HERMAN NYPELS, THEE E. Brandsma. WafelenPoffertjes W. L0G6EN voorh. P. BOUKAMP, 98 Koningstraat 98, Passaga bespreking Arts E. ALOERSHOFF, RADIO-TELEGRAFIST, ZurMühlen&Co. „NEDERLAND" HOLLAND AMERIKA LIJN Agent P.B. Kampmeijer, Kennisgeving. Kennisgeving. Ie en 2e hands Meubelen Uniformen Magazijn van Piano's, Vleugels, Orgels en Muziekinstrumenten. P DE HELDERSCHE BANK. HET GULDEN MYSTERIE. ZANGKLASJES Opleiding F. MULOER, Weststraat 32. Keizerstraat 90 HELDER. - P. GROEN ZOON. Incasseeringen GEBRS. SPANJAARD GEEN KERMIS FRISO Gevestigd te SCHAGEN: voorloopig Hotel „Vader" [Langenegger], Na 20 Augustus LANDBOUWSTRAAT. SPREEKUUR: werkdagen: 8-10 en 1-3 uur. Zondags: 8-10 uur. A. VOS, Muziekleerares, (dipl. N. T.V.), wenscht op te richten hoi linliiin nn 7-9. 10-12 in 13-14 jiai. Aanmelding hiervoor en tevens van Leerlingen voor Piano, Orgel of theoretisch onderwijs tot 1 AUG. verder vanaf 22 Aug. dagelijks. (Prospectus hiervoor op aanvrage). Koningstraat 82. ook voor STAATSDIPLOMA. Inlichtingen mondeling en schriftelijk. M. BRABER, Smidstr. 5. Passage-Agenten der Stoomvaart-Maatschappij en der VERTEGENWOORDIGER Correspondenten over passage aangelegenheden worden door boven- staande Maatschappijen alleen ge voerd met de Passage-Agenten, voor MU< Nederland, Rotterdamsche Uoyd en Amerika-Lijn. Hoofdgracht 37. 3 perceelen BOUWTERREIN te koop, ook zeer geschikt voor Hotel, vlak tegenover het Station. Adres: Aannemer WIJKER. SPECIALITEIT VflN HET I1AGAZIJN..DESTER" De Commandant van de Stelling van den Helder, belast roet do' uit oefening van hei. Militair gtzag, Lr; doeld in art. 7 der Wet van 23 Mei 1899 (Staatsblad No. 128). Gezien het Koninklijk Be-duit van 8 September 1914, (Staatsblad No. 448) waarbij de gemeente TEXEL in staat van beleg is verklaard en onder zijn gezag gesteld, trekt in h>-t. verbod, gegeven door den Commandant op TEXEL, den 24 Mei 1915 bepaalt: de toegang tot de gemeente TEXEL Is verboden aan alle nlet-Nederlanders; onverschil lig van welke nationaliteit, ge slacht of leeftijd. In bijzondere gevallen kan door mij ontheffing van dit verbod worden verleend. De aanvrage tot, onthoffn g moet schriftelijk, met redenen omkleed wor den iDgediend aan den Commandant der troepeu op TEXEL. Aan de vergunning tot verblijf kunnen bijzondere voorwaar den wor den verbonden. Strafbepaling: Overtreding van boven genoemd vorbod wordt ingevolge art. 49 van bovengenoemde wet gestraft met hechtenis van ten hoogste 3 maanden. BEVEELTdat deze zal worden aftr- - kondigd door aanplakking ais ter plaatse gebruikelijk is en door plaatsing in de plaatselijke dag bladen. Gegeven te den Helder, 12 Juli 1916. De Vice Admiraal, TEN CATE. De Commandant van de Stelling van den Helder, belast met de uit oefening va/i het Militair g-:zag, be d"eld in art. 7 der Wet. v;ui 23 Mei 1899 (Staatsblad No. 128). Gezien het Koninklijk Besluit van 8 September 1914,(Staatsblad No. 448) waarbij de gemeente TEXEL in staat van beleg is verklaard en onder ztjr. gezag gesteld, trekt in het verbod, gegeven door den Commandant op TEXEL den 11 Mei 1916 bepaalt: Het is verboden op het eiland TEXEL bezuiden de lijn Oude Schans-Strandpaal 12 en in de nabijheid van de militaire kust- wachtposten photografie-toe- stellen bij zich te hebben. Strafbepaling; Overtreding van boi genoemd verbod wordt, ingevolge art. 49 van bovengenoemde wet gestraft met hechteüis van ten hoogste 3 maanden. BEVEELTdat deze zal worden afge kondigd door aanplakking als ter plaatse gebruikelijk is eri door plaatsing in de plaatselijke dag bladen. Gegeven te den Helder, 12 Juli 1916. De Vice Admiraal, TEN CATE In- en Verkoop van Te koop en te zien: des morgens van 10 tot 12 en des avonds van 6 tot 8 uur. Speciaal adres voor OVERHEMDEN naar maat. OVERHEMDEN met piqué borst f 2.85, prima kwaliteit. CIVIELE- EN MILITA1RE-KLEEDERMAKERIJ. voor Land- en Zeemacht. LAKENHANDEL. Vraagt onze prijscourant. Anno 1860. Interc. Tel. 222. binnen en buiten de gemeente, op alle plaatsen des Rijks. Directe uitbetaling marinewissels. Sluiten beleeningen, prolongatiën op ter beurze genoteerde fondsen. LANGESTRAAT 88 - Tel. Interc. 533 - ALKMAAR. Voor het stemmen, per keer en bij abonnement, komen wij geregeld aan den Helder. Duizenden drinken ze dagelijks. 11=1 UI 1=11= toch van de vaiv'ouds bekende firma waar voorheen was; gevjestigd het Atelier van den Heer CHEF KREUGER. 11=1 m 1=11 MEELFABRIEK (Sh M' 1V' m \S f\f DM AVIC' lcHJTL JUUHT ZUIV.ER KOOPMANS BO E.KWEITEMEEL Wij nemen gelden in déposito: met één dag opzeggins 3 tien dagen 3/2 voor drie maanden tast 3/2 zes maanden4 één jaar vast 4 PLANTEN, Brabantsche en Leidsche Winter-Prei. Reuzen Prei van Carentan. Volhart Winter-Andljvle. Hooge, middelhooge en lage fijn ge krulde Boerekool-Pla nten. Verkrijgbaar aan de BLOEMISTERIJ „ROZENLUST", VAN GALENSTRAAt 72-74. HINDERWET. Burgemeester en Wethouders van Helder makea bekend, dat door hen aan JOH. BAKKER un zijne recht hei krijgenden vergunning is verleend, voor den proeftijd van één jaar, tot oprichting van een visch- en krabben- meelfabriek op een perceel aan de Doggersvaart kad. bekend in Sectie C. No 4555. Helder, 24 Juli 1916. SPORT. Voetbal. H.F.C.-Marine XI. 5-2. De Militairen troffen H.PX3. in beteren vorm dan vóór vier weken. Door een flinke 5 2 overwinning namen de. roodwitten revanche over de toen geleden nederlaag zoodat de uitgeloofde medaille in 't bezit der vereeniging blijft. Het geheele elftal vertoonde vooral vóór rust een door tastend spel, waartegen de Militairen niet opgewassen waren. De eerste 3 doelpunten waren het resultaat van werkelijk mooi san spel en zonder twijfel was de wozigheid van Aardweg en Steur hierop van veel invloed. We hopen tenminste beiden weer geregeld in 't veld te zien verschijnen, wat de combinatie aanmerkelijk ten goede zal komen. De Militairen winnen den toss en trappen af met wind en zon in hun nadeel. De laDge midvoor blijkt direct een flink doorzetter te zijn. die met stem en voorbeeld zijn partners aanzet en al heel gauw den ri-ehtsbuiten een prachtkans geeft, die door slecht schieten verloren gaat. Den aftrap plaatst de kieper zeer oordeelkundig bij den rechtsbuiten die geheel vrij staat. Een vluggere volgt, doch ook deze heeft door achter uit trappen geen resultaat. Het spel gaat nu eenigen tijd vrij gelijk op met H.F.C. een tikje in de minder heid. De halflinie Ten Hacken Bol v. d. Dussen is echter zeer moeilijk te passeeren. Vooral de eerste breekt herhaaldelijk het samenspel tusschen Steur en Aardweg. De linkervleugel van H.F.C. ziet zich op eens minder goed bewaakt, waarvan Corthals profi teert door vlug op" te brengen en prachtig voor doel te plaatsen. Hier staat Steur reeds op zyn post en met een kalm schot in den hoek is de Marine-kieper voor 't eerst verschalkt. Weer vallen de zeelieden met nieuwen moed aan. De vlugge linksbuiten weet heel handig met den bal te manoeu vreeren, schot heeft hij echter niet, wat hij kort achtereen eenige malen demonstreert. De H.F.C.-keeper heeft 't dan ook niet bijster druk, ook al doordat Van Arnhem en Zalm zeer trapvast bleken. Lang duurt 't dan ook niet of de keeper der Militairen krijgt weer een aanval af te slaan. Ditmaal is 't Aardweg, die Ten Hacken ontsnapt en keurig langs doel schiet. Dito mist de kans, doch Roolvink ia er vlug bij en geeft den doelwachter voor de 2e maal het nakijken. Kort nadat de Militairen weer hebben afge trapt krijgt H.F.C. een vrijen schop :to nomen, die door Kikkert zeer zuiver bij Steur wordt geplaatst. Met een onhoudbaar schot zorgt deze voor H.F.C.'s 3e doelpunt. De roodwitten zijn nu in de meerderheid en dringen hun tegenstanders geheel op eigen terrein terug. Bij een gevaarlijk mo ment voor doel maakt Romelju „hands" in 't berochte gebied. Steur accepteert deze kans echter niet en trapt den bal met opzet Daast. Zoo doende is de stand nog 3—0 als de rust aanbreekt. De rust schijnt, den Militairen goed te hebben gedaan. Op hun beurt drin gen ze nu de roodwitten achteruit, die geruimen tijd groote moeite heb ben zich de vlugge voorspelers van 'tlijf te houden. De veranderde op stelling der Marine-voorlinie is hier van grootendepls de oorzaak. De mid voor speelt nu rechts-binnen, terwijl Bartols Ten Hacken naast zich heeft. Geen kwartier is de tweede speel- holft dan ook oud, of de linkervleugbl weet, na een voorzet van rechts heel handig door te breken, waarna Houcke met een hard schot voor 't eerste tegenpunt zorgt. Nog houdt het Militaire offensief aan en slechts sporadisch zijn H.F.C.'s aanvallen hoewel niet minder gevaarlijk. Steur en Aardweg hebben, nu Ten Hacken hun niet meer dwars zit, zoo goed als vrij spel en de laatste geeft na een mooien voorzet Dito een pracht kans. De keeper valt en we denken reeds het 4e punt te kunnen noteeren als de back der Militairen den bal met de hand uit 't doel slaat. Penalty 1 Dezen keer kent Steur geen mede lijden en met wanhopige zekerheid vliegt de bal ten 4e male langs Van der Valk. Weer vallen de zeelieden kranig aan en 'tis al weer de linkêrvlougel die weet door te breken. De rechts binnen' staat een oogenblik geheel ongedekt een paar mecer voor'c doel, Houcke ziet het en speelt hem direct den bal toe. Een keihard schot volgt en N. N. kan, voor de 2e maal den bal uit het net visschen. Een mooi doelpunt Intusschen lijkt de animo bij de spelers iets te verslappen, waar na tuurlyk 't warme weer debet aan is. Veel moois wordt ten minste niet meer te zien gegeven en 't publiek begint reeds te vertrekken als H.F.C. één minuut voor 't eind kans ziet voor de 5e maal te doelpunten, dit maal door Aardweg, naar wij meeDen. Vlak daarop fluit de heer Heljting, die met groote beslistheid en onpar tijdigheid leidde, het eind van dezen interessanten wedstrijd. De trainer, die den geheelen wedstrijd met de grootste belangstelling volgde, kan met voldoening op dit eerste resultaat van zijn werken terugzien. Als de 9pelers nu in 't vervolg maar ge regeld op de leasen verschijnen, dan komen we ongetwijfeld op den goeden weg. Hardloopen. Naar wij in ons vorig nummer mededeelden, zou de marinier le kl. J. Huisman Zondag een 15 K. M. wedstrijd loopen van 't Zand naai den Helder. Zondagmorgen te 9 uur van 't Zand vertrokken arriveerde hij te 10.7 te den Helder, had dus de afstand van 16J K. M. in 67 minuten afgeli Hij werd gecontroleerd door den zeemilicien J. Weber die per flets met hem meekwam. Met het weer heeft Huisman het best getroffen, alleen had hij wat last gehad van tegenwind. Het laat zich begrijpen dat velen zicb bij het Bondagebouw in het Plantsoen, het eindpunt, hadden ver zameld om de hardlooper te zien aankomen. Ook waren tal van fietsers hem tegemoet gereden. UIT DEN OMTREK. Texel, 24 Juli. De „Wognummers^' hebben Zater dag j.1. succes gehad, wut trouwens wel te verwachten was. Voor 's avonds waren de kaarten reeds Woensdag j.1. uitverkocht, waarom ook nog tot een middaguitvoering besloten werd. En zoo hebben meer dan zevenhonderd menschen genoten van den onverge lijkelijk schoonen zang van „Jacob Kwast". Reeds dadelijk doet het optreden van dit zanggezelschap, dat overal zoo luide bijval heeft ingeoogst, wel dadig aan. De aardige Noord Hollaud- sche costumes met de gouden kappen geven iets vertrouwelijks, en in ge heel het optreden vindt men geen zweem van mooidoenerij. Zoo ergens, dan is hier het gezegde „Eenvoud is het ware kenmerk des harten" op zijn plaats. Kalm en eenvoudig gaat alles in z'n werk, en de eenvoudige directeur, de heer Willem Saai, be hoeft geen mooien -dirigeerstok, otn indruk te makeneen eenvoudig rietje is voldoende. Verder weet hij met kalme handbewegingen alles aan te geven, wat hij meent, dat zijn gezelschap moet weten. En wat men laat hooren, treft hoogelp. Wat is de begeleiding van de koorstemmen zacht en melodieus, waaneer de sopraan soliste hare mooiste passages naar voren brengt. Zulk zingen maakt, los van de aarde, voert op naar hoogere spheren, en de ademloozo stilte na elk nummer bewijst, dat de indruk geen vluchtige was. Zeker zou men daverend geapplaudisseerd hebben, wanneer het verzoek niel was gedaan, dit niet te willen doen. „Jacob Kwast" kan er evenwel van overtuigd zijn, dat de stille hulde der Texelaars, gebracht in het. groote,, overvolle kerkgebouw der Ned. Herv. Gemeente te Den Burg, éven welge meend was als de luide bijvalsbetui gingen in talrijke andere plaatsen en in andere Rijken ingeoogst. Ook hier zijn nieuwe lauweren verworven. Gezongen zijn 1. Wilhelmus van Nassauwo. 2. Bede voor het Vaderland. 3. Geloof iRossini). 4. Rozenlied (Gounod). 5. Herders, Hij is goboien. 6. Gebed (Hiller). 7. Ave Verum (Mozart). 8. Pan is Angelicus (César Franck). 9. Herr, gedenke Dicht unser Ue belthaten (Mendelssohn). 10. Hymne (F. Mendelssohn Bart.- holdy). 11. God is mijn Herder (Dvór&k). 12. Trouwe Nagedachtenis (Böhm). 13. Rust en vrede in God (Carl Loewe). Aan geen enkele dezer nummers viel een dissonant te bespeuren, toch zij in het bizonder hulde gebracht voor het ziDgen van No. 12. De schoone vertolking van „Niet lang zal 't meer duren, dan rust ook haai hand dan slaapt zij bij haar liev'ling in het eeuwige land", klinkt na tot in de verre toekomst. Doch zooals gezegd, aan geen regel, geen klank mag te kort gedaan worden, alles was over mooi, goddelijk mooi. Ook langs dezen weg brengt Texel een hulde aan „Jacob Kwast". De Texelaars achten zich gelukkig eens in eigen kring kennis gemaakt te hebben met de Wognummers". Aan alle leerlingen van den 2 jarigen cursus voor de Zeevaartschool, alhier, is het einddiploma uitgereikt,. Dit zijn J. Boon, G. J. Kaczor, K. J. Kikkert, P. J. Eelman, B. Kooger, C. S. Kuiper, D. de Ruljter, allen van Texel, W. F. Th. Br ijl, van Soerabaja en L. E. de Nijs van Banka. Overgegaan naar het 2e studiejaar zijnH. Dorlas, G. A. Hueting, A. E. Heljner, P. H. Oosthout, Ph. C. Prins, P. Sorgdrager en J. A. Zur- Mühlen. Voor het toelatingsexamen zijn geslaagdA. A. Beikma, W. L. v. Bunge, J. J. Dockheer, E. E. ter Haar, J. Maasdam, J. Th. A. Mahns, E. H. M. Parmentier, J. Vlaanderen, J. A. M. Verbercht, D. M. Vlas en J. M. Vorstman. De heeren E. L. v. d. Ven, B. H. Verbeek. A. Dalhuijzen en W. J. Wentholt, allen leerlingen van de Zeevaartschool alhier, hebben te 's Gravenhage diploma verworven voor 3en stuurman, groote stoomvaart. Binnen enkele dagen zullen hier komen 75 Belgische geïnterneerden, om bij den oogst behulpzaam te zijn. De groote schuur op de hofstede „Labora" van den heer P. C. Boogaard zal hun tot verblijf dienen. FEUILLETON. Doob C. N. EN A. M. WILLIAMSON. Vebtajlld doob W. J. EN H. A. C0RNELIS8EN. 11.) Het viel hem niet moeielijk, haar te overredenen zij huurden kamers in het stadje dicht bij de school, dat Potterston heette, naar den groot vader van Mr. Potter, naar deze be weerde. Weldra trouwden ze, maar hun huwelijk bracht voor mij geen ver andering. Het was een kleine, ouder- wetsche school, maar het was er niet slecht, en ik was zoo gelukkig als ik maar ergens zijn kon, zonder Saidee. Er was een zolderkamertje waar ik Zaterdags meestal zitten mocht, en waar ik brieven aan mijn zuster schreefer was een hoekje, waar het zonlicht door een klein raampje zon der glas, en dat den vorm vaD een halve maan had, naar binnen viel, en dat ik AJgiers noemde. Ik speelde, dat ik daar heen giDg om Saidee op te zoeken in haar oud Arabisch paleis, waarover ze mij geschreven had. Het was een heerlijk spelletje maar ik voelde mij zoo eenzaam als ik ermee ophield. Toen begon ik dan ook te dansen, heel zachtjes op mijn kousen, zoodat niemand het hooren kon dansen, die Saidee en ik samen hadden uitgedacht, uit verhalen, die ze woon was mij te vertellen. De dans van de schaduw en het standbeeld, die u gezien hebt, ontstonden op die manier en dan zijn er nog andere, die u niet gezien hebt, en die ik wel eens" vertoon een vlinderdans, dans van de tarwe en twee van het Oosten, welke voorkwamen in ver halen, die ze me deed, nadat ze Cas- sim-ben-Halim had leeren kennen. Het waren de dans van den rookkring, en de dans van het juweel en de roos. Het werd voor mij weldra een sven natuurlijke zaak om te dansen als om te ademenen het deed me boven dien altijd aan Saidee denken. Maar dit alles behoort niét, tot wat ik u eigenlijk vertellen wil. Maanden lang kreeg ik brieven van Saidee, geschreven, in Algiers. Eerst leken het tooversprookjes, maar langzamer hand heel spoedig meldden ze niet veel meer over haarzelf. Het was of Saidee meer en meer terughoudend werd, of dat ze het moede werd mij te schrijven en het ha3r verveelde bijna, alsof ze nauwelijks kon beden ken, wat ze schrijven zou. Eindelijk hielden haar brieven geheel op. Ik schreef en schreef - maar er kwam geen antwoord er kwam nooit meer eenig antwoord." „Heeft u sedert dien tijd nooit meer van uw zuster gehoord?" „Nooit. "Nu kunt u zeker wel raden, waar ik voor opgegroeid ben, waar voor ik geleefd heb, al deze jaren. Om haar te zoeken 1" „Maar," veronderstelde Stephen, „er moet toch een of andere manier geweest zijn „Geen enkele manier, dio in mijn macht was, vóór nu. U begrijpt, ik was volkomen machteloos. Ik had geen geld en ik was een kind. Daar zat ik, op een boerderij-school op het land, twee mijlen van Potterston, een nietig dorpje, bijna in de wildernis. Toen ik veertien jaar was, stierf mijn stiefmoeder plotseling al het geld van mijn vader aan haar man achter latend, behalve enkele duizende dol lars om myn opvoeding te voltooien, en mij althans de intrede in de wereld wat gemakkelijker te maken maar Mr. Potter verloor heel spoedig be halve zijn eigen geld ook het mijne in een gewaagde speculatie. Verleden jaar kwam het bankroet, en Miss Jennings, die de school hield, vroeg my te blijven als hulp-onderwijzeres - ze hadden allen medelijden met mij en waren zeer vriendelijk. Maar ook al was or niets gebeurd, dan was ik toen toch weggegaan, want ik voelde mij oud genoeg, om aan mgn eigenlijk werk te beginnen. O, udenkt, dat ik al eerder mijn zuster had kun nen zoeken, maar ik kon waarllik niet. Ik heb alles geprobeerd. Ik schreef niet alleen herhaaldelijk, maar ik vroeg Miss Jennings mij te helpen, en ook den dominó van de kerk, waar wij 's Zondags heengingen. Miss Jen nings vertelde het aan ouders ón familieleden van de meisjes, wanneer zij de school kwamen bezoeken eD ze beloofden allen, dat wanneer ze ooit naar Algiers mochten gaan, ze uit zouden kijken naar den echtgenoot van myn zuster, Kapitein Cassim-ben- Halim, van de Spahis. Maar het waren er de menschen niet naar om zulke reizen te ondernemen. Endedominé schreef voor mll aan den Amerikaan- schen Consul in Algiers; maar het eenige antwoord was, dat Casslm-ben- Halim verdwenen was. Men scheen niet eens te weten, dat hij een Ame- rikaansche vrouw had." „Uw stiefmoeder had zelf moeten gaan", zei Stephen. „O had moeten! Ik zag mjjn stiefmoeder zelden, nadat ze met Mr. Potter was getrouwd. Ofschoon ze zoo dichtbij woonde, vroeg ze me nooit thuis te komen, en ze kwam alleen eens of tweemaal per jaar voor den vorm me op school bezoeken. Maar op een avond liep ik weg en smeekte haar, Saidee te gaan zoeken. Ze zei, dat dat onzin was;dat, wan neer het Saidee's wil geweest was, ons geheel op te geven, ze wel zou zijn blijven schrijven of anders moest ze dood zijn. Maar gelooft u niet, dat ik het getoelen zou hebben, als Saidee dood was?" „U bedoelt, bij instinct telepathie, of zoo iets?" „Ik weet niet, wat ik bedoelmaar ik zou het geweten hebben! Ik zou haar dood gevoeld hebben, alsof er een snaar plotseling brak in mijn hart. En in plaats daarvan hoor ik haar altijd om rnjj roepen ik hoor haar altijd. Ze verlangt naar mij, ze heeft me noodig. Ik weet het. En van mijn veertiende jaar heb ik ook geweten, dat ik op de een of aDdere manier geld moest verdienen, om haar te kunnen vinden. Zonder geld bestond er geen hoop naar Algiers te komen en Saidee te zoeken. Want Algiers scheen mij de plaats toe waar ik mijn ontdekkingstocht moest begini Denkt u ook niet?" „Ja, Algiers is de plaats om te be ginnen," herhaalde Stephen. „Iemand moet weten, wat er géworden is van een man van eenige beteekenis, zooals uw zwager geweest schijnt te zijn. Het is ongelooflijk dat hij zou hebben kunnen verdwijnen, zonder eenig spoor na te laten." „Hij moet een spoor hebben achter gelaten, en ik zal het weten te vin den,'1 zei het meisje. „Ik moet Saidee vinden, en als ze niet gelukkig is, zal ik haar met mij mee nemen. Als haar echtgenoot een slechte man ia, en hij Algiers heeft moeten verlaten, omdat hij zijn geld verloren heeft, zooals ik soms denk, zal ik hem mis schien moeten omkoopen, om haar te laten gaan. Ik hoop, dat ik genoeg geld heb voor dat alles, tenzij hij erg inhalig is, of dat er moeilijkheden zijn, die ik niet kon voorzien. In dat geval zal ik weer gaan dansen, en geld verdienen, begrijpt u en dat is nu alles." „Een ding begrijp ik, en dat is dat u een zeer bizonder meisje bent," zei Stephenzijn geweten knaagde, om dat hij haar zoo onrechtvaardig had beoordeeld, van het oogenblik dat h(j er achter kwam, dat ze een danseres was. „U bent het meest bizondere meisje, dat ik ooit gekend, of waarvan ik ooit gehoord heb." Ze lachte gelukkig. „O neen, ik ben heelemaal niet bizonder. Het is grap pig, dat u dat zou denken. Maar mis schien heeft geen der meisjes, die u kent, ooit een groote zaak te vol brengen gehad." „Ik weet zeker, dat ze dat nooit hadden," zei Stephen, „en dat ze, als ze er een gehad hadden, haar niet volbracht zouden hebben." „Ja, dat zouden ze wel. Dat zou iedereen doen dat wil zeggen, als ze het maar genoeg wilden. Je kunt altjjd doen, wat je werkelijk genoeg wilt. Ik wilde dit met mijn geheele hart en ziel doen, en ik wist, dat ik myn weg vinden zou. Ik volgde mijn eigen ingeving, toen de menschen zeiden, dat ik dwaas was, en ze heeft mij goed geleid. Het verstand kan alleen helpen in wetenschappelijke zaken, niet waar? Het andere is hooger, omdat ingevingen iets van je eigen ik zyn." Beiden zwegen eenige oogenblikken. Stephen wist steeds minder, wat hij van dit wonderlijke meisje moest denken. „Mij heeft het gebracht van Potter ston naar bier," ging Victoria voort, „en het zal mij brengen tot het einde, waar dat -ook zijn mag, daar ben ik zeker van. Misschien zal het me ver, verweg leiden, in dat geheimzinnige, gulden mysterie, waar ik in mijn droomen dikwijls Saidee zie, op mij wachtend: een wonderlijk droom- paleis, doch waarvan ik niet weet waar het het ia 1 Maar ik zal het ont dekken, wanneer ze daar waarlijk is." „Welk een heerlijk vertrouwen hebt u in uw leidster!" riep Stephen vol bewondering, bijna afgunstig. „Natuurlijk. Hebt u dat dan niet in de uwe?" „Ik beb geen ster, die mü leidt." Ze sloeg plotseling haar oogen naar hem op, alsof het haar verdriet deed. „Wat jammer," zei ze eenvoudig. „Ik weet niet, hoe ik zou hebben kunnen leven zonder de mijne. Maai de uwe moet ook ergens aan den hemel staan, en u zult haar vinden, als u er erg uw best voor doet." „Vertel mij eens van uw dansen," zei Stephen, om van onderwerp te veranderen en de gedachten aan Mar- got, die de eenige ster van zijn toe komst was, te ontvluchten. „Als het u niet schelen kan, het te vertellen, zou ik graag willen weten, hoe u begon." „Dat is vriendelijk van u," antwoord- le Victoria dankbaar. Hij lachte. „Vriendelijk 1" „Eigenlijk valt er niets van te ver tellen. Gelukkig had ik altijd gedanst. Toen ik veertien jaar was, en begon in te zien dat ik toch nooit geld van mijzelf zou hebben, begreep ik, dat dansen voor mij de beste manier zijn zou, om het te verdienen, daar dat het eenige was, dat ik goed kon. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1916 | | pagina 4