnizende thalers niet aan. Niemand moet
van den baron Walhaus geld te vorderen hebben.
Ik weet wel dat 't onder aanzienlijke lieden als
door sneeuw en ijs niet zelden geheel onmo
gelijk is, ten allen tijde kunnen plaats hebben.
Zaterdaginidd. arriveerde dc mail uit
Ned. O.-Indië mét dagbladen en brieven tot
2 Maart 11. Het uieuws is echter zeer schaarscli.
Alle bladen bevatten uitvoerige levensbeschij-
vingen van generaal Pel, wieus^plotseling over
lijden op Java een grooten indruk heeft ge
maakt.
- Naar het schijnt wordt het schrikkeljaar
geacht zekere bijzondere vrijheden te schenken
aan de personen der zwakkere en afwachtende
ekse, die zich emancipeeren willen, Hoe daarvan
door sommigen wordt gebruik gemaakt, kan
blijken uit onderstaand schrijven, dat door de
Java Bode om der curiositeits wille wordt
medeg edeeld.
Mijn heer!
ik ziet u bij naar allen dage voorbij mijn
guis Wandele van daag is vuil. ik ziet u niet
jammer schikelljaar ik wilt u spreken ik Meisje
mag wel van dag geden avont uege ur u
Kom bij kleijne brug gang pet jinongang ik
komt ook eu dragt roode doek u mij zie wel
kerin en zal daar om ik shrijfl mijn na ain
niet -neem ni et Kwnalik ik zoo frij shlikcl-
jaar meisje mag wel ik lang gegoop mijn heer
spreek met mij nu shlikeljaar ik vraagt zelf
Straks ik
u weet mijn naam
29 Feberuarij 1876. Y. A.
Buitenland.
Het Journal de l'Aïsne deelt een mis-
ad mede, begaan op een oude juffer, die een
afgelegen huis in het fransche dorp Couvron be
woonde. Uit den schoorsteen zog inen 11. Don
derdag een dikken rook opstijgen en men nam
een afschuwelijken reuk waar, dien men toe
schreef aan het verbranden van oude lompen.
Men bespeurde na dien tijd uiets van de be
woonster van het huis, en eerst Maandag vond
men haar geworgd liggen op een verkoold bed.
Onder het bed stond een kleine koperen lamp,
die waarschijnlijk had gediend om het vuur aan
te stekenalle kasten waren opengebroken en
aanzienlijke sommeu ontvreemd.
Vier magazijnen in de nabijheid van Salt
Lake-City (Amerika), waarin 30 ton buskruit
was geborgen, zijn in de lucht gesprongen. Zes
personen zijn daarbij om het leven gekomen.
Het aantal gekwetsten is zeer groot.
Camareteen gevangene van Chairvaux,
heeft, na uit de gevangenis te zijn ontsnapt,
op een slimme wijze in een wagon tweedi
klasse de reis naar Parijs gemaakt. Slechts
zeer weinig geld bij zich hebbende nam hij een
kaartje naar Bar-Sur Aube, derde klasse. Aan
't station bemerkte hij drie oude dames die
tot eene gewoonte geworden is de crediteuren zoo
lang mogelijk te laten wachten, maar van dio
slechte gewoonte houd ik niet. Ik heb uwe schulden
aan dien Schimsheim betaald en buitendien ver
nomen dat ook andere personen nog al wat van u
te vorderen hebben."
«De schulden die ik gemaakt heb, wensch ik
zelf te beulen," waagde Frederik te zeggen.
De baron baalde minachtend de schouders op.
't Griefde hom niet zoo zeer dat Frederik schulden
had gemaakt als dat hij zoo weinig ware genegen
heid voor Dorothea, zijn geliefd kind, toondo to
bezitten. Immers hij had 't plan om door een hu
welijk met Frederik zijne dochter gelukkig te maken,
daardoor in de ziel zijner dochter de liefde voor
Bernard te smoren en zoo zich voor de schande te
vrijwaren een parvenu tot schoonzoon te krijgen.
«Meer dan dc schulden, welke gij gemaakt hebt,
smart mij uw gedrag," vervolgde de baron.
«Gij zijt bijna altijd uit en bewijst Dorothea niet
de minste opleltendheid. Ik moet u kort en goed
zeggen, dat die manier van handelen mij weinig
aanstaat. Waarlijk, Bernard Steenhuis leeft op eene
fatsoenlijke wijze."
»lk mag niet denken, oom, dat gij 't er op toelegt
om mij te beleedigen, maar toch vind ik eene ver
gelijking van dien Bernard Steenhuis, de zoon eens
misdadigers, met mij allesbehalve streelend voor
mijn gevoel."
«O zoo! ge meent dus dat ge daarom beter zijt
dan Bernard omdat diens vader eene misdaad
heeft begaan. Ongelukkig voor u, als daarin uwe
meerdere glorie, uwe meerdere deugd en degelijk-
biljetten tweede klasse Parijs genomen hadden.
Terwijl de treiu snel voortging klom hij uit
het portier van zijn wagon, klom op den wagon
waarin de drie dames zaten en doofde het licht
uit. Weder omlaag gekomen, opende hij het
portier van dien wagon. De dames sliepen.
«■Uwe biljetten, dames" zei Cameret. De dames
hem door de duisternis voor een conducteur
houdende, gaven ze hem over. Camaret deed
ilsof hij ze bij 't maanlicht bekeek, gaf de
dames twee harer kaartjes benevens het zijne
terug en behield zelf een biljet tweede klasse,
waarmede hij dan ook te Parijs aankwam.
Carmaret was evenwel in slaap gevallen en te
Parijs aan 't station werd 't bedrog ontdekt en
Camaret gevat.
- Te Sprimont heeft dezer dagen een land
bouwer, C. Duprez genaamd en 26 jaren oud,
zijne vrouw met een geweerschot gedood. Die
misdaad had plaats na een klein geschilde
w outviug het schot in de volle borst en
viel dood neder. Zij was slechts 22 jaren oud
en laat een kind van 4 jaren oud achter, dal
bij dit tooneel aanwezig was. Duprez is te
Luik aan het gerecht overgeleverd
Volgens een bericht uit Plymouth zijn
de schroefstoomschepen Jhon Boylevan ShielJs
met steenkolen naar Gibraltar bestemd, en de
Emma Latoson, van Alex3»drië met katoen
naar Huil, op 5U mijlen zuidwest van Goud
staart, in aanvaring geweest. Dc Emma Lato
son liep de Jhon Boyle aan stuurboordzijde zoo
hevig aan, dat laatstgenoemd schip binnen een
kwartieruur zonk. Ook de Emma Latoson was
ernstig beschadigd, doch kon vlot gehouden
worden en bracht de 21) man equipage der
Jhon Boyle te Plymouth aan.
De Times deelt het volgende bericht
medeDe stoomboot Agrigente (van de stoom
bootmaatschappij Tinacria) welke den Piraeus
verliet met 30 passagiers en eene equipage van
34 man, is bij kaap Mailia in botsing geko
men met dc Engelsche stoomboot Uijlton Cas
tte, en in vijf of tien minuten gezonken.
Eenigc mannen der equipage hebben zich ge
red door op de Hijllon (astleover te sprin
gen. Het was onmogelijk de booten te water
tclatnicn.dat alles zoo plotseling in de diepte
verdween. Het gelukte evenwel aan den ge
zagvoerder der Hijllon Caslleoin verschei
dene inenscheu te redden, die zich aan d»
stukkeu van het wrak hadden vastgeklampt.
In het geheel zijn 2 ofiicieren, 2 ingenieurs
5 matrozen, 4 vrouwen, 12 andere passagiers
(allen Grieken) verdronken. De kapitein en
ongeveer 80 anderen werden gered. De Hijl
lon ('astle, welke naar Constantinopel bestemd
was keerde na de botsing naar den Piraeus
terug, om de geredden aan land te zetten.
-De eerste aardbeziën uit de broeikassen
te Versailles zijn Vrijdag te Parijs aangebracht
en verkocht fr. 1.60 het stuk voor de uit
gezochte soorten en fr. 1 voor de andere,
Te Adrossan in Schotland werd dezer
dagen een merkwaardig vaartuig verkocht: de
brik litus die uit de overblijfselen van een
op de Schotsche kust gestrand oorlogschip
was gebouwd en 22 jaren door een vrouwe
lijke gezagvoerder, mejuffrouw Elisabeth Millar,
werd gevoerd. Deze zee-amazone was onder
de kustvaarders als kapitein Betsy Millar alge
meen bekend.
Besluiten, Benoemingen, enz.
Z. M. heeft den luit. ter zee dor 2e kl. H. G.
Hildebrandt, bevorderd tot luit. ter zee der 1e kl.
Benoemd tot kapt. van de Ie kl. de kapt. 2e kl.
F. J. van (lensden.
De St. Ct. bevat de voorwaarden voor het in de
maand Mei te houden vergelijkend examen van
jongelingen, die als machinist-leerling der 2e kl.
wenclien te worden aangenomen.
Benoemd tot Inspecteur der Registratie en Do
meinen der eerste klasse M. Timmerman, thans
tweede; der tweede klasse G. Y. Blaauw, thans
derde; der derde klasse J. J. de Lange, thans ont
vanger der registratie tc Harderwijk. Tot ont
vanger der Belastingen te Dellshaven J. M. Kleeu-
wens, thans te Vlaardingen.
Naar aanleiding van Zr. Ms. besluit van 8 April,
worden de kapt -luit. ter zee J. K. L. Gey van Pittius
en de luit. ter zee 1e kl. K. O. van der Veen. met den
laatsten dezer, eervol ontheven van het bevel resp.
over Zr. Ms. wachtschip te Hellevoetsluis en te
Amsterdam, en met Mei a. s. vervangen door den
kapt.-luit. ter zee H. D. Guyot en den luit. ter ze0
Ie kl. W. J. Adams
Spreuken en Spreekwoorden van vroeger
en later verzameld door M.
Snij brood en lees;
Terwijl de visch kookt smelt de boter.
De eendracht bouwt het huis,
De tweedracht stort het neder.
Niets is groot wat niet goed is.
Lust en liefde zijn de hef booinen van groote
daden.
Die nooit vriendschap en liefde gezocht
heeft is duizendmaal armer dan die ze ver
loren heeft.
De godsdienst is de gouden keten, die de
aarde aan den troon des Eeuwigeu bindt.
Hoe later in de herberg, hoe meerder schuld.
De deuren der herberg sluiten spaarzaamheid
uit en laten overdaad binnen.
heid te zoeken is. Neen Frederik! dat wanbegrip
moet de wereld uit. De misdaad van den vader
mag en moet niet drukken op den zoon, den klein
zoon of wie ook. Ieder die zich zeiven acht, ver
dient ook de achting van de wereld. Bernard is
arm bij mij vergeleken, van lage afkomst, maar ik
geloof dat hij meer edelman is dan gij 't zijt."
«Maar waartoe dit alles, oom?"
«Vraagt gij waartoe, Frederik? Meent gij dat 't
mij onbekend is dat gij een juweelen stel hebt ge
kocht endoch dit zij zooals 't wil, ik verlang
dat gij uwe levenswijze verandert en van nu aan
do achting, welke gij aan u zelve», aan mijne dochter
en mij verschuldigd zijt, wat minder uit 't oog
verliest."
«Maar beste oom, ik...."
«Genoeg. Van dit uur af zal ik uwe gedragin
gen nauwkeuriger gadeslaan en zoo daarin geene
mij gewenschte verandering komt, dan zijt ge zelf
de oorzaak dat er van 't huwelijk tusschen mijne
dochter en u niets kan komen
De baron stond op en gaf door een teeken te
kennen dat hij alleen wenschte to zijn.
Nimmer nog had hij zoo gesproken. Daar had
moed toe behoord om z o o te spreken.
Nu had de baron, voor 't eerst sedert jaron mis
schien zijn eigen gevoel, zijn eigen verstand ge
raadpleegd, en 't deed hem goed.
«Vreemd," dacht hij, «dat geld en aanzienlijke
geboorte ook juist den voorrang geven, 't Is toch
zot, dat de rijkaard zich dat tracht wijs temaken.
Drommels jammer dat Bernard in de schande zijns
vaders zal declen. Maar als ik mij daaraan nu eens
niet stoorde, als ik eens alleen mijn gezond verstand
raadpleegde? Wat dan'? Ik leef toch onafhankelijk
en heb niemand rekenschap mijner daden te geven.
Niemand? Ik geloof haast dat men inderdaad ge
lukkiger zou zijn zoo men mïr.der naar 't oordeel
der menschen dan naar de stem van verstand en
en geweten wilde luisteren."
De baron stond op en begaf zich naar den tuin
alwaar zijne dochter en gade sanmn de heerlijke
<n frispche lucht genoten. Sedert lang was de baron
niet zoo opgwekt gestemd geweest als thans. Wus
die opgewekte stemming 't gevolg van 't geen hij
gesproken en gedaan had? Ontegenzeggelijk!
Gelukkig de man, die den moed heeft om vrij te
zijn. diedc vooroordeelen en dwaasheden der wereld
durft trotseeren: gelukkig de aanzienlijke, die bij
rijkdom degelijkheid paart en niet meent dat zijn rijk
dom de vrijbrief is voor willekeur. Onze tegenwoordige
wereld buigt niet steeds mee de knie, noch kromt
den rug voor verwaande aristoci'atenzij vraagt
wel degelijkwie en wat zijt ge voor anderen
De onkundige alleen heeft er belang bij dat an
deren ook onkundig zijn en blijven want worden
die wijzer, dan komt zijne onbeduidenheid des tc
meer aan het licht en dat mag, dat kan tcch niet.
Onkundig was de baron echter niet. hij was met
vooroordeelen behebt en heden, heden voor 't eerst
hadden zijn verstand en zijn gevoel die bestreden.
Dat was een goed begin, dc eerste stap voor
verderen voortgang, maar ook de grond tot verwij
dering tusschen hem en Frederik.
Wordt vervolgd.