HELDERSCHE COURANT No. 8138 ZATERDAG 8 SEPTEMBER 1819 «Te JAARGANG ReOaolMur-UltaoVT i C. *>E BOEI»Jr„H«klBr^^ OLitaqu7QOO^x.«bonnomgnMprlj»in do «lid t t.15, per pn»l 1 1.40. Buitenland I 2.40. - Long M. 3 ot. Advertentie,. per regel 17' ot. HET NIEUWE UIT8REI0INGSPLAN DER GEMEENTE HELDER. Qh/U<« Oud pl^n. Het nieuwe plen. Toen de Woningwet op 1 Auguatuq 1902 in werking trad, stonden de. ge* i uieentebesturen in meer dan één op zicht voor groote moeilijkheden. In de meeste gemeenten was het bouwtoezicht nauwelijks of zeer en-, voldoende geregeld; ee* ,,woonveror; dening" kende men vrijwel nergens. Het vaststellen van de door de wet geëischte verordeningen bracht du^ groote moeilijkheden mede. Niet op eenmaal was het mogelijk de regejep te vinden, welke eenerzijds de solidi teit van den bouw, de eischen dei; volksgezondheid en die der indivi dueels hygiene genoegzaam recht lie ten wedervaren, aan den anderen kantj de vrijheid van bouwondernemers ep architecten niet meer dan noodig aan banden legden. Ip,alle gemeenten, waar men met de door de woningwet aan de gemeentebesturen opgelegde verplich tingen ernst maakte, zijn de bouwver ordeningen meermalen herzien en tel kens opnieuw doet zich de bcheefte, aan weer apdere aanvullingenca» wij zigingen gevoeleg. In de iaatste. jaren, treedt daarbij vooral het 6treves op den voorgrond om niet alleen op de af zonderlijke gebouwen te letten, ook op de beteekenis, die zij voor het standbeeld hebben; naast de factorerq van praktisch nut treden die van, schoonheid en welstand, op den voor grond. Van de besturen der gemeenten van. 10.000 en meer inwoners eischte de. Woningwet nog meer. Hun werd de,j verplichting opgelegd om een Man van' uitbreiding vast le stellen, dat de gron- den zou hebben.aan te wijzen, die in de. naaste toekomst voor den aanleg van straten, grachten en pleinen warea be stemd. Nog minder dan van het regelen der bebouwing zelve hadden de gemeente besturen on haar technische raadslie den ervaring ten aanzien van de twee de taak, welke de Woningwet hun op. de schouders legde. Zijdelings hadden zij op de verkaveling van bouwterrei-, nen nog wel invloed kunnen doen gel den, maar in de meeste gevallen was, dat het werk der bouwondernemers ge weest, die daarbij in hoofdzaak hun, eigen voordeel in het oog hielden. Geen wonder, dat de uitbreidings plannen in vele gemeenten niet wer den, wat zij volgens lqter inzicht had den kunnen en moeten zijn. Vooral van een innig verband tusschen bouw ver-, ordening en uitbreidingsplan, uitvloei sel van het begrip, dat het gemeente bestuur door deze beide te zamen den, stadsuitleg in goede banen leiden moet, kwam aanvankelijk dikwijls bitter weinig terecht. Wij herinneren ons uit de eerste jaren na de invoering der, woningwet een uitbreidingsplan van een onmiddellijk aan een van onze groote steden grenzende gemeente. Over het geheele grondgebied, ook over wei- en bouwlanden, die naar alle waarschijnlijkheid nog wel een 50 .ia- ren wei- en bouwland zullen blijven, waren stralen en wogen getraceerd, maar waarborgen, dat de bebouwing onder de rook der groote stad ook aan de eischen van toekomstige stadswij ken voldeed (waarborgen, die men door do voorschriften der bouwverordening in verband met liet uitbreidingeplap had kunnen geven) bleven ontbreken. Men kan er, dit overwegende, zich nauwelijks over verwonderen, dat hef, gemeentebestuur van Helder zich des tijds over de vraag, boe men eeu zof goed mogelijk plan van uitbreiding zeu krijgen, het hoofd niet brak en de op dracht tot zijn samenstelling automa tisch aan den Gemeentebouwnieestey verleende, niet onwaarschijnlijk zelfs zonder te onderzoeken of zijn andere werk hem wel tijd en gelegenheidlie^ «m zich ten volle aan een dergelijke eenige stadsdeel, dat aesthetisch een I eonigszius bevredigend geheel vormt, het tuindorp, is gesticht op gronden, waarvoor het uitbreidingsplan geen verkaveling aangaf. De woniugwot schrijft voor, dal het plan van uitbreiding ten minste een- ivangrijke taak te wijden. En men maal in de tien jaren moet worden her kan slechts lof hebben voor den amb tenaar, die deze opdracht eenvoudig weg aanvaardde en haar naar zijn beste inzicht vervulde, ook al is men er dankbaar voor, dat zijn werk in hoofdzaak niet tot uitvoering is ge komen. Van een innig verband tusschen bouwverordening en uitbreidingsplan, zóó, dat dit laatste niet alleen toekom stige straten en pleinen aanwees, maar een volledig beeld gaf van hetgeen de nieuwe stadswijken eenmaal zouden moeten zijn, was geen sprake. Het uitbreidigsplan (op de Nieuwe Kaart der gemcontc Helder, uitgave van J. G. Duinker en C. de Boer Jr., is het mot stippellijnen aangegeven) was in hoofdzaak een schema, dat zich zeer nauw aansloot bij de uitbreiding der zien. Zoo was in de jaren, waarin het ge meentebestuur aan vorgrootiug vau het gemeentelijk grondbezit aandacht schenken ging, tevens de tijd voor her ziening van het uitbreidingsplan ge komen. Deze herziening kon worden het ont werpen en vaststellen van een geheel nieuw plan. Nieuwere inzichten omtrent doel en omvang der gemeentelijke bemoeiing met stadsuitbreiding en volkshuisves ting hadden zich geleidelijk baan ge broken en do omstandigheid, dat een vrij belangrijk deel der in het uitbrei dingsplan vallende gronden aan de ge- dat thans wel, en het; is ongetwijfeld van groote waarde, dat daardoor dé aanleg van het Kanaal een dubbele be- toekenis heeft gekregen. Het is nu niet moer uitsluitend een middel om de ver vuiling van het Heldersche Kanaal te bestrijden, zijn aanleg beteekent tevens een eerste en belangrijke stap voor het ontstaan vun een geheel nieuwe stads? wijk. Een geheel nieuwe stadswijk: geou voortzetting van den smakeloo- zen, dorren aanleg der onmiddellijk aangrenzende gedeelten der stad. maar een volgens geheel andere beginselen ontworpen stadsgedeelte, dat, naar wij hopen, eenmaal een geheel eigen ka rakter drugen zal. Het spuikanaal heeft een gebogen richting gekregen-, aan beide zijden komt nieuwe bebouwing, de bebouwing aan de Noordzijde sluit tegelijkertijd hot uitzicht op den Ouden Heldor af. Door do voornaamste struten. Laan, Breestraat, Middenstraat en I.ange- uieeute in eigendom was overgegaan, sraat, was de begrenzing der bouw- had tengevolge, dat bij oen vrij opge- jZOt plan aan veel minder persoonlijke gemeente, zooals die. ook zonder uit- 'belangetjes werd geraakt, dan vroeger breidingsplan, in den loop der jaren wel liet geval geweest zou zijn. zich voltrokken had. Eén klein ge- De overwoging, dat bij oen bolioor- doelte ervan beelden wij hierbij af, n.1. het; deel benoorden den Polderweg. J I Men ziet daarop dezelfde kleine, voor het meerendeel rechthoekige bouw blokken, die b.v. het stadsgedeelte tus schen Slnisdijkstraat en Parallelweg of den nieuwereu aanleg tusschen Polder weg en Kerkgracht. zoo hopeloos een- toonig maken. Op korten afstand van den Polderweg en daaraan evenwijdig, dus zonder eenige beteekenis als toe komstige verkeersweg is een vrij smalle straat geprojecteerd en niet minder dan negen evenwijdige straten staan daur loodrecht op. Het gedeelte, dat wij afbeelden, bevat niet minder dan drie en veertig bouwblokken. Dit alles neemt niet weg, dat het plan ongetwijfeld goede gedachten bevat, (o.m. de doortrekking van de Laan) en dit is zeker niet zonder botoekenis dat inon voor zijn feilen don ont werper ervan zeker niet geheel aan sprakelijk mag stellen. Wij weten uit den aard der zaak niet, wat destijds tusschen het gemeentebestuur en zijn ambtenaar verhandeld is, maur de Hel dersche mentaliteit uit die dagen ken- lijke uitbreiding van hot marinestation Helder ook het, Rijksbelang in aanzien lijke mate botrokken kon zijn, was aanleiding, dat de Minister van Bin- nenlandsche Zaken desgevraagd uun den Inspecteur der Volksgezondheid voor Zuid-llolland en Zeeland, den ar chitect W. van Boven, machtiging gaf een opdracht tot het ontwerpen van dit plan te aanvaarden. En zoo had de gemeente hot geluk, dat het maken vau het nieuwe uitbreidingsplan kon worden toevertrouwd aan ee der aller eerste deskundigen op dit gebied, aan een man, die voor deze moeilijke taak bij uitstek was aangewezen. Want de omstandigheid, dat onze stad binnen de verbindingslinie der forten ligt boknold, en dat het spoor wegemplacement als een wig in de be bouwing dringt, maakt het ontwerpen van oen goed uitbreidingsplan voor dc gemeente Helder eeu zeer lastige op gave. Nu de gemeenteraad het tweede ge deelte van dit plan heeft vastgesteld, is het tijd, daaraan eenige aandacht te ;henken. blokken aangegeven. Van den K.-iuaal- weg komt zoo een prachtige verbin ding met Huisduinen tot stand, een verbinding, die vooral als het. auto- mobiolverkeor zich binnen onze stad wat meer ontwikkelt, van groote beteo- konis worden kan; hot. begin vun een ideaalverbindiug tusschen Helder en Huisduinen, wanneer eenmaal de Huis- duinerwog verbeterd en over de ge heele lengte beplant zal zijn. Evenmin als de straten van den Ouden Helder zijn de straten achter den Polderweg, de zooheldenstraten, in den nieuwen aanleg verlengd ge dacht. Echter zal men niet op de dood- sche zijgevels het uitzicht behouden: een kleine verlenging van de bestaan de bouwblokken is ontworpen, waar door een behoorlijke acsthetische sluiting naar de zijde van den nieuwen aanleg mogelijk wordt. Een naast het Kantongerecht beginnende en op den Polderweg uitmondende straat verze kert dat deze reeds bestaande straten zonder dat zij verder verlengd worden, toch niet van het verkeer uitgesloten 1 zullen zijn. l Do gedachte aan verlenging Laan is vastgehouden, echter niet als een bijna recht doorloopende waarin de zeewind vrij spel zou heb ben, maar meer in de richting van den Een klein gedeelte ervan beelden watertoren afbuigende. nonde, durven wij met vrij groote stel- wij ook hierbij af. Het betroft helzelf- Komt deze tweede straat van liet ligheid beweren, dat een veel beter plan, zoo hot hem ter goedkeuring was aangeboden, door den gemeenteraad niet bekrachtigd zou zijn. Wat, is toch in de eerste plaats noodig om den ont werper van oen uitbreidingsplan de stadsgedeelte, waarvan wij ook het oude uitbreidingsplan reproduceerden. Van het verschil tusschen hot oude en liet nieuwe uitbreidingsplan kan men zich al dadelijk een indruk vormen bij de beschouwing van de hierboven afge- staat te stellen een inderdaad goed plan drukte schetsen. te maken? Dit; dat hij zijn plan kan J Eén omstandigheid is den ontwor- opzetten, zonder zich in een enkel op- per van het nieuwe plan voordoelig te storen aan de geheel willekeu rige en 6telsellooze wijze, waarop liet gemeentelijk grondgebied over een groot, aantal eigenaren is verdeeld. Het. oude plan is oen plan, waarbij in belangrijke mate op het beloop der eigendomsgrenzon is gelet; wij durven beweren, dat een ander plan, waarbij geweest; het feit, dat het graven van het spuikanaal in de oorlogsjaren was uitgesteld. Was hot volgens hot oorspronkelijke plan gegraven, dan had het ongevoer de richting gehad van de op liet. oude plan aangegeven scheidingssloot, on middellijk achter de bebouwing van dil uiel zöu~zïjn gecshied. destijds zeer den „Ouden Helder, bezwaarlijk de instemming van het ge- Het was dan vrijwel recht geweest, meentebostuur zou hebben verworven, met slechts aan den eenen kant een en dat dus de ontwerper van een der- weg en nieuwe bebouwing, aan den an- gelijk plan d e s t ij d s zou hebben er- deren kan een grasberm en uitzicht op varen, dat het betere de vijand van het de achtererven en steegjes van den ^oede kan zijn. j Ouden Helder. Een hoofdader van het Intusachen heeft het bestaan van het uitbreidingsplan, van groote aestheti i v00r de ontwikkeling der ge- I sche waarde had het spuikanaal dan ineènte weinig beteekenis gehad. Het bezwaarlijk kunnen worden. Het wordt nieuwe uitbreidingsplan tot stand, dan bestaat roeds voor een niet onaanzien lijke vermeerdering van het aantal wo ningen, in onmiddellijk verband mot do bestaande verbouwing, gelegenheid. De Polderweg is aanzienlijk ver breed. godacht en zal met de wegen langs het spuikanaal een hoofdader het verkeer kunnen worden. Van deze grondslagen uit ontwikkelt het plan zich verder logisch: moeilijke vraagstukkeih b.v. het verkrijgen een behoorlijk verband tusschen don eigenaardigen aanleg van het Tuindorp er. het verdere stratenplan, zijn op dik wijls verrassende wijze opgelost. Wij kunnen dit zonder teekeuingen niet alles toelichten- Wie er belang in stelt neme ten raadhuize van de ont werpen zelve inzage. Een buitengewoon goede gedachte vinden wij liet, om niet onmiddellijk langs de Verbindingslinie een weg te trekken, maar daar plantsoen te ont werpen, welk plantsoen in den vier hoek tusschen de Linie, Alkmaarder- weg en Huisduinerweg het karukter krijgt, van een zeer bescheiden park. Men moet nu niet vragen, hoeveel ja ren het duren zal, dat hier iets van terecht komt. Men mag leven in de verwachting, dat eenmaal ook de ves ting Helder ontmanteld worden zal en dat eeu verlicht Rijksbestuur de gron- wateren van forten en liniën aan het Gemeentebestuur zal afstaan. Dan komt de mogelijkheid om het dorre den Helder in te sluiten door èen gor del vun groen. Verstandig handelt het Gemeentebestuur, dat reeds lange ja- an te voren door den opzet van zijn eigen plannen aantoont, wat het in dit opzicht van het Rijk verwacht. Buiten dezen grooteren plantsoen- aanleg zijn in het plan verscheidene als plantsoen aan te leggen pleinen uitgespaard, terwijl op een vrij groot aantal plaatsen een kleine verbree ding van de straat gelegenheid zal ge ven tot het planten van enkele hoo rnen of het aanbrengen van een strook gras mot heesterbeplanting. Wal der gelijke kleine stukjes groen ii stadsbeeld kunnen beteekenen, hoeveel zij het voorkomen der stad vorvroo- lijkon kunnen, moot. een ieder opvallen, die do boplauting ziet op de Kerkgracht het Weeshuis, het gebouw van Gemeentewerken en het Katongerecht. Van de gedachten van den ontwer- por geeft het stratenplan, waarvan wij hierboven een klein gedeelte afbeelden, slechts een flauwen indruk. Daarvoor moot men eigenlijk zien dc groote bebouwingsteekoning. die bij het plan behoort en waarvan wij tot onzen spijt geen reproductip kun- in geven. Daarop ziet men, hoe do ontwerper zich de groote bouwblokken in bouw- pevcoolen verdeeld dacht, hoe hij zich voorstelde, dat de plaatsing der gebou wen, zoo ten opzichte van elkaar als ten opzichte van de openbare wegen zal zijn, waar bij zich voorstelde, dal groote openbare gebouwen zouden ko en waar hij arbeiderswoningen gesticht zou willen zien. Eerst daar door gaat hot plan leven. Toch moet; men hierbij voor een mis vatting waken. Het is n.1. niet juist, dat mot de vaststelling vun het uit breidingsplan ook is uitgemaaktdat de bebouwing noodzakelijk worden moet, zooals deze tcekening haar aan geeft; dat op terrein, waar de ontwer per ecu raadhuis zag, ook een raad huis zal komen te staan, dat dc plaats, waar hij een ziekenhuis toekende, noodzakelijk voor ziekenhuis bestemd moet worden, dat waar hij een dubbel huis aangaf, goon onkel huis zal mo gen worden gezet, euz. Het stratenplan ligt vast. Bij het ont werpen van dit strutenplon moest de architect rekening houden met de groote openbare gebouwen, die binnen het tijdvak, waarvoor het plan is be stemd, waarschijnlijk gesticht zullen worden en moest hij zich, van hoeveel belang is dut niet bij bet vaststellen der breodte vau de straton, de geheele toekomstige bebouwing voor oogen stellen. Maar de bijzonderheden der bebouwing, evenals de geheele uitvoe ring vun het plan zijn met zijn vast stelling niet tevens onverunderlijk vastgelegd: voor een groot deel zijn deze zaak der toekomst. Voor een groot d,eel. niet geheel en al. Door de breedte der straten, de diepto der ontworpen bouwblokken en andere bijzonderheden, wordt, op aard en wijze der toekomstige bebouwing wel degelijk eenigermate vooruit ge- loopèn. Dat moet. Want het plan van uitbreiding, goed opgevat, is niet alleen een plan van straten, grachten en pleinen, het is, wij zeiden het reeds, veel meer dan dat. Daarom moet wol in verband met het uitbreidingsplan worden aangegeven, waar grootere, en waar kleinere hui zen zullen moeten komen, waar dc hui zen aaneen mogen sluiten, op rijen staan, en waar z.g. open bebouwing verplicht zal wezen, d.w.z., waar niet meer dan een beperkt aantal huizen aaneen gebouwd zullen mogen worden en waar tusschen elk paar bouwblok ken een bepaalde ruimte opengeluton worden moei. Het i6 de taak der bouwverordening, desgewenscht van een afzondorlijke verordening, om hieromtrent nadere voorschriften to geven. Daarom moe ten, zooals wij boven reeds opmerkten, uitbreidingsplan én bouwverordening onmiddellijk met elkaar samenhangen, feitelijk één zijn. Volgens het ontwerp nu, zal een gordel van open bebouwing zieli uit strekken van het kanaal langs den Alkmaarderweg (lmt ontworpen parkje) langs de Linie tot. voorbij den Middenweg en vandaar naar den Pol derweg. bij den spoorwegovergang. De hiervoor bestemde bouwblokken, de gronden langs het kanaal en de terrei nen lang6 den verbreedou Polderweg- zullen ruimschoots gelegenheid bieden voor de stichting van een aantal groo tere woningen. Voor woningbouw voor officieren zou hier een uitge zochte gelegenheid zijn. De vraag kan rijzen, of tegen het ontworpen plan geen bezwaren aan te voeren zijn. Ongetwijfeld zijn zij er. Geen werk is feilloos en bij de vervul ling van een zóó moeilijke opgave krijgt men uit den aard der zaak niet een oplossing, die voor geen enkele verbetering meer vatbaar zou zijn. i Op een enkel bezwaar, dat men kun aanvoeren, willen wij de aandacht ves tigen: het bezwaar van de grootte der bouwblokken met het gevolg, dut op een bepaalde oppervlakte minder hui zen worden gesticht, dun bij een an dere oplossing wel mogelijk zou zijn. Het aantal bouwblokken volgens het nieuwe plan is minder dan half zoo groot dan volgens het oudet Hierte* genover moet in de eerste plaats ge wezen worden op de zeer groote hy giënische beteekenis vau een ruimen bouw. Bovendien zijn tegenover de totale stichtingskosteu van een wo ning, vooral bij de zoo enorm gestel gen materiaal-prijzen, de uitguven voor den grond van ondergeschikte be teekenis. De kosten van bestrating en rioleering en later die van onderhoud der bestrating en van straatreiniging worden belangrijk geringer. Rationeel® aanleg van gas-, water- on eleotrici? teitsgeleidingen wordt veel gemakkei lijker uitvoerbaar. Indien de gemeente baar bouwterreinen op aannemelijke voorwaarden in erfpacht gaat uitge ven wordt dit bezwaar, indien liet bij do huidige prijsverhoudingen nog zou kunnen gelden, o. i. wel van zeer om dergeschikte beteekenis. dingsplan nog heel veel op te merken. Wij besluiten echter ouze beschou wingen. De vaststelling van het plan is een gelukwensch waard: een gelukwenscli aan het gemeentebestuur en een ge lukwensch aan den ontwerper. Is men nu klaar, nu men een goed plan van uitbreiding heeft? Er is, het behoeft na het boven staande feitelijk geen betoog meer, nog heel veel te doen. De bouw- en woonverordening zal, zoo mogelijk in overleg met den ont werper van het uitbreidingsplan, moe ten worden aangevuld of, wat waar schijnlijk het beste is, geheel herzien." Dc wijze van exploitatie van het ge meentelijk grondbezit moet geregeld worden. En dan moet met de ten uit voerlegging van het uitbreidingsplan zelf een aanvang worden gemaakt. liet. is eigenaardig, dat. toen hot oude uitbreidingsplan gereed was. men' het heeft opgeborgen en het Gemeente bestuur zelf geen vinger heeft uitgc-' stoken, om hot werkelijkheid te doen' worden. Wil men, dat er van liet. nieu we plan iets terecht komt, dan moot] men ook in dit opzicht andere wogen' op. Men zal niet langer kunnen wach ten tot een bouwondernemer met zijn plannen komt. om dan hem te verplich ten de kosten vau den etraataauleg te dragen. Ee gemeente zelve zal moeten beginnen met de voor bebouwing aan gewezen gronden voor bebouwing ge schikt te maken." Slechts daardoor wordt een stelselmutige uitvoe ring van het uitbreidingsplan verze kerd en worden op den duur uitgaven bespaard, die op het oogonblik, vraarop zij worden gedaan, slecht9 zeer deele rendabel zijn. (B.v. het leggen van gas- en waterleidingen van betrek kelijk groote lengte met slechts licol aan het eind een eenigszins beduidend getal aansluitingen; Tuiudorp.) Het bericht, dat de nieuw le bouwen school in het nieuwe uitbreidingsplan, achter het Kautongeroclit zal komen, geeft grond voor de onderstelling, dat hetgemeentebestuur den o.i. eenig juisten weg op wil. Maar dan is vóór alles noodig. dat de band met den ontwerper van plan niet ontijdig wordt verbroken. Het plan moet groeien! Wanneer er een groot gebouw noodig blijkt, op bij het ontwerpen van het plan niet.; werd gerekend, en ook nog wel in an dere omstandigheden, moet het plan bij de nieuwe behoeften worden aange past. In verband met den aard van ont worpen gebouwen kan hier en daar verandering der straatbreedte noodig zijn. De aesthetisch© behandeling "an gebouwen, vooral van die op hoeken van straten en vun die, welke straten afsluiten, kan beslissend zijn voor hot aanzien vun een groot gedeelte der nieuwe bebouwing. En niet iedere ar chitect, ook al heeft hij dertig jaar ge leden bij een prijeyfaag in Kampen geen al le gek figuur geslagen, is een man van aesthetische ontwikkeling. En al was hij het wel; er moet bij alle verschil een zekere eenheid van dachte bewaard worden, slechts gere geld overleg met den ontwerper van het. uitbreidingsplan kan het behoud dier eenheid waarborgen. Zoo is er over het nieuwe uitbrei- Ingezooden mededeellngen. OORLOOS stoffen worden op onze heeren-kleeder- makerij niet verwerkt. De talrijke militairen, die zich bij ons een burger pak lieten aanmeten, stonden niet al leen verwonderd ovor de uiterst lage prijzen, doch vooral over do prachtige kwaliteit der stoffon. Neemt inzage van onze uitgebreide sorteering, voor radig aan volle stukkon op ons maga zijn Keizerstraat 108, dicht bij de Keï- zersbrug en ukoopt. I. GRUNWALD, „De Zon", Keizerstraat 108. BUITENLAND. Het vredesverdrag met Oostenrijk. De simplistische beschouwing over de oorzaken van den wereldoorlog, die de geallieerden in hun begeleidenden brief ten boste gaven, maakte het waarschijnlijk dat hun definitieve vre desvoorwaarden «iet malsch zouden zijn. Toch is er wel eenige rekening gehouden met de bezwaren, door de Ooetenrijksche delegatie tegen hot oor spronkelijke vredesontwerp ingebracht De territoriale wijzigingen zijn ge ring. Duitsch-Oost.enrijk krijgt „aan den kant Marburg" Radkersburg en de spreek op den linkeroever van de Mur, een gebied dat van veel waarde is dooi de rijke eteenkoolbedding die er ligt. Marburg en het Draudal zijn evenwel aan Zuid-Slavië afgestaan. Verder zijn de Duitsche districten van West-Hon- garije zonder volksstemming toegewe zen aan Oostenrijk, dat bovendien Vorarlberg; 't welk zich bij een volks stemming voor aansluiting bij Zwitser land had uitgesproken, behoudt. De territoriale aanspraken op de Duitsche gebieden vau Boheme, Moravië, Sile- zië en Zuid-Tirol zijn echter afgewe zen. De financieel# bepalingen zijn in zooverre verzacht, dat alle staten die op het gebied van de oade monarchie zijn ontstaan niet alleen een evenredig deel vau de staatsschuld moeten over nemen, doch ook de lasten van de oor- logsschuld moeten mee-dragen. Deze bepaling ie zoo geformuleerd; „Geen der staten, die op het gebied der vroe gere monarchie ontstaan zijn, mag aan andere vorderingen stellen op grond van aandeeleu in oorlogsleenin- gen die in het bezit van dezen staat of zijn onderdanen zijn." Hieruit volgt dat doze aandeelon voor rekening blij ven van de botrokken atateii óf van hun onderdanen. Uit de ekonomische voorwaarden stippen we nog aan dat Tsjecho-Slo- wakije en Polen gehouden zijn nog vijf jaar met de levering van steenkool aan Duiteoh-Oostenrijk op gelijken voet als voor den oorlog voort 1.e gaan. Vap groot belang is de mededeeling in den begeleidenden brief, dat „de commissie van herstel de bevoegdheid krijgt on» aan de afdeeling, die ge vormd zal worden voor de vraagstuk ken, die voortvloeien uit de toepassing van het vordrag, die volmacht te ver- leenon, welke zij gewenscht acht. Deze afdeeling zal te Weenen gevestigd zijn. De Duitsch-Oostenrijksche regee ring wordt 'bij haar vertegenwoordigd door een commissaris, die geen stem recht zal hebben." Te Weenen hoeft men zijn laatste hoop op deze commissie gebouwd en zij kan inderdaad, vooral op okono- miseh gebied. D.-O. het leven mogelijk i' draaglijk maken. Het' vérbod Het verbod om zich bij Duitschlaud aas te fluiten, neergelegd in de bepa ling. dat de onafhankelijkheid vuu Oos tenrijk slechts met toestemming der geallieerden kan worden opgeheven, wettigt de veronderstelling dat de commissie zal aansturen op een Donau- federatle, het lievelingsplan vau Frank rijk. Van do bereidwilligheid van D.-O. om daarin te treden, zal de houding vün de commissie vau herstel wellicht in ruime mate afhangen. Onder de bizondere voorwaarden verdient de aandacht die welke D.-O. verplicht de blokkade tegen Hongarije t« helpen handhaven, zoolang de En tente de Hongaarsche regeering niet heeft erkend. (N. R. Cf.) ENGELAND. De woningnood in Londen. Een Loudensch blad vestigt de aan dacht op de grove woekerwinst, 'l;e sommige huiseigenaren maken. Een huis in het gebied van Bakerstieet, dat in zijn geheel vóór den oorlog oen huur van ougeveer 100 deed, is nu in drie woningen verdeeld. Voor de bo venste verdieping met de zolderkamers vraagt men nu £150 in het jaar, voor de eersto verdieping 100 en voor dc gelijkvloersche 100. Het toppunt is echtor, dat jnon, be halve de huur, een premie van 100 voor den sleutel van elke woning ver langt. Het huis, dat vóór den oorlog voor 100 te huur was, brengt dus nu in het eerste jaar 650 en in de vol gende jaren 350 op. VEREENIG DE STATEN. Een „Godsvrede". Een uanwijzing, dat in de Ameri- kaansche arbeiderswereld de bezonnen heid en het inzicht toenemen, is het bericht van het bestuur van do. New- York Federation of Labour, dat aan beveelt gedurende zes maanden in het geheéio land van stakingen af t,e zien en mede te werken tot opvoeren der productie, opdat president Wilson ge legenheid zal hebben maatregelen te nemen ter verlagiDg van de kósten van levensonderhoud. ITALIË. De staatsuitgaven zijn tengevolge van den oorlog vau 2.7 milliard tot 9 milliard lire gestegen, de inkomsten slechts tot 6 milliard. Het tekort is dus 8 milliard. Om dat te dekken stelt de regeering verhooging vau de inkom stenbelasting, invoering van een eta&tsxuonopolie voor koffie en elec- trische lampen en een accijns op wijn voor. Van de monopolies schat zij de opbrengBt op 200 inillioen per jaar.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1919 | | pagina 1