HELBEISCME MISS UKHLUSIH Tweede Blad. „BELLEVUE" GOEDKOOP REIZEN PER BOOT. VAN ZATERDAG 26 JUNI 1920. HOTEL - CAFÉ - RESTAURANT BEZOEKT DE op ZONDAG 27 JUNI, van 8 11 uur. JOH. FALA viool. ARIE D. v. d. WEG. piano. F. KRUGER violoncel. Fa. !V1. J. SCHOUTEN. FEUILLETON. maal per week van beide zijden, nformaties: „ESONA", Binnenhaven 2a. (Wordt vervolgd). Op- en ondergang van Zon en S^laan en tijd van hoogwater (Texel). (Zomertijd.) Maan Zon orÜL: opond.: v.m.: n.m.: Hoogwater Juni. Zondag 27 a. Maand. 28 Dinsdag 29 Woenad.30 Juli. Dond.d. 1 Vrijdag 2 Zaterd. 3 op: 5.52 m. 6.49 7.40 8.25 r 9.3 9.36 10.4 2.9 4.41 9.24 2.44 4.42 9.24 3.24 4.43 9.24 4.11 4.44 9.24 6.5 7.— 7.50 8.30 6.20 7.15 8.10 8.50 5.4 6.2 7.4 4.44 9.24 4.44 9.24 9.10 9.30 9.45 10.10 4.44 9.24 10.15 10.45 DE WEEK. 22 Juni. 't Zouden we voorloopig door de „hitte-golf zijn, die ons in de afgeloopen week heeft doen zuchten en zweeten, die de menschen, uit de Oost gerepatrieerd, hun witte pakjes deed aantrekken en de corpulenten, de dik- kertjes, tot wanhoop bracht? Telkens dreig de het verlossing uit den hitte-nood belo vende onweer, maar 't barstte niet los. Op dit oogenblik is de temperatuur dragelijker. Wij verkeeren in midzomer-atmosfeer Zwartkijkers voorspellen, dat de weelderig- zomersche dagen van Juni-maand zullen ge volgd worden door periode van regen en gure luchten, wanneer straks de vacantietijd zal zijn aangebroken. Hopen en vertrouwen wij van beter. Het dreigement van president Fock dat de Tweede Kamer zou moeten doorwerken, dit jaar, zonder zich zomer-recès te ver. schaffen, zal gelukkig niet tot uitvoering komen. Maar mijne meermalen gewaagde voorspelling, dat t in 1920 op het Haag sche Binnenhof een „extra-latertje" zal wor den, haar doe ik ten volle gestand. Met het z.g. anti-revolutie-ontwerp is anders geloopen dan zeer velen hadden ver wacht. In den namiddag van 16 Juni j.1. was het Lagerhuis, na een debat van nog geen twee zittingdagen door de artikelen heen Werd het wetsvoorstel aangenomen met 52 tegen 4 stemmen. De soc.-demooraat L. M Hermans volgde niet het voorbeeld van zijne partijgenooten, die voor de stemming de zaal verlieten. Ten slotte verklaarden zich de twee aanwezige vrijz.-democr.aten en de chr.-sociaie dr. Yan de Laar tegen de anti revolutie-wet. De obstructie liet zich op de twee laatste dagen nu en dan nog even gel den (o. a. bij het voorstel-Troelstra tot schor sing van de beraadslagingen in afwachting van nadere gegevens betreffende het strikt- noodige van het ontwerp) maar veel had zij niet meer te beduiden. Dr. van Rave- steyn, de communistische afgevaardigde, vond nog even gelegenheid uit te roepen, in zeer-gramstorige Stemming, dat minister Heemskerk een dienaar is van de Ameri- kaansche en Fransche „haute finance". Er zijn nog wel meer booze en hatelijke woor den gezegd bij deze discussie, maar het eind kwam toch veel spoediger dan eigenlijk iemand verwacht had, gelijk ik reeds zei. Niemand kan in ernst betwisten, dat het ontwerp, zooals het uit de parlementaire smeltkroes is te voorschijn gekomen, er heel anders uitziet dan toen het oorspronkelijk bij de Kamer werd ingediend. Sommigen blijven het een gevaarlijke wet achten. In- tusschen moet men niet vergeten, dat mi nister Heemskerk o. a. verklaard heeft, dat volgens zijne overtuiging de in November 1918 door mr. Troelstra te Rotterdam uitge sproken, bekende rede z.i. niet onder de anti-revolutie-wet zou zijn gevallen. Wan neer de vader dier wet aldus spreekt, dan mag het een geruststellend woord worden genoemd. Het ontwerp is op verschillende punten beduidend verzacht, verbeterd en zoowel door den minister van Justitie als van liberale zijde is daartoe met ernst mee gewerkt. Het verwijt, door mr. Marchant tot zijne voormalige concentratiegenooten ge richt, dat dezen i.c. slechts aasden op de gunst van Jan en Johanna Kiezer(es) lijkt dan ook verre van billijk of gegrond. Aan gestipt moet nog worden, dat de anti-revo- lutiewet slechts daden ter voorbereiding van eene concrete revolutie strafbaar stelt. Wan volkomen-objectief, onpartijdig stand punt (als het mijne) kan niet worden be twist, dat men deze wet veel „erger", veel grimmiger en gevaarlijker heeft geteekend dan zij in werkelijkheid is. Niettemin kan ook degeen, die bereid is deze meening te onderschrijven, omtrent de dringende nood zakelijkheid der indiening ervan met de Re geering van meening verschillen. Donderdag j.1. werd de tocht door het restant van de nieuwe Schoolwet hervat, en thans is de lex-De Visser „op één oor na gevild". De Kamer is, op een artikeltje na, door de wet heen. Maar van recès is inderdaad nog lang geen sprake. Verschenen is eindelijk de derde Nota van Wijziging van het ontwerp tot wijziging van de Gemeentewet en der Inkomstenbelasting. Zij geeft aan de ge meenten terug het recht om eigen belasting naar het inkomen te heffen. Tevens wordt aangekondigd eene welhaast te wachten noodregeling voor financieelen steun aan de genieenten. De Tweede Kamer heeft nog een dikke agenda voor zich, waarop tal van moties en interpellaties. Maar bovendien is het vaste plan om de finantieele voorstellen van minister De Vries nog vóór het recès af te doen. Sommigen voorspellen, dat het parlementaire jaar niet zal eindigen zonder dat een nieuwe bres zal zijn geschoten in het Kabinet-Ruys.Dat Exc. De Vries een extra-harden dobber zal hebben, dat staat rotsvast. En wanneer dan te lange leste toch ook dit woelige, afmattende zittingjaar tot een eind is gekomen, vermoedelijk midden Juli dan zal voor 't eerst na twee-en-der tig jaren niet de griffier mr. Arntzenius de notulen lezen van de laatste vergadering vóór het recès. Op zeventigjarigen leeftijd is Arntzenius ontslapen. Van den dag i waarop hij nog zoo kort geleden ge huldigd werd, hem de benoeming tot Staats raad i. b. d. werd aangekondigd, werd hij door ziekte gedwongen afwezig te zijn. Voor een toonbeeld van plichtsbetrachting en toe wijding als deze bekwame en zeer-beschei den was, moet 't een marteling zijn ge weest, zijn taak aan andere handen over te laten. Voor de Kamer is mr. Arntzenius heengaan, bladen van allerlei soort en richting hebben 't erkend een werkelijk groot verlies. Hij was de gids en betrouw bare raadsman van opeenvolgende praesi- des, de vraagbaak voor oudere en jongere Volksvertegenwoordigers. Jan Publiek weet niet, wat er aan die functie van griffier der Kamer vastzit. De ingewijden beseffen de beteekenis en den omvang daarvan. Wijlen Arntzenius beheerschte die zware taak Ingezonden mededeeling. SOLISTEN: We blijven in het angstwekkende „cir keltje" draaien. Het hotel- en café-perso neel, de koks nu inbegrepen, hebben nieuwe loonactie aangevat en niemand zal mogen betwisten, dat ook in de nieuwe „desidera ta" veel billijks ligt. Maar Jantje Publiek, i.c. de gasten en bezoekers, zullen hier in- letterlijken èn figuurlijken zin „het gelag" hebben te betalen. De ontwerpen-pensioenwetten voor zee- en landmacht zijn ingekomen. Minister Pop blijkt het molentje met snelheid te laten draaien. Dat in de eerste helft van Juni gelijk nu 't geval is de Begrooting van Marine den Raad van State bereikte, is ze ker een zeer verrassend „novum". De voorstanders der „drooglegging" van Nederland, alsmede van invoering der plaat selijke keuze, zetten hu nnobelen, maar niet steeds practischen kamp met vollen ijver door. Dat theorie en praktijk ook hier wel een sin botsing komen, bleek bijv. te De venter, waar op de „drooggelegde" kermis 27 processen-verbaal wegens dronkenschap werden opgemaakt, tegen.18 op de voor malige „natte"! De verboden vrucht blijtf nog steeds voor velen begeerlijk, óók al is zij, gelijk de Paradijs-appel, nóg zoo gevaar lijk! Mr. ANTONIO. BINNENLAND. mr. ten volle. De beide commiezen-griffier zijn nog slechts kort in functie. De oudste, mr, De Vos van Steenwijk, was door ziekte zere geruimen tijd, pas na zijn optreden, afwe zig. De heer Beelaerts v. Blokland, de zeer bekwame commies-griffier van den Senaat, werd genoemd als iemand, berekend voor het griffiers-ambt. De Kamer moet hier spoedig tot een besluit komen. En'dat is, - gelijk reeds opgemerkt verre van licht De woningnood leidt tot allerlei zonder linge toestanden. En de uitsluiting in het bouwbedrijf komt de situatie nog veel erger, dreigender maken dan die reeds was. Menige huuroommissie wordt aldus genood zaakt tot het nemen van beslissingen, waar toe zij slechts tegen heug en meug overgaat. Maar het getal der^enen, die zonder dat zij tot de paupers kunnen worden gerekend met „dakloosheid" worden bedreigd, neemt al-meer toe. De vooruitzichten zijn hier voor menigeen werkelijk beangstigend. Over 't algemeen was in de jongste dagen op velerlei gebied de stemming „in mineur". De Belgisch-Nederlandsche besprekingen zijn nog altijd stop-gezet, en 't blijft de vraag, wat er komen zal van de via Londen aangekondigde Entente-pogingen om de on derhandelingen over wijziging der traktaten van 1839 te hervatten? Wie zich, gedurende den oorlogstijd, eene toekomst gedroomd hebben van innige verbroedering tusschen de beide volken: zij zullen nü toch wel de illusie hebben prijsgegeven. Erkennend dat: „Es war' zu schön gewesen „Es hat nicht sollen sein!" Oók wanneer ten leste het gewijzigd trak taat door partijen bekrachtigd wordt, zal de verwijdering tusschen een deel van het Bel gische volk en het Nederlandsche helaas en zeer waarschijnlijk nog jaren voortduren. Prijsgeven moot men blijkbaar ook de illusie, in ons land een hoogoven-bedrijf te vestigen. Gemis van voldoende voorraad grondstoffen, van goede transportwegen eg van geschoolde arbeiders in voldoende ge tale: deze schijnen de oorzaken te zijn van het vermoedelijk mislukken der plannen. „Bezint eer gij begint!" plachten onze voor ouders te zeggen Van ondernemingen, iet- wat-overijld en -voorbari gaangevat. De Memorie van Antwoord der Begroo tingP. en T., door minister Konig aan de Eerste Kamer gezonden, heeft bevestigd wat zoovel en verwachtten: de porti zullen eerlang weer duurder worden. door JESSIE DOUGLAS KERRUISH, voor Nederland bewerkt door L. ALETRINO. 45) „Maar nu hebben wij de doodkist nog, begon de vrouw, die Marta heette. „En hoe kunnen wij zeggen dat de Khanoum hier is gekomen? Zij zal bevriezen!" De anderen dachten diepzinnig na. „Ik zal niet bevriezen, wanneer jullie het lijk kleed om mij heen hebt gewikkeld, ant woordde ik. „En ik kan met m de kist wor den gestopt met al mijn kleeren aan. „Wat was de wijsheid van Asaf en van Suleiman vergeleken bij die ^rr-i o riep Ovanes uit. „Doen of zy het lyK is. „Tot het onderzoek is afgeloopen, en het werkelijke lijk van den rivieroever kan woi- den gehaald," vulde ik aan. „Geef die din gen eens hier!" Ik wees op mijn schoenen. Wy hadden ze opgepropt met revolvers en patronen; toen zij eenmaal verdwenen waren, was de kerk vrij van alle contrabande en Europeesche kleeren; restte nog het vullen van de kist. Het meisje werd weer op wacht gezet, de mannen boorden gaten in het deksel, Maria maakte mijn haar los, en vlocht het zooals 111 die streek gebruikelijk; ondertussclien gai ik met behulp van een zakspiegeltje en een Jhr. mr. De Savornin Lohraan. Naar „De Tijd" verneemt, moet aan de zin speling van minister De Visser op een toe komstig aftreden van jhr. mr. de Savornin Lohman de beteekenis worden gehecht, dat deze politieke nestor zich na de aanneming der Lager Onderwijswet voorgoed uit het politieke en journalistieke leven zal terug trekken. Als hoofdredacteur van „De Nederlander' zal hij vervangen worden door prof. dr. J. R Slotemaker de Bruine, die het hoogleeraars- ambt zal neerleggen, en aangewezen schijnt om in 1922 lid te worden van de Tweede Kamer Het Neutraal Vakverbond en de boycot van Hongarije. Het Algemeen Nederlandsch Vakverbond, kennis genomen hebbende van het uitspreken van de boycot tegen Hongarije door Int. Ver bond van Vakver. heeft besloten dat de bij hem aangesloten organisaties geen medewer king zullen verleenen aan deze boycot. Vooral hierom kan het zich niet vereenigen met deze boycot, omdat juist die groepen ge troffen worden, die gedurende en na den oor log de grootste ontberingen hebben geleden en ook nu weer het zwaarst zullen worden getroffen. Het Algemeen Nederlandsch Vakverbond acht dan ook de thans aangevangen agitatie in hooge mate ongewedseht, speciaal voor de economische en sociale verhoudingen onzer Hongaarsche standgenooten. De Zondagszegels. In de Commissie van Overleg deelde de voor zitter de directeur-generaal mede, dat vele klachten waren ingekomen, dat brieven, hoewel voorzien van de strook „bestellen op Zondag" niet in de Zondagsbestelling opgenomen waren geworden, zoomede dat tegen koopers van Zon dagszegels wel eens onbeleefd wordt opgetreden. Wijl bedoelde strook eene opvallend is, en de klachten bij onderzoek gegrond waren bevonden, kan geen andere gevolgtrekking worden gemaakt, dan dat dat gevallen zijn van gebrek aan plichts besef. De voorzitter vestigde er de aandacht op, dat inkrimping van den Zondagsdienst slechts dan voortgang kan hebben, wanneer h<jt personeel eer lijk medewerkt om die inkrimping voor het publiek zoo min mogelijk bezwaarlijk te doen zijn. Zou de dienstuitvoering op Zondag aanleiding blijven geven tot gegronde klachten, dan zou de administratie, hoe ongaarne ook, moeten overgaan tot intrekking van de gunstige bepalingen wat be treft de bestelling op Zondag. De vergadering sprak unaniem bare afkeuring lyt over zoodanige plichtsopvatting en laakte scherp bet optreden dergenen, die, gedreven door gemakzucht, oorzaak konden zijn, dat die door het boekje papier poudré mijn gelaat een pas sende bleekheid. Toen legde Marta mij naar behooren af. Zij moest even glimlachen, voelend de humor van het geval. De mannen grijnsden. De Chal deeërs zijn van een oorlogszuchtig ras; onder dezelfde omstandigheden zou een Armeniër groen geweest zijn van angst. Zij wikkelden mij in het lijkkleed; daar de maat voor mij een weinig te klein was, lieten zij mijn han den en voeten er buiten. Gelukkig werd ik blauw van de koude, en allen waren het er over eens, dat ik bij kaarslicht een model-lijk was. Wij rekenden er op, dat de Turken niemand binnen zouden laten gedurende het onderzoek van de kerk, als het thans tot een onderzoek mocht komen. De kist was een beetje nauw, maar met bet deksel toe kon ik toch nog gemakkelijk adembalen; de spijkers werden in de gaten geslagen, en op enkele lichtstralen na, die door de spleten drongen waar de planken wat afweken, was het vol komen donker. Wij waren amper zoover, toen de deur kraakte. Door de spleten zag ik de kaarsen flakkeren door den tocht; den schildwacht hoorde ik zeggen, dat, zoo Allah wilde, het volk de kerk mocht binnengaan; zijn opdracht luidde, elkeen te onderzoeken, die er uit wil de. Een persoon stapte naar binnen en de deur sloeg dicht. „Wij willen ons opmaken voor den morgen dienst, mijn kinderen begon de stem van den kasja. Ovanes antwoordde, hevig fluisterend. Dat duurde eenigen tijd. „Een complot van Nim- rod's aanhangers?" herhaalde de priester eindelijk. „De Khanoum die door het dorp ging in de kist?" Eenige haastige uitleggingen volgden. De personeel zeer op prijs gestelde gunstige bepalin gen, resultaat van langdurig propageeren, inge trokken worden. De vertegenwoordigers van het personeel zou den hun invloed aanwenden, om in dit opzicht ver betering te verkrijgen. „Onze Vloot". Te Arnhem is Woensdag de jaarli.iksche alge- ineene vergadering gehouden van het hoofdbestuur, den Algemeenen Raad en de afgevaardigden der afdeelingen van de Kon. Ned. Ver. „Onze Vloot" Aan den vooravond waren de leden en afgevaar digden door de afdeeling Arnhem ontvangen. In zijn openingsrede wees de voorzitter, de heer II. M. van Bemmelen. op de popularitèit van ieger en vloot in het begin van den oorlog. Thans is de toestand geheel anders; het aantal anti-miltaristen stijgt voortdurend en bet groote deel van het Ne derlandsche Volk is verblind voor het groote be lang der bewapening en dringt slechts aan op be zuiniging. Geen wonder, dat de animo van hen. die bij de Marine dienen, sterk afneemt. Toen even wel de Regeering vorstelde den afbouw der krui sers niet voort te zetten, stond de Vereeniging .Onze loot" op de bres en organiseerde een pro testvergadering daartegen. Velen hebben „Onze Vloot" de gevoerde actie kwalijk genomen, maar deze was noodzakelijk. De kruiserszaak heeft de belangstelling onder de Ma rine verlevendigd en de Regeering benoemde een commissie tot bestudeering van den wederopbouw der Marine. De belangstelling in de Marinê keert terug en in verband daarmede wees spr. op be langrijke giften, welke ..Onze Vloot" ontvangt, op de belangstelling voor de vereeniging aan den dag gelegd, en op de vele aanmeldingen voor adelborst. In het jaarverslag van den secretaris, jhr. v. d. Wijck, wordt o. a. gememoreerd, dat 1919 voor de Vereeniging een bijzonder werkzaam jaar is ge weest. Herinnerd wordt aan het Nationaal Congres voor de weerkracht van het Nederlandsche Volk. dat op initiatief van de Vereenigingen ..Ons Le ger". „Volksweerbaarheid" en ..Onze Vioot", in September 1919 gehouden werd. De bedoeling van dezelfde vereenigingen is om in September a.s. een tweede Nationaal Congres te houden. Het ledental is met 1018 verminderd; op 31 Dec. 1919 bedroeg het 9804. Rekening en verantwoording over 1919 sluiten met een eindcijfer van ƒ24.950; er is een voor- deelig saldo van 709. Als plaats der volgende jaarvergadering werd in combinatie met Vlissingen, Middelburg aange wezen. De voorzitter gaf daarna een uiteenzetting van de plannen van het hoofdbestuur. De bedoeling was om een marineprogram van „Onze Vloot" in groote oplaag te verspreiden. De verzending had evenwel niet plaats in verhand met den arbeid van de Regeeringscommissie voor den wederopbouw van de Marine, welke waarschijnlijk binnen eenige maanden haar rapport zal aanbieden. In dat ver band scheen het niet gewenscht om de Regeering voor te zijn. Het program van ..Onze Vloot" werd dus ingehouden om eerst het rapport van de regee ringscommissie af te wachten. Bii de discussies betreffende de door de vereeni ging gevoerde propaganda en de richting, waarin deze yerder gevoerd moest worden, deelde de voor zitter een en ander mede over de werkzaamheden der vereeniging, die niet in het openbaar ge schieden. Zoo werd in 1913 in het geheim eene commissie benoemd, waarin zitting hadden groot-industriëe- len, professoren, financiers en anderen, die zich ten doel stelde het Ned. volk voor te lichten over het belang voor ons volk van onze koloniën en daarvoor van een goede vloot. Niemand wist. dat deze propaganda uitging van de vereemgin<* „Onze Vloot". Een van de grootste journalisten van ons land werd voorgelicht door de commissie en het dag bestuur en nadat deze een grondige studie van de zaak had gemaakt, heeft deze 6 maanden lang arti kelen geschreven, die eerst door het dag. bestuur en de. commissie werden gelezen en goedgekeurd en dan gratis een plaatsing naar 150 bladen wer den gezonden. Zoo werd 6 maanden lang een krach tige campagne in de pers gevoerC. waarbij het be stuur en de vereeniging geheel buiten de zaak bleef. Het succes bleef niet uit. Het was grooter dan men had mogen verwachten. Niemand wist vanwaar die propaganda kwam. Eén man in de Kamer heeft er over gesproken, toen hij zeide dat ons volk vergiftigd werd met die propaganda, die ongetwijfeld het werk was van „Onze Vloot". Eenige weken later verscheen in een de-r socia listische bladen een spotprent daarover. Wel een bewijs, dat de propaganda succes had. Spreker zal het bi.i deze eene mededeeling laten. Hij vindt lietoonoodig ook de andere werkzaam heden, die in l(S?t geheim worden verricht, te pu- blieeeren; want dan kon de Vereeniging „Onze Vloot" haar vlag wel strijken. Alleen door dit eene voorbeeld heeft spr. willen demonstreeren, dat nog iets anders wordt gedaan dan pakjes verzenden. Tenslotte werd eene commissie benoemd, die zal nagaan hoe de propaganda voor „Onze Vloot" het best kan worden gevoerd. Ook werd nog vastgesteld, dat de vereeniging niet is eene militaristische, en niet anders voor staat dan de noodige zeemacht voor Nederland Ingezonden mededeeling. Ik wist niet, dat Den Helder al zoo „groot" wai dat we misschien weldra zullen worden vergast op nog meer moderne vervoermiddelen. De heer Woudstra zegt. dat het doel is schijf schieten en plaatst dan tusschen twee haakjes: nogal logisch, is 't niet?" Laat ik eerlijk zijn en hem zeggen, dat z ij n logica boven m ij n verstand gaat, dan is hij ten minste vrij om te zeggen, dat ik ook hiervan geen snars verstand heb. Ik begrijp niet. dat men bij voorkeur vracht auto's gebruikt om personen te vervoeren en dat, hoe meer tijd men aan het schijfschieten be steedt. hoe heter zulks is. Ik bewonder dan alleen de scherpschutters van vroeger, die het zonder auto hebben moeten leeren. Dat het kweeken van schutters en het op een betere manier leeren loo- pen van onze manschappen bij de marine moet ge schieden ten koste van niet onbelangrijke finan- cieele offers van de Heldersche burgerij, lijkt m;; echter niet de juiste manier. Ik wil vooralsnog de heer Woudstra niet rangschikken onder degenen, die het spreekwoord huldigen: ..Het is goed riemen snijden van een anders leer", doch geef hem den welgemeenden raad om bij voorkomende gelegen heid zich eerst te plaatsen op het standpunt van werkelijk belanghebbenden en niet te schrijven als iemand, die er geen snarsbolang bij heeft. Schoenmaker, houdt je bij jegeweer, lijkt mij hier derhalve niet heelemaal misplaatst. Met dank voor de plaatsing. Hoogachtend, B. HERINGA. Geachte Redactie. Ondergeteekenden verzoeken beleefd eenige plaatsruimte in Uw veelgelezen blad. Voetbal vereeniging ..Helder" en het „Stedelijk Muziekkorps". Het is tegenwoordig voor de vereenigingen een benarden tijd, om het hoofd boven water te houden. Daarom hebben, zooals men in de „Held. Courant" van Donderdag j.1. heeft kunnen lezen, bovenge noemde vereenigingen op Zondag 4 Juli een voet balwedstrijd uitgeschreven. Zij hebben hiertoe aangezocht een Amsterdamsche Combinatie, be staande uit A. F. C.-, Ajax- en Blauw Wit-spelers. waarin o. a. zullen uitkomen: Asscherman. Gerth. Dubois, Dorenbos, etc.; alle Westelijke le klas en reserve le klas-spelers. Zij spelen onder den naam A. F. C. „De Zwaluwen". Een versterkt „Helder" zal tegen dit elftal den strijd aanbinden. Het is tevens een mooie propa- ganda-wedstrijd. „De Zwaluwen" zullen wel van hun spel laten genieter. Het Stedelijk Muziekkorps zal. behoudens goed keuring van den burgemeester, een promenade maken vanaf bet Stationsplein, vanwaar om 2 uur wordt afgemarcheerd. erder zal het» korps den wedstrijd opluisteren. Kaarten zullen vanaf Maandag a.s. aan de be kende adressen verkrijgbaar zijn. De entrée is 0.30 en ƒ0.40 (geres.). Kinderkaarten 10.10. Ondergeteekenden roepen dan ook het muziek- en voetballiefhebbend publiek op, om allen op 4 Juli naar den Bolweg te gaan, zoodat de finan- cieele toestand van deze vereenigingen aanmerke lijk versterkt mag worden! Zie voor nadere bijzonderheden de biljetten. Met dank voor de plaatsing. DE BESTUREN. priester was een man van zeker en snel ban delen. „Hoe is het met u, Khanoum?" vroeg hij. „Zeer goed, kasja Effen'," antwoordde ik onmiddellijk, toen zijn vraag door de spleten gedrongen was. „Maak toebereidselen tot den ochtenddienst, het is thans geen tijd voor redenaties denk aan den schildwacht!" „Khanoum, wij zijn u eeuwige dankbaar heid verschuldigd, wij en al onze families. Wij zullen u op onze hoofden dragen, wij zullen u de voeten kussen, voor ons heil „Best," zeide ik. „Begin nu maar met de toebereidselen." Na eenig geschuifel weerklonk de oproep voor fiet gebed, daarin bestaande, dat de meest gespierde van de diakenen een tus schen twee spijlen hangende plank met een hamer bewerkte. Op dit geraas ging de deur opnieuw open, en een aantal gelaarsde en gespoorde voeten deden zich op de steenen hooren, alsmede geweerkolven, die weinig omzichtig werden neergezet. „Kasja, wij hebben alle huizen afgezocht, en tot dusverre de plaats onschuldig bevon den. Nu zullen wij, voor de menschen binnen komen, om aan de godsdienstoefening deel te nemen, zoo Allah wil, dit gebouw doorzoe ken," kondigde de bimbashi aan. De priester antwoordde welgemoed: „Ga uw gang, Effen'." Daarop volgde een verward gedruisch; de soldaten drongen binnen en verspreidden zich in alle richtingen. Eén stootte zich aan mijn rustplaats, en richtte een vloek aan het adres van haar inhoud. Ik hoorde hoe zij op de muren sloegen, óm geheime bergplaatsen te ontdekken, en het altaar heen en weer schudden. Nu en dan hoorde ik ook den Ame rikaan met den kasja spreken. Na ongeveer INGEZONDEN. (Buiten verantwoordelijkheid van de redactie) Geachte Redactie. Op gevaar af mij andermaal met zaken te be moeien, waarvan ik tenminste volgens den heer Woudstra geen snars verstand heb, wil ik hem toch ook even van repliek dienen. Om in de terminologie van den heer Woudstra te blijven, zou ik hem willen toeroepen: „doe toch niet zoo grootscheeps. Zou hij nu werkelijk meenen, dat het noodig is om Helder „groot" te maken ten koste van het levensgevaar zijner in woners en van hun portemonnaie. Ik ben er van overtuigd, wanneer de heer Woudstra zelf maar een klein gedeelte van de door de militaire vracht auto's veroorzaakte schade had moeten betalen zooals zulks met mij en anderen het geval is, ziin liefde voor het „groot" maken van Den Helder langs dezen weg wel eenigszins zou bekoelen. Welk verband er bestaat tusschen het met wilde vaart door de straten jakkeren van militaire vracht auto's, waarin alleen menschen worden vervoerd, en industrieel of onderneming van eenige beteekenis, is mij niet recht duidelijk. een kwartier verschenen alle soldaten weer om rapport uit te brengen. „Niets gevonden," mompelde de officier verbaasd. „Maar we hebben tooh gehoord open die doodkist!" Ik sloot de oogen, en moest me met alle kracht bedwingen om ze niet weer te openen toen een bajonet onder het deksel gewrongen werd, en dit begon los te werken. Marta la menteerde luide over deze lijkenschennis. Het deksel bezweek, en een koude lucht stroom streek over mij heen. „Inderdaad een lijk!" zeide de bimbashi op eenigszins teleurgestelden toon, en ik voelde de warmte van een kaars dicht bij mijn gezicht. „Bij Al Qawi, een mooie vrouw ook, Wilbur Effen'," voegde hij er aan toe. Ik hoorde den Ajnerikaan vagelijk iets mompelen. Waar schijnlijk had hij gelukkig maar den afkeer van den dood, die den beschaafden Westerling kenmerkt. „Maar men heeft ons tooh gezegd ver volgde de officier voor zich heen. „Neem dat lijk eruit," beval hij toen plotseling. Mijn bloed stolde mij in de aderen. Maar Marta schoot mij dapper te hulp. Met een door tranen gebroken stem smeekte zij den bimbashi, dat hij niet zou toelaten dat het lijk harer zuster door grove soldatenhanden zou worden aangeraakt. Was de bimbashi dar een hond, dat hij een lijk zou willen schen den? Zij meende toch, dat de aanhangers van den Islam eerbied hebben voor de dooden Wilde de bimbashi Effen' nu niet toestaan dat zij haar zuster uit de kist nam? De officier meende deze kleine gunst niet te mogen weigeren. Ik voelde de handen van de vrouwen mij omvatten. Gelukkig gingen GEMENGD NIEUWS. Ongeluk bij het Radio-station Assel. Donderdagmiddag te drie uur is bij het houwen van de torens op Radio-station te Assel in den in aanbouw zijnden vijfden toren, ten gevolge van het breken van takels, de werkkorf van een hoogte van 35 meter naar beneden gevallen. Van de acht werklieden, die in den korf waren, werden drie gedood. Het waren de 36-jarige Van Tienhoven uit Apeldoorn, vader van vijf kinderen, T. van der Trappe, 25 jaar, ongehuwd, uit Beekbergen, en de 27-jarige G. Pansier uit Tiel. Zwaar gewond wer den Hoegendijkhof uit Apeldoorn, die een heen fractuur en een ernstige hoofdwonde bekwam, en J. Hek uit Harskamp. Licht gewond i| W. Hage- man te Apeldoorn, terwijl de werkman Van Kom meren uit Apeldoorn en Schut uit Harskamp onge deerd bleven. Moord. Door de Amsterdamsche rechtbank werd tegen J. W. van Putten, die bij een inval in een nacht huis de politie-agent Draad doodschoot, 10 jaar ge vangenisstraf geëischt. Hoe polshorloges gestolen worden. Tijdens de Derby-races arresteerde een Scotland- \ard detective een man, die op verdachte wijze rondscharrelde tusschen het publiek. De man ging kalm mee, maar liet onderweg naar een politie-posthuis een klein instrument op den grond glijden. De detective zag het echter en raapte het op. Op het politiebureau begreep men niet, waartoe dit instrument diende. Het bestond uit een plat en zeer dun stalen plaatje, waarop een vlijmscherpe helft neerkwam. De gearresteerde man deelde ten slotte mede. dat het instrument diende om polshorloges te stelen. Wanneer de drager van zulk een horloge zijn aandacht sterk op iets gevestigd heeft bij ren nen en voetbalwedstrijden bijvoorbeeld schuift de dief het stalen plaatje onder het riempje, waar aan liet horloge bevestigd is, een knip, de schaar- helft gaat door het leer heen alsof dit papier was. het horloge valt op den grond en wórdt buitge maakt. Dit instrument kan echter alleen dienst doen voor leeren riempjes en heet daarom onder de broederschap der langvingers de „cheap watch- getter". De duurdere horloges, die aan gouden, zilveren o: platina armbanden bevestigd zijn, worden door oen ander instrument* dat „sparkler clipper" heet, bewerkt, en dit instrument gaat even gemakkelijk door het metaal als de „cheap watch-gletter" door het leer! zij omzichtig te werk en ik belandde veilig op den grond. Het was een toer om mij stil te houden, toen een paar stevige handen mijn lijkkleed betastten de bimbashi, die na.ar vuurwapenen zoekt ntaar ik slaagde; r tooh in, totdat, toen de kist verder leeg blei het deksel weer over mij werd dicht getihr- merd. Het ergste was voorbij. Na den dienst zou liet uur der verlossing slaan. „Het is goed. We zuilen nog enkele uren in uw huis blijven om op te eten wat wij bij ons hebben, dan gaan wij onzes weegs, kasja," zeide de ko lonel. Ik had nauwelijks tijd om het tot mjj te laten doordringen, dat dit nog een paar uur langer verblijf in mijn koude, nauwe gevan genis beduidde, toen een man het gebouw binnen trad en de Chaldeeërs en den officier beleefd groette. „Gods vrede zij ook met u." antwoordden de Chaldeeërs. „Wie ben jij?" vroeg de officier. „Effen', het is mijn zuster, die daar in de kist ligt, ik ben de oudere broeder van de vrouw van den Rayis hier. Ik werk op een boerenhoeve, eenige mijlen ver weg, en mijn baas, een hardvochtig man, heeft mij maar tottot zonsondergang tijd gegeven om haar te begraven. Laat de begrafenis dus beginnen, zoodra als de morgengebeden zijn afgeloo pen, kasja Sergius!" „Best," zeide de bimbashi. „Ik heb nog nooit zoo'n Chaldeeuwsche begrafenisplech tigheid bijgewoond, en zal dan blijven toe kijken, terwijl mijn mannen uitrusten."

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1920 | | pagina 3