HELDERSCHECOURANT
No. 4845
DINSDAS 23 OCTOBER 1917
Uitgever; C. DE BOER Jr., Helder.
Oplaag 6250 ex.
Abonnementsprijs; In de stad f 0.85, per post f 1.10.
Losse ex. 2'/a cent.
Advertentién 10 cent per regel.
Op pagina 4 van dit blad
Is opgenomen
1. Distributie.
2. Congres Duitsohe soe. dem.
2. Ingezonden.
4. Sport.
6. Feulleton enz.
DE OORLOG.
Dl ligirbirlehtin
«an 19, 20 en 21 Oetober.
Van het Weate1 yk front.
In Vlaanderen zoowel als ten N.0.
van Soisaons duurt het artillerie-vuur,
dat met de grootste kracht wordt
onderhouden, onafgebroken voort.
Hier en daar hebben gevechten tus-
schen verkenningsafdeelingen plaats,
doch overigens kwam de infanterie
nog niet in actie.
Ook op het front ten O. van de
Maaa nam de actie der artillerie toe.
Van het Oostelijk front
Se Duitschers zetten hunne opera
ties op de eilanden aan de westkust
vaa Eetbland voort. Nadat zij eenige
dagen geleden kleine afdeelingen op
h=t eiland Bagö aan land gszst hadden,
die daar vasten vost wisten te krijgen,
werden den 20stsn sterkere afdee
lingen daarheen getransporteerd. Ben
Sisten was het eiland reeds geheel
in hun bezit. Verscheidens honderden
Russen werden gevangen genomen.
Het eiland Schildau, tuescben Mohn
en de kuet van Esthland is eveneens
door de Buitichers bezet. Ie Russen
hebben daarop hunne zeeetrijdkrach-
ten in Noordelijke richting terugge
trokken.
Zooals reeds gemeld werd, bezetten
de Duitschers de twee kleine eilandjes
in de Golf van Riga. Thans wordt
hieromtrent nog gemeld, dat een van
deze twee, het eilandje Rüno, geno
men werd door een officier en 16
man, die op watervliegtuigen daar
heen gebracht werden.
Van het Italiaanach-Oosten
ryksche front.
Volgens het Italiaansch communi
qué van den löden ondernamen de
Oostenrijkers krachtige aanvallen in
het gebied van den Monte Majo,
waarbjj zU eenige vooruitgeschoven
posten konden bezetten. Door een
tegenaanval werden zij evenwel weder
teruggeworpen. Een post beoosten
Calgari, waar de vijand eveneens
vasten voet had gekregen, bleef in
zijn bezit. Be Italianen namen 40 man
en 3 officieren gevangen.
Eeu vijandelijke helling van den
San Gabriele werd afgeslagen.
Uit Londen wordt nog gemeld, dat
men algemeen binnenkort een offen
sief der Oostenrijkers verwacht.
Aan bet Macedonische front
zijn de Franschen ten W. van het
Ochridameer tot den aanval over
gegaan. Volgens de Buitsche en
Buigaarache berichten werd de aanval
afgeslagen.
Luchtaanval op Engaland.
S Zeppelins vernield, 3 door
vliegtuigen achtervolgd.
Vrijdagavond hebben een aantal
Zeppelins, naar schatting 6 of 7, een
aanval gedaan op de Oostelijke en
Noordoostelijke graafschappen van
Engeland. Op verschillende punten
werden bommen geworpen, o.a. ook
in het gebied van Londen. 27 personen
werden gedood en 68 gewond. Ie
schade was gering.
Vermoedelijk is dit eskader lucht
schepen over Frankrijk teruggekeerd.
Zoodra zij evenwel Fransch grond
gebied bereikten, werden zjj door de
afweerformatles aangevallen en ach
tervolgd.
Vrijdagavond laat werd de nade
ring van niet minder dan 11 Zeppelins
gemeld. Onmiddellijk werden alle
af weer eskaders en batterijen in het
land gewaarschuwd.
De vijandelijke luchtschepen werden
aangevallen en over heel Frankrijk
uiteengedreven.
Op Fransch gebied werden geen
bommen geworpen. Be luchtschepen
waren vanaf het oogenbllk, dat zij
de kust overstaken, nagenoeg geheel
overgeleverd aan de genade van den
schitterenden Franschen afweerdienst.
Het resultaat van de krachtige
actie der Franschen was, dat «ff
Zepptlint ictrden nevgmholtn of tot
dalen gedwongen, n.1, bi) St. Clement,
Bourbonne, Bammartin en Laragno-
mison.
Verder zouden er nog twee zoo
goed als verloren zijn, die bovendien
volgens een bericht van den Sisten
door vliegtuigen werden nagezeten.
Een achtste Zeppelin raakte boven
de Middellandsche zee verzeild en
werd door watervliegtuigen nagezeten.
Omtrent het lot van deze drie laatste
luchtschepen is evenwel nog niets
met zekerheid bekend.
Tsr Zae.
Da oparatias bij Riga.
Volgens een Russlseh bericht werd
aan de operaties bij de golf van Riga
door 2/3 dor Buitsche vloot deelge
nomen. De Russische schepen moesten
voor de overmacht wijken en trokken
door de Mohn-sond terug. Aan den
noordelijken ingang, tusschen Bagö
on de kust van Esthland, hadden de
Duitschers een mijnenveld gelegd.
Dit werd echter door de Russen
ontdekt, zoodat de uitweg naar de
Finsche golf bruikbaar bleef.
Verder werden door Russische
torpedobooten aan den ingang van
de Finscbe golf en van de Mohn-
sond vijandelijke duikbooten waar
genomen.
Da aanval op hat Engalaaha aonvool.
Volgens een bericht van de Kogel-
sche admiraliteit, dd. 29 Oeteber, ge
schiedde de aanval op het. Eogelsche
convooi door 2 snelvarende, zwaar
bewapende Duitsche kaperschepen,
halverwege de Shetlandseilandeu en
de Noorsche kust. De twee Britsche
torpedojagers, de „Mary Rosé", onder
commando van luitenant Fox, en de
„Strongbow", onder commando van
luitenant Brooke, welke het escorte
ter verdediging tegen duikbooten
vormden, deden onverwijld een aanval
op de vijandelijke schepenenatreden
totdat zy, na een kort, ongelijk ge
vecht, zonken. Hun dapper optreden
bad ten gevolge, dat drie der koop
vaarders konden ontsnappen. Helaas
werden vijf Noorsche, een Deensch
en drie Zweedache schepen, alle on
bewapend, daarop door kanonvuur in
den grond geboord, zonder vooraf
gaand onderzoek, zonder waarschu
wing van eenigen aard en zonder
dat rekening gehouden werd met de
levens der bemanningen en passagiers.
Be admiraliteit behandelt uitvoerig
dit optredsn der Duitschers, die geen
enkele poging aanwendden tot redding
der opvarenden. Een Britsche pa
trouille, die kort daarop ter plaatse
kwam, kon ca. dertig man redden.
Alle officieren en manschappen, ten
getale van 47, zijn omgekomen.
Van de „Mary Rosé", die een be
manning had van 96 koppen, werden
10 man, w.o. 2 officieren, die zich
aan twee reddingbooten hadden vast
geklampt, door een Noorsch stoom
schip opgepikt.
De Duitsche verklaring omtrent de
plaats van den aanval is onjuist, en
eveneens die omtrent de vernietiging
dor begeleidende schepen. De kapers
waren er zoowel vóór den aanval als
daarna in geslaagd in den donkeren
nacht aan de waakzaamheid der
Britsche eskaders te ontsnappen.
Da duikboot- on mljnoorlog.
Van Duitsche zijde wordt gemeld,
dat een Buitsche onderzetör, com
mandant kapitein-luitenant Jess, aan
de westkust van Ecgeland dezer dagen
zes stoomschepen, een zeilschip en
twee viaschersvaartuigen, van een
gezamenlijken inhoud van 88,000
br. reg. toD, vernietigde.
In den Atlantischen Oceaan hebben
de duikbooten opDieuw 16,000 ton
scheepsruimte in den grond geboord.
Een bericht uit Washington, dd. 20
Oetober geeft aan, dat het Amerl-
kaanache transportschip „Antilles" op
17 OcL in de Europeesche wateren
is getorpedeerd en gezonken, terwijl
het op weg naar Amerika was. Van
de 167 opvarenden verdronken er 67.
Alle officieren van leger en marine,
zijn door drie schepen gered. Zestien
van de 33 soldaten zijn omgekomen.
Een duikboot werd niet gezien.
Twee Italiar.nsche stoomschepen
hebben hardnekkige gevechten met
duikbooten geleverd. Een daarvan
werd in den Oceaan aangevallen, en
dreef, hoewol het schip door een
torpedo werd getroffen, den vijand op
de vlucht.
Het tweede stoomschip wist in de
Middellandsche zee door een snelle
wgnding aan een door een Duitsche
duikboot gelanceerde torpedo te ont
komen. Daarop viel men de duikboot
aan, en beschoot deze zoodanig,'dat
men kon aannemen, dat de onderzee!r
gezonken is.
De soc. dem. Vredesconferentie.
Verschenen is het reeds voor eeni
gen tijd aangekondigde manifest aan
de partijen, die aangesloten zijn bij
do Internationale.
In de inleiding wordt gezegd:
Het organisatie comité van de con
ferentie te Stockholm heeft zijn leden,
die tot de partijen van neutrale lan
den behooren verzocht, met betrek
king tot de conclusies der conferentie
voorloopig een concreet voorstel te
formuleeren, waarbij alle socialistische
partty«n zich zouden aansluiten, en
dat als basis van vredesonderhande
ling zou kunnen dienen.
Onder deze omstandigheden nemen
de ondergetenkenden vertegenwoordi
gers van de socialistische partijen van
Zweden, Noorwegen, Densmarkenen
Nederland, de verantwoordelijkheid
op zich van de volgende denkbeelden,
in de overtuiging, een einde te zullen
maken aan een oorlog, die dreigt
Europa volledig to gronde te richten
en gedurende een oeuw het geslacht,
van heden en van de toekomst tot
in dsn wortel aan te tasten.
Be ontwerpers van het tegenwoor
dig document weten, dat zij geen
enkelen oorlogvoerende party volledig
tevreden zullen stellen.
Er wordt verder gewezen op het
feit dat de 3 jaren van oorlog bewezen
hebben, dat er noch overwinnaar, noch
overwonnene zal zijn, en dat geweld
plaats moet maken voor recht.
Voortaan moet de regeling van
twisten onderworpen worden aan het
grondbeginsel vau scheidsgerecht en
bemiddeling. Bit grondbeginsel kan
onmiddellijk toegepast worden op de
vredesvoorwaarden en een politiek
inleideD, die door afschaffing van bet
protectionisme en het militarisme,
deze twee oorzaken van oorlog tus
schen de volkeren buitensluit.
Indien de oorlog voeren do staten
accoord gaan met de aanneming van
deze fundamenteel© punten, zal de
volkerenbond feitelijk gesticht zyn. In
den beginne zal het geen volmaakt
werk zijn, maar het zal noodwendig
in zich zelf de macht voor een
organische ontwikkeling bevatten.
Aldus zal de vrede het karakter van
duurzaamheid erlangen.
In het manifest wordt verder aan
gegeven dat de vrede gesloten kan
worden op den status quo ante,
aangevuld door de oplossing vau
problemen die aanleiding gaven tot
den oorlog of die door den oorlog
punten van strijd zijn geworden.
Het is de vrede zonder annexatie.
Territoriale quaesties, zooals die van
den Balkan, Polen en Trentino zul
len natuurlyk ook door de vredes
verdragen moeten worden opgelost.
Be oplossing der nationale quaesties
mag het sluiten van den vrede niet
vertragen.
Maar de oplossing van do bepaalde
nationale quaestie zou naar een com
missie verwezen kunnen worden,
die belast is met het stichten van
een internationaal Instituut voor die
quaesties, die bij de vredesonderhan
delingen niet kunnen worden afge
daan. Bovendien zijn er tal van
economische quaesties die door abri
tage geregeld kunnen worden.
Verder bsvat het manifest de
volgende vredesvoorwaarden
1. Algemeene vredesvoorwaarden.
Geen annexaties, doch integrale
ontruiming van alle bezette gebieden
in Europa en do koloniön, teruggave
van dez9 grondgebieden aan den
staat, die ze voor den oorlog in bezit
had, volledig herstel van de politieke
vrijheid, de territoriale zelfstandig
heid, welke sommige staten tydons
den oorlog, hetzij geheel, hetzy ge-
desltsljjk verloren hebben. In het
vooruitzicht van een duurzamen vrede
sluit de toepassing vau dit grondbe
ginsel de mogeiykheid van vrede
lievende overeenkomsten nopens
grensaangelegenheden ntet uit, wel
te verstaan in overeenstemming en
met den wil der belanghebbende be
volkingen.
Geen oorlogsschatting. Be toepas
sing van dit grondbeginsel sluit niet
Uit de terugbetaling van schattingen
en inbeslagnemingen, die tydons den
oorlog zyn doorgevoerd in stryd met
de verordeniogen van de Haagscbe
conventie.
Herstel van de verwoeste gebieden
uit een internationaal fonds, wanneer
deze tusscbenkomst noodig geoordeeld
wordt in het belang vau byzonder
benadeelde staten.
Oplossing van nationale quaesties
in den zin van de vryheid der natio
naliteit.
Algemeene amnestie voor alle
misdaden en misdrijven van politie
ken aard, als uitvloeisels van oor
logsdaden.
2. Speciale voorwaarden.
Volledig politiek en economisch
herstel van Btlgiö en cultureele
zelfstandigheid voor Vlaanderen en
Wallonië. Vergoeding van alle be
lastingen eu inbeslagnemingen, door-
ge voerd in stryd met het internationaal
recht. De schatting van de door
Duitachland te betalen schade, waar
van het grondbeginsel aangenomen
is door de verklaring van de Duit
sche regeering dato 4 Augustus 1914
kan overgelaten worden aan hot
oordeel van het Haagscbe scheids
gerecht.
Be oplossing van de quaestie Elzas-
Lotharingen zal geregeld worden door
een plebisciet op een door het vre
desverdrag te bepalen tyd. Bit plebis
ciet kan gelden voor het geheei of een
deel der betwiste gebieden.
Aan dit plebisciet zullen deelnemen
die kiezers die bestendig woonden en
vurbiyf hielden in deze landen, en
diegenen die tydens den oorlog het
gebied moesten verlaten, en verlangen
terug te keeren. Als grondslag kan
men zich bedienen van de kiezers-
lijsten der laatste verkiezing, die aan
den oorlog vooraf ging, terwijl waar
borgen voor een vrije stemming ge
öischt zullen worden.
Herstel van een onafhankelijk
Serviö vereonigd met Montenegro.
Het herstel zal betaald worden uit
een internationaal fonds. Serviö zal
met Bulgarye en Griekenland vrUen
toegang hebben tot de zee te Salonikl.
Be Zuid-Slavische volkeren van
Oostonryii-Hougarye zullen over een
volledige vryheid onder economisch
opz icht beschikken en zullen vereenigd
worden in éan enkel bestuurJyk-
zelfstandig district. Omtrent Bulgarye
zal de Macedonische quaestie geregeld
worden in den zin van een stelsel
als in Oosteur. Hong. Van Oostoiyk
Macedonië tot aan de Vardar met
Bulgarye. Do Vardar wordt voor
Serviö de verbindingsweg met de zee.
Be vereeniging van al de Bulgaarscho
elementen met het moederland.
Oprichting van een vry en onaf-
hankelyk Polen met waarborgen voor
de economische ontwikkeling en
zelfbestuur der Joodtche en andere
minderheden.
De Poolsche districten in Oostenryk
en Duitschland zullen over oen zoo
groot mogelyke zelfstandigheid moe
ten beschikken. Territoriale zelf
standigheid der nationaliteiten in
Rusland in het kader van een federa
tieve republiek met waarborgen dor
rechten van de minderheden.
Onafhankelijkheid van Finland,
vereenigd met. de Russische republiek.
Oplossing van het Boheomsche pro
bleem in den zin van een vereeniging
der Tjschen, bewonende de aangren
zende districten in een federatieven
staat met Oostenrijk—Hongarye.
Omtrent de Italiaansche districten in
Oostenrijk, die niet aan Italië zouden
afgestaan worden, zal cultureele
vryheid moeten worden gelaten.
Politieke onafhankelykheid en econo
mische gelykheid van Ierland op de
wyze van Groot-Brittanniö.
Vriendgchappeiyke oplossing van
de quaeitie Noord-Sleeswyk dooreen
overeenkomst tusschen de belang
hebbende staten op de basis van een
grensrectiflcatie en na volksraad
pleging.
Territoriaal herstel van Turksch-
Roemeni! met waarborgen voor
verdere ontwikkeling.
Internationale oplossing van het
Joodsche vraagstuk op grond van
persooniyke zelfstandigheid in de
Russische districten, Oostenryk,
Roemenie en Polen, waar de Joden
in samengepakte massa's verbiyven
en bescherming van de Joodsche
kolonisatie in Palestina.
Plechtige verklaring.
Om aah den vrede bet karakter
van duurzaamheid te geven zullen
de betrokken partyen zich bereid
moeten verklaren den volkerenbond
te stichten op den grondslag van het
verplichte scheidsgerecht en de alge
meene ontwapening, met afschaffing
van eiken economiacben oorlog en
toepassing van parlementaire contrö'e
op de buitenlandscbo4>olitiek.
In een oproep aan bet slot wordt
aan de by de Internationale aange
sloten organisaties verzocht deze
voorstellen aan een onderzoek te
onderwerpen en het comité vóór 1
Dec. 1917 een gemotiveerd oordeel
te doen toekomen.
BINNENLAND.
Begrafenis lult. tar zee J. A. de Jongh.
Uit Amersfoort wordt aan het
Hbl. gemeld
Buitengewoon groot was het aantal
belangstellenden uit militaire kringen
ter zee en te land, die zich Zaterdag
hadden opgemaakt om de laatste eer
te bewyzen aan een wapsnbroeder,
gevallen by een poging tot redding
van een menschenleven. Aanwezig
waren o. m. de le luit. der cavalerie
H. I. B. T. B. von H6yden, ordon-
nance-offlcier van de Koningin, als
vertegenwoordiger van H. M., vice-
admiraal W. T. de Booy, chef der
afdeeling materieel van het departe
ment van Marine, als vertegenwoor
diger van den Minister van Marine,
de opperbevelhebber van land- en
zeemacht, generaal C. J. Snyders,
kapitein ter zee W. J. G. Umbgrove,
chef van den Marinestaf, vice admi
raal W. Naudin ten Cate, comman
dant van de Stelling Heldor, ver
tegenwoordigende die Stelling, kapi
tein-luitenant ter zee chef van den
staf der zeemacht J. J. H. Commljs,
Hellevoet8luis, vertegenwoordigende
de Stelling van de Monden der Maas
en der Schelde, luitenant t. z. le
klasse P. E. K. Ebbinge Wubben,
vertegenwoordigende de bezetting van
Terschelling, kapitein-luitenant t. z.
C. A. de Haes, commandant van Hr. Ms.
„Emma" met een deputatie van de
bemanning. Be bemanning van de
„Pangrango" was byoa voltallig aan
wezig, met den commandant luitenant
ter zee 2e klasse G. E. Le Rütte.
Het marine établissement te Amster
dam was vertegenwoordigd dooreen
deputatie, bestaande uit een officier,
drie onderofficieren en drie minderen.
Voorts merkten we op den waar-
nemenden garnizoenscommandant te
Amersfoort, luitenant kolonel G. J. H.
baron van Hardenbroek van Ammer-
stol, vertegenwoordigende het garni
zoen te Amersfoort, ritmeester L. C.
Beynen, vertegenwoordiger van kolo
nel Oesterman, commandant van het
Interneerings depot Zeist. Ook was
aanwezig een deputatie uit de ge
ïnterneerde Belgische officieren.
Aan het hoofd van den stoet, welke
onder leiding stond van luitenant
adjudant J. H. A. Heere, ging een
militair muziekcorps. Ais slippsndra
gera gingen ter weerszijden van den
koets de luitenants t. z. V3n den
Bosch, Von Kübn, Van Hengel en
Hancbrink, terwijl tien man van de
bemanning der „Pangrango" als dra
ger fungeerden.
Bedekt door de vaderlandacbe drie
kleur en een schat, van bloemen
werd op het kerkhof door matrozen
de kist grafwaarts gedragen. Aan de
groeve voerde, nadat het stoffeiyk
overschot was neergelaten met de
gebruikeiyke eerbewijzen en nadat
de vertegenwoordiger van de Ko
ningin een kruis van witte bloemen
op de kist bad neergelegd, allereerst
admiraal De Booy, vertegenwoordi
ger van den Minister van Marine,
het woord, die de beteekeaia van de
moedige daad van luitenant De Jongh
schetste eu den wensch uitsprak,
dat het feit dat üe nagedachtenis van
dezen held'zal blyven voortleven in
de harten van allen die tot de ma
rioe behooren, den treurenden ach-
terbiy venden tot trooït zal strekken.
Da opperbevelhebber, generaal Sny
dcra, zeide 'top prijs gesteld to heb
ben hier persoonlijk het woord te
kunnen voeren, teneinde de nage
dachtenis te huldigen van een held,
dien spreker tydens diens leven niet
had gekend, doch dien hyhadleeren
kennen in de daad welke hy zoo
manmoedig volbracht. Wy allen,
aldus de generaal, zyn trotsch op
dezen braven kameraad, zy dat ge
voel dan ook vermengd met diepen
weemoed. Ik hoop, dat de familie
troost moge vinden in de wetenschap,
dat de Konickiyke Marine aan de
nagedachtenis van De Jongh een
trotsche herinnering zal' bewaren.
De derde spreker was overste Sa
Haes. Na hem sprak luitenant Le
Rütte, die als jaargenoot en vriend
in gevoelvolle woorden kameraad De
Jongh schetste als vrfênd en als lief
hebbend echtgenoot.
Hierna volgde het nederleggen van
een groot aantal kransen door de
verschillende deputaties.
Daarna werden een groote massa
bloemstukken en kransen aangedra
gen, o.a. verscheidene bloemstukken
van officieren van zee- en landmacht,
van onderofficieren van de schepen
waarop do overledene had gediend,
van de korporaals en schepelingen
van de „Holland", de. „Emma", de
„Pangrangro", van de officieren van
het departement van Marine, het korps
adelborsten, van de zeevaartschool te
Ben Heldor, enz. enz.
Tot de minderen die een krans op
het graf neerlegden, behoorde ook de
geredde Do Blij, die diep geroerd was
en snikkend, het hoofd rustend op
den schouder vau een makker, wanke
lend het graf verliet.
Ten slotte voerde het woord ds.
Poort uit Ben Helder, die tot de
familie een troostwoord sprak.
Be vader van den verongelukte
dankte diep bewogen voor de bewyzen
van deelneming, speciaal de vertegen
woordigers van H. M. de Koningin,
den Minister van Marine en den
Opperbevelhebber van land- en zee
macht, generaal Snyders.
Het strooien van levende bloemen
in de groeve vormde het slot van
deze, op alle aanwezigen een ont
róerenden indruk makende plechtig
heid.
Nederland an Amerika.
In een telegram van den Washing-
tonachen correspondent van de
„Morning Post", dat in da Nederlarid-
sche bladen la opgenomen, wordt
beweerd, dat de Nederlandsche regee
ring halstarrig weigert eene schikking
aan te gaan nopens de in Amerikaan-
ache havens liggende Nederlandsche
schepen.
Het Corr. Bureau heefc zich naar
aanleiding van dit bericht tot het
ministerie vau Buitenlandsche Zaken
gericht, waar mon mededeelde, dat
deze voorstelling van zaken geheel
oDjuist is.
Van Nederlandschezyde zyn integen
deel by de Amerikaansche regeering
twee voorstellen aanhangig gemaakt,
om tot een schikking te komen. Het
eene betreft een verdeeling der thans
in Amerika liggende schepen met
hunne ladingen tusschen de Com-
mission for Relief in Bclgium en ons.
Het tweede stelt een regeling voor
de toekomst voor en beeft de strekking
een bepaald aantal schepen voor den
dlen&t van de Commission for Relief
beschikbaar te stellen.
Ofschoon deze voorstellen reeds
eenige maanden geleden aanhangig
zyn gemaakt, is ondanks het aan
dringen van onzen gezant en onze
delegatie in Amerika nimmer eenig
aDtwoord of een tegenvoorstel van
Amerikaansche zyde ontvangen.
Inbezitneming van goederen.
De minister van landbouw, nyver
heid eu handel beeft tot de burge
meesters dfrv. volgende circulaire
gericht
Het is ougetwyfeld ook aan uw
aandacht niet ontgaan, dat, naarmate
de economische moeilijkheden hier te
lande toenemen, de groep van per
sonen, die alle goedoren opkoopen,
waarvan op prysstyging gehoopt
wordt, grooter wordt.
Niet zelden ook veroorzaken deze
personen daardoor moedwillig een
tydeiyk gebrek aan bepaalde goederen
on daardoor eene onnoodige pryssty
ging. Zonder in ook maar één enkel
opzicht een nuttige tusschenschakel
in den handel te vormen, belemmeren
vorenbedoelde gelegenheidshandela-
ren in niet geringe mate een zoo
geregelde goederencirculatie als zy in
deze tyden nog mogeiyk zou zyn.
Het is dringend noodzakeiyk, ook
om de taak der regeering niet noode-
looa te verzwaren, dat met kracht
tegen dezen misstand wordt opge
treden.
Onder de grootere gemeenten zyn
er reeds met vrucht in die richting
werkzaam. Ik zou wenschen, dat in
alle gemeenten dat voorbeeld werd
gevolgd.
Op grond van het bepaalde in art. 4
der Distributiewet 1916, heb ik'der
halve de eer u op te dragen uw
bijzondere aandacht te wfiden aan den
opslag van goederen, welke niet in
overeenstemming is met eenreöelen
handel. Ik geef u voorts by deze een
last als bedoeld in art. 9,1ste lid der
Distributiewet 1916 om van den
voorraad van zoodanige goederen
onmiddeliyk opgave te vorderen van
dengene, die deze voor eigen
rekening, dan wel voor rekening vaii
derden onder zich heeft, en om
deze goederen vervolgens overeen
komstig bet 2de lid van vorengenoemd
wetsvoorschrift in bezit te nemen.
Ik zal gaarne van iedere inbezit
neming onverwyid mededeeling ont
vangen, ouder opgave voorts, of u het
wenschelyk acht, dat de betreffende
goederen in uw gemeente zullen
blyven. Met uw wenachen zal zooveel
mogeiyk rekening worden gehouden
en in elk geval zullen u ten spoedigste
instructies omtrent de bestemming
van die goederen en de aangewezen
schatters worden gezonden. Voor
zoover u goederen voor de getaxeerde
waarde niet in uw gemeente wenscht
te distribueeren, zullen deze in elk
geval van rykswege worden opge
nomen.
U zoude voorts wellicht aanleiding
kunnen vinden uw gemeentenaren
aan te sporen in de gewenBchte
richting mede te werken, door u mede-
deeling te doen van hun blijkende
onregelmatigen opslag van goederen.
Zy zouden tot dat doel kunnen worden
gewezen op het feit, dat voor het
goedgezinde gedeelte de bevolking de
bealaanamoeilykheden ernstig en on-
noodig worden verzwaard door de
gewetenlooze praktyken van bnkelen.
(„Sf.ct.")
Stoomtrsllsr» opgebracht?
Te IJmuiden vreest men, dat eenige
8toomtreilers, die over tyd zyn, naar
Engeland zyn opgebracht. Het motief
voor het opbrengen zou zyu, dat het
grootste deel der vangsten (grootere
soorten achelvisch, kabeljauw, enz.)
naar Duitschland wordt uitgevoerd.
Brand op do Marlnowarf
ta Amsterdam.
Zaterdagavond omstreeks halfzts
werd de Amsterdamscbe brandweer
gealameord voor een brand op de
Marinewerf.
Het bleek, dat brand was uitge
broken in een der gebouwen van de
oude marinewerf naait de Mariniers-
kazerne, in gebruik by de artillerie-
inrichtingen. De werklieden waren
om 3 uur vertrokken, maar om
half zes, juist toen de dagportier werd
afgelost, kwam een der werklieden
zich by den portier melden. Hy bad
zyn huissleutel laten liggen. De
nachtportier ging volgens voorschrift
met dien man mede naar de draaiory,
toen hy waarnam, dat door de boven
vensters vlammen schenen. De por-
was zoo verstandig niet op bet
'oluschmateriaal der inrichting te ver
trouwen, maar onmiddeiyk dedicht-
byzyndo brandschel af te trekken.
Het vuur, dat ontstaan was in een
verfhok, waar zich ook eenige vaten
zwartsel bevonden, had al flink door
gevreten, want een der zwarte hou
ten pilaren, die den kap van het
gebouw stutten, was al voor een
groot gedeelte aan de onderzijde ver
koold. Geholpen door een paar mari
niers moeBten de brandweermannen
eerst nog eenige stapels kostbare
granaathulzen op zijde sleepen.
Anderhalf uur na het uitbreken van
dezen .brand in een belangrijk
munitiebedryf waren een opzichter
en de korporaal der mariniers de
hoogste autoriteiten, die van de zyde
der artillerie inrichtingen aanwezig
waren, waarvan dan de korporaal
nog uit de vlakbyzynde kazerne ge-
requireerd was.
Om zeven uur smeulde hier en
daar nog een stukje hout. De brand
had gelukkig geen grooten omvang
genomen. Het zag er wel heel ge
vaarlijk uit in die groote holle zaal,
met zyn stapels granaathulzen, maar
ze waren allen ongevuld. Had de
werkman niet toevallig zyn sleutel
vergeten, dan zou de brand eerst na
zes uur zyn ontdekt, want op dat
tydstip vangt de nachtportier zyn
ronde aan.
Van de oorzaak kan nog weinig
vastgesteld worden.
QemaantalIJka wasch-lnrlchtlng.
Te Vlissingen wordt van gemeen
tewege een gebouw ingericht, waar
de vrouwen hun waach kunnen
komen doen, en waar tevens warm
water verkrijgbaar wordt gesteld.
Open brief aen President Wilson.
In het weekblad „Do Amsterdam
mer" is opgenomen de volgdende open
brief van den heer C. J. K. van Aalst
aan President Wilson
Ongetwyfeld beginnen de verhou
dingen tusschen de Vereenigde Staten
en Nederland eenigszins minder aan
genaam te worden.
Van onzen kant bezien, Is dit zeer
zacht uitgedrukt.
Verontschuldig my als ik zeg, dat
wy het gevoel heb'oen alsof uwe re
geering ons den voet op den nek zet
zonder het toonen van eenige consi
deratie, eeu voet, in een laars ge
stoken, welke even zwaar en even
pynfijk weet te trappen als die andere
ry laars, die ten uwent niet lang ge
leden op zulk een strenge wyze werd
becritiseerd.
Ik zou het niet wagen zoo 7rij-uit
te spreken, als ik niet steeds een
vriend geweest was, wat ik nog
ben, van uwe natie en van uw
ras. Daarom voel ik my gerechtigd
om u onomwonden myn meening
kenbaar te maken, en ik kan niet
gelooven, dat het Amerikaansche oor
doof zou biyken voor myne opmer
kingen.
Amerika tracht ons tot rede te
brengen, niet met behulp vau argu
menten of met vriendelyken aandrang,
dochdoor het afsnyden van onzen
toevoer. Het houdt onze schepen vast
door de bunkerkolen te weigeren, die
het overigens beat missen kon. Gy
belet ons in aanraking te blyven
met onze koloniön, die toch de voor
naamste bronnen behooren van ons
nationale leven.
Vindt u dit werkeiyk biliyk Komt
dit niet dicht by hetzelfde systeem
van macht boven recht, dat door de
tradities van uw la:d, uw volk en
uw geschiedenis zoo vurig werd ge
wraakt
Eenige duizenden ton levensmidde
len en veevoeder door onze Regeering
gekocht en betaald, maar opgehouden
in uwe havens, waren bestemd voor
ons volk en voor ons volk alleen. Zy
waren geconsigneerd aan onze Re
geering op condities van de Overzee
TruBt maatachappy. En zy vormt
slechts een deel van de hoeveelheid,
welke schriftelijk overeen gekomen
was met het Britsche Gouvernement.
Deze overeenkomst werd aangegaan
langen tyd vóórdat u land party koos
voor de geallieerden.
Onze distributie-bureaux en onze
huisvaders hebben zich op dit con
tract verlaten ten behoeve van hen,
die aan hun zorg zyn toevertrouwd.
Door het optreden van de Regeering
der Vereenigde Staten heeft deze
overeenkomst in het oog van vele
Nederlanders feiteiyk de waarde ver
kregen van„een vodje papier".
Niemand in Nederland bad van
uwen kant zulk een politiek van
„vreesaaDjaglng" ten opzichte van
een klein volk verwacht.
Immers, hoe anders 't te noemen,
waar u door het vasthouden van
onze schepen en het afsnyden der
verbinding met onze koloniale bezit
tingen in de rentten treedt van een
vreedzame en onschuldige natie,
welke aan hare aanspraken geen
klem kan byzetten door kracht van
wapenen, doch die niettemin de eer
biediging dier rechten met klem durft
eischen.
Wy denken er niet aan om onze
atoombooten en onze goederen aan
te wenden tegen de zaak, die gy
voorstaat.
Maar daar wy een zeevarend en
koloDiaal volk zyn, voelen wy het
als een ondraaglyken en o verdienden
boon, dat onze toch al zoo geringe
vryheid belemmerd wordt door een
land als het Uwe, met geen andere
bedoeling dan ons door overmacht
te dwingen om te doenwat?
Om er mee op te houden Duitsch
land van levensmiddelen te voorzien!
Waarde President, laat my deze dwa
ling even rechtzetten. Het is een
belachelijke veronderstelling, dat wy
Duitschland zouden voeden I
Gesteld zelfs dat wy wenschen dit
te doen, dan zouden wy het niet
kunnen. Onze gansch» uitvoer ia nog
niet in staat ook maar langer dan
enkele dagen in de behoeften van
Duitschland te voorzien.
De nuchtere waarheid is dat Neder
land om te kunnen bestaan, lang
zamerhand geworden en gebleven is
een land van invoer. Byna al onze
noodzakeiykste levensbehoeften moe
ten van buiten betrokken worden.
Het zou de totale ineenstorting van
ons nationale bestaan beduiden, als
wy het daar zonder stellen moesten.
En begrypt Gy nu niet, dat wy
een onontbeeriyk deel van dezen In
voer slechts kunnen gaande houden
door een zekere mate van unvoar
daartegenover te plaatsen, die. luttel
en onbeteekenend in vergelymet
wat groote naties noodig hebben,
voor een land als het onze oeD aller-
belangrykst ruilmiddel verschaft? Wy
streven er ateeds naar, deze ruiling
naar beide zyden te doen plaats
nebben.
Ik open baar hiermede meteen welke
onze kwetsbare plekken zyn. Het.
wars nutteloos ze to verbergen. Zo
zyn trouwens van algemeene bekend-
acid. Van alle kanten hoeft men er
ook gebruik van gemaakt.
Gy zelf zyt bezig dit te doen.
Gy, die, vergun my het te zoggen,
in 4e laatste plaats daaraan gedacht
moest hebben.
Zie hier een kleine natie in groote
verlegenheid.
Past het nu het Amerikaansche
volk haar aan haar lot overtelateD,
misbruik van haar te maken, haar
onnoodig te dry ven tot een staat van
verslagenheid
Laat my U mogen herinneren aan
een-ander volk, dat destyda klein
was en groote behoefte had aan steun;
dat rilde onder de bedreiging van
een der sterkste koninkrykeu van die
eeuw; dat nochtans zyn aanspraken
deed gelden op recht, vryheid en
onafhankeiykheid.
Een van de eersten, die dat kleine
volk in zyne moeielyke dagen de'
hand der vriendschap bood, was een
republiek in Europa, waar de ooaf-
haokeiykheid der kleinen immer be
schouwd was geworden als een heilig
goed.
In dit land was het, dat het hulp
geroep der „opstandelingen" het harte
lijkst werd beantwoord. Van dat land
uit werd de sympathie voor hun zaak
door middel van boek en geschrift
over geheel Europa opgewekt; dat
land was 't, hetwelk met gereede
hand stoffelyken steun bood.
Is het noodig, dat ik u nog verdore
byzonderheden in het geheugen terug
roep van de wyze, waarop Nederland
zich schaarde aan de zyde der Amo
rikaanscho revolutionnairen, totn uw
volk volgens den loop van het men-
schelyk gebeuren zich de erkenning
trachtte te veroveren voor zyne
souverelne rechten van zelfstandig
heid en vrijheid?
De anti Amerikaansche „Tory"
kwam byna niet voor in de Nieuw-
Nederlandsche Staten, die gevormd
waren door een volk van Nederland-
schen oorsprong.
Toen de verklaring van onafhan
keiykheid geteekend was, namen
vele Nederlandsche officieren dienst
in uw leger.
De forten aan de Hudson-rivier
werden geconstrueerd door een Ne-
derlandsch Ingenieur, die een groot
vriend was van George Washington.
Reeds In 1777 werd te Amsterdam
een oorlogsschip gebouwd voor de
nieuwe natie.
Haar vlag werd het eerst door
Nederland, met saluut begroet bij
St. Euatatius.
In -1782 werd John Adarr- door
de Staten Generaal In Den Haag als
afgezant van het Noord-Amerikaan-
ache Congres ontvangen, waarmede
Holland, tegeiyk Frankrijk, voor het
eerst de Vereenigde Staten officieel
In Europa err :nden.
Het waren de Amsterdamscbe
bankiers, die boognoodzakelyke ko
ningen aan de strijdende kolonisten
verstrekken.
Da namen van Frankltr, Trumbull
en Adams verkregen in Holland een
populalren klank, terwijl Van der
Capellen, Calkoon eu anderen zich
als vurige voorstander h «andeAme
rlkaaascbe zaak d» den kennen.
Slechts enkele jaren gsleden, In
1911, werd door uwe landgenooton
een gedenkplaat aangebracht in het
gebouw te Den Haag, dat eens het
eerste gezantschapsgebouw van do
Vereenigde Staten was. Hot opschrift
luidt
„Ten teeken van de meer dan
„driehonderdjarige, hechte vriend-
„scbap en de groote e kenteiykneid
„van bet volk der Vereenigd- 5:a-
„ten van Amerika Jegeus Neder
land."
Ik'bied u deze feiten niet aan als
een wissel.
Maar stellig mag Ik er grootor
waarde aan toekennon dan van een
louter curiosum.
Ik grond daarop onze aanspraak
op rechtvaardigheid, billijkheid on
trouwhartigheid, een beroep op wel
willendheid en-het aflaten van dwang.
Het zal u zeer zeker gemakkeiyk
vallen een redeiyker houding tegen
over Nederland aan te nemen. Ook
zal bet niet moeiiyk zyn uwe bond
genooten van do noodzakelykheid
daarvan te overtuigen.
Onder de herinneringen, die ik heb
opgehaald, is er een, die ons verhaalt
hoe gedurende uwen Oorlog van 1812
de stad Baltimore in nijpenden voe-
dingsnood verkeerde.
Een Hollander, Klaas Taan ge-
heeten, brak de Britsche blokkade
en kwam de burgers te hulp met
een aantal Nederlandsche graan
schepen.
Zyn nu de Vereenigde Staten van
zins het tegenovergestelde te bereiken
en het Nederlandsche volk voor zich
neer trachten te doen buigen door
een wreed stelsel van uithongeren
en ellende?
Dit stelsel zou zeker niet slagen I
Voor ona zou het slechts beteekenon
een voorbygaande slag van het nood
lot, voor u echtereen eeuwige
onrechtvaardigheid.
Ik houd vol evenwel, dat men niet
behoort het te beproeven.
Waar wy op aanepraak maken
is... een billijke politiek.
Ik verbiyf, mynheer de President,
met de meeste hoogachting,
Uw dw.,
16 Oetober 1917. j VahvA'axst.