HELDERSCHECOURANT DE OORLOG. No. 4780 DONDERDAQ 24 MEI 1917 45e JAARGANG Op pagina 4 van dit blad la opgenomen 1. Uitslag ^'herstemming voor de Tweede temer. 2. Feuilleton, enz. De legerberiohten van 21 en 22 Mei. Van het W e s t e 1 ij k front. Van Engelsche zijde wordt een en ander medegedeeld over het door de Franschen behaalde succes aan den uitersten rechtervleugel van het Aisne- Champagne-front. Dit sucees stelde de Franschen in het bezit van de ge heels keten van overheerschende pun ten, die het dal van de Suippe, tus- schen Auberive en Nauroy overzien. Het meest naar het zuiden toe was do Berg zonder Naam (Mont sans Nom) op 17 April gevallen. De hoöfdketen die ten zuiden van het dorp Moronvilliera van het Westen naar het Oosten liep, en in het al gemeen 800 tot 900 voet hoog is, werd in de volgende dagen aange vallen, waarby de Franschen zich op da Zuidelijke hellingen konden nes telen en in de meeste gevallen ook op de toppen. De lengte van de keten bedraagt iets meer dan 4800 M. De aanval van Maandag voerde de Fran schen over de toppen heen en vol doende ver de noordelijke hellingen af om het definitieve bezit van al die waarnemingsposten te verzekeren. Het bezit van de groep van Mo ronvilliera moet ^tengevolge hebben dat de nieuwe Fransche stelling on aangenaam dicht bij de Duitsche sterkten naar het Westen toe is ko men te liggen, vanwaar uit de vijand Reima langzaam stuk beukt. De hoog ten van Moronvilliers vormden dan ook een bastion, waarop de veiligheid van 's vyandsuitersten linkervleugel op het Aisne-Cbampagne-slagveld be rustte, evenals het plateau van. Cra onne zijn rechtervleugel-schraagde. Terwijl hjj Maandag met de krach tigste poging, die hij totdusver nog ondernomen had, bezig was, te trach ten om de overheerschende stelling op het plateau van Craonne te her overen, werd de linker steunmuur van zijn linie hem zoo goed als ont wrongen. Het succes van de Franschen op de hoogten van Moronvilliers kan ver strekkende strategische gevolgen heb ben. Het Fransche communiqué van den 28sten geeft eveneens aan, "dat de Duitschera op drie punten hunne oude stellingen trachtten te heroveren. Zij worden met zware verliezen terug geslagen. Maandag werden ongeveer 1000 man, w.o. 28 officieren, gevangen genomen. Hst Duitsche legerbericht van Maandag maakt melding van ver- geefsche aanvallen der Engelschen bij Bullecourt en Croiselle. Zij werden met zware verliezen teruggeworpen en verloren 90 man aan gevangenen. Ten Z.W. van Nauroy en ten Z.O. vau Moronvillers werden aanvallen der Franschen afgeslagen. Bfi Nauroy werden door de Duitscbers 600 man gevangen genomen. Van het Oostenryksch-Ita- Maansche front. De resultaten van het Italiaansche offensief zijn althans wat terrein winst betreft tot nog toe gering. Eukele hoogtestellingen werden door hen vermeesterd, waarvan er eeuige, o.a. die op den Vodice, weer voor hen verloren gingen. Het verloop der gevechten wettigt de meening, dat men voorloopig geen groote successen der Italianen heeft te verwachten. Om de kans hierop nog te verminderen, ondernemen de Oostenrijkers in Trentino een tegen offensief, voornamelijk in de streek van den Pasubio. Naar de Italiaan sche berichten echter melden, werden de aanvallen afgeslagen. Het offensief heeft echter ook tot resultaat gehad, dat een aanvallende beweging der Oostenrykers, die ten doel had de in de vorige slagen aan de Isonzo verloren stellingen te er- overeu, werd voorkomen, en zelfs zoo goed voorkomen, dat de Oosten- rijksche opperbevelhebber, in piaatB van met 'de voor het offensief bij eengebrachte troepen de vijandelijke aanvallen af te kunnen slaan, nieuwe divisies naar het bedreigde front moest overbrengen. Dit resultaat is zeker van groote beteekenis. Volgens Weensche berichten heer- ache er aan het Noordelijk deel van het Isonzo front betrekkelijk rust. Alleen ten O. van Görz ondernamen de Italianen een aanval die evenwel door de Oostenrijksche troepen werd afgeslagen. De berichten uit Rome geven aan dat de actie in Trentino voortduur de. Op verschillende punten, o.a. in Adamello, Ohiese en in het Giumel- la dal, tusschen Garda en Etsch, op het plateau van Aslago en bi] den Kleinen Pal gingen de Oostenrijkers eenige malen tot den aanval over, zonder dat dit hun eenig succes op leverde. Op de hoogte 888, ten O. van Pla- va hebben de Italianen zich ver schanst. Hier werden 80 man gevan gen genomen en een kanon buitge maakt. Da duikboot- an mljnoorlog. Van Duitsche zijde wordt gemeld, dat in den Atlantischen Oceaan 18.000 ton aan scheepsruimte werd vernietigd. Bij Denia werd na een gevecht van meer dan een uur, waarbij meer dan 200 kanonschoten werden gewisseld, het bewapende Epgelache stoomschip Tungshan in den grond geboord. De kapitein, de eerste artilleristen en een machinist worden gevangen gehouden. Naar uit Bern wordt gemeld, werd voor eenige dagen bij Marseille een Amerikaansch stoomschip van 8200 ton, met een lading leer voor Zwjt- sersche schoenfabrieken, in den grond geboord. Verder werden tot zinken gebracht, de Zweedscho stoomschepen Vester- land, Viken en Aspen, en het Bra- ziliaansche stoomschip Tajuca. Van laa'stgenoemd stoomschipwerdslechts een deel der bemanning opgepikt. BrazilIB en Duitschland. Naar d.d. 22 Mei uit New-York wordt gemeld, heeft het Braziliaan- sche congres zich vereenigd met het voorstel vau den president om de onzijdigheid op te geven. China en Duitschland. Nog steeds is de oorlog tusschen China en Duitschland niet verklaard. Er werd nog gewacht op de beslis sing van het Lagerhuis. Dit nu heeft de beslissing uitgesteld"tot de reor ganisatie vau het ministerie voltooid is. Daarna hebben ruim 20 militaire gouverneurs de ontbinding van het parlement of onmiddellijke wijziging van 'de nieuwontworpen grondwet verlangd, daar volgens hen sommige bepalingen onuitvoerbaar zijn. De mogelijkheid is niet uitgesloten dat deze militaire inmenging*lelangiljke gevolgen zal hebben. Uit Duitschland. De Deutsche klrchenz6it,uug, van Müochen, schrijft „Ons is bekend dat uit den boezem der Duitsche Katholieke geestelijkheid een grootscheeps georganiseerde vre desbeweging in gang is gezet, die zich ten doel stelt onder de vlag van de Heilige Eucharistie voor den vrede te werken. De wordende wereldbond verheugt zich in de ernstige mede werking van gezaghebbende kerke lijke kringen. Ook leden van het episkopqfit in vijandelijke landen heb ben hun instemming betuigd en mede werking in 't uitzicht gesteld." Elzas-Lotharlngen. Dezer dagen schreeft de „Post" dat er een plan was beklonken, om Lotharingen bfl Pruisen, de Elzas by Beieren te voegen. De Elzas zou daartoe met twee Lofcharingsche dis tricten worden uitgebreid, in dier voege, dat de grens tusschen Beieren en Pruisen langs de Saar zouloopen. De „Post" zeide, dat door deze regeling Beieren zoo toegeeflijk was geweest ten opzichte van de besprekingen in den Bondsraad. De offlcieuso „Beier- sche Staatszeitung" sprak het laatste stellig tegen, maar het eerste in eenigermate dubbelzinnige termen. Intusschen hebben andere kranten erover geschreven. Zij beschouwen het als een uitgemaakte zaak, dat het plan in den bovenbeschreven vorm bestaat, Ds een zegt echter, er kan eerst na den oorlog wat van komen, de ander herinnert er aan, dat hot statuut van Eizas-Lotharingen slechts door oen rijkswet, dus met goedkeuring van den Rijksdag en den Bondsraad kan tot stand komen. De Rijksdag zal dan het verlangen van de Eizas S9is naar een regent, die te Straats- burg resideert, wel tegemoetkomen. De „Vorwaerta" noemt het een uit- broedsel van de Al-Duitschers, en zegt, dat dezen inopstand komen te-gen het denkbeeld, dat het rijk zich zou mengen in de zaken der afzonder lijke bondsstaten en nu Elzas Lotha ringen, welks stelling niet zoo heel veel van die van een bondsstaat verschilt, kortweg willen verdeelen. „Muenchener Neueste" zegt, dat men in alle geval den Beierschen Landdag over de zaak meet laten uitspreken, voor zij bekloDken-is. Een en ander is interessant voor ds Duitsche opvatting ten opzichte van de Rykslanden. („N. R. Ct,H) Uit Engeland. Ia de New Statesman, worden grieven tegen de Engelsche admira liteit opgesomd. Hoe komt het, vraagt het blad o.a., dat Duitsche torpedobooten en duik- booten voortdurend Engelsche mijn- velden naar het schijnt oügohinderd doorkomen, en Engelsche schepen Duitsche mljnvelden niet door kunnen? Zoo hebben de Engelsche mijnen niet het nauw van Calais kunnen afsluiten. Duitsche torpedojagers hebben de buurt van Folkeatone aangevallen en vallen gestadig het eiland Tbanet aan, en zoover bekend is er geen bij op een mijn geloopen. Er zijn vele redenen om aan te nemen, dat Duit sche duikbooten langs denzelfden weg in het Kanaal-komen. Daarentegen belet het mijnveld, dat de Duitschera tusschen de Duit sche en de Zweedache kust hebben gelegd door de Zweden in hun territoriale wateren aangevuld de Engelschen afdoende, schepen de Oostzee in te sturen, al is het water, dat versperd moest worden, dubbel zoo- breed als tusschen Duina en de Fransche kust.- Waarom heeft Enge land ook niet Zeebrugge met mijnen kunnen afsluiten? Misschien kon de Duitsche Bocht niet zoo worden af gesloten zonder het bezit van Hel- goland. Maar de vaart kon er ten minste gevaarlijk worden gemaakt. Waarom strooien Engelsche mijnleg- gers niet voortdurend mijnen in de mondingen van Eems, Wezer en Elbe, waar tenslotte alle duikbooten uit- en invaren? Duitsche mijnleg- gera doen het voortdurend in de mon ding van de Theems en de Medway. De zaak is, vervolgt het blad, dat de admiraliteit het belang van de mijnen niet inziet, en de Engelsche mijnen te weinig in aantal en slecht van hoedanigheid zijn geweest. Een andere klacht is, dat er veel te weinig torpedojagers zijn gebouwd wel tal van, volgens de New States man, overtollige opperdreadnoughts. Nu zijn de Amerikaansche opper dreadnoughts er bij gekomen. Maar wat Engeland noodlg heeft, zijn torpedojagers, o.a. om de koopvaardij- vaart te beschermen. Waarom, vraagt het blad verder, zijn de moeste Engelsche torpedo jagers voortdurend op de Oostkust, terwijl de Duitsche duikbooten de meeste verliezen toebrengen op de Westkust? Waarom moeten de Duit schera het monopolie van den aanval ter zee hebben, en niet alleen onder water Is al wat de Engelsche vloot met haar onverstelpénde overmacht kan doeD, de DuiLscbe hoofdvloot in do haven te houden? Waarom zorgt de vloot niet voor een beschieting uit de lucht van EmdeD, Wilhelma- geven, Cuxhaven, Bramen, Hamburg en andere plaatsen, die alleen vaa uit kunnen bereikt worden buitenland: Uit Zwitserland. Te Chaux de Fonds, in Fransch Zwitaerlaud, zijn hevige onlusten uitgebroken, waarbij socialistische betoogers met troepen slaags zyn geraakt en zware klappen zijn ge vallen. Het- begon Zaterdagnacht mat de bevrijding door de socialisten van Graber, redacteur yan de „Sentinelle" en lid van den nationalen raad, uit de gevangenis, waar hij acht dagen moest zitten. Het gebouw werd be stormd, Graber aanvankelijk tegen zijn zin - bevrijd en naar zijn woning teruggebracht. Zondags werd een regiment infanterie met ruiterij naar de stad gezonden om de orde te herstellen en 's avonds kwam het. tot gevechten met deze troepen, die de socialisten het houden van een vergaderiag iu de Temple francais trachtte te beletten. Zij werden echter door de menigte overmand en moes ten het veld ruimen. Graber hield ter vergadering een zeer felle rede. Na afloop werd een optocht ge vormd, die door de inmiddels ver sterkte troepen werd uiteengeslagen. Thans wordt Chaux de Fonds door 6000 soldaten bewaakt. Volgens de Sentinollo hebben de werklieden een 'comité van verweer gevormd en dreigen met een alge meens staking. Er zijn 80 personen in hechtenis genomen; waar Graber zit weet men niet. Algemeens staking In Zweden? De nieuwe socialistische party, die in Zweden is gevormd uit. revo lutionaire socialisten heeft op zyn stichtingsvergadering besloteh, de vakverenigingen te verzoeken door een algemeens staking een maat schappelijk en politiek program door te zetten, waarop voorkomt: aan merkelijke loonsverhooging, de acht uurswerkdag, aandeel van arbeiders iü het bedrijf van zaken, afschaffing van de Eerste Kamer en van het koningschap. Evenals reeds enkele vakvereni gingen hebben gedaan, beval het congres alvast een algemeene staking vaa twee dagen aan tegen den tyd, dat de minisler-pre&ident in de Twee de Kamer de interpellatie Yan Bran- ting over grondwetsherziening zal beantwoorden. Ongeregeldheden te Lissabon. Te Lissabon hebben ongeregeld heden plaats gevonden tengevolge van het gebrek aan levensmiddelen. Naar d.d. 22 Mei uit Madrid wordt gemeld was het oproor ernstiger dan m6n aanvankelijk had gedacht.. Een monigte, waartoe een aantal zeelieden behoorden, plunderde de suiker- en broodbakkerswinkels. De staat van beleg is afgekondigd. Troepen met marine kanonnen en mitrailleurs hielden de hoofdstraten bezet en vuurden op do menigte. Tien personen werden gedood, vyftig De orde is hersteld. Uit de Vereenigda Staten. Uit Atlanta (Georgië) wordt d.d.' 22 Mei gemeld, dat in de handelswflk der stad een brand uitbrak, die naar het woondistrict oversloeg. Men schat dat een honderdtal huizenblokken een prooi der vlammen werd. De mate- rieele schade bedraagt waarschijnlijk wel verscheiden millioenen dollars. plaatselijk nieuws. Ds ótat-major van Hr. Ms. pantserdeksohip „Zeeland", waarvan het vertrek naar Oost Indiö bepaald is op 7 Juni a.s., bestaat uit Kapitein-luitenant ter zee C. Fock, commandant. Luitenants ter zee der le kl. G. R. J. Haentjens Dekker, eerste officier, mr& J. C. Jager, J. J. Jentink en L. C. Carbin. Idem 2e kl. G., E. Biekart, J. C, Backer Overboek (heen en terug), J. E. Meijer Ranneft en A. C. van der Sande- Lacoste. Idem 8e kl. J. J. Wichers, J. Houts muller en jhr. E. J. van Holthe. Officier van gezondheid le kl. dr. H. F. Milikema en idem 2e kl. C. W. Bottema. Officier van administratie, le kl. J. A. H. Boertje. Officier-machinist der le kl. C. Wapenaar, idem 2e kl. J.Zeilstraen K. van Dorsten, idem 8e kl.. J. G. Blom. Machinisten: A. Roos, C. de Groot, G. den Hertog, J. Verduyn, W. J. Dalinghaus en C. de Vries. SchipperM, F. van Bommel, chef der equipage. Onzo vroegere plaatsgenoote mejuffr. J. C. Bock, leerling klerke H.IJ.S.M. slaagde v. klerke H.IJ.S.M, Militaire. Huisvlljt-tantoonstelllng. Wijvestigen er de aandacht op, dat de prijzen Nos. 6, 14, 19, 26, 81, 32, 36, 42, 43, 49, 93, 102, 118, 185, 154, 155, 157, resp. de loten Nos. 1264, 607, 1479, 1285, 709, 1672, 1477, 430, 268, 818, 1281, 786, 214, 443, 1474, 1675, 1276 nog niet zyn afgehaald. Tot uiteriyk 1 Juni kunnen deze pryzen van het Bureau der Ontwlk- kelings cursussen Dykatraat No. 8 worden afgehaald. „Samenwerking". De Heldersche Verhuurders Ver- eêniging „Samenwerking", hield Za terdagavond in „De Pool" haar 10e Jaarvergadering. De Voorzitter, do Heer D. C. Boer- ma heette de aanwezigen welkom, en zeide, met een gevoel van vol doening, deze vergadering te openen, temeer, daar do Vereen, heden haar 10 jarig bestaan herdenkt, met welke gebeurtenis, Bestuur en leden werden gelukgewenscht. Hierop werden door den Secretaris de notulen gelezen, welke onveran derd werden goedgekeurd, waarna tevens door hem verslag werd uit gebracht. Uit dit verslag bleek o.m. dat de Vereen, op 1 Mei 1916 telde 185 le den met 1375 perceelen, en' op 1 Mei 1917 190 leden met 1885 per ceelen - alzoo een vooruitgang. De penningmeester, de heerS. Ma gers bracht hierna zijn jaarverslag uit. Vorig saldo f129.816. Totaal ont vangsten saldo inbegrepen f 486,02®. Uitgaven 807.83. Alzoo een batig saldo op 1 Mei 1917 van f 178.19». De Heer van Pelt, bracht mede namens den heer Maalateed rapport uit, over de nageziene rekeningen, en constateerde alles in de beste orde te hebben bevonden. De Heer D. C. Boerma welke als Voorzitter moest aftreden, werd her kozen, terwijl in de vacature, ont staan door het vertrek van den Heer Wallaat, als Commissaris werd ge kozen de Heer H. v. Pelt. Als leden voor het nazien der rek, en verantw. voor het volgende jaar werdén gekozen de heeren Jaring en Riemers. Bij de daarna gehouden verschillen de besprekingen word de aandacht gevestigd op het. feit, dat niettegen staande de voortdurende styging der bouwmaterialen toch nog döor de Vereen. Volkshuisvesting „Helder" woningen werden gebouwd, welke.; dientengevolge, moeten worden ver huurd voor een huurpry's, niet lig gende onder het bereik van arbeiders, en soortgeiyke, zoodat de gelden daar toe gebruikt, en door de gemeen schap byeengebrachtj niet worden gebezigd ten bate van hen die daarop allereerst rechthebben, en nu ten goede komen van hen, die zulke hulp van overheidswege niet behoeven. Ook werden door verschillende le den vragen gesteld ten opzichte van het binnenkort in werking treden der Huurcommisaiewet. Na beant woording dier vragen door den voor zitter, werd besloten oen afwachten de houding aan te nemen, totdat de Huurcommissie hier ter plaatse zal zyn benoemd". 11 Na de rondvraag niemand meer het woord verlangende, sloot de voorzitter, onder dankzegging 'aan de aanwezigen, de vergadering. Uit het Politierapport. Ten nadeele van den winkelier van W. aan de Weststraat ï'3 in den nacht van Zondag en Maandag j.1. van een aan den gevel van zyn per ceel bevestigd étalagekastje de glas ruit verbroken en daaruit voor eene waardo van f50 aan galanteriön ontvreemd. Tusschen Zaterdag- en Maandag- namiddag j.1. zyn van boora van Hr. Ma. Kortenaer ontvreemd een koperen as van eene handstuur inrichting ter zwaarte van 86 K.G. en twee koperen roosters van 25 cM. middellyn. BINNENLAND. Onza scheepvaart. Op last van de regeering is een aantal in de haven van Rotterdam liggende schepen gereed gemaakt voor vertrek naar Amerika, ten einde graan, lynkoeken,. kunstmeststoffen, enz. te gaan balen. Omtrent den dag van vertrek was nog niets met zekerheid-bekend. De lading van het stoomschip „Ryndam", van de Rolland Amerika- lijn, Maandag u\t New-York over Halifax te Rotterdam aangekoraeiy bestaat uit 36,500 quarters tarwe en 25,211 zakken meel. Het in den Nieuwen Waterweg ingekomen Ned. stoomschip „Hermi- na" rapporteert, dat het In de vrije vaargeul door een Duitsche duikboot is beschoten. Da zeevlsscharlj. Op uitnoodiging van de Duitsche regeering vertrok Woensdagochtend een deputatie uit de IJmuider reeders naar Berlyn, ter bespreking van het torpedeeren van Nederlandsche vis- scheryschepen, de verruiming van het visscherijgebied, en de moeiiykheden by de visschery en by vischaflevering van Duitsche zyde ondervonden. Dé deputatie besbaat uit de heeren A. S. Groen en R. de Boer, reeders, en mr. D. H. Andreae, advocaat te Haarlem. Da veenbrand In Drente. Men schrijft aan de N. Rott. Cfc.": De oude Drentsche hei endenieu werwetsche instellingen als spoor treinen en baggermachines verdragen elkaar slechtieder jaar in den war men drogen tyd vangt de stryd weer aanworden de kleide vonkjes uit gestrooid, die gretig op de dorre hei stronkjes aanvallen, haastig tot vlam men aanwakkeren en dan zich uit breiden tot een laaiend vuur, dat zich uitstrekt over een reusachtig gebied van honderden en honderden bunders. Het is niet de eerste keer, dat een deel van de oude landschap een vuur zee is, waar hier en daar in de buurt der dorpen de vlammen een prooi van meer substantie vinden in boer derijen, bruggen, enz., zoodat men met man en macht helpen moetom te voorkomen, dat niet heele dorpen in vlammen omgaan. Ook zes jaar geleden, het was toen 1 vooral in de omtrek van Emmererf- scheidenveen, hadden honderden ge zinnen hun bezittingen in veiligheid gebracht op de schepen, die gereed Ihgen om hen en hun huisraad weg te voeren uit het brandende land, wanneer men de vlammen niet langer zou kunnen baas blyven. Dit jaar is het nog erger: een strook, die loopt van de Duitsche grens achter het Bargercompas tot aan het Emmererfscheidenveen, le een onafgebroken vlammenrlj. In de buurt van de geteisterde streek ge komen, merkt men reeds de alge meene verslagenheidin de tram, in de wachtkamers en café's hoort men over niets anders en worden elkaar met ernstige gezichten do rampen verteld, die aan kennissen en familieleden zijn overkomen. De vlammen beperken zich niet tot de hei alleen, zy vliegen over de kanalen heen. Vandaar, dat er ook schepen verbranden. Op een schip heeft men 9 verkoolde ïyken gevon den andéren van de omgekomenen (men raamt het aantal dooden op 20, officieel is het getal thans 12) zijn verdronken, doordat ze, vluchtend voor de vlammen, tegen wier snel heid ze niet loopen konden, in een kanaal sprongen. De marechauasée heeft nog verscheiden drenkelingen kunnen redden. Ook heeft men ïyken gevonden in het natte veen, die daar een schuil plaats onder den grond hadden ge zocht. Het ïyk van een meisje werd gevonden met vele brandwonden, hangend tegen den kant van het kanaalwaarscbynlyk had zij den dood door verstikking gevonden. Een boer, vluchtend mét twee kleine kinderen, zag zich genoodzaakt zyn twee kleinen achter te laten of anders met hen te verbranden. Officieel vernemen wy nog, dat te Valthermond 20 personen zyn om gekomen, ónder wie 2 oude luidjes, die eerst volstrekt hun huisje niet wilden verlaten, doch in het laatst daartoe gedwongen^ werden. In de dichte rook raakten zy af van degeen die hen wilde redden en verbrandden beiden. De persoon, die hen wilde helpen, bracht drie uur in het kanaal door en heeft zich zoo nog kunnen redden. voer 70 huizen zyn te Val thermond verbrand, waardoor 100 huisgezinnen dakloos zyn geworden. Een huisgezin bestaande uit man, vrouw en 6 kinderen, dat een schip bewoonde, kwam geheel in de vlam men om. Vlak in de nabyheid veerden nog 3 slachtoffers gevonden. Van een gezin, bestaande uit 5 personen werden 2 kinderen gedood, terwyi de man en vrouw beiden zware brand wonden opliepen. Dinsdag is de Commissaris der Koningin met den Griffier der Staten op hettooneel van de ramp aangeko men. De kans bestaat, datdewonin gen tusschen Weerdingcveen en d9 spooriyn naar Valthen ook gevaar loopen. Verschillende schepen zyn verbrand. Dinsdagmiddag is door vuur uii de plaggenlocomobiel van een turfma chine brand ontstaan in de Weer- dingerveen, die zich door den wind voortplantte in de richting van Val thermond. Door de droogte van de veenoppervlakte en den sterken wind stonden in oen oogenblik tyd ettelyke huizen, veengronden en veenen in vlam. Alles wat het vuur vinden kon verbrandde: huizen, schuren, turf, plaggen, gereedschap, inboedels, enz. Tot 4 uur waren verbrand ongeveer 160 huizen; vier met turf beladen schepen zyn in het kanaal verbrand. Duizenden bezoeken het terrein van den brand. De brand woedt steeds voort do gevolgen zijn niet te o ver zien; de schade is onberekenbaar. Op verzoek van den minister van landbouw zyo militairen (pioniers) uitgezonden naar de streek in Drente, waar de veenbrand woedt, om deze te helpen blussch6n. Verder zyn naar de bedreigde streek vertrokken de directeur-generaal van den arbeid en de directeur'van de rijks-kolendiatributie, onder wiens ressort de rantsoeneering van turf valt. Ongeluk of misdaad? Ongeveer eenkwartuur gaans van Ouderkerk in de richting van Uithoorn ligt in den Amstel een eiland, waarop een loods met opslagplaats voor oud- yzer staat van den handelaar in oude metalen De Jong, Lap go Houtstraat te Amsterdam. Daar meerde Maandagmiddag een zolderschuit, komendeuit Amsterdam; aangezien het al meer was voorge komen, een week of vyf geleden ongeveer, dat een heele zolderschuit met yzer werd weggehaald, kan men aannemen dat de beide omgekomen politiebeambten daarin aanleiding vonden om Maandagavond meteen boot met aaqhangmotor een oog in het zeil te houden. Tegen elf uur hoorde een man, die aan den Amstel by het Eiland aan het worpen steken was, dat.de motor plotseling stopte en hoofde hij om hulp roepen. Door het geraas van een voorbygaanden wagen kon hy verder niet hooren. De burgemeester van Ouder-Amstel werd gewaarschuwd, men ging op onderzoek uit en vond het bootje 'omgeslagen drijven. Van de veldwachters was geen spoor te vinden. Wel werd in de boot een jas gevonden, die echter niet aan een der veldwachters' toebehoorde. Er werd den geheelen nacht ge dregd en Dinsdagmorgen werden de ïyken der beide politiemannen opge haald. Het horloge van een hunner was op kwart voor elven blyven stilstaan. Daar misdaad niet uitgesloten werd geacht, waarschuwde de burgemeester de Amsterdamsche justitie. Sporen van geweld waren zoo op het eerste gezicht niet aan de lyken.op te merken. De jas, In de boot gevonden, kan hebben toebehoord aan iemand, die met de veldwachters geworsteld heeft. Het is echter ook mogeUjk, dat de veldwachter» deze jas hebben gevon den en haar -als stuk yan overtuiging hebben willen medenemen. Met de justitie uit Amsterdam kwam Dinsdagmorgen ook de gerech teiyke deskundige, de heer Van Ledden Hulsebosch mede naar Ouderkerk. Ook waren twee politiehonden met hun geleiders uit de hoofdstad meegekomen. Op het eiland werd den honden lucht ge geven. Op de zolderschuit was reeds oenig oud-ijzer geladen terwijl een hoeveelheid gereed was gezet om meegenomen te worden, by elkaar voor een waarde van ongeveer f 200. Een der honden liep van de zolder schuit naar het-andere eind van het eiland en bleef aan den waterkant staan. Biykens de voetstappen in den grond heeft hier een worsteling plaats gehad; vermoedelyk hebben de politiebeambten hier van hun arrestant verzet ondervonden toen zy hem in hun boot wilden brengen. Ongeveer vyf minuten dichter by Ouderkerk werd Dinsdagmorgen tegen twaalf uur het lyk van den aange houdene opgehaald, de .handen ge boeid. Do huurder van de opslag plaats, de heer De Jong, die uit Arasterdam ontboden was, herkende onmiddeliyk in den drenkeling een wegens diefstal ontslagen knecht, den ongeveer 85 jarigen J. Fontjjn. De deernis In het dorp met de nagelaten betrekkingen van de om gekomen politiemannen is algemeen. Prins laat een weduwe achter met eon ongeveer 14 jarig dochtertje, Ryerkerk een weduwe met vier nog kleine kinderen. Beide beambten stonden by hun superieuren hoog aangeschreven. Her haaldelijk gingen zy er samen des avonds op uit om te surveilleeren, tot zy Maandagavond zijn gevallen als slachtoffers van hun plicht. Dinsdagmiddag zyn door de Am sterdamsche politie de ongeveer 60- jarige R. van Amstel on diens zoon aangehouden, verdacht betrokken te zyn bij het drama, dat zich Maandag avond op den Amstel by Ouderkerk afspeelde. Eerstgenoemde zou de eige naar zyn 'van de jas, welke in het omgeslagen bootje van de politiebe ambten werd gevonden. Beiden ont kenden ovenwei iets van de zaak af Ten einde hieromtrent zekerheid te krijgen werd de jiulp ingeroepen van een politiehond, de Dobermannpin cher Bob van een ingezetene, die dezen hond ter beschikking van de politie had gesteld. Ook by het onderzoek te Ouderkerk had deze hond reeds dienst gedaan. Op de binnenplaats op het hoofd bureau van politie had het onderzoek met dezen hond plaats. Den hond werd lucht, gegeven aan de gevonden jas. Op den binnenplaats waren eenige agenten en rechercheurs op gesteld, buiten tegenwoordigheid van een der belde verdachten. De hond rea- geerdo echter niet en evenmin toen de zoon mede 'op de binnenplaats ver scheen. Toen echter ook de vader op de binnenplaats kwam, sprong de hond dadelyk tegen hem op. By wyze van controfe werd nu de hond aan verschillende der aanwezigen lucht gegeven; hun jassen werden op een stapel gelégd en zonder man- keeren haalde Bob er de jas van elk uit. Vermoed wordt, dat deze twee verdachten zich Maandagavond by de komst der politiemannen op het eiland hebben schuil gehouden e - zich vervolgens door een ondiep en smal gedeelte van het omringende water in veiligheid hebben gesteld. Zij zyn beiden ter beschikking der justitie gesteld. TWEEDE KAMER. Vergadering van Dinsdag 22 Mei. By de opening der zitting wydtde Voorzitter allereerst eenige woorden aan de ramp te Valthermond in Drente, waar een groot aantal huizen zyn vernield. De regeering is diep getroffen door deze ramp en heeft bereids maat regelen genomen tot spoedige assisten tie aan de geteisterde streek. Namens de Drentsche afgevaardigden dankt de heer Smeenge (u.1.) voor de deel nemingsbetuigingen. Het z.g. aanpa88%ng8mtje(VQT\)&nöi tusschen Iavaliditeits- en Ouderdoms wet.) wordt aangenomen, links tegen rechts. Het. betreft hier de uitvoering van de Radenwet, en het ging er hier eigeniyk om of men, met uitzondering van de ouderdomsvoorziening die in de Ouderdomawet-Treub is geregeld en die nu dan ook geheel uit de Invaliditeitswet Werd gelicht, de rest van de Talma-wetgeving de Ziektewet, de Invaliditeitsverzekering èn heel de daarvoor noodige bureau machine van de Radenwet met haar 80 Raden van Arbeid, onveranderd zou invoeren. Zonder de geneeskun dige behandeling in de Ziektewet op te nemen, zonder het plakzegelstelsel uit de Invaliditeitswet te verwyderen en met het heele apparaat van de Raden van Arbeid. Rechts eischte men de invoering; links wilde men haar liever niet. Verworpen wordt het wetsontwerp tot aanvulling en verhooging van het 9a hoofdst. der Staatsbegrooting 1917 (gelden voor voorbereiding van de invoering der verzekeringswetten). Dit betreft de Radenwet en de heer Limburg, die van oordeel was, dat men dit crediet voor een vrywel algemeen afgekeurde wet niet mocht toestaan, stelde een motie voor om het ontwerp van de agenda af te voeren, en affcewachten wat de Eerste Kamer met de Ouderdomswet zou doen. Deze motie werd verworpen en ook het crediet. Interpellatie Marehand. Thans komt in behandeling de In terpellatie van den heer Marehand (V.-D.) inzake de oproeping van de landstorm-jaarklasse 1908. De heer Marehand heett deze interpellatie aan gevraagd met een tweeledig doel: le. om in den lande klaarheid te scheppen omtrent het onderwerp de zer interpellatie; 2e om do verhou ding vast te stellen tusschen de Kamer en het Kabinet-Cort van der Linden. De vraag ryat nu: welke was de betee kenis van de beide beslissingen van de Kamer van 4 en 10 Mei en waarom heeft de tydeiyke voorzitter van den Ministerraad toen niet van zijn in zichten doen biyken. Niemand heeft eene verdediging van het beleid der Regeering gevoerd. Het votum der Kamer liet aan dui- deiykheid niets te wenschen over. Verwacht werd dat de minister zich aan het votum zou storen. Toen de minister er zich niet aan stoorde, heeft de Kamer die houding afge keurd met de bedoeling, dat het ge beurde ongedaan zou worden gemaakt. Van het antwoord van Minister Cort van der Linden op sprekers vragen zal afhangen of thaus een dlepergaand conflict is ontstaan met den leider van het Kabinet. Bij het votum der Kamer op 10 Mei liet de kloek het kuiken onbeschermd. Waar om heeft de tijdeiyke voorzitter van den Ministerraad noch op 4 noch op 10 Mei openiyk van zyn inzicht doen biyken? Wil hy som3 een minlate- rieele landstorm-reserve kweeken (Gelach.) Voor de hand lag, dat geen beslissing over den landstorm werd genomen voordat de crisis was op gelost. De heer Rambonnet heeft niet kunnen bevroeden welke vragen aan de oproeping vastzitten De minister Bosboom was door de militaire ca marilla geheel omspannen. Zij had by hem geheel succes gehad. Een Min. van Marine die daar cons komt binnenvallen weet daar niet van .(gelach,) die accepteert wat hem daar 'wordt voorgelegd. Hy ï;au niet an ders. De vraag is, zal de Regeering in conflict blyven met de Kamer. In de tweede plaats werd het eigen oor deel van den nieuwen bewindsman uitgeschakeld. Ook kreeg hy geen gelegenheid het conflict met de Kaïjier •p te lossen. Spr. stelde daarop volgende vragen: lo^Wat Js de reden waarom de Reggeering een voorloo^ge oplossing gegevei heeft aan de crisis zonder rekening te houden met het her haalde votum van de Tweede Kamer en dat terwyi de tydelijke voorzitter vau den Ministerraad noch op 4, noch op 10 Mei in de vergadering van de Kamer van zyn gevoelen deed blyken 2e. Had de Regeering de zekerheid dat de crisis niet zou zyn opgelost voordat de Landstormklasse 1908 moest opkomen en Het het landsbe lang niet toe daarmee te wachten totdat de crisis definitief zou zyn opgelost? en zoo neen, waarom niet? 8e. Welke zyn. de gronden waarop de oproeping van de landstormklasse werd gehandhaafd door den Minister van Oorlog ad Interim? Hoeveel landstormera zyn er vol gens de wet van 81 Juli 1916 onder de wapenen Hoeveel landweerman nen zyn door hen afgelost Hoeveel landweermannen zyn er nog af te lossen De Minister van Binnen- landsche Zaken, de heer Cort van der Linden, zegt dat vraag 1 overweging eischt van vragen van politieken «n militairen aard, die in korten tyd niet tot een einde konden worden gebracht. Op 4 Mei bleek nog niet van zoodanig verschil van ge voelen tusschen minister Bosboom en- het Kabinet, dat daarvan aftreding bet gevolg moest zyn. Op 10 Mei wist de Kamer de gevolgèn. Er was geen reden om door de Kabinetskwestie den Minister van Oorlog te dekken. Dat zou niet in bet belang van het land geweest zyn. Dit is oen zaak van proportie. Tegenover de groote taak dit hst Ministerie "Heeft te ver vullen ls de oproeping van den Landstorm van ondergeschikte betee kenis. De Minister van Oorlog voelde dat zyn gezag ondermynd werd.. Alleen een votum der Kamer, 7.yn eigen beleid betreffende, kon de toestand ophelderen, zyn gezag her stellen. De crisis had reeds lang een latent bestaan. Die kon alleen worden opgelost door een votum van vertrou wen of een van wantrouwen. Na een votum der Kamer heeft de Regeering overwogen of 'slands be lang toeliet met dat votum Rekening te houden. Het commuplqué in de dagbladen had slechts een negatieve beteekenis. Maar 'slands bslang liet. niet toe overeenkomstig den weDsch der kamer te behandelen. De motie ven zal de Min. van Marine uiteen- „Het spreekt vanzelf dat de Re geering rekening heeft te houden met den uitgesproken wensch der Kamer. Maar dit hoqdt volstrekt niet in, dat de .Regeering zich steeds naar zulk een uitspraak heeft te gedrageD. Deed zy dit tegen haar overtuiging in, dan zou zij ophouden regeering te zyn. (JuistVolkomen juiBt Wat de tweede vraag betreft, om technische redenen kan de op roeping niet worden afgelast. De nieuwe Min. zal'zich hebben te schik ken naar het inzicht der regeering. De Min. v. Marine, de heer Rambonnet, wil gaarne do Kamer overtuigen. Het onvermydeiyke ge volg van het niet opkomen der jaar klasse 1908 zou zyn geweest, dat de aflossing van de onder de wapenen zynden zou worden vertraagd. Het leger, dat onder de wapenen staat, moet dekken de tweede mobilisatie, en de onder vinking leert, dat men niet alleen heel jonge mannen in het vuur kan brengen, maar dat men het vooral hebben moet van mannen van omstreeks 80 jaar. Er zyn al zooveel ongeoefendeD in het leger en het is gemakkeiyber een kleine landstorm-jaarklasse daar bij te voegen dan een grooto militie- lichting. Wanneer er onverhoopt iets gebeurt en het bUjkt, dat het leger onvoldoende la geoefend, dan zou een meedoogenloos oordeel geveld worden over den Min. en een beroep op de Kamer zou hem niets baten. De heer Marchant zalWoensdag antwoorden.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1917 | | pagina 1