Veevoeder-Distributie. I P. GROEN ZOON 3% Tijdgeestbriejfes IRANDSTOFFENNOOD. Haarwerken Effecten Coupons Rekening-Courant Incasseeringen Assurantiën DE HELDERSCHE BANK. SANOUINOSE weder verkrijgbaar. BALLON LUCIFERS „HELDRIA". T. van Zuylen, TOEGANG CALLANTSOOGER DUIN VERBODEN m~M. B. Schoolt Zeevaartschool. R. SPRUIT, eiken-, berken en beukenhout. GEBRS. LEEN, Alle haan/verken DIJKSHOORN Zuidstraat 75. LIJST van Ingakoman an vertrokkan vertrokken. personen. P. J. Paap. C. v. Zoemen, 8. Broers, B. Junlnga, J. Wittevoen, J. Dolleman, J. Jacobs. A. Broekhuizen, W. de Beer, Q. Bakker, J. O. Vermeer, J. Vons, sergeantmonteur, arbeider, landbouwer, arbeider, Bothaatraat 83, Koegras 62, Dijkweg 9, Koegras 137, 189, de Vries-Jonker, zonder, H. A. Schotman. P. H. v. d. Bel-Vrijburg, R Jansen, arbelde M. Trompert-Wolf, zonder, G. de Jong, E. M. Kleerekoper, J. Hoep, K. Bremer, J. de Jong, P. Rietdijk, P. L. A. v. Prooyen, A. Del ver, J. Buurman-de Weever, zonder, A. Da Jongs-Kr ij vis, zonder, W. Blauwkuip, kantoorbediende, E. Zeeman—Slemmer, zonder, W. v. d. Woude, timmerman, korporaalmachlnedr-, Ruüterstraal 4, sergeantmarinier, Oostslootstraat laa, bloemist, Koegras 117, visscher, Binnenhaven 108, arbeider, Duinweg, sergeantmonteur, Konlngdwarsstr. 19, officier van admlnistr., Binnenhaven 103, Jan ln 't Veltstraat B3, leeraar, arbeider, veehouder, loodgieter, korporaalmachlnedr. eergeanthofmeester, arbeider, Hoogstraat 107, Binnenhaven 6, Strooweg S, Oudekerkstraat 6, Sooorgracht SS, Kanralweg 63, Koegras 232, 166. Zaidstraat 82. Molenstraat 71, Wllhelmlnastraat S Koegras 242, Westgracht 48, Oranjestraat 36, Parallelweg 62, Weststraat 21, v. Galenstraat 72, O. en W Souburg. Callantsoog. ZO re. Emmen. Amsterdam. zype7 Hoorn. Texel. Vlissingen. Nieuw Helvoet. Amsterdam. Vlissingen. H. Hugowaard. Amsterdam. 's Hage. 1 Anna Paulowna. 1 Texel Hilversum. Hellevoetsluls. J Apeldoorn. 1 Zflpe. Anna Paulowna. Geloof Ned. Herv. R.-Cath. Ned.-Herv. Ger. K. Ned.Heiv. Geen. Ned. Herv. Het VEEVOEDER-BUREAU voor NOORD-HOLLAND, Vondelstraat 38, Amsterdam, maakt bekend, dat In de maand JULI veevoeder zal worden beschik baar gesteld als volgt: Voor Bedrijfspaarden 70 kilos haver, boonen, kanariezaad, erwten- en boonen-pikselvoor offi cieel erkende en bij genoemd Bureau bekende dekhengsten 250 kilos haver, boonen, kanariezaad, erwten- en boonen-piksel. Voor Fokkalveren 10 kilos lijnkoeken. Voor Varkens boven de 75 kg.: 20 kilos mais, zemelen, grind, gries en voermeel, voor Varkens beneden de 75 kg.5 kilos mais, zemelen, grind, gries en voermeel, alles per stuk. Voor ALLE pluimvee: 50 kilos mais, gemengd voer en gerst- afval per 100 stuks. Wij belasten ons met het incasseeren van wissels en kwitanties door geheel Nederland. De zeer fijne zijn in de meeste café's verkrijgbaar bi| Anaemle en Neurasthenie. Meer dan vyftig jaren zjjn vele arme lijders aan bloedarmoede en zenuwzwakte geplaagd met yzerpreparaten, pillen en drankendie even erg waren als de kwaal. Zij verloren hun eetlust; kregen ernstige pijnen in de maag; hadden hardnekkige verstoppingen. Honderdenen duizenden ondervonden deze werking van het minerale staal. Prof. BUNQE zegt: „het ijzer moet in plantaardige verbinding genomen worden." Prof. NOTHNAGEL (Weenen)het staal is ons van geen nut, tenzij toegediend in organische verbinding, door de plant. SANOUINOSE is zuiver plantaardig. Wordt door de zwakBte gestellen goed verdragen; biedt de ijzerdeeien in zóó licht verteerbaren vorm dat ze gemakkelijk in bet bloed worden opgenomen. Armbloodigen die het minerale staal niet konden verdragen, leefden op door de Sanguinose. Sanguiuose kost f 1.50; 6 fl. f 8.-; 12 fl. f 15. WACHT U VOOR NAMAAK. VAN DAM Co., De Riemerstraat 2c/4, Den Haag. Te Helder b'J Alb. ten Klooster, Keizerstraat 93; te Texel, Den Burg, J. Boia; Oosterend, G. Dbob; Oudeschild, Joh. Dros. Steunt Nederi: Nijverheid KOOPT PaflWWÏOODHOUT-VONKVRIJ ÏAS.oe N.V.TETERINGSChEISTOOftLUCI FERSFABRIEKEN. BREDA FEUILLETON. DE GEVANGENE VAN ZENDA. 88). (S1 o t). Hierop nam ik uit myn zak een portret van den koning van Ruritanie. Het was genomen een maand of twee voor hij den troon beklom. Zy moest begrijpen, wat Ik bedoelde toen ik, haar het portret gevende, zei „Voor het geval ge het portret van Rudolf V niet hebt gezien, of er niet op hebt gelet, dan hebt ge het nu hier. Denkt ge niet, dat de oude geschiedenis weer opgerakeld zou worden, als ik aan het Hof van Ruritanie verscheen?" Mijn schoonzuster zag eerst naar het portret en toen naar my. „Lieve deugd!" zei zij, en wierp het portret op tafel. „Wat zegt gij er van, Bob?" vroeg ik. Burlesdon nam het portret op, giog er mee naar een hoek van de kamer en zocht iets onder een 3tapel nieuws bladen. Toen kwam hij terug met een Illustrated London News. Deze openvouwende, liet hij een plaat zien van de kroning van Rudolf V te Strelsau. Hij legde het portret en de plaat naast elkaar. Ik zat aan de tafel, waarop beide voor mij lagen toen Ik er naar keek, voelde ik mijne belangstelling grooter worden. Mijn oog zwierf van mijn eigen afbeelding naar dat van Sapt, van Strakensz, naar de rijke kleedtj van den Katdi- naa), naar het gelaat van Zwarten Michael en de statige gestalte der prinses aan zijne zijde. Ik zag er lang naar en voelde mij onrustig worden. Mijn broeder raakte mijn schouder met zijn hand aan. Hij zag my met een verwonderde uitdruk king aan. „Het is een merkwaardige gelij kenis, zooals gij ziet," zei ik: „ik geloof werkeiyk, dat het beter voor my is, niet naar Ruritanie te gaan." Hoewel half overtuigd, wilde Rosa zich niet gewonnen geven. „Dat is maar 'n uitvlucht," zei zy. „Gij wilt niets uitvoeren. Maar ge zoudt misschien toch nog ambassadeur kunnen worden." „Ik geloof niet, dat het voor my geschikt is ambassadeur te zyn," zei ik. „Je zult het nooit zoo ver brengen." Dat kon du wel waar zyn, en toch was het my niet goed genoeg. Het denkbeeld ambassadeur te worden, imponeerde my niet. Ik was koning geweest I Eenigazins boos liet de kleine Rosa onB alleen. Een sigarette aanstekende, zag Burlesdon mij nog immer ver wonderd aan. „Die afbeelding in de News", zei hy. „Wel, wat zou die Ze bewystalleen dat de koning van Ruritanie en uw dienaar als twee druppelen water op elkaar ïyken." Myn broeder schudde zyn hoofd. „Dat schynt zoo", zeiby. „Maar er H AARHERSTELLER. Beproefd middel tegen het uitvallen en tot bevordering van den hergroei van 't hoofdhaar, biykt steeds het beste. Per flacon 50 cent- Alléén verkrygbaar by: Spoorstraat, Coiffeur. tot het geheele vanaf de PETTEMER DUINEN tot aan het Lichtbaken benoorden de QROOTE KEETEN, is voor ieder die niet in bezit is van t e 3 SCHRIFTELIJKE VERGUNNING vanwege den EIGENAAR aan hem uitgereikt. 1 en Voor levering van BOEKEN en benoodigdheden beveelt zich beleefd aan Boekhandel, Kanaalweg 161. Voorziet U van brandhout. Aangeboden wordt prima kurkdroog Schoone brand. Koopt GEEN Dennenhout. Brieven onder No. 772, aan het Bureau van dit blad. Vak- en Bedrijfskleeding. Banketbakkers Slagers Barbiers Kruideniers Blauw keper Blauw keper Engelsch loeren Stof- of magazijn Manchester De alom bekende Slagers pantalons. Schorten. - Sloovon. - Mutsen. SPOORSTRAAT 21 - DIJKSTRAAT 14 Vert. der fa. LABEMAN an WIGGERMANN, Amsterdam. is verschil tusscben den man van het portret en jou „En niet tusscben de afbeelding en de News?" „Ik zou het portret uit die afbeel ding herkennendie beide ïyken veel op elkaar, maar „En?" „Toch ïykt de afbeelding in de News meer op jouzei myn broeder. Myn broeder is een goede man en zeer eerlyk, zoodat, wanneer hyniet getrouwd was en niet zoo dol op zyne vrouw, ik hem mijn geheim zou hebben verteld. Maar dit geheim was niet uitsluitend het myne, en ik kon het hem dus niet vertellen. „Ik vind niet, dat die kiek meer op mij lijkt dan het portret," zei ik boud. „Maar hoe dau ook, Bob, ik ga niet naar Strelsau." „Neen, ga daar maar niet heen, Rudolf," zei hy. En of hij iets vermoedt of een denkbeeld van de werkelykheid heeft, weet ik niet. Zoo ji, dan houdt hy dit voor zich en spreekt er nooit over. Wy lieten Sir Jacob Borrodaile een anderen- attaché zoeken. Sinds de gebeurtenissen, die ik nu beschreven heb, geschied zijD, woon ik rustig in een villa, die ik in dè provincie gehuurd heb. De gewone bezigheden van lieden in myn positie 8cbynen my doelloos en onaantrekke lijk toe. Ik geef niets om het leven in de wereld en ook niet om het spel der politiek. Lady Burlesdon wan hoopt aan my*, mijne buren vinden my een droomerigen, ongezelligen ook van uitgevallen haar, worden tegen de meest concurreerende prijzen op ons Atelier vervaardigd door gediplomeerd Kapper, SPORT. Voetbal. Eindstrijd om de draagmedaillos tusscben S.H.B.S. en het Militair Kampioens-elftal der Landmacht. De Militairen slaan S.ïJ.B.S. met 2—0. In het Zaterdagnummer van dit blad schreven wij, dat H B S-er alles op zou zetten een beter figuur te slaan dan H.P.C. En volkomen is hun dat gelukt. De Landmacht heefc gewon nen een ieders verwachting was dat trouwens met 2-0, wat een eervolle nederlaag voor de groenwitten beteekent. Trots dat do L. vrijwel, gedurende den geheelen wedstrijd de sterkste en meest aanvallende party is geweest, kon Diet meer dan tweemaal gescoord worden, dank zy het kranig werken der H.B.S.- verdedigirg, met Costermans als ster, dio oDgetwyfeld eeu zijner beate wedstrijden speelde. Menige goed opgezette aanval der L. strandde op hem, vooral Blinkhof genoot van hem een speciale bewakiDg, wat goed gezien was, want deze bleek de gevaarlijkste man in de voorhoede der Militairen. Naast Costermans, dienen vooral doelman De Wever en Coster genoemd te worden, benevens Ten Hacken. Da meening van de meeste toe schouwers was, dat H.B.S. mooier en beter gespeeld heeft dan H.F.C. verloden Zondag (dat H.F.C. toen niet volledig was kan niet geheel en al ala verontschuldiging gelden. Is de spelkwaliteit juist zoek, wanneer er een of meer spelors afwezig zyn?) Vooral de spelkwaliteit welke H.B.S. in deze wedstrijd te zien gaf, was beter. De wedstryd heeft niemand verveeld wel waB meermalen het geestdriftige, wat dergeiyke wedstrijden kenmerkt, ver t.9 zoeken enkele malen werd bepaald laksch gespeeld maar dit werd weer ruimschoots vergoed door waarlijk mooie momenten die we te zien kregen. Dit hield het zeer talryk opgekomen publiek voortdurend bezig. Alleen reeds de prestaties van een Oldenburg bij de Landmacht en Costermans by H.B.S. waren een gang naar den Bol weg waard. Dat H.B.S. geen enkele tegenpunt kon maken, wat wel verdiend was, lag aan het weinig doortastende optreden hunner voorhoede voor doel. Deze linie die in het veld zeer goed werk leverde, vlug en handig was, kon maar niet de kroon op het werk zetten. kerel. Toch ben ik nog een jonge man, 6n soms denk ik de by- geloovige wereld zou het een voor gevoel vinden dat ik myn deel in het werelddrama nog niet heb uitgespeelddat den een of anderen dag, ik weer in moeilyke zaken zal worden gewikkeld, weer met machtige vyanden zal hebben te vechten, schijn baar onoplosbare raadsels zal moeten ontwarren. Dien loop nemen myne gedachten, wanneer ik in myne eenzaamheid door bosschen of langs stroomen wandel. Of ze ooit in ver vulling zullen gaan Ik kan het niet zeggen, evenzoo min als ik zeggen kan of de plaatsen, waar ik, door myne herinnering geleid, de -nieuwe daden bedrijven zal, de juiste zyn, want ik houd ervan mijzelf nog eens te zien in de volle straten van Strelsau, of in het kasteel vau Zenda. Maar laat ik de toekomst nog de toekomst laten, en tot hetverledene terugkeeren. In lange ryen komen de gebeurtenissen voor mijn geest het eerste vroolijke samenzijn met den koningbet gevecht met de theetafel, de nacht in de gracht, de achtervolging in het woudmijne vrienden en myne vyanden, het volk, dat leerde my te beminnen en te eeren, de wanhopigen, die trachtten my te dooden. En van deze laatsten komt de enkele, die alleen van hen overgebleven, zich nog op deze aarde beweegt, hoewel ik niet weet waar, nog op schurkenstreken loert (waar aan ik niet twyfel) nog vrouwen harten verovert en mannen tot haat Te veel individueel spel was hieraan niet vreemd, dit was by voorbaat reeds onvruchtbaar werk, daar de stevige L.-verdediging behooriyk hun mannetje op zij konden zetten, vooral nu het zulke lichte spelers betrof, als waaruit de H.B.S.-voorhoede be staat. Appel en Straver waren hier nog wel de beste. Over den wedstryd zelve, zullen #e kort zijn. De le helft hadden de Militairen den harden wind mee en domineerden geregeld op de H.B.S.- helft. De Wever krijgt het al spoedig druk, maar by blijkt betrouwbaar. De meeste aanvallen der L. worden geleid door hun linksbuiten Olden burg, een speler der „Stormvogels", die den naam zijner club alle eer aandeed, want het was een ware stormvogel. De Waard had niet veel by hem in te brengen, alleen Coster kon het hem nogal eens lastig maken. Talloos waren zyn voorzetten, maar het binnentrio kreeg by na geen gelegen heid tot behooriyk richten. Coster, Ten Hacken en voor Costermans grepen telkens op tijd in. Blinkhof, b.g.d. „Witte Jan", de populaire rechtsbinnen der „Storm vogels", wachtte steeds op een goede gelegenheid, om eea. zijner onhoud bare pillen te lossen, welke gelegen heid zich pas na een goed half uur spelens voordeed, toen Costermans hem even losliet en hy in vliegende ren op De Wever afstoof en de eerste ling produceerde onder groot applaus van het publiek. Het was een mooie goal. Voortdurend beleeft H.B.S -veste benauwde oogenbllkken, maar de verdediging laat zich niet meer ver rassen, bovendien liet het schieten der L. wel wat te wecscben over. Luit. Kuipers, de vroeger zoo ge duchte H.B.S -midvoor, schoot er telkens naast of over, evenzoo Wil brink. De H.B.S.-voorhoede kon niet „veel uitrichten, werd er nog eens een aanval ondernomen, dan werd deze meestal in de geboorte gesmoord; de L-verdediging, waarin vooral Heilig en Hoogmoed opvielen waren uit het goede hout gesneden en gaven geen krimp. Bovendien gaven de heeren het veel te spoedig op ook, aan inloopen werd niet gedaan, als er nog eens door hen geschoten werd, werd afgewacht waar de bal zou terechtkomen, in plaats van eens door te zetten. De doel verdediger der Militairen heeft het dan ook voor rust niet te zwaar te verantwoorden gehad. Rust kwam alzoo met 1—0 voor de Landmacht. Toen er gedraaid werd, was de wind aanmerkelijk afgenomen, ging soms in het geheel liggeD, wat nu niet bepaald een fortuintje was voor H. B. S. By de Landmacht was de plaats van luit. Kuipers nu inge nomen door den H. F. C. er Klein. Het spel was meer verdeeld, van beide zyden werden nu aanvallen gedaan. Appel, de H.B.S.-linksbuiten, onderneemt een paar maal een snelle ren langs de lyn, doch het binnen trio ziet geen kans een zyner voor zetten t.e benutten. Kramer weet zelfs naast te schieten, als hij alleen Damme nog voor zich heeft; Klein herhaalt hetzelfde aan den anderen kant. Blinkhof doet het echter beter: als de H. B. S.-achterhoede veel te ver opgedrongen is en Jan den bal toegespeeld krijgt, gaat hij er op z'n eentje vandoor en schiet van dichtbij in. (2-0). Het spel blijft op en neer gaaD, beider dooien beleven gevaariyke momentenenkele goede kansen worden nog door beide partyen ver prutst een kopbal van Blinkhof verdient in deze periode beter lot, evenzoo een schot van een der H. B. S.-spelers. De rechtsachter der L. weet tweemaal de situatie te reddeD, door bijtyds uit te trappen. Oader groote spanniDg floot daarop de scheidsrechter het einde van een alleszins emotie vollen wedstryd de slappe momenten dan uitgezonderd. Da Militairen wonnen verdiend; o.i. had 8-1 juister verhouding geweest. Na afloop reikte de heer Letschert, de voorzitter der H. F. C., onder een toepasselyk speechje waarin hy o.a. liet uitkomen, dat de Militairen niet alleen de sterkste spelers uit de Mil. competitie waren, maar ook getoond hebben de baas te zyn van de plaat selijke burgervereenigingen, waardoor hen met recht toekwam den titel van kampioen van Den Helder aan den heer Damme, aanvoerder van het Landmacht XI, de zilveren draag medailles uit. De captain der Militairen beant woordde deze toespraak en stelde in uitzicht een revanchewedstryd tusschen zijn elftal en H.F.C. Een driewerf hoera besloot beide toe spraken. Een ieder keerde daarop zeer vol daan huiswaarts. en vrees brengt. Waar is de jonge Rupert van Hentzau de jongen, die my zoo dicht naderde, dat bij my kon slaan? Als zyn naam in mijn gedachten komt, voel ik myn handen jeuken en myn bloed zich sneller bewegen: en mijn „voorgevoel"schynt sterker te worden, en my in het oor te fluisteren, dat ik met den jongen Rupert nog niet gereed bendaarom oefen ik mijzelf nog op de wapenen en tracht ik den dag te verschuiven, dat het élan myner jeugd my zou moeten verlaten. Eens per jaar komt er afwisseling in myn rustig leven. Dan ga ik naar Dresden en ontmoet daar mijn lieven vriend Fritz van Tarlenheim. Den laatsten keer kwam zijn aardige vrouw Helga mee en met haar een kleine, snoezige baby. Dan zyn Fritz en ik gedurende een week by elkaar en hoor ik al wat er in Strelsau voorvalt. In de schemeruren, als we samen wandelen, spreken we over den ouden Sapt, en over den koning, heel dikwyis ook over den jongen Rupert; en als het byna donker is, spreken we eindelijk over Flavia. Want elk jaar brengt Fritz een kleine doos naar Bresden mee; daarin ligt een roode roos, en om den steel dier roos, is een strookje papier gewikkeld met de geschreven woorden „Rudolf-Flavia—altyd." En zoo'n zelfde geef ik hem mee terug. Die boodschap, en het dragen der ringen, is alles wat nu nog de koningin van Ruritanie en my bindt. Want en hierover eer ik haar nog meer INGEZONDEN. De Centrale Keuken, und kein Ende. Zeer geachte Redactie. Is het niet al te onbescheiden, als ik u nogmaals een plaatsje vraag, ja eigeoiyk een plaats, ter beantwoor ding, thans van de H.H. Michels en Sehoeffelenberger Zoo niet, dan be tuig ik u gaarne myn baiteiyken dank. Mag ik beginnen met den heer Scb.? Ook ik mis tot nu toe het voorrecht den heer Sch. persoonlijk te kennen, maar evenals by couranten-buweiy- ken, zou ik den heer Sch. willen vragen voorloopig maar genoegen te nemen met de kennismaking langs dezen meer en meer gebrutkeiyken weg. 't Gaat toch hier niet om de personen, maar om de zaak. Geachte heer Sch., wat zyn mis verstanden toch iets afachuweiyks, hè? Eerst, versta ik umis,nietwaar, en nu u mij weer. Hoe jammer toch, want als wij elkaar begrepen, dan zouden wy misschien het samen zoo aardig kunnen boeren, ondanks uw s.d.a.p. er zyn, want daar vraag ik niet naar, slechts de mensch Sch. interesseert my. Maar misschien heb ik een gegronde verontschuldiging voor myn u-niet- begrypen. Want zietl In den aanhef van uw vorig ingezonden stuk toont gij u voorstander van een modern bedryf. Dat is uw recht. Maar aan het slot wilt gy gaan prutsen met ala schoollokalen ingerichte lokali teiten. Prutsen, wat aan den „Volks bond" is verweten, met haar tegen woordig bedryf, dat slechts een proef betrof, in een zeer primitieve woning ondergebracht. Ea nu deze vraag aan den heer Sch.Wie heeft in Den Helder van de keukenkwestie er een gemaakt van partij politiek Da s.-d. voor vechters. Ik ben in het bestuur der keuken gekomen uit belangstelling voor deze volkszaak, omdat ik meende mijne ervaring op het gebied van voedselbereiding in het groot, niet aan deze zaak, als zy noodig was, te mogen onthouden. En my bleek toen dadelijk, dat de oprichters ge tracht hadden voeling te houden met de soc.-democratische voormannen. Maar deze uitverkoren volksverzor gers onthielden zich van daadwerke- ïyken steun, 'c Waarom laat ik aan henzei ven ter beantwoording. Het streven van de bestuurders der keuken was steedsde keuken is en moet biyven een volkszaak, in den ruimsten zin des woords. Ieder moet er terecht kunnen, ieder zonder onderscheid. Is het nu de drang der s.d.a.p. geweest, die hier de keuken tot stand bracht of heeft hier niet eerder de s.d.a.p. of juister hebben niet s.d.a.p/ers, de keuken tegenge werkt, althans haar medewerking onthouden Hier in Den Helder is ontegenzeg- geiyk niet van de s.d.a.p. het initiatief uitgegaan, noch voor de stichting noch tot verbetering vanj de keuken. Want het tegenwoordig bedryf is van stonde af beschouwd ala een noodhulp, ea van den eersten dag af aan, was oprichting van een flink, ruim bedryf de wensch van den „Volksbond", die hierby de gemeente zelfs vóór was. Aan den heer Sch. nog deze op- merking. Ik schreef, dat ik niet begreep hoe eene moderne keuken in een als school in te richten ge bouw, kon worden ondergebracht, maar ik zei, dat dit aan my zou liggen en ik het dus gaarne van den heer Sch. zou leeren. Maar de heer Sch. is niet zoo vriendeiyk hot my te leeren. Hy laat mij, arme, liever onwetend en gaat wat praten over traktementen van onderwyzers en commissarissen van- politie. Ik wil hem wel bekennen, dat ik bet daar omtrent geheel met hem eens beD, al ben ik geen lid van de s.d.a.p., maar ik vraag, wat dit met de keuken heeft te maken? Zie, dan is de heer Michels toch veel vriendeiyker. Daze toch meent te weten, hy neemt zulks tenminste aan, dat ik van de eiacheD, die by aan een socialistische maatschappij stelt, geen flauw begrip heb, noch zelfs getracht heb er iets meer van te begrypen, dan thans het geval blijkt te zijn. (Uit mijn ingezonden stuk vermoedelyk). Dies, zegt de heer M., zal ik hem een lesje geven, on gevraagd. Dwingt ze om in te gaan, heeft bij vermoedelyk gedacht. Zie, dat is vriendelijk en tegemoetkomend. Maar heer M., ik wil u dan wel mededeelen, dat ik heusch getracht heb, wat meer van de soc. dem. le vensbeschouwing te weten te komen dan gy vermoedt. Misschien vindt ge dat voor een militair, een officier nog wel, vreemd, maar 't is nu een maal zoo, dat ik behoor totdiemen- schen, die meenen niet, zonder voor afgaande kennisneming eens anders beginselen, deze te mogen verwerpen, zij is gegaan waarheeD haar plicht tegenover haar huis en haar land haar leidde, en is nu de vrouw van den koning, wiens onderdanen zij tot hem brengt door de liefde, welke zy haar toedragenvrede en rustige dagen geeft zy aan haar volk door haar ongeëvenaarde zelfopoffering. Er zyn oogenblikken, waarin ik daar aan niet durf te denken, maar daar zyn andere momenten, dat ik God dank de edelste vrouw ter wereld te hebben mogen beminnen, en dat er niets is in myn liefde, dat haar in haar plicht te kort doet schieten. Zal ik haar gelaat nog eens weer zien het bleeke gelaat en het schitterende baar Ik weet het niet mijn hart heeft geen voorgevoelniets duidt het aan. Ik weet het niet. In deze wereld, misschien neen zeker nooit. En zou het mogeiyk zyn, dat daar, waarvan ons verstand geen denkbeeld nog heeft, zy en ik elkander nog in ongestoorde liefde mogen bezitten Dat weet ik nieten wyzer menschen dan ik kunnen bet ook niet zeggen. Maar zoo het moet zyn van nooit als ik nooit meer met haar spreken kan, noch haar gelaat aanschouwen, of van haar heur liefde hoorenwelnu, dan wil ik aan deze zyde van het graf leven als het past aan den man, dien ztj bemint; en aan de andere zyde, moet ik dan vragen om- een droomloozen slaap. Einde. doch ze nochtans eerbiedigen, zy het dan ook zoo noodig bestryden. En het heeft my alleen maar ge weldig gespeten, dat noch uw par tijgenoot Duys, noch Thomassen erin geslaagd zyD, nog slechts weinige weken geleden, mij te overtuigen van d6 levengevende kracht, die in een goed beginsel aanwezig moet zijn. Ja, ik, die geen s.d.a.p. voorstander ben, geloof u te mogen zoggen, dat uwe beginselen wellicht nog meer moois bevatten, dan gy en uwe par- tygenooten er uit weten te baleD. Maar laat ik tot de keuken terug keeren, Mynheer de Redacteur. De heer M. had van de keuken- commissio verlangd, een overzicht van de bedryfskosten. Waarom is de heer M., die daartoe als raadslid steeds welkom zou zyn geweest, nooit eens komen vragen naar den gang van zaken, waarom heeft hij, die nu kri tiseert, ons niet eens beter ingelicht ala wij het verkeerd deden, dat ware de volkszaak dienen geweest. Niet praten heer M., maar helpen, doenl Nu is de heer M. ééns in de keuken komen kyken en roept uit: ,'t Is er een smeerboel". Ik spreek dit te gen, noem het een leugen. Ter eere van kok en bykok en de beide juf frouwen verklaar ik gaarne, dat ik steeds bewonderd heb, dat zy deze zoo weinig voor het doel geschikte lokaliteiten, zoo uiterst zindelyk wis ten te houden. En nu zegt de heer M., dat wij (de keuken commissie) een minder mooi modern bedryf prefereerden om de soc. democratische idoaal- keuken der toekomst reeds van te voren het geboren worden te belet ten. Neen mynheer M. Da opdracht door B. en W. aan de commissie verst.'ekt liet ons geen keus. Die opdracht vroeg eene begrootiDg aan de hand van een keukenontwerp, dat niet door de com missie, maar door den gemeente bouwmeester, in opdracht van B. en W was gemaakt. Onze commissie heeft zich dus strikt aan hare opdracht gehouden. Ik staar me niet blind op f 25.000.— meer of minder, wanneer het meer, noodzakelyk is. Maar dan moet die noodzakelijkheid worden aangetoond. En in verband daarmede herhaal ik, dat eene inrichting als die te Amster dam te prefereeren is, wanneer het in de bedoeling ligt een permanent be dryf te stichten of een bedryf, dat althans zoolang zal bestaan, dat bet voordeel der goedkoopere exploitatie opweegt tegen de hoogere inrichtings kosten. Maar zoolang ala dit niet zeker of minstens waarschljniyk is, mag van de kas van een gemeente als den Helder een dergeiyk offer niet wor den gevraagd. Hierom draait deze geheele kwestie en de het andere is politieke franje. Ten slotte nog dit. Ja, mynheer M. ik ben wiedes en gochem genoeg te weten dat de toe zegging van B. en W. aangaande het tekort der keuken, den raad wettelijk tot niets bindt. Maar ik ben er even eens van overtuigd, dat U, evenals ik, naast wetteiyke, ook moreele ver plichtingen kent, erkent en waardeert. Welnu, B. en W. mogen nu hier, in het welbegrepen belang der ge meente, wat voorbarig zijn geweeat. Hadden zij eerst den raad gevraagd toestemming te geven tot het nemen van een proef met een keuken, de raad zou die toestemming met volle steun van U en de Uwen beslist ge geven hebben en de gemeente zou veel duurder nog zyn uit geweest. Houdt u dit voor oogeD, dan mis schien erkent U thans met my de moreele vorplicbting van den raad, om na behoorlyke inzage van het gevoerde flnancieele beheer der Keu ken, het te kort door de gemeente te doen overnemen. Met excuses voor myn uitvoerigheid mynheer de Redacteur. Hoogachtend, A. Ch. van Oorschot. UIT DEN OMTREK. Wierlngan. In 't lokaal van den heer J. Lont hield de afdeeling Den Oever van den Bond voor Staatspensionneering j.1. Zaterdagavond een algemeene ver gadering, onder leiding van den heer L. Spaander. Na opening, lezing en goedkeuring der notulen, had bestuursverkiezing plaats. Het geheele bestuur werd herkozen, n.1. de heeren L. Spaander, C. M. Tysen, J. Koster, D. W. Tysen en M. J. Kuyt. De rekening van den penning meester werd accoord bevonden met een batig slot van ruim f 14,—het welk nog verhoogd wordt met de contributie van 1816 welke tot heden nog niet opgehaald was. Besloten werd by 't ophalen der contributie de leden een ex. van het zangbundeltje „Sta op voor de grijs heid" aan te bieden. Uit deze liederenbundel zullen eenige nummers op de groote meeting welke 26 Aug. te Hippolytushoef gehouden zal worden, worden gezongen. Besproken werd verder om wat meer vergade ringen te houden tot opbeuring van 't vereenigingsleven en moeite te doen eens een spreker van buiten tekrygen. Tot afgevaardigde naardealgemeece vergadering op 7 Aug. a.s. te Utrecht te houden werd gekozen de heer L. Spaander, welke zich hiertoe bereid verklaarde. Hierna sluiting. De alhier uit zee aangebrachte strandvondery-goederen, bestaande uit verschillende houtwaren, een pak rubber, een kist puik vet, 6nz., enz. zullen op Donderdag 19 Aug. as. in 't Hotel van den heer D. D. Lont, door den heer Burgemeester-Strand vonder publiek worden verkocht. Na herhaalde oproepingen geplaatst te bebbon, hebben zich thans op verhoogd salaris voor hoofd der O. L. school te Westerland 2 sollicitanten aangemeld. De wol, welke hier evenals elders van regeeringswege werd opgevor derd, moet deze week aan de Commisaionnairs de heeren Kaan en De Haan worden afgeleverd. De kwantiteit is evenals voorheen, doch de kwaliteit veel minder, le soort treft men niet veel aan, wel 29 en 3e. Over 't algemeen klaagt men dat de wol dit jaar licht in gewicht is. buizen. jassen. jassen. jassen. jassen. pantalons. pantalons. jassen. pantalons.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1917 | | pagina 4