HELDERSCHECOURANT VOORHEEN GENAAMD 'T VLIEGEND BLAADJE Nieuwsblad voor Heider, Koegras, Texel, Wieringen en Anna Paulowna Eerste Blad. Vergiftigde Levens. No. 4294 ZATERDAG 4 APRIL 1914 42e JAARGANG Abonnement per 3 mnd. 65 ct., franco per post 90 ct., Buitenland f 1.90 Zondagsblad 37 j 45 „0.75 Modeblad 65 75 „1.00 Voor het Buitenland bij vooruitbetaling - Losse nummers der Courant 2 ct. Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag UITGEVER: C. DE BOER Jr. - HELDER Bureau: Koningstraat 29 - Interc. Telefoon 50 Advertentiën van 1 tot 4 rogels (bij vooruitbet.) 30 cent Elke regel meer 6 ct. Ingezonden mededeelingen van 1 tot 4 regels 75 cent. Elke regel meer 15 cent Advertentiën op bepaald aangewezen plaatsen worden 25°/o hooger berekend. Groote letters en cliché's naar plaatsruimte. - Bewijs-exemplaar 2i cent. LIJST van ingekomen en vertrokken personen. INGEKOMEN: Naam: Beroap: Woonplaats: Van: Oei.: C. Steeman, gopensïonn., Vosstr. 9, Alkmaar, D.G. J. Lampert, kwart.nL, Paardenstr. 3, A'dam, N.n. J. Klón. machinist, Binnenh. 78, Terschelling, D. .1. öehouhage-Sinit, zond-, Achtergr. Z.Z. 8, R-C. H Jacobs, koopm., Kromme elleb.sL 8, A'dam, N.I. CJansen, sgt.vest.-arL. Kon.str. 80.Will.stad, H.L. (.'.Boogaard, visscher, Brouwerstr. '2c, V eisen, O.G. G. Molenaar, huiskn., Spoorstr. 11-15, K'dam, N.H. J. C. M. Tangermans-Timmers, zonder, Achterstr. 53a, R'dam, E.C. C.v.d.Plas,opz. watersL, Zuidstr. 10, Zwolle, N.H. K. Duursma, banketb., Herzoestr. 5, A'dam, J. Luijten, verplee gsl., Ziekenhuis, Avereest, W. Oukuop, sc! m.-dr.. Kl.Duitstr. 19, Schied., ILC'. G.J.toWinkeLIt.t.z. lekl., AnkerpBS, 'sHage.NJl. F.J.C.Bogert, sgL-konst., Janzensir. 27, A'dam, 8.C. Fasol, erkman, Kanaalw. 19, Zaandam, A.C.D.Katvr-ilterburg.z.LangestrAJ.Aioör!, E.L. M.C.W tllemse, kinderj.. ötationsw. 9, A'dam. N.H. C.Jongers, arbeider, Koegras 4, A.-Paulowna. VERTROKKEN Naam: Beroep: Van: Naar. Gel.: H.L. v.Gelder, hoordmach-Laan 8, N.-Helvoet, R.C. M.J.Roozekrans, stoker, W.str.SO-31, Assend, a.C.8ivatcrs,fcp. stoker,Jjn'tV.str.l2ö^7.-Hv^NJL J. F. Smit. kastelein. Hoofdgracht 8, A'dam, J. L. Goed knecht, schild., Dukw. 73, Alkmaar, A. Smits, leerling-verpl.,Keizerstr.58, A'dam, Wed. D. Hoekman, zonder, Achterstr. 49h, M.l).deJongh-teullave,z^I>ükstr. 40, 'sHage, I'.Abbo, bierhandelaar,Nieuwstr.32, Schoten. T. J. Hooning, gepons.,C. Ditostr.66, A'dam. R.C. J.W.A.Mulder, luit.t.z., Binnenh.,30a, Vliss. N.H. P. Philipse, kommies, Paleisstr. 13, Helle vsl, WJXA.Uphorst, kol. inf.,W eststr.101, Haarl.,W.lI. G. Burlnge. broodbakker. Brcestr. la, A'dam, N.H. W.Scliippers, bootsra., KI. Duitstr, 50, R'dam, R.C. BINNENLAND. Ex-Minlstsr Heemskerk. Ex-minister Heemskerk hield op verschillende plaatsen in ons land politieke lezingen, Nadat door de bladen meer dan eens gewezen was op het minder gepaste hiervan voor een ex-minister, wordt thans uit Amersfoort bericht, dat de minister er mee eindigen zal. Op eene lezing aldaar heeft hy verklaard, dat dit de laatste rede was,die hij zou houden. Vloetbemannlng. De vlootuitbreiding, die voorna melijk voor de verdediging van Indié noodzakelijk wordt geacht,, brengt mede dat, in ieder geval en afgezien van de vraag omtrent den aard ter te bouwen schepen, een voorziening zal moeten worden getroffen, ten einde te geraken tot een oplossing van het personeel-vraagsluk. Zooals bekend is, zijn plannen in voorbereiding om de bemanning dei- schepen in Indié voor een deel te doen bestaan uit inlanders, doch dit neemt niet weg, dat ook een nieuwe regeling noodig zal zijn om over voldoend geschikt Europeesch per soneel te kunnen beschikken. Daarvoor komen twee middelen in aanmerking, namelijk verkorting van het dienstverband, inet het doel de vrijwillige dienstneming te be vorderen, en uitbreiding van de ge talsterkte en verlenging van den diensttijd van de zeemilitie. Naar wij vernemen, moet het thans echter niet liggen in het voornemen der Regeering, voorstellen te doen, welke zouden leiden tot verzwaring van den militieplicht ten behoeve van zeedienst. Naatje van den Dam afgebroken. Donderdag is een hooge schutting om Naatje's beeld opgetrokkeu, zoo dat het uit elkaar nemen van Naatje zal kunnen geschieden, onttrokken aan het Spiedend oog der Amster dammers. De belangstelling voor het in elkaar timmeren der schutting was bijzonder groot. Honderdtallen stad- genooten hebben de gelegenheid om een laatsten blik op 't veelbesproken monument te werpen, niet onopge merkt willen laten voorbijgaan. Aangekochte schepen. Bij den te Portsmouth gehouden verkoop van buiten dienst gestelde Engelsche oorlogsschepen werden door Nederl. slooperijen aangekocht het slagschip „Resolution", behooren- de tot de Royal Convereign klasse, 14,150 ton waterverplaatsing, voor 35,650 pd.st. gekocht door Frank Rijsdijks Scheepsslooperij, Hendrik FEUILLETON. Een beeld der werkelijkheid. Maar, juist eenige maanden voor dat hij zijne nieuwe bestemming te gemoet zou gaan, werd zijn vader door een beroerte getroffen, en be zweek de brave man na verloop van vier dagen, gedurende welke hij niet meer bad kunnen spreken of zich verstaanbaar maken. Herhaalde ma len had hij vergeefs beproefd iets neer te schrijven. Onno, die hem vol liefde oppaste en alles bedacht om zijn lydtm te verzachten, beproefde zijne hand over het papier te leiden, en noemde zelfs de verschillende letters van het alphabet op, ten einde door een teeken te weten te komen welke letters zijn vader bedoelde en zoo langzamerhand de woorden samen te stellen. Het was alles vruchteloos, hij stierf zouder dat men zijn jongsten wensch had geraden en moeder en zoon bleven achter ïq het bezit van een klein kapitaal, dat voortaan door de weduwe beheerd zou worden. Op zekeren avond, ongeveer drie weken na hun verlies, zette Onno zich naast zijne moeder neder en vroeg haar, op bevenden toon: „Zult gij my dwingen u te verlaten, gelijk vooraf bepaald was, of komt gij met my mede naar de hoofdstad Ido Ambacht; de kruiser „Forte", 4360 ton water verplaatsing,- voor 18,500kooper de Scheepsslooperij Holland, Hendrik Ido Ambacht. April-zegels. 't Werd aanvankelijk een April mop, maar later werd het toch prettige werkelijkheid. Een grappenmaker - of de directie van een bioscooptheater? hadden Amsterdamschen schoolkinderen per advertentie in de bladen, maar boven dien ook nog in een onmogelijk groot aantal sti ooibiljetjes verteld, dat do sluitzegelfabrieken aan den N. Z. Voorburgwal 347 (defirma Postumus» Woensdagmiddag 100,000 sluitzegels zouden uitgeven. Honderdduizend gratis sluitzegels en schoolkindereu! Wat wonder,dat de laatsten vanmorgen op de banken al poperden om van de eersten zooveel mogelijk te vermeesterenen dat een hoop jongens zóó van school naar den Voorburgwal trok om een goed plaatsje te bemachtigen. Om één uur gisteren liep 't al storm en de firma, onschul dig in dezen als het traditioueelc schapenkind, keek door haar venster ruiten met schrik in 't hart naar die snel wassende kinderschaar. Keek ook naar het cinéma-toestel, dat aan den overkant der straat werd opgeschroefd en waaraan de operateur toebereid selen tot een opname ging maken. Toen besloot de firma het nuttige en practische te paren aan het aan gename voordejeugd, 'n Kinderhand is gauw gevuld! En zoo kwam het, dat om twee uur boven de hoofden der wach tende scholieren (er waren ook heel wat volwassenen onder) de eerste sluitzegelvlucht neerstreek. Honder den en honderden kleurige reclamepa piertjes wapperden de lucht in. Ze sprongen er naar, de jongens en meisjes, ze grepen, ze in de lucht, ze grabbelden ze op van den grond. Als ze goeden buit lïadden behaald, kropen ze op een sfoep om alvast te ruilen een vierkant voor een rond, een groen voor een geel. Heel den middag bleven de kin deren post vatten voor het „sluit- zegelhuis". De jongens stopten hun oogst onder de pet, de meisjes inde zijzakjes. De cinéma draaide, de photographen kiekten, de firma strooide, de grap penmaker had succes (tl.blad.) Een gevaarlijk jongmensch. Voor do rechtbank le Bioda stond 2 April terecht de 19 jarige Fonger Bruinsma, beschuldigd in den zomer van 1913 een revolver gestolen te hebben ten nadeele der coöperatieve Roomboterfabriek „DeHoop" teEtten, verder, op 2 Februari j.1. zijn voor- maligen directeur, den heer Y. Th. Terwisga van Scheltema, door be dreiging, met geweld gedwongen te hebben tot het afgeven eener schuld bekentenis ad fllO door Bruinsma in Augustus te Breda geteekend en dezen overhandigd vervolgens dezen geforceerd te hebben tot het betalen van f200 in bankpapier en f 10 aan baar geld, doordat hy, op eenige passen afstands van den heer T. v. Sch. een x-evolver op hem gericht hield onder de woorden „ik schiet je dood", en bovendien op 5, 14 en 17 Februari j.1. hem schriftelijk bedreigd te hebben met een misdrijf tegen het leven, zoo de lieer T. v. Sch. hem niet zond1000 Mark, 2000 Mark, weer 1000 Mark, en nogmaals laatstgenoemd bedrag, poste restante Keulen. De eenige getuige, de heer Y. Th. Terwisga van Scheltema, verklaarde, dat bekl. eenig'en tijd aan zijne fabriek is geweest, doch aldaar 20 Juni ont slagen. Zes ii zeven weken daarna werd de bedoelde revolver vermist. Op 2 Februari kwam bekl. zijn voormaligen chef opzoeken in zijn kosthuis onder voorwendsel de f 110 schuld gedeeltelijk af te lossen. Aan gezien de schuldbekentenis ten kan tore was, begaven beiden zich daar heen. Zij zetten zich aan tafel, bekl. besprak de moeielijkheid, als ontsla geue weer aan werk te komen, on derwijl nam de heer T. v. Sch. de vordering en voldeed deze. Al pratend werd het later, en op een gegeven moment zag de directeur Bruinsma vlak bij zich staan met een revolver op hein gericht. Op de bedreigingen van bekl. liet de heer T. v. Sch. toe, dat bekl. de quitantie nam, ja, zelfs gaf de directeur nog de verlangde f200 bankpapier en f10 baar geld aan den -brutalen kwant. Achter waarts verliet de jongen daarop de woning, en zond, op 5, 15 en 17 Februari uit Bonn, Aken en Keulen, achtereenvolgens zeer merkwaardige dreigbrieven aan zyn slachtoffer. In overleg met de justitie liet de heer T. v. Sch. aan den onverlaat weten, dat hy deze persoonlijk 1000 Mark ter hand zoude stellen, 't zy in Venlo of Maastricht, met welke overeen komst Bruinsma accoord ging, zelfs zochl hij, beleefdelijk, een trein voor zijn geldschieter uit. Bruinsma ging naar 't station Maastricht en de kranige brigadier Zuur veld knipte den vogel. Ter zitting ontkende Bruinsma alles. Nadat hem zijne volledige bekentenis, afgelegd bij den rechter commissaris, voorgelezen was, gaf de jongen de dwaze verklaring, dat hij de brieven ten kantore geschreven had, op last van zyn voormaligen directeur, en naar genoemde plaatsen van dezen moest, reizen, om ze aldaar aan diens adres te posten. Fluks werd getoond, dat postpapier en inkt 't schrijven ten kantore logenstraften. Het O. M., waargenomen door mr. F. üouvée, ging één voor één de euveldaden na, wees er op, hoe geens- zins geldgebrek hein tot schrijven der brieven dreef, zette de ongerijmd heid van bekl.'s verdediging ter zit ting uiteen en eischte wegeus diefstal, afpersing en bedreiging tegen het leven gericht, zus jaren gevange nisstraf. Mr. H. J. J. van den Biesen bepleitte do aannemelijkheid van bekl.'s bewe ren tor zitting, zag in Bruinsma's daden wel een brutale bedreiging, evenwel zonder de bedoeling, daaraan gevolg te geven en drong op clemen tie aan, gelet op bekl.'s jeugdigen leeftijd. Uitspraak over 14 dagen. BUITENLAND. Nederlandsch kapitein in Dultschland gearresteerd. Berlijn, 2 April. Aan het „Berliner Tageblatt" wordt uit Duisburg ge meld, dat kapitein Vos, van de Ne- landscho sleepboot „De Wet" die door onvoorzichtig varen de oorzaak werd, dat in de haven van Ruhrort een sleepboot zonk, waarbij vier inenschen 't leven verloren, na door de justitie verhoord te zijn, gearresteerd is. Het bleek, dat Vos geen patent als scheepskapitein bezat. Vliegongelukken. Munchen, 2 April. Vanochtend zijn op het vliegterrein te Schleissheim twee officieren met een vliegtuig ge vallen. Do eerste-lnitenunt Rueliti is ernstig gekwetst, luitenant Dank- meyer gedood. Het ongeval is ver moedelijk veroorzaakt, doordat een voorwerp in de schroef geraakte, waardoor die in stukken brak en de verbindingsstaaldraden vernielde. Op een ijsveld afgedreven. St. John (New Foundland), 2 April. 170 opvarenden van het stoomschip „New Foundland" zijn tijdens de rob benvangst op een ijsveld afgedreven en hebben 48 uren in een zwaren sneeuwstorm doorgebracht. Vijftig dooden en stervenden zyn gevonden. Er zijn vaartuigen uitgezonden om de anderen te zoeken. Een zooeven van het zeilschip Bellaventure ontvangen bericht zegt, dat 40 man van de opvarenden der „New Foundland" dood zijn. De Bella venture heeft 30 levenden aan boord, die zwaar hebben geleden van koude. De weduwe zag hem vol liefde aan, en antwoordde teeder: „Het zou mij veel kosten, kind, heel veel, hier alleen te blijven. Maar hoe wil het anders? Ik ben aan dit huis gebonden." „Misschien zoudt gy het tijdelijk kunnen verhuren, moeder." „Helaas! mijn jongen, wat zou uw vader van dit alles gezegd hebben?" „Hij kan onmogelyk hebben voor zien dat hij ons zoo spoedig zou komen te ontvallen, en uw leven in dit uitgestorven huis zou zoo treurig zyn." „Maar gij, Onno, kunt gy niet blijven?" vroeg zij, aarzelend, want zy had zoo zelden een verlangen durven uitspreken gedurende de dei tig jaren van haar huwelijk, „ik weet het wel, vader's plannen voor u waren anders, maar gij zult nooit een ge schikt koopman zijn, dal moet in den aaid zitteu, ol' wel het komtcr nooit in. Wij hebben genoeg om stil van te leven, en gij zult u ongestoord met de muziek kunnen bezighouden." De jongen greep hare handen in de zijne. ,0! moeder," sprak hij gejaagd „de muziek! Daar uoemt gij juist hetgeen mij geen oogenblik uit de gedachten is. Neen, ik ben niet voor den handelsstand in de wieg gelegd en ik zou diep ongelukkig zyn, indien ik myne viool voor iets anders moest vervvaarloozen; maar indien ik hier bleef, hier waar men nooit een con cert bij kan wonen, nooit iets goeds hoor in de verschillende familie kringen, zou ik even goed mijn kunst zien uitdooven. Heb medelijden met my en vergezel my naar Amsterdam. U hier alleen te weten, zou al myne vreugde vergallen, ook al stondt g(j mij toe voortaan tot. artist opgeleid te worden. Gij zoudt eens zien hoe gelukkig wy samen zouden zijn, in eene kleine woning, ver van het gewoel der stad. Ik zou myn kennis sen bij u brengenwy zouden samen lange wandelingen maken, en gij zoudt getuige wezen van mijne vor deringen, en later ook van myn roem." „Roem herhaalde de oude vrouw peinzend: „Gelooft gij werkelijk, dat deze zoo spoedig komt?" „Gy zult het eens zien, moeder, en nog beleven dat ik met mijne kunst evenveel geld verdien, als ik anders met den handel zou hebben gemaakt 1 Voor mij zei ven bekommer ik mij daar weinig over. Zoo ik slechts mijne viool heb zal ik altijd rijk genoeg zyn, maar ik zou het wen- schen om uom met u te kunnen reizen, u alle gemakken te bezorgen, u te danken, dat ik u dio verschaft had." De arme vrouw was tot in het diepst harer ziel getroffen door veel hartelijkheid, en onder tranen beloofde zij hein aan zijné beden gehoor te zullen geven en hem naar de groote stad te vergezellen. Maar nietalhunnedroomen kwamen tot vervulling. Allereerst mochten zij er niet in skigen het oude huis te verhuren, wat hen dwong zeer matigd te wezen in de eiachen die 30 schepelingen worden vermist. Een ander zeilschip, de Southern Cross, met een lading van 20,000 robbenvellen aan boord, is het laatst gezien op Dinsdagmorgen bij Kaap Race. Toen stak een sneeuwstorm op en sedert dien heeft men niets meer van het schip gehoord. Men vreest dat het vergaan is. Rusland en Pruisen. Een Russisch kapitein, Poljakow genaamd, was in Schichau om leger- bestelliugen voor zijne regeering te doen, en bezocht tijdens de carnaval- dagen het naburige Keulen. Op het station geraakte hij in gedrang naar aanleiding van een zakkenrollerij, en een werkman, die zijn horloge miste, wees hein aan als de dief. Kapitein Poljakow werd gevangen genomen, hy kon zich niet legiti- meeren en tien dagen lang bleef de arme kapitein gevangen. De Russi sche kapitein beklaagde zich onmid dellijk bij den Russischen gezant in Berlijn en binnen de vier weken bood de Duitsche regeering baar verontschuldigingen aan voor het dwaze en ongemotiveerde optreden van de Keulsche politieambtenaren. Minder gelukkig iiep het met een drietal Duitschers af, die in het groote Russische Rijk onder vermoeden van spionnage gevangen genomen werden en die, in weerwil van alle pogingen van de Duitsche diplomatie, nog maar niet vry kunnen komen. Het betreft hier een luchtreiziger uit Berlijn, die met zijn ballon de Russi sche grenzen passeerde, iets, wat, zonder speciale vergunning, niet j geoorloofd is. Bovendien is hij nog zeer ouvoorzichtig geweest door geen voldoende legitimatiebewijzen bij zich te hebben en ook door een foto- grafietoestel mee te nemen. Natuur lijk, dat de Russische autoriteiten infonneeren, en de gevangen lucht- j reiziger, de heer Berliner, een zeer j bekend Berlijner, beweegt heinel en - aarde om vrij te komen, wendde zich tot den gezant in Petersburg, j tot do Duitsche regeering, tot in- vloedrijko vrienden in het vaderland, j Hy betoogde, dat hy financieel geruï- j neerd zou worden door de langdurige afwezigheid uit zijn zaken, dat hij lichamelijk een knauw kreeg door i zijn vrijheidsberooving, dat zijn zenuwgestel totaal -an de war was. 1 En de Russische regeering denkt er nog niet aan spoed .te zetten 1 achter dit proces wegens „vermoeden tn spionnage." En in Duitschland vindt men het eigenaardig, dat, wat de Russische diplomatie in vier weken geëindigd wist te krijgen, de Duitsche nog in geen 6 weet te doen beginnen. Want i de heer Berliner zit al van 17 Fe- j bruari af gevangen, en er is nog geen begin gemaakt zelfs met zijn proces. Wèl een lief land, Rusland! Dit bewijst ook wel het volgende bericht. De Russische afgevaardigde Poeresjkewitsj, berucht reactionair, is op den inval gekomen een staats advertentie-bureau op te richten als monopolie. Niet bij wijze van socialen maatregel tot heil van de gemeen- schap, neen, alleen ten dienste van de reactie. Wat toch is het geval? In weerwil van alle pogingen van do autoriteiten om de reactionaire - pers op de been te houden, worden de blaadjes niet gelezen en dusadver- teert ook niemand er in. En dat ging toch niet, vonden Poeresjkewitsj en zijn vrienden. Rusland zou te liberaal worden en te vooruitstrevend en daarom moesten die reactionaire blaadjes geholpen worden. Wordt nu een Rijksbureau opgericht, met een monopolie, dan bestaat niet alleen mogelijkheid, de provisie in de schatkist te storten, maar ook de adveitenties aan de bladen der: rechterzijde en uiterste rechterzijde te geven. Poerisjkewitsj wil, dat het1 bureau alleen advertenties zal ver- i strekken aan bladen, die in de hoofd stad 3000, in de provincie 1500 exemplaren per oplage kunnen aan wijzen, en wier tarief dan zal worden vastgesteld naar de grootte der oplage. De verdeeling der advertenties over die bladen zal door daarvoor expres selijk aangestelde ambtenaren ge schieden. De kwestie is nu alleen maar of de menschen in die blaadjes willen adverteeren, want anders geeft dat heele staats-advertentie bureau nog geen zier. Maar wie weet? In Rus land is alles mogelijk zal men ze doodeenvoudig niet dwingen. zij aan hunne nieuwe woning zouden stellen. Zij eindigden met een klein bovenhuisje te betrekken in een der drukste straten der stad, en juffrouw Holdius dacht niet zelden met wee moed terug aan haar vreedzaam dorp, waar jong en oud haar kenden, waar j zelfs de huisdieren der buren op hare roepstem rot haar kwamen om eene liefkoozing af te bedeleu, en waar zij zoozeer genoten had van den zon- nigeu tuin, met zijne door haarzelve gekweekte bloemen eu planten. Hier gevoelde -zij zich als verloren. Zij kende er niemand, en nooit ontmoette zy een sterveling die haar goeden dag wenschte. Dit viel haai hard; het scheen haar toe dat de dagen er minder goed om moesten zijn. Onno was ook het meest van den tijd af wezig; hy volgde trouw de lessen aan ile muziekschool, en des avonds woonde hy concerten bij, waar zy zich om haar rouw niet heen kon begeven, en zich trouwens ook on gelukkig zou hebben gevoeld. Zij was dus bijna altijd alleen, en dat was eene kwelling voor de vrouw, die nooit geleerd had genoegen in boeken te vinden. Maar er was één ding dat haar over dit alles vertroostte: zij zag dat haar kind gelukkig was. Als hij te huis kwam hoorde zy zijne steeds klimmende droomen voor de toekomst aan, en hij sprak metzulkeen geestdrift, dat zij bij oogenblikken ge loofde, dat hetzyn moest gelijk bij zeide. Op een zomeravond keerde hij huis: waarts met een van vreugde stralend gelaat. Uit de Heldersche Samenleving door P. N\ v. R. Zeeman-Zeaschilder. Dien middag huilde en loeide een wilde storm langs onze kust, de woeste windvlagen vielen met klage lijk gejammer aan op den Zeedijk en met onbedwingbare macht werkte en woelde de zee al hooger tegen de groote grauwe steenen, waartus- schen het machtige water met een borrelend geluid van spattende schuim- bellen brak. De lucht ging zwaar en laag en een mijlenlange branding sloeg hoog op en de nijdige vaalwitte golven zwiepten hier en daar dichte wolken water als rook van afge brande huizen. En een aantal botters zochten als op de vlucht gejaagd de haven van 't Nieuwediep op, gingen herhaaldelijk met harde en schok kende stooten gelijk een veer op en neer in de bruiskoppen en de vis- schers aan boord werden af en toe druipend nat getrakteerd door uit dagende zeetjes, die brutaal en ge weldig over de houten kasten knak ten, soms boven den boeg uit. Maar de harde Zuid-Wester mocht met nog meer kracht doorschieten en buiten de zee rollend hol maken verscheidene stoere mannen uit de oude Heldersche buurten hadden zich rustig teruggetrokken in het houten hokje bij den windwijzer, knus-gezellig en onbereikbaar voor het ruwe weer een eenvoudig volk van kracht en kern, altijd daar trouw op den uitkijk, nu met byna gespannen aandacht rond een zee man-schilder, die onder hün afdakje aan een doek zat te werken, vrij moedig en op zijn gemak alsof hij thuis op een rustig zolderkamertje bezig was. En terwijl hij een echt typisch Heldersch onderwerp kalm en ongedwongen penseelde en met schilderslust en schildersgaven en met fijn gevoel en goeden smaak de moeilijke kleur- en toonnuances mooi natuurlijk en zonder overdrij ving weergaf van den Noorder- en Zuiderzeehaaks aan den overkant, waar brandgloed fel-vlammend door het scheurend zwarte rag van wilde wolken scheen, waar de razende zee vol beweging was en waar kort bij een Heldersche visschersschuit door wonderkracht werd aangegrepen terwijl hij een sympathiek en krachtig opgezet zeestuk schiep en te midden van gepraat en gelach zyn aantrekke lijk motief volkomen beheerschte en dat zoetjes aan steeds rijper en rijker en voller werd, hoorde je de ver schillende luidruchtige meeuingen van de beschouwers van de wak kere, rondborstige kerels, die zich voelden aangetrokken tot het stukje werkelijkheid dat met vlotheid en gemakkelijkheid werd gecomponeerd. Eene oude zeerob met breedgerande zuidwester op het reeds vergrijsde hoofd, kort oliejasje en hooge laarzen, met grauwe ringbaard, bruinen hals, borstelige wenkbrauwen en open ge laat, verweerd en gerimpeld door regen en wind - zoo'n bejaard type, die van kindsaf op de Noordzee heeft gevaren, stond vlak bij den ezel en hield de oogen strak gevestigd op de handen van den schilder, die schijn baar naar niemand luisterde en maar net deed alsof hy er alleen was. „Ik heb wel eens meer van m'n leven hier een schilder zien kladderen maar zóó, nee van de zee hadden die knapen geen kaas gegeten. Dit is echte zéé daar zit diepte en beweging in en de lucht prachtig, precies zooals ze wezen moet en „Ik heb eene uitnoodiging voor u, moeder," riep hij uit. „Eene uitnoodiging?" herhaalde zy ongeloovig. „Zijn er dan vrienden uit het dorp over? Maar dan zouden zij wel terstond hier gekomen zijn." „Neen, het zyn nieuwe vrienden. Ik maakte van morgen toevallig ken nis met hen en mocht hen de vel schillende museums door geleiden." „Vrienden van één dag?" mom pelde de oude vrouw hoofdschuddend. „Zij zullen nog vele jaren onze vrienden zijn, daarvan ben ik over tuigd;" verzekerde Onno: „Gy kunt u onmogelyk aangenamer lieden voor stellen, en daarbij is de vader een groot kunstenaar." „Ook al een kustenaar?" luidde het met een zuchtje, en de arme vrouw dacht terug aan al hare vroe gere bekenden en vrienden, goed hartige, eenvoudige menschen, die altijd even hartelyk voor haar en de haren waren geweest, maar zich nooit om de kunst bekommerd luid den. Hoe gaarne had zij wederom in die nederige kriogen geleefd I Zelfs de geest van haar zoon nam een vlucht waarin zy hem niet volgen kon, en wanneer bij haar met zooveel gloed van Handel's werken vertelde, begreep zij niet hoe een verstandig mensch eenig geluk kon vinden in zulke oude, lang vergeten schep pingen. Onno had echter haar uitroep niet verstaan en herhaalde: „Ja, h(j is reeds sedert jaren een beroemd schilder, Georges Renaud; dan de visscher die zoo mooi door het Molengat komt, sprekend - hij heelt het niet lekker, want de zee rolt over z'n boeg - en dan die vletterman in de buien d'r op uit en die van koppen in geulen ploft en drijft van de slierten water - dat is allemaal wat je noemt: écht. Als dat doek nou eens in de puntjes klaar is, mijnheer Jaarsma, dan wed ik dat je er wel honderd gulden voor maakt." Mijnheer Jaarsma glimlachte even en schilderde gemoedelijk en stil zwijgend voort totdat' hij voor goed ophield en zijn materieel weer in pakte. Toen liepen we samen over den Zeedyk terug naar de gemeente en met genoegen luisterden we naar hetgeen deze Heldersche zeeman schilder onderweg vertelde. .Ik vind hoofdzakelijk myn kracht in water en lucht, mijnheer. Daar ik zelf zeeman ben en de hoedanig heden van het een en het ander door en door ken, merk ik alles scherp op wat noodzakelijk is voor een juist zeestuk. Als je iets van de zee wil schilderen, moetje weten wit de zee is en wat er al niet in zit om je te prikkelen, om je in stemming te brengen voor een zuivere schets. Het best schilder je - wat ik vaak gedaan heb - aan boord van een vaartuig, midden in de volle natuur, want dan eerst verkryg je de mooiste toon. Een gewoon mensch, die wel eens voor z'n genoegen op het groote water vaart of iemand die aan het strand te Huisduinen of van den Zeedijk om zich heen ziet, zal lang zooveel niet opmerken in de dingen, waarvoor een zeeman - die aan schilderkunst doet in geestdrift raakt. De zeeman schilder vindt op dat uitgestrekte terrein o zooveel stof, dat hem telkens nieuwe ideeön geeft, hy leert dé&r hoe alles behoort te wezen op een doek dat door een juist karakter waarde heeft. De zee man-zeeschilder treft op het water allerlei indrukken en tinten in de oogenschijnlijk eenvoudigste taferee- len, die jo te land tevergeefs zoekt. Wij, Nieuwediepers, kunnen niet genoeg van den Zeedijk profiteeren aandacht schenken aan het schouwspel rondom. Kijkt u nou eens daar op de Noordzee dat schoenertje en die schuitjes - de standen van zeilen die koppels meeuwen, vliegend en schreeuwend van honger - dat opkomende buitje ginds - die donkere lucht hier - en dat heldere blinkje weer daar, waardoor de zon straks misschien heendringt om je een wunder-fraai effect te brengen. Dan moet je gade slaan de zomeravond die met zijn kalme rust neerstrijkt over het water. Boven de lichtdeinende zee welft zich de onmetelijke hemelkoepel, waaraan wolkjes drijven, zachtrosc gekleurd door de zon. Voortgedreven door het windje, dat koelte brengt na het heftig zonnebranden heel den langen dag, spelevaren de botters en schuitjes naar de haven. En als de zon met waarneembaren spoed ondergaat schitterend rood iu de horizon als een boog van glooiend vuur nog zichtbaar is en de heele natuur zwygt, wanneer het machtige hemellichaam verdwijnt als de golfjes zachtjes zingen en donkere t schaduwen Texel omhullen dat zich scherp afbakent in de witschuimende golven. En dan wanneer de storm langs ons heen buldert, de lucht 1 droevig en dreigend staat en de zee j hoog en onstuimig is en de zee vaarders met kloek beleid zeilen I wondcrschooue stemmingsbeelden zie I je als zeeman zeeschilder in het een en het ander. En verderop nog, als je dagen lang rondzwabbert, in je eentje op kwaad water, met een j enkel ander schip in den omtrek, j met een boot of bark die je voorbij schiet of tegemoet komt - ach, er j is op zee zooveel dat het oog van I een zeeman-zeeschilder boeit. Dobber eens in de buurt van het vuurschip, 1 tusschen onze visscherlui, hoe mag nifiek zijn daar dikwijls de zeetafe eigenlyk gezegd heet hy Reynaud, i want hij is een Nederlander; maar als jong artist zag hij in dat hier geen geld te maken was, en vestigde zich te Parijs, waar hy thans nog i woont en ook getrouwd is. Hy heeft zyn vaderland aan zyn oudste dochter willen doen kennen en zoo zijn zy voor een paar weken hierheen ge komen. Ik ben overgelukkig hen ontmoet te hebben en schijn ook hem goed bevallen te zyn, want ik moest hem mijne levensgeschiedenis ver I tellen, en zij wilden volstrekt dat ik morgen met u in het hötel by hen zou komen eten." i Een donkere blos bedekte het ge- j laat der moeder. j „Maar, beste jongen," zeide z(i; „waar denkt gy aan? Hebtgyudan niet herinnerd, dat ik eene onwetende ziel ben en nooit een vreemde taal heb geleerd? J „Dat komt er niet op aan. Juffrouw Renaud spreekt heel aardig Hollandsch j en wil van haar verblijf in Nederland gebruik maken om onze taal zooveel mogelijk machtig te worden." „En mijne kleeding, die zoo achter- i lyk b(j de hare zal zyn?' I „Gij ziet er altyd even goed uit," j verzekerde hy, den arin om haar hals slaande. „Och, toe, moedertje, doe mij het genoegen hun voorstel aan te nemen." I Hoe zou zij hem iets hebben kun nen weigeren Had zij hem niet haar I gansche leven ten offer gebracht? En wat beteekende dan een middag van verveling, van verootmoediging zelfs, reelen. Het loont de moeite, het is leerzaam om de menschen in hun doen op deze plaats gade te slaan. De een is bezig met het net in te draaien, de ander zet z'n zeilen bij, een derde loopt voor den wind en een vierde gaat bij den wind op en dan weer die standen van zeilen een zeeman-zeeschilder ontmoet ge durig wat dat hem bekoort en in spireert. Ik heb volop gelegenheid gehad om op dit gebied veel op te merken. Op de schoolbanken ben ik met schilderen begonnen en op 13- jarigen leeftijd ging ik naar zee en kreeg, het liefst zeestukjes schilde rend, meer en meer lust in de kunst. Mijn eerste reis maakte ik als jongen met de Hollandsche bark „Magda- lena", kapitein Wielema. In die dagen heb ik een aantal stukjes geschilderd, die naar alle oorden van de wereld gingen, speciaal aan inrichtingen voor zeelieden cadeau gedaan werden. Later ging ik over op de Indische vaart en kwam o. a. op de Adriana", 120 dagen uitreis en 182 dagen thuisreis. Tien jaar verder werd ik geplaatst bij het loodswezen en van dien tyd af heb ik mij eerst recht goed op het schilderen toegelegd en in dat afgeloopeu tijdperk een massa zeestukken gemaakt voor heeren officieren van de marine, voor professors, voor militaire autoriteiten, voor den kunsthandel van Ph. de Vogel te Groningen, voor verschil lende kapiteins van onze groote stoomvaartmaatschappijen, voor Ned.- Indie en het buitenland." Al pratende waren we in de Jan- zenstraat gekomen en de heer H. A. Jaarsma, die in onze gemeente geen onbekende is en bij liefdadige gele genheden menigmaal bereid was om een zeestuk af te staan voor ver loting waarvan de opbrengst kwam in het belang van hen die steun behoefden - de heer Jaarsma noo- digde ons uit om nu ook maar eens een kijkje in zyn atelier te nemen. Daar prijkten eenige kostbare schep pingen, door genialen aanleg schoon ontwikkeld - zeestukken met voort durende afwisseling, treffend door den eenvoud en zuiverheid, forsch en breed in afwerking en expressie. Bijvoorbeeld „De loodskotter in open zee", waarover de kunst- critiek al eens een hoogst waar- deorend oordeel deed hooien, geeft een uitmuntend beeld van zoo een vaartuig onder zeil, in de omgeving van het vuurschip - het is een voortreffelijk geslaagd stukje werke lijkheid, waaruit een echte Holland sche zeemanstoon spreekt, waarin water én lucht èn figuren tintelen van leven. Maar ook andere doeken zijn sprekende wedergaven, dragen den stempel van diep doordenken, van gevoel en practische kennis des zeeman-kunstenaars. Terecht vindt de heer Jaarsma zijn kracht in de natuurlijke weergave van water en lucht. Zonder gezochte effecten is hij hierin tot in de details mooi, helder, zuiver en wddr. Jaarsma is de man, die, uit den aard van zijn vak en begaafd met scherpen blik en zeer fijn onder scheidingsvermogen, de zee begrijpt; hij leeft in gedachten mede met hot leven van 't volk, dat de zee be studeert en elk golfje en elk wolkje duidelijk vat. Hy schildert de zee in avondrust met het laatste licht van de zon, hy schildert haar bij een felle samenspanning en een worste ling van alle winden en hy schildert haar als de bliksem flikkert en het schor dondert en de lucht vol „vui ligheid" zit. Het moet voor ons Nieuwediepers een streelend gevoel zyn, wanneer onder velen wordt gewaagd van Jaarsma's veelbelovend werk. En als zelfs bevoegden dien lof uitspreken, dan mag daaruit immers wel wor den afgeleid dat die hulde welveri diend is? de makke beul. Dame (tot de vrouw van een van de examinatoren van de dezer dagen gehouden examens): Ik begrijp nietdeexamaudi zeggen dat mijn man een beul is. Hij is thuis zoo mak als een lam". (Historisch). als het er op aankwam hem gelukkig te zien? Van Georges Renaud had zy nooit te voren hooren spreken, maar dat beteekende niets; zy was in het ge heel niet op de hoogte van hetgeen er in de kunstwereld omging en zy twijfelde niet of het was gelyk Onno zeide, maar dat maakte hare ver legenheid niet minder; als hjj zoo beroemd was, moest hjj ook met medelijden op haar neêizien, op haar, die slechts verstand had van bloemen en planten, en over geen geleerdheid raeö kon praten. Zij werd dus aangenaam verrast, toen zij waarlijk vol harte Ijkheid werd ontvangen, en vader en dochter zich om het zeerst beijverden haar den avond te veraangenamen. De kunstschilder was een breed geschouderd man van hooge gestalte, met een opgeruimd gelaat en groote, bruine oogen. Zijn lange knevels waren opgedraaid, en verhoogden geenszins zijne schoonheid; maar men behoeft niet niool te zijn om de harten voor zich te winnen, en dat deed hjj, door z|jn gullen toon en de oprechtheid waarmede hjj niet aar zelde zjjne zaken voor een ieder bloot te leggen. Wat zijne dochter betreft; zij was eene bekoorlijke verschijning, ofschoon hare trekken niet regelmatig of fraai mochten heeten. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1914 | | pagina 1