HELDERSCHE COURANT
No. 4483
ZATERDAG 26 JUNI 1915
43e JAARGANG
Op pagina 4 van dit blad is
opgenomen
Feuilleton, enz.
Aan onze abonné's
buiteD de gemeente wordt
beleefd verzocht 't verschuldigde ab-
bonnementsgeld Heldersche Cou
rant, Zondagsblad en Modeblad
2de kwartaal 1915 te willen over
maken per postwissel of aan post
zegels vóór 12 Juli a.s., zullende
anders daarover met 5 cents verhoo
ging per post worden beschikt.
Postwissels voor dat doel behoeven
slechts met een zegel van 21/.. cent
beplakt te worden.
Op- en ondergang van Zon en Maan
en tijd van hoogwater (Texel).
Maan Zon ^°°fr
Juni op: onder: op: onder.-v.m.: n.m.
Zondag 27 a. 9.28 m. 3.8 8.41 8.24 7.49 8.20
Maandag 28 9.65 4.34 8.42 8.24 8.44 9,19
Dinsdag 29 „10.16 0.6 3.43 8.24 9,94 10.10
Woonsd. 80 10.31 7.86 8.44 S.24 10.20 10.58
Juli
Donderd. 1 „10.44 9.- 3.44 8.24 11.4 11.44
Vrijdag 2 10.55 10.20 3.44 8.24 11.48
Zaterdag 3 11.6 11.86 8.44 8.24 0.24 0.26
Nieuw leven.
In een hoofdartikel van de „N.
Rott. Crt." werd in het licht gesteld,
welke schoone roeping de Nederland-
sche ondernemersstand, de Industrie
en de Handel na den oorlog zullen
hebben te vervullen. Daarbij werd
er op aangedrongen dat men zich
tijdig op die taak zou voorbereiden.
In een vervolgartikel zegt het blad
verder
Men moet zich voorbereiden om
gevestigde industrieön tot grooter
ontwikkeling te brengen, om nieuwe
betrekkingen aan te knoopen, nieuwe
markten te zoeken voor onze produc
ten, en nieuwe wegen voor ons ver
keer. Voorbereiden misschien, wellicht
ook, om nieuwe industrieën te ves
tigen en nieuwe arbeidsgelegenheid
in .het leven te roepen. De oorlog
heeft op leemten van onze industrjeele
organisatie het oog doen vallende
nood van den oorlog beeft nieuwe
mogelijkheden aan den dag gebracht,
aan voorheen ongekende fabrikaten
den weg gebaand. In dit blad is reeds
van deskundige zijde de aandacht
gevestigd op de mogelijkheid, de
groote ertsinvoeren, die over onze
havens plaats hebben, ten nutte te
doen komen ook aan een nieuwen
tak van Nederlandsch bedrijf. Er zijn,
meenen wij, reeds een tiental jaren
geleden dergelijke iplannen geweest,
waar toen echter Duitsch kapitaal
de leiding bij zou hebben gehad.
Maar zit er niets in de gedachte,
met Nederlandsche energie Nederland
van vreemde metaalnijverheid onaf
hankelijker te maken Heeft de oor
log niet in ieder geval de wensche-
lijkheid daarvan bowezen? Van andere
zijde werd ons gewezen op onze
mooie, bij uitstek nationale industrie,
de scheepsbouwnijverheid, en de
eisehen, die daaraan reeds nu worden,
en na den oorlog in toonemende mate
zullen worden gesteld. Zorgt voor de
toekomst en maakt u gereed, zooveel
mogelijk van eene komende periode
in den scheepsbouw te kunnen voor
deel hebben was het refrein van
dat schrijven. Opent zich, in elk
geval, hier niet een perspectief, dat
niet zonder meer behoort te worden
dichtgesloten? Een klein berichtje
over den aanmaak van papieren zak
ken een noodfabricage, ontstaan
uit door den oorlog veroorzaakt ge
brek deed ons zien, dat ook hier
mogelijk een nieuwe nijverheidstak
zou kunnen opkomen, waarvoor be
langstelling is, en wellicht medewer
king zqu zijn te vinden. Denk, ten
slotte, aan de glazen peertjes voor
Philips gloeilampen, voor den oorlog
uit den vreemde betrokken, en nu
te Leerdam aangemaakt.
Het zijn maar voorbeelden, die wij
opsommen, om te doen zien, dat er
op verschillend gebied terreinen kun
nen komen open te liggen, waarop
nieuwe Nederlandsche bronnen van'
inkomst en voorspoed zouden kunnen
Ingezonden Mededeeling.
Verborgenheden der natuur.
Verborgenheden
der Jonge Meisjes.
Het jonge meisje van 13 jaren, nog
een kind, is geheel en al onbekend
met de verborgenheden der natuur
en met hare wonderbare wetten. Daar
om gebeurt het dan ook zeer dikwijls
dat zij de storingen die zij gedurende
het tijdperk harer ontwikkeling on
dervindt, als iets geheimzinnigs voor
zich houdt. Uit schaamte verbergt zij
zelfs hare ongemakken voor hare
moeder, zij laat den familiearts on
wetend met de verschijnselen die zij
ondervindt, verschijnselen die in dat
kritieke tijdperk van ongemeen groot
belang zijn. De moeder moet dan in
oplettendheid verdubbelen-, wanneer
zij haar dochter zwak en bleek ziet,
lijdend aan schele hoofdpijnen, aan
pijnen in den rug, met oogen zonder
levendigheid en begeerig naar een
zaamheid. De moeder moet op dat
oogenblik haar dochter te hulp komen
en er aan denken dat de Pink Pillen
het lichaam der jonge meisjes voor
bereiden tot de vorming en haar ge
durende dat tijdperk ondersteunen.
De Pink Pillen voor Bleeke Men-
schen zijn een waarborg voor de ge
zondheid van het jonge meisje.
De Pink Pillen zijn verkrijgbaar
h fi.75 per doos, en f9.- per zes
doozen bij het Hoofddepót der Pink
Pillen, Dacostakade 15, Amsterdam
voor Helder en Omstreken bij
ALB. TEN KLOOSTER, Keizerstraat
93 en H. W. ZEGEL, Kanaalweg 63
te Schagen bij J. ROTGANSte den
Burg (Texel) bij T. BUIS en verder
bij verschillende Apothekers en goede
Drogisten.
worden aangeboord. Wij zeggen niet,
dat wij de juiste vindplaatsen hebben
aangewezener zijn er wellicht meer
en misschien betore. Waarop wij aan
dringen is slechts dit, dat de onder
nemende mannen in ons land niets
als utopie, niets als „niet loonend",
niets met een „daar komt toch niets
van" zullen terzij stellen, doch dat
alles zal worden onderzocht, dat van
alles, de kansen zullen Worden be
rekend, dat de behoeften gepeild, de
vooruitzichten nagegaan zullen wor
den, en datdau, wanneer er redelijke
kans is op succes, er de schouders
onder zullen worden gezet.
Daarbij moet dan één gedachte ter
zijde worden gesteldde gedachte
aan groote ondernemingswinst, die
gedurende verscheidene jaren na den
vrede waarschijnlijk toch niet to ver
wezenlijken zal zijn. De verminderde
koopkracht, die in alle lagen der be
volking zoo in als buiten Europa als
gevolg van den oorlog ontstaat, sluit
bij eene overgroote massa van in
dustrieën de kans op bijzondere voor-
deelen vrijwel uit. De ondernemers-
arbeid zal voor een groot deel pioniers
arbeid zijn, arbeid waardoor de basis
zal moeten worden gelegd voor nieuwe
welvaartin de toekomst. Hot zal
een arbeid zijn, waaraan veel risico is
verbonden, docli die noodzakelijk is,
om in het tijdperk van malaise, dat
aanbreken zal als het oeconomische
leven zijn geregelden gaug gaat her
vatten, ons volk in zijn geheel niet
in vergelijking- met andere te doen
ver arm eu. Het zal een nationaal
werk zijn, waarvoor de belooning
eerst zal geïnd worden na jaren,
wanneer de opleving komt, en de
oeconomische schade van den oorlog
begint ingehaald te worden, omdat
dan Nederland gereed zal zijn, om
dadelijk vau de vermeerderde wel
vaart zijn deel op te eisehen. Blijven
onze industrie, bedrijf en handel achter
in de jaren dat nieuwe toestanden en
internationale betrekkingen zich ves
tigen, dan zal naderhand blijken, dat
ons eene schade werd gedaan,- die
wellicht iu geen halve eeuw te ver
helpen valt.
Zoo wij niet voor goed tot onbe
duidendheid terugvallen. Want dit kan
niet sterk genoeg in het licht worden
gesteld: Gelijk thans met de brute
kracht van wapenen een strijd wordt
uitgevochten, die, naar de bedoeling
der groote mogendheden, die eraan
deelnemen, voor de politieke toekomst
der volken voor lange jaren beslissend
zal zijn, zoo .zal na den vrede een
oeconomische strijd ingezet worden,
veel geweldiger nog, dan die der-
kanonnen vau nu, veel grootscher,
dan de geschiedenis ooit heeft gezien,
en veor de oeconomische toekomst
der volken van veel meer gewicht
een strijd, waarbij van neutraliteit
geen sprake zal z(ju. Thans beslissen
factoren die dan niet meer in aan
merking komen; overmacht en ge
weld, vernietigingswapenen en reser
ves van redelooze kracht dan
zullen de goede eigenschappen der
volken een ^wedstrijd aangaan, en
wint verstand, energie, spaarzaamheid
ijver en een Ijzeren wil,diezich in zware
omstandigheden niet ontmoedigen
laat. Het volk, dat zich dan van dien
strijd afzijdig zou houden, dezen strijd
op leven en dood want dat zal
hij in werkelijkheid zijn langs
zich heen zou laten gaan, zou oeco-
nomisch onder den voet worden ge-
loopen, of gansch en al doodgedrukt.
Ook in ons land moge tijdig inge
zien worden, dat voor de handhaving
van onze nationaliteit, voor het be
houd van onze volksgemeenschap,
de. tijd na den vrede van meer ge;
wicht zal worden, dan die daarvoor.
Nederland in de toekomst te hand
haven niet slechts als iets uiterlijks,
als een geografisch begrip, doch als
een waarlijk zelfstandige natie, is
alleen mogelijk indien het innerlijk
leven van onsvolk daartoe de kracht
toont.
DE OORLOG.
De officieele legerberlchten van
23 en 24 Juni.
Van het "Westelijk front.
De officieele mededeeling van den
24sten geeft aan dat de Franschen
vooruit gingen bij Souchez. Een tegen
aanval van de Duitschers werd afge
slagen.
Op de heuvels van de Maas slaagden
de Duitschers erin vasten voet te
krijgen in hun oude tweede linie.
Door een tegenaanval werd deze ech
ter heroverd.
Bij Ceintry in Lotharingen namen
de Franschen twee fabrieken.
Het middagbericht van den 24sten
meldt het voorduren der artillerie
gevechten in de streek ten N. van
Atrecht, en in den sector van Angres
en Ecurie. Aan den zoom van het
Bois le Prêtre bombardeerden de
Duitschers met groote hevigheid de
Fransche stellingen. Bij Ceintiy wer
den Duitsche veldwerken vermeesterd
en gevangenen gemaakt waaronder
3 officieren. In de Vogezen beletten
onweer en dikke mist de krijgsver
richtingen.
Volgens de Duitsche mededeeling
van den 24stea, werden de Franschen
op de Loretto-hoogte uit een stuk
loopgraaf geworpen, dat z(j kort te
voren veroverd hadden. Z. van Sou
chez wordt de strijd met gunstig
gevolg voor de Duitschers voortgezet.
Ten Z. van Neuville kouden de Duit
schers de doolhof-stelling tegenover
een nachtelijken aanval handhaven.
Op de Maashoogten werden weder
om verbitterde gevechten geleverd.
150 Franschen werden gevangen ge
nomen. In een tweetal aanvallen leden
de Franschen zware verliezen.
Van het Oostelijk front.
Vanuit Petersburg wordt dd. 24 Juni
officieel gemeld: De.Russen hebben
Lemberg ontruimd en trekken terug
op een ander front.
In een uitgebreider bericht van
denzelfden datum wordt aangegeven,
dat de Russen erin slaagden een aan
val der Oostenrijkers in de richting
van Lemberg tot staan te brengen.
In de richting van Zolkiew ging de
vijand echter vooruit, waardoor de
Russen gedwongen werden de stad
te ontruimen.
Van het overig deel van het Ooste
lijk gevechtsterrein wordt medege
deeld, dat bij Sjawle de gevechten
voortduren. Z.W. van Augustowo
werd het dorp Koeligi bezet. In de
richting van Lomza werden hevige
artilleriegevechten geleverd.
Aan het front bij de Tanew werd
een aanval afgeslagen. Ton W. van
Rawa Ruska werd de vijand uit eenige
dorpen geworpen.
Aan den Dnjestr is het gevecht ten
zuiden van bet dorp Kosmierzyn
(aan den noordelpen oever van den
Dnjestr, 35 K.M. ten O. van Stanislau)
voortgezet. De vijand handhaaft zich
daar op den linker (zuidelijken) oever
van de rivier.
In het gebied vau de kniebochten
van den Dnjestr werd de vijand uit
het dorp Unich naar het dorp Luka
verdreven. In een voorspoedig bajonet
gevecht namen de Russen meer dan
1000 gevangenen.
Het Duitsche legerbericht van den
24en deelt ons mede, dat ten O. van
Kusjani de Russen een aanval deden,
welke echter werd afgeslagen. Hierbij
verloren zij meer dan 700 man aan
gevangenen. In Polen zijn ten Z. van
den Weichsel verschillende aanvallen
van de Russen tot staan gebracht.
Volgens de laatste mededeeling is
het leger van Von Linsingen over
den Dnjestr getrokken, en levert het
thans slag tusschen Halicz (dat
door de Russen nog bezet wordt ge
houden) en Zurawno. Aansluitend
hiermede wordt ton O. van Lemberg
en in de richting van Zolkiew de
vervolging der Russen voortgezet.
Tusschen Rawa-Ruska en de San
is geen bijzonders voorgevallen. In
den hoek van San en Weichsel zijn
de Russen tot achter den San-sector
teruggegaan. Ook op den linkeroever
van den Weichsel zijn de Russen
aan het wpen.
Het Oostenrljksche legerbericht
geeft aan, dat ten O. en N.W. van
Lemberg achterhoedegevechten ge
leverd worden met de aftrekkende
Russen.
Ten N. van don Weichsel zijn de
Russische achterhoeden teruggewor
pen over de Kamienna (een linker
zijrivier van den Weichsel, ongeveer
35 K.M. benoorden de grens).
Ostrowiec en Sandomir zijn dooi
de Oostenrijkers bezet.
Van liet Zuidelijk front.
- Een officieel communiqué uit Rome
meldt, dat langs de geheele linie het
artilleriegevecht in kracht is toege
nomen. Een tot driemaal toe her
haalde aanval der Oostenrijkers op
de. stellingen op den Freikofol werd
met zware verliezen afgeslagen.
Meer dan 200 doodon bleven voor
de veldwerken liggen.
Verder wordt uit Verona gemeld,
dat de Oostenrijkers nieuwe verster
kingen ontvangen hebben welke hen
in staat stellen over het geheeie front
tot het offensief over te gaan. Alle
aanvallen werden tot dusverre afge
slagen. Volgens deze mededeeling zou
de Ilaliaansche opperbevelhebber het
erop toeleggen den vijand een zoo
groot mogelijk verlies aan manschap
pen toe te brengen, en zoo weinig
mogelijk Italiaansche manschappen
op te ofieren.
Het Oostenrpscho commuqué deelt
echter mede dat een aanval der
Italianen op de Karintische grens
werd afgeslagen. Aan de Isonzo
worden hevige artillerie-aanvallen ge
leverd. Aanvallen der Italianen bij
Gradisca en Monfalcone werden afge
slagen.
Van het Russisch-Turksche ge
vechtsterrein meldt een Russisch be
richt dat aanvallen der Turken in
de streek van Olty afgeslagen wérden.
Van Turksche zijde wordt daarentegen
medegedeeld, dat de Turken erin
slaagden den 2900 M. hoogen Kara-
Dagh te vermeesteren. De Russen
verloren hierbij een paar honderd
kisten munitie en pontonniers-mate
riaal.
'Een Turksch bericht van den23sten
geeft nog eenige bijzonderheden over
de gevechten op Gallipoli.
Op den 21sten had een gevecht plaats
bij Sedul-Bahr. De verbonden troepen
openden een hevig artillerievuur op
de loopgraven der Turken. Dit bom
bardement duurde 5 dagen, waarbij
in sommige periodes 150 granaten
per minuut verschoten werden.
Bij een daarop volgenden aanval
vermeesterde de vijand een gedeelte
van de Turksche linie. Door een tegen
aanval werden zij echter hieruit ver
dreven. Een klein stuk loopgraaf, ter
lengte van honderd meter bleef nog
in hun bezit. Bij een nachtei Ijken
aanval werd echter ook dit stuk her
overd. In deze gevechten welke den
vijand op groote verliezen kwamen
te staan behaalden zij dus geen enkel
voordeel.
Den 22sten werd een vijandelijke
torpedoboot welke bij Ari-Boernoe
langs de kust voer, door de Turksche
artillerie getroffen. Zij slaagde er
echter in zich te verwijderen.
Veroorzaakte de opmarsch der Ser-
viérs in Albanië groote opwinding in
Italië, thans komt het bericht, dat
de Montenegrijnen, tot voor de poorten
van het reeds zoolang door hen be
geerde Scutari zijn opgerukt. Dit
maakt den toestand op den Balkan
nog een beetje ingewikkelder dan
zij reeds was.
Ingezonden Mededeeling.
HERMAN NYPELS - HELDER.
Heorenmode-Artlkelen.
gemaakte kleodfng.
Kleeding naar maat.
Steeds het nieuwste.
De Duikbootenoorlog.
Bergen, 24 Juni. Het Noorsche
stoomschip Nova is heden met de
bemanning van het Noorsche stoom
schip Tramma bier binnengevallen.
Do Tramma, die meteen lading hout
van Archangel naar Londen onder
weg was, is Woensdagochtend in de
nabijheid van de Shetlandseilanden
getorpedeerd en in brand gestoken.
De bemanning van twee visschers-
vaartuigen werd to Cullercoats aan
land gebracht. Volgens hunne mede-
deelingen werden nog 5 andere vis-
schersvaartuigen tot zinken gebracht.
Bij Faireiland werd het Finsche zeil
schip „Leo" door een Duitsche onder
zeeër tot zinken gebracht. De beman
ning werd door een Deensch stoom
schip opgepikt.
Een aanval op een oorlogsschip.
Londen, 28 Juni. Het oorlogsschip
„Roxburgh" word op 20 dezer in de
Noordzee door een torpedo getroffen.
De schade wa-3 echter niet ernstig
en het schip kon onder eigen stoom
zpn reis vervolgen.
Er vielen geen slachtoffers.
(De „Roxburgh" is een gepantserde
kruiser van het jaar 1904, groot
11000 ton.)
Lemberg.
Generaal Boehm-Ermolli heeft Dins
dag om vier uur 's middags met
eenige officieren van zijn staf en te
midden van de. marcheerenden ko-
lonneszljn intocht gedaan in Lemberg.
De binnenstad is bijna niet door
den vijand vernieldzij was rijk met
vlaggen getooid. Ia de straten, voor
de ramen eu op de balkons stond
een menigte van duizenden en nog
eens duizenden te wachten, die, toen
de bevelhebber van het leger ver
scheen, in een ontroerend gejuich
losbarstten. Uit duizenden kelen weer
klonken onafgebroken de kreten
„Leve onze beminde Keizer!" „Leve
Oostenrljk-HoDgarije en hun zege
vierende legers 1" „Leve onze be
vrijders I"
Voor een der openbare gebouwen
werd generaal Boehm-Ermolli plech
tig welkom geheeten.
Professor Chlam Tacz hield, als
vertegenwoordiger van het stedelijk
bestuur, een hartstochtelijke toe
spraak, waarin hij uitdrukking gaf
aan de blijdschap van de inwoners
over de bevrijding van Lemberg, aan
de oude en beproefde trouw voor
den vorst, on aan de groote bewon
dering voor de heldendaden der zege
vierende legers van de centrale mo
gendheden.
De bevelhebber gaf er hierop zijn
vreugde over te kennen, dat het aan
het leger, waarover hij het bevel
voerde, gegeven was geweest, do
hoofdstad van Galicie voor den wel
beminden Keizer en Koning te her
overen. Hli besloot zijn rede met het
uitbrengen van een „Hoch" op den
Keizer van Oostenrijk.
De woorden van den overwinnen-
den veldheer verwekten oen storm
van geestdrift, en de onafzien bare
menigte zong met daverend geluid
en ongedekten hoofde het Keizerlied.
De Loretto-hoogte.
Bernhard Kellermann, de oorlogs
correspondent vau het „Berliner Tage-
blatt" in het Westen, vertelt wat
een Badenscb regiment, dat tot taak
had de Loretto-hoogte te verdedigen,
in den loop der maanden te verdu
ren gehad heeft.
Den 20sten November betrok het
regiment de stellingen op de hoogte,
met haar loopgraven, sappen, ver
bindingsgangen en luister holen, die
er op de kaart uitzien als het ader-
net in het oog. Bij Ablain begonnen
de stellingen, zij stegen tot den „kan
sel", een heuveltop, gingen dan dwars
over de oostelijk helling van de
Loretto-hoogte, langs de kapel Notre
Dame de Lorette om daarna af te
dalen in een moerassig dal. In Nov.
lag er wat sneeuw op de kale hoogte,
maar dit plezier duurde niet lang.
Er kwam regen, een vervloekte dunne,
grijze regen, dien de soldaten nooit
tevoren gezien hadden. Het regende
weken lang. De fijne miesregen drong
door alles heen, door huis en haren,
kleeren, leerwerk en schoenen. Er
was niets tegen te doen. De soldaten,
die uit de loopgraven kwamen, zagen
er niet menschelijk meer uit. In het
dal zakte men in het moeras weg.
Menige laars bleef in de modder
steken. Maar deze regen en deze
moddei' waren het allerminste. Er
werd ook nog gevochten! Het ging
daarboven warm toe, dag en nacht.
Korten tijd verbroederden zich de
mannen in de loopgraven. Men wilde
elkaar leeren kennen de regiments
nummers, sterkte, inrichtingen en
gewoonten kennen. Deze wittebroods
weken duurden niet lang. De Fran
schen hadden de geschiedenis ver
keerd begrepen, en plotseling, op een
avond drongen driehonderd man,
zonder zich eerst te laten aandienen,
in onze loopgraven. Dit gebeurde om
tien uur. Om twaalf uur waren ze
er al weer uit. Sedert dien tijd ging
het er nog warmer toe. Wanneer
men zich verroerde, dan knalde er
al een geweer. Allen groeven. De
loopgraven naderden elkaar tot twin
tig, tot vijftien meter. Het regende
handgranaten en mijnen.
Nog 'erger was het boven op den
„kansel". Van dezen top kon men
den weg Souchez-Ablain overzien.
Wanneer de kansel in handen van
den vijand viel, dan zag het er voor
de Duitschers kwaad uit. Geen kip
kon zich dan meer op den weg ver-
toonen, van toevoer van levensmid
delen en ammunitie kon er geen
sprake meer zijn, indien deze top
bezet werd door den vijand. De Fran
schen mochten den kansel niet krijgen.
.Het regiment zei bet en het regiment
hield den kansel. De Fransche bat
terijen stonden bij den Topart-moleD,
in het Bois de Bovigny, in het Bois
de la Haie. Zij beschoten de loopgra
ven van voren, in de flank en in
den rug. Dagelijks beschoten zij de
loopgraven van den kansel met trom
melvuur. 's Nachts werd er koorts
achtig gebouwd, versterkt met zand
zakken, borstweringen, draadversper
ringen. Den volgenden dag was alles
weer naar de maan. Dikwijls werden
de loopgraven met den grond gelijk
gemaakt. Maar de soldaten kropen
dan in de trechters die door de gra
naten geslagen waren en wachtten
daar de aanvallen af. Maar het regi
ment hield den kansel.
Zoo ging het daarboven toeZes
maanden langBijna zonder tusschen
poozen en rust.
Anders is de bewegelijke slag. Hij
ruisebt over de velden. Gevaar en
dood, opwinding, woede, verschrik
king en overwinning in een paar uur
samen geperst. Het ;kan twee, drie
dagen, een week dareu, maar een
maal komt er toch een eind aan.
Herademing, nieuwe kwartieren,
nieuwe avonturen. De positie oorlog
knaagt aan den man. Steeds hetzelf
de, maar steeds hetzelfde gevaar, dag
in, dag uit. Geen zichtbaar succes,
geen avontuur in grooten stijl, geen
nieuwe kwartieren, streken ep men-
schen. Hier is de loopgraaf en daar
voor liggen de dooden. Bovenmen-
schelfjk moet de energie van den man
in de loopgraaf zijn, bovenmensche-
lijk zijn moreele kracht. Hoe zeker
het ook is, dat officier en soldaat in
het Westen hetzelfde prestoeren als
officier en soldaat in het OosteD,
toch staat het vast dat zij, zonder
een oogenblik te dralen, graag de loop
graaf verwisselen met Polen, de Kar-
pathen en Rusland. Liever vandaag
dan morgen. Niettegenstaande de
luizen en de slechte kwartieren, want
luizen zijn er hier ook en de kwar
tieren zijn niet veel beter, althans niet
in de vuurlinie.
Maar ons regiment heeft ook zijn
afwisseling. Den 17den December
sloeg het Joffre's aanvallen af. Het
ging er bloedig toe. Half Januari
namen de Franschen het een paar
loopgraven af. Het regiment nam
revanche en kaapte van de Franschen
een paar loopgraven. Den 3den Maart
trad het weer offensief op, nam de
loopgravenrlj bij de kapel. De Fran
schen loopgraven lagen vol Tijken.
Men begroef en begroef. Er wilde
maar geen einde aan komen. Met
ontzetting spreken de soldaten er nu
nog over.
Maar dit alles was niets dan voor
bereiding, dan training. Den 9den
Mei brak aan. Officieren en soldaten
zullen hem nooit vergeten. Nu moest
het Badensche regiment toonen, waar
toe het in staat was. Nu moest het
de bewqzen leveren, of de hoogte
het regiment gestaald had in dezen
leertijd van een half jaar. Joffre wilde
de hoogte hebben. Hij wilde aanval
len beneden van Souchez uit, vau
het slljkdal uit, over Ablain en den
kansel. Nu kwam het er op aan.
Om zeven uur 's morgen begon het.
De zware Fransche artillerie liet
trommelvuur op de voorsteloopgraven,
vier en een half uur lang, spelen.
De commandant van het regiment
vertelde later: Toen ik van onzen
waarnemingspost het vuren zag, dacht
ik, dat er geen man in de loopgra
ven meer in leven zou zijn!
De draadversperringen en barrica
den waren stuk geschoten. De voorste
loopgraven bestonden niet meer. Zij
waren granaatgaten: de compagnie
lag in de tweede loopgraaf. Alles was
yoI zwarten en gelen walm en gloei
ende scheermessen sisten over de
loopgraven, Om half twaalf werd de
tweede loopgraaf onder vuur genomen.
De soldaten kondon niets doen. Lagen
plat op den grond, het hoofd diep in
de aarde gedrukt. Een geeft er een'
schreeuw, een steunt er. Wat men
denkt Men denkt niets, absoluut niets.
Zoo is het, zonder phrase. Het is de
doodsangst. Een half uur later zwijgt
de artillerie plotseling. Wie nog kan,
staat op. Geweren klaar. Een machine
geweer is nog in orde. Eén onkele.
Vooruit 1 Daar komen ze al. Daar
komen ze in dichte gelederen, met
ongehoorde dapperheid, bewonderens
waardig.
Nooit tevoren zag men de Fran
schen zoo stormen. Het machinege
weer hamert. Zij vallen in rijen. Zij
bruisen nader. Een officier aan het
hoofd met getrokken degen. Hij springt
over de eerste loopgraaf, wil zijn
mannen mee trekken, alleen, geheel
alleen stormt hij verder. Hij valt.
Gevecht van man tegen man. Aanval
afgeslagen. Maar wat is dat? De
vijand staat in den rug! Een halve
vijandelijke compagnie is in de ver
bindingsloopgraven binnen gedrongen
en komt nu in de loopgraaf. Zand
zakken 1 Nu komt heter op aan. De offi
cier schreeuwt, de Boldaat schreeuwt.
Iedere soldaat is nu officier comman
dant. H{j moest handelen snel en
duidelijk. Zandzakken, handgranaten
De barricade is klaar.de handgranaten
vliegen bij troepen over de zandzakken
naar den vijand. De vijand is afge
sloten. Maar nieuwe colonnes komen
de hoogte afgerend. Salvovuur. Het
machinegeweer knettert. Er zijn er
.veel. Steeds nieuwe colonnes. Maar
de commandant heeft zijn mannen
niet vergeten en is kalm gebleven.
Artillerie! Plotseling slaan de grana
ten in de vijandelijke stormcolonnes.
Fonteinen van lichamen, kledings
stukken hoofden, ledematen vliegen
de hoogte in. Het is twee uur en de
bataljons, die in reserve waren,
naderen reeds. Neen, alleen hadden
zij het stellig niet kunnen bolwerken.
Alle regimenten, van Neuville tot
Aix-Noulette, moesten meehelpen,
met dezelfde dapperheid, alle batte
rijen, ammunitie-colonneB, telefonis
ten, waarnemers, vliegers. Iedere
man.
Alleen hadden zij het met klaar
gespeeld. Maar de Badenaren moesten
toch hard en zwaar werken. En zij
hielden de loopgraven, of beter ge
zegd de loopgraaf gaten.
Toen er versterking kwam, was
de crisis voorbij. Het regiment was
terug gegaan tot zijn tweede, derde
loopgraaf, maar het had de stelling
gehouden. Joffre brak er niet door
heen. En daarop kwam het aan. Vraag
niet, hoeveel er daar boven van bet
dappere regiment vielen. Het waren
er niet weinig. Maar het regiment
stond als een muur.
Het Pruisische huls van
afgevaardigden.
De beraadslagingen over de econo
mische maatregelen in verband met de
toestand, werden voortgezet. Door den
Min. Delbrück werd medegedeeld, dat
niettegenstaande de verhoogde brood
portie voor deD arbeidenden stand,
men met een voldoende reserve-voor
raad broodkoren het nieuwe oogst
jaar kon ingaan. Echter zal worden
vastgehouden aan het vaststellen van
max. prijzen, inbeslagneming enz.
De Min. wees op de gunstige uit
komsten die verkregen waren en bo-
sloot met de wensch dat men dit
eene groote doel voor oogen zou
houden: Het Duitsche volk.te stalen
in zijn volharding tot de laatste be
slissende overwinning zal zijn behaald.
Door den afgevaardigde Wiener
werd opgemerkt dat uit geen Duit-
schen mond de roep „de wapens
neder" zou worden vernomen, voor
Duitschland het recht heeft om al
zijn bekwaamheden en economische
kracht te ontwikkelen.
Liebknecht roept: Wij denken er
geheel anders over.
Wiener: Wij willen de eensgezind
heid van het volk hooghouden, dat
is het ware middel om onze oog
merken te bereiken.
Liebknecht roept: Kapitalistische
oogmerken! (Groote onrust. Geroep:
Gezwets).
Wiener: Daardoor erlangen wij
zakelijke waarborgen tegen dergelijke
misdadige overvallen. (Levendige
bijval).
Door den S. Dem. afgevaardigde
Bruin werd de opmerking gemaakt,
dat men de honger te boven gekomen
was, maar dat thans een nieuwe
vijand verschenen is, nl. de woeker
handel. De afwachtende halfheid der
regeering maakt dat gewetenlooze
speculanten groote sommen verdie
nen. Verder spoort hij de regeering
aan vrede te sluiten zoodra een ge
legenheid zich voordoet, waarbij
Duitschland niet vernederd of onder
worpen wordt. Ten sterkste raad spr.
het inlijven van veroverd gebied af.
Dit draagt slechts de klem tot nieuwen
oorlog in zich.
Door den minister Delbrück wordt
hierop geantwoord dat de regeering
alles doet om zooveel mogelijk goed
koop volksvoedsel te verschaffen.
Aardappelen konden echter niet wor
den opgeslagen daar dit te veel zorg
vereischt. (Hier roept een der Soc.
Dem. „De jonkers vonden het niet
goed").
Verder zegt de minister dat in den
oorlog de gedachte moet voorzitten,
de strijd zoo ten einde te brengen,
dat men niet nogmaals oorlog te
voeren heeft.
Dit doel moest ook bij de Soc. Dein.
voorzitten, indien zij begrip hadden
van de ware belangen van het vader
land. (Deze opmerking geeft aanlei
ding tot betuigingen van instemming
bij de burgerlijke partijen en tumult
bij de Soc. Dem.).
De woordvoerders der burgerlijke
partijen gaven vervolgens (onder
interrupties van den Soc. Dem., welke
herhaaldelijk tot de orde moesten
worden geroepen) hun leedwezen te
kennen over de wanklanken welke
van de zijde der Soc. Dem. werden
vernomen.
Na een overzicht van den toestand
op de verschillende fronteD, en be
treffende den zeeoorlog word de land
dag met een „hoch" op den keizer
besloten.
BINNENLAND.
Rijnscheepvaart.
Blijkens eene bekendmaking van
den commandeerenden Generaal van
het Se Armeecorps te Münsterishet
verboden den Rijn te bevaren by mist
en duisternis. Onder nacht wordt ver
staan de periode na de intrede der
duisternis (hoogstens één uur na zons
ondergang) tot het aanbreken van den
dag (tenminste een uur vóór zonsop
gang).
Da „Zaanstroom" en „Batavier V".
Het prljsgerecht te Hamburg heeft
- naar wq vernemen uitspraak
gedaan in de zaak van de Zaanstroom"
van de Hollandsche Stoomboot Maat
schappij eu de „Batavier V" der
Batavier-lijn.
Naar men weet was de niet con
trabande van de naar Zeebrugge op
gebrachte „Zaanstroom" destijds re6ds
vrij gegeven en uit Zeebrugge terug-
De procedure voor het „Prisenge-
richt liep dus over de contrabande
(o.a. de duizenden eieren, die aan
boord van het schip waren.)
Het prljsgerecht heeft zich op het
standpunt geplaatst, dat do levens
middelen, die bestemd waren voor
Engeland en Zuid-Afrika, verbeurd
verklaard werden.
Daarentegen werden de levens
middelen, bestemd voor Engelsch-
Indiö, Australië en Réunion vrijge
geven.
De verbeurd verklaarde lading der
„Zaanstroom" is 60 van de ge
heele lading.
Daar meer dan 50 van de lading
als contrabande beschouwd wordt, is
volgens de Londensche declaratie,
de „Zaanstroom" zelve verbeurd
verklaard.
Wat do „Batavier V" aangaat, ook
van dit schip is een groot deel der
lading door bet prljsgerecht verbehrd
verklaard. Op grond, dat aan boord
van dit schip minder dan 50 dei-
lading contrabande was, word de
„Batavier V" vrijgelaten. Naar men
weet bevonden zich echter op de
„Batavier" minder levensmiddelen
dan op de „Zaanstroom".
Het is nog niet bekend, of tegen
dit vonnis van het prljsgerecht hooger
beroep zal worden aangeteekend.
Voor de gemobiliseerden.
Wij plaatsen met algeheels instem
ming onderstaande oproeping en
hopen, dat al onze lezers eraan zullen
voldoen
Landgenooten
Het zal weldra één jaar zijn, dat
„Onze Vloot" gewoekerd heeft met
alles wat haar door zoo vele wel-
meenenden werd geschonken als blijk
van erkentelijkheid tegenover de dui
zenden, die aan de land- en zeegrenzen
met het geweer bij den voet waken
voor ons aller veiligheid.
Maar trots de grootste zuinigheid,
trots de flnancieele hulp, die wli iu
zoo ruime mate mochten ondervinden
van het Vrouwen-Comité „Korst.-
gaven" en het afwijzen van zooveel
waaraan wq niet konden voldoen,
zien wij het oogenblik naderen, dat
ons Mobilisatiefonds zal zijn uitgeput
en wij alle aanvragers onverrichter-
zake heen moeten zenden.
Als wij niet vol vertrouwen waren
geweest, dat onze landgenooten bereid
zouden zijn om nogmaals in den zak
te tasten om een bewijs te geven,
dat zij medeleven met Leger en Vloot,
dan zouden wjj het verzoek van den
opperbevelhebber niet hebben aange
durfd om in samenwerking met de
vereeniging „Ons Leger" te trachten
centralisatie te brengen in bet vele,
dat gevraagd en gegeven wordt.
Die centralisatie brengt pas aan
het licht hoe zoo vele bescheiden
vragen een zeer groote hoeveelheid
worden. De aanvragen voor hot meest
gewenschte d.w.z. voor dat wat in
den vorm van sportartikelen mede
helpt om onze militairen nog beter
weerbaar te maken, omvatten op het
oogenblik om maar een greep te doen
175 voetballen, 45 korf balspelen, 65
slingerballen, voorts werpsperen,
schermgereedschap, polsstokken, enz.
En als dan andere aanvragen om
bugles, trombones, mondharmonica's,
harmonica's, mandolines enz. enz. om
met de hun geschonken talenten den
goeden geest to helpen bewaren of
nog anderen, die uit hun werkkring,
en ver van huis en haard zijn weg
gehaald om te waken voor onze vei
ligheid, vragen om studieboeken, ten
einde de ledige uren nuttig voor de
toekomst te besteden, mogen, kunnen
wli dan Weigeren?
Zoudt gfi het ons niet euvel duiden
als wij u niet vroegen om een tweede
hands fletB, ten einde een paar uur
wandelen naar de boot to besparen
aan hen, die van de kustwachtposten
op Texel met verlof gaan of van
verlof terugkomen?
Ziet eens, als wij van verschillende
kanten hooren „wij durven niet vra
gen, „Onze Vloot" en „Ons Leger"
deden al zooveel", dan gevoelen w|j
iets als schaamte, dan vragen wij
aan ualjen om daarop te antwoorden:
„Gij allen doet zoo oneindig veel voor
ons, meer dan wij ooit vergoeden
kunnen, dus wat gij vraagt in be
scheidenheid, willen wij niet wei
geren".
Er staan circa 200,000 onbemid
delde gemobiliseerden op wacht. Als
even zoovele mannen, vrouwen, jon
gens en meisjes ons ieder een klei
nigheid afstaan, dan kunnen wij nog
maanden lang aan alle aanvragen
voldoen en gij oogst met dio luttele
som grooten, heel grooten dank En
dat, wat ge in geld of in natura wilt
zenden aan „Onze Vloot", nuttig be
steed zal worden, daar moge het
stelselmatig overleg met hoogo en
lage militaire autoriteiten u borg voor
staan.
„Onze Vloot", Stationsweg 89. Den
Haag, wacht uw antwoord!
De secretaris van „Onze VJoot"
Van der Wyck.
Ingezonden Mededeeling.
Zwakke of zieke nieren.
Door haar te verwaarloozen begun
stigen wij de voortwoekering van
ziekteD. Het verwaarloozon van ver
zwakking of ziekte der nieren en
urinewegen kan de ernstigste gevol
gen met zich sleepen.
Men kan een betrekkelijk uitste
kende gezondheid schijnen te genieten
en toch een nieraandoening hebben,
welke, in het begin van weinig hinder,
veroorzaakt werd door een kleinig
heid (een gevatte koude, vermoeienis,
buitensporigheden van allerlei aard).
De uitvloeisels van deze aandoening
treden bij tuaschenpoozen op, ver
dwijnen tijdelijk en doen zich daarna
krachtiger gevoelen.
Rugpijn, hoofdpijn, waterzuchtige
zwellingen onder de oogen en in de
enkels, rheumatische pijnen, urine-
stoornissen kunnen de verschijnselen
zijn, die aanduiden, dat de nieren en
blaas aangedaan zqn en somtijds reeds
veel erger dan vermoed wordt.
Foster's Rugpijn Nieren Pillen her
stellen de goede werking der nieren
en blaas en doen de bovenstaande
verschijnselen verdwijnen, de voor-
loopers van gevaarlijke ziekten als
waterzucht, niersteen, nier- en blaas
ontsteking, uremie (urinezuurvergif-
tiging).
Te Den Helder verkrijgbaar bij
Alb. ten Klooster, Keizerstraat 93.
Toeaending geschiedt fr. na ontv. van
postwissel k f 1.76 voor één, of f 10.—
voor zes doozen.
A Eischt de echte
-jyyL. Foster's RugpijD
jKxMUjföl Nieren Pillenwei -
gert elke doos, die
niet voorzien is
van nevenstaand
handelsmerk. (46)