Herman Nypels, NIEUWSBLAD VOOR HELDER, KOEGRAS. TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA rr-.ióAT0 -'is 1 ?-s Eerste Blad. 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8 gld. De nieuwste modellen. De mooiste sorteering. Helder. 48e JAARGANG FEUILLETON. COURANT ABONNEMENTEN BIJ VOORUITBETALING- Modeblad .0.95.' I fS jjj Losse nummers der Csurant 4 ct. Verschijnt Dinsiag-, Donderdag- en Zaterdagm ddag REDACTEUR-UITGEVERC. DE BOER Jr.. HELDER Bureau: Koningstraai 29 Interc. Telefoon 50 Post-Girorekening No. 16066. Op- en ondergang van Zon en Maan en tijd van hoogwater (Texel). (Zomertijd.) Maan Zon Hoogwater Mei. op: ond.: op: ond.: v.m.:n.m.: Zondag 30 a. 6.58 m. 3.35 4.46 9.8 7.30 7.45 Maand. 31 7.58 4.5 4.45 9.10 8.15 8.30 Juni. Dinsdag 1 8.64 4.42 4.45 9.10 8.55 9.10 Woensd. 2 9.43 a. 5.26 4.44 9.11 9.30 9.50 Dond.d. 8 10.26 6.15 4.43 9.1210.6 10.30 Vrijdag 4 11.1 7.104.43 9.1210.4011.5 Zaterd. 5 11.32 8.104.43 9.1211.1011.40 SOCIALISATIE-PROBLEMEN. Wij zitten, midden in het socialisatde- vraagstuk. Haast gelijktijdig met het rap port van de S.D.A.P. is een werkje er over verschenen van prof. Is. P. de Vooys. Van iemand dus, die een ruimen kijk op het be drijfsleven heeft, en geen partijganger is. Wel blijkt de schrijver in het algemeen so cialistische denkbeelden te zijn toegedaan, maar hij ls in elk geval geen politiek per soon. En dat maakt een heel verschil, al be hoeven wij daarom de eerlijkheid van de partij-rapporteurs niet in twijfel te trekken. Zij hebben de zaak van politiek standpunt bekeken, prof. de Vooys doet het als anan van de wetenschap. Zijn beschouwingen vallen dan ook nogal anders uit. De schrijver zegt in het voorbericht, dat hij het groote vraagstuk niet in zijn geheel behandelt, maar slechts enkele grepen doet. De indeeling van het boekje het bestaat uit eenige vroeger gehouden lezingen en eenige actueele artikelen doet dat trou wens dadelijk zien. Van die verschillende stukken interes seeren ons het meest: „Een keerpunt van het socialisme", en het slot „Practische voorstellen". Het socialisme maakt een ernstige crisis door, zoo betoogt prof. De Vooys in het eerwtgenoeinde -artikel. De ontwikkeling der maatschappij is onderbroken door den oor log, en veel onontbeerlijke dingen zijn ver nield. Er moet hersteld en weer opgebouwd worden, maar die taak is ingewikkeld en moeilijk. Het heet, dat deze opbouw moet komen van het socialisme, maar de arbei dersbeweging, waarop dit grootend eels steunt, is in zekeren ain ontaard: zij toont twee elementen van een bedorven oorlogs karakter, namelijk het stellen van macht boven recht en het najagen van directe ma- terieele voordeelen. De daden der arbei dersklasse worden niet getrokken naar een vaststaand doel, maar gedreven door hevige begeerten, die in den oorlog zijn ontstaan. Men kan deze wel „socialistisch" noemen, maar daarom zijn ze het nog niet. Ware so cialisatie bestaat uit opvoering der produc tie, opdat ieder meer kan krijgen van de noodige levonsbehoeftfen. Maar de verwe zenlijking daarvan stuit af op de verlan gens van de arbeiders, die minder willen werken dan vroeger. De mijnwerkers wil len en kunnen niet zooveel kolen voortbren gen als voor de maatschappelijke behoef ten noodig zijn; zoo ook de arbeiders in de kleedingindustrie, in de machinefabricage, enz. En elke poging om door technische verbeteringen de productie op te voeren mislukt door het tekort aan ijzer, machines en transportmiddelen.' Deze toestand roept de duurte in het leven. Steeds maar loons- verhoogingen geven helpt niet. Onder deze omstandigheden zou een so cialistische productie-wijze ingevoerd moe ten worden. Daarvoor zou noodig zijn de vorming van een socialistisch recht. Zal dit inhouden een volkomen gelijkheid van ar door JESSIE DOUGLAS KERRUISH, voor Nederland bewerkt door L. ALETRINO. 33) «Nu moeten wij afscheid nemen," sprak onze leidsvrouw. «Nog een uur flink doorrijden, en Insb- allahl gij zijt in Bitfa, waar uw vader waarschijnlijk wel op u zal wachten, en mocht tëe hem daar niet vinden, dan hebt ge niet laoger dan twee uur rijden om hem in Kodh- te vinden. Het dorpshoofd van Kochma !s oud en waardig man; zijn eene vrouw l£ zuster van mijn mans kleinzoon, den ®«g. en bij hem zult ge kunnen blijven, als w vader nog onderweg is. En nu: vaart wel! y staken de handen uit. Zij hield beul® oogenblik vast en zeide met een droef erlangen in haar stem: „Nemen Engelsene JJhge meisjes zóó afscheid van een oudere vriendin?" kusten haar ten antwoord. „"V aart wel! alde zij nog, toen keerde zij zich plot- TOg om, en verdween met de dienaren tus- 7 motsen. OQ Ali leidden ons verder. „W at zou fluisterde Evelyn in het Engelsch, iii n °ns niet hooren kon. „Wat denk sdhe z$ p« 3011 ze 6611 gedeserteerde Engd- hJ^der dat ft my rekenschap kon geven ®Plicht en verbruiksrecht? Of het be- ADVERTENTIE N. 20 ct. p. regel (galjard). Ingez. mededeelingen (kolombr. als redact, tekst) 60 ct. Kleine advert. (gevr., te koop. te huur) v. 1 tot 4 regels 50 ct., elke regel meer 10 ct. bi) vooruitb (adresBur. v. d. bl. en met br onder nr. 10 ct. p. advert. extra), Bew.-exempl. 3'ct. Adv. op bep. aangew pl. worden 25 hooger berekend. ginsel van loon naar werk? Al zijn er over gangsmaatregelen noodig, toch moet het doel van te voren goed in het oog worden gevat. Maar dat gebeurt niet; de socialisti sche leidslieden weten geen keus te doen, en wachten af, hoe de ontwikkeling gaan zal. Nóch de communisten nóch de sociaal democraten voelen veel voor een rechts regel, die den luilak en den domme even veel geeft als den ijverige en den bekwame. Zij begrijpen, dat de productie daarmee Al te zeer achteruit zou gaan. Theoretisch ne men zij wel een ongelijkheid van taak en belooning aan, maar practisoh durven zij het niet in te voeren, omdat de stroom ing onder de arbeiders zelf overal in de rich ting van egalisatie gaat. En zoo plegen de leiders praotisch eigenlijk verraad aan het beginsel, door zich niet los te maken van stroomingen en stemmingen, die naar on uitvoerbare verlangens en dus naar een chaos voeren. In het buitenland doen zich dezelfde on overkomelijke moeilijkheden voor. Op het probleem van de produotie-verhooging heeft het socialisme nooit gerekend. Men is op allerlei manieren aan het „socialiseeren" gegaan, voorloopig met geen ander resul taat dan dat niemand meer weet, wat socia liseeren eigenlijk is. Zoo in Duitschland. De Duitsohe socialisatie-commissie verwierp het staatsbedrijf; men verwachtte er een verminderde productie van, en buitendien is het overheidsbedrijf per se ook niet so cialistisch. Toen is onder leiding van minis ter Wissel de zoogenaamde „Plan-wirt- schaft" ontworpen, die voortbouwde op de economische organisaties uit den oorlogs tijd. Maar. de socialistische leiders ver wierpen die plannen, omdat zij indruischten tegen de stemming onder het volk. Burgerij en arbeiders hadden genoeg van dwang: Zij wilden heiden vrijheid, de eene van handel en bedrijf, de anderen van vakbeweging en staking. (Dit laatste natuurlijk weer om di recte materieele voordeelen te kunnen be halen). En daarom durfde men de uitwer king van deze socialistische plannen niet aan. Aan deze glasheldere en logische be schouwingen voegt prof. de Vooys, zooals boven gezegd, iets over „practische voor stellen" toe. Dit gedeelte van .heL.werkje is vooral van belang met het oog op het socia- lisatie-rapport van de 8.D.A.P., en daarom willen wij op enkele hoofdpuntep wijzen. De practische voorstellen, die gewoonlijk worden gedaan aldus de schrijver om vatten: lo. onteigening van productie-middelen; 2o. verplichting tot bedrijfsooncentratie; 3o. toezicht op het bedrijfsleven; 4o. organisatie van een sociaal-eoonomi- sohe staatsinrichting naast de politieke, ter uitvoering van de bovengenoemde maat regelen. Een dergelijk program is zuiver politiek, ofschoon het zich beweegt op het gebied van de sociale economie. Men kan wel trachten, het van boven af in te voeren, maar daarmee is nog geen werkelijk^socialistische produc tiewijze tot stand gebracht In de eerste plaats zit er een moeilijkheid in het internationale karakter van het bedrijfsleven, waaraan door de socialistische economie nooit voldoende aandacht gewijd is: zfj richtte zich uitsluitend op de industrieel voortgebrachte meerwaarde en verwaarloosde min of meer het interna tionale goederenverkeer. Maar bovendien kan men door wettelijke maatregelen nooit de menschen brengen tot die toewijding en in spanning, die voor het ontstaan van de soci ale gemeenschap onontbeerlijk zijn. De socia lisatie is in wezen een vraagstuk van orga nisatie, waarvoor men (naast wetten) aller eerst bekwame leiders noodig heeft In dit licht bezien, verliest de program- eisch van onteigening zijn beteekenis. Niet het bezit, maar het gebruik der productie middelen moet geregeld worden. Door ont eigening wordt de oplossing van het vraag stuk eerder verward en tegengewerkt. Ingezonden mededeeling. waarom, hinderde mij die onderstelling. „O neen, zeker niet Je kunt er van op aan, dat zij geen droppel ander dan Oostersch bloed in baar aderen heeft" „Maar hoe kent ze dan zoo goed Engelscfa —'vanwaar is ze op de hoogte van Engelsche gewoonten? Misschien is ze in betrekking ge weest op een of ander consulaat „Evelyn, er bestaan ook in het Oosten stan den. Onze gastvrouw is een vrouw van voor name familie, evengoed als jij of tante Do- mitia." „Dat geef ik toe maar dan wordt het een geheimzinnige geschiedenis t_ Een ding is in elk geval zeker, Evie. Ze is verbazend goed voor ons geweest en het dunkt me een slecht bewijs van appreciatie, wanneer we nu den neus in haar particuliere aangelegenheden trachten te steken. ,1'eccavii Je hebt als altijd gelijk, Rathia! En er is nog iets, dat vaststaat; wat moet ze in haar jeugd mooi geweest zijn bijna zoo mooi als jij 1" Ik moest lachen om haar vleierij- «Eh hu nóg"» ging zij voort, „heb je eoh zoo n prach tig figuur gezien? Ja ^J^0'6 hulp van een spiegel, Rathia. En haar hande en voeten zijn zoo klein Zij hield op, en trok haar linkerhandschoen uit; niet zoo gauw kon zij hem,schrftlrerri van de koude, weer aandoen, of ik bemerkte een zwaren gouden ring met iets blauws aan haar middenvinger. „Dat heeft ze gege ven ging zij voort „Het ft een turkoois van Mokka Zij trok hem van haar en mii paste hij, ofschoon ik een half hoofd -kteSTben dïï'zö. Ze wilde, dat ifc Jehjm niet eerder liet zien, dan wanneer het te laat zou zijn. hem terug te geven; ise w wt datEn gelschen nooit een geschenk willen aanne In het programpunt over verplichte con centratie zit een tegenspraak. Men wil die toepassen op bedrijfstakken, die voor alge- heele socialisatie nog niet „rijp zijn". Die uitdrukking „rijp zijn" is juist: het gaat om een groei-proces. Maar een dergelijke groei is niet te dwingen; hoogstens kan men be lemmeringen wegnemen, maar verder alleen de grootst mogelijke vrijheid van beweging toestaan. De wenisch om door concentratie tot arbeidsbesparing te komen, is ook alleen door vrijheid te vervullen: kunstmatig opge legde concentratie zou het tegendeel brengen, zooals in de crisis-jaren gebleken is. De meeste beteekenis is te hechten aan de contröle op het bedrijfsleven, die volgens het socialistische program moet ingevoerd wor den. Niet aft een soort van ipolitie-toezioht, maar om de gemeenschap te helpen bij het zich inleven in de vooribrengingsorganisatie, waartoe de tegenwoordige staat niet bij machte ia De sociaal-economische organen, die daartoe wèl kunnen leiden, zijn in de tegenwoordige maatschappij al bezig te groeien eerder in te groot dan in te klein aantal. Aan duidelijkheid laten deze beschouwin gen van den oud-hoogleeraar zeker niets te wenschen over. Wij moeten het waardeeren, dat iemand als prof. De Vooys met groote onbevangenheid het door politieke phrasee verwarde probleem zoo zuiver mogelijk tracht te stellen. Van het rapport der 8. D. A. P. heeft de schrijver officieel nog geen kennis kunnen nemen, maar kennelijk ft hij op de zelfde moeilijkheden gestooten, waarmee d commissie te worstelen 'had. Maar hij durft die beter aan, breekt eenvoudig met de be driegelijke leus van „onteigening", die in het algemeen onuitvoerbaar is, en voor zoover zij zou uitgevoerd kunnen worden, weinig an ders dan ontgoocheling zou brengen. Dat de maatschappij aan het veranderen is wie zal het ontkennen? Een organisme blijft nooit gelijk. Wil men de veranderingen, die van zelf optreden, de sociale wetge ving, de oonoentratie in de industrie, de nieuwe inkomsten-verhoudingen als „so cialiseering" betitelen, dan is dat ons wel, en dan zal geen verstandig mensch zich blinde lings daartegen verzetten. Maar dan moet men het niet doen voorkomen, alsof men een nieuwe maatschappij in een paar jaren maken kan, door een politiek program uit te voeren. De leidende sociaal-democraten beseffen ook wel, dat zij meer zouden bereiken door een nieuwen geest aan te kweeken dan door wet telijke maatregelen aan te bevelen maar men. Vind je bet erg, als ik hem houd?" Niemand zou het erg van haar vinden, met haar groote, vleiende oogen. Ik antwoordde dan ook: „Natuurlijk ohït. Ze schijnt erg op je gesteld te zijn misschien hebben we daaraan onze redding te danken." Onze gidsen voerden ons langs een weg, die voortdurend kronkelde; wij ontmoetten geen mensch. Nadat we een uur of twee in galop waren voortgereden over de versche sneeuw, vroeg Evelyn verwonderd: „Rathia, zeide de Kbanoum niet dat het één uur rijden was naar Bdtfa?" „Zeker, maar Oosterlingen hebben geen idéé van afstanden, óf ze nemen ze te klein, óf ze overschatten ze," antwoordde ik, om vervolgens Zald haar vraag over te brengen. „Khanoum, het is bijna drie uur rijden, maar de Khanoum Effen' wilde u bij uw ver trek niet dadelijk ontmoedigen," antwoordde deze. „Kijk eens op je kompas," zeide Evelyn, toen ik haar die woorden had vertaald. „Ligt Bitfa niet ten zuidoosten van Kalmaru? En wij rijden naar het noordoosten." Andermaal vroeg ik Zaïd. „In orde, in ordel" kreeg ik tot bescheid. „Ik ben in dit land geboren en getogen, Khanoum. Aan stonds buigt de weg zich, en we rijden omlaag naar Bitfa, zooals de koningsgier neerschiet op zijn prooi. Maak u niet bezorgd, wij zullen bij Allah al Qawi-al Majid zorgen, dat gij Bitfa behouden bereikt. En aft ge aan ons mocht twijfelen hier draaide hij de haren van zijn knevel, die zulks toelieten, omhoog. herinner u dan, dat, wanneer u een haar op het hoofd mocht gekrenkt worden, wij dit voor de Khanoum Effen' zouden hebben te verantwoorden." „Zij spaart de roede niet, hè? onderstel de tegenwoordige treurige mentaliteit is lijn recht daaraan tegengesteld. Zij durven er niet tegen in, en zijn zoo in een impasse geraakt, waarvan zoowel de rede van den heer Troel stra bij zijn jubileum aft de 1 Mei-viering de duidelijkste sporen droeg. Publicaties als die van prof. De Vooys kunnen er veel toe bij dragen, om in dit opzicht meer klaarheid te brengen. Alleen daarom al heeft zij groote verdienste. („Hbl."). BINNENLAND. De Arbeidswet Het Nederi. Oorrespondentiebureau ln Den Haag meldt: Uit de beste bron vernemen wij, dat een berioht in „Het Volk", als zou de 46-urige arbeidsweek niet vóór Januari 1921 worden ingevoerd, wellicht zelfs niet vóór April van dat jaar, volkomen uit de luoht is gegrepen. Zonder dat men een bepaalden datum kan noemen, waarop de regeling van de Arbeids wet ten aanzien van de fabrieken en werk plaatsen in werking zal kunnen treden, kan met stelligheid worden verzekerd, dat dit betrekkelijk spoedig en zeker nog in den loop van dit jaar het geval zal zijn. Reeds heeft de Hooge Raad van Arbeid advies uitgebracht over het ontwerp-arbeidsbesluit, terwijl het ontwerp-werktijden-beslult bij dit college in behandeling ft, en de overige desbetreffende algemeene maatregelen van bestuur, welke aan het departement voor den arbeid zijn of worden ontworpen, even eens met den meesten spoed worden onder zocht, naarmate zij bij den Hoogen Raad van Arbeid inkomen. De subcommissies van den Hoogen Raad van Arbeid vergaderen hiertoe dagelijks. Daar deze algemeene maatregelen van bestuur in de praotijk van de grootste eteekenis zuilben zijn, spreekt het intusschen vanzelf, dat de ernst van het onderzoek daarvan aan den spoed niet mag worden opgeofferd. Ook de Raad van State zal ten slotte de algemeene maatregelen van bestuur nauw gezet hebben na te gaan, alvorens deze zul len kunnen worden uitgevaardigd. Doch dit alles neemt niet weg, dat zij stellig nog dit jaar in werking zullen kunnen treden. Als de kroonprins visite krijgt Het Kamerlid Schaper heeft tot den minis ter van Binnenlandsahe Zaken de volgende vragen gericht: 1. Is het gezien het antwoord van den minister van 17 Mei j.1., in zake de kosten, besteed aan de gewezen vorstelijke personen uit Duitschland dan niet juist, dat eönde 1919 o. a. ten behoeve van de voormalige kroonprinses, als gast van den gewezen kroonprins, voor de inrichting eener logeer kamer 6 700 zijn besteed, b.v. voor mys- teres, fluweelen overgordijnen van 240, Ja- pansche matten, tafel- en andere kleedjes? 2. Zoo ja, hoe is dit te rijmen met de ver klaring van den minister, dat bij de inrich ting der woning niet op ontvangst van gasten is gerekend? 8. Is de voormalige kroonprins niet in staat, evenaft zijn vader, de kosten van zijn verblijf en dat zijner gasten geheel en al te betalen? 4. Zoo Ja, op welken grond worden die koeten, in totaal rond 14600, dan voldaan uit 's lands kas? Steenkolen. Het Nederi. Oorrespondemtlebureau lm Den Haag schrijft: In een der bladen ls gemeld, dat vermoe delijk het volgende jaar tot inperking van de rijkskolendistributie zal kunnen worden overgegaan. Naar wij uit de beste bron ver nemen, is dit, gezien den kolennood van de verschillende landen, zeer onwaarschijnlijk en zal de kolenvoorziening nog geruimen tijd: een voorwerp van zorg der regeering de ik. „Neen, maar zij telt de slagen, wanneer onze vader ze ons toedient," antwoordde hij ernstig. „Wij volgen nu het spoor der Tienduizend," lichtte ik Evelyn in, toen wij verder gingen. „Weet je „Wat tienduizend? Voornaamste Amerika nen? American Upper ten-thousand?l" „Houd toch opl Je weet wel, de Grieksdhe soldaten, die onder Xeruophon van Babylon naar de Zwarte Zee trokken, en „Dat is van vóór mijn tijd, en ik geef niets om de klassieken, wanneer ik koud en hon gerig ben „Koud? stel je dan eens voor, wat die arme Grieken hebben moeten doorstaan, toen ze, verder in het jaar ook nog, hier moesten marcheeren in hun koude wapenrusting „Ik wil zooiets me liever niet indenken I" „...en zonder ook maar een enkel paar met bont gevoerde schoenen aan hun twintig duizend voeten Al« zij een enkel paar hadden bezeten, zou het nog veel erger geweest zijn! Dan was het tot een moorddadig gevecht gekomen: iedereen had er zich van willen meester maken, en je hadt een nieuw onderwerp ge had voor je klaagzangen." Ik deed geenvendere pogingen om haar geestdrift voor mijn Hellenen ln te blazen. Evelyn stelt zich altijd tegen goede Invloeden te weer. Bij anderen heb ik wel eens bemin nelijker eigenschappen aangetroffen, maar toch niet veeL We kwamen aan een vervallen pleister plaats, waar wij, ln een waterdicht hoekje, onze lunch nuttigden. Te Kalmaru had men ons voorzien van een nieuwen leeren zak, die thans koud wild, fruit, gebak, Koerdisch moeten blijven uitmaken. Voorzoover in het bedoelde berioht op eventueele afschaffing van de rijksbemoeiing met de huisbrand- voorziening mocht gedoeld zijn, kan wor den medegedeeld, dat daarvan geen sprake kan zijn, zoolang de prijs van de fabrieks- kolen nog hooger is dan die, waarvoor de huisbrandkolen worden verstrekt. Mocht dit prijsverschil verdwijnen, dan zou de be moeiing der regeering zich tot de zorg voor voldoenden aanvoer van kolen kunnen be perken, en zou het publiek vrij kunnen wor den gelaten in het koopen van de benoodig- de hoeveelheden, zander dat gevaar bestond, dat deze aankoopen met speculatieve doel einden geschieden. Intusschen wijst voors hands niets er op, dat het bedoelde prijsver schil binnen afzienbar entijd tot het ver ledens zal hehooren. Aan den van de zijde van de industrie kenbaar gemaakten wensch, den prijs van de huisbrand- en de Industriekolen te egaliaeeren, kan de regee ring niet voldoen. Zij blijft zich op het standpunt stellen, dat de kolen van de Lim- burgsche mijnen, die thans aan de huis brandverbruikers tegen kostprijs geleverd worden, in de eerste plaats moeten dienen voor verwarming. De regeering verlangt wonlngbouw- vereenvondlging. Eenige weken geleden ls door minister Aalberse ter kennis van de gemeentebestu ren gebracht, dat ook ten opzichte van den woningbouw met overheidssteun, de groot ste zuinigheid moest worden betracht. Daar het een algemééne opmerking gold, was nog niet met beslistheid te zeggen, waar de regeering meende dat de uiterste grens der bouwkosten moest liggen. Thans is daaromtrent meer zekerheid ver kregen. In den loop dezer maand is n.1. na mens minister Aalberse tot B. en W. van Amsterdam een missive gericht, waarin Ingezonden mededeeling. 99 van de 100 «dek door onverstandig te leven. Een medisch schrijver, met 60 Jaren prak tijk, zei dat 99 pet. van de menschen, die hem raadpleegden, door hun eigen schuld ziek waren. Hij bevond, dat over-eten, verkeerd ge bruik van opwekkende middelen, gebrek aan lichaamsbeweging, ongeregelde slaap en overwerking de menschen ziek maakten. Nu ft een dergelijke leefwijze bijzonder nadeelig voor de nieren, en als rugpijn, rheumatische pijnen of blaaszwakte eruit voortkomen, is dit een zeker bewijs, dat de nieren door de abnormale inspanning tot ondergang gedoemd zijn. Niemand, die weet wat dit beteekent, mag een oogenblik aarze len over wat hem te doen staat. Geef ln de eerste plaats uw onverstandige leefwijze op en leef sober. Alleen deze voor zichtige verandering in gewoonten en een speciaal niergeneesmiddel kunnen u bijstaan tegen het bekruipend urinezuur, vroegtijdige verharding der aderen en ernstige nierver schijnselen, als rheumatiek, nlergruis, spit, ischias, steen, urinestoornissen, onzuiver bloed, bloedarmoede, nier-waterzucht en blaasontsteking. Zwakke nieren vereischen hulp om weer sterk te worden en de best mogelijke hulp is juist die heelende, opwekkende hulp, die Fosteris Rugpijn Nieren Pillen kunnen geven. Fosteris Pillen hebben succes, omdat zij doen wat ervan gezegd wordt. Zij brengen de nieren, blaas en urinewegen op streek, versterken en heelen haar. Zij werken hoe genaamd niet op de ingewanden. Let er evenwel op, dat gij de echte Foe- teris Rugpijn Nieren Pillen krijgt, voorzien van de handteekening van James Poster op de verpakking. Te Den Helder verkrijgbaar by A. ten Klooster, Keizerstraat 98, k 1.76 p. doos of 110.p. zes doozen. brood en een flesch dragelljken Armenischen wijn bleek te bevatten, hetgeen wij, naar ik vermoedde, te danken hadden aan de goede zorgen van de Khanoum Effen' in 't bijzonder en aa nde hartelijkheid van het geheele geein dn het algemeen. Even later had ik iets uit mijn edgen zak noodig; hij leek mij zwaarder dan gewoonlijk; er lag een pakje ln, dat rin kelde. Het was gewikkeld in een zijden zak doek, waaraan een papiertje was bevestigd, dat in fijne Arabische karakters het volgende behelsde: „Een geschenk voor u. Wil mijn hart niet verscheuren door bet te weigeren. Van Aminwih, vrouw van wijlen den gipotvader van Isoharyaar Beg van Kal maru." „Dus de Khanoum Effen' heet Aminah, en dit schijnt haar methode te zijn, om iemand een geschenk te laten aannemen," lachte Eve lyn, toen ik vertaalde. „Je sohrijft haar na tuurlijk een aardig briefje terug. Goeie hemel, wat een collectie oudroest!" Zij trok het neusje in verachting op, toen ik het pakje opende; ik zelf stond sprakeloos. Mifasri, die ons bediende, vergat zijn plaats en staarde stom van verbazing naar het kleine hoopje kegeltjes en cyldndertjes in mjjm schoot. „Genadige hemel I* barstte hij toen uit „Zegelringen I" Waar het Orientallsme be trof, waren wij niet langer meesteres en knecht, maar collega's-enthousiasten. „Asshur Nazirpal!" riep hij uit, toen ik hem er een toereikte. „Nabu-Apli het overige onlees baar (Wordt vervolgd)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1920 | | pagina 1