HELDERSCHE COURANT No. 4412 ZATERDAG 9 JANUARI 1915 43e JAARGANG Stelling van DEN HELDER. Ontspannings-avonden in de eerste helft van Januari 1915. Aatardag 9 Mnrlne-cant Dinsdag 12 Wooaliuls u Lezing Slumphius Lezing met voordr. e LIJST vart ingekomen en vertrokken personen. INGEKOMEN. Naam: Beroep: Woonplaats: Van: Gel.: J."Wi|n,2eluit,d.Art..1Bre6waterstr.28,Breda. N.H. W.L.Rudolph, bookw.,J.in'tVeldstr.38,Arnli. II.Brink,arb..Actitor Binnonh.27,Groningen. R.C. U roll'-, sei'!.'.•tori»miZuidstiv-AAMam. N.ll H. W.J,Maas,mael].K.M., Stat.w.1, Schiedam. J.Tietema,leerl.macli.H.[J.S.,Grav.etr.l.Sloten., Wed.A.den"- W.A.Col;|n, Wod.~A.den Baas, z.i)Sluisdjjkstr.77, r'iiarn. r'.C. A.ColUn, timm., KlaasDuitstr. 13, A'dam. D.G. P.Palmlrocfe, w. r, v! ar.,Mol'enstr.l82,Hiliegersberg.R.c! ,n Beers-Vereschlldt, z. b., Jonkerstraat 61, Arnhem. J.Dullor, olectrlcibn, Zuidstr.üG,Amsterdam. W.Cornloljo,werkman,leVroonstr.86,R"dam. üer. A. BUI, melkventer, 2oVroonstr.80b, id. N.H. A. Mooi, klerk R.W., Hoogstr.99, JohanDesburg (Z.-A.). M.Geus—IIeulmau.z.b.,Parallel w.47Haariem.Ger. J.G.DÜkslra,student,DUkstr.32n,Hof v.Delft-Geen. M.Moiling, boterm,, Basstr.85, Buurmalsom. N.H. H..I.Verbeek,horlogem.,Weezeiistr.45,R'dam. E.L. W.C.v. DUk, z.b., Hoogstraat 20, Alkmaar. N.H. Küunsterman,tim.,Hurton9teeg4Haarlem.Geen. E.A.v.Wely,kap.-lcw.m.,Hoofdgr.88,'s-Hage. N.H. J.MooU, huissohtldor, Langestr.6D, Hoiloo. R.C. D.W.Kwak, machinist, Hoogslr.95, N.-Helv. N.H. U. H. Kochtik, gepd., Westgracht 2, Leiden. H ,Kroon8tuiver,z,b.,2eVroonstr.ll9,Haarlem. J.v.8taenbergentlandb.,Bin.h.l7Passnic(N.A.).„ E.ïimmerman, z.b., Hooldgr.88a, N.-Niedorp. C.L.Ko3t,l:orp,-ironst,,BassTngr.ó5b,Hellev.sl. R.C. A.Vormeulen,matr.-hofm,,Bloem8tr.6,R'dam-N.H. O.A.Haremaker,zeeman,Zuidstr.19,Hoorn. D.Gez. G.Bi8seliog,n" N. Klut, z. b. G.Blsaeling, molenaar,2e VrooDStr.75,BÖrgh. N. Klut, z. d., Vlamingstraat 74, "s-Hage. M.Lui)t, winkeljuff., 1'olderw. 17, Apeldoorn. N.H. W.J. Bakker, arts. Kar f" Hage. N.H. ddoor- Kanaal weg 77, A'dam. A. J. C. Bouif kl. H.IJ.S., Hoogstr. 82, R'dam. D.G. Wed.J.C.Prilievitz,zd.,Binn.h. 18,Oogstgeost. A.J.J.M.v.GeB8el,adj. c.R.W.,W'str. 65, A'dam. R.C. G.Voorthuysen, znd., Julianadorp, Alkmaar. N.H. M.Snel, znd., Keizerstr. 26, Berchem (België). R.C. VERTROKKEN. Naam: Beroep: Van: Naar: Gel.: Wed.M.E.Palm, znd., Plants str. 11, 's-Hage. N.H. J.Vader. lioofdmach.. Spoorstr.112, Vlissingon. C.A.v.Eück,ond.ws.,Ó,al.str,58,Vlaardibgen.Rem. F.L.v.d.Haagen, flttor, Walv.str.24,Egm:a.Z. N.H. H.C'.C.Berends, gepd., Achterstr. 16, Groningen. K.Bruinsma, nmj -mont^Troinpstr.l.Vl.singon. W.Schreuder, timmerm., Huisduinen, 's-Hago. H.Wiichman, onderw.,Langestr. 60, Brummen B.B.LoDghaus, kleorm., Florastr. 26, Alkmaar. W.H.v.Elten, Btoker, KI. Duitstr. 86, A'dam. R.C. M.deVrieB, marinier. Callforniostr. 47, A'dam. H.l''.Kouskamp,sgt.-hm.,v.Galenstr.4,'8-HageN.H. P.H.Schoonenberg,mar.,Molenslr.l80,N.Helv.R.C. ■J.S.O.Meffert, teeken., Kanaalw. 88, 's-Hage. Geen. A.J.Lafeber, dir. Wutorl., idem 79, Bussum. N.H. D. P. Vermeten, zonder, Gasstr. 8, Zwolle. Geref. W. H. Janssen, marn., Molenstr. 182, 's-Hage. R.C. W. C. Delaraan, ass.-ZoOl., Hd.gr. 42, Oegstg. Geen. W.v.d.Molen, leoraar, Kanaalweg 4, A'dam. N.H. C.Noordbergen, marn., DUkw.89,Groningen. Geen. A.J.v.d.Berg, kapt.L.d.H., Spoorgr., Leeuw. L.d.H. R.F.deBoer, stokor-olleu., Smidstr. 83, A'dam. Ingezonden Mededeeling. Lendepijnen - Nierontsteking. Lendepljnen komen dikwijls voort uit nier ontsteking? Is dit een ernstige ziekte? Zeker, zeer ernstig. Om te begrijpen waar die ernst vandaan komt, is het noodig te vertellen wat de nioren zijn, en welk nut zij hebben. De nier is het orgaan, dat tot taak heeft zekere bestanddeelen van het bloed op hun loop tegen te houden. Hot overblijfsel van de zuivering van dat bloed vormt de urine die zich verzamelt in de blaas. De nier oefent een zeer belangrijk werk uit. Zij laat alleen doorgaan de stoffen die nutte loos en zelfs schadelijk zijn voor een goede werking van het lichaamsge stel. Zij laat bijvoorbeeld het ureum doorgaan, maar houdt het eiwit tegen. Dit belangrp werk verricht zij op voorwaarde van in een gooden staat van werkzaamheid te vérkeeren. Indien zij ziek is, doet zij haar werk verkeerd. Dan laat zij door wat zij moest tegen houden, zij houdt terug wat zij moest doorlaten. Dadelijk voelt men dan pijnen in de lende streek, bevingen en koorts. De zieke heeft brakingen, walgingen, benauwd heden, verschijnselen van bloedver giftiging door niet verwijderde giftige stoffen. De onderste oogleden zwellen op en die zwelling deelt zich mee aan het gelaat en aan de beenen. Zulk een zieke vergiftigt zich zelf. De Pink Pillen hebben een uitmun tende werking op do nieren. Zij ge nezen ook de bloedarmoede, de bleek zucht, de neurasthenie, de algemeene zwakte, de maagpijnen, schele hoofd pijnen, zenuwpijnen, heupjicht. De Pink Pillen zijn verkrijgbaar a f 1.75 per doos, en f9.— per zes doozon bij het Hoofddepöt der Pink Pillen, Dacostakade 16, Amsterdam voor Helder en Omstreken bij H. DE BIE—Biersteker, Keizerstraat 93 en H. W. ZEGEL, Kanaalweg 63 te Schagen bij J. ROTGANSte den Burg (Texel) bij T. BUIS en verder bij verschillende Apothekers en goede Drogisten. FEUILLETON. „Och ik heb heelemaal geen trek!" Zij leunde achterover en Ver kerk schoof zorgzaam een kussen achter haar rug en een onder haar voeten. Haar moeder schonk thee, maakte de bioodjes klaar en zette alles voor haar neer. De jonge vrouw liet, haar moeder en haar man stilletjes begaan. Al de bewijzen van teedere bezorgdheid achtte zij slechts staalljes van hun plicht. Met half gesloLen oogen zat zij stil bij de tafel. Zij scheen geen lust te hebben om aan het gesprek deel te nemen. Het verloopen jaar had haar schoonheid tot vollen bloei gebracht, en zij had veel zonder vor men gekregen, merkte haar moeder bij zichzelf op. Verkerk liet zijne blikken met on verholen verrukking op haar rusten, en vroeg toen vriendelijk: „Wel, Jenny, wil je ons eens wat van het souper van gisteravond vertellen? Heb jij je geamuseerd? De dienstbode zegt, dat je pas om twee uur bent thuisgekomen." „Wanneer je de meid al uitgehoord hebt, behoef ik me toch niet meer met praten te vermoeien." „Maar, Jenny," zei haar moeder, DE OORLOG. De officleele legerberichten van 6 en 7 Januari. Van 't westelijk oorlogstooneel komen berichten, welke doen zien dat vooral in den Elzas verbitterd gevochten wordt. Volgens een bericht uit Bel fort worden de gevechten bij Altkirch zeer moorddadig voor de Duitschers. Volgens hetzelfde (Fransche)' bericht zouden de Duitschers bijna overal de roode-kruis-vlag hljschen, teneinde aan het Fransche artillerievuur te ontgaan. Het Fransche bericht van 7 Jan. 's middags 3 uur, meldt dat de Duit schers het door de Belgen bezette bruggehoofd van Dixmuiden heftig beschoten hebben. Bij Rijssel werd een aanval der Duitschers afgeslagen. Bij Reims werd de aanleg van Duit- sche versterkingen tot staan gebracht. Ten N.W. van Flirey (tusschen Pont Mousson en St. Mihiel) hebben de Franschen een gedeelte van een vijandelijke brug bezet. In de streek van Altkirch hebben zij volgens hunne mededeeling een bosch op 4 K.M. ten N.W. van die stad bezet. De Duitsche artillerie ten N. van Thann werd tot zwijgen gebracht. De Duitschers melden dat ten N. van Arras fel gestreden wordt om het bezit van door hen stormerhand op den vijand veroverde loopgraven. Vorderingen werden gemaakt in de Argonne, terwijl een aanval der Fran schen in het oostelijk deel van het Argonnewoud werd afgeslagen. De Franschen waren er reeds in-geslaagd de Duitsche stelliDg te nemen. Zij werden echter door een tegenaanval daaruit verdreven. De bewuste hoogte 425 ten W. van Cernay is naar de Duitschers melden weer in hun bezit. Niettegenstaande de heftige aanvallen der Franschen wisten de Duitschers zich daar te handhaven. Zeppelins hebben een bezoek ge bracht aan de Fransche kust. Overdag kwamen reeds herhaaldelijk vlieg machines boven Duinkerken, welke op een uitzondering na geen bommen wierpen. Deze vliegers deden waar schijnlijk dienst als verkenners. Den 6en verschenen 3' Zeppelins boven de kust tusschen Grevelingen en Calais. Zij vertrokken weder zonder het een of ander verricht te hebben. Van het oostelijk front komen be richten weke melden dat de toestand aldaar onveranderd is. Volgens een bericht uit Berlijn vorderen de Duit sche aanvallen langzaam. Van het Russisch-Turksclie front komen berichten welko nog bijzonder heden geven over de Turksche neder laag bij Sarykmisj. Volgens de Rus sische mededeeliog hadden de troepen hier te strijden tegen een tien-voudige overmacht.DeTurken volgden dezelfde taktiek als de Duitschers door gelijk tijdig een flank en front-aanval te ondernemen. Bij deze aanvallen leden zij verschrikkelijke verliezen. Van den opmarsch der Turken naar Egypte werd sedert lang niets meer gehoord. Thans meldt een be richt uit Duitsche bron, dat te Cairo met beslistheid wordt beweerd, dat op het schiereiland Sinai een groot treffen had plaats gevonden. Volgens hetzelfde bericht schijnt het dat de opmarsch der Turken wordt voorbe reid met alle hulpmiddelen der mo derne techniek. Spoorwegen voor troepenvervoer worden aangelegd. Van hei Westelijk oorlogsterreln. Londen, 7 Januari. De „ooggetuige" in het Engelsche hoofdkwartier zegt dat er nooit een oorlog is gevoerd die een scherper tegenstelling biedt van weelde en ongemak. Het eene oogenblik valt er te vechten tegen koud water, tegen geweldige out- plofflngsmiddelen, en een volgend „ik vind, dat je je man weleenaoder antwoord kon geven." „Het is onuitstaanbaar, giDg Jenny voort, „dat uithooren van de dienst boden Hij weet immers, dat ik door kennissen zou worden thuisgebracht. Is men in zoo'n geval zijn eigen baas? Wie, zooals ik, dikwijls zonder man uit moet gaan, moet maar afwachten, wanneer zli naar huis kan rijden. Waaarom dus dat verwijt over het late uitblijven?" „Wie maakt je een verwijt, lieve- lin? Waarom zou je niet blijven, zoo lang als jij je amuseert? Ik ben blij, dat je het doet. Het spijt me genoeg, dat ik je niet altijd kan vergezellen. Maar je was immers goed beschermd." „Eene getrouwde vrouw heeft geen bescherming noodig. Ik wil ook nooit meer zoo afhankelijk zijn. Kan je niet meegaan, dan ga ik alleen. Ik ben volstrekt niet de eenige, die zonder haar man op een soiree ver schijnt." „Dat zou ik zeer ongepast vinden, mijn kind," merkte haar moeder op. „Je bent zoo jong, dat je begeleiding noodig hebt, als je zonder jo man wil uitgaan!" „Wat zou ik dat niet eens mogen?" riep Jenny mismoedig. „Dan mag ik wel vragen, waarom ik ge trouwd bon. Moet ik nu nog altijd aan de rokken van eene gouvernante hangen? Een beetje eigon baas zijn is toch de eenige vergoeding voor alles, wat een meisje opgegeven heeft". En de tranen rolden over haar wangen. oogenblik valt er te genieten van een gezellig verblijf binnenshuis met warme maaltijden. De ooggetuige wijst er op dat het Nieuwe Jaar is aangebroken met een gunstiger toestand voor de bondge- nooten dan sedert het begin van den veldtocht is voorgekomen. De Engel sche troepenmacht, aangegroeid tot een groot leger en steeds toenemende in sterkte, heeft mooi werk gedaan. Er vallen duidelijk drie tijdperken in dezen oorlog te onderscheiden; thans treedt men het vierde in. In 't eerste tijdperk ging het initiatief van de Duitschers uit; in het tweede raakten zij het kwijt; in het derde herwonnen zij het door een groote overmacht aan te wenden tegeneen deel van ons front; in hot vicrd6 tijd perk is het initiatief voorgoed over gegaan op de bondgenooten, die den laatsten tijd op verschillende plaatsen belangrijke uitkomsten hebben ver kregen en opmerkelijke vorderingen hebben gemaakt. Intusschen zit het voordeel vooral in het feit dat de bondgenooten tot het offensief zijn overgegaan. Het gevolg van de herhaalde kleine successen is dat de vijand genood zaakt is, uit strategisch en taktisch oogpunt gewichtige punten van spoor wegverbindingen rivierovergangen en steden op te geven en ten slotte op een andere verdedigingslijn terug te trekken. Al gaat het langzaam en met moeite, toch is elke met veel bloedvergieten en kosten vermeester de Duitsche loopgraaf een stap naar het einds van den oorlog. Wij mogen beweren dat wij beter gekleed zijn dan onze tegenstanders. De gevangen genomen Duitschers geven over onze uitrusting hun be wondering te kennen. Het schijnt dat er veel ziekte, met name typhus, in de Duitsche gelederen heerscht. - De Duitsche compagnieën bestaan uit een mengsel van soldaten van het actieve leger, landweer en land storm, ersatz-reservisten en vrijwilli gers. Laatsgenoemden worden als zeer minderwaardig beschouwd. Bij Duitsche legerorder van 29 Dec. is het aan de militairen in de loop graven verboden met den vijand op kameraadschappelijke wijze om te gaan of toenadering tot hem te zoeken. Dit schijnt in verband to staan met de eigenaardige verbroederingstafe- reelen die met Kerstmis hebben plaats gevonden. Van de Belgische grens. Sluis, 7 Januari. Betrouwbare oog getuigen, die gisteren de streek had den verkend, hebben mij medegedeeld, dat de Duitschers met koortsachtigen Ijver voortgaan het Noordzeestrand tusschen Knocke en Heyst tot vlak bij onze grens aan de Kadzandsche duinen in staat van verdediging te brengen. Knocke is bezet door een vijftien- tot achttienhonderd man Duit sche troepen, zoowel infanteristen van den landstorm als marinematrozen, artilleristen en cavalerie. Tot heden zijn er in den dijk achter de duinen van Knocke naar 't Zwin vier kanon nen geplaatst. De Duitsche militaire kommandant daar had aan de man schappen meegedeeld dat er een lan ding van Engelsche troepen kon wor den verwacht, en dat er dan langs het strand tusschen Knocke, Heyst, Zeebrugge en Blankenbergho voor zeker een zware slag zou worden geleverd. Heyst is naar schatting door een drie duizend man troepen bezet. Op den betonvloer van een tennisveld in het badplaatsje Duynberghen is een 42 c.M. kanon opgesteld te midden van de zeer sterke batterij, die hier uit de duinen het strand bestrijkt. Hot bericht dat men daar om het geschutsveld vrij te krijgen acht nieuwe villa's in de lucht heeft laten springen, werd mij bevestigd. De duinen zijn op verschillende plaatsen geëffend. De kanounen rusten er op betonvloeren, die door balken in het zand gedragen worden. Duynberghen is geheel ontruimd. De menschen moesten hun huizen verlaten, moch ten meenemen wat zij konden, maar wat zij achter lieten hebben de sol daten grootendeels buitgemaakt. Ver schillende villa's zijn opengebroken. Op tal van plaatsen heeft men de ramen uit de kozijnen genomen en daarachter mitrailleurs opgesteld. Tot zoover zijn de gevels van deze huizen dan met dammen van graszoden ver sterkt. Deze mitrailleurs zijn alle „Jenny, lief vrouwtje, wees kalm I Jo weet, hoe nadeelig elke gemoeds beweging voor je is," riep Verkerk verschrikt, „Schrei toch niet, Je mag alles doen watje wil 1 Dioog je tranen en vertel eens naast wie je aan tafel zat Naast luitenant Harkstede", ant woordde zij, terwijl ze met den zak doek over haar gloeiend gezicht veegde. „Luitenant Harkstede?" vroeg haar moeder. „Die naam komt mij zoo bekend voorlag die vroeger niet bij ons in garnizoen?" „Ja, maar hij is sedert een paar maanden hier geplaatst." Alleen om het gesprek gaande te houden, vroeg Verkerk verder„KeDde je hem van vroeger?" „Ja, zeker", zei Jeuuy, en lachend voegde zij er aan toe: „H(j was zoo'n soort aanbidder van me." „Zoo'n soort aanbidder?!" vroegen haar moeder en Verkerk als uit één mond en mevrouw Vollenhove voegde er aan toe: „een soort aanbidder, hoe bedoel je dat?" „Nu, hij verbeelde zich, dat ik met hem zou trouwen!" „Ah zoozei haar moeder verlicht. „Zulk soort aanbidders heeft een mooi meisje steeds verscheidene." „O, zoo geheel zonder grond was die inbeelding toch niet," zei Jenny. „Ik hield inderdaad veel van hem en heb hem dat ook wel meer dan eenmaal gezegd!" Mevrouw Vollenhove was bleek geworden en schoof onrustig op haar stoel heen en weer; Verkerk echter, Ingezonden Mededeeling. HERMAN NYPELS - HELDER. Telef. Intc. 140. ABONNEMENTSKLEEDING voor Hoeren. Zeer doelmatig. De goederen blijven het eigendom van den geabonneerde. Ons tarief wordt U op aanvraag on- middelijk toegezonden. gericht op den weg van Knocke naar Heyst, waar alle 'verkeer verboden is en ten overvloede door prikkel draadversperringen gestremd. Boven dien gaan de Duitschers voort in dit gebied tal van loopgraven aan te leggen. De Duitsche bezetting van Knocke en Heyst is overal bij de burgers in gekwartierd. Gisteren heeft de Duit sche overheid in Knocke allo vee en paarden laten opschrijven. Vooral paarden zijn er reeds heel wat ge- requireerd en zelden worden daar voor bons afgegeven. Gebrek aan levensmiddelen is er nog niet. Mijn zegslieden noemden de verhouding ■tusschen de bevolking en de bezetting goed. De laatste gedroeg zich over het algemeen „braaf en gewillig". Op Zee. Aanhouden van Deensche schepen. De „BerlinskeTidende"schrijft:In de Deensche pers heerscht groote op gewondenheid over het optreden van Engeland tegen Deensche schepen. Gedurende de Kerstdagen werden de schepen der „Vereenigde Stoomvaart maatschappij", de „Kentucky", de „Virginia" en de „Arkansas", aange houden; en hoewel bij alle schepen de papieren volkomen in orde waren, zijn zij tot heden nog niet losgelaten. Ook eenige andere schepen werden nog aangehouden en gedeelten der lading in beslag genomen. Deze wille keurige handelingen berokkenen de Deensche scheepvaart de grootste na doelen. Uit Dultschland. Men meldt aan de N. Rott. Ct. van de grens: Het commando van het Vlle leger korps in Pruisen heeft een nieuwe oproeping verspreid tot dienstneming van militaire vrljwiligers van 16 jaar af. De Duitsche Bondsraad heeft een verordening uitgevaardigd, waarbij alle nachtarbeid in de bakkerijen ver boden wordt. Als er 's ochtends geen versch brood is, hoopt men blijkbaar dat de verleiding niet zoo groot zal zijn, om veel te eten. Uit Frankrijk. De kleeding en uitrusting der troepen. De „Temps" geeft een overzicht van de eischen, welke aan de Fransche intendance sinds de mobilisatie ge steld werden. Toen het leger gemobiliseerd werd, waren in de magazijnen slechts voor radig de voorwerpen, waaraan het leger in eerste linie behoefte had. Kleeding en uitrusting voor de aan vullingstroepen (ongeveer een millioen man), de lichtingen 1914 en 1915, lichtingen territoriale moesten worden aangemaakt. Daarbij kwam nog, dat het geheele leger van ongeveer 4 millioen man (aldus de „Temps") moest worden ingericht op een winterveldtocht. Sinds twee maanden is ieder man aan het front voorzien van een on doordringbaar stuk tentdoek, dat hem 's nachts tot dekking dient en over dag als regenjas. Bovendien krijgt ieder soldaat binnenkort een water dichten slaapzak, terwijl allen reeds hebbenwollen kousen, welke ge- egeld zullen worden vernieuwdwol len jachtvosten, onderbroeken en wachtmutsen, met wol gevoerde band schoenen, schoenen met caoutchouc- zolen. Ten slotte liggen jassen van schapenvachten gereed voor het ge val, dat hevige koude mocht invallen. Een scherpschutter. De „Echo de Paris" heeft het vol gende Wilhelm Teil-verhaal, dat hoewel misschien verzonnen - toch verdient oververteld te worden. Een riep, met gefronst voorhoofd tamelijk heftig: En dat hoor ik eerst nu?" „Heb jij het misschien voor noodig gehouden, mij in al je minnarijenin te wijden?" vroeg ze met een lachje om hem te plagen. „Jenny 1" „Ja," antwoordde zij, „ik heb wel eens gehoord, dat je bij ons in don Haag nog zeer sterk op dat gebied bent geweest.-" „Jenny, hoe onbehoorlijk!" riep haar moeder er tusschen, maar zij ging met de grootste kalmte voort: „Onlangs vertelde mij nog iemand, dat jo kort voor onze verloving in betrekking stond met een jonge dame van goede familie Bosdijk of Boswijk of zoo iets - die nog treurt over je ontrouw." Verkerk sprong op en stiet zijn stoel met geweld tegen den muur, en riep: „Die scherts gaat werkelijk te ver, Jenny!" „Het is in 't geheel geen scherts je zult dat zelf wel weten. Waarom ben je ook niet met die dame ge trouwd? Die had misschien veel beter bij je gepast dan ik 1" „Lief kind," zei mevrouw Vollen hove." Je gaat inderdaad veel te ver. Wij zullen het gesprek afbreken. Ik vraag je goeden man dringend om verschooning, voor de kinderlijke dwaasheden, die jij daar hebt uitge kraamd. En nu ga ik naar mijn kamer. Ik wil dezen voormiddag nog graag eenige inkoopen doen on ga me daarom verkleeden. Misschien heb jij dan lust Jenny, om mee te gaan week geleden wandelde een Duitsch officier, met zijn verrekijker in de hand, voor de loopgraven. Koelbloedig verkende hij met den kijker de Fran sche loopgraven, en de Franschen zagen het vol woede aan, maar moes ten hun ziel in lijdzaamheid bezitten. De Duitscher liep namelijk gearmd met twee Fransche krijgsgevangenen, die hem tot schild dienden. Hij waan de zich veilig, doch rekende buiten den waard. De beste scherpschutter van de Fransche afdeeling, die in de tegenoverliggende loopgraaf aanwezig was, nam zijn geweer, legde aan en mikte lang en nauwgezet. Het schot klonk en de Duitsche officier viel - door het hart geschoten - dood neer. De beide Franschen waren ongedeerd en zoodra zij van hun eersten schrik bekomen waren zetten zij het op een loopen naar den Fran schen kant. De Fransche troepon, die in ademlooze stilte en bange spanning het schot hadden afgewacht, hieven een daverend hoezee aan. Uit België. De gevangenhouding van kardinaal Mercier. Brussel, 7 Jan. Het in buiten- landsche bladen verspreide gerucht, dat de aartsbisschop van Mechelen, kardinaal Mercier, wegens een door hem uitgegeven herderlijk schrijven in zijn paleis bewaakt wordt, of zelfs gevangen zou zijn genomen, is vol komen onjuist. Ook de bewering, dat Belgische priesters wegens de voorlezing of verspreiding van dat herderlijk schrij ven gearresteerd werden, is onjuist. „,De Tijd" verneemt nog omtrent de bewaking van kardinaal Mercier in zijn paleis te Mechelen, dat de bevolking der bisschopstad zeer ver toornd is over dit optreden van het Duitsche bestuur. Herhaaldelijk ziet men kleine groep jes burgers in druk gesprek vóór of in de omgeving van het aartsbisschop pelijke paleis, waarvan de vensters door blinden zijn gesloten. In kringen, welke zeer met de naaste omgeving van den kardinaal vertrouwd zijn, wordt verwacht, dat do gevangen houding weldra zal worden opgehe ven met het oog vooral op den ongun- stigen indruk op de katholieken in het buitenland, die men, na de fusil lade van tientallen Belgische pries ters en de verwoesting van kerken en kloosters, niet nog méér wil grie ven, terwijl men zich niet tevens wil blootstellen aan een afkeuring door de geheele wereld. Met de Duitsche regeering wordt nog omtrent de aan te nemen houdiDg overleg gepleegd. In Mechelen kon de brief nog voor gelezen worden. In de omstreken der stad, alsmede in de buitenparo chies van Brussel en Antwerpen werden in eenige kerken de priesters gedwoDgen den preekstoel to verla ten en den brief te stellen in handen van Duitsche militairen. Te Mechelen kwamen Duitsche soldaten bij den pastoor van St. Jan, den heer Rabroex, om den herder lijken brief in beslag te nemen. Gij krijgt hem niet, gaf de pastoor ten antwoord. De commandant eischt hem Mijn overheden zijn de Paus, de Koning en de Aartsbisschop. Wij geven u een uur bedenktijd. - Mijn besluit is onherroepelijk. Daarna is de pastoor in hechtenis genomen, wat er verder roet „hem gebeurd is, weet men niet. Nader verneemt het blad nog uit goede bron, dat het paleis van den kardinaal te Mechelen reeds sedert Zaterdag door soldateu wordt be waakt. Tijdens het verhoor door den Duit- schen commandant ten paleizo afge nomen, is den kardinaal gevraagd le. hoe Z.Em. wist, dat op ver zoek van den koning van Engeland en den koning van Belgie openbare gebeden waren uitgeschreven, en 2e. of Z.Em. zich ter beschikking wilde stellen van de Duitsche over heid? Kardinaal Mercier verklaarde, zich wel beschikbaar te willen stellen, maar verlangde het recht, om Zondag naar Antwerpen te gaan en den daar aan volgenden Dinsdag naar een nog onbekende plaats. Dit werd gewei gerd. Do commandant bleef zeer lang ten paleize. Te Antwerpen heerscht nog steeds groote ontroering. Bij het in „De Tijd" reeds vermelde sermoen van pater Rutten en den Deken waren in de kerk ook aanwezig de burge meester en een liberale senator. De katholieke zaak en de Belgische zaak zijn als het ware één geworden. Op straat en in dé trams vraagt men den geestelijken voortdurend om het jongste nieuws over kardinaal Mercier. Het grootste deel der geestelijk heid te Antwerpen ia gevangen ge weest. Spoorwegongeluk. In aansluiting met de berichten over het spoorwegongeluk, dat de trein uit Roosendaal Zondag op de hoogte van Capelle hoeft gehad, met het gevolg dat er 6 dooden en, 7 zwaar- en 82 lichtgewonden waren, ontleenen wij aan „De Nieuwe Gazet" het volgende „Zondagmiddag rond Si uur is even voorbij de statie Capellen de trein, die de verschillende forten aan elkaar verbindt, dwars op den reizi gerstrein van Esschen gebotst. Een wagen, waarin zich een dertigtal menschen, deels handelsreizigers, deels terugkeerende vluchtelingen, bevonden, werd in splinters gedrukt. Meer den honderd Duitsche soldaten waren kort na de ramp ter plaatse, om de slachtoffers te verbinden en te vervoeren. Een koopman uit Roosendaal ver telde ons, dat, terwijl hij in gesprek was met een anderen koopman, het ongeluk zich voordeed en hij onder zijn wagen lag, die als een sigaren- kast ineengedrukt en verbrijzeld was. „Ik waande me verloren, toen ik opeens tot bezinning kwam en tot mezel ven zei„Goddank, ik leef nog". De man, die voor zaken naar Brussel reed, was aan handen en hoofd licht gekwetst, en achtte zich gelukkig, er zoo goed van afgekomen te zijn. Met andere gekwetsten werd hij, na eerst in het lazaret van de Statie straat voorloopig verbonden te zijn per auto naar het gasthuis te Ant werpen overgebracht. Een vrouw, wier kind aan haar zijde bezweek, zat met de beenen tusschen de overblijfselen van don verbrijzelden wagen en riep hartver scheurend om hulp. Met bijlen werd het klemmende hout verwijderd, zoo dat de ongelukkige nog met geen [al te erge wonden verlost kon worden. De meeste gekwetsten hebben slechts lichte wonden. De bevolking van Capellen bleef niet ten achter, om een behulpzame hand toe te steken en bijstand te verleenen waar zulks noodig bleek." Do huiselijke ontberingen, zet Punch onder een prent, voorstellend een jong officier, met kort verlof thuis, die klappertandend in zijn slaap kamer staat: „Dat is verschrikkelijk 1 Al je kleeren te moeten uittrekken en dan tusschen de koude lakens I" Zonder antwoord af te wachten ging zij vlug naar haar kamer en viel in een leuningstoel om wat tot bedaren te komen. Op zoo'n manier werd zij hier nu opgevroolijktDagelijks deze too- neelen te moeten bijwonen. De zwak heid van Verkerk tegenover Jenny, was soms meer dan erg. Soms ook klaagde hij over zijn jonge vrouw, als zij hem koel en onverschillig be handelde. Het was werkelijk bespot telijk. Verkerk was eenvoudig een speelbal voor de luimen van Jenny. Met een glimlach wist ze hem te verzoenen, als ze hem weer getergd had met haar nukken. Maar vandaag was het al heel ergl Hoe dom, dat ze hem nog jaloersch maakt ook. Waar moet dat op uitloopen Zal zijn liefde tegen zulke beproevingen be stand blijven, totdat Jenny besef krijgt van de waarde zijner groote liefde? Verdrietig stond zij op en begon in gedachten verdiept heen en weer te loopen. Zij had medelijden met Ver kerk ook, want hij had veel te ver duren van Jenny's luimen, - en hij had haar zoo lief. Nadat zij hem ge tergd en gepijnigd had, was een enkel lief woordje voldoende om hem aan haar voeten terug te brengen als haar slaaf ja, als een hond, die de handen lekt, welke hem gekastijd hebben. Toch kon dat zoo niet blijven 1 Nog één hoop koesterde mevrouw Vollen hove. Weldra zou Jenny moeder I worden, en dan werd de verhouding LANGS DE STRAAT. De verrassing. O De Hoofdgracht op hot deftigste Als heel oude, koel in zich zelf gekeerde aristocraten staan er de huizen. Ze lijken na te denken over grootsche, trotsche dingen, die vroe ger, heel vroeger om hen heen zich afspeelden, toen er gezeten, rijke koop lui woonden en de vischhandel van 't Nieuwediep aan den achterkant bloeide en groeide. Rustig en deftig rijen zich de hui zen naast elkaar aan de oude, plech- tig-voorname gracht. Op den wallekant van 't Werf- kanaal zit 'n schooiertje. Z'n beenen bongelen boven 't zwar tig glanzende water. Boven z'n bru tale snuit luifelt de rand van een onmogelijken roo vers flambard, 'n Vod dig colbertje, veel te groot, omgeeft zijn hoekig jongenslijf. In zijn han den, half bedekt door de rafelig- eindigende mouwen, houdt hij een langen hengel Het schooiertje hengelt bedaard in dezen tijd van 't jaar in het donkere, frissche paling-water van de Hoofd gracht. Met strakke aandacht bestaart hij het vieze touwtje, dat afspant van 't heugeleinde. Een paar dienstboden op de kleine straat aan 't boenen en schrobben, bekijken even met lachende gezich ten dit rare doen in den winter. tusschen Jenny en haar man mis schien wel beter. De afleiding, die zij noodig had om wat op te vroolijken, was hier echter niet te vinden. Daarom wilde zij naar huis terug, daar zou het stellig rustiger zijn. Ach ja, ze moest weg van hier. Ze had zich voorgesteld, dat Jenny gelukkig zou worden door dat huwelijk. Hoe was zij in die verwachting teleurgesteld. Naar huisl Ja, daar was Willem, die haar ook zulke teleurstellingen had bereid. In haar gedachten zag zli hem nog als knaap met den boekentasch op den rug naar school gaan. Hij ging toen op school bij mijnheer Eikema op de Markt. En later, och die uitrusting, toen hij bij meneer Kaptijn te Barneveld op de kostschool werd gedaan. Wat had ze het daar druk mee gehad! En later weer, als hij met vacantie thuiskwam en zijn schoolrapport meebracht. En toen hij daar uitge leerd was, kwam hij op dat bankiers kantoor van Overklip. Wat zag hij er toen uit als een dandy! Dat kantoor ging bankroet, en voor Willem was dat zoo erg niet, want het werk daar vond hij niet aantrekkelijk genoeg. Toen het tijdperk, dat hij op het kantoor van den ontvanger Cuypers met het dienstvak der belastingen kennismaakte. Daar rijpte toen het plan om hem controleur bij de rijks belastingen te laten worden. Toen de studie onder leiding van meneer Uitenhove te Amsterdam, die twee maal op teleurstelling uitliep. Neen -- Van 't Havenplein komt langzaam een matroos aanbeenen. Tien meter van 't schooiertje staat hij stil, als ware plots een giftige slang voor hem uit den grond geschoten, als ware hij in marmer verkeerd, als aanschouwde hij iets monsterachtigs of bloedig-ongehoords. Hij kén het niet gelooven en ziet het niettemin: hij ziet het visschend schooiertje - zijn zoon, zyn jongen en zijn adem stokt, zijn bloed' verstijft. Dan her krijgt hij het gezag over zijne van ontzetting als lood geworden lede maten, stapt met geweld op het doodstil hengelend ventje af: „Wil jij wel eens as de gesmeerde bliksem verkassen, jongen Moet je verzuipen en weet je moeder dét? Bèjij heelemaal gek? Visch in den zomer, maar niet in Januari. Gauw, hè naar huis!" „Mag ik hier niet met m'n hengel zitten, vader Ik doen ommers niks?" „Doe jij niks? Mot je nog liegen? Ik zie je toch visschen? Allo - vooruit opgeduveld!" En de matroos maakt aanstalt© om naar het jongenscorpus te grijpen. „Visch ik, vader. Ik visch niet I" 't Schooiertje loert schuins op naar zijn vader, onderwijl langzaam op z'n knieön krabbelend. „Wel allemachtig nog toe! Zeg is, mot 'k je eens flink afdrogen? Visch jij of visch jij niet? Wat doe je dan? Hè-jij die hengel voor de mop vast? Allee, geef op die stok geef op of ik slaan 'm op je kop kapot De matroos ontrukt 't schooiertje zijn bamboestok, zwiept hem nijdig, vloekend op. Aan 't eind van het touw bengelt, zenuwachtig ronddraaiend, 'n vette, oude, lekke elastiek-bottine, 'n onoogc- Ujk versleten, druipend stuk schoeisel, waaruit met straaltjes het gracht water siepelt. De matroos vindt geen woorden. Hij is zeer na aan een bezwijming, de arme. Dan ziet hij, met bloed dorst in zijn feilen blik, om naar 't schooiertje. Maar datls al bijna thuis. De matroos kijkt een oogen blikje schichtig om zich heen, laat dan stok en schoen vlug in 't water glijden en stapt gemaakt-kalm door 't laantje verder, 'n tikje bleeker dan vóór h\j kwam. Achter de effen vensterruiten en op de kleine straat lachen de dienst boden-gezichten. Ingezonden Mededeeling. Nier- en Blaaskwalen. Velen hebben verschrikkelijke kwel lingen doorstaan tengevolge van nier en blaaskwalen, waarvan zli geen hinder zouden gehad hebben, wanneer zij de waarschuwende eerste ver schijnselen niet veronachtzaamd had- in. Hoofdpijn, pijn in don rug, pijnlijke ledematen, duizelingen, verstoorde slaap, een voortdurend vermoeid ge voel, koude handen en voeten, blazen onder de oogen, rheumatische pijnen, urinek walen van volerloi aard, dit alles zijn waarschuwingen, dat uw nieren haar werk niet behoorlijk verrichten. En van het werk der nieren hangt de gezondheid van hot geheele lichaam af, want de nieren filtreeren de onzuiverheden uit het bloed. En als deze. vergif ten want het zijn vergiften - in het bloed achterblijven, volgen ongetwijfeld ziekten van zeer pijnlijken en ver woestenden aard, als niersteen (nier koliek), jicht, rheumatiek, waterzucht, ischias, uromie (urinezuur vergiftiging) Het heeft geen doel om de plaatse lijke verschijnselen te behandelen. Werkt onmiddellijk in op de oorzaak van uw kwaal de nieren door het gebruik van Foster's Rugpijn Nieren Pillon, welke rechtstreeks op de nieren werken en haar opwekken, versterken en genezen. Zij hergeven aan de nieren haar oude kracht on gezondheid, waardoor de oorzaak van uw kwalen wordt opgeheven. Te Den Helder verkrijgbaar bij de Fa. De Bie - Biersteker, Keizerstr. 93. Toezending geschiedt fr. na ontv. van postwissel f 1.75 voor één, off 10.— voor zes doozen. Eischt de echte Foster's Rugpijn Nieren Pillen, wei gert elke doos, die niet voorzien is van nevenstaand handelsmerk. (51) zij was niet gelukkig geweest in haar jacht op geluk voor haar kinderen. Maar nu wou ze naar huis! Haar goede man zou wel naar haar ver langen. Hij schreef wel, dat ze maar moest blijven, zoolang het haar be viel. Och, dat was goedhartigheid van hem; ze kende hem. Zij was nu al vijf weken van huis. Daar had zo het toch gezelliger, daar was ze toch tevredener. Daaarom aangepakt I Nog voor het koffiedrinken kon zij al het een en ander in haar koffer bergen. En van middag zou ze de rest doen om morgen te kunnen vertrekken. Ze wou wel, dat ze nu in den trein zat. Thuis was ze weer op haar plaats aan de zijde van haar man. Morgen zou ze bij hem zijn, en bij haar Willem en Freda. Daar kwam Jenny in haar kamér en zag de kleerkast en de koffer openstaan. „Wat is dat, roïima?Gaat u inpakken?" vroeg ze. „Ja, kind, ik ga morgen naar huis." „Morgen - morgen al? U had be loofd nog een paar weken te blijven, en papa schreef me gisteren nog, dat hij het geheel aan u overliet!" „Papa is lang genoeg alleen ge weest, Jenny." „Neen, mama, dat zegt u zoo maar. Gisteren dacht u er nog niet aan. Het is iets anders, zeg me de waar heid maarHet bevalt u niet bij ons I Is het Verkerk! Heoft hij misschien iets gezegd (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1915 | | pagina 1