HELDERSCHECOURANT GEMEENTERAAD VAN HELDER, No. 4394 DONDERDAG 26 NOVEMBER 1914 42e JAARGANG Stelling van DEN HELDER. Ontspannings-avonden in de tweede helft van November. Oooderd. 93 „Casino" Ensemble Crochettos j DirksAdmlraal Stafmuzlek Vrijdag 27 Marlnc-cantlne Stafmuzlek o u. ruiueiw., r^anyu., mem., Hax8sens, O.-oever, Parallelw. 1 „Casino" j Ensemble Crochettos j 7'/i u. Van alle korpsen 'n deel. Zaterdag 28 i Dlrks Admiraal Lering met lichtb. dr. Mlukoma 8u. Ook voor afd. Land vak. Maandag 80 I Erfprins Lering met lichtb. Van Dam i 8 u. Voor alle fortbewoners. Voor de feestavonden op Donderdag en Vrijdag rijn de kaarten voor het publiek reeds vo< meer dan de helft uitverkocht. gehouden op Dinsdag 24 November 1914. Voorzitter de beer W. J. van Neck, loco-Burgemeester. De notulen van de vorige vergade ring worden goedgekeurd. Ingekomen stukken en mededeellngen. Goedkeuring van de suppletoire ko hieren van de belasting naar het In komen en van het Schoolgeld. Voor kennisgeving aangeuomen. Missive van het Bestuur van de Tucbt-Uuie, betreffende het oprichten van Turnhallen. Bericht zal worden aau het Bestuur, dat de gemeente reeds in dien geest werkzaam is. Missive van het Bestuur van de Tucht-Unie, verzoekende te bewerken, dat de onderwijzers de kinderen van tijd tot tijd ernstig onderhouden over het groote zedelijke en economische belang van het vreemdelingenverkeer voor ons land, de verplichtingen van ons volk als gastvrije, beschaafde natie en de houding, die vooral kin deren tegenover vreemdelingen heb ben aan te nemen, omdat naar het gedrag der jeugd zoo dikwijls het volk in zijn geheel beoordeeld wordt. Bericht zal worden, dat de noodige aandacht aan deze kwestie zal worden geschonken. Adres van de Heldersche Gemeente- Werkliedenvereeniging over het ver- leenen van verlofdagen. De Voorzitter stelt voor, dit adres te renvoyeeren naar B. en W. om afdoening. Do heer Bok zou het in handen van B. en W. willen zien om advies. De heer Verstegen kan zich niet vereenigen met het voorstel- B. en W. Waarom krijgen deze liedon geen verlof? De Voorzitter licht in, dat bij den aanvang der mobilisatie alle ver loven vervallen z|jn. Jaarl|jksche ver loven zijn niet verleend. De heer Verstegen: Maar de werklieden, die in dienst zijn, zijn toch vervangen door tjjdelijke krach ten, en wat is er tegen om het ge wone verlof te geven als de hoofden van de takken van dienst er zich niet tegen verzetten De Voorzitter zegt, dat aan do hoofden van de verschillende takken van dienst een rondschrijven is gericht. Niettegenstaande dit komt de Vereeniging toch met dit verzoek. Conform het voorstel-Bok wordt besloten. Nader zijn nog ingekomen de vol gende stukken Verzoek van mejuffrouw E. M. Ver-- faille, onderwijzeres aan school No. 1 (Koegras) om eervol ontslag met in gang van 1 Januari 1915. Verleend. Idem van mejuffrouw Van Eljk, aan wie met 1 Februari eervol ont slag wordt verleend. Schrijven van den Commissaris dei- Koningin, mededeelende, dat het ver lof aan den Burgemeester nogmaals met eene maand is verlengd. Dankbetuiging van eenige arabte- ncren ter Secretarie voor de hun toe gekende salaris-verhooging. Verzoek van den heer F. H. de Goe|j om ontheffing van de bouwverorde ning. Idem van de N.V. „Heldersche Uit gevers-Maatschappij" om verandering te mogen brengen in de prijzen van het drukken der Raadsvergaderingen. Beide verzoekschriften in handen l van B. en W. om advies. Nog is ingekomen een schrijven van het Departement Helder der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen mededeelende, dat het R|jk voor 1916 geen subsidie geeft voor de op te richten vakschool voor meisjes, waar door deze post van de begrooting wordt afgevoerd. Waterleiding. Advies op het verzoek van J. J. Snel, machinist der Waterleiding, om eene belooning voor buitengewone diensten. B. en W. meenen, gehoord het advies van de Commissie voor Gas fabriek en Waterleiding, dat het ver zoek niet behoort te worden inge willigd, aangezien is gebleken, dat door adressant geen andere diensten z|jn gepraesteerd dan overwerk, waar voor hij ook extra betaling heeft ge noten. De heer Verstegen vraagt in lichtingen over dit advies. Er is thans een afwijzend advies van den directeur der waterleiding. Is b|j eene vorige gelegenheid met Bennink ook afwij zend beschikt? De Voorzitter licht in, dat het toen betrof een voorstel van de Com missie voor de bedrijven. De heer Verstegen meent,dat de Raad consequent moet blijven en, waar hij b|j vorige gelegenheid trots het overwerk toch een douceurtje uitkeerde, dit thans ook behoort te doen. Het voorstel wordt aangehouden. Stormschade. Voorstel tot het verleenen van te gemoetkoming in de stormschade, geleden door K. Dop. Hoewel de gemeente wettelijk niet verplicht is de schade geheel of ge deeltelijk te vergoeden, komt het B. en W. bill|jk voor, dat aan adressant eenige tegemoetkoming in de schade wordt verleend. B. en W. stellen voor deze op de helft van het bedrag a f27.214, z|jnde f 18.60, te bepalen. Bij acclamatie aldus besloten. Onbewoonbaarverklaring. Voorstel tot verlenging van den termijn van onbewoonbaarverklaring van de woningen Oude Kerkstraat nos. 5 en 9. De heer Verstegen vraagt, of de Voorzitter die woningen gezien heeft en protesteert er tegen, dat de eigenaar van de onbewoonbaar ver klaarde huizen nu 6 maanden lang geen huur zal krijgen. De Voorzitter zegt, dat met geen mogelijkheid de lieden op an dere w|jze onder dak z|jn te brengen, en dat ten opzichte van den eigenaar het armbestuur zal moeten bijsprin gen. De heer Van Breda vestigt er de aandacht op, dat het huis in de Wachtstraat, waarin ze nu worden ondergebracht, al niet veel beter is dan de ontruimde woning en vraagt of dat huis steeds een toevluchtsoord blijft voor dergelijke menschen? Het voorstel wordt tenslotte goed gekeurd. Kermis. Advies op het adres van verschil lende vereenigingen, verzoekende af schaffing van de kermis. Later is nog ingekomen een adres van het Hoofd bestuur van Kermis-vakgenooten, om niet tot afschaffing te besluiten. Door de volgende vereenigingen wordt gevraagd tot afschaffing der kermis over te gaan Afdeeling Helder Alg. Ned. Geh. Onth. Bond. Idem Ger. Ver. v. Drankbestrijding. Idem Ned. Chr. Geh. Onth. Bond. Idem Ned. Ver. tot afschaffing van alcoholh. dr. Idem Rein Leven-beweging. Chr. Jongelingsvereen. Spr. 9 10a. Heldersche Loge der Theosofische Vereeniging. Kerkeraad der Gereformeerde Ge meente. Vereeniging tot verbreiding der waarheid. Adressanten betreuren het, dat nog telken jare in deze gemeente een kermis wordt gehouden, waar de kermis tegenover een klein materieel voordeel voor de gemeentekas, groote materieele en zedelijk*, nadeelen met zich brengt voor de geraeentenaren. De kermis kan, naar de meening van adressanten, niet meer beschouwd worden in een werkelijk bestaande behoefte te voorzien, integendeel, voor velen is zij reeds een volkomen overbodige instelling, welke alleen uit overlevering zich nog weet te handhaven. In een begeleidend schrijven wordt verzocht het verzoekschrift nog vóór de vaststelling van de begrooting te willen behandelen. In hun advies herinneren B.enW. er aan, dat het z.g. „klein mateHeel voor deel", waarvan in het adres sprake is, betreft een post marktgelden, die in 1910 nog f 7628.27bedroeg en in 1915 nog op f5500.— wordt begroot. Hier tegenover staat eene uitgaaf, die in de laatste jaren beneden het daarvoor geraamd bedrag van f300.— is ge bleven. Het voordeel is dus niet zoo gering en bij afschaffing der kermis zal de plaatselijke directe belasting terstond met minstens f5000.- verhoogd moeten worden. Dit nu moeten B. en W. in de tegenwoordige drukkende tijdsomstandigheden, enkel en alleen om aan den wensch van adressanten te voldoen, ten sterkste ontraden, zoodat B. en W. adviseeren afwijzend op dit verzoek te beschikken. Hierbij z|jn ingekomen een tweetal adressen van tegenovergestelde strek king, dan het verzoekschrift om af schaffing van de kermis. Het Hoofd bestuur van de Nederlandsche Ver eeniging van Kermis-vakgenooten verzoekt de kermis te handhaven. Het grondt dat verzoek op de over weging, dat afschaffing der kermis enorme schade zou beteekenen. In eene memorie van toelichting zegt adressant, reeds bij voorbaat te weten welke motieven ineventueele adressen vóór afschaffing der kermis zullen worden aangevoerd, namelijk „dronkenschap" en „zedeloosheid". Doch de oorzaak van de buitensporig heden tijdens de kermis is te zoeken in overmatig gebruik van sterken drank, en afschaffing der kermis zal niet de oorzaken tot misbruik van sterken drank wegnemen. In den loop der jaren, aldus gaat het adres voort, is de kermisviering netter, minder bandeloos geworden, zoodat de meening ingang heeft ge vonden, dat de kermis achteruitgaat. De reden is vermindering van drank gebruik, toename van geheel onthou ding, verscbljnseleD, die onze veree niging van harte toejuicht. Eene verordening, die het gebruik van alcoholhoudende dranken b|j open bare volksfeesten, zooals b.v. in som mige gemeenten op lotingsdagen e.a., verbood, zou onze volle instemming hebben. Dat door afschaffing der kermis het zedelijk peil der bevolking niet r|jst, leert een onderzoek op die plaatsen, waar de afschaffing een feit is. Tenslotte geldt nog een ander motief, n.1. de hoop om door een beter Jaar 1915 de in 1Ö14 tengevolge der plotseling Ingevallen mobilisatie de aftasting van vele kermissen schado te kunnen herstellen. Het andere nog ingekomen verzoek schrift is van een aantal inwoners dezer gemeente. Z|j voeren voor hun verzoek om de kermis te mogen-be houden, do volgende motieven aan: Door het verdwijnen der kermis zou de gemeentekas een belangrijke som aan pachtgeld derven, hetgeen ontegenzeggelijk de betasting der in gezetenen wederom zoude bezwaren. Evenzoo zou dit zeer ten nadeele komen van velerlei neringdoenden, zoomede particulieren, die een groot getal artisten huisvesten, en vele losse werklieden en stalhouders, die zich in den regel belasten met het opbouwen en afbreken van groole inrichtingen en het vervoer daarvan, en die dan een aardig dagloon zouden missen. Evenzoo zullen vele inwoners groot en klein, hun jaarlljksch aan trekkelijk amusement van stoom- caroussel, kinderdraaimolen en andere onschuldige vermaken missen, waar van toch wel eens in het jaar, in een afgelegen gemeente als deze, raag worden genoten, op een kermis, zoo ordelijk, vreedzaam, gezellig als dit laatste jaren boven vele andere gemeenten in ons land toegaat. Tegen deze motieven kunnen h.i. onmogelijk opwegen argumenten als: zooveel meer drankgebruik in kermis tijd dan in gewone tijden in een ge meente als deze, waar zoovele onge huwde militairen van land- en zee macht op de kermis hun geld be steden aan bovengenoemde vermake lijkheden, wat zij in andere tijden aan sterken drank zouden offeren, en evenmin kunnen daartegen opwegen klachten over orde verstoringen en vechtpartijen of onzedelijkheid, die de laatste jaren gedurende de kermis niet, althans zeer weinig, voorkomen, en toch ook, en dikwijls niet minder in tijden buiten de kermis, plaats hebben; want niet tegen te spreken is het feit, dat op'de kermis burgers en militairen dooreen zeer vreedzaam, vriendschappelijk en gezellig kunnen feestvieren, en adressanten zjjn ervan overtuigd, dat zeer vele gematigde militairen in hoogeren en lageren rang van zee- en landmacht de kermis niet gaarne zouden willen missen. Tenslotte zijn ook geen geldende redenen aan te voeren voor afschaffing van de kermis op Zondag, zooals adressanten nader aantoonen. De heer Adriaanse w|jst op het sober gestelde en eenvoudige adres, met de zeer juiste beschouwing, dat de kermis niet meer is wat ze vroeger was. Het adres, zeer sober gesteld, heeft spr.'a volle sympathie. Als er geen tegen-adres gekomen was, zou men kunnen volstaan met op de sobere argumentatie in dit adres te w|jzen. Nu er echter een tegen-adres is gekomen, dienen wij de argumenten daarin onder de oogen te zien. De argumentatie is zóó on zinnig, dat het spr. verwondert hoe menschen onder een dergelijk adres hunne handteekening kunnen zetten. Spr. ontleedt eenige van die argu menten. Thans komt voor publieke vermakelijkheden een bedrag van f4000.- op de begrooting, terwijl die eenige jaren terug f1000.- be droeg. Men kan dus te dezer plaatse te kust en te keur terecht. Voor tal van neringdoenden is de kennis een groote schadepost. Van het geld, dat aan de neringdoenden toekomt, maakt men in de kermisweek goede sier. Wat orde-verstoringen betreft, ze erkennen dus zelve, dat die voor komen. De zedelijkheidspr. zal er niet te veel van zeggen, want hij weet van tevoren het resultaat. Resumeerende, hoopt spr., dat er eenmaal een tijd zal komen, dat de Raad zal inzien, dat de kermis niet meer in dezen tijd thuishoort, dat z|j een onzinnig vermaak is. De heer Verstegen zal vóór het advies van B. en W. stemmen, Spr. zal dit met een enkel woord motiveeren, echter niet aan de hand van de voorstanders, die een be spottelijk adres de wereld in hebben gestuurd. Het adres is bijna geheel van vereenigingen, die op het gebied van geheel-onthouding werkzaam z|jn. Men adresseert tegen de kermis, doch men bedoelt tegen het drankgebruik te ageeren. Wil men trachten de volksfeesten meer te veredelen, dan is spr. daar voor, maar men moet zich richten tot de oorzaken, die de kermis tot iets banaals maken. Tegen het bezoeken van kramen, het eten van poffertjes e.d. is toch wel niets in te brengen. Besloten wordt de kermis te band- iven. Tegen stemmen de heeren Adriaanse en Terra. Tljdalijke geldleenlng. Voorstel tot het aangaan eener t|jdel|jke geldleening ad f800.000.-. Met algemeene stemmen aange nomen. Subsidis. Advies op het verzoek van de Afd. Helder van het Centraal Genootschap voor Kinderherstellings- en Vacantie- kolonies om subsidie. De afdeeling Helder van het Cen traal Genootschap voor Kinderher stellings- en Vacantie-kolonies vraagt voor 1916 een subsidie van f200.-. Een uitvoerige memorie van toelich ting vergezelt het verzoek. B. en W. brengen hulde aan het streven der vereeniging, doch kunnen onder de tegenwoordige omstandig heden niet anders doen dan advisee ren afwijzend op het verzoek te be schikken. De heer Biersteker kan zich niet vereenigen met dit advies. De tijdsomstandigheden" kunnen voor een dergelijke kleine subsidie voor een zoo nuttig doel geen motief z|jn. Spr. zal tegenstemmen en hoopt, dat meerderen dat zullen doen. De heer Over de Linden zal ook tegenstemmen. De heer D e V e n gelooft niet, dat op 't oogenblik de nood zoo hoog is b|j de afdeeling, dat directe hulp noodig is. Z|j hebben op het oogen blik een vr|j goede kas. De Voorzitter voelt veel voor dergelijke kolonies, maar betwijfelt of het hier nu wel zoo noodig is. De lucht hier is zeer gezond en we hebben de onmiddel(jke nabijheid van de zee. De heer Verstegen. Ik verbaas m|j, dat, waar alle hulde gebracht wordt aan het streven der vereeni ging, tegelijkertijd gezegd wordt, dat eenige subsidie niet noodig is. dat zoo was, hadden we die heeie vereeniging niet noodig. Juist bet feit, dat er kinderen zijn, die andere dan zeelucht noodig hebben, jp oor zaak van het verzoek. Men zou zoo graag meerder kinderen dan tot dus ver geschieden kon uitzenden. De heer D e V e n. Er is nog eene vereeniging die kinderen uitzendt, en daarvan wordt nog te weinig bruik gemaakt. De vereeniging „Het Witte Kruis" n.1. Zóó weiuig gebruik wordt ervan gemaakt, dat de ver- eeuiging niet eens het geld heeft verbruikt, dat er voor disponibel is. Zeelucht, ja, die krijgen ze hier wel, de kinderen, maar er moet nog wat b|j, ze moeten ook behoorlijk voedsel hebben. De heer Dr. van den Berg voelt zich niet gerechtigd vóór de subsidie te stemmen.Was het een bestaande subsidie, dan ware het wat anders, maar het is hier eene nieuwe, het is wel een klein bedrag, maar straks komen andere vereenigingen ook mot kleine bedragen, en veel kleintjes maken één groote. Het voorstel van B. en W. wordt verworpen. Tegen stemmen de heeren Bommel, Krijnen, Hartsinck, Grun- wald, Harjer, Verstegen, Boon, Van Breda, Over de Linden, Biersteker, Oortg|jsen en Van der Ploeg. Er ontstaat thans eenige discussie over de vraag of nu hiermee de f200.— toegestaan is. De heer Bier steker meent van wel, de heer De Ven, die het absoluut niet noodig vindt, stelt voor f100.- te geven, en op voorstel van den heer Bierste ker wordt de beslissing aangehouden om eerst eens te onderzoeken in hoever de heer De Ven gelijk heeft. Verordening. Voorstel tot wijziging van de ver ordening op het keuren van slacht vee en vleesch. Met algemeene stemmen goedge keurd. Onderwijs. Advies inzake het verzoek tot stich ting van een school aan de Doggers vaart. Sedert het advies van het D. B. z|jn er nieuwe argumenten vóór en tegen gekomen en aangezien er toch, ook bij verwerpen van het advies van het D. B., vau de stichting van eene school voorloopig niets komen zou, wordt het punt van de agenda afgevoerd. Telefoon. Voorstel betreffende het gebruik van telefoonpalen langs den Polderweg. De N.V. Alkmaarsche Telefoon- en Beslelgoederendienst verzoekt ge bruik te mogon maken van de palen der electrische geleiding van de ge- meente-waterleiding, tot het daaraan bevestigen van draden voor gewone telefonische aansluitingen*tegen eene vergoeding van 6 cent per enkele draad. B. en W. stellen voor de gevraagde vergunning te verleenen wanneer adressante eene jaarlijksche recognitie van f 1.— .betaalt. Op verzoek van den heer Bier steker wordt in de bepaling vastge steld, dat het tarief voor bewoners van den Polderweg niet zal worden verhoogd. Conform besloten. Bewaarscholen. Voorstel tot het verleenen van Bub- sidie ten behoeve van enkele bewaar scholen. B. en W. stellen voor voor 1915 de volgende subsidie te verleenen: Aan het Departement Helder der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen, voor de Bewaarschool aan de Laan f171.—, voor die aan de Vischmarkt f 186.—, aan de Vereeniging voor Voorbereidend onderwijs „Jacbin" f109.-, aan het R.K. Kerkbestuur van de H.H. Petrus en Paulus f 121. Bij acclamatie aldus besloten. Verkavallng. Advies op het adres van P. de Beurs, inzake verkaveling van een stuk grond. B. en W. stellen voor het verzoek van adressant onder bepaalde voor waarden toetestaan. B|j acclamatie aldus besloten. Voorschot Woningbouw. Voorstel tot het verleenen van een voorschot ad f 256.000.— aan de vereeniging voor volkshuisvesting „Helder" voor den bouw van 182 woningen. De bouwplannen dezer vereeniging z|jn, op grond van van boogerhand gerezen bedenkingen, gewijzigd en in overeenstemming gebracht met de gegeven adviezen. B. en W. stellen thans voor, gezien den woniDgnood die nu reeds bestaat, maar die zich straks nog meer zal laten gelden, wanneer werklieden van 's R|jks werf te Amsterdam naar hier worden overgeplaatst, het gevraagde voor schot te verleenen tot een maximum van f 255.000.- onder bepaalde voor waarden. De heer G r u n w a 1 d vraagt of het wel noodig is, dat er hypotheek genomen wordt op die woningen. De statuten vermelden uitdrukkelijk, dat geen vervreemding mogelijk is en de kosten van de acte etc. worden ongeveer f 1000.— hooger. De Voorzitter licht in, dat de heer Grunwald niet geheel juist is. Er werden bepalingen gemaakt, waar door het voor de gemeente noodig is hypothecair verband te houden op de perceeloD. Als de heer Grunwald aan dringt op een nader onderzoek er z|jn gemeenten die deze clausule van hypothecair verband niet maken zegt de Voorzitter, dat bet niet wenschelijk is de zaak nog Hit testellen, daar de bouw urgent is en de zaak geheel gereed. Als nu toe stemming gegeven wordt door den Raad om het voorschot te verleenen, zal zeer waarschijnlijk de annuiteits- rente aanzienlijk worden verminderd. Daardoor wordt de exploitatie-reke ning minder en kunnen de huren ook verlaagd worden. Met algemeene stemmen wordt het voorschot hierna verleend. Thans komt in behandeling Zaak-Rijkes. Voorstel van B. en W. om, naar aanleiding van de verdachtmakingen, uitgesproken, in de openbare zittingen van den Gemeenteraad te Hilversum, ten opzichte van den Directeur onzer Gasfabriek, den heer S. Rijkes, een commissie te benoemen van 3 leden, die daaromtrent een onderzoek in stellen en van hare bevindingen rap port aan den Raad uitbrengen zal. B. en W. geven in overweging, in deze commissie te benoemen de hee ren Biersteker, Krijnen en Verstegen, die het recht zullen hebben zich door een deskundige te doen bijstaan en aan wie voor eventueele bosten een blanco crediet zal worden toegestaan. Tegelijkertijd hiermede is inge komen Missive van het Raadslid A. G. A. Verstegen om, naar aanleiding van de woorden, door den Voorzitter van den Raad in de vergadering van 5 November 1914 gesproken met be trekking tot de benoeming van den Directeur der Gasfabriek alhier te Hilversum en diens bedanken voor die benoeming, tevens naar aanlei ding van hetgeen omtrent deze aan gelegenheid nader is bekend gewor den, een commissie te benoemen van 5 personen uit den Raad, die tot taak zal hebben een onderzoek in te stellen naar alle geruchten en be weringen, welke in deze kwestie de rondte doen of er mede in verband staan, en 2e. die commissie een blanco crediet te verleenen uit de gemeente kas, ten einde dit onderzoek zoo breed en grondig mogelijk te kunnen in stellen. De Voorzitter zegt, dat het Dagelljksch Bestuur in de laatste raadsvergadering had toegezegd met een voorstel te zullen komen. De heer Over deLinden vindt drie leden voldoende, doch wil den Raad vrij laten in de keuze derper- soneu. Spr. vindt het niet goed, dat het College deze aanwijst. De Voorzitter protesteert tegen de uitdrukking van den heer Over de Linden, die den indruk maakt als zou deze heer aan B. en W. partijdig heid verwijten. De heer Verstegen zou toch gaarne de motieven weten van B. en W., die tot de aanbeveling geleid hebben, want het is eene afwijking van de gewoonte, dat B. en W. thans zelf eene commissie aanwijzen. De Voorzitter zegt, dat B. en W. drie personen hebben genoemd, die naar hunne meening de beste combinatie vormen om dat onderzoek te doen. De beer Verstegen zou verder willen gaan en de commissie alles willen laten onderzoeken wat in dit verband publieke zaak is geworden. De V o o r z i 11 e r. Er is niets meer dan hetgeen in den Hilversumschen raad is beweerd. De heer Verstegen. Er is meer gebeurd M. d. Voorzitter. Dat kan ik bewijzen. Er is b.v. een brief ge schreven door den directeur der gas fabriek aan een Roomsch Katholiek blad te Hilversum, de „Gooische Post", welke brief n i e t in den Raad van Hilversum ls behandeld. De Voorzitter. Het gaat hier alleen om wat den directeur is ten laste gelegd. Verder moet men niet gaan, want dan treedt men in de rechten van de commissie voor de bedr|jveD. De heer Grunwald wil de dis cussies niet verder voortzetten. Laat de commissie, indien z|j meent, dat haar mandaat niet ver genoeg gereikt, zich wenden tot den Raad. Geef haar de meest mogelijke bevoegdheid om de zaak tot klaarheid te brengen. Die commissie zal doen wat zij goedvindt. (Geroepzeer juist I) De heer Oortg|jsen vindt het noodig wat nader op de zaak integaan. De commissie moet toch eenigszins weten hoe de Raad er over denkt. De Voorzitter. Ik heb hier ook nog het voorstel Verstegen. Hoe moeten we daarmee? De heer Verstegen. Dat heb ik ingediend, omdat op de agenda niets voorkwam omtrent deze kwestie. De Voorzitter merkt op, dat h|j in de vorige vergadering gezegd heeft dat de Raad in de eerstvol gende vergadering ervan zou hooren. Dat het niet op de agenda stond, had een reden. Spr. zou het correc ter gevonden hebben van den heer Verstegen, indien deze, ziende, dat de zaak niet aan de orde kwam, staande de vergadering z|jn voorstel had iDgediend. De heer Verstegen repliceert, en de Voorzitter merkt nog op, dat het voorstel van B. en W. er niet gekomen is, omdat dat van den heer Verstegen er was. (Geroepneen neenl De heer Verstegen trekt tenslotte z|jn voorstel in. Benoemd worden bjj eerste stem ming tot leden van de Commissie ad hoe: de heeren Biersteker met 17 en Verstegen met 18 stemmen. De heer Kr|jnen had 9 stemmen, de heer Grunwald 5, de heer Adriaanse 4, terwijl de heeren Verfaille, Van Breda, Bommel, Harjer, De Ven, Oortg|j8en en Van den Berg elk één stem haddeu, en één briefje in blanco was ingeleverd. Bij nieuwe vr|je stemming wordt de heer Kr|jnen met 11 stemi benoemd. Gevraagd of de heeren hunne be noeming aannemen, antwoorden de heeren Verstegen en Krijnen beves tigend, terw|jl de heer Biersteker, alvorens dat te doen, aandringt op onbeperkte bevoegdheid in alle aan gelegenheden, die verband houden met deze zaak. Spr. zag dit alsnog gaarne vastgesteld, opdat niet later hieruit gekrakeel ontsta. Spr. wenscht een zoo breed mogelijke opdracht geheel de vr|je hand om alles te doen wat klaarheid zal brengen. De Voorzitter zegt, dat in de eerste plaats dient te worden onder zocht of de verdachtmaking, in den Hilversumschen raad uitgesproken, waar is, en waar zij vandaan komt. Zoo ja, dan dient daar verder op te worden ingegaan, dan moet de com missie dit rapporteeren. De com missie moet niet afdalen tot allerlei futiliteiten, die bij de Commissie voor de Bedrijven thuishooren. W|j hebben te doen met een feit, en de heer Verstegen spreekt in z|jn voor stel ook van geruchten. De taak van de commissie valt mooiljk te om lijnen. De heer Biersteker: Die is niet te omlijnen, M. d. V., maar de commissie moet zoo vrij mogelijk z|jn. We hebben nog slechts met geruchten te doen, geen feiten. De Voorzitter spreekt dit gen. De heer Biersteker neemt, evenals de andere heeren, z|jne be noeming aan. Alvorens met de begrooting aan te vangen, wordt het laatste punt van de agenda, eenige benoemingen, behandeld. Ter benoeming van een onder wijzeres aan school No. 5 is de vol gende voordracht opgemaakt: 1. Mfj. E. S. Held, te Petten. 2. Mej. M. W. Treffers, te Anna Paulowna. 8. Mej. Z. Siefers, te Oost-Graft- d|jk. Benoemd wordt mejuffrouw Held met 16 stemmen. Mejuffrouw Tref fers kreeg 5 stemmen. Ter voorziening in de vacatures door periodieke aftreding van leden van het Burgerlijk Armbestuur, wor den de volgende dubbeltallen aan geboden Vacature Burgers: 1. W. H. Burgers. 2. C. Blom. Vacature Habermann: 1. F. W. A. Habermann. 2. J. Abbenes. Vacature Vinken: 1. N. J. VinkeD. 2. J. C. Dunselman. Gekozen worden de heeren Burgers, Habermann en Vinken. De heer Biersteker vraagt, evenals reeds b|j eene vroegere ge legenheid is geschied, om ook vrou wen benoembaar te stellen, en de Voorzitter zal dit verzoek aau het Armbestuur overbrengen. Nog deelt de Voorzitter mede, dat aan de totstandkoming van een gemeentelijke bank wordt gewerkt. Binnenkort zal eene vergadering worden gehouden voor een en ander, en de Voorzitter stelt voor evenals b|j eene vroegere gelegenheid, den heer De Ven als afgevaardigde te benoemen om voor de gemeente op te treden. Bij acclamatie aldus be sloten. Men is nu genaderd tot de behan deling van de begrooting. (Het vervolg van de zitting van Dinsdag, alsmede het verslag van de zittiDg van Donderdag worden in ons volgend nr. opgenomen. DE OORLOG. De algemeene toestand. De toestand aan het westei|jk front is in hoofdzaak onveranderd. Een officieel Fransch bericht over de ope raties der laatste zes weken doet zien, dat de Fransche generaal-opperbevel- hebber den toestand in Noord Frank rijk als uiterst gunstig voor de geal lieerden beschouwt, die, ondanks dat zij in de numerieke minderheid z|jn, wisten stand te houden tegen de krachtige Duitsche aanvallen. Zooals w|j reeds eenige malen hebben uiteengezet, is in dezen oor log gebleken, dat tengevolge van de moderne vuurwapenen, de verbeterde verkenningen door vliegers en de hulpmiddelen die de troepen in bun dienst kunnen stellen, de aanvallen steeds moeilijker worden. Dat bl|jkt ook uit hetgeen de Fransche generaal schrijft Hij was in staat, door den treinenloop en door bet gebruik van motorwagens steeds met groote snel heid versterkingen te voeren naar de plaats waar die noodig waren, en daardoor de pogiDgen der Duitsche troepen om de Fransch-Engelsche linie om te trekken, of haar door te breken, te beletteD. Maar aan den anderen kant is de aanvallende beweging voorde Fransch- Engelsche troepen even moeilijk als voor de tegenpartij en is het door breken van de Duitsche linie of het terugdrijven van de Duitschers uit de stellingen, die z|j tusscben Verdun de Noordzee hebben ingenomen, even moeilijk. Het succes van de Fransche troepen is dus slechts een gedeeltelijk succes; in de verdediging z|jn zij krachtig, maar hunne aan vallen slagen evenmin als die der Duitschers. Zoodat nu al weken lang, ondanks de aangewende pogingen, ondanks de groote opofferingen, die men zich van beide z|jden getroost, ondanks de reusachtige cijfers aan dooden en gewonden, de strijd niet vooruitkomt, de belde partijen de posities behouden, die z|j hadden. Van beide zijden worden nu en dan partieels successen gemeldaan vallen die worden afgeslagen, en kleine voordeelen, die behaald wer den. Maar deze hebben al dien t|jd nog □iet kunnen leiden tot een sprekend succes, tot iets wat op een beslis sende overwinning gelijkt. Geheel anders is de toestand aan de Oostgrens. Ondanks de strenge koude, die daar heerscht, wordt het gevecht daar met zeer afwisselende kansen gevoerd. Het is de moeilijkheid voor Von Hin denburg om voortdurend stand te houden tegen de overmachtige Rus sische afdeelingen, die tegen de Duit sche grens oprukken het is zjjD stra tegische kennis, die hem gelegenheid geeft nu en dan plotseling op te tre den met een plaatselijke overmacht, om den Russen een nederlaag toe to brengen. Maar dit succes, hoe groot ook somtijds, schijnt niet voldoende om den Russischen opmarsch tot staan te breDgen. Steeds komen uit het Russische millioenenr|jk nieuwo versterkingen aan, en voor deze massa's is Hindenburg genoodzaakt terug te trekken, Zoo ging het toen de Duitsche troepen oprukten naar Warschau; in het terrein, dat slechte verbin dingslijnen heeft en b|jna geen spoor den, kan h|j zich echter niet zoo snel bewegen, zijn versterkingen niet zoo snel samentrekken. En dan moet hij terugtrekken voor de oprukkende Russische legermachten. Zoo gaat het nu ook weder; volgens het Rus sische bericht z|jn de Duitsche troe pen tusschen de Weichsel en de Warta genoodzaakt geweest, na een achtdaagschen hardnekkigen strijd voor de overmacht der oprukkende Russische troepen terug te trekken. Dat is de beteekenis van de Rus sische berichten over den toestand in het Oosten. Van het oprukken der Turken naar het Suez-kanaal z|jn tot dusver slechtB belichten ontvangen uit Turksche bron. De Engelsche bladen melden niets over den toestand in Egypte en over de bewegingen der Turksche troepen. „Hbld." Da officieels legerberlchten van 24 en 25 November. Van het Westelijk oorlogstooneel komen steeds dezelfde berichten. Hier en daar een beschieting, nu bij Reims, dan b|j Verdun etc. Het resultaat is er doorgaans niet by vermeld. Van den 24sten melden nog eenigo berichten dat verschillende aanvallen door beide partijen ondernomen aan beide zijden zijn afgeslagen. Vooral in de Argonne en in do streek van Four-de-Paris, moeten de Duitsche aanvallen heftig geweest zQo. Volgens Franscho berichten werden deze af geslagen en werd door het uit voeren van tegenaanvallen terrein gewonnen. Op het Oostelijke oorlogsterrein schijnt «en groote verandering op til te z|jn. Uit Petersburg komen be richten van het wijken van de Duit schers op hét front ten N., N.O. en ten N.W. van Lodz. Dit houdt dus in dat het leger dat vanuit Thora opereerde en de Russen ovor Plozk terugsloeg, thans op z|jn beurt tot wijken gebracht wordt. Hierbij sluit de mededeeling van Duitsche zljdo aan, dat de beslissing in Polen ver daagd ls tengevolge van het optreden van versterkingen welke van War schau uit gezonden werden. Dezo clausule in het Duitsch bericht is van belang voor hen die de berich ten van de verschillende hoofdkwar tieren nauwkeurig leest. Zoo begon het bericht van den terugtocht van de Russen in Oost- Pruisen met denzelfden zin. En even zoo was het bericht gest* ld hetwelk de mededeeling bevatte vau den terug tocht der Duitschers in Polen. Het merkwaardige -feit doet zich thans echter voordat van beide zijden het bericht komt over het optreden van versterkingen. Van Russische zijde wordt melding gemaakt over het optreden van sterke troepen welke optrekken uit de richting Weljun. Dit is meer in het zuidelijke gedeelte van Polen. Verdere berichten vanuit dit gebied ontbreken tot nog toe. Wat wel uit de Russische berich ten blijkt is, dat de Duitschers veel verder in Polen doorgedrongen waren dan men tot nog toe uit de berichten had kUDnen opmaken. In Oost-Pruisen schijnen de Russen, hoewel langzaam, nog steeds vooruit te gaan. Nadere berichten van dit gevechtsterrein ontbreken echter eveneens. Van het Engelsch-Turksche ge vechtsterrein komt hot bericht dat de Turken het Suez-kanaal oereikt heb ben. Naar het schijnt maken de Tur ken daar grooter vorderingen dan voor de Engelschen wel wenschel|jk Ss. Daarentegen meldt een Engoléch bericht de bezetting van Bassora (aan den Sjat el Arab). Het aantal gewonden der Turken dat na het gevecht b|j deze rivier naar Bassora werd overgebracht bedroeg onge veer 2000. Van het Russisch-Turksche ge vechtsterrein komen Russische be richten welke melding maken van overwinningen. Volgens doze berich- blijft het Russisch leger op Er- zeroem aantrekken. Verder zouden de Turken ten Z. van Kara Kilisso verslagen z|jn en eveneens zou dit het geval z|jn geweest in Arbeidsjan (N.W. Perzié). Van Turksche z|jde zijn van doze gevechtsterreinen geen berichten ingekomen. Evenmin z|jn nadere berichten ontvangen omtrent de Turksche opmarsch langs de Zwarte-Zee kust. Hoe de toestand hier is kan dan ook niet met zekerheid gezegd worden.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1914 | | pagina 1