HELDERSCHE COURANT
VOORHEEN GENAAMD 'T VLIEGEND BLAADJE
Nieuwsblad voor Helder, Koegras, Texel, Wieringen en Anna Paulowna
Het 21ste Congres der S.D.A.P.
No. 4450
DONDERDAG 8 APRIL 1915
43e JAARGANG
Abonnement per 3 mnd. 65 ct., franco per post 90 ct., Buitenland f 1.90
Zondagsblad 37£ 45 0.75
Modeblad 65 75 1.00
Voor het Buitenland bij vooruitbetaling - Losse nummers der Courant 2 ct.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag
UITGEVER: C. DE BOER Jr. - HELDER
Bureau: Koningstraat 29 - Interc. Telefoon 50
Advertentlën van 1 tot 4 regels (bij voorultbet.) 30 cent Elke regel meer 6 ot.
Ingezonden mededeellngen van 1 tot 4 regols 75 cent Elke regel mser 15 cent
Advertentlën op bepaald aangewezen plaatsen wprden 25°/0 hooger berekend.
Groote letters en cliché's naar plaatsruimte. - Bewijs-oxemplaar 2$ cent
DE WEEK.
6 April.
Wanneer iemand, die gedurende
ruim acht maanden gansch-afgezon-
derd was geweest van het wereld
gebeuren sinds 1 Augustus-1914, op
Paschen-'lö plotseling midden in „de
beweging" ware geplaatst; zonder
dat iemand hem had ontsluierd iets
van de groote ramp, over de wereld
gekomen Wel, ik geloof niet, dat
zulk-eenik bedoel natuurlijk vertoe
vend op Nederlandschen bodem; al
heel gauw den indruk zou hebben
gekregen, dat er „iets bijzonders"
aan de hand was 1Van bitteren
oeconomischen nood der tijden was
in het „uiterlijk aspect" op de beide
Paaschdagen al heel weinig te be
speuren. De vele militaire pakjes
vormden misschien 't eenige, dat de
aandacht kon trekken. Overigens was
alles even lustig; pronkend met
nieuwe plunje; genietend van de
vrije uren, als op Paschen-1914, toen
slechts de meest-ingewijden, de meest-
sensitieven gevoelden, dat er „iets
vreemds in de lucht" zat, niemand
er aan twijfelde dat de groote uit
barsting eerlang moest volgen, maar
ook niemand besef had, dat de
wereldbrand na eon twaalf-tal weken
reeds, in al zijn felheid, zou uitbar
sten Wij weten van-ouds, dat
ons volic ook bij de viering van zijn
gewone en verdere feestdagen weinig
uitbundig is. Wij zingen niet of
erbarmelijk slecht. Wij zitten rustig
in café's en bioscopen. Hoogstens
strengelen zich de handen van ver
loofde en verliefde paartjes, de
adjectieven behooren, in dit verband,
niet altijd, helaas, bijeen!; samen.
Een smachtende minnaar legt tee-
derlyk zijn arm om de taille zijner
vrijster. Zóó zitten ze te luisteren
naar strijkjes of kijken naar de voort-
schietende film in een bioscoopje.
Nu en dan schiet een hoog-dartel
vrouwelacbje uit of proest een clubje
over een „leuke mop". Maar welhaast
herstelt zich weer de vredige kalmte.
De aanwezigen kijken ietwat-verbaasd,
sommigen wat ontstemd en -veront
waardigd op, over het dartel gejoel.
De pretmakers schamen zich een
tikje... Zóó heb ik, sinds vele jaren,
in Patria feestdagen zien vieren.
Erkend moet worden, dat dronke-
mans-tooneelen veel minder voorko
men dan vroeger. Ik kon, met den
besten wil, geen belangrijk verschil
ontdekken in het „aspect" der Paasch-
vierderlj in tijd van wereldcrisis en
die van normale dagen, toen de arme
Vredesengel nog niet verjaagd was
uit het overgroote deel van de
„beschaafde" wereld Waarmee ik
zeer stellig niet zeggen wil, dat ook
in de eerste April-week van 1915
niet veel bittere armoö is geleden
door menschen, die in en buiten
„feestijd" hun ellende aan het oog
der massa behoedzaam onttrekken...
Intusschen hééft 't, gelijk wij
allen, nu tot profeet-zijn hier moed
vindend, voorspelden, te Arnhem
gestormd. En hoeOp het Paasch-
congres der S.D.A.P. De heer Troel
stra heeft zes uren lang geredevoerd
zoodat de eminente leider der S.D. A.P.
in Nederland op 5 April zijn stem
banden niet meer vermocht te be-
heerschen. En óók is de profetie be
waarheid, dat het Partijbestuur met
glans en glorie, met overgroote meer
derheid, „sur toute la ligne
heeft weten te zegevieren over de
oppositie. Met 555 tegen 231 stem
men is het P.B. in 't gelijk gesteld
door het Congres. Ook wat de houding
betreft ten opzichte van de defensie,
van den Anti Oorlogsraad, wat de
thans vereischte neutraliteit betreft.
De man, die zoo vaak reeds op mees
terlijke wijze de reuzetaak, den won-
dertoer heeft vervuld om een S.D.A.P.-
Congres te leiden, de heer Vliegen
heeft ook nu zijn „leuke gemoede
lijkheid" getoond en er wederom
wonderen mee bereikt. Al dadelijk,
bij de opening der bijeenkomst, kreeg
hij de lachers op zijn kant, toen de
heer Vliegen zei, „geen beroep te
willen doen op de vergadering om
de discipline in het oog te houden".
Een grimmig woord als tucht blijft
contrabande in dezen dampkring.
Maar wèl blijken, waar 't op „zaken
doen" aankomt, het gros der S.D. A.P.
'ers immers genoeg gezond-verstand
en practiachen-kljk op de dingen te
hebben om te beseffen, dat voorzitter
VliegeD 't bij het rechte eind heeft.
En op hoe echt-leuke wijze weet deze
Limburger, deze „selfmade man", die
't van zettersmaatje heeft gebracht
tot een der bekwaamste Tweede
Kamer-leden, alsmede tot een wet
houder der hoofdstad, wiens bevoegd
heid voor het uitermate moeilpe
ambt door niemand wordt betwist,
op hoe echt-leuke manier weet
de heer Vliegen te teekenen hut
karakter der door enkelen toch in
ernst-gevaarlijk geachte oppositie!...
Hij vergelijkt haar meteen bar
bier, die van een heel klein stukje
zeep een zee van schuim weet te
maken I Dio wangen, neus en
ooren van den' ingezeepte overdikt
met een lawine van vlokkenDe
heer Vliegen is f\jn-menschenkenner,
en hij kent bovendien den smaak
des volks als weinigen... Overigens
stond 't, gelijk reeds gezegd, vast,
dat de S.D.A.P. niet op dit haar
Arnhemsche Congres, in tijd van
wereldcrisis, „harakiri" zou plegen.
Op den buitenstaander moet 't intus
schen wel een vreemden indruk
maken, te lezen in de verslagen
van dit Congres hoe niet slechts
ontboezemingen van vrienden van
het Partijbestuur, maar óók die van
de oppositie, telkens door daverend,
donderend, alle3-overstemmend ap
plaus werden „begroet". Wie de
„psychologie der massa" eenigszins
kent, die zal ook aan 't geweldigst
applaus niet zooveel waarde hechten.
Die weet, hoe dikwijls 't zoowel den
grooten, besten artist als de arm
zaligste middelmatigheid te beurt
valtOok de „ziel" van een S.D.A.P.-
CoDgres moet men hebben leeren
kennen, doorpeilen, om 't wezenlijk
te begrijpen. En in dit opzicht heb
ben mannen als Troelstra en Vliegen
't heel wat verder gebracht dan b.v.
de nerveus-warmbloedige Zaandam-
sche schepen, de heer Duys
En nu gaan wij verder in „gewo
nen crisis-tijd", 't Zeggen is, dat'de
heeren van het Parlement eerst op
20 April hunne werzaamheden zullen
hervatten. Er ligt dan genoeg voor
't mes om de periode tot Pinkster
te vullenDat de mobilisatie-kredieten
er lang niet zonder slag of stoot
door zullen gaan, het Congres der
S.D.A.P. zal 't dengeen, die 't nog
niet begreep, duidelijk hebben ge
maakt. Voor minister Lely zijn 't nu
sombere dagen. Z(jn ontwerp tot
bestrijding der werkloosheid is in
de Tweede Kamer ontvangen op eene
wijze, die zelfs de vermaarde „oude
vossen" onheilspellend zullen achten.
En dr. Lely's ontwerp voor aanleg
van een breeden snel vervoer weg
dwars door 't Haagsche Bosch is
formeel ten doode gedoemd. Wie
daarbij nu rekont het jongste Senaats
votum betreffende de Maas kanalisatie,
hij zal moeten erkennen, dat dr.
Lely's ministerieele schreden thans
nier „op rozen gaan", zooals 't in
de ouderwetsche verjaardags-versjes
steeds heetteEn sommigen dur
ven zelfs voorspellen, dat na Exc.
Bertling', de tweede van het in Augus-
tus-'l 3 opgetreden extra-parlementaire
Kabinet, die eerlang minister-af zal
worden, niemand anders zal blijken
te wezen dan de minister van Water
staat, aan wiens talenten en opti
misme niemand twijfelt, maar die
door zijn geduchten voorganger mr.
Regoüt niet ODjuist is gekarakteri
seerd als een, „voor wien de vraag,
hoeveel millioenen meer of minder
iets kost, zpnder veel waarde is
Op de „zeetijdingen" is nu ieders
blik gestaag en met angstige onrust
gericht. Na de tijding, dat de „Flora",
aan den ingang van het Bristol kanaal
verloren is gegaan door stranding,
waarbij de bemanning werd gered,
kwam de mare van het vergaan der
„Prins Maurits", van den Kon. W.-I.
Maildienst, bij Hatteras, op de Oost
kust van Nooid Amerika. Of de 49
personen, van wie vier passagiers,
die de „Prins Maurits" aan boord
had op haar tocht van Amsterdam
naar Swansea, gered zijn: 't is ter
wijl ik dit neerschrijf, nog niet be
kend. Men hooptMen vertrouwt
Wat, in deze dagen, zooveler eenige
toevlucht en troost is in bange uren
van onzekerheid
Tot de „lichtpunten" van het
oogeablik mag men rekenen eene
beweging als dio tot bescherming
van de jeugd regen de „bioscoop
gevaren", die dezer dagen te Rotter
dam tot samenwerking bleek te zjjn
gekomen, 't Is meer gezegd, de
bioscoop is iets van niet licht te
overschatten waarde, èn als goed
„tijdverdrijf" èn als van opvoedende
kracht. Maar - zij, die bedenken, dat
ook het voortreffelijkste op aarde gift
en moordend venijn k?m worden, en
dus de bioscoop willen doen zijn tot
zegen, en niet tot verderf, voor de
zeer-jonge, onervaren, geestelijk en
lichamelijk nog ongevormde men
schen om ons heen: ze ziju de
beste, warmste vrienden, niet de
vijanden, van de „tooverlantaarn-up
to date" I
Dergelijke, toch-eenvoudige waar
heden worden door sommigen nog
wel betwist. Ik weet 't. Maar dat is,
in figuurlijken zin, „tegen den
wind in zeiion". Iets, wat tot vóór
zeer kort geleden geacht wérd tot
de onbereikbare dingen te behooren.
In letterleken zin heeft de heer El-
zinga, wiens ontdekking door de
Fiiesche federatie van schippers-ver-
eenigingen met vreugde zal worden
aangekocht, getoond, dat die „on
mogelijkheid" thans evenmin meer
bestaat als 't over zeeön en bergen
door-de-lucht vliegenIn figuur
lijken zin blijft de waarheid onaan
getast!
Mr. Antonio.
DE OORLOG.
De officieele legerberichten van
5 en 6 April.
Van het W e s t e 1 (j k front.
Een Fransche mededeeling geeft
eenige bijzonderheden over de ge
vechten bij Eparges, op 13, 19 en
20 Maart. De artillerie der Franechen
moet hierbij op verschrikkelijke wijze
onder de Beieren, welke deDuitsche
stellingen verdedigden, hebben huis
gehouden. Het meerendeel van hen
werd door de Fransche granaten
gedood of gewond. Een gevangene
verklaarde, dat de gevechten bij
Eparges afgrijselijk waren. Het 8ste
Beiersche regiment, hetwelk hier in
Februari streed, schijnt 2000 man,
w.o. 16 officieren, verloren te hebben.
Het is thans vervangen door het 4e
regiment.
Het leger bericht van den 6en meldt,
dat regen en mist de operaties be
lemmeren. Echter werden toch eenige
voordeelen behaald. Ten Z.W. van
Vauquois kregen de Franschen vasten
voet in de veldwerken der Duitschers,
evenals bij Ailly (ten Z.W. van SL
Mihiel), alwaar zij drie opeenvolgende
loopgraven-linies veroverden en ge
vangenen maakten.
Verder gingen de Franschen voor
uit in het bois Brülé (ten O. van het
bosch van Ailly). Ten N.O. van
Regniéville werd terrein gewonnen.
De Franschen handhaafden zich hier
in do door hen veroverde stellingen,
Het Duitsche bericht van den 6en
zegt, dat de Franschen sedert den
5en erg roerig wareD tusschen Maas
en Moezel. Met sterke krachten,
steund door veel artillerie, vielen zij
aan bi; Ailzy, Aprémont, Flirey en
ten N.O., O. en Z.O. van Verdun.
Ten N.O. en ten O. van Verdun
kwamen hunne aanvallen niet tot
ontwikkeling, ten gevolge van het
hevige vuur der Duitschers. Z.O.
van Verdun werden zij teruggeslagen.
Aan den Oostelijken rand van de
Maashoogten slaagden de Franschen
er tijdelijk in vasten voet te krijgen
in een gedeelte der Duitsche loop
graven, doch in den nucht werden
zij weer verdreven. Bij Ailzy en
Aprémont duurde de strijd den
heelen nacht voort, doch zonder
succes voor de Franschen (volgens
het Fransche bericht is het wel even
anders). In de buurt van Flirey werd
verbitterd gevochten. Verschillende
Fransche aanvallen werden afge
slagen.
Een krachtige aanval van de
Franschen ten W. van het bols le
Prêtre werd gestuit.
Fransche vliegers hebben bommen
geworpen op Mühlheim. Drie burgers
werden gedood. Militaire schade werd
niet aangericht.
Van Fransche zijde wordt gemeld
dat op 5 April, des avonds, een Zep
pelin werd opgemerkt boven de reede
van Duinkerken. Het luchtschip werd
echter door torpedobooten opgemerkt
en keerde daarop naar de Duitsche
linies terug.
Van het Oostelijk front komt
niet veel bijzonders. Het Duitsche
legerbericht van den 6en noemt den
toestand onveranderd. Alleen werden
eenige aanvallen der Russen ten N.
van Kalwariaen ten O. van Augustowo
tot staan gebracht.
In de Karpathen wordt op het
oogenblik wel het hevigst gevochten.
Volgens de Oosten rijksche mededee
ling van den 6en nemen de gevechten
daar nog in omvang toe.
Op de hoogten ten O. van het dal
van de Laborcz, hebben de Duitschers
en Oostenrijkers de Russische stelling
veroverd. Hierbij werden ruim 5000
man gevangen genomen. In de ge
vechten in de hierbij aansluitende
sectoren werden nog ruim 2500 man
gevangen genomen.
N.W. van Kolomea werd een nach
telijke aan val van de Russen tot staan
gebracht. Eveneens mislukte een Rus
sische aanval op den Z. oever van
den Dojestr, op de grens van Galicie
en Besarabie. Hierbij werden twee
Russische infanterie-bataljons ver
nietigd.
Volgens een Russisch bericht wor
den de gevechten in den Kaukasus,
in de richting van Artwin, en in den
kuststreek voortgezet. Op andere ge
deelten van het front is geen veran
dering.
Een Turksche mededeeliDg van den
6en meldt echter dat de Russen ten
N. van Iskjan, na een verbitterd ge
vecht dat 18 uur duurde, over de grens
teruggeworpen werden, en dat reeds
een tweetal dorpen op Russisch ge
bied ia Turksche handen zijn.
Aan de Dardanellen is het ook be
trekkelijk rustig. Volgens een Turk
sche mededeeling van den 6en werd
Zondag door twee kruisers het vuur
geopend op de batterijen aan den in
gang der zeeengten. Er werd echter
geen schade aangericht. Daarentegen
werden een der kruisers en een tor
pedoboot door het vuur der Turken
beschadigd.
In Duitsch-Zuidwest Afrika hebben
de Unie-troepen de plaats Warmbad
bezet. Dit is bet zuidelijke eindpunt
van het spoorwegnet.
Op Zee.
Bij Beachy Head is Maandag het
Engelsche s.s. „Northlands" getorpe
deerd. De bemanning werd gered. Op
denzelfden dag werd bij de kust van
North-Cumberland een Engelsche
trawler in den grond geboord. De
bemanning werd door een Zweedsch
stoomschip opgenomen.
Van Duitsche zijde.
Berlijn, 6 April. Zoowel de „Vos-
sische Ztg." als de „Lokal-Anzeiger"
bevatten heden bijna gelijkluidende
hoofdartikelen, dus waarschijnlijk
officieus geïnspireerd, met het op
schrift: Waar zitten de zeeroovers?,
waarin het goed recht van den Duit-
schen duikbootoorlog verdedigd wordt
en drie volkenrechtelijk geoorloofde
gevallen aangegeven, waarin duik-
booten niet anders kunnen doen dan
gekaapte vijandelijke schepen te ver
nietigen. Deze gevallen zijn: als ten
gevolge van de nadering van vijan
delijke schepen bezorgdheid bestaat
voor terugkaping; als het vervoeren
van den prijs naar een veilige plaats
niet zonder gevaar geschieden kan;
en ten slotte als door behoud van
den prijs de eigen veiligheid van den
kaper gevaar loopt.
Dat de Duitsche duikbooten niet
zonder noodzaak prijzen zullen ver
nietigen, spreekt vanzelf. Want ook
de Duitschers brengen natuurlijk
liever kostbare schepen naar hunne
havens. Vertoornd door belangrijke
verliezen, geeft Engeland den kapi
teins van handelsschepen opdracht,
om oorlogsschepen, in casu onze duik
booten, te rammen en aan te vallen
en daarvoor geeft het premies on
voorziet het handelsschepen met
kanonnen.
Het was steeds volkenrecht, dat
als eenig schip zich tegen eenig
oorlogsschip verzet, het steeds zonder
meer wordt opgebracht of wegge
nomen. Met afkondiging eener alge-
meene bepaling voor de Engelsche
handelsvloot en door het meegeven
van kanonnen kan elk Engelsch schip
zonder verdere formaliteiten ver
nietigd worden en niet alleen dit,
doch ook wie zonder tot de bewapende
macht van een staat te behooren en
zonder als zoodanig duidelijk kenbaar
te zijn, vijandelijke handelingen tegen
onderdanen eener andere gewapende
macht (duikbooten) onderneemt, is
een franctireur.
En wil men ze uniformeeren, ook
goed, dan zijn ze, als behoorende tot
de gewapende macht, een eerlijken
dood vervallen en men zal ze redden
zooveel men eenigszins kan. Een
duikboot zal het evenwel meestal niet
kunnen, wijl zij zelf dergelijke be
manning niet kan opnemen. Indien
echter Engelsche schepen onder val-
sche vlag met dergelijke vijandelijke
plannen en inrichtingen varen, maken
zij zich als schepen, die eene nationale
vlag usurpeeren en onder dekking
daarvan gewelddadigheden uitoefenen
volgens het volkenrecht schuldig aan
zoogenaamde oneigenlijke piraterie.
Zij zullen dan als zeeroovers be
schouwd worden en als passagiers
met hen willen meevaren, moeten
ze voor zichzelven weten aan welk
gevaar zij zich blootstellen. Wij kun
nen hen niet helpen en door schade
moeten zij dan maar wijs worden.
De houding van Griekenland.
Naar uit Athene aan de „Times"
gemeld wordt, is het tweede memo
randum, dat Wenizelos op 80 Januari
aan koning Konstanlljn heeft gezonden
Zondag openbaar gemaakt. In dat
dokument zette Wenizelos uiteen,
dat Roemenie niet genegen was met
Griekenland en ServiS mee te doen,
tenzij ook Bulgarije meedeed. Daarom
ried hij |den Koning aan opnieuw voor
te stellen met Bulgarije tot een over
eenkomst te komen door het Drama,
Kawala en Sarisjaban af te staan.
-Voor het afstaan van een gebied van
2000 vierkante kilometer, bewoond
door 30,000 Grieken, zou Griekenland
zich in Klein-Azié een gebied van
125,000 vierkante kilometer verzeke
ren, bewoond door 800,000 Grieken.
Ten einde de vrees weg te nemen
van den generalen staf omtrent de
mogelijkheid van een aanval van
Bulgarije op Griekenland aan het eind
van den veldtocht, stelde Wenizelos
voor, dat er een overeenkomst met
de entente-mogendheden gesloten zou
worden, teneinde dat te voorkomen.
Wenizelos was ten slotte van méening
dat indien de onderhandelingen met
Bulgarije tengevolge van buiten
sporige eischen van dit land moesten
worden afgebroken, de entente-mo
gendheden jegeDS Griekenland ver
plichtingen zouden hebbeD, die een
waarborg voor steun in de toekomst
inhielden.
Koning Konstantijn keurde de voor
stellen van Wenizelos goed en mach
tigde hem uitvoering aan zijn plannen
te geven. Wenizelos wilde echter het
resultaat afwachten van de door Bul
garije gedane poging om op de Duit
sche en de Oostenrijksche geldmarkt
een leeniDg te plaatsen. Toen er enkele
3D later bekend werd, dat Bulgarije
leening gesloten had, oordeelde
Wenizelos het oogenblik ongeschikt
om de onderhandelingen te openen
on liet ten slotte het plan van een
Grieksch-Bulgaarsche toenadering
varen.
Korten tijd later informeerden de
entente-mogendheden bij de Grieksche
regeering of Griekenland Sef vis wilde
steunen, als Engeland en Frankrijk
elk een divisie troepen naar Mace
donië zonden, teneinde het gevaar
voor een aanval door Bulgarije weg
te nemen. Daar de Grieksche generale
staf dit aanbod onvoldoende achtte,
was de Grieksche regeering genood
zaakt het af te wijzen. Van dat oogen
blik af zijn de onderhandelingen met
Sir Edward Grey gestaakt en de
kwestie van de vergoeding aan Bul
garije is sindsdien nimmer meer te
berde gebracht.
Da veerkracht der Russen.
Naar aanleiding van het snelle her
stel van de Russen na hun laatste
groote nederlaag in Oost-Pruisen
schrijft de oorlog3corr. van de „Berl.
Lok. Anz.":
Ieder ander leger ter wereld zou
na een nederlaag als het Russische
leger b(j al deze operaties geleden
had, gedurende langen tijd volkomen
verlamd geweest zijn. Al was het
dan ook maar tengevolge van den
moreelen indruk. Niet echter het
Russische. Zelfs de zwaarste neder
laag heeft op den traag denkenden
Russlschen soldaat lang niet den in
vloed, dien zij in een West-Europeesch
leger zou hebben. Overwinning of
nederlaag zijn deze machine vrijwel
onverschillig. Zij gaat voorwaarts als
men haar voorwaarts leidt, zij gaat
terug op het oogenblik, dat de bevel
hebber het sein daarvoor geeft.
Dit leger zal nooit door nederlagen
worden gedemoraliseerd, omdat het
nooit een eigenlijke moraal gehad
heeft. Den sterken wil om te over
winnen, die den Duitschcn, Oosten-
rijkschen en Franschen soldaat be
zielt, kent de Russische soldaat niet
en daarom zijn de gevolgen van eer
nederlaag bij hem nooit zoo diep
gaande, dat daaruit een verlamming
zou kunnen ontstaan. Met moreele
indrukken is de Rus niet klein te
krijgen, alleen door meedoogenlooze
vervolging en vernietiging. Gelukt
het niet het verslagen leger geheel
te vernietigen, dan kan men weinige
dagen later hetzelfde leger, dat in
wilde, verwarde vlucht voor den
overwinnaar weggeloopen is, geor
dend en verjongd weer tegenover den
vijand zien optreden, zonder het min
ste spoor van de geleden nederlaag.
Een klassiek voorbeeld voor de on
gelooflijk snelle wijze van herstel van
het Russische leger biedt het léger
van Rennenkampf, dat in begin Sep
tember verslagen werd. Na een ver
pletterende nederlaag over de geheele
linie, na ontzettende verliezen aan
menschen on oorlogsmateriaal, vlucht
te het leger in wanorde achter de
Njeraen-liDie. De Duitsche infanterie,
vermoeid door de ontzettende mar-
schen van de vroegere gevechten,
kon den vijand niet bijhouden. De
cavalerie kon hem eveneens den" weg
niet meer afsnijden. En zoo ontkwam
de vijand. Drie weken later stond het
gereorganiseerde leger van Rennen
kampf weer als gelijkwaardige tegen
stander tegenover de Duitschers en
ofschoon zich krachtig
verdedigend, terugwijken voor het
zelfde leger, dat zij als een kudde
schapen voor zich uitgedreven had
den en het gouvernement Soewalki
opgeven. De Russen bezetten weer
Oost-Pruisen tot aan de Angerap en
de Masoerische meren en behielden
dit gebied drie maanden.
Ditzelfde tooneel herhaalde zich nu
na den winterslag bij de Masoerische
meren, al zijn ook de omstandig
heden, ten gevolge van de vernieti
ging van het tiende legercoprs, eenigs
zins
BINNENLAND.
Derde dag.
Dinsdagmorgen te kwart over tien
wordt de zitting van het congres
hervat.
Allereerst wordt aaugenomen de
resolutie, welke de opdracht bevestigd,
gegeven aan de delegatie der partij
in het Internationaal socialistisch
bureau, nl. om hierin het standpunt
der neutrale landen te vertegen
woordigen.
Hierna wordt de redactie van „Het
Volk" met algemeens steramen her
kozen.
Het woord is thans aan den heer
Wibaut, die een economische resolutie,
voorgesteld door het partijbestuur,
zal verdedigen. De resolutie komt
hierop neer dat, waar door den oorlog
vele arbeiders werkloos geworden
ztjn, en de prijzen der levensmiddelen
zijn verhoogd, de kosten van de eco
nomische gevolgen van den oorlog
evengoed door de natie moeten
worden aanvaard als de kosteD der
mobilisatie. Hierna wordt de onvol
doende ateunverleening van het
oogenblik genoemd, benevens de
maatregelen door de regeering ge
nomen om prijsstijging te voorkomen,
welke maatregelen echter eveneens
onvoldoende worden geacht. De reso
lutie besluit met den eiscb, dat do
Regeering onverwijld den steun van
alle werklooze arbeiders organiseere
op den grondslag, dat in huishuur en
voldoend levensonderhoud worde
voorzien; dat zij daarnaast voor de
levering van tarwe en meel hare
prijspolitiek aldus wijzige dat de
broodprijs worde teruggebracht op
het peil van begin Augustus; dat zij
daarnaast aan de levensmiddelenwet
krachtiger uitvoering geve dan tot
heden, opdat, met instandhouding
van de binnenlandsche productie, de
prijsstijging van in het binnenland
geproduceerde levensmiddelen wordt
In zijn toelichting zegt de heer
Wibaut dat het groote beginsel van
de noodregeling inzake de werkloos
heid de goedkeuring van de Soc. Dem.
heeft.
Onzinnig noemt spr. de regeling der
gemeemtefondsen. Wanneer er groote
werkloosheid is raken de kassen der
vakvereenigihg uitgeput, en dan houdt
daarmede ook de gemeentetoeslag op.
Naast den lof aan de noordrege
ling gebracht moet echter het na-
deeld worden geplaatst, dat de uit-
keeringen te laag zijn. Zij is even
hoog als in vredestijd en daarom is
zij in den tegenwoordigen tijd, nu
aües gestegen is in prijs, te laag.
De Soc. Dem. hadden direct toen
er van ateunverleening sprake was,
moeten aandringen op het dragen
van de kosten door de geheele natie.
Maar het was geen tijd om er over
te vechten, en men moest het aan
vaarden zooals het was.
Onder appluas maakt spr. de op
merking dat de godsvrede niet be-
itond voor de handelaren in levens
middelen. Zij haalden wat er te halen
was.
Naar spr. berekend heeft zal de
gevraagde vaststelling van den brood
prijs door de regeering op dien van
begin Augustus, een uitgave vorderen
van 4 millioen per maand, dat is tot
begin September 25.000.000.
Spr. betoogt nog dat deze resolutie
niet kan worden ingetrokken voor de
circulaire van minister Posthumn in
zake de verstrekking van levensmid
delen tegen de prijzen vóór 1 Augus
tus geldend. Voor de uitvoering dier
circulaire zal, naar spr. vreest, meer
dan 25 millioen noodig zijn. Actio
blijft in elk geval noodig tot die mil
lioenen door de Kamer zijn gevoteerd.
Intusschen is de uitslag bekend
geworden van de gehouden verkiezing
voor het partijbestuur. Alle leden
werden herkozen.
Hierop wordt het congres geschorst
tot 2 uur.
Na een voorafgaande huishoudelijke
vergadering, wordt to 8 u. 16 de open
bare vergadering van het congres
hervat.
Eerst wordt de uitslag der verkie
zing voor plaatsvervangende leden
van het partijbestuur bekend gemaakt.
Hierna wordt overgegaan tot de be
handeling van het voorstel van het
partijbestuur, om een krachtige actie
te voeren ten einde te verkrijgen dat
dekking van de oorlogslasten zal
worden gevonden in een heffing van
het kapitaal. Dit voorstel wordt aan
genomen. Eveneens het voorstel om,
indien de omstandigheden het mee
brengen, de 1 Meidag dienstbaar te
maken aan een demonstratie voor
den vrede.
Na behandeling van verschillende
minder belangrijke voorstellen, wordt
overgegaan tot het vaststellen van de
plaats, waar het volgeude congres
gehouden zal worden. Hiervoor wordt
Utrecht aangewezen.
Ten slotte wordt nog een resolutie
van het partijbestuur aangenomen,
inhoudende, dat meer aandacht ge
schonken moet worden aan de jeugd
organisatie.
De verdere agenda-punten worden
aangehouden.
In zijn slotwoord merkt de voor
zitter op, dat de debatten op hoog
peil stonden. De beslissing welke
genomen is, was zoo, dat allen zich
daaraan kuDnen onderwerpen. En dit
is noodig, om de eenheid in de partij
te behouden.
Spr. eindigde met een: „Leve de
I. D. A. P.Leve de internationale
Kome spoedig de vrede 1"
Staande zong daarop het geheele
congres de Internationale.
Voorschotten uit de Staatsleening
1914.
De Minister van Financien maakt
bekend, dat t/m 3 April uit de op
brengst der Staatsleening 1914 aan
provinciën en gemeenten uit 'Rijks
schatkist rentedragende voorschotten
zijn toegezegd' tot een gezameliik
bedrag van f 80,206,500, waarvan
was uitbetaald of betaalbaar gesteld
een totaal bedrag van f10,808,000.
Da „Prins Maurits".
Omtrent het lot van de opvarenden
van de „Prins Maurits" ia tot heden
nog geenerlei bericht ingekomen. De
mogelijkheid bestaat Datuurlijk nog,
dat de booten met de schipbreuke
lingen opgepikt zijn door andere
schepen.
De equipage bestond uit 44 man,
terwijl verder 4 passagiers aan boord
waren.
Postdireoteur gearresteerd.
Zondag werd de postdirecteur te
Gulpen op zijn kantoor gevangen ge
nomen en naar het huis van bewaring
te Maastricht overgebracht. Hij wordt
verdacht van frauduleuze handelingen.
Later meldt men uit Gulpen, dat
de onregelmatigheden waarvan de
directeur verdacht wordt, zouden zijn
valschheid in geschrifte en verduiste
ring, vermoedelijk van een bedrag
van f20 h f80.000.
De postdirecteur moet reeds eenlgen
tijd door zijn groote uitgaven de aan
dacht hebben getrokken.
Een gevaarlijk pakje.
Het onderzoek betreffende de be
zorging van een gevaarlijk pakje in
de woning in de Joh. Camphuisstraat
in Den Haag, heeft tot resultaat ge
had, dat tegen den gearresteerden
echtgenoot der ernstig verwonde
vrouw wier toestand thans nog
zeer ernstig is zoovele bewijzen
werden bijgebracht, dat ontkennen
niet baten bon en hü dan ook een
volledige bekentenis beeft afgelegd.
Als reden voor de daad gaf hij op,
dat zijn vrouw hem reeds driemalen
had verlaten en nu met een ander
samenwoonde. Om zoowel haar als
dien man van het leven te berooven,
vervaardigde hij een toestel, dat ge
laden was met kruit, draadnagels,
steenen, benzine en een ontplofflngs-
middel, hetwelk de ontploffing moest
veroorzaken, als het toestel werd ge
opend.
Zooals reeds gemeld, werd de vrouw
ernstig getroffen. De man, met wien
zij samenwoonde, was echter niet
thuis, wel z|jn vador, die eveneens
werd verwond.
Het toestel had hij laten bezorgen
door een besteller, wien hij op het
Stationsplein bij het Hollandsche
Spoor het pakje had overgegeven met
Ingezonden Mededeeling.
HERMAN NYPELS - HELDER.
Heerenmode-Artlkelen.
Gemaakts kleeding.
Kleeding naar maat.
Steeds het nieuwste.
de boodschap, en voorzichtig mee om
te gaan.
Alles wat tot de samenstelling van
de machine had moeten dienen, had
de dader te Rotterdam gekocht
De verdachte, metselaar van be
roep, maakte vroeger vaak misbruik
van sterkedrank, naar hij zeide, om
dat hij met zijn vrouw niet goed
leefde, daar hun karakters niet har
monieerden. Den laatston tijdraoethy
echter een matig loven hebben ge
leid; hij was lid van een geheol-ont-
houdersvereeniging.
SPORT.
Voetbal.
H.F.C. R.C.H. 2-3.
Ook den 2en Paaschdag heeft het
publiek kunnen genieten van een
uiterst spannenden en fraaien wed
strijd. Inderdaad brachten de Haar
lemmers een sterk en vlug elftal in
't veld, dat uitstekend spel vertoonde
3n, waren de schietcapaciteiten even
redig geweest met hot vertoonde in
't veld, H.F.C. had zeer zeker een
stevige nederlaag te slikken gehad.
Nu werd zij en 't publiek bespaard
voor een z.g. „inmaakpartij", waarbij
de aardigheid en voor de toeschou
wers zoo gauw afgaat en die de spelers
der verliezende partij zoo vaak tot
moedeloosheid brengt. Dank zij de
schitterende verdediging, waarin be
halve de keeper, Heijting en Kikkert
uitblonken, is 't een nederlaag „op
't kantje af" geworden.
Om ruim half drie roept scheids
rechter Kubbe, die lang zoo'd goeden
kijk niet op buitenspel had als de
heer Luijckx den vorigen dag, de elf
tallen in 't, veld. De R.C.H. wint den
toss en Dito trapt af met een sterken
wind tegen zich. Al heel gauw neemt
de Racing den aanval over en nu gaat
het met keurig short-passing-spel op
Persoon af, die al zeer spoedig een
vinnig schot te stoppen krijgt. Weer
komen de Haarlemmers opzetten, 't
schijnt of H.F.C. zich maar niet los
kan werken, 't Gevolg blijft dan ook
niet uit. Nog geen 10 minuten is het
spel oud of met eon harden schuiver
doelpunt de R.C.H. voor de eorste
maal. Nauwelijks is er afgetrapt of
we brijgen een herhaling van 't voor
gaande te zien, met dit verschil dat
de linksbuiten, die 't 2e doelpunt
maakte zeer duidelijk in buitenspel
positie stond, evenals trouwens zijn
buurman. H.F.C. begrijpt, dat 't zoo
toch niet door moet gaan en de voor
hoede, waarin vooral Bak en Koorn
uitblonken, begint van nu af de zaken
wat flinker aan te pakken.
Herhaaldelijk weet Bak zijn be-
wakiug te verschalken en zijn prach
tige hooge voorzetten belanden tel
kens vlak voor den doelmond. Bij
een dezer aanvallen wordt de Haar-
lemsche verdediging zoo in 't nauw
gebracht, dat de back, ten einde
raad, hard op den keeper terugspeelt.
Veel te hard en te onverwacht, zoo
als hem weldra blijkt, want do ver
raste doelman ziet den bal over zijn
beenen heen springen en in 't net
belanden, 'tls 1 2, en hoe hard de
R.C.H. ook werkt om den voorsprong
te vergrooten, tot aan de rust bljjft
do stand onveranderd.
Nu krijgt H.F.C. den wind mee en
algemeen verwacht men een beter
figuur der rood-witte voorhoede. In
't begin schijnt dit ook werkelijkheid
te worden, want hevig worden de
Haarlemmers aangevallen. Vooral van
links komt 't meeste gevaar, hoewel
ons inziens de linkervleugel veel meer
zou gepresteerd hebben als Koorn
buiten en Dito binoen had gestaan.
De eerste heeft veel meer meester
schap over den bal dan Dorfijn, en
Dito kon op de linksbinnen plaats veel
beter over zijn schot beschikken dan
op de mldvoorplaats. Hij zelf voelde
het bezwaar en giDg nu rechtsbuiten
staan, waar hij heel weiDig te doen
kreeg. Bij een der meest spannende
momenten voor 't doel der blauw-
gestreepten wordt „hands" gemaakt
binnen de belichte lijnen. De scheids
rechter wijst naar de witte stip en
Koorn plaatst den bal met een prachtig
hard schot in den linkerhoek van 't
doel. Een ontzaglijk gejuich barst los
en blijft nog laDg aanhouden als reeds
is afgetrapt, 't Verstomt eerst als
H.F.C. bij ongeoorloofd afhouden door
v. d. Wal eveneens met een penalty
wordt bestraft. Tot groote opluchting
van Ieder wordt dezo ver naaat ge
trapt en blijft de stand dus 2 2 De
Haarlemmers beginnen 't nu pas te
meenen. Werkelijk overdonderend
komen ze opzetten en 't publiek staat
verbaasd over het gemak waarmoe
de' voorhoede telkens doorbreekt.
De midvoor tooDt zich een meester
in 't „drijven", de kleine rechtsbuiten
is voor Wal en Heijting niet te houden
en keer op keer wordt Persoon aan
't werk gezet. In deze periode ia 't
vooral Kikkert geweest, die onver
moeid en met succes tal van gevaar
lijke momenten wist te bezweren.
Naaat hem noemen we v. d. Wal,
terwijl rechts Goes taai en vasthou
dend het wanhopig zuiver combinee
ren en plaatsen der gasten trachtte
te breken.
Gelukkig raakte ook Pleijte wat