HANDELS
AVONDSCHOOL
Nieuwe
Abonnementen.
DE IEEIEISCIE liNI.
Thee E. Brandsma
De Oorlogstoestand
INSCHRIJVING VAN NIEUWE LEERLINGEN
HELDERSCHE COURANT-
HELDERSCHE COURANT
Visitekaartjes
der Algemeene Heldersche
Winkeliers-Vereeniging.
De lessen vangen aan op WOENSDAG 16 September e.k.
in het gebouw der ZEEVAARTSCHOOL.
Practische bezuiniging
en werkverschaffing.
Honig 's Maizena
I
I
hernieuwde en hooge bloei van handel en industrie
bestel dan dadelijk, zij het ook voor lateren levertijd.
Dagelijks bestaat gelegenheid tot het
nemen van een abonnement op de
Het reeds verschenen gedeelte van een
kwartaal wordt niet in rekening gebracht. De
bevat o.m. de laatste telegrammen
van het oorlogsterrein.
Leesbibliotheek.
Thee I I is
DEPOSITO RENTE.
HELDERSCHE COURANT
Diners
Vergiftigde Levens.
voor de voorbereidende en Ie klas, ALSMEDE HET VERKRIJGEN VAN
INLICHTINGEN, kan geschieden:
Heden, DINSDAG 8 September, WOENSDAG 9 September
e.k., lederen avond van 7 tot 9 uur, eveneens in het gebouw
der ZEEVAARTSCHOOL (Ankerpark).
Onderwijs wordt gegeven in de navolgende vakken
Boekhouden, Handelsrekenen, Handelsrecht, Handelsaardrijkskunde,
Stenographie, Duitsche taal en correspondentie, Ned. correspondentie.
Het Bestuur
H. C. M. NYPELS, Voorzitter.
H. VAN WILLIGEN, Secretaris.
C. ADRIAANSE, Penningmeester.
Mevrouw!
Er zijn vele artikelen die hier te lande beter, of evengoed
worden gemaakt en nog goedkooper zijn dan de buitenlandsche,
die sommige winkeliers U bij voorkeur aanprijzen.
Als U hierop eens wilt letten, kunt gij besparen en tegelijker
tijd onze Nederlandsche Nijverheid werk verschaffen.
is één dezer artikelen, goedkooper dan de buitenlandsche mer
ken, en onovertroffen in kwaliteit. - Vraag het uwen winkelier.
Speciaal adres
voor OVERHEMDEN naar maat.
OVERHEMDEN met piqué borst
f 2.75, prima kwaliteit.
Vraagt Uwen Winkelier
Niet bitter, niet wranger, niet scherp.
veroorzaakt een TIJDELIJKE slapte in alle zaken.
Echter is de algemeene opinie, dat de oorlog hevig, maar ver
moedelijk kort van duur zal wezen.
Daarna zullen handel en industrie herleven; de behoefte aan
goederen, welke nu evenzeer bestaat als in vredestijd, is echter stel
selmatig beperkt geworden, doch zal, zoodra de eerste pogingen tot
vrede worden ondernomen, in dubbele mate optreden, en het gevolg
zal wezen
een overstelpende aanvraag, waarin door gebrek aan werk
krachten in de industrie en door gemis aan voorraden bij
den handel, zeer moeilijk zal kunnen worden voorzien.
Weest dus niet te angstvallig. Na de inzinking van heden, zal
binnen niet te langen tijd een
optreden, voornamelijk voor ons land, dat gelukkig tot nog toe buiten
den actieven oorlog is gebleven.
Ook in de Handelsdrukkerijen is uit den aard der zaak stilstand
ingetreden. Nu kenmerken de laatste en de eerste maanden van
elk jaar zich altijd door overstelpende en veelal haastbestellingen in
drukwerken, en is het steeds moeilijk, alle op tijd uit te voeren.
Ziet daarom nog heden Uw Handelsdrukwerk na, en mocht het
zijn, dat U bemerkt, voor het a. s. voorjaar behoefte te zullen hebben
aan Rekeningen, Nota's, Wissels, Kwitanties, Briefpapier, Enveloppen, Bons,
Volgbriefjes, enz. enz.
En ofschoon U daarmede niets anders doet, dan U over 1 of 2
maanden tocfi zoudt moeten doen, verricht U tevens èen goed werk,
daar wij onze werklieden in dezen benarden tijd dan aan den gang
zullen kunnen houden.
Wij hebben onze leverings-conditiën bij den aanvang van
den oorlog niet veranderd en BLIJVEN leveren op de
gewone conditiën.
Drukkerij C. DE BOER Jr. Helder.
Losse nummers verkrijgbaar op den dag van uitgifte des namiddags 1 uur aan ons bureau Koningstraat,
i 2 Cents.
Voor 't samenstellen eener
nieuwe Catalogus, worden alle in
omloóp zijnde boeken beleefd
terug verzocht.
N.VBoekh. v. h. A. J. MAAS.
in lithografie
(Steendruk)
worden door ons
niet meer geleverd.
BOEKDRUKKERIJ
C. DE BOER Jr.
onovertroffen van kwaliteit en zeer
waterhoudend, 70, 80, 00 en 100
cent per pond.
Pakjes van J/a - 1 - 2Vs ons.
In het oude Victualiehuis.
R. MAALSTEED, Dijkstraat 22, Helder.
Wederverkoopers provisie.
Wij nemen gelden In déposito. Rente tot nadere aankondiging
met één dag opzegging 3'/2
lien dagen 4
voer drie maanden vast 3/2
zes maanden 33/4
één jaar vast 4
Oe ondergeteekende wenscht zich te abonneeren op de
voorheen genaamd ,,'t Vliegend Blaadje"
(per kwartaal 65 cent, franco per post 90 cent)
Naam
Straat en nummer:
worden dagelijks aan huis bezorgd.
Bestellingen 's morgens voor 12
uur aan het van ouds bekend
KOOKHUIS DIJKSTRAAT 13.
Beleefd aanbevelend,
A. DOL.
De Fransch-Duitsche oorlog
van 1870-71.
L
Nu vier-en-veer tig jaar na den
grooten Fransch-Duitschen oorlog,
dien de ouderen van dagen zich nog
slechts herinneren, een nieuwe,grooter
en ontzettender kryg is uitgebroken,
waarvan de voornaamste krijgsbe
drijven zich, evenals in 1870/71, aan
de grenzen van Frankrijk en Duitsch-
land zullen afspelen, hebben wjj er de
oude jaargangen van de Heldersche
Courant" eens op nageslagen teneinde
onzen lezers van de destijds ver
spreidde en gangbare meeningen een
en ander te vertollen.
Het plan de campagne, door de
Franscben te volgen, was, naar de
couranten van die dagen meldden,
als volgt-
Een snelle inval in Hessen, met
het doel om de drie Zuid-Duitsche
staten te neutraliseeren;
Frankfort vrijmaken en zich daar
versterken
uit het geheele Pruisisch grond
gebied van den linkeroever den vijand
verdrijven, vervolgens Westialen
binnenrukken, en zijn linkervleugel
laten dekken door Hannover en
Denemarken
Pruisen naar gene zijde van de
Elbe terugwerpen, herstelling van
denDuitschen Bond, waarvan Oosten
rijk en Pruisen, die het een zoo min
als het ander Duitsch zijn, zouden
buitengesloten wezen.
Van dit plan is, men weet het,
niets gekomen. De Franschen, die
in den aanvang zoo luid riepen: „A
BerlinA Berlinmoesten het aan
zien, dat hun fraaie hoofdstad be
legerd werd, en na een langdurig
beleg moest capituleeren. Toch kon
de Weener „Neue Freie Presso" be
weren, dat beide partijen voortreffe-'
lijke legers hebben, en dat het nog
niet was uitgemaakt wie de beste
soldaten had.
In het laatst van Juli was de
strijd al in vollen gang, ofschoon een
Duitsch blad uit die dagen beweerde,
dat geen der beide legers nog gereed
was.
Engeland hield zich bezig met de
vraag of het buiten den strijd zou
blijven. Indien de neutraliteit van
Belgie of Nederland aangetast werd,
zou Engeland niet neutraal kunnen
blijven, meenden de Engelsche bladen,
en ze brachten de regeeringen dei-
beide mogendheden hulde voor de
verstandige maatregelen, die ze
namen om die neutraliteit te hand
haven. Maar èn Frankrijk èn Duitsch-
land haddon positief verzekerd de
neutraliteit te zullen handhaven.
Natuurlijk, dat ook evenals nu, een
menigte oncontroleerbare wilde ge
ruchten ontstond. Zoo beweerden
enkele bladen, dat Engeland troepen
naar Antwerpen zou zenden ter be
scherming van de neutraliteit van
Belgie, doch dit bleek onjuist.
Nieuw waren in dezen oorlog de
mitrailleuses, en hierop steunend,
berustte de oorlogsverklaring van
Napoleon. De Pruisische troepen waren
er niet erg gerust op, dat de Franschen
dergelijke moordtuigen bezaten.
Betreffende de berichten ging het
in den aanvang al juist als thans.
In het nummer van W.oensdag 3
Augustus 1870 moest de redactie in
haar „Politiek Overzigt van den Dag"
verklaren„De berigten van het
tooneel des oorlogs zijn nog dagelijks
zeer onbelangrijk en weinig overeen
stemmend. Van Pruisische zijde wordt
getelegrafeerd dat Zaterdag jl. de
Franschen Saarbrücken hebben aan
gevallen en niettegenstaande hun
overmagt door de Pruisen dapper
zijn teruggeslagen.
De Franschen. spreken daarentegen
van eene officieele depeche uit het
hoofdkwartier van Zaterdag j.1. 's
middags 1 uur, als zouden de troepen
nog niet voorwaarts zijn gerukt en
dat alle daaromtrent loopende ge
ruchten valsch zijn". De Fransche
berichten waren echter, volgens de
redactie, weinig betrouwbaar.
Over Engeland maakte men zich
herhaaldelijk ongerust. Te Chatham
zouden 25000 man klaar staan om
dadelijk ingescheept te worden heette
het.
Evenals thans beschuldigdeDuitsch-
land Frankrijk van te zijn begonnen
en Frankrijk Duitschland. Net als
twee vechtende jongens„Jij bent
begonnen 1" „Nietes, jij sloeg het
eerst!" Vermakelijk doet hetberipht
aan, dat de Indépendance Beige in
eene Parijsche correspondentie ver
meldde, dat de Fransche keizer het
voornemen had, indien hij als over
winnaar uit den oorlog mocht komen,
een groot Europeesch Congres bijeen
te roepen teneinde in de toekomst
den oorlog onmogelijk te maken door
invoering van eene groote internatio
nale arbitrage. Wedden, dat dit thans
ook weer gebeurt, lezer? Dat men
straks een groote schoonmaak houdt
in het vredespaleis aan den Scheve-
ningschen weg?
In de eerste week van Augustus
toen de oorlogstoestand reeds een
drietal weken bestond kwam be
richt in van oene belangrijke Duitsche
overwinning, n.1. de slag bij Wörth.
Mac Mahon werd hier met eene di
visie van 150.000 man teruggeslagen.
(Wordt vervolgd).
FEUILLETON.
Een beeld der werkelijkheid.
61)
„Mag ik u heipén?" vroeg hij,
reeds de beide handen uitstekende,
„ik ga toch naar boven."
Zij zag hem dankbaar aan en gaf
hem een deel van haar last over.
„Gij hebt hier een gansche biblio
theek," zeide hij, met zwakken glim
lach.
„Ja, het zijn al de jaargangen van
het Modeblad „Geluk." De uitgever
vertrouwde ze mij toe, om eens na
te zien op welke wijze hij wenschte
dat ik de nieuwe platen daarvoor
zou teekenen."
„Dus zljt gij ook eene kunstenares."
„Ik heb het willen worden."
„En het is u niet gelukt?"
„Parijs is vol artisten en tot zelfs
om zijn werk op eene tentoonstel
ling te doen aannemen heeft men
bescherming noodig. Ik heb het te
vergeefs beproefd en ben toen op
een andere manier werk gaan zoeken.
Het heeft lang geduurd voordat ik
het gevonden heb: maar thans ben
ik tevreden."
Zij klom zwijgend verder totdat de
trappen een einde namen, en Onno
zeide
„Maar dan bewoont gij dezelfde
verdieping als ik."
„Onder den hemel," antwoordde zij
met een schoonen, moedigen glim
lach, „dat is ook iets waardik dank
u, mijnheer, voor uwe hulp. Zljt gy
het, die my sedert kort zoo dikwijls
het genot hebt geschonken van uw
heerlijk vioolspel?"
„Ik speel werkelijk zoo nu en dan,
en als ik weet er u een genoegen
mede te doen, zal ik het meer doen.
Tot weerziens, hoop ik."
Zij groette hem vriendelijk en ver
dween in de deur tegenover de zijne.
Voor het eerst gevoelde hij zich
minder eenzaam, nu hij ten minste
een enkel wezen in dat groote huis
toegesproken had. De teekenares was
niet zeer jong meerzij moest zeker
reeds dertig jaren tellen; maar haar
smal, bleek gelaat met de rustige
donkerbruine oogen, en de regelma
tige, ietwat streng gebeitelde trek
ken, had iets over zich dat vertrou
wen inboezemde. Zij was zoo geheel
verschillend van Marcelle, dat haar
aanblik hem geen pyn deed.
Enkele dagen later ontmoette hij
haar wederom, op het oogenblikdat
zij uitging en hijzelf huiswaarts keer
de. Het was een weder waardoor
men geen hond naar buiten zóu
hebben gejaagd en hij vroeg:
„Hebt gij niet bemerkt hoezeer
het regent en waait? Gy zult niet
eens uw parapluie open kunnen
houden."
„Ja, het is echt noodweêr," gaf zij
ten antwoord, de bijna ledige straat
overziende„maar de uitgever wacht
op mijne teekeningen, en hij zou mij
afdauken als zij niet op tijd in zijne
handen kwamen."
„Waar woont hij?"
„Rue de Grenelle 33."
„Geef mij dan dat rolletje. Ik heb
den ganschen middag niets te doen,
en het is goed dat ik mij aan mijne
gedachten tracht te ontrukken. In
de eenzaamheid gaat dat niet, dan
bestormen zij mij geheel en al."
„Maar ik kan zooveel goedheid
niet van u aannemen," klonk het
aarzelend.
„Gekheid! ik kan er slechts bij
winnen terwijl ik overtuigd ben dat
gij dien tijd zeer goed zult kuunen
gebruiken om nog een klein schetsje
te maken."
„Dat wel, maar.
„Ik wil yan geen tegenstribbelen
hooren," en reeds begaf hy zich op
weg.
De jonge vrouw bleef hem nasta
ren; terwijl zij by zichzelve mom
pelde
„Die man wordt door een groot
verdriet verteerd, en toch blijft hij
de goedheid zelve voor zijne mede
stervelingen; hij moet al een zeer
edel karakter bezitten."
„Kent gij mijnheer Holdiüs?"
vroeg de portierster, die hen ver
baasd had aangestaard, en die uit
haar glazen hokje te voorschijn was
getreden.
„O! maar heel weinig; ik wist
zijn naam niet eens; hij heeft mij
kort geleden een pak boeken naar
boven helpen dragen, terwyl hij mij
toevallig voorbijliep, en ik spreek
hem heden voor de tweede maal."
„Een best mensch, voor het uiter
lijk tenminste," hernam de vrouw,
wier grootste genot bestond in pra
ten: „Hij is altijd even beleefd, op
zijn tijd thuis en werkzaamen toch
hebben stille waters diepe gronden.
Zoudt gij wel willen gelooven dat
zijne vrouw van hem scheiden gaat,
omdat hij haar ontrouw is geweest?
Ik heb het van niemand anders ge
hoord als van eenedienstbode uit
het huis waar hij vroeger gewoond
heeft. Het schijnt dat zijn vrouw veel
geld had, want zij bewoonden eene
heele verdieping, en in wat een
mooi huis ook, en hunne meubels
waren prachtig. Wat mevrouw be
treft, al hield iedereen ook meer
van mijnheer, zij was jong en mooi
en ging altijd in zijde gekleed. Hij
scheen haar op de handen te dragen
maar zoo zijn de mannende beste
deugt nog geen haar."
„Ik wist niets van dit alles af.
Het is heel verdrietig."
„Ja, hij moet wel hard voor zijne
lichtzinnigheid boeten. Zoo opeens
van rijkdom in armoede over te gaan,
dat is erg."
De jonge vrouw kDikle. haar toe
en haastte zich haar zolderkamertje
op te zoeken. Zij wist niet waarom
zij zich op eens zoo droevig te moe
de gevoelde. Het deed haar pijn dat
die man, dien zij toch nog slechts
zoo weinig kende, maar die haar
zoo edel had toegeschenen, als kun
stenaar en als mensch,. ook al even
zwak als de overigen stervelingen
moest blyken. Ofschoon haar ver
blijf te Parijs haar heel wat ziele
kwalen, heel wat slechtheid had doen
aanschouwen, waarvan zij in haar
eerste jeugd ook zelfs niet gedroomd
had, was zij toch even streng ge
bleven in hare eischen omtrent
deugd; boezemde al wat slecht was
haar een instinctmatigen afkeer in.
Zij wenschte bijna hem nooit weder
te zien; nog slechts de reine tonen
zyn viool te hooren, en onder
zijner meesterlijk spel beter voort te
arbeiden dan zij ooit te voren ge
werkt had.
Maar het lot had het anders be
paald.
Ongeveer twee uur later werd er
aan hare deur gescheld en opendoende
bevond zij zich tegenover de kunste
naar.
„Vergeef mij zoo aan te durven
komen," zeide hy: „maar ik heb
eene boodschap voor u?"
„Voor mij?"
„Ja van den uitgever. Hij lietmy
terugroepen, toen ik reeds op het
punt stond het huis te verlaten, om
mij op te dragen u uit zijn naam te
zeggen, dat hij bijzonder tevreden
was en dat uw werk zooverre dat
zijner gewone teekenaars overtrof,
dat hy meer en meer uw talent wil
de gebruiken, en u verzocht vijf ver
schillende teekeningen te maken bij
de novelle die hij mij voor u meegaf,"
En hij haalde een rol manuscript
uit den zak, terwijl zich een blos van
genoegen over het gelaat zijner toe
hoorster verspreidde."
„Ik had dat nooit durven hopen,
mompelde zij, „het is waar, ik deed
mijn best; maar de anderen zullen
dat ook gedaan hebben."
Voor het eerst sedert zijn afscheid
van Marcelle smaakte Onno een oogen-
blik van geluk. Het deed hem zoo
veel goed de vreugde te aanschouwen
welke zijne boodschap te weeg had
gebracht.
„Hoe zal ik u genoegzaam danken,
mijnheer?" ging de jonge vrouw
voort. „Gij hebt mij weer nieuwen
moed geschonken om voort te gaan,
en gij weet niet hoeveel mij dat waard
is, want ik heb niet alleen voor mij-
zelve te zorgen."
„Woont gij hier dan met uwe
moeder
„Neenik heb mijne ouders reeds
verscheidene jaren verloren; maar
myn jongste broeder is hier, en gij
zult zelf zien dat hij verzorging
noodig heeft. Wilt gy niet eens bin
nen komen bij hem? Het zal hem
zooveel genoegen doen, want hij kent
geen gelukkiger oogenblikken dan
wanneer gij viool speelt."
„Gaarne, als gij denkt dat hij mij
nu zou kunnen ontvangen?"
„O! zeker. Ik zal het hem even
zeggen."
En zij trad op eene zijdeur toe
en opende deze om op buitengewone
zachten toon te vragen:
Georges, zljt gij wel genoeg om
onzen buurman te zien?"
Eene zwakke stem gaf iets ten
antwoord dat niet door Holdius ver
in werd, en onmiddelljk daarop
werd hij toegelaten in een vertrek,
dat er in weerwil van den regen-
achtigen dag, zoo zonnig uitzag dat
hy zich op eens in eene geheel andere
wereld verplaatst waande, dan die
sombere zolderkamertjes, welke op
zoo onverbiddelijke wijze de armoede
der bewoners aangeven. Al wat
het vrouwelijke vernuft slechts had
kunnen bedenken om die naakte
wanden, die armzalige venstertjes
te versieren, was hier aangebracht.
Overal hingen klimplanten, die op
sierlijke wijze geleid waren langs de
ouderwetscho lijsten van portretten.
Eenige fraaie bloemstukken verspreid
den een zonnigen gloed in het rond,
en de rustbank, waarop de zieke lag
uitgestrekt, was omgeven van kleine
rieten tafeltjes met boeken en aller
lei, zoodat hij slechts de hand be
hoefde uit te strekken om zichzelf
te bedienen.
„Mijn broeder Georges Moreau,"
zeide de jonge vrouw, terwijl haar
blik vol liefde rustte op den twintig
jarigen jongeling, wiens doodzwak
gelaat zonderling afstak by de stra
lende oogen. Georges was zeer blond,
en zy'ne geheel bijzondere schoonheid
deed hem op een engel gelijken maar
op een droefgeestigen engel, want
zoo hy alles beproefde om voor zijne
zuster te verbergen hoeveel hij onder
zijne toestand leed, zijne oogen kon
den niemand bedriegen.
(Wordt vervolgd.)