HELDERSCHECOURANT Hotel Bellevue. Eerste Blad. No. 4778 ZATERDAG 19 MEI 1917 45e JAARGANG Op- tn ondergang van Zon on Maan •n tijd van hoogwatar (Texel). (Zomertijd). X». SiSi' Mei oponderoponderv.m.n.m. Zondag 20 m. «.6 a. 8.61 4.68 8.66 8 20 8.86 Maandag 21 4.11 939 4.66 8.67 9— 9.20 Dinsdag 22 6.87 „10.66 4.66 8.68 9.46 10.6 Woenad. 28 6.84 „11.40 1.61 9.0 10.20 10.60 Donderd. 34 7.23 m. 013 4.62 9.3 li.- 11.80 Vrijdag 25 8-87 038 4 60 03 11.80 Zaterdag 26 9.46 0.68 4.49 9.4 0.6 0.40 OE WEEK. 15 M e i. De 10a Mei 1917 zal ia Neder- land's parlementaire geschiedenis ongetwijfeld blijven behooren tot de .historische data" van den eersten rang. Da Tweede Kamer der Staten- Generaa), aan den vooravond van haar dood, welke toch eind dezer Mei maand moest plaats hebben, heeft dien Donderdag twee beslissingen genomen van groote beteekenis. Z(j heeft (met 88 tegen 81 stemmen) aangenomen de motie, voorgesteld door het soc.-democratische lid voor ütrecht-II, dr. Van Leeuwen, vragend wijziging van het Reglement van Orde, opdat eene permanente com missie kan worden ingesteld voor buitenlandsche zaken. En de Kamer heeft in den avond van den 10 Mei met 44 t9gen 26 stemmen haar zegel Ingezonden mededeeling. Dit is van belang voor u Dit is van belang voor u, want het zou wel buitengewoon zijn, indien gij u niet van tijd tot tijd over uw gezondheid hadt te beklagen. Gebeurt het u bij voorbeeld niet dat gij ver moeid zijt zonder juist te weten waarom? Is uw spijsvertering altijd even gemakkelijk en laat uw eetlust somwijlen niet te wenschen over? Is uw slaap niet dikwijls onrustig, zoodat gij, wanneer het uur van op staan slaat, nog vermoeider zijt dan toen gij gingt slapen? Al die ver schijnselen zijn ongetwijfeld ernstig genoeg dat gij er eenige aandacht aan wijdt. In de eerste plaats moet gij, als zij zich voordoen, u er aan gewennen u zelf af te vragenHebt gij u in den laatsten tijd' niet meer of min overwerkt? Hebt gij u ook niet eenige buitensporigheid te ver wijten Of wel, zijt gij niet ten prooi aan zorgen of verdriet Zonder zelfs zoo ver te gaan, zijt gij zenuw achtig of ontstemd door plotselinge temperatuurs wisselingen of veran deringen van het weer Welnu, hoe onbeteekenend dit u ook schijne, al deze oorzaken, die dikwijls samengaan, hebben ean zeer slechten invloed op uw gestel, hoe krachtig dit ook zijn moge. Het gevoel van vermoeienis, langzame spijsvertering, slaaploos heid verraden een organische ver zwakking, daaruit voortkomend dat overwerk, buitensporigheden, zorgen, ongestadigheid, door u tot handelen te noodzaken om uw pbyaiek even wicht te bewaren, den rijkdom van uw bloed hebben bedorven en uwe zenuwkracbten hebben aangetast. Ge looft ons dus. In plaats van zoo te willen voortgaan, moet gij uw bloed vernieuwen en uwe zenuwkrachten herstellen door eenvoudig eenige doosjes Pink Pillen te nemen. Gij brengt zoo langs natuurlijken weg een heilzame reactie te weeg in ge heel uw organisme, want de Pink Pillen zullen in zeer korten tijd aan uw bloed z\jn verminderden rijkdom teruggeven en uwe zenuwen ver sterken. Deze pillen worden in der daad sedert langen tijd gewaardeerd om hunne merkwaardige eigenschap pen ais hersteller van het bloed en veraterker der zenuwen. Dikwijls hebt gij de voorbeelden hunner kracht dadigheid kunnen lezen. Gij kunt overtuigd zijn dat deza krachtdadig heid zich op u even sterk zal doen gevoelen. De Pink Pillen zijn verkrijgbaar h f 1.75 per doos, en f9.— per zes doozen by het Hoofddepót der Pink Pillen, Nassaukade814, Amsterdam; voor Helder en Omstreken bijAlb. TEN KLOOSTER, Keizerstraat 93, en H. W. ZEGEL, Kanaalweg 63; te Schagen by J. ROTGANS; te den Burg (Texel) by T. BUIS, en verder by verschillende Apothekers en goede Drogisten. FEUILLETON. DE GEVANGENE VAN ZENDA. 16). „Wy verliezen te veel tijd", voegde ik er aan toe. .Eiken dag dien wy den koning laten waar hy is, bestaat er nieuw gevaar. Eiken dag, dat ik doorga met deze maskerade, is er nieuw gevaar. Sapt, wy moeten spelen, wij moeten het spel forceeren." .Vooruit dan maar", zei hij zuchtend. Om kort te gaan, dien nacht om half twaalf bestegen Sapt en ik onze paatden. Fritz werd opnieuw als wachter achtergelaten; wij hadden hem niet gezegd, waar wij heen gingen. Het was zeer donker. Ik had geen sabel by mij, maar een revolver, een langen dolk en een dievenlantaarn. Wij kwamen aan het hek. Ik stapte daar af. Sapt stak zijn hand uit. .Ik zal hier wachten", zei hij., Als ik een schot hoor, zal ik .Blijven waar gy zijt Het iB de eenige kans voor den koning. U moet in geen geval iets overkomen." „Gij hebt gelijk, mijn jongen. Goed succes." Ik opende het kleine hek. Naar binnen gaande, kwam ik in een soort wildernis. Er was een met gras begroeid pad, en, rechts afslaande, volgde ik het nauwkeurig. Mijn lantaarn was gesloten en de revolver gehecht aan de motie-Marchant, waarbij het Parlement, den Minister van Oorlog gehoord, 't verklaarde te betreuren, dat Z.Exc. geen aanleiding had gevonden om nadediscussiön en het besluit van 4 Mei j.1. - geen wijziging te brengen in het besluit om de mllitielichting-1918 op te roepen nh de Landstorm-jaarklasse 1908. Men weet, Minister Bosboom had van 't aannemen of verwerpen van deze motie de vraag afhankelijk gesteld of hij zyn taak zou blijven waarnemen. „Ik wil" zoo sprak de heer Bosboom in de avondzitting van 10 Mei j.1., vlak vóór de stemming „ten allen tijde een eerlyk man zijn en ik meen dit te hebben ge toond ik wenscb ten allen tijde open kaart te spelenik geloof dat ik dat ook heb getoond. Ik ga dus recht streeks op de motie aan. De beteeke nis en de strekking van de motie zyn mü nu volkomen duidelijk. Ik zal die strekking ook niet misver staan. Wanneer de motie wordt aan genomen, dan zal ik dat beschouwen als een bewijs, dat de Kamer geen prijs stelt op verdere samenwerking met dezen Minister van Oorlog". Dat was duidelijke, ondubbelzinnige taal. En toen de motie-Marchant dan ook was aangenomen, restte den heer Bosboom niet anders dan zijn ontslag by de Kroon aan te vragen, wat den dag na het votum der Kamer weet men is geschied. Over dien loop van zaken is in den lande zeer verschillend geoor deeld. Ongetwyfeld zyn er velen, die met mr. Lohman hier van mee ning zyn, dat de Kamer zooala de straks tachtigjarige leider der chr.-historischen 't uitdrukte niet „met een krommen stok een rechten slag moet slaan." En de heer De Savornin Lohman voegde er nog by, hoe de wensch, dat „wan neer de Kamer eeu uitspraak heeft gedaan niet over een principe, maar over het eigenlijke militair beleid, de Minister dan daarvoor zou moeten buigen", - in strijd komt met mr. Lohman's constitutioneele beginselen. De afgevaardigde weigert „het beleid van het leger zelf over te brengen op de Kamer." Men kan zich duideiyk voorstellen dat - geheel afgescheiden van de vraag, hoe men over Gen.-Majoor Bosboom oordeelt als hoofd van het departement van Oorlog de wijze waarop de Tweede Kamer hem noopte af te treden, veler instemming mist. Het beeld, door den hoogbejaarden Lohman gekozen, h8t willen slaan _een rechten slag met een krommen stok", is hier treffend juist. Hetzy dan jbr. L. A. M. von Schmid, de kort geleden gepeusionneerde kolonel der 7e brigade te Amsterdam of een ander de zware taak over neemt, door den heer Bosboom neer gelegd, deze bewindsman verkeert al-dadelijk in eene zeer lastige, nete lige positie. Aangekondigd is bereids, dat de Landstormers-1908 ondanks het votum der Tweede Kamer toch volgens Gen. Bosboom's bestek (dat in December 1916 het Parlement in alle bijzonderheden bekend was!) thans zullen moeten opkomen. En binnen enkele dagen zal aan het leven van dit in 1913 geboren Lager huis een einde worden gemaakt 1 Samenloop van omstandigheden, waarvan men in de geschiedenis van het constitutioneel geregeerde Konink rijk der Nederlanden geen antecedent zal kunnen aantreffen. Den lOen Mei j.1. heeft de Kamer zich ook, volgens dr. Van Leeuwen's wensch, uitgesproken voor de instel ling van een „vaste commissie voor de buitenlandsche aangelegenheden", tot het „plegen van regelmatig over leg tusschen de Rsgeering en de Staten Generaal over de zaken van buitenlandsch beleid." Wat i3 vau die Commissie aan genomen, dat het Parlement, hetwelk na 't stervende van nu zal komen dit „legaat" overneemt, het R, van Orde werkeiyk wijzigt volgens Dr. van Leeuwen's bedoeling, te wachten Ik geloof, dat al te weinig gelet is op hetgeen minister Loudon over zulk een Commissie de vorige week in het Parlement heeft gezegd. „Het onschuldige, rekbaar, vage begrip- overleg", zei Z. Exc. van Buitenland sche Zaken, „zou dan juist ontaarden in ongevraagde inmenging, in een onmiskenbare poging dua tot mede besturen. Daartegen zal, wordt de Commissie ingesteld, de Regeering met de meeste zorg moeten waken, indien zy de Grondwet hoog wil hou den. Wat ik daarby het meeBt zou vreezen is, dat de verantwoordelijk heid der Regeering een gedeelde ver- antwoordeiykheid werd, dat haar verantwoordelijkheidszin zou ver-, flauwendat zy weifelend, dus zwak zou worden. Die overweging doet my gelooven, dat indien eene Com missie voor buitenlandsche zaken bestond en sedert het begin van den oorlog bestaan had, ik er niet aan gedacht zou hebben ik noem dit als voorbeeld een enkele d9r aan gelegenheden in de OraDjeboeken behandeld, aan haar voorafgaand oordeel to onderwerpen. Ea van het doen van geheime mededeelingen aan de Commissie ik behoef het nauw- lijks te zeggen - zal ge^n spra ke kunnen zyn." Aldus Dr. Loudon. Deze verklaring klopt woordeiyk met wat de veteraan Lohman van de door Dr. van Leeu wen gedachte Commissie zei: „Yan eene meerdere mededeeling dan ge schied is, van eene grootere publi citeit bij de te voeren onderhande lingen daarvan moet de Kamer -zich geen illusie maken". Men heeft dus te verbeiden, wat na de vorming van het nieuwe parlement de loop der zaken zal zijn. En als ware 't niet genoeg, in de week, walke op 11 Mei eindigde werd de waarschynlykheid zeer groot dat het voorstel Marchant c. s. tot verhooging der minima jaarwedden van de onderwijzers met f 100,—, zou worden aangenomen. Terwijl minister Cort van der Linden bleef zyn herhaaldelyk uitgesproken gevoelens, dat het arme, reeds zoo dierlijk afgebeulde Ryksbruintja dien nieuwen last van ruim drie millioen voorloopig niet zou kunnen trekken. De kans, dat de Rechtsche Senaats meerderheid dit initiatief-ontwerp van de Linksche Tweede Kamer- groepen zou verwerpen, bleef groot. Doch aangenomen dat de Eerste Kamer het voorstel Marchant c.s. zou bezegelen wat dan? Een ad vies aan de Kroon om in deze van het veto-recht gebruik te maken? Een soort van „conflict" dus ook hier, tusschen Kabinet en Staten- Generaal, aan den vooravond der verkiezingen, welke de groep-Samuei van Houten c. s. tot een nederlaag voor de R9visie-Cort v. d. Linden zouden willen doen worden Terwyl de Senaat, in de korte spanne tijds tot Hemelvaartsdag 1917 die Revisie wilde pogen te bezegelen En terwyl er (de Eerste Kamer had nog het Indisch Budget-1917 vóór de borstaan beide kanten van het Haagsche Binnenhof moest „gespurt" worden om vóór de stervensure nog zooveel mogelijk legislatieven oogst binnen te halen Inderdaad, de politieke atmos feer is thans even zwoel en drukkend als de zomersche bloeiende Mei maand; terwyi eindelijk hetheeriyk- jonge, frlssche groen een zomerschen Hemelvaartsdag en een „ouderwetsch" Pinksterfeest belooft 1 De tarieven voor reizigers vervoer zyn thans vyftig pCt. hooger dan vóór het uitbreken van de wereld crisis. En gaandeweg zullen ook de mensehen, die| het bangst zijn voor „wat de wereld ervan zegt", ervoor durven uitkomen dat het maken van uitstapjes de draagkracht van hun budget overtreft. Geiyk 't niet kunnen bescbikken over benzine, brandstoffen, en nog veel andere dingen geen „schande" meer is. Evenals 't ter ^slachtbank" moeten veroordeelen van onze kippen, voor wie geen voêr meer zal te krygen zyn, en voor wie een snel einde te verkiezen is boven de marteling van een hongerdood 't Is meer gezegd, maar telkens dringt zich de verrassende waarheid aan ons op: we zyn bezig ods aan te passen tot nieuwe toestanden, nieuwe denkbeelden en opvattingen op allerlei gebied. Wanneer wy lezen over schulden last van milliarden, 't verbaast ons evenmin als het kennis-krygen van giften, een millioentje bedragend (geiyk de heer Deterding, de mede directeur der „Bataafache", beschik baar stelde tot leniging der ellende de bezette streken van Frankrijk), 't Ware te wenschen dat dergelijke schitterende exempels meer zouden „trekken" dan het geval is. Want het bot-grove, ruwe egoïsme bad ik in myn hand. Ik hoorde niets. Eensklaps kwam van uit de duisternis een groot zwart voorwerp voor myn oogen. Het was het zomerhuisje. De treden bereikende, ging ik deze op en kwam ik by een groote houten deur, welke vanzelf open ging. Eene vrouw kwam te voorschijn en greep mij by de hand. „Doe de deur dicht", fluisterde Ik gehoorzaamde, en liet toen het licht myner lantaarn op haar vallen. Zy was in avondtoilet. In den glans van de dievenlantaarn verlichtte hare donkere schoonheid op zonderlinge wijze. Het prieel bestond uit een enkele ruimte, spaarzaam gemeubeld met een paar stoelen en een yzeren tafel, zooals deze voor theetuinenen caféterrassen in gebruik zyn. „Zeg niets, wy hebbsn geen tijd", zeide zij. „Luister 1 Ik ken U, Mr. Rassendyll. Ik schreef dien brief op bevel van den Hertog." „Dat dacht ik wel", antwoordde ik. „Binnen twintig minuten zullen hier drie mannen zijn om U te dooden." „Drie... de Drie?" „Ja. Tegen dien tyd moet ge weg zyn. Zoo niet, zullen zy U dooden „En „Luister I Luister 1 Wanneer gy dood zyt, zal men Uw lichaam in een achterbuurt der stad brengen. Daar zal het gevonden worden. Michael zal direct daarna Uwe vriendenKolonel Sapt en Kapitein von Tarlenheim het eerstgevan gen nemen, den staat van beleg in Strelsau afkondigen en een boodschap naar Zenda sturen. De andere drie zullen den koning in het kasteel vermoorden, en de hertog zal zichzelf of de prinses als koning uitroepen het liefst zichzelf, als hy zich daartoe sterk genoeg voelt. In ieder geval zal hy de prinses huwen, en dan toch feitelijk koning worden. Begrijpt gij „Het is een heel aardig complot. Maar waarom wiltgy, Mevrouw „Zeg, dat ik christinne ben, of zeg, dat ik jaloersch ben. Wat gy wilt. Maar moet hy met haar huwen Ga numaar herinner Udat is wat ik U te zeggen heb dat gy nooit, by dag noch by nacht, veilig zijt. Drie mannen volgen U als bewaking? Is dit niet zoo? Welnu drie andere volgen hen op hunne beurt. Michael's drie zyn nooit meer dan twee honderd meter van U verwijderd. Uw leven is niets waard, zoo zy U een oogen- blik alleen treffen. Ga nu. Maar wacht, het hek zal nu wel bewaakt worden. Ga zacht verder. Loop nog ongeveer honderd meter langs den muur, en gij zult daar een ladder vinden. Klim daarover en loop wat ge kunt." „En gy?" vroeg ik. „Ik moet ook myn spel spelen. Als hy te weten komt, wat ik gedaan heb, zullen wy elkaar nooit meer zien. Zoo niet, dan zal ikMaar nu niet meer. Vertrek direct." „Maar, wat zult ge hem zeggen?" „Dat gy niet gekomen zyt. Datgy de list doorzien hebt." Ingezonden mededeeling. Helder. Telef. 49. Cafó-Restaurant. Aangenaam gelegen In het centrum der etad. Riant uitzloht In het Julianapark. Binnenkort aanvang der Avond-Concerten. Tulnbezoek mr aanbevolen. AMSTEL- en HAANTJESBIEREN. Gewone Consumptieprijzen. behoort eilacy niet tot de booze dingen, die (met vele goede I) door de groote crisis veranderd zyn. 't Heeft zyn heerschappy op aarde nog be houden. Zelfs een wereldoorlog is niet by machte aan den demonischen in vloed van dezen kwelduivel een eind te maken Me. Antonio. BINNENLAND. Lichting 1918. Door den heer Duymaer van Twist zyn enkele vragen aan den minister van marine, ad interim minister van oorlog, gesteld betreffende de opkomst der militielichting 1918, in verband met de oproeping der landstorm- jaarklasse 1908. Onze scheepvaart. Naar de „N. R. Ct." verneemt, heb ben de te Londen gevoerde onder handelingen van den heer Snouck HurgroDje, betreffende het hervatten van de vrachtvaart op Amerika, ten gevolge gehad, dat de Eogelsche regeering er in heeft toegestemd, dat de Nederlandsche schepen op hun heen- en terugreis Halifax zullen aandoen inplaats van een haven in Engeland. Het hervatten van die vaart zou dan nu nog afhankelijk zyn van het verkrijgen van zekerheid omtrent de vraag, of de Amerikaansche regeering bereid is, de schepen uit Amerika te laten vertrekken. Een gunstige re geling van dit laatste punt schijnt binnen eenigen tyd verwacht te mo gen worden. Het stoomschip „Malang" van den Rotterdamschen Lloyd, dat met graan Cmais en lijnkoeken) beladen van New- York te Rotterdam is aangekomen, behoorde tot de Nederlandsche sche pen, welke" wegens de afkondiging van den verscherpten duikbootoorlog op de thuisreis te Falmouth binnen liepen en waarvoor door de Duitschers op den laten Mei veilige overtocht werd toegezegd. Het schip ia dan ook inderdaad op laatstgenoemden datum van Falmouth vertrokken en heeft de reis om de Noord gemaakt. Dat deze zoo lang duurde, moet aan gebrek aan steenkolen worden gewe ten. Het schip moest toch zonder aanvulling van den bunkervoorraad vertrekken en heeft slechts door zeer langzaam te stoomen met de nog aanwezige kolen de bestemming kun nen bereiken. Ook de mondvoorraad kon slechts zeer onvoldoende worden aangevuld, zoodat ook daarmede zeer spaarzaam moest omgegaan, te meer waar zich aan boord nog bevonden schipbreukelingen van de „Bandoeng" en andere Lloydschepen, die het slachtoffer zyn geweest van den be kenden duikbootaanval, die 7 Neder landsche schepen naar den bodem van de zee de.ed verhuizen. De reis i de „Malang" was overigens voor spoedig. Toóh is het schip in de vaargeul nog door een duikboot aan gehouden, doch na inzien der papie ren kon het de reis voortzetten. Biykens bericht der opvarenden is bet mede indertyd aangevallen stoom schip „Menado" door de opvarenden thans zoo ver voorloopig gerepareerd, dat het weldra weer zeilklaar zal zijn. Het in de eerste helft van Januari naar Afrika vertrokken Nederlandsche stoomschip „Titan" la met een lading grondnoten in Amsterdam terugge keerd. Yoor de reis van Duins, waar het schip slechts kort werd opge- Ik nam haar hand en drukte er een kus op. „Mevrouw", zei ik, „gy hebt den koning van nacht een grooten dienst bewezen. Waar bevindt hy zich in het kasteel?" Zy fluisterde nog zachter. Ik luisterde oplettend. „Achter de draaibrug is een donker uitziende deur. Daar achter ligt Maar wat is dat?" Ik hoorde buiten voetstappen. „Daar z$n zy. Zy zyn te vroeg gekomen. Groote Hemel, zy zyn te vroeg", en zy werd zoo bleek als de dood. „Het komt my voor, dat zy juist op tyd zijn." „Doe Uw lantaarn uit. Daar is een kijkgaatje in de deur. Kunt gy zien Ik keek door het gaatje. Op de onderste trede zag ik drie donkere gestalten. Ik trok myn revolver. Antoinette legde haastig hare hand op de myne. „Gy kunt er een dooden", zeide zy. „Maar wat dan?" Ik hoorde een stem van buiten nog wel een goed engelsch spre kende. „Mr. Rassendyll", zei deze. Ik gaf geen antwoord. „Wy mooten U spreken. Belooft gij niet te schieten, voor wy hiermee klaar zyn?" „Heb ik het genoegen Mijnheer Detchard te spreken?" „Namen komen er niet op aan." „Noem dan den mijne ook niet.*' houden, naar Amsterdam had men den offlcieelen datum van 14 Mei afgewacht en het schip met de veilige kleuren beschilderd. Behalve de „Titan die reeds uit de Downs is aangekomen, worden nog uit Falmouth hier te lande verwacht de volgende schepen: „Ameland", „Themisto", „Veenbergen", „Kil- bergen", „Maasdyk", „Grotius" en ,Menado". De vlsseharsvloot. Het aanvankeiyk plan, ook do Katwyksche trawiloggers stil te leggen, is niet doorgegaan, want Dinsdag en Woensdag vertrokken de meeste binnengekomen schepen weer ter visscherlj. Naar de bericht gever van het „H.blad" te IJmuiden verneemt, hebben de reeders in Kat- wyk een onderling fonds gevormd. Uit IJmuiden is verder nog in zee gestoken de stoomtrawler „Lobelia", van de Maatschappy Scheveningen. Een Nederlandeche schoener tot zinken gebracht. De Nederlansche gaffelscboener „Boreas" uit Groningen, is Dinsdag nacht te half een door een Duitsche duikboot op 24 myi N.W. van den Nieuwen Waterweg tot zinken ge bracht. De schoener stond onder bevel van kapitein Goumare en had in Gothen- burg een lading zinkerts ingenomen voor Rotterdam. Na een reis van zeven dagen was men Dinsdagnacht twaalf uur tot op 25 myien uit de kust, ongeveer 24 myien N.W. van den Waterweg, toen eenklaps een schot tusschen de masten doorkwam. De duikboot, die geen lichten voer de, bleef steeds doorvuren en kwam al nader. Ten slotte was zy zoo dichtby, dat de bemanning van den schoener de commando's van de Duit sche officieren kon hooren. Men telde in het geheel dertig schoten. Over haast verlieten de vyf opvarenden, onder wie één Deen, in de scheeps- boot hun schip, dat in een oogenblik als het ware in een wrak veranderd was, en zetten koers in de richting van de Nederlandsche kust. Woens dagmorgen 10 uur werden zy dwars van Zandvoort opgemerkt door den trawllogger KW. 49 „Dirk", die hen aan boord bracht en naar de buiten gaats van IJmuiden kruisende stoom- loodsboot bracht. Deze gaf de boot met de menschen vervolgens weer over aan het onderzoekingsvaartuig .Billiton", dat hen te IJmuiden bin nenbracht. De geheele reis van den schoener was vol wederwaardigheden, want op de uitreis vau Rotterdam strandde hij op de Deensche kust en werd, na vlot gebracht te zyn, te Frederiks- haven binnengesleept. Als byzonderheid kan nog worden gemeld, dat kapitein Goumare on langs ook reeds als schipbreukeling te IJmuiden binnenkwam, toen hy zyn schoener schip „Pacific" eveneens wegens torpedeering had moeten verlaten. Ds plaatsbepaling, waar de schoener door de duikboot werd aangevallen, is moeilijk met juistheid vast te stel len, althans wat de lengte- en breedte graad betreft. Volgens de mededeeling van den kapitein bad men de laatste drie dagen op be3tek gezeild en kan alleen met eenige nauwkeurigheid worden vastgesteld, dat men op ongeveer 25 myl Noordwest IJmuiden was, toen de duikboot-aanval midden in den nacht plaats greep. De beschieting was zeer hevig, men begaf zich in alleryi in de scheepsboot. Het schieten hield ook toen nog aan, er werden zelfs nog zes schoten gelost, toen men reeds in de boot had plaats genomen. Kapitein Goumare en een der ma trozen kregen heel lichte verwon dingen door granaatscherven. Of het schip dadelyk gezonken is, weet men niet met zekerheid te zeggen, doch de treffers en de lading zinkerts in aanmerking genomen, is daaraan weinig twyfel. De duikboot zelf heeft men niet te zien gekregen. Dronken soldaten. Dinsdagavond en -nacht was het vrij rumoerig onder een zeker aantal militairen van het eerste bataillon negende regiment infanterie gelegerd te Vught nabij Den Bosch. Tachtig hunner zouden den volgenden dag met klein verlof vertrekken, 't Scheen „AU right, Sire. Ik heb een aan bieding voor U." Ik keek nog steeds door het kijk gaatje. De drie waren twee treden nader gekomen. Drie revolvers waren op de deur gericht. „Wilt gy ons binnenlaten? Wy geven U ons woord, dat wy niet zullen schieten." „Vertrouw hen niet!" fluisterde Antoinette. „W|j kunnen door de deur spreken' zeide ik. „Maar gij kunt de deur open maken en op ons schieten", merkte Detchard op, en hoewel wy U zouden dooden, zoudt gij een van ons kunnen neer schieten. Wilt gy Uw woord geven niet te vuren, terwyl wy spreken?" „Vertrouw hen niet", fluisterde Antoinette opnieuw. Plotseling kreeg ik een idee.Even dacht ik er over na. Het scheen uitvoerbaar. „Ik geef U myn woord niet te zullen schieten, voor gy het doet", zei ik. „Maar ik laat U niet binnon. Zeg daar buiten maar wat ge te zeggen hebt." „Dat is goed", antwoordde hy. De drie kwamen de laatste tr-ede op, en stonden juist buiten de deur. Ik legde myn oor aan het kijkgat. Ik kon niets hooren, maar ik zag dat het hoofd van Detchard gebogen was naar dat van een kleineren man, ik dachl van de Gautet. „Hm, hm, private onderhande lingen", dacht ik. Toen zei ik hardop „Wel, Heeren, waar gaat het om?" dat eenigen hunner hierin aanleiding vonden om zich aan sterken drank te buiten te gaan. Zy verschaften ook sterken drank aan de wacht, waar door eenige soldaten dronken zijn geworden, en terwyl de sergeant der wacht de posten controleerde, ver lieten eenige dronken soldaten ge wapend met hunne geweren het wachtlokaal. Nauwelijks buiten ge komen, vuurde het troepje dronken militairen, op commando „vuur" van een hunner, hun geweren in het wilde af. Zy trokken verder het dorp in, telkens vurende op het herhaald commando van den dronken aanvoer der. By de militaire ziekenzaal ge komen gaven zy een waar saldo af, waarop de schildwacht voor dat ge bouw geplaatst zich haastig in veilig heid moest brengen. Alsnu togen de woestelingen naar het militaire sport terrein aan den Helvolrtschen weg, en begonnen daar opnieuw te vuren. Op dat oogenblik kwam de korporaal der wacht om den schildwacht op dat sportterrein af te lossen. In den donkeren nacht dat wilde vuren ziende, was hy verplicht voor de overmacht terug te trekken. Hy begaf zich naar de wacht, rapporteerde een en ander aan den sergeant, waarop deze met de resteerende, niet beschonken sol daten der wacht, er op uit toog om de woestelingen te arresteeren. Door zyn cordaat en overlegd optreden ge lukte 'het hem de dronken soldaten te omsingelen en in arrest te stellen. Naar schatting zijn er ruim 50 schoten gelost, gelukkig echter zonder iemand te raken. Een commissie van militaire auto riteiten stelt een onderzoek in. De bommen op Zlerlkzee. De „N. Rott. Crt." schryft In het door Reuter geseinde oom- muniqué van de Engelsche regeering, waarbij wordt betoogd, dat geen Engelsch vliegtuig schuldig kau staan aan den bomaanval op Zierlkzee, komt het volgende voor: ...„Beide toestellen hadden denzelfden tyd 14 minuten noodig om het doelwit (de ;pier van Zeebrugge) te bereiken en op hun ligplaats (de streek van Duinkerken terug te keeren. Beide waren langzame toestellen" E9n lezer vraagt ons, hoe dit mogelijk is. De afstand van Duinkerken naar Zeebrugge bedraagt 67 K.M. Heen en terug is dat 134 K.M., welken afstand deze „laDgzame toestellen" in 14 minuten hebben afgelegd. Dat is dus een „langzaamheid" van b|jna 10 K.M. in de minuut, of precies vyfhonderd en zeventig K.M. in het uur. Tot zulke verrichtingen blijken dus, volgens een „grondig onderzoek", langzame Eo gelsche vliegtuigen in staat! Nader blykt ons, dat de vlieger aanval op Zeebrugge, waarby de vijftien bommen zijn gegooid, die 's middags aan „De Telegraaf" werden gemeld, en die in het Eagelsche communiqué parade maken als „een rys te meer, zoo dat noodig ware" dat er geen bommen op Zierlkzee kunnen zyn terechtgekomen, heeft plaats gehad op 26 April. Een Beriynsch officieel bericht van den 28sten April doelt er op. Die aanval had plaats overdag: „Eergistermiddag aldus het offlcieele bericht uit Beriyn van den 283ten hebben Eogelsche vechtvliegtuigen - enkele voor de Vlaamache kust kruisende torpedo booten en de haven van Zeebrugge vruchteloos met bommen aangevallen. In de luchtgevechten, die onze vliegers met. den vijand aanbonden, is een Engelsch vliegtuig neergeschoten." Wy nemen deze gelegenheid te baat, om nog een kleine aanvulling op onze uiteenzettingen van Woensdag te geven. Wy schreven, dat in den nacht van 29 op 30 April toen, volgens het Eagelsche commu niqué, de Eogelsche vliegers sterken N.O. tegenwind hadden gehad blijkens de waarnemingen van ons meteorologisch instituut de wind W.Z.W. met een snelheid van onge veer 3 M. per sec. is geweest. Deze snelheidsopga ve had eohter betrekking op den wind aan het aardoppervlak. In de hooger e luchtlaag (van 1000 tot 2000 M.) is de wind wat sterker geweest, en moet hy op 6 tot 8 M. per sec. worden geschat. De richting van den wind was dezelfde als die aan het aardoppervlak. „Een vrijgeleide naar de grens en vijftig duizend engelsche ponden." „Neen, neen", fluisterde Antoinette zoo zacht mogelijk. „Zy zyn niet te vertrouwen." „Dat is aannemeiyk", zei ik door het kijkgat zieDde. Zy waren nu alle drie bij elkaar, juist buiten de deur. Ik had nu de schurken leeren kennen, en ik had de waarschuwing van Antoinette niet noodig. Zy wilden mij dooden, zoo gauw wij in het gesprek verdiept waren. „Laat mij een minuut nadenken", zei ik, en ik dacht hen daarbuiten te hooren lachen. Ik keerde my tot Antoinette. „Ga pal tegen den muur staan, zoodat ge van buiten af niet geraakt kunt worden", fluisterde ik. „Wat wilt ge doen vroeg zy verschrikt. „Dat zult ge wel zien", zei ik. Ik nam de ijzeren tafel in myne handen. Ze was niet erg zwaar voor een man van myne krachten, en ik hield ze by den poot vast. Het blad, dat ik voor my uit hield, vormde een compleet schild voor mijn hoofd en voor myn lichaam. Ik bevestigde myn lantaarn aan myn ceintuur en stak m^n revolver in myn zak. Plotseling zag ik de deur even bewegen misschien kwam dit door den wind, misschien trachtte men van buiten ze te openen. Ik ging zoover mogelijk achteruit, en hield de tafel in de zoo even beschreven houding. Toen riep ik: „Heeren, op uw woord vertrouwend, INGEZONDEN. Da houding dar Ghrlatan-Damocraten. Het Bestuur van „Nederland en Oranje", met bizondere waardeering kennis genomen hebbende van het groot aantal Btemmen, uitgebracht op den candldaat Staalman, met name in de gemeente Helder zelve, waar z|jn stemmental klom tot circa 1400, terwyl op den candidaat der Sociaal-Democraten 1098 en op den Vrijzinnige 1022 werdén uitgebracht, Overwegende, dat dit inderdaad vereerend succes is bereikt, zonder dat de heer Staalman, ook maar één enkele maal voor de Kiezers is op getreden, in tegenstelling met zyo tegen candidaten, die avond aan avond tot in de uiterste hoeken van het district hunne redevoeringen hielden en door de beste krachten hunner partyen werden verdedigd en aan bevolen, Brengt zyn oprechten dank aan alle kiezers, die tot dit sprekend en schitterend resultaat hebben by ge dragen en dit te meer, waar bet vaststaat, dat vele stemmen op den candidaat Staalman zijn uitgebracht door kiezers, die niet behooren tot de partij der Christen Democraten en dat uit waardeering voor wat hy als Kamerlid presteerde en uit over tuiging, dat by ook thans als den meest aangewezenen behoorde te worden gekozen. Overwegende voorts en dit In ver band met ondervolgend besluit, dat het belang dezer kiezers eischt, dat de stryd voor de herstemming op Dinsdag a.s. tusschen de vryzinnig- democraten en sociaal-democraten onderling zal worden gestreden en beëindigd, adviseert hen met den meeaten nadruk zich op Dinsdag a.s. van stemming te onthouden en besluit by de periodieke Kamerverkiezing, die zal plaats hebben op Dinsdag 5 Juni a.s., aan deze verkiezing deel te nemen en alsdan candidaat te stellen den heer A. P. Staalman. Het Bestuur vau „Nederland en Oranje", M. de Waabd, Secretaris. Toelichting. Het Bestuur werd by dit besluit, waardoor alzoo in de volgende maand een nieuwe stemming zal moeten plaats hebben, geleid door de onder volgende overwegingen: De universeele minachting der leidende Heldersche Vryzinnigen, sedert vele jaren betoond, tegenover de mlnderheidspartyen en groepen, 'iy deze verkiezing meer dan ooit Ingezonden Mededeeling. Schil lig wordin veroorzaakt door gebrek aan nadenken. Hebt gy er ooit aan gedacht, dat uw pyoiyke rug, uw zenuwachtig heid en waterstoornisaen te wyten kunnen zyn aan wat gy eet en drinkt en aan uw leefwyze? Te veel eten en het voortdurend gebruik van alcoholische dranken, gepaard gaande met te weinig li chaamsoefening in de buitenlucht, rust en slaap, zal ongetwyfeld metter- tyd de nieren verzwakken. En dan komt de last. Rugpyn,zenuwkwalen, wateratoornlssen,hoofdpyn,niergruis, duizeligheid en waterzuchtige zwel lingen zyn kenteekenen van te veel urinezuur in het bloed en er bestaat gevaar voor niersteen en ongenees- ïyke nierziekten. Matig eerst alle slechte gewoonten. Help dan de verzwakte nieren door een degeiyko kuur met Foster's Rug pyn Nieren Pillen. Foster's Pillen heelen en verzachten de nieren, de urinewegen en blaas. De onzuivere vloeistoffen worden uit het lichaam afgevoerd en de afzettin gen van urinezuur verwyderd. De biyvende verlichting en baat, die dit speciale geneesmiddel aan nieriyders brengt, is over de gebeele wereld bekend. Foster's Pillen maken u niet alleen gezond, maar houden u gezond. Let er evenwel op dat gy de echte Foster's Rugpyn Nieren Pillen krijgt, voorzien van de handteekeoing van James Foster op de-verpakking. Te den Helder verkrygb. by Alb. ten Klooster, Keizerstr. 98. Toezending geschiedt franco na ontv. v. post wissel ƒ1.75 p. doos of ƒ10.— p. zes doozen. (45) neem ik uw aanbod aan. Zoo gy de deur wilt openen „Open ze zelf", zei Detchard. „Zy gaat naar bulten open", zei ik. „Ga een weinig achteruit, heeren, anders zou ik u kunnen bezeeren." Ik ging en morrelde met den grendel. Toen ging ik weer naar myn plaats van zooeven terug. „Ik kan ze niet open krygen. De grendel geeft niet mee." „Bah, ik zal ze openen", riep Detchard. „Nonsens, Bersonin, waar om niet? Zyt gy bang voor één man?" Ik lachte in myzelf. Een oogenblik later was de deur open geworpen. De glans myner lantaarn toonde m|j de drie by elkander staande mannen met opgeheven revolvers. Roepend liep ik van myn plaats door het prieel naar de deuropening. Drie schoten weerklonken en sloegen af op myn schild. Nog een oogenblik en ik kwam naar buiten, de tafel vlak tegen hen aanduwende, rolden zij en ik in één kluwen van de treden af. Antoinette de Mauban schrok, maar ik stond op, luid lachende. De Gautet en Bersonin lagen half onmachtig. Detchard was onder de tafel, maar, toen ik opstond, wierp hy ze van zich weg en schoot nog eens. Ik nam myn revolver en vuurde hem af. Ik hoorde hem vloeken, en toen liep ik als een haas langs het prieeltje naar den muur. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1917 | | pagina 1