HELDERSCHECOURANT
DE OORLOG.
No. 4780
DONDERDAQ 24 MEI 1917
45e JAARGANG
Op pagina 4 van dit blad la
opgenomen
1. Uitslag ^'herstemming voor
de Tweede temer.
2. Feuilleton, enz.
De legerberiohten van 21 en
22 Mei.
Van het W e s t e 1 ij k front.
Van Engelsche zijde wordt een en
ander medegedeeld over het door de
Franschen behaalde succes aan den
uitersten rechtervleugel van het Aisne-
Champagne-front. Dit sucees stelde
de Franschen in het bezit van de ge
heels keten van overheerschende pun
ten, die het dal van de Suippe, tus-
schen Auberive en Nauroy overzien.
Het meest naar het zuiden toe
was do Berg zonder Naam (Mont
sans Nom) op 17 April gevallen. De
hoöfdketen die ten zuiden van het
dorp Moronvilliera van het Westen
naar het Oosten liep, en in het al
gemeen 800 tot 900 voet hoog is,
werd in de volgende dagen aange
vallen, waarby de Franschen zich op
da Zuidelijke hellingen konden nes
telen en in de meeste gevallen ook
op de toppen. De lengte van de keten
bedraagt iets meer dan 4800 M. De
aanval van Maandag voerde de Fran
schen over de toppen heen en vol
doende ver de noordelijke hellingen
af om het definitieve bezit van al
die waarnemingsposten te verzekeren.
Het bezit van de groep van Mo
ronvilliera moet ^tengevolge hebben
dat de nieuwe Fransche stelling on
aangenaam dicht bij de Duitsche
sterkten naar het Westen toe is ko
men te liggen, vanwaar uit de vijand
Reima langzaam stuk beukt. De hoog
ten van Moronvilliers vormden dan
ook een bastion, waarop de veiligheid
van 's vyandsuitersten linkervleugel
op het Aisne-Cbampagne-slagveld be
rustte, evenals het plateau van. Cra
onne zijn rechtervleugel-schraagde.
Terwijl hjj Maandag met de krach
tigste poging, die hij totdusver nog
ondernomen had, bezig was, te trach
ten om de overheerschende stelling
op het plateau van Craonne te her
overen, werd de linker steunmuur
van zijn linie hem zoo goed als ont
wrongen.
Het succes van de Franschen op
de hoogten van Moronvilliers kan ver
strekkende strategische gevolgen heb
ben.
Het Fransche communiqué van den
28sten geeft eveneens aan, "dat de
Duitschera op drie punten hunne
oude stellingen trachtten te heroveren.
Zij worden met zware verliezen terug
geslagen. Maandag werden ongeveer
1000 man, w.o. 28 officieren, gevangen
genomen.
Hst Duitsche legerbericht van
Maandag maakt melding van ver-
geefsche aanvallen der Engelschen bij
Bullecourt en Croiselle. Zij werden
met zware verliezen teruggeworpen
en verloren 90 man aan gevangenen.
Ten Z.W. van Nauroy en ten Z.O.
vau Moronvillers werden aanvallen
der Franschen afgeslagen. Bfi Nauroy
werden door de Duitscbers 600 man
gevangen genomen.
Van het Oostenryksch-Ita-
Maansche front.
De resultaten van het Italiaansche
offensief zijn althans wat terrein
winst betreft tot nog toe gering.
Eukele hoogtestellingen werden door
hen vermeesterd, waarvan er eeuige,
o.a. die op den Vodice, weer voor
hen verloren gingen.
Het verloop der gevechten wettigt
de meening, dat men voorloopig geen
groote successen der Italianen heeft
te verwachten. Om de kans hierop
nog te verminderen, ondernemen de
Oostenrijkers in Trentino een tegen
offensief, voornamelijk in de streek
van den Pasubio. Naar de Italiaan
sche berichten echter melden, werden
de aanvallen afgeslagen.
Het offensief heeft echter ook tot
resultaat gehad, dat een aanvallende
beweging der Oostenrykers, die ten
doel had de in de vorige slagen aan
de Isonzo verloren stellingen te er-
overeu, werd voorkomen, en zelfs
zoo goed voorkomen, dat de Oosten-
rijksche opperbevelhebber, in piaatB
van met 'de voor het offensief bij
eengebrachte troepen de vijandelijke
aanvallen af te kunnen slaan, nieuwe
divisies naar het bedreigde front
moest overbrengen. Dit resultaat is
zeker van groote beteekenis.
Volgens Weensche berichten heer-
ache er aan het Noordelijk deel van
het Isonzo front betrekkelijk rust.
Alleen ten O. van Görz ondernamen
de Italianen een aanval die evenwel
door de Oostenrijksche troepen werd
afgeslagen.
De berichten uit Rome geven aan
dat de actie in Trentino voortduur
de. Op verschillende punten, o.a. in
Adamello, Ohiese en in het Giumel-
la dal, tusschen Garda en Etsch, op
het plateau van Aslago en bi] den
Kleinen Pal gingen de Oostenrijkers
eenige malen tot den aanval over,
zonder dat dit hun eenig succes op
leverde.
Op de hoogte 888, ten O. van Pla-
va hebben de Italianen zich ver
schanst. Hier werden 80 man gevan
gen genomen en een kanon buitge
maakt.
Da duikboot- an mljnoorlog.
Van Duitsche zijde wordt gemeld,
dat in den Atlantischen Oceaan
18.000 ton aan scheepsruimte werd
vernietigd.
Bij Denia werd na een gevecht van
meer dan een uur, waarbij meer dan
200 kanonschoten werden gewisseld,
het bewapende Epgelache stoomschip
Tungshan in den grond geboord. De
kapitein, de eerste artilleristen en een
machinist worden gevangen gehouden.
Naar uit Bern wordt gemeld, werd
voor eenige dagen bij Marseille een
Amerikaansch stoomschip van 8200
ton, met een lading leer voor Zwjt-
sersche schoenfabrieken, in den grond
geboord.
Verder werden tot zinken gebracht,
de Zweedscho stoomschepen Vester-
land, Viken en Aspen, en het Bra-
ziliaansche stoomschip Tajuca. Van
laa'stgenoemd stoomschipwerdslechts
een deel der bemanning opgepikt.
BrazilIB en Duitschland.
Naar d.d. 22 Mei uit New-York
wordt gemeld, heeft het Braziliaan-
sche congres zich vereenigd met het
voorstel vau den president om de
onzijdigheid op te geven.
China en Duitschland.
Nog steeds is de oorlog tusschen
China en Duitschland niet verklaard.
Er werd nog gewacht op de beslis
sing van het Lagerhuis. Dit nu heeft
de beslissing uitgesteld"tot de reor
ganisatie vau het ministerie voltooid
is. Daarna hebben ruim 20 militaire
gouverneurs de ontbinding van het
parlement of onmiddellijke wijziging
van 'de nieuwontworpen grondwet
verlangd, daar volgens hen sommige
bepalingen onuitvoerbaar zijn. De
mogelijkheid is niet uitgesloten dat
deze militaire inmenging*lelangiljke
gevolgen zal hebben.
Uit Duitschland.
De Deutsche klrchenz6it,uug, van
Müochen, schrijft
„Ons is bekend dat uit den boezem
der Duitsche Katholieke geestelijkheid
een grootscheeps georganiseerde vre
desbeweging in gang is gezet, die
zich ten doel stelt onder de vlag van
de Heilige Eucharistie voor den vrede
te werken. De wordende wereldbond
verheugt zich in de ernstige mede
werking van gezaghebbende kerke
lijke kringen. Ook leden van het
episkopqfit in vijandelijke landen heb
ben hun instemming betuigd en mede
werking in 't uitzicht gesteld."
Elzas-Lotharlngen.
Dezer dagen schreeft de „Post" dat
er een plan was beklonken, om
Lotharingen bfl Pruisen, de Elzas by
Beieren te voegen. De Elzas zou
daartoe met twee Lofcharingsche dis
tricten worden uitgebreid, in dier
voege, dat de grens tusschen Beieren
en Pruisen langs de Saar zouloopen.
De „Post" zeide, dat door deze regeling
Beieren zoo toegeeflijk was geweest
ten opzichte van de besprekingen in
den Bondsraad. De offlcieuso „Beier-
sche Staatszeitung" sprak het laatste
stellig tegen, maar het eerste in
eenigermate dubbelzinnige termen.
Intusschen hebben andere kranten
erover geschreven. Zij beschouwen
het als een uitgemaakte zaak, dat het
plan in den bovenbeschreven vorm
bestaat, Ds een zegt echter, er kan
eerst na den oorlog wat van komen,
de ander herinnert er aan, dat hot
statuut van Eizas-Lotharingen slechts
door oen rijkswet, dus met goedkeuring
van den Rijksdag en den Bondsraad
kan tot stand komen. De Rijksdag
zal dan het verlangen van de Eizas
S9is naar een regent, die te Straats-
burg resideert, wel tegemoetkomen.
De „Vorwaerta" noemt het een uit-
broedsel van de Al-Duitschers, en
zegt, dat dezen inopstand komen
te-gen het denkbeeld, dat het rijk zich
zou mengen in de zaken der afzonder
lijke bondsstaten en nu Elzas Lotha
ringen, welks stelling niet zoo heel
veel van die van een bondsstaat
verschilt, kortweg willen verdeelen.
„Muenchener Neueste" zegt, dat men
in alle geval den Beierschen Landdag
over de zaak meet laten uitspreken,
voor zij bekloDken-is.
Een en ander is interessant voor
ds Duitsche opvatting ten opzichte
van de Rykslanden. („N. R. Ct,H)
Uit Engeland.
Ia de New Statesman, worden
grieven tegen de Engelsche admira
liteit opgesomd.
Hoe komt het, vraagt het blad o.a.,
dat Duitsche torpedobooten en duik-
booten voortdurend Engelsche mijn-
velden naar het schijnt oügohinderd
doorkomen, en Engelsche schepen
Duitsche mljnvelden niet door kunnen?
Zoo hebben de Engelsche mijnen niet
het nauw van Calais kunnen afsluiten.
Duitsche torpedojagers hebben de
buurt van Folkeatone aangevallen en
vallen gestadig het eiland Tbanet
aan, en zoover bekend is er geen bij
op een mijn geloopen. Er zijn vele
redenen om aan te nemen, dat Duit
sche duikbooten langs denzelfden weg
in het Kanaal-komen.
Daarentegen belet het mijnveld,
dat de Duitschera tusschen de Duit
sche en de Zweedache kust hebben
gelegd door de Zweden in hun
territoriale wateren aangevuld de
Engelschen afdoende, schepen de
Oostzee in te sturen, al is het water,
dat versperd moest worden, dubbel
zoo- breed als tusschen Duina en de
Fransche kust.- Waarom heeft Enge
land ook niet Zeebrugge met mijnen
kunnen afsluiten? Misschien kon de
Duitsche Bocht niet zoo worden af
gesloten zonder het bezit van Hel-
goland. Maar de vaart kon er ten
minste gevaarlijk worden gemaakt.
Waarom strooien Engelsche mijnleg-
gers niet voortdurend mijnen in de
mondingen van Eems, Wezer en
Elbe, waar tenslotte alle duikbooten
uit- en invaren? Duitsche mijnleg-
gera doen het voortdurend in de mon
ding van de Theems en de Medway.
De zaak is, vervolgt het blad, dat
de admiraliteit het belang van de
mijnen niet inziet, en de Engelsche
mijnen te weinig in aantal en slecht
van hoedanigheid zijn geweest.
Een andere klacht is, dat er veel
te weinig torpedojagers zijn gebouwd
wel tal van, volgens de New States
man, overtollige opperdreadnoughts.
Nu zijn de Amerikaansche opper
dreadnoughts er bij gekomen. Maar
wat Engeland noodlg heeft, zijn
torpedojagers, o.a. om de koopvaardij-
vaart te beschermen.
Waarom, vraagt het blad verder,
zijn de moeste Engelsche torpedo
jagers voortdurend op de Oostkust,
terwijl de Duitsche duikbooten de
meeste verliezen toebrengen op de
Westkust? Waarom moeten de Duit
schera het monopolie van den aanval
ter zee hebben, en niet alleen onder
water Is al wat de Engelsche vloot
met haar onverstelpénde overmacht
kan doeD, de DuiLscbe hoofdvloot in
do haven te houden? Waarom zorgt
de vloot niet voor een beschieting
uit de lucht van EmdeD, Wilhelma-
geven, Cuxhaven, Bramen, Hamburg
en andere plaatsen, die alleen vaa
uit kunnen bereikt worden
buitenland:
Uit Zwitserland.
Te Chaux de Fonds, in Fransch
Zwitaerlaud, zijn hevige onlusten
uitgebroken, waarbij socialistische
betoogers met troepen slaags zyn
geraakt en zware klappen zijn ge
vallen. Het- begon Zaterdagnacht mat
de bevrijding door de socialisten van
Graber, redacteur yan de „Sentinelle"
en lid van den nationalen raad, uit
de gevangenis, waar hij acht dagen
moest zitten. Het gebouw werd be
stormd, Graber aanvankelijk tegen
zijn zin - bevrijd en naar zijn
woning teruggebracht. Zondags werd
een regiment infanterie met ruiterij
naar de stad gezonden om de orde
te herstellen en 's avonds kwam het.
tot gevechten met deze troepen, die
de socialisten het houden van een
vergaderiag iu de Temple francais
trachtte te beletten. Zij werden echter
door de menigte overmand en moes
ten het veld ruimen. Graber hield
ter vergadering een zeer felle rede.
Na afloop werd een optocht ge
vormd, die door de inmiddels ver
sterkte troepen werd uiteengeslagen.
Thans wordt Chaux de Fonds door
6000 soldaten bewaakt.
Volgens de Sentinollo hebben de
werklieden een 'comité van verweer
gevormd en dreigen met een alge
meens staking.
Er zijn 80 personen in hechtenis
genomen; waar Graber zit weet
men niet.
Algemeens staking In Zweden?
De nieuwe socialistische party, die
in Zweden is gevormd uit. revo
lutionaire socialisten heeft op zyn
stichtingsvergadering besloteh, de
vakverenigingen te verzoeken door
een algemeens staking een maat
schappelijk en politiek program door
te zetten, waarop voorkomt: aan
merkelijke loonsverhooging, de acht
uurswerkdag, aandeel van arbeiders
iü het bedrijf van zaken, afschaffing
van de Eerste Kamer en van het
koningschap.
Evenals reeds enkele vakvereni
gingen hebben gedaan, beval het
congres alvast een algemeene staking
vaa twee dagen aan tegen den tyd,
dat de minisler-pre&ident in de Twee
de Kamer de interpellatie Yan Bran-
ting over grondwetsherziening zal
beantwoorden.
Ongeregeldheden te Lissabon.
Te Lissabon hebben ongeregeld
heden plaats gevonden tengevolge
van het gebrek aan levensmiddelen.
Naar d.d. 22 Mei uit Madrid wordt
gemeld was het oproor ernstiger dan
m6n aanvankelijk had gedacht.. Een
monigte, waartoe een aantal zeelieden
behoorden, plunderde de suiker- en
broodbakkerswinkels.
De staat van beleg is afgekondigd.
Troepen met marine kanonnen en
mitrailleurs hielden de hoofdstraten
bezet en vuurden op do menigte.
Tien personen werden gedood, vyftig
De orde is hersteld.
Uit de Vereenigda Staten.
Uit Atlanta (Georgië) wordt d.d.'
22 Mei gemeld, dat in de handelswflk
der stad een brand uitbrak, die naar
het woondistrict oversloeg. Men schat
dat een honderdtal huizenblokken een
prooi der vlammen werd. De mate-
rieele schade bedraagt waarschijnlijk
wel verscheiden millioenen dollars.
plaatselijk nieuws.
Ds ótat-major van Hr. Ms. pantserdeksohip
„Zeeland",
waarvan het vertrek naar Oost Indiö
bepaald is op 7 Juni a.s., bestaat uit
Kapitein-luitenant ter zee C. Fock,
commandant.
Luitenants ter zee der le kl. G. R.
J. Haentjens Dekker, eerste officier,
mr& J. C. Jager, J. J. Jentink en L.
C. Carbin.
Idem 2e kl. G., E. Biekart, J. C,
Backer Overboek (heen en terug), J.
E. Meijer Ranneft en A. C. van der
Sande- Lacoste.
Idem 8e kl. J. J. Wichers, J. Houts
muller en jhr. E. J. van Holthe.
Officier van gezondheid le kl. dr.
H. F. Milikema en idem 2e kl. C. W.
Bottema.
Officier van administratie, le kl.
J. A. H. Boertje.
Officier-machinist der le kl. C.
Wapenaar, idem 2e kl. J.Zeilstraen
K. van Dorsten, idem 8e kl.. J. G.
Blom.
Machinisten: A. Roos, C. de Groot,
G. den Hertog, J. Verduyn, W. J.
Dalinghaus en C. de Vries.
SchipperM, F. van Bommel, chef
der equipage.
Onzo vroegere plaatsgenoote
mejuffr. J. C. Bock, leerling klerke
H.IJ.S.M. slaagde v. klerke H.IJ.S.M,
Militaire. Huisvlljt-tantoonstelllng.
Wijvestigen er de aandacht op,
dat de prijzen Nos. 6, 14, 19, 26, 81,
32, 36, 42, 43, 49, 93, 102, 118, 185,
154, 155, 157, resp. de loten Nos.
1264, 607, 1479, 1285, 709, 1672,
1477, 430, 268, 818, 1281, 786, 214,
443, 1474, 1675, 1276 nog niet zyn
afgehaald.
Tot uiteriyk 1 Juni kunnen deze
pryzen van het Bureau der Ontwlk-
kelings cursussen Dykatraat No. 8
worden afgehaald.
„Samenwerking".
De Heldersche Verhuurders Ver-
eêniging „Samenwerking", hield Za
terdagavond in „De Pool" haar 10e
Jaarvergadering.
De Voorzitter, do Heer D. C. Boer-
ma heette de aanwezigen welkom,
en zeide, met een gevoel van vol
doening, deze vergadering te openen,
temeer, daar do Vereen, heden haar
10 jarig bestaan herdenkt, met welke
gebeurtenis, Bestuur en leden werden
gelukgewenscht.
Hierop werden door den Secretaris
de notulen gelezen, welke onveran
derd werden goedgekeurd, waarna
tevens door hem verslag werd uit
gebracht.
Uit dit verslag bleek o.m. dat de
Vereen, op 1 Mei 1916 telde 185 le
den met 1375 perceelen, en' op 1
Mei 1917 190 leden met 1885 per
ceelen - alzoo een vooruitgang.
De penningmeester, de heerS. Ma
gers bracht hierna zijn jaarverslag
uit.
Vorig saldo f129.816. Totaal ont
vangsten saldo inbegrepen f 486,02®.
Uitgaven 807.83. Alzoo een batig
saldo op 1 Mei 1917 van f 178.19».
De Heer van Pelt, bracht mede
namens den heer Maalateed rapport
uit, over de nageziene rekeningen,
en constateerde alles in de beste orde
te hebben bevonden.
De Heer D. C. Boerma welke als
Voorzitter moest aftreden, werd her
kozen, terwijl in de vacature, ont
staan door het vertrek van den Heer
Wallaat, als Commissaris werd ge
kozen de Heer H. v. Pelt.
Als leden voor het nazien der rek,
en verantw. voor het volgende jaar
werdén gekozen de heeren Jaring en
Riemers.
Bij de daarna gehouden verschillen
de besprekingen word de aandacht
gevestigd op het. feit, dat niettegen
staande de voortdurende styging der
bouwmaterialen toch nog döor de
Vereen. Volkshuisvesting „Helder"
woningen werden gebouwd, welke.;
dientengevolge, moeten worden ver
huurd voor een huurpry's, niet lig
gende onder het bereik van arbeiders,
en soortgeiyke, zoodat de gelden daar
toe gebruikt, en door de gemeen
schap byeengebrachtj niet worden
gebezigd ten bate van hen die daarop
allereerst rechthebben, en nu ten goede
komen van hen, die zulke hulp van
overheidswege niet behoeven.
Ook werden door verschillende le
den vragen gesteld ten opzichte van
het binnenkort in werking treden
der Huurcommisaiewet. Na beant
woording dier vragen door den voor
zitter, werd besloten oen afwachten
de houding aan te nemen, totdat de
Huurcommissie hier ter plaatse zal
zyn benoemd". 11
Na de rondvraag niemand meer
het woord verlangende, sloot de
voorzitter, onder dankzegging 'aan
de aanwezigen, de vergadering.
Uit het Politierapport.
Ten nadeele van den winkelier van
W. aan de Weststraat ï'3 in den
nacht van Zondag en Maandag j.1.
van een aan den gevel van zyn per
ceel bevestigd étalagekastje de glas
ruit verbroken en daaruit voor eene
waardo van f50 aan galanteriön
ontvreemd.
Tusschen Zaterdag- en Maandag-
namiddag j.1. zyn van boora van
Hr. Ma. Kortenaer ontvreemd een
koperen as van eene handstuur
inrichting ter zwaarte van 86
K.G. en twee koperen roosters van
25 cM. middellyn.
BINNENLAND.
Onza scheepvaart.
Op last van de regeering is een
aantal in de haven van Rotterdam
liggende schepen gereed gemaakt voor
vertrek naar Amerika, ten einde graan,
lynkoeken,. kunstmeststoffen, enz. te
gaan balen.
Omtrent den dag van vertrek was
nog niets met zekerheid-bekend.
De lading van het stoomschip
„Ryndam", van de Rolland Amerika-
lijn, Maandag u\t New-York over
Halifax te Rotterdam aangekoraeiy
bestaat uit 36,500 quarters tarwe en
25,211 zakken meel.
Het in den Nieuwen Waterweg
ingekomen Ned. stoomschip „Hermi-
na" rapporteert, dat het In de vrije
vaargeul door een Duitsche duikboot
is beschoten.
Da zeevlsscharlj.
Op uitnoodiging van de Duitsche
regeering vertrok Woensdagochtend
een deputatie uit de IJmuider reeders
naar Berlyn, ter bespreking van het
torpedeeren van Nederlandsche vis-
scheryschepen, de verruiming van het
visscherijgebied, en de moeiiykheden
by de visschery en by vischaflevering
van Duitsche zyde ondervonden.
Dé deputatie besbaat uit de heeren
A. S. Groen en R. de Boer, reeders,
en mr. D. H. Andreae, advocaat te
Haarlem.
Da veenbrand In Drente.
Men schrijft aan de N. Rott. Cfc.":
De oude Drentsche hei endenieu
werwetsche instellingen als spoor
treinen en baggermachines verdragen
elkaar slechtieder jaar in den war
men drogen tyd vangt de stryd weer
aanworden de kleide vonkjes uit
gestrooid, die gretig op de dorre hei
stronkjes aanvallen, haastig tot vlam
men aanwakkeren en dan zich uit
breiden tot een laaiend vuur, dat zich
uitstrekt over een reusachtig gebied
van honderden en honderden bunders.
Het is niet de eerste keer, dat een
deel van de oude landschap een vuur
zee is, waar hier en daar in de buurt
der dorpen de vlammen een prooi
van meer substantie vinden in boer
derijen, bruggen, enz., zoodat men
met man en macht helpen moetom
te voorkomen, dat niet heele dorpen
in vlammen omgaan.
Ook zes jaar geleden, het was toen
1 vooral in de omtrek van Emmererf-
scheidenveen, hadden honderden ge
zinnen hun bezittingen in veiligheid
gebracht op de schepen, die gereed
Ihgen om hen en hun huisraad weg
te voeren uit het brandende land,
wanneer men de vlammen niet langer
zou kunnen baas blyven.
Dit jaar is het nog erger: een
strook, die loopt van de Duitsche
grens achter het Bargercompas tot
aan het Emmererfscheidenveen, le
een onafgebroken vlammenrlj. In de
buurt van de geteisterde streek ge
komen, merkt men reeds de alge
meene verslagenheidin de tram,
in de wachtkamers en café's hoort
men over niets anders en worden
elkaar met ernstige gezichten do
rampen verteld, die aan kennissen
en familieleden zijn overkomen.
De vlammen beperken zich niet
tot de hei alleen, zy vliegen over de
kanalen heen. Vandaar, dat er ook
schepen verbranden. Op een schip
heeft men 9 verkoolde ïyken gevon
den andéren van de omgekomenen
(men raamt het aantal dooden op
20, officieel is het getal thans 12)
zijn verdronken, doordat ze, vluchtend
voor de vlammen, tegen wier snel
heid ze niet loopen konden, in een
kanaal sprongen. De marechauasée
heeft nog verscheiden drenkelingen
kunnen redden.
Ook heeft men ïyken gevonden in
het natte veen, die daar een schuil
plaats onder den grond hadden ge
zocht. Het ïyk van een meisje werd
gevonden met vele brandwonden,
hangend tegen den kant van het
kanaalwaarscbynlyk had zij den
dood door verstikking gevonden.
Een boer, vluchtend mét twee kleine
kinderen, zag zich genoodzaakt zyn
twee kleinen achter te laten of anders
met hen te verbranden.
Officieel vernemen wy nog, dat te
Valthermond 20 personen zyn om
gekomen, ónder wie 2 oude luidjes,
die eerst volstrekt hun huisje niet
wilden verlaten, doch in het laatst
daartoe gedwongen^ werden. In de
dichte rook raakten zy af van degeen
die hen wilde redden en verbrandden
beiden. De persoon, die hen wilde
helpen, bracht drie uur in het kanaal
door en heeft zich zoo nog kunnen
redden.
voer 70 huizen zyn te Val
thermond verbrand, waardoor 100
huisgezinnen dakloos zyn geworden.
Een huisgezin bestaande uit man,
vrouw en 6 kinderen, dat een schip
bewoonde, kwam geheel in de vlam
men om. Vlak in de nabyheid veerden
nog 3 slachtoffers gevonden. Van
een gezin, bestaande uit 5 personen
werden 2 kinderen gedood, terwyi
de man en vrouw beiden zware brand
wonden opliepen.
Dinsdag is de Commissaris der
Koningin met den Griffier der Staten
op hettooneel van de ramp aangeko
men. De kans bestaat, datdewonin
gen tusschen Weerdingcveen en d9
spooriyn naar Valthen ook gevaar
loopen. Verschillende schepen zyn
verbrand.
Dinsdagmiddag is door vuur uii de
plaggenlocomobiel van een turfma
chine brand ontstaan in de Weer-
dingerveen, die zich door den wind
voortplantte in de richting van Val
thermond. Door de droogte van de
veenoppervlakte en den sterken wind
stonden in oen oogenblik tyd ettelyke
huizen, veengronden en veenen in
vlam. Alles wat het vuur vinden kon
verbrandde: huizen, schuren, turf,
plaggen, gereedschap, inboedels, enz.
Tot 4 uur waren verbrand ongeveer
160 huizen; vier met turf beladen
schepen zyn in het kanaal verbrand.
Duizenden bezoeken het terrein van
den brand. De brand woedt steeds
voort do gevolgen zijn niet te o ver
zien; de schade is onberekenbaar.
Op verzoek van den minister van
landbouw zyo militairen (pioniers)
uitgezonden naar de streek in Drente,
waar de veenbrand woedt, om deze
te helpen blussch6n.
Verder zyn naar de bedreigde streek
vertrokken de directeur-generaal van
den arbeid en de directeur'van de
rijks-kolendiatributie, onder wiens
ressort de rantsoeneering van turf
valt.
Ongeluk of misdaad?
Ongeveer eenkwartuur gaans van
Ouderkerk in de richting van Uithoorn
ligt in den Amstel een eiland, waarop
een loods met opslagplaats voor oud-
yzer staat van den handelaar in oude
metalen De Jong, Lap go Houtstraat
te Amsterdam.
Daar meerde Maandagmiddag een
zolderschuit, komendeuit Amsterdam;
aangezien het al meer was voorge
komen, een week of vyf geleden
ongeveer, dat een heele zolderschuit
met yzer werd weggehaald, kan men
aannemen dat de beide omgekomen
politiebeambten daarin aanleiding
vonden om Maandagavond meteen
boot met aaqhangmotor een oog in
het zeil te houden.
Tegen elf uur hoorde een man, die
aan den Amstel by het Eiland aan
het worpen steken was, dat.de motor
plotseling stopte en hoofde hij om
hulp roepen. Door het geraas van een
voorbygaanden wagen kon hy verder
niet hooren. De burgemeester van
Ouder-Amstel werd gewaarschuwd,
men ging op onderzoek uit en vond
het bootje 'omgeslagen drijven. Van
de veldwachters was geen spoor te
vinden. Wel werd in de boot een jas
gevonden, die echter niet aan een
der veldwachters' toebehoorde.
Er werd den geheelen nacht ge
dregd en Dinsdagmorgen werden de
ïyken der beide politiemannen opge
haald. Het horloge van een hunner
was op kwart voor elven blyven
stilstaan.
Daar misdaad niet uitgesloten werd
geacht, waarschuwde de burgemeester
de Amsterdamsche justitie. Sporen
van geweld waren zoo op het eerste
gezicht niet aan de lyken.op te merken.
De jas, In de boot gevonden, kan
hebben toebehoord aan iemand, die
met de veldwachters geworsteld heeft.
Het is echter ook mogeUjk, dat de
veldwachter» deze jas hebben gevon
den en haar -als stuk yan overtuiging
hebben willen medenemen.
Met de justitie uit Amsterdam
kwam Dinsdagmorgen ook de gerech
teiyke deskundige, de heer Van
Ledden Hulsebosch mede
naar Ouderkerk. Ook waren twee
politiehonden met hun geleiders uit
de hoofdstad meegekomen. Op het
eiland werd den honden lucht ge
geven. Op de zolderschuit was reeds
oenig oud-ijzer geladen terwijl een
hoeveelheid gereed was gezet om
meegenomen te worden, by elkaar
voor een waarde van ongeveer f 200.
Een der honden liep van de zolder
schuit naar het-andere eind van het
eiland en bleef aan den waterkant
staan. Biykens de voetstappen in
den grond heeft hier een worsteling
plaats gehad; vermoedelyk hebben
de politiebeambten hier van hun
arrestant verzet ondervonden toen
zy hem in hun boot wilden brengen.
Ongeveer vyf minuten dichter by
Ouderkerk werd Dinsdagmorgen tegen
twaalf uur het lyk van den aange
houdene opgehaald, de .handen ge
boeid. Do huurder van de opslag
plaats, de heer De Jong, die uit
Arasterdam ontboden was, herkende
onmiddeliyk in den drenkeling een
wegens diefstal ontslagen knecht,
den ongeveer 85 jarigen J. Fontjjn.
De deernis In het dorp met de
nagelaten betrekkingen van de om
gekomen politiemannen is algemeen.
Prins laat een weduwe achter met
eon ongeveer 14 jarig dochtertje,
Ryerkerk een weduwe met vier nog
kleine kinderen.
Beide beambten stonden by hun
superieuren hoog aangeschreven. Her
haaldelijk gingen zy er samen des
avonds op uit om te surveilleeren,
tot zy Maandagavond zijn gevallen
als slachtoffers van hun plicht.
Dinsdagmiddag zyn door de Am
sterdamsche politie de ongeveer 60-
jarige R. van Amstel on diens zoon
aangehouden, verdacht betrokken te
zyn bij het drama, dat zich Maandag
avond op den Amstel by Ouderkerk
afspeelde. Eerstgenoemde zou de eige
naar zyn 'van de jas, welke in het
omgeslagen bootje van de politiebe
ambten werd gevonden. Beiden ont
kenden ovenwei iets van de zaak af
Ten einde hieromtrent zekerheid
te krijgen werd de jiulp ingeroepen van
een politiehond, de Dobermannpin
cher Bob van een ingezetene, die dezen
hond ter beschikking van de politie
had gesteld. Ook by het onderzoek
te Ouderkerk had deze hond reeds
dienst gedaan.
Op de binnenplaats op het hoofd
bureau van politie had het onderzoek
met dezen hond plaats. Den hond
werd lucht, gegeven aan de gevonden
jas. Op den binnenplaats waren
eenige agenten en rechercheurs op
gesteld, buiten tegenwoordigheid van
een der belde verdachten. De hond rea-
geerdo echter niet en evenmin toen de
zoon mede 'op de binnenplaats ver
scheen. Toen echter ook de vader op
de binnenplaats kwam, sprong de
hond dadelyk tegen hem op. By
wyze van controfe werd nu de hond
aan verschillende der aanwezigen
lucht gegeven; hun jassen werden
op een stapel gelégd en zonder man-
keeren haalde Bob er de jas van elk
uit.
Vermoed wordt, dat deze twee
verdachten zich Maandagavond by
de komst der politiemannen op het
eiland hebben schuil gehouden e -
zich vervolgens door een ondiep en
smal gedeelte van het omringende
water in veiligheid hebben gesteld.
Zij zyn beiden ter beschikking der
justitie gesteld.
TWEEDE KAMER.
Vergadering van Dinsdag 22 Mei.
By de opening der zitting wydtde
Voorzitter allereerst eenige woorden
aan de ramp te Valthermond in Drente,
waar een groot aantal huizen zyn
vernield.
De regeering is diep getroffen door
deze ramp en heeft bereids maat
regelen genomen tot spoedige assisten
tie aan de geteisterde streek. Namens
de Drentsche afgevaardigden dankt
de heer Smeenge (u.1.) voor de deel
nemingsbetuigingen.
Het z.g. aanpa88%ng8mtje(VQT\)&nöi
tusschen Iavaliditeits- en Ouderdoms
wet.) wordt aangenomen, links tegen
rechts.
Het. betreft hier de uitvoering van
de Radenwet, en het ging er hier
eigeniyk om of men, met uitzondering
van de ouderdomsvoorziening die in
de Ouderdomawet-Treub is geregeld
en die nu dan ook geheel uit de
Invaliditeitswet Werd gelicht, de rest
van de Talma-wetgeving de
Ziektewet, de Invaliditeitsverzekering
èn heel de daarvoor noodige bureau
machine van de Radenwet met haar
80 Raden van Arbeid, onveranderd
zou invoeren. Zonder de geneeskun
dige behandeling in de Ziektewet op
te nemen, zonder het plakzegelstelsel
uit de Invaliditeitswet te verwyderen
en met het heele apparaat van de
Raden van Arbeid.
Rechts eischte men de invoering;
links wilde men haar liever niet.
Verworpen wordt het wetsontwerp
tot aanvulling en verhooging van het
9a hoofdst. der Staatsbegrooting 1917
(gelden voor voorbereiding van de
invoering der verzekeringswetten).
Dit betreft de Radenwet en de heer
Limburg, die van oordeel was, dat
men dit crediet voor een vrywel
algemeen afgekeurde wet niet mocht
toestaan, stelde een motie voor om
het ontwerp van de agenda af te voeren,
en affcewachten wat de Eerste Kamer
met de Ouderdomswet zou doen.
Deze motie werd verworpen en ook
het crediet.
Interpellatie Marehand.
Thans komt in behandeling de In
terpellatie van den heer Marehand
(V.-D.) inzake de oproeping van de
landstorm-jaarklasse 1908. De heer
Marehand heett deze interpellatie aan
gevraagd met een tweeledig doel:
le. om in den lande klaarheid te
scheppen omtrent het onderwerp de
zer interpellatie; 2e om do verhou
ding vast te stellen tusschen de Kamer
en het Kabinet-Cort van der Linden. De
vraag ryat nu: welke was de betee
kenis van de beide beslissingen van
de Kamer van 4 en 10 Mei en waarom
heeft de tydeiyke voorzitter van den
Ministerraad toen niet van zijn in
zichten doen biyken.
Niemand heeft eene verdediging
van het beleid der Regeering gevoerd.
Het votum der Kamer liet aan dui-
deiykheid niets te wenschen over.
Verwacht werd dat de minister zich
aan het votum zou storen. Toen de
minister er zich niet aan stoorde,
heeft de Kamer die houding afge
keurd met de bedoeling, dat het ge
beurde ongedaan zou worden gemaakt.
Van het antwoord van Minister
Cort van der Linden op sprekers
vragen zal afhangen of thaus een
dlepergaand conflict is ontstaan met
den leider van het Kabinet. Bij het
votum der Kamer op 10 Mei liet de
kloek het kuiken onbeschermd. Waar
om heeft de tijdeiyke voorzitter van
den Ministerraad noch op 4 noch op
10 Mei openiyk van zyn inzicht doen
biyken? Wil hy som3 een minlate-
rieele landstorm-reserve kweeken
(Gelach.) Voor de hand lag, dat geen
beslissing over den landstorm werd
genomen voordat de crisis was op
gelost.
De heer Rambonnet heeft niet
kunnen bevroeden welke vragen aan
de oproeping vastzitten De minister
Bosboom was door de militaire ca
marilla geheel omspannen. Zij had
by hem geheel succes gehad. Een
Min. van Marine die daar cons komt
binnenvallen weet daar niet van
.(gelach,) die accepteert wat hem daar
'wordt voorgelegd. Hy ï;au niet an
ders. De vraag is, zal de Regeering
in conflict blyven met de Kamer. In
de tweede plaats werd het eigen oor
deel van den nieuwen bewindsman
uitgeschakeld. Ook kreeg hy geen
gelegenheid het conflict met de Kaïjier
•p te lossen. Spr. stelde daarop
volgende vragen:
lo^Wat Js de reden waarom de
Reggeering een voorloo^ge oplossing
gegevei heeft aan de crisis zonder
rekening te houden met het her
haalde votum van de Tweede Kamer
en dat terwyi de tydelijke voorzitter
vau den Ministerraad noch op 4, noch
op 10 Mei in de vergadering van de
Kamer van zyn gevoelen deed blyken
2e. Had de Regeering de zekerheid
dat de crisis niet zou zyn opgelost
voordat de Landstormklasse 1908
moest opkomen en Het het landsbe
lang niet toe daarmee te wachten
totdat de crisis definitief zou zyn
opgelost? en zoo neen, waarom niet?
8e. Welke zyn. de gronden waarop
de oproeping van de landstormklasse
werd gehandhaafd door den Minister
van Oorlog ad Interim?
Hoeveel landstormera zyn er vol
gens de wet van 81 Juli 1916 onder
de wapenen Hoeveel landweerman
nen zyn door hen afgelost Hoeveel
landweermannen zyn er nog af te
lossen
De Minister van Binnen-
landsche Zaken, de heer Cort
van der Linden, zegt dat vraag 1
overweging eischt van vragen van
politieken «n militairen aard, die in
korten tyd niet tot een einde konden
worden gebracht. Op 4 Mei bleek nog
niet van zoodanig verschil van ge
voelen tusschen minister Bosboom en-
het Kabinet, dat daarvan aftreding
bet gevolg moest zyn. Op 10 Mei wist
de Kamer de gevolgèn. Er was geen
reden om door de Kabinetskwestie
den Minister van Oorlog te dekken.
Dat zou niet in bet belang van het
land geweest zyn. Dit is oen zaak
van proportie. Tegenover de groote
taak dit hst Ministerie "Heeft te ver
vullen ls de oproeping van den
Landstorm van ondergeschikte betee
kenis. De Minister van Oorlog voelde
dat zyn gezag ondermynd werd..
Alleen een votum der Kamer, 7.yn
eigen beleid betreffende, kon de
toestand ophelderen, zyn gezag her
stellen. De crisis had reeds lang een
latent bestaan. Die kon alleen worden
opgelost door een votum van vertrou
wen of een van wantrouwen.
Na een votum der Kamer heeft de
Regeering overwogen of 'slands be
lang toeliet met dat votum Rekening
te houden. Het commuplqué in de
dagbladen had slechts een negatieve
beteekenis. Maar 'slands bslang liet.
niet toe overeenkomstig den weDsch
der kamer te behandelen. De motie
ven zal de Min. van Marine uiteen-
„Het spreekt vanzelf dat de Re
geering rekening heeft te houden met
den uitgesproken wensch der Kamer.
Maar dit hoqdt volstrekt niet in, dat
de .Regeering zich steeds naar zulk
een uitspraak heeft te gedrageD. Deed
zy dit tegen haar overtuiging in, dan
zou zij ophouden regeering te zyn.
(JuistVolkomen juiBt
Wat de tweede vraag betreft,
om technische redenen kan de op
roeping niet worden afgelast. De
nieuwe Min. zal'zich hebben te schik
ken naar het inzicht der regeering.
De Min. v. Marine, de heer
Rambonnet, wil gaarne do Kamer
overtuigen. Het onvermydeiyke ge
volg van het niet opkomen der jaar
klasse 1908 zou zyn geweest, dat de
aflossing van de onder de wapenen
zynden zou worden vertraagd. Het
leger, dat onder de wapenen staat,
moet dekken de tweede mobilisatie,
en de onder vinking leert, dat men
niet alleen heel jonge mannen in het
vuur kan brengen, maar dat men
het vooral hebben moet van mannen
van omstreeks 80 jaar.
Er zyn al zooveel ongeoefendeD in
het leger en het is gemakkeiyber
een kleine landstorm-jaarklasse daar
bij te voegen dan een grooto militie-
lichting. Wanneer er onverhoopt iets
gebeurt en het bUjkt, dat het leger
onvoldoende la geoefend, dan zou een
meedoogenloos oordeel geveld worden
over den Min. en een beroep op de
Kamer zou hem niets baten.
De heer Marchant zalWoensdag
antwoorden.