HELDERSCHE COURANT
Op Duistere Paden.
Slechte spijsvertering
bij oude jenschen.
No. 4421
ZATERDAG 30 JANUARI 1915
43e JAARGANG
Stelling van DEN HELDER.
Ontspannings-avonden.
ZaMrdae 80 I Murine-cantlne Lozing met llohtbuolden 8 u. Kaarten ter verdeeling beschik,
I de heor v. Ram j baar voor CC. Veldst. 100, Kustv. 60,
DE WEEK.
26 Januari.
Tot 31 Juli 1915 zullen de mannen
van de Landweer en van de Militie
nbg bij de mobilisatie worden ge
houden. Aldus stelde minister Bos
boom 't voor aan het Parlement, dat
er op Maandag 25 Januari over begon
te debatteeren. En aldus zulleD ook
de beide takken der Nederlandsehe
Volksvertegenwoordiging 't goedvin
den en bezegelen.
Terwijl ik dit neerschrijf, heeft de
minister van Oorlog nog niet geant,
woord op al wat over deze voorstel
ling in het Nederlandsehe Lagerhuis
werd gezegd. Door mannen van alle
partijen, kleuren, schakeeringen. Maar
Zl.in Excellentie zal wel gevoeld heb
ben, dat 't, voor de militaire autori
teiten, zaak is om rekening te hou
den - zelfs in deze tijdsomstandig
heden met nog andere dan zuiver-
militaire defensie-overwegingen,
hoe hoog deze thans ook mogen
gelden.
Er is noodstand, angst, bedroefenis,
in tal en tal van Nederlandsehe ge
zinnen.
De schatten-verslindende mobilisatie
is op 1 Februari 1915 juist een half
jaar oud. Konden wij eens een statis
tiek maken van de materieele ellende
om van de moreele nu eens hee
lemaal niet to spreken door haar
berokkend, tot welke schrikwekkende
cijfers en gegevens zouden we niet
komen I
Hier is waarachtig geen overdrij
ving. Maar hier is sprake van reeds-
vernielde en van met totale onder
gang bedreigde bedrijven en bedrijf
jes. De heer Knobel sprak op dien
25 Januari - in de Kamer van de
technische leiders, wier blijvende
absentie groote bedrijven doen ster
ven. Ik zou willen spreken van de
kleinenBij den landbouw, waar
nu „het oog van den meester" zoo
noodig is. Bij allerlei zaakjes, winkel-
ijes, die niet zonder de krachtige,
Ingezonden Mededeeling.
De slechte spijsvertering komt veel
voor bij bejaarde menschen. Bij de
grijsaards vermindert in werkelijk
heid de eetlust, er bestaat een ge
brek in de werkzaamheid der voeding,
de afscheiding van speeksel en van
maagsap is minder overvloedig en de
kracht van de binnen weefsels d«r
maag is belangrijk verminderd. Dit
zijn de voornaamste oorzaken van
het dikwijls voorkomen van maag
kwalen bij bejaarde menschen, waar
aan nog moet worden toegevoegd
dat zij te snel eten en dat het hen
aan tanden ontbreekt, waardoor het
kauwen der spijzen onvolledig ge
schiedt, w^t maakt dat de maag zelf
standigheden ontvangt die nietgenoeg
vermalen en met speeksel vermengd
zijn en die zij dus onmogelijk kan
verwerken. De spijzen zijn dan in de
maag als vreemde lichamen, waar
van zij zich moet ontdoen doormid
del van brakingen.
De Pink Pillen ontwikkelen de eet
lust, maken de spijsvertering gemak
kelijk door de afscheiding van het
speeksel en van het maagsap te be
vorderen. Zij versterken de maag
evenals alle andere organen. Een
Pink-pil na iederen maaltijd is een
verzekering voor een goede spijsver
tering. De Pink Pillen, door hare
werking op het bloed en op het zenuw
stelsel, genezen ookde bloedarmoede,
de bleekzucht, de algemeene zwakte,
de neurasthenie, de rheumatiek.
De Pink Pillen zyn verkrijgbaar
a fl.75 per doos, en f9.— per zes
doozen by het Hoofddepöt der Pink
Pillen, Dacostakade 15, Amsterdam
voor Helder en Omstreken bij
H. DE BIE—Biersteker, Keizerstraat
93 en H. W. ZEGEL, Kanaalweg 63
te Schagen bij J. ROTGANS; te den
Burg (Texel) bij T. BUIS en verder
bij verschillende Apothekers en goede
Droeisten.
FEUILLETON.
leidende hand van „den baas" kunnen
leven. Ik wil nu heelemaal niet den
ken men begrype my wel - aan
allerlei zwakke, treurende, wankel
moedige moeders, die haar „jongens"
niet kunnen beheerschen als vader
van honk is. Die de verwildering
niet kunnen stuiten. Die de macht
missen om de dochterkcns van licht-
zinnigen bloede niet te kunnen beletten
op booze paden af te dooienVadér
is er niet. Z(jn streng oog, zijn ste
vige hand worden gemist. Al die
moreele ongelukken en ongelukjes
komen ook al op rekening van de
mobilisatie.
De vraag blijft echterkon 't niet
anders Had men om iets te noe
men door de 25.000 der lichting-
1915 op te roepen en in te deelen
hoe dan ook althans de oudste
lichting der L. W. niet wat vrijer
kunnen maken Gaan hier niet,
bureaucratisch-thooretische bezwaren
wat al te-zeer beheerschen die andere
van oeconomischen aard?
Beheerscht het monster der mili
taire bureaucratie in 't allerergste!,
niet de menschen in het gebouw aan
het Plein te 's Gravenhage
Wij moeten gereed, weerbaar zijn.
Toegegeven. Dadelijk en grif er
kend
Maar kan dat niet terecht met
meer tact, meer respect voor wat
de eischen van oeconomischen aard
vorderen, dan tot nu toe geschied
Ik kan mij denken, dat de taak
van een minister van oorlog, zooals
generaal Bosboom nu heeft te ver
vullen, eene ontzagwekkende is. De
bundels brieven, smeekschriften, ver-
toogen, bij honderdtallen, bij dui
zenden, overstelpen U. De militaire
adviseurs houden U - uur na uur -
het hoogst-bedeDkelijke voor van
.zwakheid", van toegeven. Gij krijgt
nu en dan onheilspellende berichten
van Uw buurman-collega op het Plein,
dien van Buitenlandsche Zaken,
't Gaat U duizelen. Ge neemt U voor,
sterk, héël-sterk te staan tegenover
alle denkbare pogingen om U te
overreden
't Is laten wij 't toch allen toe
geven een even ondankbare als
loodzware taak, nu drukkend op den
minister van Oorlog in het arme
Nederland in werel-.ibrand-tijd
Maar wanneer die krachtige, bekwame,
eerlijke bewindsman denkt aan het
geluk, de vertroosting, welke hy kon
brengen in zoovele Nederlandsehe
huizen, waar nu jammerende wan
hoop schreit. Ziet, dan geloof ik dat
hij op instigatie der Vertegen
woordiging - wel degelijk zal over
wegen wat met goeden wil, zich
losscheurend van hetgeen duiveltje
van goed-bedoelende, maar benepen
geborneerde bureaucratie wil, moge
lijk is om gehoorzamend aan het
geen de noodstand des tijds vergt
toch nog voor velen kan worden ge
daan voor vele Nederlandsehe kost
winners, grootere en kleinere Neder
landsehe kostwinners, bedrijfsleiders
namelijk, wier handel nu in de
forten en linifin of op marschen daar
buiten en in de „verpoozings-uren"
wordt verlamd, gelijk hun levens
lust en -moed ook, door de ge-
dachteaan watdaar geleden,geschreid
wordt in den kring vau wie hun het
liefst zyn
Neen, do uren, aan de mobili
satie-ontwerpen thans door het Par
lement gewijd, zullen ben ik over
tuigd - niet geheel onvruchtbaar
zijn
Wij zullen in bloedjaar 1915
geen carneval vieren, weten wij al.
Aan officieel feestvertoon doen wy
niet meer. Wij zullen ook geen oor
logsschip zenden naar San-Francisco
voor de solemneele opening van het
Panama-kanaal. Wij hebben nu wel
aan andere dingen te denken. De
booze zeemijnen omzwerven ons. De
bootEnkhuizen—Stavoren durft na
vyf uur niet meer uitvaren. De Zuider
zee is onveilig geworden
Wij werpen nu angstblikken naar
de lucht. De meest-sensitieven onder
ons verbeelden zich, nu en dan het
EERSTE HOOFDSTUK.
„Wel, beste Chaumont, dat is nu
niet zoo gemakkelijk met een paar
woorden gezegd, hoe het mij gegaan
is. Maar vertel jij mij nu eersteens,
hoe je hier in Reims zoo onverwacht
komt binnenvallen," zeide een officier
van ongeveer dertigjarigen leeftijd tot
zijn vroegeren schoolkameraad, die
hem was komen opzoeken.
„Och," antwoordde de aangespro
kene lachend, „dat is gauw verteld.
Zoo wat een half jaar geleden is een
verre bloedverwant van mij gestor
ven en geheel onverwacht heeft die
mij een aardig kapitaal nagelaten.
Natuuriyk heb ik toen dadelijk mijn
praktyk neergelegd, want de rechts
kundige haarkloverijen van myn
cliënten hadden allang voor my alle
aantrekkelijkheid verloren. Een tijd
lang heb ik toen in Parys vertoefd
om miju nieuwe levenswijze gewoon
te worden. En nu dacht ik er lang
zamerhand eens over, mij te vesti
gen. Ik ben van plan om hier inde
buurt een grooten wijngaard te koo-
pen. Mocht mij dat niet gelukken,
dan wil ik trachten deelgenoot te
worden in een gevestigde champagne
firma".
„Nu," hernam de eerste weer,
„misschien is hier wel een wijngaard
te koop, die naar je zin is. Wanneer
ik je soms met het een of ander van
dienst kan zijn, dan heb je maar te
spreken".
„Dank je. Ik zal gaarne van je aan
bod gebruik maken. Maar nu moet
jy me toch vertellen, de Ch&teauneuf,
hoe je zoo hier zit. Hoelang ben je
getrouwd en hoelang woon je hier
al? Eu waarom heb je je laten over
plaatsen?"
„Och, voor mijzelf zou ik geen
overplaatsing verzocht hebben, maar
mijn vrouw drong er erg op aan.
Hier in de stad had ze een oude
tante, waar zy zeer aan gehecht was.
Daarom wilde zij gaarne naar Reims.
Nu is de oude dame onlangs over
leden en dus hebben we daar niet
veel genoegen van beleefd".
„Dat spyt mij voor je. Maar zeg,
hoe heb je met je vrouw kennis ge
maakt, en waar?"
„Dat is heel eenvoudig. De gedachte
van die kennismaking is van myn
moeder uitgegaan. Door haar toedoen
ben ik den vorigen herfst, na de ma
noeuvres, op bezoek geweest op het
kasteel Montmireaux in Bourgogne,
waar Josephine's ouders wonen. Daar
zag ik mijn vrouw en we waren het
spoedig met elkander eens. Het spijt
mij, dat ik je nu niet aan haar kan
voorstellen, want zij krygt nu juist
zangonderricht. Maar kom je morgen
bij ons eten?"
„Dank je; het is morgen voor my
een zeer drukke dag. Maar ik zal in
gemor, gezoem, te hooren van vlieg
machines Straks patst zoo'n bom,
bij ongeluk of vergissing losgeraakt,
op het neutraal-vaderlandsche erf
ergens neer!... We zijn al blij met
de tijding, dat de „Insulinde" den
20ste toch wel degelijk naar de Oost
zal vertrekken. 'tZijn nu tijden van
hevigen ernst.
In Den Haag dringen de politie
mannen de trams binnen om
onverbiddellijk te „bekeuren" ook
de allerdeftigste hofstodelyke dames,
die 't wagen, zich met onbeschermde,
onbedopte hoedenspelden te vertoo-
nen... Ze gaan „op de bon"... Er
is geen gratie voor. Zelfs vrouwen,
zusters, nichten van ministers, staats
raden, graven en baromten worden
naar „meneertje" verwezenEn
voor deftig-Haagsche harten zyn deze
teekenen-des-tyds de gewisse aanwy-
zingen dat nu de jongste der dagen
in aantocht is 1
Mr. Antonio.
DE OORLOG.
De officieele legerberichten van
27 en 28 Januari.
Van het Westeiyk front melde
een particulier Reuter-telegram dd.
28 Jan. dat het gevecht by' la Bassée
nog steeds voortduurde. Dat er hevig
gevochten werd was op te maken
uit do vele ambulance-treinen welke
van het front te Boulogne aankwamen.
In het begin verliep het gevecht
gunstig voor de Duitschers, doch
naderhand keerde de kans. In een
wanbopigen aanval veroverden de
EDgelschen hunne verloren gegane
loopgraven.
Een aanval op Béthune welke door
de Duitschers in gesloten formatie
werd ondernomen sedert den slag
in Vlaanderen was dit niet meer voor
gekomen werd onder zware ver
liezen voor de Duitschers afgeslagen.
Het officieele Fransche legerberieht
dd. 28 Jan. ('s middags 3, uur) meldt
dat de Duitschers ter gelegenheid
vau den verjaardag van den Duit-
scben Keizer, overal een groote
krachtsinspanning toonden. Alle aan
vallen werden echter afgeslagen.
In de gevechten bij Craonne, welke
volgens de wederzydsche berichten
wel eenig voordeel voor de Duitschers
hebben opgeleverd - al erkennen de
Franschen dit niet direct moeten
de aanvallers echter zware verliezen
geleden hebben. Van Fransche zyde
worden de Duitsche verliezen op
minstens een brigade geschat. De
Franschen verloren in drie dagen
tijd ongeveer 300 man.
Aanvallen der Duitschers bij Fon-
taine Madame en in het bosch van
Dailly werdeu afgeslagen.
Vorderingen der Franschen worden
gemeld uit de Vogezen, met name
ten N. van Senones (N. van St. Dié)
en bij Ban de Sapt.
Het Duitsche legerberieht vau den
zelfden datum meldt dat vijandelijke
artillerie de plaatsen Middelkerke en
Sli.ipe beschoten. Op de heuvels van
Craonne werden 500 M. loopgraaf aar.
de Franschen ontnomen. De tegen
aanvallen der Franschen werden ge
makkelijk afgeslagen.
Omtrent de door de Franschen ge
melde vorderingen in de Vogezen
meldt het Duitsche bericht alleen dat
de aanvallen op de door de Franschen
genoemde punten, en op het front
Nieder-Aspach Hertweiler werden af-
Er schyuen aan het Belgische
front weer groote troepenverplaat
singen plaats 'te hebben. Een bericht
uit Sluis meldt tenminste dat den
bewoners van Kortrljk verboden werd
hunne huizen te verlaten wegens
aanzienlijk troepenvervoer.
In Oost-Pruisen wordt weer ge
streden. Dit wijst het Russische leger
berieht van 27 Jan. uit. Er wordt
gemeld dat de gevechten in de streek
van Malweschken en Lasdehuen wor
den voortgezet. (Lasdehnen ligt in
den N.-O. hoek van Oost-Pruisen, iets
ten Z. van de Njemen). Op den rech
teroever van de Weichsel zoowel als
op den linkeroever hadden geene be
langrijke wijzigingen in den toestand
plaats. Duitsche aanvallen in de
streek van Neorzimow en Kamiou
werden afgeslagen.
Ook het Duitsche legerberieht van
Ingezonden Mededeeling.
HERMAN NYPELS HELDER.
Telef. Intc. 140.
ABONNEMENTSKLEEDING
voor Haeren.
Zeer doelmatig.
De goederen blijven het eigendom van
den geabonneerde.
Ons tarief wordt U op aanvraag on-
middelijk toegezonden.
den 28sten geeft geen verandering
aan; alleen wordt medegedeeld dat
een aanval der Russen N.-W. van
Gumbinnen en N.-O. van Sierpe werd
Het Russische bericht van den
27sten meldt met betrekking tot de
gevechten in Galicie, dat zich gevech-
teu op groote schaal ontwikkelden
over het geheele front van de Dukla-
pas tot de Wyszkow-pas.
Het Weensche bericht van den
28sten komt hiermede overeen. Het
meldt echter verschillende voordeelen
voor de Oostenrijkers. Volgens deze
mededeeling zouden de Russen uit
het dal van de Nagy-Agg verdreven
zyn. Tornya werd genomen en de
vijand werd teruggedrongen tot voor-
by Wyskow, alwaar de strijd tegen
de vyandelljke achterhoede opnieuw
werd begonnen.
Overigens wordt de toestand in de
Karpathen als niet veranderd aange
geven.
Van het Russisch-Turksche ge
vechtsterrein komen berichten welke
den indruk geven dat het Turksche
leger na de geleden nederlagen al
weer aardig hersteld is. Het Rus
sische bericht van den 28sten meldt
ten minste dat de Turken in het ge
bied van den Tsjoroch op den 26st,en
krachtige aanvallen ondernamen wel
ke echter werden afgeslagen. Ook in
de richting van Olty hehben de Tur
ken het. offensief hervat. Ook hier
werden zy teruggeslagen.
In Aserbeidsjan (Perziö) nam de
bedrijvigheid der Turken, gesteund
door talryke benden Koerden, toe.
Zij beproefden een offensief in de
richting van Choi, doch werden
teruggeslagen.
De houding van Roemen ié geeft in
Oostenryk Hongarije aanleiding tot
groote ongerustheid. Wel geven ver
schillende Oostenryksche bladen te
kennen dat Roemenië wel verstandi
ger zal zijn, en zich van oorlog
voering onthouden zal, maar je kunt
nooit weten. In verband met de on
zekerheid ten opzichte van de Roe-
meensche politiek zullen dan ook wel
de troepenverplaatsingen staan, welke
voor kort plaats - vonden. Van uit
Servie zouden groote transporten
overgebracht zyn naar Zevenburgen.
Op Zee.
De slag op de Noordzee.
Londen, 28 Jan. Het persbureau
publiceert het voorloopig verslag van
admiraal Beatty over het gevecht in
de Noordzee. Het verslag zegt:
Te 7.30 in den morgen bespeurden
wij den vijand, veertien mijlen Oost-
zuidoostwaarts van ons slagkruisers-
eskader de torpedojagers kregen last
jacht te maken op den vyand, die
klaarblykelljk aanstalten maakten om
terug te trekken. De slagkruisers
stoomden zuidoost, ten einde te pogen
den vyand af te snydenzy maakten
een snelheid van 28-29 knoopen en
openden een langzaam vuur. Op 18.000
yards begonnen onze granaten te
treffen, op 17.000 yards beantwoordde
do vijand het vuur. De „Lion" en de
„Tiger", die aan het hoofd stoomden
vau het eskader, waren gedurende
eenigen tijd alleen in actie, zoodat
zy blootgesteld waren aan het con
centrische vuur van den vijand;
vooral de „Lion" leed daardoor meer
dan de andere schepen.
De overige kruisers kwamen ge
leidel yk in gevecht; een aanval van
de Duitsche torpedojagers werd afge
slagen. Een raak schot beschadigde
tegen 11 urn- een der reservoirs van
de „Lion", zoodat een der machines
defect raakte. Tegeiykertyd worden
vijandelijke onderzeebooten gezien,
aan stuurboordzyde en van koers
veranderd om deze te ontloopen. De
„Blücher" was in kritieken toestand,
en de „Indomitable" kreeg last er
ieder geval wel een half uurtje vin
den, om hier te komen en met je
vrouw kennis te maken".
„Goed zoo. Du3 zien we elkaar
morgen in elk geval weer. Kijk, ik
zou je wel uitnoodigen om dezen
avond by ons te biyven, maar ik
heb nog eenige dringende bezigheden".
„Och, maak toch volstrekt geen
drukte om mijnent wil, beste vriend 1
Dat zou dadelijk nadeelig zijn voor
onzen vriendschappelljken omgang.
Groet je vrouw voor my, en tot weder-
ziens morgen. Adieu!"
De Ch&teauneuf greep Chaumont's
hand en schudde die harteiyk.
„Je bent nog heelemaal de oude
kameraad van vroeger. Het doet my
werkoiyk genoegen, dat het toeval
ons weer by elkaar heeft gebracht.
Ik hoop maar, dat je hier spoedig
een wijngaard vind en voor goed te
Reims blijft".
„Stel je gerust. Als ik koop, koop
ik in de nabyheid van de stad. Dat
ben ik vast van plan. Vaarwel 1"
„Tot ziens!"
TWEEDE HOOFDSTUK.
Mynheer Chaumont verliet het huis
en liet zich naar het „Hotel de France"
rijden.
Hier aangekomen, begaf hij zich
naar de rookkamer en bemerkte in
het voorbygaan een reclamebiyet
van een opera-voorstolling.
Hy riep den oberkellner bij zich
en vroeg hem: „Heeft de opera hier
nog wat te beteekenen? Of zyn hier
een einde aan te maken.
Terwijl de rest van het eskader
de vijandelijke achterhoede aanviel,
stoomde de „Lion" met een escorte
noordwest, en bracht admiraal Beatty
zyn vlag over naar de „Princess
Royall". Door de beschadiging van
de machines van de „Lion" zyn wy
voorzeker beroofd van de kans op
een grooter overwinning doch de
aanwezigheid van Duitsche onder
zeeërs noodzaakte ons toch het ge
vecht af te breken.
Het resultaat van het gevecht was,
dat de „Blücher" zonk, dat twee
andere slagkruisers door ons vuur
ernstig werden beschadigd. Duitsche
krijgsgevangenen beweren, dat ook
de „Kolberg" gezonken Is.
Daar de „Lion" door het defect
aan de machines moeilyk kon stoo-
men, sleepte de „Idomitable" haar
naar de haven; de schade aan de
„Tiger" was niet ernstig en zal in
korten tyd weer hersteld kunnen
zijn. De rest van het eskader beliep
geen schade, en onze verliezen zijn
gering.
(De „Kolberg", die volgens dit be
richt gezonken is, is een lichte krui
ser van 4234 ton, van hetzelfde type
al de „Mainz" en de „Cöln", die reeds
eerder verloren gingen. Deze kruisers
liepen in 1908—1909 van stapel, loo-
pen 27 knoopen, hadden een bewa-
jening van 12 10.5 cM. en 4 5.5 cM.
canonnen en een bemanning van
379 koppen.)
Volgens de Scotsman is de gezag
voerder van de „Blücher" in het hospi
taal teEdinburg by'gekomen. Hy is ge
wond. De Blücher schijnt aan de be
schieting van Hartlepool te hebben
deelgenomen, en bij die gelegenheid
dooden en 21 gewonden te hebben ge-
slechts artisten van den derden
rang
„Oh, neen, mijnheer. De voorstel
lingen moeten zeer goed zyn. De
schouwburg is byna iederen avond
gevuld".
„Wanneer begint de voorstelling?"
„Om acht uur".
Meneer Chaumont wierp een blik
op zyn horloge.
„Zoo, het is nu pas zes uur. Zend
dadelijk iemand naar het bureau en
laat my een plaatskaartje balen".
„Zeer goed. Zal mijnheer weer ge
bruik maken van het rijtuig?"
„Neen, ik ga te voet".
Mynheer Chaumont begaf zich naar
zyn kamer en toen de voorstelling
een aanvang zou nemen, verliet hy
het hotel weer.
De schouwburg lag nauwelijks vijf
minuten van het Hotel de France
verwyderd op een open plein, de
Place Royale geheeten. Reeds van
verre hoorde men de ruischende tonen
der muziekkapel. Toen mijnheer
Chaumont had plaats genomen, was
het eerste bedryf reeds byna geëin
digd. Chaumont sloeg er geen acht
op, maar bestudeerde door den too-
neolkyker het publiek. Ook het vol
gende bedrijf kon hem aanvankelijk
weinig boeien, ofschoon spel cd zang
uitstekend waren. Eerst later, toen
miss Mary Moorbank, een beroemde
zangeres optrad, schonk hy meer aan
dacht aan de voorstelling.
De zangeres had een fraaie gestalte,
waarvan zij de bekooriykheid nog
verhoogde, door haar prachtig cob
Berlijn, 28 Jan. De ochtendbladen
geven een nadere beschryving van
den slag in de Noordzee. Het Duit
sche eskader, onder bevel van schout-
by-nacht Hippen, varend in de kiel-
linie van een kleinen verkennings
kruiser, ontmoette 120 mijlen ten
westen van Helgoland een Eogelsch
eskader dat zoowel wataantal schepen
als wat de grootte der schepen be
treft, de overmacht had. De admi
raal zette nu koers naar het zuid
oosten, hetzij om dichter aan de kust
ondersteuning te vinden, hetzij om
het voordeel van zon en wind te
krijgen. De Engelschen voeren op
ongeveer twintig kilometer afstand
bijna ovenwydig; by de eindgevech-
ten was de afstand vijftien kilometer
geworden. DeEogelschen concentreer
den hun vuur op het laatste Duitsche
schip, de „Blücher". Zij hadden het
voordeel van hun groote snelheid
28 knoopen tegen 25 van de „Blü
cher". Deze kreeg weldra door vljan-
delyke treffers schade aan de machine,
zoodat ze achterbleef en begon te
hellen. Er werd echter kalm door
gevochten. Van de aanvallende Engel-
sche torpedobootjagers werden twee
door de schoten van de „Blücher" in
den grond geboord; waarschijnlijk
werd een derde torpedojager door een
Duitsche onderzee boot in den grond
geboord. De „Blücher" echter kreeg
van andere torpedojagers eenige tor
pedotreffers en te 12.37 had een ont
ploffing plaats.
Zeventig myion van Helgoland
wendde het Engelsche eskader den
steven, of omdat het do Duitsche
versterkingen, onderzeebooten en mij
nenvelden vreesde of wegens den
toestand der eigen schepen. Het lei
dende schip, de „Lion" helde, het
tweede schip, de „Tiger", brandde
hevig en bleef achter. De slaglinie
was verbroken. Alle schepen waren
in rookwolken gehuld. Te midden
van den smook dook voor een ach
tergebleven Duitsche torpedoboot een
Engelsch slagschip op. De torpedo-
boot lanceerde een torpedo en trof
het schip, dat spoedig zonk. Dit feit
is door de waarnemingen uit een
Duitsch luchtschip en van don Duit-
schen pantserkruiser „Moltko" be
vestigd. Verder namen geen lichte
Duitsche schepen aan het gevecht
deel.
De Duitsche verliezen zijn deze:
De „Blücher" is gezonken; 200 op
varenden zijn door Engelsche torpedo
booten gered. Een pantserkruiser en
een kleine kruiser kregen elk een
treffer en hadden eenige dooden. De
torpedobooten zijn onbeschadigd terug
gekeerd. De schade aan den Engel
schen pantserkruiser „Lion" is blik
baar zwaar, daar bij ten slotte door
de „Indomitable" gesleept werd. De
Engelsche verliezen aan menschen-
levens bewijzen dat de Duitsche pro
jectielen het pantser doorboorden.
Welk Engelsch schip zonk is onbe
kend. Indien de Engelschen met het
verlies van een schip en van twee
torpedobooten, en de beschadiging
van andere schepen, tevreden zyn,
kunnen wy ook tevreden zUn.
De marineman van de „Times"
tracht zich de taktiek van het Duit
sche eskader by den zeeslag op de
Noordzee to verklaren. Dat de Duit
schers op het zien van de Engelsche
vloot den boeg wendden uit vrees
voor het gevecht, is natuuriyk niet
waar, zegt hy. Ook kan niet onder
steld worden, dat zy op de ontmoeting
niet voorbereid waren. De „Times"
onderstelt, dat de Duitsche admiraal
tot zijn taktiek besloot om de over
macht van de Engelsche vloot zoo
klein mogelyk te maken. Had hy een
liniogevecht aanvaard, boord tegen
over boord, zooals de Engelsche ad
miraal Cradock by Coronel ln het ge
vecht met admiraal von Spee, dan
was het lot van Cradock waarschynlijk
dat van het Duitsche eskader op de
Noordzee geworden. Door weg te
loopèn kon hij op de naderende Engel
sche schepen betrekkelijk meer ge
schutvuur richten dan by een gevecht
van linie tegenover linie. Ook is het
waarschyniyk, dat hij de Engelsche
schepen naar een toebereid mynveld
wilde lokken.
Naar het schijnt hadden de Duit
schers ook het voordeel van de zon
en een zwakken wind.
Nationaltidende beschuldigd de
EDgelsche pers van sterke overdryving
in haar bespreking van den zeeslag
in do Noordzee. Tegenover de be weriDg
van Engelsche bladen, dat de over
winning een daad der gerechtigheid
was tegenover de geweldenaren, die
onbeschermde steden en hulpelooze
vrouwen en kinderen beschoten, her
innert het Deensche blad aan een
woord van den Engelschen admiraal
Fisher: „Het wezen van den oorlog
is geweld, gematigdheid is domheid.
Sla hard en sla waar ge kunt", en
het noemd de uitingen der EDgelsche
pers het uitvloeisel van een over
spannen inkt oorlog, die het den
onzydigen staten zelfs moeilykt maakt
steeds de onpartydigheid te bewaren.
Dat de overwinnaar de overwinning
overschat, is geen nieuw verschijnsel.
Maar de krasse uitval van de Times
tegen de Duitsche schepen„zy vluch
ten, zoodra zij de Engelschen schepen
zagen", is ongerechtvaardigd. Het
Engelsche eskader was in getal en
sterkte de meerdere van het Duitsche
en de Duitschers hebben geen reden
een ongelyken stryd te aanvaarden.
Os „Saphlr."
Omtrent den ondergang van de
Fransche onderzeeboot „Saphir" zyn
nadere byzonderheden ontvangen. Op
17 Januari drong de „Saphir" in de
Dardaneilen door tot Nazara. Zy dook
tot groote diepte om de mynen to
ontgaan, maar raakte daarby den
bodem en kreeg ernstig averij. De
commandant slaagde er echter inde
boot weer boven te brengen en de
bemanning kon worden gered. De
commandant zelf echter weigerde te
worden gered door den vyand en ging
met de boot, die weldra, begon te
zinken, te gronde.
Hst Suszkanaal.
Onder de laatste berichten in ons
vorig nummer hebben wy reeds ge
meld, dat het Suezkanaal door de
militaire autoriteiten zou worden ge
sloten.
Dit besluit, indien het zal worden
uitgevoerd, is een gevolg van de te
verwachten aanvallen der Turken,
die de vaart door het Kanaal voor
de Engelsche, Fransche en Russische
schepen natuuriyk zullen trachten te
beletten. Reeds hebben zy onlangs
een aanval bij St. Kantara gedaan.
Voor ons land zouden de gevolgen
van de sluiting natuuriyk zeer ern
stig zijn.
Het Handelsblad heeft met de
directie vau de maatschappij Neder
land hierover een onderhoud gehad.
Men was aldaar van meening, dat de
maatregel slechts van tydeiyken aard
zou zyn. En in het ergste geval zouden
de schepen rond de Kaap stoomen.
De gewone reis Amsterdam - Bata
via door het Suezkanaal is 8000 myi
lang, en rond de Kaap 11.600 mijl
De reis zou dan 10 dagen langer
duren. Op zichzelf is dat in deze tijden
geen groot bezwaar. Maar de vrachten
zullen daardoor nog hooger worden.
Op het oogenblik hebben de schepen
nog order langs de gewone route te
vertrekken, in afwachting van het
officieele bericht der algeheele sluiting.
Ook de Rotterdamsche Lloyd achtte
de verkregen inlichtingen nog niet
voldoende om een besluit over de te
volen route te nemen.
Uit Duitschland.
Dultschs verliezen.
Men schrijft van Duitsche zijde aan
de „N. Rott. Ct."
Tot 21 Januari waren verschenen
181 Pruisische, 140 Beiorsche, 96
Saksische, 99 Wurtembergsche ver-
liesiysteu en 14 verlieslysten van de
marine. Deze bevatten te zamen
988.960 namen, waarvan 615,059 van
gewonden. Van deze laatsten zyn
ruim 40 percent naar het front terug
gekeerd.
Veldpostdief.
Er is weer een veldpostdief gesnapt.
Te Stuttgart is een postambtenaar in
hechtenis genomen, dio aangeteekende
brieven met een waarde van 26,000
Mark, die van het front kwamen heeft
verduisterd en veldpostzendingen tot
een gewicht van 200 Kilogram heeft
gestolen.
Ruim een millloen Belgen
afwezig. De Brusselsche
standaardmaat zoek.
Een byzondere correspondent van
„De Tijd" te Brussel seint:
Het onderzoek naar het aantal uit
gewekenen uit Belgiö heeft uitgewe
zen, dat de vyandelijke inval meer
dan een millioon Belgen hun grond
gebied heeft doen ontruimen!
Onze standaardmaat is weg. Een ver
lies van fr. 20.000. Men weet, dat te
Brussel een standaard werd bewaard
van de normaal, wetenscbappeiyk
vastgestelde lengte engewichtmaten.
Die standaard was opgeborgen bij de
archieven van den senaat in een brand
kast. Drie personen hadden een sleutel.
De standaard zelf ligt in een doos,
mede met een geheim slot gesloton.
Hij is van platina eu heeft een waar
de van circa fr. 20,000. Thans is die
brandkast, naar „Het Vlaamsche
Nieuws" weet te vertellen, openge-
brand met oxygeengas en de Belgi
sche platina normaalmaat is verdwe
nen. Een troost is hot, dat er nog
een normaalmaat is te Londen en
ook een te Parys.
tuum. Behalve de naam, was er niets,
dat aan een Engelsche dééd denken.
Het prachtige donkere haar, de kool
zwarte oogen onder de schoone wenk
brauwen, die klassiek gevormde neus
de frissche roode ljppen dat
alles deed meer denken aan eene
Italiaansche dan aan een Engelsche.
Misschien had zy ook wel een
Italiaansche moeder gehad, of wel
was het slechts een schuilnaam, zoo
als vele kunstenaars er een aange
nomen hebben.
Hoe dit in werkelijkheid zijn mocht,
zy wist in ieder geval het publiek in
verrukking te brengen.
Mynheer Chaumont wendde geen
oog van haar af; hy had zich ver
voorover gebogen. Het was, alsof zijn
scherpe blik haar met magnetische
kracht wilde dwingén naar hem te
kyken. En werkelijk ontmoette thans
haar oog het zijne. Ja, een scherpe
opmerker had kunnen zien, dat miss
Moorbank op dit oogenblik even van
kleur verschoot, terwyi zy onwille
keurig beefde. Toch ging alles zoo
snel, dat zeker van het geheele pu
bliek slechts één het bemerkte. En
deze eene was mynheer Chaumont
Bij het begin der groote pauze be
gaf hy zich naar het buffet, waar be
halve ververschiogen ook sierlijke
bloemruikers te koop waren. Myn
heer Chaumont koos een der fraaiste
ruikers uit. Toch haastte hy zich
niet, om daarmede naar zyne plaats
terug te keeren, zelfs niet toen de
muziek het einde der pauze aan
kondigde.
Hy nam daarentegen plaats op een
stoel in de nabyheid van het buffet,
liet zich een glas port geven en
knoopte een gesprek aan men den
buffetchef over de verschillende zan-
i en zangeressen. Daarby wist
hij ook miss Moorbank ter sprake te
brengen. Maar hoezeer de buffethou
der ook met lof sprak over de
schoone jonge dame, hy wilde of kon
den vreemdeling over hare omstan
digheden niets mededeelen; hy kon
hem zelfs niet hare woning noemen.
Eindeiyk zocht mynheer Chaumont
zyne plaats weor op. Miss Moorbank
trad in het voorlaatste bedryf nog
maals op. Toen zy hare taak had
geéindigd, was Chaumont's ruiker
niet de eenige, die haar ten deel viel.
Maar toch raapte zy die alleen op
en wierp mijnheer Chaumont een
dankbaren blik toe.
Een uitmuntend gezongen koor in
prachtige costumes was het slot der
vooorstelling. Nog eenmaal klonk het
donderend applaus door de ruimte,
toen drong het publiek in dichte ryen
naar buiten.
Ook Chaumont verliet de schouw
burg. Buiten gekomen bleef hy be
sluiteloos staan en ging eenige keeren
op en neer, eer hy zich naar de hel
der verlichte restauratie wondde, die
er schuin tegenover lag.
Hy knoopte ook hier met den keil-
ner, die hem bediende, een gesprek
aan over de zangers en zangeressen
van het opera-gezelschap. Of de
I leden van het gezelschap wel in dit
I lokaal kwamen? Nu en dan. Of
ingezonden Mededeeling.
Zwakke of ziekke nieren.
Door haar te verwaarloozen be
gunstigen wij de voortwoekcring van
ziekten. Het verwaarloozen van ver
zwakking of ziekte der nieren en
urinewegen kan de ernstigste ge
volgen met zich .sleepen.
Men kan een betrekkeiyk uitste
kende gezondheid scbynen te genieten
en toch een nieraandoening hebbon,
welke, in het begin van weinig hinder,
veroorzaakt werd door een kleinig
heid (een gevatte koude, vermoeienis,
buitensporigheden van allerlei aard).
De uitvloeisels vau deze aandoening
treden by tusschenpoozen op, ver-
dwynen tijdelyk en doen zich daarna
krachtiger gevoelen.
Rugpyn, hoofdpijn, waterzuchtige
zwellingen onder de oogen en in de
enkels, rheumatische pijnen, urine-
stoornissen kunnen de verschynselen
zijn, die aanduiden, dat do nieren en
blaas aangedaan zijn en somtijds reeds
veel erger dan vermoed wordt.
Foster's Rugpyn Nieren Pillen her
stellen de goede werking der nieren
en blaas en doen de bovenstaande
verschijuselen verdwijnen, de voor-
loopers van gevaariyke ziekten als
waterzucht, niersteen, nier- en blaas
ontsteking, uremie (urinezuurvergif-
tiging).
Te Den Helder verkrygbaar by de
Fa. De Bie—Biersteker, Keizerstr. 93.
Toezending geschiedt fr. na ontv. van
postwissel h f 1.75 voor één, of f 10.—
voor zus doozon.
Eischt de echte
Foster's Rugpijn
Nieren Pillen, wei
gert elke doos, die
niet voorzien is
van nevenstaand
handelsmerk. (46)
zich hier ook dames vertoonden?
Neen, die leefden bepaald zeer inge
togen. Daarmede waren Chaumontö
informatica geëindigd.
Hij bleef, na te hebben gesoupeerd,
nog een tijdlang zitten en dronk
langzaam zijn flesch wyn uit by de
sigaar, die hy had aangestoken. In
gedachten verzonken zag hy do
blauwe rookwolkjes na, die dwarre
lend opstegen. Toen vroeg hy een
adresboek en begon er in te bladeren.
„Hoe kom ik van hier naar het
Hotel de France?" vroeg hij den
kellner, nadat hy had betaald.
„Als u van hier rechts afslaat en
dan maar steeds rechtuit de breede
straat houdt, dan kunt u niet mis
sen".
„En waar kom ik, als ik liDka
ga?"
„In de Breedelaan".
„Waar leidt die heen?"
„Naar de rivier".
„Staan aan de overzyde der rivier
ook nog huizen?"
„Zeker".
„Is dat eene voorname wyk?"
„O, neen. Er wonen daar alleen
arme lieden",
„Hm, hm! Dankje!"
Toen mijnheer Chaumont weer
buiten stond, ging hy, zonder zich
to bedenken, naar links en slenterde
de Breedelaan op.
(Wordt vBrvolgd.)