HELDERSCHECOURANT
GEMEENTERAAD VAN HELDER,
No. 4394
DONDERDAG 26 NOVEMBER 1914
42e JAARGANG
Stelling van DEN HELDER.
Ontspannings-avonden in de tweede helft van November.
Oooderd. 93 „Casino" Ensemble Crochettos
j DirksAdmlraal Stafmuzlek
Vrijdag 27 Marlnc-cantlne Stafmuzlek o u. ruiueiw., r^anyu., mem.,
Hax8sens, O.-oever, Parallelw.
1 „Casino" j Ensemble Crochettos j 7'/i u. Van alle korpsen 'n deel.
Zaterdag 28 i Dlrks Admiraal Lering met lichtb. dr. Mlukoma 8u. Ook voor afd. Land vak.
Maandag 80 I Erfprins Lering met lichtb. Van Dam i 8 u. Voor alle fortbewoners.
Voor de feestavonden op Donderdag en Vrijdag rijn de kaarten voor het publiek reeds vo<
meer dan de helft uitverkocht.
gehouden op Dinsdag 24 November 1914.
Voorzitter de beer W. J. van Neck,
loco-Burgemeester.
De notulen van de vorige vergade
ring worden goedgekeurd.
Ingekomen stukken en mededeellngen.
Goedkeuring van de suppletoire ko
hieren van de belasting naar het In
komen en van het Schoolgeld.
Voor kennisgeving aangeuomen.
Missive van het Bestuur van de
Tucbt-Uuie, betreffende het oprichten
van Turnhallen.
Bericht zal worden aau het Bestuur,
dat de gemeente reeds in dien geest
werkzaam is.
Missive van het Bestuur van de
Tucht-Unie, verzoekende te bewerken,
dat de onderwijzers de kinderen van
tijd tot tijd ernstig onderhouden over
het groote zedelijke en economische
belang van het vreemdelingenverkeer
voor ons land, de verplichtingen van
ons volk als gastvrije, beschaafde
natie en de houding, die vooral kin
deren tegenover vreemdelingen heb
ben aan te nemen, omdat naar het
gedrag der jeugd zoo dikwijls het volk
in zijn geheel beoordeeld wordt.
Bericht zal worden, dat de noodige
aandacht aan deze kwestie zal worden
geschonken.
Adres van de Heldersche Gemeente-
Werkliedenvereeniging over het ver-
leenen van verlofdagen.
De Voorzitter stelt voor, dit
adres te renvoyeeren naar B. en W.
om afdoening.
Do heer Bok zou het in handen
van B. en W. willen zien om advies.
De heer Verstegen kan zich
niet vereenigen met het voorstel-
B. en W. Waarom krijgen deze liedon
geen verlof?
De Voorzitter licht in, dat bij
den aanvang der mobilisatie alle ver
loven vervallen z|jn. Jaarl|jksche ver
loven zijn niet verleend.
De heer Verstegen: Maar de
werklieden, die in dienst zijn, zijn
toch vervangen door tjjdelijke krach
ten, en wat is er tegen om het ge
wone verlof te geven als de hoofden
van de takken van dienst er zich
niet tegen verzetten
De Voorzitter zegt, dat aan
do hoofden van de verschillende
takken van dienst een rondschrijven
is gericht. Niettegenstaande dit komt
de Vereeniging toch met dit verzoek.
Conform het voorstel-Bok wordt
besloten.
Nader zijn nog ingekomen de vol
gende stukken
Verzoek van mejuffrouw E. M. Ver--
faille, onderwijzeres aan school No. 1
(Koegras) om eervol ontslag met in
gang van 1 Januari 1915. Verleend.
Idem van mejuffrouw Van Eljk,
aan wie met 1 Februari eervol ont
slag wordt verleend.
Schrijven van den Commissaris dei-
Koningin, mededeelende, dat het ver
lof aan den Burgemeester nogmaals
met eene maand is verlengd.
Dankbetuiging van eenige arabte-
ncren ter Secretarie voor de hun toe
gekende salaris-verhooging.
Verzoek van den heer F. H. de Goe|j
om ontheffing van de bouwverorde
ning.
Idem van de N.V. „Heldersche Uit
gevers-Maatschappij" om verandering
te mogen brengen in de prijzen van
het drukken der Raadsvergaderingen.
Beide verzoekschriften in handen
l van B. en W. om advies.
Nog is ingekomen een schrijven
van het Departement Helder der
Maatschappij tot Nut van 't Algemeen
mededeelende, dat het R|jk voor 1916
geen subsidie geeft voor de op te
richten vakschool voor meisjes, waar
door deze post van de begrooting
wordt afgevoerd.
Waterleiding.
Advies op het verzoek van J. J.
Snel, machinist der Waterleiding, om
eene belooning voor buitengewone
diensten.
B. en W. meenen, gehoord het
advies van de Commissie voor Gas
fabriek en Waterleiding, dat het ver
zoek niet behoort te worden inge
willigd, aangezien is gebleken, dat
door adressant geen andere diensten
z|jn gepraesteerd dan overwerk, waar
voor hij ook extra betaling heeft ge
noten.
De heer Verstegen vraagt in
lichtingen over dit advies. Er is thans
een afwijzend advies van den directeur
der waterleiding. Is b|j eene vorige
gelegenheid met Bennink ook afwij
zend beschikt?
De Voorzitter licht in, dat het
toen betrof een voorstel van de Com
missie voor de bedrijven.
De heer Verstegen meent,dat
de Raad consequent moet blijven en,
waar hij b|j vorige gelegenheid trots
het overwerk toch een douceurtje
uitkeerde, dit thans ook behoort te
doen.
Het voorstel wordt aangehouden.
Stormschade.
Voorstel tot het verleenen van te
gemoetkoming in de stormschade,
geleden door K. Dop.
Hoewel de gemeente wettelijk niet
verplicht is de schade geheel of ge
deeltelijk te vergoeden, komt het B.
en W. bill|jk voor, dat aan adressant
eenige tegemoetkoming in de schade
wordt verleend. B. en W. stellen
voor deze op de helft van het bedrag
a f27.214, z|jnde f 18.60, te bepalen.
Bij acclamatie aldus besloten.
Onbewoonbaarverklaring.
Voorstel tot verlenging van den
termijn van onbewoonbaarverklaring
van de woningen Oude Kerkstraat
nos. 5 en 9.
De heer Verstegen vraagt, of
de Voorzitter die woningen gezien
heeft en protesteert er tegen, dat de
eigenaar van de onbewoonbaar ver
klaarde huizen nu 6 maanden lang
geen huur zal krijgen.
De Voorzitter zegt, dat met
geen mogelijkheid de lieden op an
dere w|jze onder dak z|jn te brengen,
en dat ten opzichte van den eigenaar
het armbestuur zal moeten bijsprin
gen.
De heer Van Breda vestigt er
de aandacht op, dat het huis in de
Wachtstraat, waarin ze nu worden
ondergebracht, al niet veel beter is
dan de ontruimde woning en vraagt
of dat huis steeds een toevluchtsoord
blijft voor dergelijke menschen?
Het voorstel wordt tenslotte goed
gekeurd.
Kermis.
Advies op het adres van verschil
lende vereenigingen, verzoekende af
schaffing van de kermis. Later is nog
ingekomen een adres van het Hoofd
bestuur van Kermis-vakgenooten, om
niet tot afschaffing te besluiten.
Door de volgende vereenigingen
wordt gevraagd tot afschaffing der
kermis over te gaan
Afdeeling Helder Alg. Ned. Geh.
Onth. Bond.
Idem Ger. Ver. v. Drankbestrijding.
Idem Ned. Chr. Geh. Onth. Bond.
Idem Ned. Ver. tot afschaffing van
alcoholh. dr.
Idem Rein Leven-beweging.
Chr. Jongelingsvereen. Spr. 9 10a.
Heldersche Loge der Theosofische
Vereeniging.
Kerkeraad der Gereformeerde Ge
meente.
Vereeniging tot verbreiding der
waarheid.
Adressanten betreuren het, dat nog
telken jare in deze gemeente een
kermis wordt gehouden, waar de
kermis tegenover een klein materieel
voordeel voor de gemeentekas, groote
materieele en zedelijk*, nadeelen met
zich brengt voor de geraeentenaren.
De kermis kan, naar de meening van
adressanten, niet meer beschouwd
worden in een werkelijk bestaande
behoefte te voorzien, integendeel,
voor velen is zij reeds een volkomen
overbodige instelling, welke alleen
uit overlevering zich nog weet te
handhaven.
In een begeleidend schrijven wordt
verzocht het verzoekschrift nog vóór
de vaststelling van de begrooting te
willen behandelen.
In hun advies herinneren B.enW. er
aan, dat het z.g. „klein mateHeel voor
deel", waarvan in het adres sprake is,
betreft een post marktgelden, die in
1910 nog f 7628.27bedroeg en in 1915
nog op f5500.— wordt begroot. Hier
tegenover staat eene uitgaaf, die in
de laatste jaren beneden het daarvoor
geraamd bedrag van f300.— is ge
bleven.
Het voordeel is dus niet zoo gering
en bij afschaffing der kermis zal de
plaatselijke directe belasting terstond
met minstens f5000.- verhoogd
moeten worden. Dit nu moeten B.
en W. in de tegenwoordige drukkende
tijdsomstandigheden, enkel en alleen
om aan den wensch van adressanten
te voldoen, ten sterkste ontraden,
zoodat B. en W. adviseeren afwijzend
op dit verzoek te beschikken.
Hierbij z|jn ingekomen een tweetal
adressen van tegenovergestelde strek
king, dan het verzoekschrift om af
schaffing van de kermis. Het Hoofd
bestuur van de Nederlandsche Ver
eeniging van Kermis-vakgenooten
verzoekt de kermis te handhaven.
Het grondt dat verzoek op de over
weging, dat afschaffing der kermis
enorme schade zou beteekenen.
In eene memorie van toelichting
zegt adressant, reeds bij voorbaat te
weten welke motieven ineventueele
adressen vóór afschaffing der kermis
zullen worden aangevoerd, namelijk
„dronkenschap" en „zedeloosheid".
Doch de oorzaak van de buitensporig
heden tijdens de kermis is te zoeken
in overmatig gebruik van sterken
drank, en afschaffing der kermis zal
niet de oorzaken tot misbruik van
sterken drank wegnemen.
In den loop der jaren, aldus gaat
het adres voort, is de kermisviering
netter, minder bandeloos geworden,
zoodat de meening ingang heeft ge
vonden, dat de kermis achteruitgaat.
De reden is vermindering van drank
gebruik, toename van geheel onthou
ding, verscbljnseleD, die onze veree
niging van harte toejuicht.
Eene verordening, die het gebruik
van alcoholhoudende dranken b|j open
bare volksfeesten, zooals b.v. in som
mige gemeenten op lotingsdagen e.a.,
verbood, zou onze volle instemming
hebben.
Dat door afschaffing der kermis
het zedelijk peil der bevolking niet
r|jst, leert een onderzoek op die
plaatsen, waar de afschaffing een
feit is.
Tenslotte geldt nog een ander
motief, n.1. de hoop om door een
beter Jaar 1915 de in 1Ö14 tengevolge
der plotseling Ingevallen mobilisatie
de aftasting van vele kermissen
schado te kunnen herstellen.
Het andere nog ingekomen verzoek
schrift is van een aantal inwoners
dezer gemeente. Z|j voeren voor hun
verzoek om de kermis te mogen-be
houden, do volgende motieven aan:
Door het verdwijnen der kermis
zou de gemeentekas een belangrijke
som aan pachtgeld derven, hetgeen
ontegenzeggelijk de betasting der in
gezetenen wederom zoude bezwaren.
Evenzoo zou dit zeer ten nadeele
komen van velerlei neringdoenden,
zoomede particulieren, die een groot
getal artisten huisvesten, en vele
losse werklieden en stalhouders, die
zich in den regel belasten met het
opbouwen en afbreken van groole
inrichtingen en het vervoer daarvan,
en die dan een aardig dagloon zouden
missen. Evenzoo zullen vele inwoners
groot en klein, hun jaarlljksch aan
trekkelijk amusement van stoom-
caroussel, kinderdraaimolen en andere
onschuldige vermaken missen, waar
van toch wel eens in het jaar, in
een afgelegen gemeente als deze, raag
worden genoten, op een kermis, zoo
ordelijk, vreedzaam, gezellig als dit
laatste jaren boven vele andere
gemeenten in ons land toegaat.
Tegen deze motieven kunnen h.i.
onmogelijk opwegen argumenten als:
zooveel meer drankgebruik in kermis
tijd dan in gewone tijden in een ge
meente als deze, waar zoovele onge
huwde militairen van land- en zee
macht op de kermis hun geld be
steden aan bovengenoemde vermake
lijkheden, wat zij in andere tijden
aan sterken drank zouden offeren, en
evenmin kunnen daartegen opwegen
klachten over orde verstoringen en
vechtpartijen of onzedelijkheid, die
de laatste jaren gedurende de kermis
niet, althans zeer weinig, voorkomen,
en toch ook, en dikwijls niet minder
in tijden buiten de kermis, plaats
hebben; want niet tegen te spreken
is het feit, dat op'de kermis burgers
en militairen dooreen zeer vreedzaam,
vriendschappelijk en gezellig kunnen
feestvieren, en adressanten zjjn ervan
overtuigd, dat zeer vele gematigde
militairen in hoogeren en lageren
rang van zee- en landmacht de
kermis niet gaarne zouden willen
missen.
Tenslotte zijn ook geen geldende
redenen aan te voeren voor afschaffing
van de kermis op Zondag, zooals
adressanten nader aantoonen.
De heer Adriaanse w|jst op
het sober gestelde en eenvoudige
adres, met de zeer juiste beschouwing,
dat de kermis niet meer is wat ze
vroeger was. Het adres, zeer sober
gesteld, heeft spr.'a volle sympathie.
Als er geen tegen-adres gekomen
was, zou men kunnen volstaan met
op de sobere argumentatie in dit
adres te w|jzen. Nu er echter een
tegen-adres is gekomen, dienen wij
de argumenten daarin onder de oogen
te zien. De argumentatie is zóó on
zinnig, dat het spr. verwondert hoe
menschen onder een dergelijk adres
hunne handteekening kunnen zetten.
Spr. ontleedt eenige van die argu
menten. Thans komt voor publieke
vermakelijkheden een bedrag van
f4000.- op de begrooting, terwijl
die eenige jaren terug f1000.- be
droeg. Men kan dus te dezer plaatse
te kust en te keur terecht. Voor tal
van neringdoenden is de kennis een
groote schadepost. Van het geld, dat
aan de neringdoenden toekomt, maakt
men in de kermisweek goede sier.
Wat orde-verstoringen betreft, ze
erkennen dus zelve, dat die voor
komen. De zedelijkheidspr. zal er
niet te veel van zeggen, want hij
weet van tevoren het resultaat.
Resumeerende, hoopt spr., dat er
eenmaal een tijd zal komen, dat de
Raad zal inzien, dat de kermis niet
meer in dezen tijd thuishoort, dat
z|j een onzinnig vermaak is.
De heer Verstegen zal vóór
het advies van B. en W. stemmen,
Spr. zal dit met een enkel woord
motiveeren, echter niet aan de hand
van de voorstanders, die een be
spottelijk adres de wereld in hebben
gestuurd. Het adres is bijna geheel
van vereenigingen, die op het gebied
van geheel-onthouding werkzaam z|jn.
Men adresseert tegen de kermis, doch
men bedoelt tegen het drankgebruik
te ageeren. Wil men trachten de
volksfeesten meer te veredelen, dan
is spr. daar voor, maar men moet
zich richten tot de oorzaken, die de
kermis tot iets banaals maken. Tegen
het bezoeken van kramen, het eten
van poffertjes e.d. is toch wel niets
in te brengen.
Besloten wordt de kermis te band-
iven. Tegen stemmen de heeren
Adriaanse en Terra.
Tljdalijke geldleenlng.
Voorstel tot het aangaan eener
t|jdel|jke geldleening ad f800.000.-.
Met algemeene stemmen aange
nomen.
Subsidis.
Advies op het verzoek van de Afd.
Helder van het Centraal Genootschap
voor Kinderherstellings- en Vacantie-
kolonies om subsidie.
De afdeeling Helder van het Cen
traal Genootschap voor Kinderher
stellings- en Vacantie-kolonies vraagt
voor 1916 een subsidie van f200.-.
Een uitvoerige memorie van toelich
ting vergezelt het verzoek.
B. en W. brengen hulde aan het
streven der vereeniging, doch kunnen
onder de tegenwoordige omstandig
heden niet anders doen dan advisee
ren afwijzend op het verzoek te be
schikken.
De heer Biersteker kan zich
niet vereenigen met dit advies. De
tijdsomstandigheden" kunnen voor
een dergelijke kleine subsidie voor
een zoo nuttig doel geen motief z|jn.
Spr. zal tegenstemmen en hoopt, dat
meerderen dat zullen doen.
De heer Over de Linden zal
ook tegenstemmen.
De heer D e V e n gelooft niet, dat
op 't oogenblik de nood zoo hoog is
b|j de afdeeling, dat directe hulp
noodig is. Z|j hebben op het oogen
blik een vr|j goede kas.
De Voorzitter voelt veel voor
dergelijke kolonies, maar betwijfelt
of het hier nu wel zoo noodig is.
De lucht hier is zeer gezond en we
hebben de onmiddel(jke nabijheid van
de zee.
De heer Verstegen. Ik verbaas
m|j, dat, waar alle hulde gebracht
wordt aan het streven der vereeni
ging, tegelijkertijd gezegd wordt, dat
eenige subsidie niet noodig is.
dat zoo was, hadden we die heeie
vereeniging niet noodig. Juist bet
feit, dat er kinderen zijn, die andere
dan zeelucht noodig hebben, jp oor
zaak van het verzoek. Men zou zoo
graag meerder kinderen dan tot dus
ver geschieden kon uitzenden.
De heer D e V e n. Er is nog eene
vereeniging die kinderen uitzendt,
en daarvan wordt nog te weinig
bruik gemaakt. De vereeniging „Het
Witte Kruis" n.1. Zóó weiuig gebruik
wordt ervan gemaakt, dat de ver-
eeuiging niet eens het geld heeft
verbruikt, dat er voor disponibel is.
Zeelucht, ja, die krijgen ze hier wel,
de kinderen, maar er moet nog wat
b|j, ze moeten ook behoorlijk voedsel
hebben.
De heer Dr. van den Berg
voelt zich niet gerechtigd vóór de
subsidie te stemmen.Was het een
bestaande subsidie, dan ware het wat
anders, maar het is hier eene nieuwe,
het is wel een klein bedrag, maar
straks komen andere vereenigingen
ook mot kleine bedragen, en veel
kleintjes maken één groote.
Het voorstel van B. en W. wordt
verworpen. Tegen stemmen de heeren
Bommel, Krijnen, Hartsinck, Grun-
wald, Harjer, Verstegen, Boon, Van
Breda, Over de Linden, Biersteker,
Oortg|jsen en Van der Ploeg.
Er ontstaat thans eenige discussie
over de vraag of nu hiermee de
f200.— toegestaan is. De heer Bier
steker meent van wel, de heer De
Ven, die het absoluut niet noodig
vindt, stelt voor f100.- te geven,
en op voorstel van den heer Bierste
ker wordt de beslissing aangehouden
om eerst eens te onderzoeken in
hoever de heer De Ven gelijk heeft.
Verordening.
Voorstel tot wijziging van de ver
ordening op het keuren van slacht
vee en vleesch.
Met algemeene stemmen goedge
keurd.
Onderwijs.
Advies inzake het verzoek tot stich
ting van een school aan de Doggers
vaart.
Sedert het advies van het D. B.
z|jn er nieuwe argumenten vóór en
tegen gekomen en aangezien er toch,
ook bij verwerpen van het advies
van het D. B., vau de stichting van
eene school voorloopig niets komen
zou, wordt het punt van de agenda
afgevoerd.
Telefoon.
Voorstel betreffende het gebruik van
telefoonpalen langs den Polderweg.
De N.V. Alkmaarsche Telefoon- en
Beslelgoederendienst verzoekt ge
bruik te mogon maken van de palen
der electrische geleiding van de ge-
meente-waterleiding, tot het daaraan
bevestigen van draden voor gewone
telefonische aansluitingen*tegen eene
vergoeding van 6 cent per enkele
draad.
B. en W. stellen voor de gevraagde
vergunning te verleenen wanneer
adressante eene jaarlijksche recognitie
van f 1.— .betaalt.
Op verzoek van den heer Bier
steker wordt in de bepaling vastge
steld, dat het tarief voor bewoners
van den Polderweg niet zal worden
verhoogd.
Conform besloten.
Bewaarscholen.
Voorstel tot het verleenen van Bub-
sidie ten behoeve van enkele bewaar
scholen.
B. en W. stellen voor voor 1915
de volgende subsidie te verleenen:
Aan het Departement Helder der
Maatschappij tot Nut van 't Algemeen,
voor de Bewaarschool aan de Laan
f171.—, voor die aan de Vischmarkt
f 186.—, aan de Vereeniging voor
Voorbereidend onderwijs „Jacbin"
f109.-, aan het R.K. Kerkbestuur
van de H.H. Petrus en Paulus f 121.
Bij acclamatie aldus besloten.
Verkavallng.
Advies op het adres van P. de
Beurs, inzake verkaveling van een
stuk grond.
B. en W. stellen voor het verzoek
van adressant onder bepaalde voor
waarden toetestaan.
B|j acclamatie aldus besloten.
Voorschot Woningbouw.
Voorstel tot het verleenen van
een voorschot ad f 256.000.— aan
de vereeniging voor volkshuisvesting
„Helder" voor den bouw van 182
woningen.
De bouwplannen dezer vereeniging
z|jn, op grond van van boogerhand
gerezen bedenkingen, gewijzigd en in
overeenstemming gebracht met de
gegeven adviezen. B. en W. stellen
thans voor, gezien den woniDgnood
die nu reeds bestaat, maar die zich
straks nog meer zal laten gelden,
wanneer werklieden van 's R|jks werf
te Amsterdam naar hier worden
overgeplaatst, het gevraagde voor
schot te verleenen tot een maximum
van f 255.000.- onder bepaalde voor
waarden.
De heer G r u n w a 1 d vraagt of
het wel noodig is, dat er hypotheek
genomen wordt op die woningen.
De statuten vermelden uitdrukkelijk,
dat geen vervreemding mogelijk is
en de kosten van de acte etc. worden
ongeveer f 1000.— hooger.
De Voorzitter licht in, dat de
heer Grunwald niet geheel juist is.
Er werden bepalingen gemaakt, waar
door het voor de gemeente noodig
is hypothecair verband te houden
op de perceeloD.
Als de heer Grunwald aan
dringt op een nader onderzoek
er z|jn gemeenten die deze clausule
van hypothecair verband niet maken
zegt de Voorzitter, dat bet
niet wenschelijk is de zaak nog Hit
testellen, daar de bouw urgent is en
de zaak geheel gereed. Als nu toe
stemming gegeven wordt door den
Raad om het voorschot te verleenen,
zal zeer waarschijnlijk de annuiteits-
rente aanzienlijk worden verminderd.
Daardoor wordt de exploitatie-reke
ning minder en kunnen de huren
ook verlaagd worden.
Met algemeene stemmen wordt het
voorschot hierna verleend.
Thans komt in behandeling
Zaak-Rijkes.
Voorstel van B. en W. om, naar
aanleiding van de verdachtmakingen,
uitgesproken, in de openbare zittingen
van den Gemeenteraad te Hilversum,
ten opzichte van den Directeur onzer
Gasfabriek, den heer S. Rijkes, een
commissie te benoemen van 3 leden,
die daaromtrent een onderzoek in
stellen en van hare bevindingen rap
port aan den Raad uitbrengen zal.
B. en W. geven in overweging, in
deze commissie te benoemen de hee
ren Biersteker, Krijnen en Verstegen,
die het recht zullen hebben zich door
een deskundige te doen bijstaan en
aan wie voor eventueele bosten een
blanco crediet zal worden toegestaan.
Tegelijkertijd hiermede is inge
komen
Missive van het Raadslid A. G. A.
Verstegen om, naar aanleiding van
de woorden, door den Voorzitter van
den Raad in de vergadering van 5
November 1914 gesproken met be
trekking tot de benoeming van den
Directeur der Gasfabriek alhier te
Hilversum en diens bedanken voor
die benoeming, tevens naar aanlei
ding van hetgeen omtrent deze aan
gelegenheid nader is bekend gewor
den, een commissie te benoemen
van 5 personen uit den Raad, die tot
taak zal hebben een onderzoek in te
stellen naar alle geruchten en be
weringen, welke in deze kwestie de
rondte doen of er mede in verband
staan, en 2e. die commissie een blanco
crediet te verleenen uit de gemeente
kas, ten einde dit onderzoek zoo breed
en grondig mogelijk te kunnen in
stellen.
De Voorzitter zegt, dat het
Dagelljksch Bestuur in de laatste
raadsvergadering had toegezegd met
een voorstel te zullen komen.
De heer Over deLinden vindt
drie leden voldoende, doch wil den
Raad vrij laten in de keuze derper-
soneu. Spr. vindt het niet goed, dat
het College deze aanwijst.
De Voorzitter protesteert tegen
de uitdrukking van den heer Over
de Linden, die den indruk maakt als
zou deze heer aan B. en W. partijdig
heid verwijten.
De heer Verstegen zou toch
gaarne de motieven weten van B.
en W., die tot de aanbeveling geleid
hebben, want het is eene afwijking
van de gewoonte, dat B. en W. thans
zelf eene commissie aanwijzen.
De Voorzitter zegt, dat B. en
W. drie personen hebben genoemd,
die naar hunne meening de beste
combinatie vormen om dat onderzoek
te doen.
De beer Verstegen zou verder
willen gaan en de commissie alles
willen laten onderzoeken wat in dit
verband publieke zaak is geworden.
De V o o r z i 11 e r. Er is niets meer
dan hetgeen in den Hilversumschen
raad is beweerd.
De heer Verstegen. Er is meer
gebeurd M. d. Voorzitter. Dat kan ik
bewijzen. Er is b.v. een brief ge
schreven door den directeur der gas
fabriek aan een Roomsch Katholiek
blad te Hilversum, de „Gooische
Post", welke brief n i e t in den Raad
van Hilversum ls behandeld.
De Voorzitter. Het gaat hier
alleen om wat den directeur is ten
laste gelegd. Verder moet men niet
gaan, want dan treedt men in de
rechten van de commissie voor de
bedr|jveD.
De heer Grunwald wil de dis
cussies niet verder voortzetten. Laat
de commissie, indien z|j meent, dat
haar mandaat niet ver genoeg gereikt,
zich wenden tot den Raad. Geef haar
de meest mogelijke bevoegdheid om
de zaak tot klaarheid te brengen. Die
commissie zal doen wat zij goedvindt.
(Geroepzeer juist I)
De heer Oortg|jsen vindt het
noodig wat nader op de zaak integaan.
De commissie moet toch eenigszins
weten hoe de Raad er over denkt.
De Voorzitter. Ik heb hier
ook nog het voorstel Verstegen. Hoe
moeten we daarmee?
De heer Verstegen. Dat heb
ik ingediend, omdat op de agenda
niets voorkwam omtrent deze kwestie.
De Voorzitter merkt op, dat
h|j in de vorige vergadering gezegd
heeft dat de Raad in de eerstvol
gende vergadering ervan zou hooren.
Dat het niet op de agenda stond,
had een reden. Spr. zou het correc
ter gevonden hebben van den heer
Verstegen, indien deze, ziende, dat
de zaak niet aan de orde kwam,
staande de vergadering z|jn voorstel
had iDgediend.
De heer Verstegen repliceert,
en de Voorzitter merkt nog op,
dat het voorstel van B. en W. er
niet gekomen is, omdat dat van den
heer Verstegen er was. (Geroepneen
neenl
De heer Verstegen trekt tenslotte
z|jn voorstel in.
Benoemd worden bjj eerste stem
ming tot leden van de Commissie
ad hoe: de heeren Biersteker met
17 en Verstegen met 18 stemmen.
De heer Kr|jnen had 9 stemmen, de
heer Grunwald 5, de heer Adriaanse
4, terwijl de heeren Verfaille, Van
Breda, Bommel, Harjer, De Ven,
Oortg|j8en en Van den Berg elk één
stem haddeu, en één briefje in blanco
was ingeleverd.
Bij nieuwe vr|je stemming wordt
de heer Kr|jnen met 11 stemi
benoemd.
Gevraagd of de heeren hunne be
noeming aannemen, antwoorden de
heeren Verstegen en Krijnen beves
tigend, terw|jl de heer Biersteker,
alvorens dat te doen, aandringt op
onbeperkte bevoegdheid in alle aan
gelegenheden, die verband houden
met deze zaak. Spr. zag dit alsnog
gaarne vastgesteld, opdat niet later
hieruit gekrakeel ontsta. Spr. wenscht
een zoo breed mogelijke opdracht
geheel de vr|je hand om alles te
doen wat klaarheid zal brengen.
De Voorzitter zegt, dat in de
eerste plaats dient te worden onder
zocht of de verdachtmaking, in den
Hilversumschen raad uitgesproken,
waar is, en waar zij vandaan komt.
Zoo ja, dan dient daar verder op te
worden ingegaan, dan moet de com
missie dit rapporteeren. De com
missie moet niet afdalen tot allerlei
futiliteiten, die bij de Commissie
voor de Bedrijven thuishooren. W|j
hebben te doen met een feit, en de
heer Verstegen spreekt in z|jn voor
stel ook van geruchten. De taak van
de commissie valt mooiljk te om
lijnen.
De heer Biersteker: Die is
niet te omlijnen, M. d. V., maar de
commissie moet zoo vrij mogelijk
z|jn. We hebben nog slechts met
geruchten te doen, geen feiten.
De Voorzitter spreekt dit
gen.
De heer Biersteker neemt,
evenals de andere heeren, z|jne be
noeming aan.
Alvorens met de begrooting aan
te vangen, wordt het laatste punt
van de agenda, eenige benoemingen,
behandeld.
Ter benoeming van een onder
wijzeres aan school No. 5 is de vol
gende voordracht opgemaakt:
1. Mfj. E. S. Held, te Petten.
2. Mej. M. W. Treffers, te Anna
Paulowna.
8. Mej. Z. Siefers, te Oost-Graft-
d|jk.
Benoemd wordt mejuffrouw Held
met 16 stemmen. Mejuffrouw Tref
fers kreeg 5 stemmen.
Ter voorziening in de vacatures
door periodieke aftreding van leden
van het Burgerlijk Armbestuur, wor
den de volgende dubbeltallen aan
geboden
Vacature Burgers:
1. W. H. Burgers.
2. C. Blom.
Vacature Habermann:
1. F. W. A. Habermann.
2. J. Abbenes.
Vacature Vinken:
1. N. J. VinkeD.
2. J. C. Dunselman.
Gekozen worden de heeren Burgers,
Habermann en Vinken.
De heer Biersteker vraagt,
evenals reeds b|j eene vroegere ge
legenheid is geschied, om ook vrou
wen benoembaar te stellen, en de
Voorzitter zal dit verzoek aau
het Armbestuur overbrengen.
Nog deelt de Voorzitter mede,
dat aan de totstandkoming van een
gemeentelijke bank wordt gewerkt.
Binnenkort zal eene vergadering
worden gehouden voor een en ander,
en de Voorzitter stelt voor evenals
b|j eene vroegere gelegenheid, den
heer De Ven als afgevaardigde te
benoemen om voor de gemeente op
te treden. Bij acclamatie aldus be
sloten.
Men is nu genaderd tot de behan
deling van de begrooting.
(Het vervolg van de zitting van
Dinsdag, alsmede het verslag van de
zittiDg van Donderdag worden in ons
volgend nr. opgenomen.
DE OORLOG.
De algemeene toestand.
De toestand aan het westei|jk front
is in hoofdzaak onveranderd. Een
officieel Fransch bericht over de ope
raties der laatste zes weken doet zien,
dat de Fransche generaal-opperbevel-
hebber den toestand in Noord Frank
rijk als uiterst gunstig voor de geal
lieerden beschouwt, die, ondanks dat
zij in de numerieke minderheid z|jn,
wisten stand te houden tegen de
krachtige Duitsche aanvallen.
Zooals w|j reeds eenige malen
hebben uiteengezet, is in dezen oor
log gebleken, dat tengevolge van de
moderne vuurwapenen, de verbeterde
verkenningen door vliegers en de
hulpmiddelen die de troepen in bun
dienst kunnen stellen, de aanvallen
steeds moeilijker worden. Dat bl|jkt
ook uit hetgeen de Fransche generaal
schrijft Hij was in staat, door den
treinenloop en door bet gebruik van
motorwagens steeds met groote snel
heid versterkingen te voeren naar
de plaats waar die noodig waren, en
daardoor de pogiDgen der Duitsche
troepen om de Fransch-Engelsche linie
om te trekken, of haar door te breken,
te beletteD.
Maar aan den anderen kant is de
aanvallende beweging voorde Fransch-
Engelsche troepen even moeilijk als
voor de tegenpartij en is het door
breken van de Duitsche linie of het
terugdrijven van de Duitschers uit
de stellingen, die z|j tusscben Verdun
de Noordzee hebben ingenomen,
even moeilijk. Het succes van de
Fransche troepen is dus slechts een
gedeeltelijk succes; in de verdediging
z|jn zij krachtig, maar hunne aan
vallen slagen evenmin als die der
Duitschers. Zoodat nu al weken lang,
ondanks de aangewende pogingen,
ondanks de groote opofferingen, die
men zich van beide z|jden getroost,
ondanks de reusachtige cijfers aan
dooden en gewonden, de strijd niet
vooruitkomt, de belde partijen de
posities behouden, die z|j hadden.
Van beide zijden worden nu en
dan partieels successen gemeldaan
vallen die worden afgeslagen, en
kleine voordeelen, die behaald wer
den.
Maar deze hebben al dien t|jd nog
□iet kunnen leiden tot een sprekend
succes, tot iets wat op een beslis
sende overwinning gelijkt.
Geheel anders is de toestand aan
de Oostgrens.
Ondanks de strenge koude, die daar
heerscht, wordt het gevecht daar met
zeer afwisselende kansen gevoerd.
Het is de moeilijkheid voor Von Hin
denburg om voortdurend stand te
houden tegen de overmachtige Rus
sische afdeelingen, die tegen de Duit
sche grens oprukken het is zjjD stra
tegische kennis, die hem gelegenheid
geeft nu en dan plotseling op te tre
den met een plaatselijke overmacht,
om den Russen een nederlaag toe to
brengen. Maar dit succes, hoe groot
ook somtijds, schijnt niet voldoende
om den Russischen opmarsch tot
staan te breDgen. Steeds komen uit
het Russische millioenenr|jk nieuwo
versterkingen aan, en voor deze
massa's is Hindenburg genoodzaakt
terug te trekken,
Zoo ging het toen de Duitsche
troepen oprukten naar Warschau;
in het terrein, dat slechte verbin
dingslijnen heeft en b|jna geen spoor
den, kan h|j zich echter niet zoo
snel bewegen, zijn versterkingen niet
zoo snel samentrekken. En dan moet
hij terugtrekken voor de oprukkende
Russische legermachten. Zoo gaat
het nu ook weder; volgens het Rus
sische bericht z|jn de Duitsche troe
pen tusschen de Weichsel en de
Warta genoodzaakt geweest, na een
achtdaagschen hardnekkigen strijd
voor de overmacht der oprukkende
Russische troepen terug te trekken.
Dat is de beteekenis van de Rus
sische berichten over den toestand
in het Oosten.
Van het oprukken der Turken naar
het Suez-kanaal z|jn tot dusver slechtB
belichten ontvangen uit Turksche
bron. De Engelsche bladen melden
niets over den toestand in Egypte
en over de bewegingen der Turksche
troepen. „Hbld."
Da officieels legerberlchten van
24 en 25 November.
Van het Westelijk oorlogstooneel
komen steeds dezelfde berichten. Hier
en daar een beschieting, nu bij Reims,
dan b|j Verdun etc. Het resultaat is
er doorgaans niet by vermeld.
Van den 24sten melden nog eenigo
berichten dat verschillende aanvallen
door beide partijen ondernomen aan
beide zijden zijn afgeslagen. Vooral
in de Argonne en in do streek van
Four-de-Paris, moeten de Duitsche
aanvallen heftig geweest zQo. Volgens
Franscho berichten werden deze af
geslagen en werd door het uit voeren
van tegenaanvallen terrein gewonnen.
Op het Oostelijke oorlogsterrein
schijnt «en groote verandering op til
te z|jn. Uit Petersburg komen be
richten van het wijken van de Duit
schers op hét front ten N., N.O. en
ten N.W. van Lodz. Dit houdt dus
in dat het leger dat vanuit Thora
opereerde en de Russen ovor Plozk
terugsloeg, thans op z|jn beurt tot
wijken gebracht wordt. Hierbij sluit
de mededeeling van Duitsche zljdo
aan, dat de beslissing in Polen ver
daagd ls tengevolge van het optreden
van versterkingen welke van War
schau uit gezonden werden. Dezo
clausule in het Duitsch bericht is
van belang voor hen die de berich
ten van de verschillende hoofdkwar
tieren nauwkeurig leest.
Zoo begon het bericht van den
terugtocht van de Russen in Oost-
Pruisen met denzelfden zin. En even
zoo was het bericht gest* ld hetwelk
de mededeeling bevatte vau den terug
tocht der Duitschers in Polen.
Het merkwaardige -feit doet zich
thans echter voordat van beide zijden
het bericht komt over het optreden
van versterkingen. Van Russische
zijde wordt melding gemaakt over
het optreden van sterke troepen welke
optrekken uit de richting Weljun.
Dit is meer in het zuidelijke gedeelte
van Polen. Verdere berichten vanuit
dit gebied ontbreken tot nog toe.
Wat wel uit de Russische berich
ten blijkt is, dat de Duitschers veel
verder in Polen doorgedrongen waren
dan men tot nog toe uit de berichten
had kUDnen opmaken.
In Oost-Pruisen schijnen de Russen,
hoewel langzaam, nog steeds vooruit
te gaan. Nadere berichten van
dit gevechtsterrein ontbreken echter
eveneens.
Van het Engelsch-Turksche ge
vechtsterrein komt hot bericht dat de
Turken het Suez-kanaal oereikt heb
ben. Naar het schijnt maken de Tur
ken daar grooter vorderingen dan
voor de Engelschen wel wenschel|jk Ss.
Daarentegen meldt een Engoléch
bericht de bezetting van Bassora
(aan den Sjat el Arab). Het aantal
gewonden der Turken dat na het
gevecht b|j deze rivier naar Bassora
werd overgebracht bedroeg onge
veer 2000.
Van het Russisch-Turksche ge
vechtsterrein komen Russische be
richten welke melding maken van
overwinningen. Volgens doze berich-
blijft het Russisch leger op Er-
zeroem aantrekken. Verder zouden
de Turken ten Z. van Kara Kilisso
verslagen z|jn en eveneens zou dit
het geval z|jn geweest in Arbeidsjan
(N.W. Perzié). Van Turksche z|jde
zijn van doze gevechtsterreinen geen
berichten ingekomen. Evenmin z|jn
nadere berichten ontvangen omtrent
de Turksche opmarsch langs de
Zwarte-Zee kust. Hoe de toestand
hier is kan dan ook niet met zekerheid
gezegd worden.