HELDERSCHECOURANT
Eerste Blad.
der Gezondheid.
Pink Pillen.
RUST ËN~GEMAK
No. 4764
ZATERDAG 24 MAART 1617
46e JAARGANG
Op- an ondergang van Zon an Maan
an tijd van hoogwater (Taiai).
Ma.n Zon
Maart op: onder: op: onder: v.m.:D.m.
Zondag 25 m.6.L2a. 10.3 5.61 6.21 9.30 9.15
VUandag S6 .6.3» 11.22 6.60 623 10.10 10.26
Dinsdag 27 7.12 6.43 8.25 10.60 11.5
Wocnsd 58 J.66m.0.3l 6.11 6.23 11.26 11.45
Doudord. 29 8.49 1.29 6.11 631 -.
7i()dag 80 9.50 2 14 6.39 6.38 0 26 0.40
Zaterdag 31 10.57 2.13 6.87 6.81 1.16 1.36
DE WEEK.
20 Maart.
Zeker, er waren oogen blikken,
bij de Algemeene Beschouwingen
os'er de Indische Begrooting voor
1917, dat ook degeen, van wien 't
minst kan gezegd worden, dat hij
„dweept" met het beleid van mr.
Pleyte, toch „kassian" moest krijgen
met dezen minister van koloniën
zooala de Indisch-gasten 't noemen;
echt medelijden. De heer Pleyte is
bij deze Algemeene Beschouwingen
niet slechts aangevallen gewordjn
door Rochtsche sprekers als de
h.h. Bogaardt en Scheurer maar
óók door zija allernaaste vrienden
Ingoxondan mededeellng.
Een groot aantal vrouwen zijn
door de bloedarmoede ondermijnd.
De bloedarmoede komt voort uit
slapte van het bloed en gebrek aan
bloed. Het is in dit gebrek der hoe
danigheid en in dit ta kort der
hoeveelheid van het bloed dat het
uitgangspunt ligt van ongelukkige
en inet lijden over vulde levens. De
ongelukkige bloedarme lijdt nood
wendig aan velerlei kwalen en haar
leven is een waar martelaarschap;
het leven heeft voor haar geen be
koring, iedere dag brengt haar nieuw
lijden. Gelooft gij dat zij lust in het
leven heeft, die arme vrouw, die
voortdurend gedrukt gaat onder een
vreemdsoortige matheid, dat arme
meisje die door hot minste werk
bovenmatig vermoeid is en die altijd
het eind barer krachten naby voelt?
Ziet gij niet dat de verandering
harer trekken hjjar uitputting aan
duidt, dat haar moeielijko gang, haar
vermoeide houding, dat alles een
ollendigen gezondheidstoestand be
wijst? De vrouwen willen, onge-
lukkigerwyze, geen aandacht wijden
aan de eerste verschijnselen der
zwakte. Zij zullen zich later wel
verzorgen en zy rekenen er te ge
makkelijk op dat hare krachten van
zei ven zullen terugkomen. O, welk
een ernstige dwaling Hoe langzamer
hot kwaad komt, hoe langer het zal
noodig hebben om weg te gaan, en
in den tusschentyd heeft de zwakte
in het tengere vrouweiyke organisme
verwoestingen te weeg gebracht, die
de krachtigste geBtellen erg aantasten.
Er moet oumiddeiyk gehandeld
worden. Zoodra de vrouw bemerkt
dat bare krachten een weinig wan
kelen, moet zy zich onderwerpen
aan de behandeling met de Pink Pillen,
die het bloed zullen verhinderen nog
meer te verarmen.
De Pink Pillen geven bloed met
iedere gift en geven aan de ver
zwakte organen alles wat noodig is
om de kracht der beste dagen terug
te viuden. De Pink Pillen zyn het
beste versterkingsmiddel voor de
vrouweiyke organismen. Zy geven
eetlust, zij geven krachten, zy ver
sterken de maag, bezorgen een goede
spijsverteringzy verspreiden in
geheel het lichaam een grooté levens
kracht eu geven dat uiteriyk van
welzijn dat zeggen doet„Zy is een
en al gezondheidWelke storingen,
welke ongemakken zyn er al niet
vermeden door de Pink Pillen, op
hot juiste oogenblik genomen
De Pink Pillen zijn verkrijgbaar
h f 1.75 per doos, en f9.— per zes
doozen bij het Hoofddepót der Pink
Pillen, Dacostakade 15, Amsterdam;
voor Helder en Omatreken by Alb.
TEN KLOOSTER, Keizerstraat 93,
en H. W. ZEGEL, Kanaalweg 63;
to Schagen bij J. ROTGANS; te den
Burg (Texel) by T. BUIS, en verder
by verschillende Apothekers en goede
Drogisten.
FEUILLETON.
De man dacht, dat het myn sleutel
was, welken Ik vergeten hadik liet
hem natuuriyk in die gedachte, maar
myn eigen sleutel had ik op dat
oogenblik in myn zak. Vreemd ge
noeg, stak de sleutel ook in de deur
naar Silverdale's kamers die nam
ik er ook uit - ik zal je beide
sleutels geven.
Waarom? vroeg Phil.
Ik geloof, dat je me helpen kunt;;
als Silverdale vanavond terug komt,
zal ik je telefoneerenik heb een
stopcontact, op mijn slaapkamer en
kan je opschellen, zonder dat iemand
het hoort. Ja, j9 gaat toch altijd laat
naar b3d, dus behoef ik niet bang te
zyn je op te houden. H6t is misschien
wel een vreemd voorstel, maar ik kan
die spanning niet langer verdragen -
ga naar Silverdale en vertel hem in
welk een gevaariyke positie hy zich
bevindt. Nu je den sleutel hebt, kun
jo zonder eenige voorafgaande waar
schuwing by hem komen dan moet
hy je wel ontvangen.
Phil luisterde niet bijzonder geest
driftig naar het voorstel; hy begreep
niet wat hy door dit indringen by
Silverdale zou winnen, maar een blik
op het bleeke, ongelukkige gelaat
„in politicis", weet men. Welk woord
van echte waardeering kreeg men
te hooren van mr. Marchand, den
vrljz.-democraat van prof. mr.
Heeres, den Unie liberaal, - van den
heer Boisaevain, het lid der groep-
Visser v. IJzondoorn in de vrijzinnige
Concentratie?... Byna allen hadden
erkend, dat 't dezen bewindsman
niet aan „goeden wil", niet aan y ver
ontbreekt. En erkeni was, dat meu
mr. Pleyte's persoonlijke eigenschap
pen, zijn karakter, eerlijkheid, goedo-
trouw, niet had willen aanranden.
Maar overigens
De heer Boissevain ontzag.zich niet
te verklaren, dat „het bloed, tri Djambi
vergoten, op 's ministers hoofd is".
En verkoos dat „oud-Testamentiscbe
beeld" te handhaven, nadat de mi
niater verklaard had geen rustigen
nacht te kunDen doorbrengen, wan
neer hy iets dergelijks, - „waar in
Indiö nog lang over zal worden ge
sproken"-had gezegd van wien ook..,
En de heer Marchant, do leider der
parlementaire politieke club, van de
vryz.-democnitische party, waartoe
mr. Pleyte behoorde tot zyn optreden
in het extra-parlementaire kabinet
in ltl8, - mr. Marchant sprak de
hoop uit, dat de heer Pleyte nog eens
voor het landsbelang „een even goed
advokaat zal worden als hy in Indiö
voor zyn cliënten is geweest".
Tegenover al die felle, smalende,
vinnige kritiek bleef de minister van
Koloniön duldendzyn portefeuille
in de hand houdend. Verklarend, dat
hy ondanks alles „den moed zou
weten te bewaren". Ea Z.Exc. bracht
in herinnering, hoe sinds Augustus
1914 telkens en telkens waêr „de
zorgen hadd6n geklopt" aan de deur
van zyn departement on aan die van
zyn eigen huis. De heer Pleyte over
dreef niet. De ziekte van zyne echt-
genoote noodzaakte don minister
weken-lang in Zwitserland te ver
toeven, nadat hy-zelf pas hersteld
was van de ongesteldheid, die den
heer Pleyte (herinnert men zich) in de
zaal der Tweede Kamer trof.
Hy houdt vol. Maar van satisfactie,
voldoening, waardeering is hier geen
sprake. Nadat hy zyn plannen ten
opzichte van Djambi had uiteengezet,
kreeg hy uit de gelederen zijner
naaste politieke vrienden den ge-
moedelykeu raad, daar maar 6en
speldje bij te steken. „Komt toch
nika van I" zou wylen het Kamerlid
Klaas de Jong, uit de vroeg-
tachtiger jaren der vorige eeuw
hebben uitgeroepen 1 Inderdaad, om
onder zulke omstandigheden het
byitje er niet by neer te leggen:
daar is, zooala onze Oosteiyke naburen
't uitdrukken, „Ausdauer" toe noodig.
En extra taaie ook 1
Intusschen werkt de Parlemonts-
machine onverpoosd en onder onge
kend zwaren druk voort. De Senaat
heeft nog schier het gauache Ba-
grootingswerk voor de borst. Aan
den vooravond der afdoening ervan
kreeg zy van de Regeering de meda-
doeling, dat oeue nieuwe Staats
leening naderend ia, en men mét de
millioen maandoiyksche crisis
uitgaven niet zal kunnen volstaan.
leven nu op de kentering, naar
tweede periode van Zomertijd (op
15 April a.s. beginnend) voerend, en
hebben vernomen, dat in 1916 de
Zomertyd een 45.000 ton gaskolen
deed besparon. Reeds dit ware vol
doende, om allo denkbaro bezwareo,
tegen den Zomertyd in te brengen,
te doen verstommen.
esparen, uitzuinigen, inkrimpen
daar hebben wij 't nu allen op aan
te leggen. Yelen in den lande doon
't nood-gedwongen en in eene mate,
die „honger-optochten" doet organi
seeren. Een was er te Amsterdam,
gansch-kalm en -ordeiyk verloopend.
Eene in de Hofstad, waar de vóór
de groote spiegelruiten der beroemde
..Witte" lunchende heeren op de
vlucht gingen, denkend, dat hun
„plat du jour" de woede der massa
opwekteToch was dat niet het
geval. Ea 't ware zeker niet billijk
geweest, juist tegen de „Witte" op
te trekken in het Haagje, waar nu
een centrum zich heeft gevormd
van soep uitdeeling voor noodflruftig-
hongerenden
Nog ruim twee maanden scheiden
ons van Juni 1917. In normale om
standigheden zouden de „Stembus
liederen" van "allerlei Blag reeds
worden aangeheven. De gryze, hoog
bejaarde mr. Samuel van Houten
roert met onverflauwde opgewektheid
en de smeekende oogen van Elsie
maakten hem week.
Ik zal komen, zei hy het is
geen aanlokkelijk voorstel en kan
misschien tot meerdere onaangenaam
heden aanleiding geven, maar ik wil
alles voor je doen, liefste. Schel me
op, vopr tweeën als Je kunt ik
zal dadelyk komen an nu moet ik
weg, Ik heb nog veel werk, maar ik
zal wat mee naar huls nemeu on er
een flinken slag in slaan na het diner.
Phil sprak opgewekt genoeg,
hoe meer hy er orer nadacht hoe
minder bet voorstel hem aanstond.
Ett bad altyd een hekel gehad aan
Silverdale lang reeds voor deze
hem Elsie Gordon ontnomen had. De
man was een doortrapte schurk,
alleen opgehouden door zyn naam en
zyn positie maar er waren nog
andere dingen, waaraan Phil denken
moest en dus werden de komende
onaangenaamheden tydeiyk daardoor
verdrongen in zyn gedachten. Na
stevig diner op zyn eigen kamer,
baalde hy een stapel manuscripten
voor den dag en ging lezen totéón uur,
toen legde hy het werk met een zucht
van verlichting weg.
Zie zoo, dat is klaar, mompelde
hy nog een sigaret en dan 'tbed
inik geloof niet, dat Elsie my van
avond noodig heeft misschien
Hallo
De telefoon, in den hoek van de
kamer weerklonk hy nam den
hoorn op en luisterde:
Ben jy daar, Phil'? vroeg oen
welbekende stem. Kun je komen?
BINNENLAND.
de trom, trachtend een phalanx te
vormen, straks optrekkend tegen wat
de tachtigjarige schryver van de
„Staatkundige Brieven" nog pas ge
noemd heeft „het knoeiwerk van Van
der Linden", hiermee bedoelend
de aanhangige Grondwetsherziening.
Zal 't gelukken
Nog lykt het min-waarschljnlijk.
Maar nogmaals herinnerd
wij leven in periode van „onbegrensde
mogeiykheden".
Blijven we dus afwachten.
Onze schepen, met levensmiddelen
en kunstmest bevracht, zyn door
Engeland losgelaten, en schepen zyn
uitgevaren om graan te gaan halen.
Op hoop van zegen. Want niemand
vermag ook by vage benadering uit
te maken, welke gevaren on belem
meringen in dezen tijd ook" de schepen
vau gansch-neutrale Staten bedreigen.
Wat Duitscbland's verzekering be
treffende „absolute veiligheid" tebo-
duiden heeft in de praktykhet geval
van de „La Oampine" kan 't aan-
toonen. En wat de verdere gevaren
betreftschier geen dag gaat voorby,
of men krijgt te lezen van niouwe
torpedeoringen, waarby dan aan de
bemanning genadigiyk een paar mi
nuten tyd wordt gegund om het voege
ïyf te bergen.
Wat zal de naaste toekomst ons
brengen
De lente komt al-nader en de eerste
tydingen over de bloemenpracht in
de streak by Leiden zyn reeds inde
bladen verschonen. Een drietal weken
scheidt ons nog maar van Paschen.
Maar 't scbynt vast te staan, dat
intuaschen de broodrantsoeneoring
moet worden ingekrompen, met uit
zondering dan van de allerhardst
met het lichaam werkenden. De be
wering van sommige optimisten, dat
de opbrengst der Oorlogswinst brias
Uiig „alles zou goedmaken": zy is
nu reods gelogenstraft. Meer dan
120 millioen (een ellendig bagatel in
deze dagen!) zal zij - werd officieel
bekeud gemaakt - niet in het Ryks
laadje brengen. Waarvan Amsterdam
63Q 20 tal, Rotterdam op z'n aller
hoogst een 24 tal milliosntjes zal
bybrengen. Ea de flicus loert nu met
Argusoog. Stopt smokkelaars
krachtens „het nieuwe wstje"
onverbiddellyk in „de doos". Boboet
knoeiers met de O. W. B. voor vele
duizenden. En zulk eene forscbe band
is ook noodig, waar zelfs uü het
oude, leoiyke woord, dat „de Staat
ge3n weduwvrouw is", van kracht
dijffc. Dat het K. N. S. 0. totaal c.c.
vjjf millioen guiden in kas kreeg, is
een sympathiek teeken van zin tot
solidariteit. En het plan vau het
Steun-Comitó oprichting van centrale
keukens, waar voor tien ceotd een
liter smakelijk gekookt voedsel zal
zyn te krygen, is prachtig. Of 't
succes zal hebben Wie in Neder
land zya „Pappenheimers" van aller
lei soort kent, zal het allicht be-
twy falen.
Onder de ontwerpen, pas by do
Vertegenwoordiging ingekomen, be
hoort ook dat betreffende den aauleg
van een waterweg van Dordt naar.zee.
't Is oen schitterend teeken van
levenskracht en «moed, dat in dezen
bangeu tyd ook dergeiyke plannen
worden aangevat. Ik wees daar nog
zeer ko;t geleden op.
Er ia een wapaoapreuk vau een
oud geslacht, do familie Hope, lui
dend„Orbe fracta, spB3 illaesa".
In bet NederlaudschAls de wereld
vergaat, dan geef ik de hoop nog
niet verloren.
Wat 't verwoest worden der wereld
betreft, wel, dien kant gaan we,
helaas, sinds bijna drife jaren met
verbijsterende vaart uit.
Geve het oude Nederland het
energieke voorbeeld van de onwankel
bare hoop
Ma. Aktönio.
Onzo scheepvaart.
Do „Beroiase", die- mpt eeu lading
olienoten voor ouzo oliefabrickonüit
Rufrisque (Senegambie) in Engeland
was aangekomen en daar eeuigen
tyd in eeu der havens had gelegen,
heeft op eigen risico de reis door
is Donderdag behouden te Nieuwen
Water weg bin nengeloopen. Wocnsda g
was daar eveneens cp dezelfde wyze
de gevaarlijke zöae ondernomen en
aangekomen de „Elve" van dezelfde
firma en met gelyke lading.
Het atoomschip „Besaehi" van den
Rott. Lloyd, is Donderdagavond met
8600 ton tarwe voor de regeer in g
te Rotterdam aangekomen.
De passagiers van „Sindoro" an
„Hoilendla".
Naar het ministerie van Buiten-
landacho Zaken mededeelt, zijn
de noodige stappon ondernomen om
het aan de passagiers van het te
Gibraltar beschadigde s.s. „Sindoro"
en het te Vigo liggeDde s.s. „Hcl-
landia" mogeiyk te maken over land
naar het vaderland terug te keeren.
De gouvernement» passagiers, als
mede het marinepersoneel aan boord
vau eerstgenoemd vaartuig, zullen de
reis op 'sLanda kosten maken. Yoor
de passagiers, die voor eigen rekening
reizen, heeft hot ministerie voornoemd
zich bereid verklaard de noodige
gelden over te maken,-terwyi Hr. Ma.
gezant te Madrid, is gemachtigd, aan
hen, die niet over voldoende middelen
beschikken, 'nat noodige voor- te
schieten. Aan den zich aan boord
van het s.s. „Sindoro" bevindenden
majoor van het Nederlandsch-Indiache
leger Van Glgh is verzocht, als ge
leider der te zamen repatrieerende
reizigers op te treden.
Yoor het verkrygen van faciliteiten
om door de oorlogvoerende landen to
reizen zyn aan de betrokken gezanten
de noodige opdrachten verstrekt. Het
is evenwel niet uitgesloten, dat de
reizigers in Zwitserland eenig opont
houd zullen hebben.
Amerikaanseh stoomschip geladen
met petroleum b|j Terschelling
getorpedeerd.
Het Amerika&nsche stoomschip
„Healdton" (4489 ton), van Poila
delphia naar Rotterdam bestemd met
eene lading petroleum, is Woensdag
avond 8.15 ure zonder waarschu
wing getorpedeerd op 25 myien af
stand van Terschelling. Het schip
is, nadat twee torpedo's bet hadden
getroffen, in brand gevlogen en ge
zonken. 18 loden der bemanning,
waaronder de kapitein, zijn teIJmui
den aangebracht door den stoom-
treiler „Java VI" 1G4. Een tweeda
boot, waarin zich 20 man bevonden,
is omgeslagen en alie inzittenden
'jn- verdronken.
Aan het „Hdbl." wordt nader uit
IJmuiden gemeld:
Donderdagavond werden door den
stoomtrawler lava", schipper Leen-
dort Bruin, van de Hollandache Zee-
vie.schery te Ylaardiugen, iu IJmui
den dertien opvarenden aangebracht
van het Amerikaansuho tankstoom-
schip „Healdton", dat op reis van
Philadelphia uaar Rotterdam, Woens
dagavond zondur waarschuwing nabij
Terschellingerbank getorpedeerd was.
Dti geredden deelden o.m. de vol
gende bijzonder heden, mede
Het tanksloomsch'ip „Hoaidton"
behoorde te New-York thuis, stond
onder commando van kapitein Chris-
topherseu en was met oone lading
van 7000 ton petroleum onderweg
van Poiladelphia naar Rotterdam.
Ter bevordering van de veiligheid
was de Noordeiyke route gevolgd.
Van Bergen- af, welke haven het
schip laatsteiyk aandeed, gebeurde
niets byzonders, totdat Woensdag
avond ongeveer kwart over acht
In orde, Elsie, antwoordde Phil,
is hy er?
Er is iemand en dat moet
natuuriyk Silverdale zijn, hij heeft
"n eigen sleutel, dat wee Lik; ieder
een is naar bed, ik telefoneer op myn
kamer, zooals afgesproken, niemand
kan mij hooren. Een oogenblik. Ja,
ik hoor de deur van Silverdale's
kamers sluiten. Wat?
O, ja, dat denk ik wel en jy zult
hem waarschuwen, nietwaar?
Je kunt er op rekenen, dat ik
alles zal doen, wat noodig is, Elsie.
O, ja, wees niet ongerust, morgen
ochtend vroeg kom ik j9 weer ver
tellen. JaGoeden nacht 1
Temple voelde zich lang niet zoo
op zijn gemak als hy wel wilde doen
voorkomen. Hy had een zeer delicate
boodschap op zich genomen en kon
niet vooruit beoordeelen, hoe Silver
dale die zou -opvatten. Voortdurend
dacht hy er over na, terwijl hy door
de stille straten uaar Silverdale's
huis ging. Het geheele huis was in
donker gehuld en er was niemand te
ziennu aarzelde Temple niet meer
hij stak d6n sleutel in het slot,
ging binnen en draaide het licht op.
Zonder eenige poging te doen om
gedruisch te vermyden, stak h(j den
Bleutel in de deur, welke naar Silver
dale's kamers voerde. In de rookkamer
stond een man, het gelaat naar bet
vuur gekeerd, eveu bewoog hy zijn
hand en draaide het licht uit, de
kamer in totale duisternis latend.
Weer aarzelde Phil niethy taalte
naar Silverdale en greep hem byde
schouders. Nu vorwachtte hy een
zware, vertwijfelde worsteling, maar
klaarblykeiyk was Silverdale te zeer
verrast om hevigen tegenstand to
bieden en scheen zyn hoofddoel te
zyn zich te onttrekken aan een
yzeren greep om zyn keel. Misschien
zou het Phil gelukken hem naar den
kant van den schoorsteen te trekken,
waar zich de knop van het electrische
licht bevond - was het licht een
maal opgedraaid, dan- was zyn taak
gemakkeiyker.
Eenige oogenblikken duurde de
worsteling in grimmig stilzwygon,
toen voelde Phil dat bij de overhand
behield en waagde hy het een hand
los te laten en tastend de knop te
vinden na do derde poging gelukto
het ea wa3 de kamer hel verlicht.
Do andqr rukte zich vrij en viel
byna achterover.
Phil deed een paar stappen achteruit
van louter verbazing, by was de
eeiste die zyn kalmte herwon.
- Wel, myn vriend, zei hy koeltjes,
het scbynt, dat wy elkaar meer
ontmoet hebben.
HOOFDSTEK XXI.
Wat ieder durft, d:urf
ik ook.
Temple's tegenstander zwaaide nog
heen en weer van inspanning, zyn
ademhaling was kort en gejaagd, zijn
lippen tot een grijns vertrokken, alsof
zijn hart byna had stilgestaan. Hij
was paars in het gelaat, de worsteling
door een duikboot een venaderiyken
aanval op het stoomschip werd ge
daan.
Zonder geheel boven te komen en
zonder eenige waarschuwing vuurde
de duikboot twee torpedo's af op het
stoomschip. De schoten raakten mid
scheeps, zoodat het schip onmiddel-
ïyk door de gevaariyke lading en de
ontploffing in het machineruim in
brand geraakte.
In drie booten wilden de opvarenden
zich redden. Aan twee booten, res
pectievelijk met 18 en 7 inzittenden,
gelukte het om van het schip vry to
komen, doch een derde sloep met 21
inzittenden kenterde aadeiyk en de
inzittende personen zyn zonder twyfel
allen verdronken. De opvarenden van
den trawler hadden hot vuur van
het brandende schip heel in de verte
opgemerkt, doch dit voor het Noorder
licht gehouden, al leek hun dit zeer
sterk toe.
Donderdagmorgen vernam men
eerst dat het iets geheel anders was
geweest. Men was nameiyk by het
vuurschip Terschellingerbank vis
schende, to&n men een schespsboot
waarnam, welke onder zeil was. Het
besluit tot staking van de visschery
werd dadelijk genomen en men stoom-
de in de richting van de beot, welke
naar de Nederlandsche kust koerste.
De krachtige Noordoostenwind dreef
i boot echter zoo hard voort, dat
ze moeilijk was in te halen.
De inzittenden, van wie sommigen
slechts in hunne onderkleeding en
door da vermoeienissen zeer uitgeput
waren, hadden geen kracht meer om
zelf langszijde van den trawler te
komen.
Het kostte schipper Bruin dus zeer
veel zeemanschap om de boot zoo to
naderen, dat deze niet overstoomd
werd.
Toen de trawler de boot langszyde
was gekomen, sprongen eenige Neder
landsche visschers over en brachten
de boot daarna by den trawler. Zoodra
de iazittenden met veel moeite op
het vissch«rsvaartuig overgebracht
waren, vielen ze op dek flauw van
uitputting. Men deed hen te goed
met spys eu drank en hielp hen aan
droge klceren. Ofschoon de trawler
eerst Dinsdag uit den Nieuwen Water
weg ter vi8scherij vertrokken was,
gaf schipper Bruin bevel de terug
reis te aanvaarden.
De bemanning bestond uit zeelieden
van verschillende nationaliteiten, zoo
waren onder de geredden o.m. Span
jolen, Noren, een Fin en ook de
Nederlander Aria Slikker uit Rot
terdam.
De aanval geschiedde juiat na het
aflossen van óe wacht, toen ver
schillend» stokers en matrozen zich
stonden te wasschen. Zoodoende
waren velen slechts zéar dun
gekleed en laat h6t zich hooren dat
de meeaten in hunne onderkleeding
waren on dientengevolge verbalend
van de koude hadden te lijden.
Alle beziitingen gingen verloren.
De duikboot was na den aanval weer
ondergedoken en verdwenen, zocder
naar de schipbreukelingen om te zien.
De bemanning telde in het geheel
13 Amerikanen, van wie slechts ze3
gered werden. Ook verdronken twee
Nederlanders, Van der Does en
Lensyelt, beide uit Rotterdam. De
chef kok, de Nederlander Slikker, be
hoorde ook tot de bemanning van
de „CarpaMan", die onlangs getorpe
deerd is. Met drie anderen werd by
toen van alle opvarenden gered.
Van Terschelling werd gemold, dat
daar eeu sloep binnengebracht werd
door Nederlandsche torpedobooten. De
sloep was met negen mannen van
boord gegaan. Eén is onderweg over-
ledeD, een ander werd zwaar gewond
op Terschelling aangebracht.
(Het. is dus deze sloep geweest
waarna wij in ons vorig nummer
meldde dat zij by de Vliehora dry
vende was gezien).
Groote brand te Bandjermassln.
Uit öoerabaya wordt aan het Hbl.
geseind: By een brand te Bandj^r-
massin werden 3 groote winkelge
bouwen van do Borneo Sumatra
Handei Maatschappij, 2 groote gouver
nementsgebouwen ou in het geheel
75 winkels vernield. Er gingen groo
te vooraden aan rysfc, meel, tabak
en voedingsmiddelen verloren. De
schade bedraagt, f600.000. De oor
zaak is onbekend.
Gemeenteraad.
Werkloozonkasson.
Door B. en W. is het volgend
schrijven aan den Raad gericht:
By beschikking van 5 Maart j.1.
heeft de Minister van Waterstaat het
volgende ondsr de aandacht van ons
college gebracht:
Eene door verschillende omstandig
heden (vorstperiode, gebrek aan steen
kolen, gebrek aan materialen als ijzer,
gips, enz.) verscherpte werkloosheid,
heeft in de laatste weken aan vele
werkloozenkassen groote eischen ge
steld, waardoor haar vermogen be
langrijk is afgenomen.
Dit kan tengevolge hebben, dat
deze kassen, geen uitkeeringen meer
kunnen verstrekken aan die leden,
welke krachtens de reglementen nog
W6l aanspraken bezitten, en veroor
zaakt voorts, dat, wanneer aanstonds
de regeling, vervat in het Werkloos
heidsbesluit 1917, feitelijk in werking
treedt, geen vermogen van beteekenis
aanwezig is.
Het feiteiyke inwerking treden der
bedoelde regelingi(subsidieering) kan
niet geschieden alvorens de regle
menten der kassen door my zijn
goedgekeurddeze arbeid wordt thans
zooveel mogeiyk bespoedigd. In af
wachting daarvan acht ik het echter
gewenscht in aansluiting aan het
geen tydens de noodregeling steeds
werd nagestreefd te bevorderen,
dat de werkloozenkassen de nieuwe
regeling intreden met een vermogen
van beteekenis. Dit doel zou bereikt
zijn, indien niet de werkloosheid,
tengevolge van de ovengenoemde
omstandigheden, verscherpt was. Er
moet echter zooveel mogelijk naar
worden gestreefd, dat het inderdaad
bereikt wordt, hetgeen ook door
zal worden wenschelyk geacht.
Het kan worden bereikt, indien de
volgende regeling wordt toegepast.
Zoodra het vermogen eener tot de
noodregeling van 22 Augustus 1914
toegelaten werkloozenkas tengevolge
van hare reglementaire uitkeeringen
is gedaald tot 25% van haar ver
mogen op 31 Dscember 1916, ver
strekt deze geen uitkeeringen meer
voor rekening der werkloozenkas.
Be reglementaire uitkeeringen ge
sehieden dan voor rekening der
Overheid, in dien zin, dat gemeente
en Rijk daarvan elk de helft betalen.
Indien eene gemeente hiermede
instemt, zal zij dus zoowel de uit-
keering als den bijslag verstrekken,
welke worden verleend volgens de
thans geldende regelen, terwyi het
Rijk zoowel van de uitkeering als
van den byalag de helft aan de ge
meente terugbetaalt. De uitkeeringen
worden das verstrekt overeenkomstig
de bepalingen van de reglementen
der werkloozenkassen.
Door deze regeling wordt tevens
het in dezen tyd zeer gewenschte
gevolg bereikt, dat, niet tengevolge
vau uitputting der kassen, het ver
strekken van uitkeeringen aan werk-
:en, die nog reglementaire rechten
hebben, behoeft te worden gestaakt
Op grond van de door den Minister
aangevoerde ovorwegingen, achten
ook wy het gewenscht, dat de ge
meente tot de door hem bedoelde
regeling medewerkt.
Wy hebben mitsdien de eer, Vwe
vergadering voor te stellen het Be
stuur van het Gemeenteiyk Werk
lozenfonds te machtigeD, om in
had niet voel langer moeten duren,
toch drukt® zyn houding eerder een
vastberaden poging uit omzijn kalmte
te herkrijgen, dan woede of eenige
hartstocht, met bevende hand wees
hy naar eenige flesschen op de tafel.
Wilt u my wat whiskey geven,
fluisterde hy ik heb het workeiyk
noodig.
Temple haastte zich aan dien
wensch te voldoenhy verlangde
geen drama In de woning Lady Sil
verdale, dat moest tot eiken prys
vermeden worden. Hy hoopte, dat
het personeel niets van de worsteling
gehoord mocht hebben maar het
bleef stil en rustig in huis, alleen de
moeilijke ademhaling van den man
verbrak de stilte.
Ik wil u met genoegen wat
whiskey geven, zei Temple, dan
kunneu wij daarna eens met elkaar
praten. U bent my nog eenophelde
ring schuldig.
De andere man stak zyn hand uit
- naar het glas, de aderen op zfln
voorhoofd werden dunner, zyn hand
werd rustig genoeg om een sigaret
te nemen uit de zilveren doos op
tafel en die aan te steken. Met een
vreemd glimlachje wendde hy zich
tot Temple en boog alsof hy hom
het eerst wilde laten spreken; de
vreemde scheeh ook to begrijpen, dat
hy geen heftigheid meer te vreezen
had.
Ik ben bereid, te luisteren, myn-
heer, begon hy", vertel alsjeblieft.
Neen, dat is waarempel mooi,
riep Temple grimmig uit. Ik krijg
voorkomende gevallen volgens de
door den Minister aangegeven rege
ling te handelen, zulks in afwyking
van het bepaalde in de artikelen 8,
7 en 8 der Verordening op het
Gemeentelijk Werkloozenfonds.
Terugga vb muntgaskosten.
Door B. en W. is het volgend
schrijven aan den Raad gericht:
By voor de leden van uwe ver
gadering ter inzage gelegd adres van
12 December 1916 vraagt J. Visser
teruggaaf van een bedrag van f 1,80,
door hem aan de Gemeente-Gasfa
briek betaald wegens te weinig ge
bruikt muntgas in 1915.
Uit het hterby eveneens overgelegd
advies van den administrateur van
Gasfabriek en Waterleiding, waar
mede ook de directeur zich beeft
vereenigd, biykt, dat er alle reden
is om aan te nemen, dat het te ge
ringe gebruik het gevolg is van
tydeiyke afwezigheid van adressant,
zoodat zich hier juist een der ge
vallen voordoet, met hst oog waarop
do eisch van een zeker minimum-
verbruik voor hen, die gas over den
muntmeter ontvangen, is gesteld.
Om deze reden en ook met bet
oog op de consequentiön, welke een
andere beslissing zou medebrengen
ten aanzien van de vele aangeslo
tenen, van wie over 1915 voor te
weinig gebruikt muntgas bybetaling
is gevorderd, kunnen wij tot inwil
liging van het verzoek niet advi-
sseren.
Wy stallen u derhalve voor op het
adros van Visser afwyzend te be
schikken.
Afsshafflng karmis.
By de behandeling der Gemeente-
begrooting voor 1917 is B. en W.
opgedragen praeadvies uit te brengen
nopens het voorstel van den heer
C. Adriaanse, om de kermis af te
schaffen.
Aan bedoelde opdracht voldoende,
wenschen B. en W. op den voorgrond
te stellen, dat de vryheid van beslissing
van den Raad in deze niet, zooals
mogeiyk werd geacht, door eontrac-
tueele verplichtingen uit vroeger jaren
wordt beperkt.
Omtrent de za^k zelve bestond in
het College van B. en "W. geen een
stemmigheid. Terwyi een minderheid
afschaffing der kermis bepleitte,
vooral op grond van de overweging,
Ingezonden mededeellng.
ongekogfeld gewenscht.
Er Is geen ellendiger toeBtand denk
baar dan die veroorzaakt door jeuk
en prikkeling van huidziekten,eczeem,
gordeluitslag, aambeien, dauwworm
of roosachtige psoriasis.
De slaap wordt verstoord, de zenu
wen worden overspannen en het ge
heele gestel ïydt er onder. Huid
kwalen belemmeren u by het werk,
verhinderen succes in het leven en
berooven u van rust en gemak.
Zonder twyfel is de leefwyze van
invloed. Gemakkeiyk verteerbaar en
gezond voedsel, regelmatige gewoon
ten, dageiyksche stoelgang, baden,
frissche lucht en lichaamsoefening
zyn zoowel een voorbehoedmiddel als
nuttig, maar een verzachtende, ver-
kooiende en genezende zalf is tevens
onmiddeliyk noodzakelijk.
Foster's Zalf nadert de volmaakt
heid als buidzalf. Zij heeft naam ge
maakt als spoedig verlichting gevend.
Zy past de teerste en gevoeligste huid
en kan veilig on met vertrouweu
worden aangewend. Zelfs by ontsto
ken, bloedende of uitstekende aam-
beion bewees Foster's zalf succes te
hebben. Zy bracht rust eu gemak aan
personen, die jaren hadden geleden.
Foster's Zalf (let op den juisten
naam) is te den Helder verkrijgb. by
Alb. ten Klooster, Keizerstr. 93. Toe
zending geschiedt franco na ontv. v.
postwissel h f 1.7B p. doos. (38)
het eerst het woord. Wat zou Lord
Silverdale wel zeggen, als hy u hier
zag Hoe zou u het vinden ais hy op
dit oogenblik hier binnenkwam?
Oogenschynlyk liet deze vrasg den
vreemdo geheel koud, want hy leunde
achterover in zyn "Stoel en deed een
langen haal aan zyn sigaret. Op een
cynische manier scheen hy behagen
te scheppen in zyn gedachten.
Dat argument verstoort myn
rust niet, mijnheer Temple, zei by
- in de eerste plaats is er hoege
naamd geen kans op, dat zoo iets
gebeuren zal.
U spreekt zeer goed Engelsch
voor een vreemdeling, zei Phil.
Zeker, sommige menschen
hebben een bijzonderen aanleg voor
talen, ik behoor tot die sommigen,
daarby ben ik de geheele wereld door
geweest ik ben wat men noemt
een avonturier. Vroeger stelde ik in
iedereen vertrouwen maar daar voor
heb ik ge"boet. Sinds dien tyd ben ik
tegon alle menschen en alle
menschen zyn tegen my op éón
enkele uitzondering na een vrouw.
Ik weet wie u bedoelt, zei Phil.
Esmé Legarde.
Het komt er niet op aan, wie
ik bedoel ga verder, mynheer
Temple.
U doet u wel koelbloedig voor,
riep Phil uit - koelbloedlger, dan
toen ik u onlangs betrapte op mijn
kantoor, mynheer Seaff. Ik noem u
maar Seaff, ofschoon dat de pseudo
niem is van juffrouw Legarde. Ik geloof
dat die dame my ook uw naam
noemde, laat eens zien o, ja Paolo
Brachi.
Zeker, myn naam is Paolo
Brachi zei de ander kalm, bet is
een heel goede naam met een eerlijkon
klank in de geschiedenis, mynheer
Temple, mag ik u nog eens ver
zoeken verder te gaan?
Met genoegen, mompelde Phil.
Wat doet u hier?
Myn antwoord is zeer eenvoudig
zoeken naar iets, dat ik niet vinden
kan I
Maar als u ontdekt wordt, zult
u last krijgenLord Silverdale is een
excentriek mensch hy komt en
gaat op de mogeiykste tyden. Als hij
nu hier zou komen
Brachi gaf niets om die veronder
stelling.
Reken daar niet op, denk er in
het geheel niet aan als er iets
ter wereld ls, dat niet gebeuren kan
is het die catastrophe ga
verder.
Ik vind bet beter, dat u verder
gaat, antwoordde Phil u begaat
een ernstig vergrijp door u hier te
bevinden. Lady Silverdale telefoneerde
mij, dat er iemand in deze kamers
was en verzosht my dit te komen
onderzoeken. Daarom ben ik hier
gekomen
Pardon, viel Brachi hem in de
rede u stelt de zaak niet geheol
juiat voor.
(Wordt vervolgd.)