HELDERSCHECOURANT
De verborgen Vallei
NIEUWSBLAD VOOR
HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
Eerste Blad.
Heeren-
Modeartikelen.
NIEUWE SORTEERING.
HERMAN NYPELS.
No. 5176
DONDERDAG 4 DECEMBER 1919
47e JAARGANG
ABONNEMENTEN B IJ VOORUITBETALING:
Helderschc Ct. per 3 mnd. f 1.20, franco per post f 1.40. Buitenland f 2.40
Zondagsblad 0.50, 0.60. 1-05
Modeblad 0.95, 1.05. 1.30
Losse nummers der Courant 3 ct.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag-en Zaterdagmiddag
REDACTEUR-UITGEVER: C. DE BOER Jr., HELDER
Bureau: Koningstraat 29 - Interc. Telefoon 50
ADVERTENTIËN.
20 ct. p. regel. Ingez. mededeelingen (kolombr. als redactioneele tekst) 60 ct.
Kleine advert. (gevr., te koop, te huur) v. 1 tot 4 regels 50 ct., elke regel meer 10
ct. bi) vooruitb. (adresBur. v. d. bl. en met br. onder nr. 10 ct. p. advert. extra).
Bew.-exempl. 3'/s ct. Adv. op bep. aangew. pl. worden 25 hooger berekend.
BUITENLAND.
Een nieuwe nota der entente.
Op de Duitsche nota, die een antwoord
was op de nota der geallieerden van 15 No
vember, en waarin gezegd werd dat Duitsch-
land deed wat het kon om de wapenstil
standsvoorwaarden na te komen, heeft de
entente kort en krachtig geantwoord. Nadat
een opsomming is gegeven van de punten,
waarin de Duitschers te kort zijn geschoten,
gaat de nota voort: fWat de geallieerden
betreft, deze zijn ten zeerste verbaasd om
te zien,dat de openbare meening in
Duitschland zich nog steeds zoo weinig
rekenschap geeft van haar verantwoorde
lijkheid door niet zelf een rechtvaardige
bestraffing te eischen voor de bedreven mis
daden en dat er onder de misdadigers zelf
noch genoeg moed, noch genoeg vader
landsliefde schijnt te heerschen om vrijwil
lig voor de rechtbank te verschijnen, waar
zij rekenschap moeten afleggen voor hun
gedrag, en om het hun land gemakkelijk te
maken zijn verplichtingen na te komen.
Zoolang 't Duitsche volk niet met de heele
wereld wil beseffen, dat 't kwaad vergolden
moet worden en de misdadigers gestraft,
kan Duitschland er niet op rekenen opnieuw
in de gemeenschap der volken te wordén
opgenomen, of van de geallieerden verge
ving voor zijn misslagen en verbetering van
de welverdiende vredesvoorwaarden te ver
krijgen.
ITALIË.
Algemeene staking te Rome?
Via Zwitserland verneemt het „Berliner
Tageblatt", uit Rome, dat de socialisten
aldaar de algemeene werkstaking hebben
uitgeroepen.
Na de opening van de Kamer kwam het
tot de traditioneele vechtpartij tussclien
socialisten en nationalisten. Gisterennacht
waren de gevechten bijzonder bloedig. Het
socialistische kamerlid Murati was Maan
dagochtend door een groep nationalisten
mishandeld. De politie moest hem uit de
handen van zijn tegenstanders verlossen.
De socialisten hebben tegen den aanslag op
hun partijgenoot in de Kamer geprotes
teerd. 's Avonds wilden zij een betooging
organiseeren, wat de tegenpartij echter niet
scheen te dulden. Het kwam tot een ver
woede vechtpartij. Troepen moesten tus-
schen beiden komen om de rust te herstel
len. Later werd toch nog een socialistische
vergadering gehouden, die weer aanleiding
tot tumult gaf. Ook ditmaal moest de poli
tie handelend optreden. Twee socialistische
kamerleden werden bij deze incidenten ern
stig verwond. Serrati, de hoofdredacteur
van de „Avanti", werd aangehouden, omdat
hij de politie beleedigde. Gedurende ver
scheidene uren werd hij gevangen rehou-
den. Tengevolge van deze incidenten is de
algemeene werkstaking geproclameerd voor
onbepaalden tijd.
VEREENIGDE STATEN.
De kolenquaestie.
De beperkende maatregelen op het kolen-
verbruik, die tijdens den oorlog hebben ge
FEUILLETON.
doorp
HULBERT FOOTNER.
23)
HOOFDSTUK X.
Maanlicht.
Ralph lag stil in het vuur te staren. Aan
slapen dacht hij niet: met verrassende snel
heid en volledigheid van details verrezen de
beelden voor zijn geestesoog. Zoo snel wis
selden zij, dat hij de gewaarwording kreeg,
als doemden zij op, volkomen onafhankelijk
van zijn bestaan.
En alle beelden vertoonden Nahnya: Nah-
nya zooals hij haar het eerst had gezien, een
gewoon Indiaansch meisje gek, die hij
was 1 Nahnya slapend op het dek der
„Tewskbury", met een glimlach ov^r het ge-
laat; Nahnya zegevierend op de voorplecht
in de stroomversnellingen.
Nahnya zooals ze zich met gloeiende
oogen tegen hem verdedigde wat een
beest was hij toenl Nahnya, schreiend in
het gras, 's nachts; Nahnya, verwijtend en
wanhopig toen zij een blanke in haar heilig
dom vond en eindelijk Nahnya, zooals.ze
zich onbewust had getoond in alle phasen
van haar eigen verhaalbraaf, trouw en moe
dig als Ruth, en ondraaglijk gekweld.
„O, wat een schande 1" riep hij, en zijn
hart kromp ineen van woede en medelijden,
„en ik kan niets doen, om het weer goed te
maken! O, wat een prachtig karakter heeft
ze I En wat is ze mooi."
Het laatste scheen hem nu van minder be
golden, zijn opnieuw ingesteld voor den
duur van de staking. Er zullen alleen kolen
geleverd worden aan de spoorwegen, de
kustvaart en de binnenscheepvaart, aan
openbare lichamen en noodzakelijke indus
trieën.
De mijnwerkers hebben het aanbod der
regeering inzake een loonsverhooging van
14 verworpen. Die weigering was te ver
wachten, zegt de correspondent van de „Ti
mes" te Washington, vooral daar het regee-
ringsaanbod volgde op een belofte van 31
gedaan door den minister van arbeid
Wilson, die, meende men, uit naam der re
geering handelde.
De weigering wordt echter algemeen als
een zware slag gevoeld, zegt de „Times"-
correspondent. Zij plaatst de V. S. voor een
kolennood in den slechtsten tijd van het
jaar. Op dezelfde bladzijde, waarop de bla
den meldibg maken van de beslissing der
mijnwerkers, komen berichten voor van
sneeuwstormen in hC.geheele Westen, met
temperaturen beneden nul, en in het Oosten
kondigt een naderende strenge winter zich
reeds aan. Er valt haast niet aan te twijffe-
len, of de mijnwerkers zullen het werk niet
hervatten. Het bevelschrift tegen Lewis en
zijn collega's heeft niets uitgewerkt; zij zijn
nog op vrije voeten en intusschen duurt de
staking voort.
De kolenstaking dreigt, zoo vervolgt de
„Times"-man, tenzij er iets onverwachts
gebeurt, het middel te worden om de quaes-
tie uit te vechten, die den grondslag vormt
van de moeilijkheden in de Amerikaansche
arbeiderswereld het besluit n.1. van den
Amerikaanschen werkman om van het ge-
meenebest een behandeling te verkrijgen,
een Amerikaansch burger waardig. Hij
heeft beseft, dat hij in verschillende op
zichten ten achter staat bij zijn Britschen
collega. Hij had gehoopt, dat de oorlog den
toestand schier automatisch zou verbeterd
hebben; hij had groot vertrouwen in de
vage uitingen van den president over demo
cratiseering der industrie. Zijn vertrouwen
en zijii hoop" zijn" Vefvlogen door het jongste
optreden der regeering, door dingen als de
weigering van Gary (den president van de
Steel 'Corporation) om collectieve arbeids
overeenkomsten te erkennen,. 'door de auto
matische wijze, waarop de groote meerder
heid der pers zich gekant heeft tegen zijn
eischen en zijn grieven in twijfel heeft ge
trokken.
Binnen enkele weken zal het Tand staan
voor een toestand van half gestaakte econo
mische bedrijvigheid en acuut ongemak.
Dat zal hoogere prijzen beteeken en de
gestadige stijging heeft de kosten van
levensonderhoud tweemaal zoo hoog ge
maakt als die van thans in Engeland
grootere sociale ontevredenheid enzoo-
voorts.
Het begint er uit te zien naar een zeer
moeilijken winter en dat in een land, dat
volgens de gewone regelen, het eenige der
vroegere oorlogvoerenden moest zijn, dat
welvarend en tevreden was. De vrees kan
niet worden onderdrukt, dat de arbeiders
in de anthracietmijnen zouden kunnen be
sluiten om uit sympathie ook te gaan staken
en de nog niet afgeloopen onderhandelingen
tusschen de regeering en de spoorwegman
nen inzake loonen en andere eischen zullen
er waarschijnlijk niet vlotter op verloopen,
noch door de behandeling der mijnwerkers
lang, maar zijn ziel boog zich voor den gul
den glans van het karakter, dat zij gebleken
had te bezitten. Eenvoudig en sterk, zich
zelf verloochenend als een heilige der Mid
deleeuwen, zoo zag hij haar. „Als zoo het In-
diaansche karakter is," dacht hij, „dan beti"
ik beschaamd dat ik een blanke ben 1"
De behoefte zijn hart bij Nahnya uit te
storten, martelde hem. Aan het slot van haar
geschiedenis, was hij sprakeloos gebleven,
en voor hij weer woorden had kunnen vin
den, was zij reeds verdwenen.
Nu kwelde'hem de gedachte, dat zij mis
schien in het onzekere zou zijn omtrent zijn
gevoelens. Nahnya hij wist h^t uit erva
ringwas maar al te geneigd tot zelfbe
schuldiging. Haar droevig zeggen: „Ik ge
loof, dat er een vloek op mij rust," sneed
hem telkenmale door het hart. Zoo vreeselijlc
graag wilde hij haar toespreken, haar kal-
meeren. Het was ondraaglijk, genoodzaakt
te' zijn tot den volgenden morgen te wachten.
Langzamerhand verflauwde het kleine
vuur, en aan de andere zijde van het meer,
ver weg boven den hoogen bergtop in het
midden van' den. rotsmuur, werd hij een
zwakke glanzing in de lucht gewaar. Zijn
hart juichte hij dacht dat de dageraad
reeds kwam.
Maar de schijn was teerder, subtieler dan
die van het daglicht. De groote bergpiek tee-
kende er zich scherp tegen af, de omtrek
werd zwak verlicht. Ralph werd er door ge
troffen, zoö sterk leek hij op een reuzen-
duim; de duim van den Aardmaker, zooals
de roode mannen zeggen. Het was dezelfde
piek, die hij ook van de andere zijde had
gezien. Eindelijk begon de kling van een
zilveren kromsabel er boven op te klimmen.
Langzaam rees de maan omhoog langs den
hemeltrans, als een bleeke vrouw, die ge
bukt 'gaat onder een dapper gedragen leed
door de regeering, noch door de economi
sche gevolgen van hun staking.
De aanstaande presidentsverkiezing.
G. H. Perris,. de correspondent van de
„Daily Chronicle" te New-York, schrijft
over de aanstaande presidentsverkiezing in
de V. S., dat de republikeinen het groote
voordeel hebben, dat hun candidaat nog
niet verkozen is en dus niet in zijn zwakke
zijde kan worden aangetast, terwijl Wilson
thans aan allerlei aanvallen blootstaat. De
democraten moeten Wilson verdedigen,
maar zullen hem niet candidaat kunnen
stellen, daar beweerd wordt, dat Cum-
mings, de voorzitter van het nationale de
mocratische comité, in de vergaderingden
Óen Januari 1920 te Washington te houden,
officieele mededeeling zal doen, dat Wiléon
zich niet weder herkiesbaar wenscht te
stellen.
Als candidaat der democraten wordt ge
noemd Mc. Ador, de schoonzoon van Wil
son, die, oud-minister van financiën, ge
steund wordt door Bernard Baruch 'en an
dere groote mannen van Wallstreet. Verder
worden genoemd als candidaten voor den
presidentszetel Mitchell Palmer, de procu
reur-generaal, de man van de „arbeiders
vervolgingen", de minister van marine Da-
niëls en die van oorlog Baker. Ook noemt
men Hitchcock en tien oud-president Bryan.
Als candidaat der republikeinen noemt
men in de eerste plaats generaal Leonard
Wood, voorts ex-president Taft, generaal
Pershing, Hughes en de senators Borah,
Knox, Poindexter en Johnson.
Corruptie.
De Amerikaansche bladen maken volgens
Radio melding van een aanklacht tegen
senator Newberry van Michigan en 133 an
deren, wegens samenzwering, omkooperij
en corruptie in verband met zijn verkie
zingscampagne.
Het vredesverdrag in den Senaat.
Volgens den correspondent van „The
Globe" te Washington zou Lodge ver
klaard hebben, dat, indien Wilson weiger
achtig bleef de reserves op het verdrag te
aanvaarden, zij, die het verdrag wenschten
te „ver-Amerikaniseeren", bereid waren de
quae#tie aan het oordeel van het* volk te
onderwerpen. Voorts zou Lodge 'gezegd
hebben, dat dé reserves „onverbiddelijk een
minimum" vormden en dat Wilson, indien
hij het verdrag wilde geratificeerd zien, die
reserves zou moeten aannemen.
ENGELAND.
De hoed in het Engelsche Lagerhuis.
Bekend is, dat de hoed in het Britsche
Lagerhuis steeds een belangrijke rol heeft
als Nahnya.
Haar licht straalde zacht neer in de val
lei. De boomen ,op den dichtst bij zijnden
oever werden als met stofzilver óvertogen,
en een droomlicht goot zich uit over het
gras. Het meer was niet langer een meer
van water, maar van wazige elfensluiers,
die langzaam voortschoven naar den ande
ren oever, naarmate de schaduw van den
bergtop lengde. Het geheele dal was als
een kom, die zich langzaam met maanlicht
vulde, dat hoog boven uit een zilveren kelk
werd neergestort.
Slechts voor hen, wier hart door leed is
gelouterd, onthult de maan zich volkomen.
Ralph zag haar thans voor het eerst in haar
volle schoonheid. Zijn smart werd door
haar verzacht en verdiept, gelijk een koken
den waterval, die beneden in den boezem
van een kalmen stroom word.t opgenomen.
De leelijke knagende gedachten, die hem in
zijn slapeloosheid hadden besprongen, wa
ren weggevaagd, en alleen het groote,
machtige bleef.
„Ik heb haar lief!" betuigde Ralph zwij
gend. „En als de hemel wil, zal ik mij haar
waardig maken 1 Als ik iets van wat zij ge
leden heeft, kan goed maken, zal ik het
doen 1"
Hij was opgestaan en liep naar den oever
rand, daarheen, waar Nahnya dien dag ge
zeten had. Een golf van emotie scheen over
hem te komen, die alle zelfzucht in hem
smoorde, en zijn betere zelf hoog ophief.
Alles in hem voelde hij veranderd. Zijn ge
heele leven tot nu toe was eenzaam en
troosteloos geweest; nu zou het anders
worden. Voor de eerste maal had Ralph
zich laten opvoeren naar de hoogten der
ontroering. En daar zou hij altijd kunnen
blijven, dacht hij.
En uit den grond van zijn hart zuchtte
gespeeld. In vroegere jaren was het nage
noeg ondenkbaar, dat een Parlementslid
zich in het Parlementsgebouw anders zou
hebben vertoond, dan met een hoogen hoed
en er ging destijds' een storm van veront
waardiging op, toen wijlen de socialist Keir
Hardie er durfde verschijnen met een pet
op. Thans is het nog tegen de vormen van
het Lagerhuis, de vergaderzaal binnen te
komen met den hoed op het hoofd, doch de
spreker, die een motie van orde wil stellen,
dient te zorgen, dat hij zijn of een ander
mans hoed op zet, als hij dat doen gaat.
Nu Lady Astor gekozen is, gaat men zich
afvragen wat deze eerste vrouwelijke afge
vaardigde met haar hoed zal doen. De offi
cieele personen in het Huis zitten er, zegt
de parlementaire correspondent der „Daily
News", een beetje verlegen mede en zelfs
de Speaker voorzitter van het Huis
weet eigenlijk niet of hij Lady Astor al dan
niet zal mogen toestaan de vergaderzaal
binnen te komen met haar hoed op. En aan
gezien er in het Lagerhuis geen spiegel
hangt, is het wat veel gevergd, dat Lady
Astor genoodzaakt zou zijn haar hoed'zon
der zulk een voor dames onmisbaar toilet
artikel, daar af- en op te zetten. Vermoe
delijk zal mr. Speaker het eenvoudig aan
Lady Astor overlaten hoe te handelen.
Een andere vraag, die gesteld wordt, 15
zal de „Noble Lady" haar hoed mogen
vaststeken met hoedenpennen? Immers, zoo
redeneeren sommigen, het is steeds verbo
den geweest in het Huis wapens bij zich te
hebben en de vraag rijst of dames-hoeden
pennen al dan niet onder wapens gerang
schikt moeten worden.
Ouderwetsche leden van het Huis, b.v.
van het type Sir Frederick Banbury, een
der City-afgevaardigden, schudden bedenke
lijk het hoofd over de „entree" der vrouw
binnen de „heilige muren" en beweren, dat
het einde van het eerwaardige Parlement
en de ineenstorting van het gèheele Brit
sche Rijk thans kunnen worden verwacht 1
AFRIKA.
Het voorwereldlijk monster.
De berichten, ook door ons gemeld, van
den Belg Lepage, die in den Congo een
voorwereldlijk monster zou hebben gezien,
en die in de Europeesche bladen over het
algemeen zoo weinig geloof vonden,- dat
een der Engelsche bladen het verhaal plaat
ste onder het opschrift: „De Congo nog
niet drooggelegd", hebben in Zuid-Afrika
meer geloof gevonden. Althans uit Johan-
nesburg wordt bericht, dat de „Smithsonian
Institute"-expeditie onverwijld naar Fun-
garume in den Belgischen Congo, de streek
der moerassen, waar het monster zou hui
zen, is vertrokken, teneinde die moerassen
te gaan onderzoeken.
hij: „Een goddelijke gunst om ietfc edels te
mogen liefhebben."
Aan de overzijde van het meer lag de
berg nog met den voet in de schaduw, maar
ter hoogte van den top baadden enkele
sneeuwvlakken in de manestralen. De ber
gen daarachter, meer westwaarts, glans
den zacht; zij maakten niet den indruk van
tastbare massa's rotsen, ijs en sneeuw,
maar van lieflijke, in beeld gebrachte fan
tasieën.
De oeverstrook, waarop de kano's ston
den, lag aan Ralph's voeten. En langzaam
begon hij zich door den nevel zijner droo-
men bewust te worden, dat daar beneden
slechts twee kano's lagen, inplaats van drie,
zooals eerst. Toen hij zich daar ten volle
rekenschap van had gegeven, overviel hem
een gevoel van razenden angst. Was het
mogelijk, dat Nahnya I Hij wist dat zij,
wanneer zij 'geen slaap kon vinden, óp haar
legerstede ook geen rust had. Als hij haar
nu maar ergens treffen kon, en zijn over-
kropt gemoed lucht gevënl Hij vloog om
laag, naar het oeverstrand, duwde een der
overgebleven kano's te water, sprong er in
en zette af.
Hij vond haar. Een halve mijl bet meer
op, bijna in het midden, had zij de pagaai
laten rusten. Zij hoorde hem komen, doch
deed geen poging hem te ontvluchten;
evenmin scheen zij verrast over zijn komst
toen hun kano's zachtjes tegen elkaar stie
ten. Hij kon haar niet in het gelaat zien,
maar te oordeelen naar de rust, die haar
houding uitdrukte, geloofde hij, dat het
maanlicht ook haar gemoed had verzacht.
Zijn hart schoot vol, toen hij haar zoo zag;
het was hem onmogelijk woorden te vinden.
Hij kon haar slechts aanzien, terwijl hij het
dolboord van haar kano vasthield, aanzien
in aanbidding.
BINNENLAND.
Verhooging van telegraaf en
telefoontarieven.
Zooals bekend is moeten, om de kosten van
den post-, telegraaf- en telefoondienst voor
1920 te dekken, de tarieven, voor die diensten
worden verhoogd.
Wat den telefoondienst betreft, zal dit in
de eerste plaats het igeval zijn met 'het m-ee-
rendeel der -abonnementen voor aansluiting
aan de locale Rijksteiefoonnetten.
De prijs daarvan zal waarschijnlijk afhan
kelijk worden gesteld van het aantal ge-
abonneerden.
Vermoedelijk -zullen de verboogingen bin
nen matige grenzen zich bewegen van 5
tot 20.
Teneinde de toeneming van bet telefonisch
verkeer ten plattelande zooveel mogelijk te
bevorderen, zal bier enkel bet afstandsgeld
voor perceelen buiten bet minimum-tariefs-
gebied, welk afstandsgeld thans 2 per 100
M. bedraagt, wegens de groote -stijging van
de imaterieelprijzen en loonen, op 3 worden
gebracht.
Voorts bestaat bet voornemen de tarieven
voor interlooale gesprekken te verboogen.
Een interlooaal gesprek van 8 min u.ten of
minder zal 0.50, een dringend in-terlocaal
gesprek van denzelfden duur 1.50 kosten.
Wat den telegraafdienst betreft, ligt bet in
bet voornemen, om bet tarief 'der telegram
men te -brengen op 50 cent voor de eerste 10
woorden of minder, 10 cent voor elke volgen
de 5 woorden of minder, van 11 tot en met
50 woorden en 10 cent voor elke volgende 10
woorden of minder, voor de woorden boven
de 50.
Voorts is het de -bedoeling om voor bet
-aanbieden van telegrammen per telefoon en
verreschrijver, -of op andere wijze in reke
ning courant, een geringe vergoeding (resp.
10 of 15 cent per telegram) te beffen, als te
gemoetkoming voor den meerderen arbeid
aan deze wijze van aanbieden verbonden.
Het jaarlijfcsoh recht voor -telegramadres
sen, -thans 20, zal waarschijnlijk worden ge
bracht op 60.
•Alle verbooginig-en zul-len waarschijnlijk in-
ga-an op 1 Januari 1920.
De Belgische vluchtelingen.
N-aar aanleiding van" de bi-er en daar in de
Belgische pers opduikende geruchten, als
zou onze Regeetóg van die van België de kos
ten terugvorderen, w-elke bier -te lande ge
maakt werden voor bet onderhoud en de
huisvesting der Belgische vluchtelingen, die
tijdens den oorlog in Nederland een goed
heenkomen gezocht hebben, heeft het Cor-
respondenti-eibureau-Belinfante ter bevoegder
plaatse inlichtingen ingewonnen.
Hierbij is gebleken, dat de Nederlandsche
Rogeering -er niet aan denkt en er niet over
gedacht heeft over te gaan -tot de terugvor
dering van de ruim 45 millioen gulden, welke
door Nederiandi ten behoeve van de 'burger
lijke Belgische uitgewekenen zijn uitgege
ven. Onze Regeering bepaalt er zich -toe om
overeenkomstig de regelen van het volken
recht van de Belgische Regeering -terugbeta
ling te vragen van de uitgaven, die veroor
zaakt werden door de intemeering van do
Belgische -militairen, die -gedurende den oor
log over onze grens kwamen.
Wijziging Kieswet.
In een- nota ter beantwoording van het ver
slag betoogt de minister van binnenlandsche
zaken, dat de vermelding -op de kiezerslijst
van den naam van de kiesgierechtigde ge
huwde vrouw zich behoort aan te sluiten aan
de wijze waarop in het dagelij-ksche leven de
gehuwde vrouw pleegt met name aangeduid
te worden.
Nahnya was de eerste die sprak. „Wat is
het mooi vannacht," zeide zij zacht. De
smart was uit haar stem verdwenen.
„Zonlicht of maanlicht," antwoordde
Ralpli eenvoudig, „dit is het heerlijkste wat
ik ooit gezien heb."
Een lichte zucht kwam tot hen uit de
richting van het kamp. De deining deed de
kano's langzaam zwenken, en deed hen
zachtjes verder het meer opdrijven. De
maan bescheen thans Nahnya's gelaat. En
gelijk het penseel van een groot meester
deed zij onbelangrijke details op den achter
grond treden, om in mat licht en contrast
rijk donker het eigen karakter der schoon
heid duidelijker te doen spreken. Ralph
meende, dat hij die schoonheid reeds ken
de,' en stond opnieuw verbaasd. Hij leunde
naar haar over, tot haar opziend als een
wanhopend zondaar naar een hem el visioen.
Er was een lange stilte, die Nahnya be
vreesd maakte. Zij moest iets zeggen om
haar te verbreken, en vond in haar zenuw
achtigheid niet het goede woord.
„Het is laat. Wij moeten teruggaan."
„LaatI" riep Ralptij plotseling woorden
vindend. „Wat hindert datl Wat komt dat
er nu op aanl Ik moet met je spreken.
Nooit zal er een nacht, een oogenblik zijn
als dit 1"
Zacht trachtte zij zich te weren.
„Ik moet terug," ffluisterde zij en vatte
haar pagaai.
Ralph hield haar kano vast.,Zij kon niet
wegkomen van hem.
„Dat was een wonder mooi ver! cal, wat
je mij deed," mompelde hij eindelijk.
Dit verbrak de betoovering van den zach-
teren invloed, die haar een oogenblik week
had gemaakt. „Mooi!" zeide zij bitter er
hard, „mooi! Een afschuwelijk verhaal is
het!" (Wordt vervolgd).