COURANT
No. 4682
DONDERDAG S OCTOBER 1916
44e JAARGANG
Da ahonnoinoptoprljs
van da „Holdorseho Courant" la
tliana /tor knartaai In do stad
75 cont. tranen por post tl.—.
DE WEEK.
3 October.
De groote vraag is nu: zal de bom
van zacht maaksel blijken te wezen,
of wel met vereende krachten on
schadelijk kunnen worden gemaakt?
Voor wie deze omschrijving allicht
minder duidelijk en begrijpelijk mocht
zijn en zoo zullen er wel worden
gevonden, dunkt me een korte
toelichting. In de buitengewone ver
gadering van de Liberale Unie, te
Amsterdam gehouden over de Onder-
wijs-pacifleatie van minister Cort v.
d. Linden, heeft prof. Eerdmans 't
over dat „bommetje" gehad. Hij be
doelde de dreigende scheuring in de
gelederen der Vrijzinnige Concentratie
naar aanleiding van het nieuw-voor-
gestelae Art. 192 der Grondwet.
Zeker, de groote meerderheid van
de Liberale Unie heeft, althans wat
de ter buitengewone vergadering op-
gekomenen betreft, de groep-Eerd-
mans, Otto c.s. in het ongelijk gesteld.
Men heeft zich vereenigd met het
ontwerp der Regeering, zij 't dan
ook met zekere restrictie, „slag om
den arm". Voorzoover weet men
geen wijziging in het belang van
het openbaar onderwijs noodig zal
blijken. Prof. Eerdmans voorziet
wanneer straks, d.i. op 17 October
a.s., de algemeens beraadslaging over
Ónderwijs en Kiesrecht-herziening
dan in het Parlement een aanvang
neemt, onstuimige debatten, zeker
in dezen tijd allerminst gewsnscht.
Hier denkt men onmiddellijk aan het
sympathieke woord, dat mr. Troel
stra, gelukkig voor zijn partij weer
gahsch hersteld en van zessen klaar
aan het hoofd der S. D. A. P. groep
gekomen, in de Parlements-zitting
van 28 September j.l. sprak. Hij
spoorde aan tot samenwerking, onder
ling vertrouwen. Aan zijn invloedrijk,
pittig en geestig woord is 't zeker
voor een aanzienlijk deel te danken,
dat mr. Borgesius' verstandig voor
stel om over Art. 192 en Art. 80
straks gelijktijdig groot politiek dsbat
te houden, met zóó aanzienlijke
meerderheid werd verworpen. Van de
vrlj-liberalen weet men stemde
slechts mr. De Beaufort vóór het
denkbeeld van den praeses. Maar
van de Unie liberalen slechts de hh.
Otto en Eerdmans. Dat geeft wel
hoop, wat de eind-uitslag der debatten
betreft. Maar dkt wij van half-October
tothier waag ik 't niet een datum
in te vullen, op het Haagsche Binnen
hof de wateren der groot-politiekerij
hoog zullen zien rijzen, opgezweept
door machtige luchtstroomeu, dat
zal ik niet behoeven te verduidelijken.
En toch
Zooals mr. Troelstra heeft gezegd
in d6 eerste rede, door hem na zijn
ernstige ziekte in de openbare Parle
ments-zitting gehouden: wij hebben
nu samenwerking zoo hard en drin
gend noodig 1
Het ontwerp tot instelling yan een
Volksraad voor Insulinde zal wel
door ons Lagerhuis zijn goedgekeurd
wannéér deze „terugblik" den lezer
onder de oogen komt. De eerste schrede
naar een Indisch Parlement, naar de
politieke „mondigheid" van de Kolo
nie I... Van soc.-democratische zijde is
dit ontwerp eene schijn-ver tooning ge
noemd. 't Is echter de vraag, of dat
smalende woord niet van onbillijk
onderschatten getuigt.
Dat minister Pleyte de verkiesbaar
heid der vrouw uit zyn ontwerp
lichtte, moge de verontwaardiging
hobben gewekt van de suffragettes,
tor gereserveerde tribune in de Tweede
Kamer steeds op haar postook de-
geen, die in beginsel met volle geest
drift d6ze bepaling steunde, moest
erkennen, dat zij in strijd was met
het Indisch Regeerings-reglement.
Daar had dr. Beumer gelijk in. Eerst
moet in het moederland de zaak be
slecht zijn. Aldus zal nu ook ge
schieden.
De Indische Volksraad is nog
slechts een ad viseerend college. Maar
(is in de stukken erkend) ten opzichte
van het samenstellen eener Indische
Begrooting zal hij wel degelijk invloed
van beteekenis hebben. Maar bovenal
(en hier bracht zelfs mr. Mendels een
soort van „eere-saluut" aan
nieuwen Volksraad!), voor 't eerst,
in de geschiedenis der verhouding
van Moederland tot Kolonie zal de
publieke zaak er in het openbaar
door personen, die de parlementaire
onschendbaarheid beschermt, worden
besproken, gecritiseerd. Dat is niet
slechts eene eerste, maar ook eene
groote, belangrijke schrede voorwaarts,
durf ik zeggen 1
had van te willen beduiden: w|j, in
Nederland, zijn niet van plan ons,
wanneer aanstonds over den vrede
wordt onderhandeld, een duimbreed
gronds van ons gebied, te laten ont
nemen
In hoever de Zwitserscho toelich
ting, aan de Zeeuwsche reis onzer
Koningin gegeven, nu mot de werke
lijkheid overeenkomtik laat 't voor
het oogenblik onaangeroerd. Maar wèl
denkt men erbjj aan den fleren „pas
sus" in den aanvang der jongste
Troonrede welke woorden zijn toe
geschreven aan den gansch-persoon-
Hjken wil van H. M.
Een zevental maanden hebben onze
vroede landsvaderen nu nog vóór de
borst om af te doên den hemelhoogen
berg van wetgevenden arbeid, thans
vóór hen staand. Eu hoeveel is er
niet, dat tot de „toekomst-muziek",
tot de dingen van na Juli-'17, zal
blijven b9hooren.
Den bakkers is door minister Post-
huma een ontwerp beloofd tot af
schaffing van den nachtarbeid. Een
ontwerp-Boschwet zal ook komen,
verzekerde dezelfde bewindsman, den
hoerGerhardschriftelijkgeruststellend
ten opzichte van de waarde, welke
onze Regeering aan de bebossching
des lands toekent. Yan dit alles zal
in de periode, in vroegzomer-1917
eindigend, stellig niets bunnen wor
den afgedaan. Door de honderd-sn-
vljftig Binnenhof-vroeden, tot wie de
jeugdige, eindelijk toegelaten mr. Van
Rijckevorsel, Ooaterhout's nieuwe uit
verkorene, zal behooren, terwijl
mr. Schim v. d. Loeff in de Distri
butie sferen verdwijnt, voor Dordt zijn
zetel inruimend aan mr. De Kanter,
ziin voorganger voor het lichtelijk-
onzekere Zuid-Hollandsche district.
"Wij gaan nu na den dood van
Zomertijd, weer gelijken tred met de
zon houdend maanden in van veel
werken, van veel beroering op aller
lei gebied. De anti revolutionairen zijn
bezig hun party nieuw in te richten,
en zooveel blijkt wel, dat de „her-
eeniging" met de Lohmaunianen,
chr.-historischen, voorloopig nog tot
de „pia vota", vrome en onvervul
bare wenschen, zal blijven behooren.
De wereldbrand blijft blakeren en
het gevaai voor oeconomischen Dood
blijft dreigen Maar de nieuwe
Nederlandsche Opera bleek een onge-
dacht-groot succès en de Fransche
Opera opende haar seizoen onder zeld-
zaam-gunstige voorteekenen. De mees
te bioscopen in den lande groeien en
bloeien. Men ziet het geld at oornen
Wat vraag ik mij voor de zoo-
veelste maal af zal toch geboren
worden uit dezen tijd van verbijste-
rend-schrille tegenstellingen
Mb. Antonio.
DE OORLOG.
In het scheppen van eene verhou
ding tusschen het oude Patria en
Insulinde, waarbij de „mondigheid"
van den „jongeren, bruinen broeder'
zal worden erkend, ligt - neemt men
aan het eenige middel om onze
positie in de Oost, zoo mogelijk, in
de toekomst te handhaven tegen de
groote gevaren, die deze bedreigen.
Het „tempo" moge dan naar sommi-
ger opvatting sneller dienen te zyn
dan naar anderer inzicht, omtrent
de zaak-zelve, het beginsel, heerscht
nu geen strijd van meeningen meer.
Wy gevoelen nu allen, in het oude
Vaderland, hoe de spreuk onzer vade
ren „eondracht maakt den zwakke
sterk, tweedracht verscheurt",
meer dan ooit baar kracht heeft.
Nederland's positie in den wereld
brand, die zijn 27ste maand van ver
delging en menschenslachting op 1
October 1916 inging, blyft uiterst
hachelijk.
Onze Koningin heeft een tocht ge
maakt door de streek der Sehelde-
monding, en een Zwitsersch blad
klein van omvang, maar pittig en
degelijk van vorm wees erop, hoe
die reis van het Nederlandsche Staats
hoofd de „zinnebeeldige" beteekenis
De legerberichten
van 2 en 3 October.
Yan het W e s t e 1 ij k front.
Naar reeds Maandag uit Berlijn
werd gemeld, was de slag aan de
Somme weder in vollen gang. Zater
dag reeds begonnen, hielden ook
Zondag en Maandag de aanvallen der
Engelschen aan. Gelijk de Engelsche
opperbevelhebber meldde, werd het
dorp Eaucourt 1'Abbye genomen.
Van Duitsche zijde werd evenwel
niets over het verloren gaan van
eenig terrein gemeld. Dit vond zijn
oorzaak hierin, dat de Duitschers nog
een poging wilden wagen het dorpje
door een tegenaanval te hernemen.
Deze poging nu heeft hen maar ge
deeltelijk succes opgeleverd. De En-
gelachen erkennen, dat de vijand weder
vasten voet in eenige huizen kreeg,
doch het grootste deel van het dorp
bleef in hun handen.
Het dorp is voor de Duitschers
zoowel als voor de Engelschen een
belangrijk bezit. Als kruispunt
van wegen ia het van het hoogste
belang. In W. richting loopt vandaar
een weg naar Les Sars, het laatste
dorp van beteekenis op den weg
Albert—Bapaume. Vlak tenN.O. van
Eaucourt 1'Abbaye ligt een driesprong;
links gaat een weg naar den weg
Albert—Bapaume, die daarop aansluit
op een punt, dat ongeveer 1700 M.
ten N.O. van Le Sars ligt; de tweede
weg bij den driesprong loopt in N.O.
richting naar LigDy, aan den weg
Fiers—Bapaume;, en de derde weg
loopt in Oostelijke richting naar
Gueudecourt. Gelukt het den Engel
schen, zich blijvend in Eaucourt
1'Abbaye te nestelen en vandaar
Noordwaarts op te rukken, dan zouden
zij gaandeweg de Ancre kunnen
omtrekken en de Duitschers tot ont
ruiming van hun buitengewoon sterke
linie aan die rivier kunnen dwingen.
Het is dus verklaarbaar, dat de
Duitschers zich buitengewoon inspan
nen, om den Engelschen het bezit
van Eaucourt 1'Abbaye te betwisten.
Ongeveer 3300 M. ten N.O. van
Eaucourt 1'Abbaye ligt het plaatsje
Eaucourt. Dit dorp ligt reeds op gelijke
hoogte met Ancre.
Het Engelsche bericht van 2 Oet.
geeft verder aan dat de stellingen bij
Gueudecourt en Courcelette werden
verbeterd. 1 officier en 63 man werden
gevangen genomen. Volgens het
communiqué van den 3en werden de
gevechten bij Eaucourt 1'Abbaye
voortgezet. Zij hadden een voor de
Engelschen bevredigend verloop.
De Franschen houden zich
laatste dagen betrekkelijk rustig. Zij
bepalen zich tot kleine plaatselijke
ondernemingen en beschieting der
vijandelijke stellingen. Aan den weg
vam Péronne naar Bapaume verover
den zij een belangrijken loopgraaf ten
N. van Rancourt. Verder geen gebeur
tenissen van belang. Slecht weer be
lemmeren de operaties.
Generaal Joffre heeft een legerorder
aan de Noordelijke legers uitgevaar
digd, waarin by verklaart voldaan te
zyn over de verrichtingen aan de
Somme, waardoor aan den vyand een
slag is toegebracht, waarvan hij zich
nauwelijks zal herstellen. De druk
tegen Verdun is verminderd. Vijf-en-
twintig dorpen zijn heroverd er zfln
35,000 gevangenen gemaakt en 150
kanonnen genomende linies van
den vijand zijn over een diepte van
tien kilometer teruggeworpen. Re
legers der bondgeuooten aan de Somme
hebben zich een roemrijk aandeel in
de eind-overwinning verzekerd.
Het Duitsche legerbericht van 3
October geeft aan dat den Eagelschen
tusschen Thiepval en Courcelette
verscheidene stukken loopgraaf ont
nomen werden. Verscheidene machi
negeweren werden hierbij buitge
maakt. De gevechten tusschen Le
Sars en Fiers waren bijzonder ver
bitterd. Met de zwaarste offers slaagden
de Engelschen er in bij Eaucourt-
1'Abbaye eenig terfein te vermeeste
ren. Van uit Les Boeufs ondernomen
vijandelijke aanvallen werden alle
afgeslagen.
De Franschen vielen aan bij en ton
W. van den weg Sailly-Rancourt,
en in het boach St. Pierre Vaast. Na
aanvankelijk eenig voordeel te hebben
behaald, werden zij teruggeslagen.
Ten Z. vau de Somme nam het.
artillerievuur der Franschen in hevig
heid toe. Een vijandelijke aanval werd
cok hier tot mislukking gebracht.
Van het O o s t e lijk front.
De Russen zijn opnieuw een offen
sieve beweging begonnen. Tot nog
toe hebben zy echter nog geen ver
andering van beteekenis in den toe
stand kunnen teweeg brengen.
Naar van Duitsche zijde wordt ge
meld, is de aanval ten W. van Luck
Maandag begonnen. Na een geweldige
artilleriebeschieting, gingen de Rus
sen om 9 uur des morgens tot den
aanval over. Niettegenstaande de
hevige verliezen herhaalden do Russen
12 maal hun stormloop, zonder noch-
thans eenige voordeel te behalen. Op
enkele plaatsen waar zij de volkomen
stuk geschoten loopgraven binnen
drongen, werden zy door tegenaan
valion weer verdreven.
Ten N. van Graberka breidden de
Duitschers het door hun tegenaanval
behaalde succes nog verder uit. Het
aantal gevangenen steeg tot 41 offi
eieren en 2578 man. 14 machinege
weren werden buitgemaakt.
Aan de Zlota Lipa rukten de Rus
sen op tot aan de Lyaonia-boogte,
(ten Z.O. van Brzezany). Door Duit
sche, Oostenrijksche en Turksche troe
pen werden zij echter weder terug
geworpen.
Het Oostenrijksche legerbericht
geeft verder nog aan dat eon poging
der Russen, om ten N. van Boho-
rodezany de Bistrzyca Zolótwrsfea
over te steken, mislukte.
Het Russisch communiqué van 3
October meldt dat aanvallen der
Duitschors in do streek van Nowo
Alexandrowsk en aan de Redvecz
afgeslagen werden.
In de gebieden van Zaturzy, Volia,
Sadovstca en Sjelvof ontspinnen zich
verwoede gevechten. De Russen heb
ben op verschillende plaatsen gedeel
ten van vijandelijke stellingen ge
nomen. De vijand verweert zich met
de grootste hardnekkighoid.
Aan de Tsieniofka en in het gebied
van de hoogten op den ^rechteroever
van de Zlota Lipa nemen de verbit
terde gevechten geen einde. Aan de
Tsieniofka heeft de vijand een tegen
aanval ondernomen, die echter werd
afgeslagen. De strijd wordt in deze
streek met wanhopige kracht voort
gezet. De. Russen namen daar Maan
dag meer dan 1000 man gevangen.
Het geraamde getal gevangenen, op
80 September, 1 eu 2 October in
deze streek gemaakt, loopt naar de
5000, waaronder 8 Duitsche officieren
en 600 Duitsche manschappen.
Van het Italiaansch-Oosten-
r y ksche front. 1
Naar van Oostenrijksche zijde wordt
gemeld, staan de hoogten ten O. van
Görz en de stellingen op de Karst
voortdurend ondor hevig vuur
Italianen. In het Fleims-dal heeft de
vyand het offensief hervat. De kleine
Bricon-pas werd herhaaldelijk door
Italiaansche alpenjagers aangevallen,
en tijdelijk door hen vermeesterd.
Door tegenaanvallen werden zij weder
verdreven. Eveneens mislukte een
nachtelijke aanval op den PaSBO Val-
maggiore.
Het Italiaansche communiqué van
Oct. geeft aan, dat aan den boven
loop van deu Ciamon den tweeden
top van den Dubolerieon werd bezet.
Ook op den rug van de Karnische
alpen werd een bergtop vermeesterd.
Een aanval der Oostenrijkers op de
hellingen van den Sief werd afge
slagen.
Van het Oostenrijkse h-R o e-
meensche front.
De overwinning der Duitschers
heeft nog niet veel aan den toestand
in Zevenburgen veranderd. De Roe
meniërs hebben zich zeer spoedig van
den hen toegebrachten slag weten te
herstellen en ten Z. van den Rooden-
Torenpas konden de Duitschers dan
ook niet verder oprukken. Integen
deel moeten zij zich daar thans be
palen tot het defensief daar de Roe-
meniörs zoo meldt het Duitsche
legerbericht van 3 dezer pogingen
in het werk stellen om de pas weer
in hun bezit te krijgen. De gevechten
zijn daar gaande.
Op de operaties van de overige
Roemeensche legers heeft de neder
laag b(] Hermannstadt niet zulk een
invloed uitgeoefend als men wel ver
wachtte. De vijand rukte in Zeven,
burgen reeds op tot 20 K.M. ten
N.O. van Schassburg. Hier bezetten
de Roemeniërs Szekely—Kereztzur,
welke plaats de Oostenrijksche troe
pen hadden moeten ontruimen,
In de streek van Bekokten (Bara-
nykut), ten N. van Folgaras, werden
voorwaarts rukkende Duitsche afdee-
lingen door overmachtige Roemeen
sche strijdkrachten tot den terugtocht
gedwongen.
Van het Roemeensch-Bul-
aarsche front.
De belangrijkste gebeurtenis op dit
gevechtsterrein is wel dat de Roe
meniërs vasten voet wisten te
krljhen op den Bulgaarschen Donau-
oever, ten Z. van Boekarest. Dit ge
schiedde bij Rabovo, ten N.O. van
Roetsjoek. Er is nog niets bekend
over de sterkte van deze troepen
macht. Waarschijnlijk echter zal deze
vrij groot zijn, daar men moet ver
onderstellen, dat het de bedoeling is
overgang over den Donau in
handen te krijgen, en jjet leger onder
Von Mackensen, dat in de Dobroedsja
opereert, in den rug te komen. Vol
gens een bericht uit Berlijn werd de
pontonbrug, die de Roemeniërs voor
den overtocht gereed gemaakt had
den, door monitors vernield.
Het Bulgaarsche communiqué geeft
aan, dat het eiland Malak Kalafat,
tegenover Widin, door de Bulgaren
werd bezet. Bij het dorp Gigtein
word een vijandelijke afdeeling ver
dreven. In de Dobroedsja werd een
aanval op de Bulgaarsche stellingen
de linie Beschaul—Amsatsje
Parweli afgeslagen. 100 man werden
gevangen genomen. Verder geen ge
beurtenissen van belang.
Van het Macedonische front.
Naar van Fransche zijde uit Salo-
niki wordt gemeld, zijn twee tegen
aanvallen der Bulgareu op den linker -
Stroema-oever onder zware verliezen
voor den vijand afgeslagen. In het
gebied van den Tsjerna zetten de
Serviërs hun offensief voort. Op de
Westelijke hellingen en op den grooten
kam van den Kaimaksjalan maakten
vorderingen. Op de hoogten van
Starkof werden de voorste Bulgaar
sche loopgraven door de Serviërs
Een Duitsch bericht geeft aan, dat
de aanval tegen de Eogelsche stel
lingen op den linker-Stroemaoever
vorderingen maakte.
De duikboot- en mijnoorlog.
Van Duitsche zijde wordt gemeld
dat van 20—29 Sept. in de Noordzee
behalve de reeds bekendgemaakte,
11 Engelsche stoomtreilers, 4 Bel
gische zeelichters en 35 andore
vijandelijke vaartuigen, w.o. 27
visschersschepen, tezamen metende
rond 14,600 ton, door de duikbooten
tot zijn gebracht. Daarbij zij 31
gevangenen gemaakt.
Os verliezen der Noorsehe
koopvaardijvloot.
Uit Christiaoia wordt aan de
„Nationaltidende" bericht: De vijf,
Maandag in de Noordelijke IJszee in
den grond geboorde, Noorsehe stoom
schepen maten gezamenlijk 6262 ton
en waren voor meer dan 5 millioen
kr. verzekerd tegen oorlogsgevaar.
Gedurende den oorlog heeft Noor
wegen tot dusver 21,600 ton verloren,
d. i. 8,14 pxoc. van de geheele
tonnenmaat van de Noorsehe han
delsvloot.
Db neergeschoten Zeppelin.
Volgens Engelsche berichten was
de neergeschoten Zeppelin er een van
een nieuw type, dat slechts een zeer
klein doel biedt en zich uiterst snel
kan voortbewegen.
De commandant leefde nog ander
half uur nadat hij was gevonden.
Morgens vroeg was een vreeselijk
gewond lid der bemanning nog in
even. Toen men hem vond, leefde
hij nog net lang genoeg om iets te
drinken te vragen.
De Zeppelin kwam in drie stukken
naar beneden. Het eerste viel in een
weiland, het middenstuk sloeg tegen
eon eik op 50 yards afstand, en de
rest kwam in gruzelementen op den
grond terecht.
Luchtaanval op Brussel
Door Engelsche vliegtuigen werd
Maandag een luchtaanval gedaan op
de luchtschiploodsen bij Brussel. Een
der vliegtuigen werd neergeschoten.
De houding van Griekenland.
Naar d.d. 1 Oct. uit Saloniki wordt
gemeld, worden bij een besluit van
de commissie voor de nationale ver
dediging alle uitgewekenen en inwo
ners van Macedonië van de lichtingen
1907 tot 1915 onder de wapenen ge
roepen. Zij die daaraan niet gehoor
zamen, zullen voor een door de revo
lutionairen ingestelde rechtbank wor
den gedaagd.
Volgens een bericht uit Athene
komt Koning Constantijn eiken dag
naar Athene om besprekingen te
houden met den Generalen Staf en
het ministerie.
Do toestand is echter nog even
onzeker als te voren, wegens het
stilzwijgen der enténte-mogendheden,
wier voornemens volkomen onbekend
zijn. Inmiddels worden alle mogelijke
kabinetasamenstellingen in overwe
ging genomen, en de Koning be
spreekt met zijn generaals de moge
lijkheid van het prijsgeven van de
onzijdigheid. Met enkele uitzonde
ringen, schijnen de militaire autori
teiten thans voor den oorlog te zijn,
doch de Kofling is van oordeel dat
hij de daartoe noodige bevelen moet
uitstellen, om den schijn te vermijden
als zou hJj onder druk van de entente
handelen.
BINNENLAND.
Oa onrust in Djambi.
Uit Soerabaja wordt aan de „N.
Rott.Crt." geseind:
Een officieel bericht uit Djambi
meldtIn Zuid-Djambi is de toestand
goed tot Tambesi. Het land is ver
laten. De toestand in Noord-Tambesi
en Tabir is ongunstig. Ook in Boengo
en tusschen Moeara Tebo en Moeara
Tambesi heeft een deel van de bevol
king van Toengkal zich bij de op
standelingen b|j Semaboe aangesloten.
Op 28 September werden 13 opstan
delingen gedood. De kolonne van
kapitein Snell heeft tot 30 September
20 opstandelingen gedood.
Uit Soerabaja wordt aan de „N;
Rott. Crt." gemeld, dat er in den nach1
26 September op het eiland Koelaur
bing een groote brand heeft gewoed-
Er werden 27 huizen door het vuur
vernield. De aangerichte schade be
draagt ongeveer f 4000.
Kamerverkiezing Dordrecht.
In het district Dordrecht zyn
Dinsdag officieel candidaat gesteld de
heer P. J. Kanter, door de liberale
kiesvereeniging, en de heer D. J.
Wijnkoop, te Amsterdam, door de
afdeeling Dordrecht der S. D. P.
De vertegenwoordigers der anti-
rev. kiesvereeniging en van de'af
deeling Dordrecht der S. D. A. P.
waren met geteekende lijsten ten
stadhuizo aanwezig, maar kwamen
overeen, hun lijsten niet in te leveren.
Stoomschip getorpedeerd.
Zooals wij nog in een gedeelte van
de oplaag van ons vorig nummer
mededeelden, werden op Terschelling
door Hr. Ms. Hellevoetsluis" in het
AmelaDdsche gat als wachtschip ge-
stationneerd 6 man van het Noor
sehe houtschip „Tyr" aangebracht. Dit
schip was door een Duitschen onder
zeeër getorpedeerd, doch bleef drijven
op z|jn lading. Later heeft de „Helle-
voetsluis" ook de „Tyr" binnenge
bracht.
Zeppelins.
Dinsdagavond te kwart voor 7 pas
seerden benoorden Ameland 8 lucht
schepen, koersende om de West. Ook
werden 2 vliegtuigen waargenomen.
Oulzand Belgische kinderen naar
Nederland.
Dinsdagmorgen is te Roosendaal
aangekomen een kleine duizendtal
Belgische kinderen uit de steden en
omstreken van Dinanfc, Charleroi,
Antwerpen, Lier enz. Zij werden in
goede orde afgehaald en verder be
zorgd door het Comité der „Santé de
1'Enfant". Een groep vertrok in de
richting van Viissingen, een andere
in die van Arnhem, nog een andere
naar Wijk aan Zeevelen worden in
omstreken van Roosendaal onder
gebracht. (DTjjd".)
Duitsche kinderen.
Het was op het station te Arnhem
Dinsdagmiddag een beele drukte
uit allo richtingen kwamen Duitsche
kinderen aan, om van hier uit per
extra-trein naar Duitschland terug te
keeren. Het was den meesten goed
aan te zien, dat de vacantie niet te
vergeefs was geweest. Zooals wij
vernamen, waren er kinderen b|j, die
in hun vacantie zes en zelfs zeven
pond waren aangekomen. Alle kinde
ren waren vroolijk en opgewekt, doch
er waren er velen b|j, die nog best
wat wilden blijven. Om 1 u. 20 vertrok
de trein met 350 kinderen.
Ds vischomzet te IJmulden.
In den afgeloopen maand bedroeg
de vischomzet te I Jmuiden f 5,880,879
tegen f2,575,804 in September van
het vorig jaar en f 336,010 in 1914.
Van af 1 Jan. bedroeg die omzet
f4,594,630 in 1914 tegen f10,388,147
in het vorig jaar on f 23,662,071 in
dit jaar.
De malkstrijd te Zaandam.
De plaatselijke overheid te Zaandam
gaat voort met het in beslag nemen
van melk by de boeren die weigeren
deze tegen den vastge3telden maxi
mumprijs te verkoopen.
Voor de politie levert dit werk soms
groote moeilijkheden op.
Op het Hanenpad bracht de politie,
irgezeld van den waarnemen den
burgemeester, den heer Donia, een
bezo6k bij den veehouder Vethaak,
waar een hoeveelheid melk in beslag
werd genomen. Tevens werd hier
geïnformeerd naar het huisnummer
van een broer van den heer Vethaak,
die op hetzelfde pad woont, en ge
vraagd of die ook nog melk in voorraad
had, waarop geantwoord werd, dat
dit vermoedelijk wel het geval was.
Vóór de politie echter zich hiervan
kon gaan overtuigen, moest eerst
nog een bezoek gebracht worden bij
een anderen veehouder, die tusschen
de gebroeders Vethaak woont.
Toen men daarna aan den stal van
den tweeden veehouder Vethaak
kwam, bleek geen liter melk aanwezig
te zyn. Naar werd medegedeeld, waren
de bussen omgevallen. De veehouder
kon echter, naar men ons mededeelde,
niet zeggen op welke plaats dit ge
schied was en bleek ook niet in staat
de ledige bussen te toonen, waarin
de melk zich had bevonden.
Onder verdenking z|jn broer met
de komst van de politie te hebben
ingelicht, onderwijl het onderzoek b|j
den buurman plaats had, werd toen
tegen den eersten veehouder Vethaak
proces-verbaal opgemaakt wegens
belemmering ten opzichte van
inbeslagneming.
Bij een boer aan den Westzanerdijk
op de grens der gemeente werd
politie de inbeslagneming belet, omdat
deze zich bevond in een schuitje in
een sloot welke de grens tusschen
de gemeenten Zaandam en Westzaan
vormt.
De jongensstaking aan
„Werkspoor".
De staking van jongens aan
„Werkspoor" is thans algemeen en
omvat ongeveer 850 jongens. Naar
hun meening bleef de loonsherziening
te lang uit. Maandag werd de her
ziening bekend gemaakt, met dien
verstande, dat de stakers voorloopig
van de verbooging uitgesloten zijn.
Do directie besloot tevens dat zij
aan de oudere werklieden den eisch
zal stellen, dat zij het werk der
jongenB zullen opvatten. Hierover
zullen door de oudere werklieden
met hun organiaatios besprekingen
gevoerd worden.
Vriendelijke ontvangst
Een commissie uit de Groninger
vereeniging van handelaren heeft
voor korten tjjd een bezoek gebracht
aan.Den Haag, om by den Min. van
Landbouw enz. en de andere autori
teiten or op aan te dringen, dat bij
deuitvoering der distributiewet
rekening zou worden gehouden met
de bijzondere belangen in de N.
provinciën, waar o.a. de meeste
gro83iers tevens winkeliers z|jn.
Op aanraden van den minister
bracht de commissie een bezoek aan
de commissie van bijstand inzake
de distributiewet. Hier werd de com
missie echter bijzonder onhebbelijk
bejegend. Z|j werd begroet met ver
wijten. Het was wel aangenaam van
mr. Schim v. d. Loeff opmerkingen
te hooren als deze: „dat van de tien
handelaren, waarmede hij ten opzichte
van de distributie in aanraking kwam,
negen volkomen onbetrouwbaar
waren", enz.
Dienzelfden dag nog heeft de com
missie schriftelijk een klacht inge
diend b|j den minister in zake het
optreden van mr. v. d. Loeff en
tevens eon tweetal Kamerleden met
een en ander in kennis gesteld.
Trelndlefstal.
Door een dame werd Dinsdag b|j
de politie aangifte gedaan, dat haar
in een coupé eerste klasse der
Staatsspoor een damestasch inhou
dende een gouden en een zilveren
beurs, alsmede een paar diamanten
colliers, ontstolen is geworden. De
voorwerpen hadden s roote waarde.
Bij het uitstappen eerst bemerkte ze
de vermissing.
MET DE „NOORD-BRABANT".
DOOR P. N. v. R.
Weerzien.
_Ken je begrljpe! Da's 'n vracht
boot en die gaat op de ree voor
anker."
..Ze zegge, dat-ie aanstonds binne-
ko'mt."
„Ze zegge zooveel, moeder. En door
dié praatjes van Jan, Piet en Klaas
heele Nieuwediep op de been.
Zie maar eens wat 'n menschon
Allemaal geen Nieuwediepsrs, dat
kan je an de gezichten wel zien. Uit
alle oorden van 't land komen familie-
i. Enfln, 't is 'n tijd, drie of vier
jaar. Maar 'k heb nog een zoon en
die is 'r al tien jaar. H|j stond twee
jaar terug in de krant dat-Ie eervol
was vermeld. Korporaal van de
kolonialen. Maar 't scheelde niet veel
of ze hadde 'm in een gevecht leelijk
te pakke gehad, de heele arm bijna
ineje, niet één flinke jaap. Och,
ze gaan zoo gauw den hoek niet om,
hebt er taaie b|j en m|jn
Tinus
„Wat is dat nou viel het moe
dertje plotseling in en ze wees met
haar vinger naar den kant van do
haven waar het meeste publiek was.
jNiks t Die benne bang dat ze niet
vooraan komme. As de „Brabant" or
werkelijk is, dan spele ze daar van
Wien Neërlands bloed on Wilhelmus
en nog 'n vroolyke mop toe. Doch ik
had 't zooeven over TinuB, m'n oudste
zoon, die op Atjeh zit. Nog twee jaar,
dan kr|jgt-ie pensioen eu as-ie z'n
eene vlerk kwijt geraakt was, dan..."
„Och, la& me met rust, sprak het
oudje opnieuw onverwachts en zo
veegde de vochtige oogen af.
„Zeg, je bent ok niet plezierig",
bromde de ander en h|j keerde z'n
rug naar het vrouwtje en ging met
volle attentie de pas gearriveerde
vrachtboot bewonderen. Roetige rook-
driften kolomden boven de zware
)ijp, sissende stoom pufte wit-wol-
cerig uit bakboord en matrozen liepen
over 't dek, versleepten kettingen en
maakten daarmee een geweldig la
waai.
„Is 'm dat niet..
„Watte daór in de verte?"
Welnee, mensch da's 'n sleep
bootje van IJmuije zie je dat niet
eens Weet je wel hoe zoo'n oorlogs
schip er uitziet Heelemaal grijs ge
schilderd, met twee groote pljpe er
op en 'n hoop sloepe an 't dek en
kenonne en maste en - en zoo hoog
as as 'u kasteel. Wil ik je nou er
is gauw effe zegge waar de „Noord-
Brabant" sprekend op lijkt. Kyk
maar eons daarheen da's geloof
'k de „Gelderland". Zie-je 'ui? Nou
dat z|jn twee druppels water. De
„Brabant" is precies eender. En 'k
zou 't nou niet zoo wete, maar m'n
zoon is er mee uitgevare, vat-je 1
Die deugde in de burgerstand niet,
b|j wou en hij zou bij de marine en
toen de slampamper an boord kwam,
is-ie waaracbi63 goed gaan oppasse.
We krege laatst 'n brief van 'm en
daarin schreef-ie dat-ie stoker eerste
klas was geworde. Moet je nog
peultjes Stoker eerste klas 1 En nou
mot je wete, dat er met die knul
niks was te beginne. Twaalf am-
bachte en dertien ongelukke. O,
mensch wat 'n verdriet hebbe we
van dat jong beleefd 1 Nouzit-iemet
z'n gat in de Oost en hij maakt het
best en hy stuurt trouw dillegasie.
Hij heit kort geleeje z'n portret late
make en daarop mot je 'm eens zien
een jonge as 'n boomWacht er 's.
Uit zyn jaszak kwam een smoezelig
japier met een portret in cabinet-
'ormaat.
.,Da's mijn zoon, ouwe wat zeg
je er van hè 'n Kerel as 'n reus
je mag liever met 'metedauvechte,
want reken maar dat er wat in z'n
vuiste zit."
Twee bejaarde menschen een
oud moedertje in rouw en met een
zedig kaperhoedje op 't hoofd en een
oud manneke met o-beenen en een
confectiepak dat hem niet paste
zaten op eon bankje van den zeedijk
waarover de najaarslucht zijn voch
tige vacht egaal-grauw spande en het
wijfje opende het brillehulsje, zette
jlechtig den bril. op haar neus en
reek aandachtig naar de overhan
digde foto.
Een stoker van de marine stond
er op in krijgshaftige houding, de
rechterhand steunend op een stoel,
waarop een Javaansche vrouw zat
naast een knaapje met een bloem
vaas on een sirihdoos.
JIs-ie met dat mensch getrouwd?"
informeerde het vrouwtje.
,Ni'et dat 'k weet. Trouwe is houwe,
j-i© wel eens in Holland ge
hoe-ie er nou in Indiö over denkt,
dat kan 'k niet zegge, hoor. Maar
zeg-er-'s, woont üw zoon in 't Nieuwe
diep? Zoo is-ie ok nog vrijgezel?
Da's tegenwoordig 't beste. En bent
u heel uit Rotterdam gekomme om
'm hier te verwelkomme Nou, nou
Ja, mensch, praat er niet van, wat
'n ouwer al niet voor z'n kinders
doet. Wat? Bent u al van Zaterdag
in de stad en zit u iedere dag hier
op de d|jk te wachte Hoor eens, ik
ga voor m'n jongens door 't vuui'
hoor, maar zooiets zou me toch te
bar weze. Heb-ie je dan niks geschreve
wanneer-ie in 'S Nieuwediep dacht
te weze?" vroeg hij modelijdend.
De waterlanders gleden haar nu
telkens naar de oogen, maar ze drong
ze terug, wischte ze ongemerkt met
den handpalm af.
„H|j heit in geen jaar wat van 'm
late hoore."
Het oudje sniktè weer en de ander
ging onbezorgd, onverschillig door.
„Kom, daar mot je niet om
schreeuwe, ben je mal, treur er niet
om, hij doet 't ok niet, wie weet
hoeveel lol of-ie op 't oogenblik maakt,
en jy zit daar te griene, wees w|jzer,
ouwe cn trok je er niks van an. Hoe
kan je zoo'n vent nog achter z'n
voddo loope, 'k begrijp 't niet."
,'t Is toch m'n kind, m'n vleesch
en bloed."
„Goed en wel, maar verdikkeme,
wat rookt die boot, 't roet slaat je
finaal in je bakkes, dat komt omdat
de wind hier naar toe is."
„Dat 1b toch de „Noord-Brabant",
i niet vroeg weer 't oudje.
't Schemerde al, en toen aan den
Dijkweg de straatlantaarns aange
stoken werden en het grauw van de
wolkenlucht nog meer scheen te
dalen en alles te omgeven, trok het
volk zoetjes-aan naar huis, teleurge
steld dat de „Noord Brabant" op zich
liet wachten en ook het moedertje
van de bank zette zich moeilijk in
beweging, sukkelde, onvast van stap,
stadwaarts toe. 't Gaf niet om hier
langer te blyven. Nu werd het avond
en er was nog niets te zien en ze
moest naar 't logement waar ze lo
geerde. Maar den volgendon morgen
dreef de nieuwsgierighei' i haar weer
vroeg naar den Zeedijk, doch ook
dien dag kwam de „Brabant" niet.
Vaag en onwezenlijk had ze over 't
zwalpend water van de Noordzee
gekeken en toen het weer avond was
j eworden, kreeg ze een gevoel alsof
e laatste menschen, de belangheb
bend* bloedverwanten van de equi
page der „Noord-Brabant" naar baar
gluurden en allen ten slotte weg
weken en haar lieten staan alleen.
Met een zucht keerde zij zich om,
t den anderen dag weder op den
Zeedyk present, ontdekte en vernam
ze nader, dat de „Brabant" er was.
Het oorlogsschip naderde juist in
kalme grootheid de haven, en aldoor
stroomden menschen daarheen, die
zich straks in deinende schouder- en
koppenwarrel op den steiger pakten.
Vrouwen en mannen en kinderen
uit alle buurten van 't Nieuwediep
naaste verwanten van buiten
waren er saamgedrongen en aller
blikken gingen naar den kruiser, die
met zijn rookpluimen dichterbij kwam.
Het moedertje stond vooraan en
werd haast platgeknepon, maar een
paar vletterlieden hielden wat ruimte
voor haar, en terwijl de Stafmuziet
het mooie Wilhelmus onberispelijk
inzette, de bemanning van de „Bra
bant" bij de verschansing zichtbaar
was, toen begreep het oudje ineens,
dat ze zich goed moest houden, dat
j moest wuiven met de hon
derden op den wal. 't Vocht van
weerhouden tranen droop toch even
tjes langs haar magere wangen. Doch
ze deed haar best om scherp uit te
kijken, om te zoeken tusschen do
:eerde koppen. De „Noord-
Brabant" spoog zwarte wolkon smook
uit de pijpen, en de angst kwam bij
haar in, dat ze niet genoeg kon zien.
Maar het schip dreef nu al midfcn
in de haven en langzaam, onmerk
baar-zacht stoomde het gevaarte
naar den kant, waar een zwartendo
menschenzee als 't ware was. Do
halzen gerekt, zich op de teenen
heffend, staarden allen naar de „Bra
bant". En vlak achter haar staande,
bespeurde ik dat het moedertje haar
jongen tusschen de anderen achter
de verschansing had gevonden. Ze
tuurde met oogen waarin haar aan
doening blonk en toen alles „vast
lag" voor en achter en de
loopplank or was, stormde hij weldra
op haar los, klopte haar op de schou
ders en zij gaf hem een ferme zoen
en hield hem met haar arm^n om
klemd.
„Kom je met verlof, Janus?"
„Daalik niet ouwe, maar zoo gauw
mogelik I"
„En zien ik je dan ln Rotterdam
„NatuurlijkWat mot 'k hier in
dat waaigat doen I"
„Moet je nog wat doen an boord,
Janus? Jongen, wat zie je er bost
uit. God, wat ben je gegroeid on
wat
„Kom, ouwe, ze roopen mo tot
ziens hoor 1"
Hij wildp zich losrukken, maar
het moedertje hield hem nog vast,
pakte uit haar koffertje een kistje
sigaren en wat zakjes pruimtabak
en stopte hem nog iets geheimzinnig
in de hand.
En toen hij weer aan boord was,
strompelde ze door 't publiek dat
ongedurig, vermoeid wachtte. Maar
wat kon haar dat schelen. Niets.
Nu haar jongen binnen was, werd
haar al die drukte, het heele too-
neeltje van dat blijde weerzien glad
onverschillig.