HELDERSCHE COURANT VOORHEEN GENAAMD »T VLIEGEND BLAADJE Nieuwsblad voor Helder, Koegras, Texel, Wieringen en Anna Paulowna STELLING VAN DEN HELDER. Uit alle landen. No. 4346 DONDERDAG 6 AUGUSTUS 1914 42e JAARGANG L^-'" -- Abonnement per 3 mnd. 65 ct, franco per post 90 ct., Buitenland f 1.90 Zondagsblad 37$ 45 0.75 Modeblad 65 75 1.00 y Voor het Buitenland bij vooruitbetaling - Losse nummers der Courant 2 ct. Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag UITGEVER: C. DE BOER Jr. - HELDER Bureau: Koningstraat 29 - Interc. Telefoon 50 Advertentlën van 1 tot 4 regels (bij vooruitbet.) 30 cent. Elke regel meer 6 ct. Ingezonden medsdeelingen van 1 tot 4 regels 75 cent Elke regel meer 15 cent Advertentlën op bepaald aangewezen plaatsen worden 25°/o hooger berekend. Groote letters en cllché's naar plaatsruimte. - Bewljs-exemplaar 2$ cent. Staat van Oorlog. De Stelling-Commandant brengt ter algemeene kennis dat van af heden den oen Augustus 1914, des namid dags 12 uur de Stelling van den Helder, omvattende de gemeenten Helder, Koegras in Staat van Oorlog wordt verklaard, ter voldoening aan het Kon. Besluit van heden No. 1. Waarschuwt de bevolking, dat zy, die komen langs andere dan de gewone of voorgeschreven wegen, poorten, bruggen of barrières; of op de plaatsen, die bij de politie-verordening zijn "verboden, en zij, die het aanroepen van schildwachten of patrouilles on beantwoord laten, zich aan lijfsgevaar blootstellen. Verbiedt het bekend maken door middel van de drukpers of op andere wijze van berichten en opmerkingen betreffende militaire maatregelen. Willemsoord, 5 Augustus 1914. De Schout-by-Naclit, Stelling- Commandant, w.g. ten Cate. Bij staat van oorlog oefent het militair gezag in overleg met het burgerlijke verschillende functien uit, die in gewone tijden aan het burger lijk gezag toekomen. Bij staat van oorlog legt de wet aan de besturen van en de ambtenaren in dienst bij provinciën, gemeenten, waterschap pen, veenschappen en veenpolders de verplichting op aan het militair gezag de inlichtingen te verschaffen, welke van hen verlangd worden en tot het verstrekken waarvan zij in staat zijn. Het militair gezag kan nieuwe politie verordeningen en waterschapkeuren vaststellen en bestaande wijzigen of schorsen; regelen vaststellen nopens de hulp, die de bevolking in de mili taire werkzaamheden zal hebben te verleenenwegen, wateren, terreinen en gebouwen in gebruik nemen, wanneer dit voor de uitoefening van den militairen dienst noodzakelijk is; den dienst der politie en der brand weer regelen of wijzigen en een ge heime politie instellen om de hande lingen van verdachte personen na te gaan en de pogingen tot verstand houding met den vijand of het vormen van samenspanningen tydig op te sporen en tegen te gaan. (Red. Held. Crt.) Keizer Wilhelm en Neerlands onafhankelijkheid. In dezo benarde tijden, nu het spook van den oorlog steeds meer onze grenzen schijnt te naderen, lijkt het ons niet ongewenscht, de woor den in herinnering te brengen, door Z. M. den Duitschen keizer bij zyn jongste bezoek aan Amsterdam, op 13 December 1907, geuit. Aan het gala-diner dat te zijner eere in het Koninklijk Paleis gege ven werd, zeide keizer Wilhelm, in antwoord op een rede van H. M. de Koningin „Uwe Majesteit heeft de vrien delijkheid gehad, een snaar aan te roeren, welke in mijn hart weer klank moest vinden en in het hart van mijn Huis en mijn volk, n.1. de betrekkingen tusschen de Hui zen van Oranje en Hohenzollern. Uwe Majesteit kan er van verze kerd zijn, dat telkenmale dat ik den voet op Nederlandschen bodem zet, ik met dankbaar hart het land aanschouw, dat eenmaal mijn voor ouders heeft geleerd hun plicht jegens het vaderland te vervullen. Van hieruit voerde de Groote Keur vorst zijn gemalin naar zijn vader land. Hier had hij geleerd voor zijn volk te arbeiden. De edele keurvorstiu heeft ons een beeld achtergelaten, dat thans nog in mijn volk leeft en ook in de stich telijke liederen, die wy des Zon dags iu de kerken zingen. De spaarzaamheid en de vreugde in den arbeid van den eersten Frede- rik Wilhelm stammen mede uit Nederland. En zoo is mijn Huis den Nederlanden en het huis Oranje den innigsten dank verschuldigd. Aan dezen plicht der dankbaar heid kan ik slechts daardoor uit drukking geven, dat ik met mijn leven borg sta, dat onze landen zich in vrede kunnen ontwikkelen. Ik weet, dat ik óén ben met mijn land, als ik God bid, dat hij Uwe Majesteit en Hare gezegende regee ring bescherme moge". Oe Zuidelijke Nederlanden. De Zuidelijke Nederlanden zijn mede in den oorlog gesleept. Onze Zuidelijke buren, een klein onzijdig rijk als wij, dat met den strijd niiets te maken had, dat noch met Rusland, noch met Oostenrijk, noch rmpt Frankrijk, noch met Duitschland onderhandeld had, dat niets wenschte da:a met rust gelaten te worden en in vrede te mogen voortleven, is door onAen gezamenlijken Oostelijken huur maan aangevallen. yjVat ook voor ons land en door zoo velXan gevreesd is, een volkomen ge ringschatting voor de rechten van neutrale kleine volken door den maclytigen militairen staat, heeft Belgis tot eerste stootblok in dezen schok der volkeren gemaakt. Het is wel zeker dat de sympathie van geheel Noord-Nederland naar onze Zuid-Nederlandsche broeders uitgaat. De oorlog is een te schrikkelijk ding dan dat Nederland zonder strikte noodzakelijkheid zich in den strijd mag en zal mengen. Maar het zal daarom toch elk Ne derlander volkomen onmogelijk zijn iets andere te wenschen, dan dat onze Zuidelijke buren kracht zullen vinden in hun mooie vestingatelsel en in een met geestdrift voor de schoonste zaak die er is bezield leger, om hun vader land te verdedigen. Zij zullen daarbij zeker vrienden vinden terwijl wij dit schrijven, hooren wij, dat zij reeds een mach tigen vriend gevonden hebben. En wij herhalen wat wij reeds gezegd hebben onze neutraliteit, die wij moeten handhaven, mag nooit een onwelwillende neutraliteit tegenover België zyn. (H. blad.) Een herinnering. Zondag 2 Augustus was het juist 44 jaar geleden, dat keizer Napoleon III met een heel legercorps van drie divisies het kleine garnizoen van Saarbrücken van nauwelijks 1300 man aanviel en verdreef. De Pruisen trokken na een gevecht van drie uur over de Saarbrug naar het aangren zende St. Johann terug Napoleon III, die met zijn zoon van het gevecht getuige was, seinde aan keizerinj Eugenie: „Louis heeft den vuurdoop ontvangen. Hij is bewon derenswaardig kalm geweest." Een gelegensdichter maakte toen een vers, dat eindigde met de woorden „Een brandende stad was uw [doopvont En 't water was tranen en bloed I Den 4den Augustus, Dinsdag voor 44 jaar, volgde bet bloedige gevecht by Weissenburg, dat eindigde met de bestorming van de stellingen van de Franschen en hun terugtocht, op 6 Augustus de slagen bij Wörth en Spichern, op 16 Augustus de slag van Mars-la-ïour, op 18 Augustus die van Gravelotte enz. BELQIË. De tekst van hel „ultimatum". Oorlogsverklaring aan België. Brussel, 4 Augustus. De tekst der Duitsehe nota van 2 Augustus aan de Belgische regeering luidt De Duitsehe regeering ontvangt vertrouwbare berichten, meldende dat Fransche troepen voornemens zyn over Civet en Namen naar de Maas op te rukken. Die berichten laten geen twijfel aan de bedoeling van Frankrijk om door Belgisch grondgebied naar Duitschland op te rukken. De Duitsehe regeering kan de vrees niet onderdrukken dat Bel gië, ondanks den besten wil, niet in staat zal zijn zonder hulp den op- marsch der Franschen terug te slaan. In dit feit en de voldoende zeker heid, dat de bedreiging gericht is tegen Duitschland, is het de dringen de plicht van zelfbehoud voor Duitsch land een vijandelijken aanval tegen te gaan. De Duitsehe regeering zou het levendig betreuren, dat België het als een vijandige daad zou beschou wen, dat vijandelijke maatregelen Duitschland van zijn kant zouden noodzaken het Belgisch grondgebied te schenden. Om elk misverstand te voorkomen verklaart de Duitsehe regeering le. Duitschland heeft geen enkele vijandige daad tegen België in den zio, indien dit land er in toestemt, in den oorlog die zal beginnen, een welwillende neutraliteit aan te nemen tegenover Duitschland. Duitschland verbindt zich op het oogenblik van de vredesluiting te waarborgen de integriteit aan het Koninkrijk en zijn bezittingen in hun vollen omvang. 2e. Duitschland verbindt zich uit drukkelijk het Belgische gebied te ontruimen dadelijk na het sluiten van den vrede. 3e. Zoo België een vriendschappe lijke houding tegenover Duitschland aanneemt, is Duitschland bereid, in overeenstemming met de Bel gische autoriteiten, tegen contant geld, alles te koopen wat noodig i9 voor zijn troepen, en op te komen voor de schadeloosstelling wegensin België veroorzaakte schade. 4e. Indien België zich vijandig ge draagt tegen de Duitsehe troepen, voornamelijk indien het moeilijkheden maakt tegen den opmarsch dezer troepen, dien belet door de verster kingen in het Maasdal, of het ver nielen van spoorwegen, tunnels of andere kunstwerken, zal Duitschland genoodzaakt zijn België als zijn vijand te beschouwen. In dat geval zal Duitschland geen enkele verplichting aanvaarden tegen over het Koninkrijk, maar de regeling der toekomstige verhoudingen tus schen de beide staten overlaten aan de beslissing der wapenen. De Duitsehe regeering heeft de rechtmatige hoop dat deze eventua liteit niet zal voorkomen. De Belgische regeering zal de noodige maatregelen weten te nemen, om die te voorkomen. In dit geval zullen de betrekkingen van vriendschap, die de beide staten vereenigen, nog nauwer en duurzamer worden. Het Belgische nota luidde: De inhoud van de Duitsehe nota wekte bij de Belgische regeering diepe en smartelijke verbazing. De bedoelingen, aan Frankrijk toege schreven, zijn in tegenspraak met de formeele verklaringen, ons op 1 Augustus gedaan uit naam van de regeering der Republiek. En wanneer tegen de verwachting een schending der neutraliteit van België zou plaats hebben door Frankrijk, zou België zijn internationale plichten waar nemen. Zijn leger zou den indringer den meest krachtigen tegenstand bieden. België beroept zich verder op de tractaten van 1839 en 1870, die de onafhankelijkheid en neutraliteit van België onder den waarborg van de mogendheden stolden, en wijst erop, dat het steeds aan zijn verplichtingen is irouw gebleven. Brussel, 4 Aug. Men verzekert, dat in antwoord op het telegram van den Koning der Belgen aan den Koning van Engeland deze België verzekerde, dat hij de onafhankelijk heid, de integriteit en de neutraliteit van België zal eerbiedigen en zal doen eerbiedigen. Brussel, 4 Aug. De staat van beleg is afgekondigd, hedenmorgen, in de versterkte stellingen van Antwerpen, Luik en Namen. Het leger wordt als op voet van oorlog beschouwd. De veldtocht is begonnen. Belgisch grondgebied is bezet in de provincie Luik, ten zuiden van Aken. Aan het Duitsehe consulaat te Brussel is het wapenschild wegge nomen. De Belgische Kamer. Brussel, 4 Aug. De kamerzitting werd te half tien geopend onder koortsachtige emotie. De koning hield staande, met de rechterhand op de borst, de volgende redevoering: Nooit sedert 1830 heeft een ern stiger uur voor België geslagen. De kracht van ons recht en de nood zakelijkheid voor Europa van ons onafhankelijk bestaan mogen doen hopen dat de dreigende gebeurtenis sen nog zullen worden vermeden, maar indien de noodzakelijkheid zich voordoet weerstand te bieden aan een invasie van ons gebied, zullen wij gewapend zijn om dien plicht te vervullen en zijn we vastbesloten tot de grootste offers. Mannen staan thans gereed om het in gevaar ver- keerende vaderland te verdedigen. Een enkele plicht dringt zich ons slechts op, een hardnekkige tegen stand, moed en eensgezindheid. Onze moed wordt bewezen door de voor treffelijke mobilisatie en de talrijke aanmelding van vrijwilligers. De tijd van daden is aangebroken. Ik heb u bijeengeroepen om de Kamers ln de gelegenheid te stellen het élan van het land te toonen. Gy zult onverwijld de noodige maatregelen nemen. Zijt gy besloten het erfdeel der vaderen te handhaven, dan zal niemand zijn plicht vergeten; het leger is berekend voor zijn taak. De regeering is evenals ik zelf vol ver trouwen in onze weermacht. De Regeering is zich bewust van baar verantwoordelijkheid en zal haar plicht doen tot het uiterste om het vaderland te verdedigen. Indien een buitenlandsche macht het Belgisch gebied wil binnendringen, dan zal zij alle Belgen vereenigd vinden om hun souverein, die nimmer zijn eed, op de Grondwet afgelegd, zal schen den. Ik stel vertrouwen in onze toe komst. Het volk, dat zich verdedigt, heeft recht op aller eerbied en gaat niet onder. God zal ons helpen. De koninklijke familie trok zich terug door de en haie geschaarde afgevaardigden en senatoren, onder daverend gejuich. De nieuw gekozen leden zijn ver volgens toegelaten en legden den eed op de Grondwet af. Het vroegere bestuur der Kamer werd herkozen. De kamerpresident hield een toe spraak, waarna de Kamer een crediet voteerde van 200 millioen voor de landsverdediging en een aantal urgente wetsontwerpen. Van der Velde achtte het oogen blik gekomen, waarin de socialisten zonder aarzeling hun plicht zullen vervullen. Zij zullen alle crediet en toestaan, die de regeering zal eischen voor de nationale verdediging. Bij het uiteengaan der Kamer hield de minister-president een toespraak tot de menigte. „Een aanslag, zonder voorbeeld in de geschiedenis," aldus zeide hy, „is ondernomen. Het Bel gische grondgebied is door de Duit- schers geschonden. Dat is een gruwe lijke aanslag, die niet straffeloos mag worden gepleegd." De zitting werd te 11.55 opgeheven. De schat van de Nationale Bank in België. Een bijzondere trein heeft Woens dagnacht Brussel verlaten, om de waarden der Nationale Bank naar Antwerpen over te brengen. Reeds Woensdag in den loop van den dag was een bijzondere trein naar Ant werpen vertrokken met 100 millioen goud. De wagens, waarop het goud naar de bank van Antwerpen werd vervoerd, waren beschermd door de burgerwacht. Stemming te Antwerpen. Antwerpen, 4 Aug. Het officieel bevestigd nieuws van den inval der Duitschers in België, heeft te Ant werpen enorme opschudding verwekt. Dadelijk trokken optochten van stu denten en andere jongelieden met Belgische vlaggen door de stad, zin gend het volkslied en jouwend by huizen waar Duitschers wonen. De betoogers eischten, dat de Belgische vlag aan Duitsehe kantoren, winkels en instellingen zou worden uitge stoken. Alle huizen zijn bevlagd, iedereen draagt de driekleur op de borst; Duitsehe wapenborden en vlagge- stokken worden neergehaald en ver nield. De verbittering tegen Duitsch land lucht zich op alle mogelijke wyzen en het leger wordt overal toegejuicht. De staat van beleg is afgekondigd voor de provinciën Ant werpen, Limburg en Luik. De haat tegen de Duitschers leeft ook in het legerde soldaten zijn vol moed, en de verdediging der stad is prachtig ingericht. Vier Duitsehe spionnen zijn heden in Kempenland aangehouden, terwijl zij de telegraafverbinding trachtten te verbreken. Er loopt een gerucht, dat een tweetal zeer bekende Duit sehe handelaars wegens spionnage 'zijn aangehouden. De vaderlandslievende houding der Belgische socialisten. De Belgische socialistische partij had voor Maandag een groote betoo ging to Brussel georganiseerd tegen den oorlog. Maar, in verband met den hoogsternstigen toestand heeft het bestuur Zondag geheel uit eigen be weging den burgemeester medege deeld, dat men afzag van elke mani festatie. „Le Peuple" bevat tevens het volgende entrefilet: „"Wij doen opnieuw een klemmend beroep op de Belgische arbeidersom hun kalmte en koelbloedigheid te bewaren. Uit het diepst van ons hart en geheel onder den indruk van de ernstige gebeurtenissen sporen wij hen daartoe aan, daar wij meenen, dat een dergelijke houding in hun belang is, gezien de onmetelijke ellende, welke de moeilijkheid van deze uren nog zou vermeerderen, in dien de bevolking werd aangegrepen door een paniek en het hoofd ver loor". Het bestuur heeft aan Vandervelde en enkele andere leiders opgedragen een manifest op to stellen, waarin den militairen op het hart gedrukt wordt hun plicht ten volle te doen. Het manifest bevat o. a. deze zin snede „Bewuste socialisten, gij weet, dat door het grondgebied te verdedigen tegen een indringer, wij tegelijkertijd ertoe bijdragen om de politieke vrij heid en democratie in Europa te be schermen tegen het barbaarsche mi litairisme". ENGELAND. Sneller en sneller grijpt de oorlogs toestand om zich heen. Voor een week was het nog slechts tusschen Oostenrijk en Servië, nu hebben Duitschland, Rusland en Frankrijk zich reeds in dien strijd gemengd. Na de oorlogsverklaring Zaterdag aan Rusland was die aan Frankrijk te wachten. De Duitsehe regeering laat' er geen gras over groeien. Zij doet met buitengewone wilskracht haar zetten op het diplomatieke en mili taire schaakbord. En daardoor is Europa in enkele dagen het tooneel geworden van een verwarring en strijd, als niet zyn aanschouwd sinds de dagen van Napoleon. De eenige staatsman, die met groote koelheid en kalmte, buiten den wir war staande, het gewoel en gewrie mel aanziet, en daarover openlijk zijn meening zegt, is Sir Edward Grey. Hij heeft in het Engelsche Lager huis een overzicht gegeven, dat welis waar, hier en daar, een zeer spre kende Engelsche kleur heeft, maar dat tevens kan worden beschouwd als een waarschuwing en een mede- deeling aan Europa. Er kunnen, zoo is ongeveer de redeneering van Sir Edward, eenige omstandigheden voorkomen, die het ingrijpen van Engeland noodzakelijk maken, n.1. de beschieting van de noordelijke en westelijke havens van Frankrijk door de Engelsche vloot, en de schending der neutraliteit van België of Nederland. Wanneer de onafhankelijkheid der kleine staten wordt bedreigd, dan moeten wij onze macht in de weeg schaal werpen, tusschen beide komen en den toestand regelen volgens onze opvatting". Wat Sir Edward Grey zeide, was lang overdacht en nauwkeurig be spreken. Sedert Zaterdag waren de Engelsche ministers bijna voortdu rend in rade vergaderd geweest. Zij hebben, na den toestand van stukje tot beetje te hebben nagegaan een gedragslijn vastgesteld, die toont, dat zij precies weten wat zij aan Enge land, aan Europa, aan de mensch- heid verplicht zijn. Do „Times" zegt nog daarover: „Engeland heeft geen strijd met Duitschland, integendeel, wy zijn ge neigd en bereid geweest om de betere betrekkingen te ontwikkelen, die in den laatsten tijd waren ontstaan. Wy wilden gaarne met Duitschland samenwerken voor bemiddeling en vrede. „Maar het woord van Duitschland is niet te vertrouwen* „Het verbond zich plechtig, met andere mogendheden, waaronder ook Frankrijk, de neutraliteit van Luxem burg te handhaven en te eerbiedigen. „De wereld heeft nu gezien, hoe Duitschland dit woord hield. „Na het voorbeeld van hetgeen Duitschland deed in Luxemburg en aan de Fransche grens kunnen wy niet langer vertrouwen op de aan wezigheid van den Duitschen gezant te Londen als een waarborg tegen eenige verrassing. „Gisteren was het Luxemburg, vandaag zal het België of Nederland zynof het kan ons behandelen, zooals het onze Fransche vrienden behandelde, en ons aanvallen zonder oorlogsverklaring. „Het zal thans het Engelsche rijk gereed vinden". Londen, 8 Aug. Een ontzaglijk-tal rijke menigte bewoog zich dezen ochtend ten gevolge van de „Bank- Holiday" in de buurt van Downing- Street en het paleis. De Koning had een „Privy-Council" bijeengeroepen het kabinet hield een zitting en men zag met belangstelling de verklaring tegemoet, die Asquith dezen middag in het huis zou afleggen. De alge meene opinie is, dat Engeland zich niet buiten den strijd kan houden, nu het bericht is ontvangen, dat Duitschland een ultimatum heeft ge steld aan België en Duitsehe troepen op verschillende punten de Fransche grens hebben overschreden. Het ministerie van landbouw be richt, dat in Engeland voldoende voorraad tarwe aanwezig is voor de geheele bevolking voor een tijdperk van vier maanden. De „Pall-Mall" zegt, dat mon al gemeen hoopt, dat Kitchener minis ter van oorlog zal worden en French bevelhebber van de Britsche strijd macht, als deze naar het vasteland wordt gezonden. De „Westminster-Gazette" ver klaart, dat, hoewel de inval der Duitschers in België Engeland niet onverschillig kan blijven, er in het verdrag, waarbij de Belgische onaf hankelijkheid wordt gegarandeerd, niets voor komt, dat Engeland aan leiding zou kunnen geven om bij een inval in België door een van de andere gegarandeerde mogendheden daarvan een casus belli te maken. Wij wenschen den vrede met Duitschland te handhaven, maar Duitschland treedt op op een wijze, die wel een oorlog ten gevolge moet hebben. De rede van Grey wekte groote opgewondenheid. Het Huis was zeer dicht bezet en buiten, in Parliaments Square en Whitehall zag een tallooze menigte verlangend uit naar nieuws. Alle edities der bladen waren in een minuut uitverkocht en .de ver ontwaardiging, toen men de voor stellen van Duitschland aan België en Engeland las, was algemeen. De rede maakte diepe sensatie; leden stonden in groepjes in diepe stilte er naar te luisteren. De mededee- ling dat de Koning der Belgen een beroep had gedaan op Engeland, lokte luide toejuichingen uit. Later, toen bekend werd, dat Duitsch land werkelijk een ultimatum aan België had gestuurd, nam de ver ontwaardiging toe. Iedereen is met Grey overtuigd, dat een schending van de Belgische neutraliteit door Duitschland ernstige gevolgen kan hebben ten opzichte van Nederland en Denemarken. De algemeene indruk hier is, dat Engeland onder zulke omstandigheden Frankrijk ter zyde moet staan en ofschoon het Parlement nog geen beslissing heeft genomen wordt al gemeen verwacht dat Groot-Brittannië Frankrijk zal steunen. De verklaring van Sir Edward Grey. London, 4 Aug. De algemeene in druk van de pers is, dat het Lager huis zich gisteren op zyn best heeft getoond, dat Sir Edward Grey in drukwekkend heeft gesproken en de natie heeft doen weten wat haar te doen staat. Hoewel nog geen feitelijke oorlogsverklaring aan Duitschland is gedaan, is er geen twijfel of de op vatting van Sir Edward en van En geland zal door alle regeeringen vol komen begrepen worden. Het Engelsche leger. De mobilisatie van het Engelsche leger is gelast en in de „Staatscou rant" afgekondigd. VEREENIQDE STATEN. De New-Yorkacho correspondent van de „Daily Telegraph" seinde Zaterdagavond aan zyn blad: Uit berichten uit Washington blijkt, dat president Wilson en minister Bryan, met de andere leden der regeering, ten diepste bewogen zijn door het vooruitzicht van den meest gruwe- lijken en verwoestenden oorlog in de historie en bereid zyn de rol van bemiddelaar te spelen, zoodra de tyd voor Amerika zal zyn gekomen om zijn goede diensten aan de mogend heden aan te bieden. President Wilson is met den heer Bryan bezield door den wensch al het mogelijke te doen om te voorkomen, dat Europa zal worden geteisterd door den „cycloon van dood", waarmee het bedreigd wordt. Er is geen enkele officieele aan- wijzing, dat een der mogendheden voornemens zou zijn den Vereenigde Staten te vragen als vredestichter op te treden, maar er zyn vele redenen, waarom dit land in een uitnemende positie verkeert om als zoodanig op te treden. Intusschen gaat er door geheel Noord-Amerika een golf van verontwaardiging en ergernis, dat de hulpmiddelen der moderne beschaving blykbaar onmachtig zijn de dreigende catastrophe te voorkomen. gHet gevoel is zoo bitter en alge meen, dat Europa goed zou doen hiermede als een factor rekening te houden. ft De beschaving staat op het spel, zoo zetten de bladen uiteen. Dat drie regeerders een in Weenen, een ander te Petersburg, een derde te Berlyn - in staat zyn over oorlog en vrede te beslissen, gaat boven het begrip van den gemiddelden burger, gewend aan het democratische re- geeringsstelsel der Vereenigde Staten. „Van deze drie mannen", om een groot belangrijk blad te citeeren, „heeft alleen die te Berlyn meer dan middelmatige bekwaamheden; niet temin wordt dezen drie vergund te spelen met de levens van millioenen menschen, met eigendom ter waarde van duizenden millioenen, met handel en nijverheid, welvaart, wetten en instellingen, niet slechts van keizer- ryken, koninkrijken, maar van conti nenten. Aan hen is overgelaten of de wereld getuige zal zijn van den meest bloedigen en verwoestenden oorlog der geschiedenis. Het zou be lachelijk zyn, indien het niet zoo gruwelijk ware." Amerika gevoelt zelf ook reeds de gevolgen van den oorlog, o. a. in een belangryke stijging van de prijzen van verschillende levensmiddelen. Duizenden reizigers, die plaatsen op booten naar Europa bestelden, hebben hun passage opgezegd en men maakt zich bezorgd over de terugkeerende duizenden Amerikanen in Europa, zoodat zelfs al het denkbeeld is op geworpen, deze door de oorlogssche pen te laten terughalen. Een bewijs zeker wel, dat ook in de Unie een paniekstemming begint te heerschen. DUITSCHLAND. Wee den overwonnenen. Berlyn, 4 Augustus. Het Militair Wochenblatt bevat den volgenden oproep „Op roekelooze wyze heeft Rusland ons wegens Servië den oorlog opge drongen. Het uur van afrekening, dat over eenige jaren toch had moe ten komen, is geslagen. Als er een rechtvaardige God in den hemel is en daarvan zyn wij overtuigd mogen wy op de zege onzer wapenen in onze rechtvaardige zaak hopen. „Thans geen woorden meerAlleen nog dit, dat gloeiende toorn over den overval van het vreedzame Duitsehe volk ons ingeeft: Als God in zyn genade ons de overwinning verleent, dan „Vae victis!" (wee de overwon nenen). Onze strijdleus zij echter: Leve de keizer! Duitschland boven alles.'" Berlyn, 4 Augustus. Na den lUjks- kanselier heeft de voorzitter van den Rijksdag als volgt gesproken: De storm van geestdrift, die door het land suist, is een teeken, dat het Duitsehe volk goed en bloed ten offer wil brengen voor zyn eer. Nooit is het Duitsehe volk eensgezinder geweest dan thans. Ook zy, die anders tegenstanders van den oorlog zyn, 3nellen te wapen. Hun vertegen woordigers in den Rijksdag beramen mede middelen tot verdediging des vaderlands. (Levendige toejuiching. De leden van de burgeriyke partyen klappen in de handen.) Zoo trekt het volk in de wapenen op tot den heiligen strijd, bewust van zyn kracht, zeker van de overwinning. De zitting van den Ryksdag werd daarna afgebroken. Na hervatting legde de sociaal-democraat Haase een verklaring af, waarop alle wetten met betrekking tot den oorlog onder luide toejuiching van het Huis zonder beraadslagingen werden aangenomen, daaronder ook het oorlogskrediet van vyf miljard. Namens de regeering dankte de rykskanselier. Terwijl alle afgevaar digden, ook de sociaal-democraten, zich van hun zetels verhieven, sprak de voorzitter het „hoch" op den Keizer uit waar alle leden van de burger lijke partyen en de tribunes geest driftig mee instemden. Daarop werd het Huis verdaagd. De stemming te Berlijn. Berlyn, 5 Augustus. Do oorlogsver klaring van Engeland heeft beweging in de stad gewekt en een verbitterde betooging uitgelokt voor het Engel sche gezantschap. De regeering zoo wel als de pers berusten er in. Zy be schouwen haar als onvermydelljk en meenen daarom, dat wat uit een oogpunt van strategie noodzakelijk was, niet te duur is gekocht. De Lokal-Anzeiger zegt: „Een uiter- lijk onzydig, doch iunerlljk vijandig Engeland zou ons tot een voor onze belangen schadelyke terughoudenheid genoopt hebben en eindeiyk toch tot open vijandschap zyn overgegaan. Daardoor zou oneindig meer nadeel gesticht zyn dan nu van een onmid dellijke oorlogsverklaring kan ver wacht worden." Dat is ongeveer de opvatting van alle bladen. FRANKRIJK. EEN VERKLARING VAN PRESIDENT POINCARÉ. Parijs, 4 Aug. Poincaró heeft aan de Kamers een boodschap gezonden, waarin hy zegt: „Frankryk is het slachtoffer van een vooruit beraam den, brutalen aanval. Het Duitsehe keizerryk heeft ons eerst gisteren avond den oorlog verklaard doch kan van af den aanvang der crisis aan Frankryk geen enkele daad of woord verwyten, die niet vredelievend en verzoeningsgezind waren. Daags na dat onze bondgenooten en wy nog openlyk onze hoop hadden uitgedrukt, dat de onderhandelingen ondor leiding van het Londensche kabinet een vredelievend verloop zouden hebben, verklaarde Duitschland den volgen den dag plotseling den oorlog aan Rusland, viel het grondgebied van Luxemburg binnen, en beleedigde gruweiyk de edele Belgische natie. In den oorlog, die thans begint, zal Frankryk het recht aan zyn zyde hebben, het zal heldhaftig worden verdedigd door al zyn zonen, getrouw worden geholpen door zijn bondge noot Rusland en ondersteund door Engeland. Frankryk ziet thans reeds van alle zyden de sympathiebetui gingen der beschaafde wereld toe- stroomen, want ook ditmaal verte genwoordigt het tegenover de geheele aarde de vrijheid, de rechtvaardigheid en de rede. Houdt moed Leve Frank rijk I" UIT ENGELAND. Londen, 5 A ugustus. Reuters Agent schap verneemt, dat hedennacht om kwart voor twaalf door de regeering het volgende communiqué is uitge vaardigd Als gevolg van de 9ummiere wei gering door Duitschland om gevolg te geven aan den eisch van de Brit sche regeering, dat de verzekering zal worden gegeven, dat de neutra liteit van België zal worden geëer biedigd, heeft de Duitsehe gezant te Londen zijn paspoort gekregen en heeft de Britsche regeering aan de Duitsehe regeering doen weten, dat van af Dinsdagavond elf uur de oor logstoestand is ingetreden tus&chen Engeland en Duitschland. Londen, 5 Augustus. Koning Goorge heeft aan admiraal Sir John Jellicoe de volgende aanschryving doen toe komen. In dit ernstige oogenblik van de geschiedenis van ons volk zend ik u en door uwe tusscbenkomst aan de officieren en bemanningen van uwe vloot, waarover gy het opperbevel hebt aanvaard, de be tuiging van myn vertrouwen, dat zy onder uwe leiding den roem van de koninklijke marine opnieuw zullen doen schitteren en dat zy nogmaals zullen bewy'zen, dat de vloot werke- Ujk een beukelaar voor Groot-Brit- tannie en het Britsche Ryk zal wezen. w. g. George I. R. Londen, 4 Augustus. (Part.) Toen hedenmiddag vroeg een verslaggever van de „Daily News" op Haymarket ging kyken, vond hy de Civil Service Stores als belegerd. Groote voorraden etenswaren, die men had opgeslagen, verdwenen als by tooverslag. De vraag naar meel was razend. Ingemaakte waren vlogen weg. Versche boter bracht, zooveel als er was, 2 shilling het pond (pl.m. 4J ons) op, verscho eieren 2 shilling het dozijn, d. i. 10 stuivers meer dan de prijs anders om dezen tijd is. Er werd haast gevochten om Engelsch vleesch en er werd luid geroepen om Nieuw- Zcelandsche stukken, maar er 'was al gebrek aan. Schapenvleesch wordt nog in de koelkamers achtergehouden in afwachting van sterker vraag. Londen, 5 Augustus. Er is een proclamatie verschenen nopens oor- logscontrabande. Daarby wordt ook aan schepen van den vyand tot 14 Augustus 12 uur 's nachts tyd gege ven, om de Engelsche havens te verlaten. DE STEMMING TE LONDEN. Londen, 5 Augustus. Engeland is in oorlog. Toen gisteren laat bet ant woord van Duitschland ontvangen was en hot onbevredigend bleek, werd de oorlog verklaard. Voordien hadden de Duitschers reeds oorlogsdaden ge pleegd en een Engelschen mynen- legger in den grond geboord. Ongetwijfeld zal de oorlog hier po pulair zyn. Zy, die zich tegen een tusschenkomst in het Europeesche conflict verklaren en die nog tot op heden brieven tegen inmenging in de bladen hebben laten opnemen, hadden tot het laatste oogenblik geloofd, dat Duitschland als het er op aankwam de neutraliteit van België zou eer biedigen. Maar in het oog, zelfs van de meesten dier pacifisten, wettigt de schending van België's neutraliteit den oorlog tegen Duitschland. In een hoofdartikel van de „Daily Chronicle", getiteld „de misdaad tegen Bolgië", wordt gezegd De rol van Engeland is duidelijk en het zal met eere vechten, om dat kleine land, en zyn naaste buren, te behoeden voor het meeat verschrikkelijke lot, het slagveld van Europa te zyn. „De Times" schrijft smalend over de met brutaliteit vermengde huiche larij van de Duitsehe diplomatie jegens België. En schryft de Times Engeland gaat in een oorlog, dat het is opgedwongen, omdat het de ver dediger is van de zwakken en de kampioen van de vryheden vanEuropa. Zelfs de Daily NewB, die gedurende den ganscben loop van het geschil, dat tot den oorlog heeft geleid ja zelfs nu nog - bepleit heeft, dat de neutraliteit van Engeland bewaard had kunnen blij ven, Indien geen tien jaren entente-politiek achter ons lagen hoeft alle sympathie voor België, dat veel zal ïyden, zonder dat het eenig verwyt treft. Het blad laakt Duitsch land, zyn haast met het stellen van ultimatums en zijn niets ontzien de geringschatting van het internatio-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1914 | | pagina 1