HELBEISCME
MISS UKHLUSIH
Tweede Blad.
„BELLEVUE"
GOEDKOOP REIZEN PER BOOT.
VAN ZATERDAG 26 JUNI 1920.
HOTEL - CAFÉ - RESTAURANT
BEZOEKT DE
op ZONDAG 27 JUNI,
van 8 11 uur.
JOH. FALA viool.
ARIE D. v. d. WEG. piano.
F. KRUGER violoncel.
Fa. !V1. J. SCHOUTEN.
FEUILLETON.
maal per week van beide zijden,
nformaties: „ESONA", Binnenhaven 2a.
(Wordt vervolgd).
Op- en ondergang van Zon en S^laan
en tijd van hoogwater (Texel).
(Zomertijd.)
Maan Zon
orÜL: opond.: v.m.: n.m.:
Hoogwater
Juni.
Zondag 27 a.
Maand. 28
Dinsdag 29
Woenad.30
Juli.
Dond.d. 1
Vrijdag 2
Zaterd. 3
op:
5.52 m.
6.49
7.40
8.25 r
9.3
9.36
10.4
2.9 4.41 9.24
2.44 4.42 9.24
3.24 4.43 9.24
4.11 4.44 9.24
6.5
7.—
7.50
8.30
6.20
7.15
8.10
8.50
5.4
6.2
7.4
4.44 9.24
4.44 9.24
9.10 9.30
9.45 10.10
4.44 9.24 10.15 10.45
DE WEEK.
22 Juni.
't
Zouden we voorloopig door de „hitte-golf
zijn, die ons in de afgeloopen week heeft
doen zuchten en zweeten, die de menschen,
uit de Oost gerepatrieerd, hun witte pakjes
deed aantrekken en de corpulenten, de dik-
kertjes, tot wanhoop bracht? Telkens dreig
de het verlossing uit den hitte-nood belo
vende onweer, maar 't barstte niet los. Op
dit oogenblik is de temperatuur dragelijker.
Wij verkeeren in midzomer-atmosfeer
Zwartkijkers voorspellen, dat de weelderig-
zomersche dagen van Juni-maand zullen ge
volgd worden door periode van regen en
gure luchten, wanneer straks de vacantietijd
zal zijn aangebroken. Hopen en vertrouwen
wij van beter.
Het dreigement van president Fock dat
de Tweede Kamer zou moeten doorwerken,
dit jaar, zonder zich zomer-recès te ver.
schaffen, zal gelukkig niet tot uitvoering
komen. Maar mijne meermalen gewaagde
voorspelling, dat t in 1920 op het Haag
sche Binnenhof een „extra-latertje" zal wor
den, haar doe ik ten volle gestand.
Met het z.g. anti-revolutie-ontwerp is
anders geloopen dan zeer velen hadden ver
wacht. In den namiddag van 16 Juni j.1. was
het Lagerhuis, na een debat van nog geen
twee zittingdagen door de artikelen heen
Werd het wetsvoorstel aangenomen met 52
tegen 4 stemmen. De soc.-demooraat L. M
Hermans volgde niet het voorbeeld van zijne
partijgenooten, die voor de stemming de
zaal verlieten. Ten slotte verklaarden zich
de twee aanwezige vrijz.-democr.aten en de
chr.-sociaie dr. Yan de Laar tegen de anti
revolutie-wet. De obstructie liet zich op de
twee laatste dagen nu en dan nog even gel
den (o. a. bij het voorstel-Troelstra tot schor
sing van de beraadslagingen in afwachting
van nadere gegevens betreffende het strikt-
noodige van het ontwerp) maar veel had
zij niet meer te beduiden. Dr. van Rave-
steyn, de communistische afgevaardigde,
vond nog even gelegenheid uit te roepen, in
zeer-gramstorige Stemming, dat minister
Heemskerk een dienaar is van de Ameri-
kaansche en Fransche „haute finance". Er
zijn nog wel meer booze en hatelijke woor
den gezegd bij deze discussie, maar het
eind kwam toch veel spoediger dan eigenlijk
iemand verwacht had, gelijk ik reeds zei.
Niemand kan in ernst betwisten, dat het
ontwerp, zooals het uit de parlementaire
smeltkroes is te voorschijn gekomen, er heel
anders uitziet dan toen het oorspronkelijk
bij de Kamer werd ingediend. Sommigen
blijven het een gevaarlijke wet achten. In-
tusschen moet men niet vergeten, dat mi
nister Heemskerk o. a. verklaard heeft, dat
volgens zijne overtuiging de in November
1918 door mr. Troelstra te Rotterdam uitge
sproken, bekende rede z.i. niet onder de
anti-revolutie-wet zou zijn gevallen. Wan
neer de vader dier wet aldus spreekt, dan
mag het een geruststellend woord worden
genoemd. Het ontwerp is op verschillende
punten beduidend verzacht, verbeterd en
zoowel door den minister van Justitie als
van liberale zijde is daartoe met ernst mee
gewerkt. Het verwijt, door mr. Marchant tot
zijne voormalige concentratiegenooten ge
richt, dat dezen i.c. slechts aasden op de
gunst van Jan en Johanna Kiezer(es) lijkt
dan ook verre van billijk of gegrond. Aan
gestipt moet nog worden, dat de anti-revo-
lutiewet slechts daden ter voorbereiding
van eene concrete revolutie strafbaar stelt.
Wan volkomen-objectief, onpartijdig stand
punt (als het mijne) kan niet worden be
twist, dat men deze wet veel „erger", veel
grimmiger en gevaarlijker heeft geteekend
dan zij in werkelijkheid is. Niettemin kan
ook degeen, die bereid is deze meening te
onderschrijven, omtrent de dringende nood
zakelijkheid der indiening ervan met de Re
geering van meening verschillen.
Donderdag j.1. werd de tocht door het
restant van de nieuwe Schoolwet hervat, en
thans is de lex-De Visser „op één oor na
gevild". De Kamer is, op een artikeltje na,
door de wet heen.
Maar van recès is inderdaad nog lang
geen sprake. Verschenen is eindelijk de
derde Nota van Wijziging van het ontwerp
tot wijziging van de Gemeentewet en der
Inkomstenbelasting. Zij geeft aan de ge
meenten terug het recht om eigen belasting
naar het inkomen te heffen. Tevens wordt
aangekondigd eene welhaast te wachten
noodregeling voor financieelen steun aan
de genieenten. De Tweede Kamer heeft nog
een dikke agenda voor zich, waarop tal van
moties en interpellaties. Maar bovendien is
het vaste plan om de finantieele voorstellen
van minister De Vries nog vóór het recès
af te doen. Sommigen voorspellen, dat het
parlementaire jaar niet zal eindigen zonder
dat een nieuwe bres zal zijn geschoten in
het Kabinet-Ruys.Dat Exc. De Vries
een extra-harden dobber zal hebben, dat
staat rotsvast.
En wanneer dan te lange leste toch ook
dit woelige, afmattende zittingjaar tot een
eind is gekomen, vermoedelijk midden
Juli dan zal voor 't eerst na twee-en-der
tig jaren niet de griffier mr. Arntzenius de
notulen lezen van de laatste vergadering
vóór het recès. Op zeventigjarigen leeftijd
is Arntzenius ontslapen. Van den dag i
waarop hij nog zoo kort geleden ge
huldigd werd, hem de benoeming tot Staats
raad i. b. d. werd aangekondigd, werd hij
door ziekte gedwongen afwezig te zijn. Voor
een toonbeeld van plichtsbetrachting en toe
wijding als deze bekwame en zeer-beschei
den was, moet 't een marteling zijn ge
weest, zijn taak aan andere handen over te
laten. Voor de Kamer is mr. Arntzenius
heengaan, bladen van allerlei soort en
richting hebben 't erkend een werkelijk
groot verlies. Hij was de gids en betrouw
bare raadsman van opeenvolgende praesi-
des, de vraagbaak voor oudere en jongere
Volksvertegenwoordigers. Jan Publiek weet
niet, wat er aan die functie van griffier der
Kamer vastzit. De ingewijden beseffen de
beteekenis en den omvang daarvan. Wijlen
Arntzenius beheerschte die zware taak
Ingezonden mededeeling.
SOLISTEN:
We blijven in het angstwekkende „cir
keltje" draaien. Het hotel- en café-perso
neel, de koks nu inbegrepen, hebben nieuwe
loonactie aangevat en niemand zal mogen
betwisten, dat ook in de nieuwe „desidera
ta" veel billijks ligt. Maar Jantje Publiek,
i.c. de gasten en bezoekers, zullen hier in-
letterlijken èn figuurlijken zin „het gelag"
hebben te betalen.
De ontwerpen-pensioenwetten voor zee-
en landmacht zijn ingekomen. Minister Pop
blijkt het molentje met snelheid te laten
draaien. Dat in de eerste helft van Juni
gelijk nu 't geval is de Begrooting van
Marine den Raad van State bereikte, is ze
ker een zeer verrassend „novum".
De voorstanders der „drooglegging" van
Nederland, alsmede van invoering der plaat
selijke keuze, zetten hu nnobelen, maar niet
steeds practischen kamp met vollen ijver
door. Dat theorie en praktijk ook hier wel
een sin botsing komen, bleek bijv. te De
venter, waar op de „drooggelegde" kermis
27 processen-verbaal wegens dronkenschap
werden opgemaakt, tegen.18 op de voor
malige „natte"! De verboden vrucht blijtf
nog steeds voor velen begeerlijk, óók al is
zij, gelijk de Paradijs-appel, nóg zoo gevaar
lijk!
Mr. ANTONIO.
BINNENLAND.
mr.
ten volle. De beide commiezen-griffier zijn
nog slechts kort in functie. De oudste, mr,
De Vos van Steenwijk, was door ziekte zere
geruimen tijd, pas na zijn optreden, afwe
zig. De heer Beelaerts v. Blokland, de zeer
bekwame commies-griffier van den Senaat,
werd genoemd als iemand, berekend voor
het griffiers-ambt. De Kamer moet hier
spoedig tot een besluit komen. En'dat is, -
gelijk reeds opgemerkt verre van licht
De woningnood leidt tot allerlei zonder
linge toestanden. En de uitsluiting in het
bouwbedrijf komt de situatie nog veel erger,
dreigender maken dan die reeds was.
Menige huuroommissie wordt aldus genood
zaakt tot het nemen van beslissingen, waar
toe zij slechts tegen heug en meug overgaat.
Maar het getal der^enen, die zonder dat
zij tot de paupers kunnen worden gerekend
met „dakloosheid" worden bedreigd,
neemt al-meer toe. De vooruitzichten zijn
hier voor menigeen werkelijk beangstigend.
Over 't algemeen was in de jongste dagen
op velerlei gebied de stemming „in mineur".
De Belgisch-Nederlandsche besprekingen
zijn nog altijd stop-gezet, en 't blijft de
vraag, wat er komen zal van de via Londen
aangekondigde Entente-pogingen om de on
derhandelingen over wijziging der traktaten
van 1839 te hervatten? Wie zich, gedurende
den oorlogstijd, eene toekomst gedroomd
hebben van innige verbroedering tusschen
de beide volken: zij zullen nü toch wel de
illusie hebben prijsgegeven. Erkennend dat:
„Es war' zu schön gewesen
„Es hat nicht sollen sein!"
Oók wanneer ten leste het gewijzigd trak
taat door partijen bekrachtigd wordt, zal de
verwijdering tusschen een deel van het Bel
gische volk en het Nederlandsche helaas en
zeer waarschijnlijk nog jaren voortduren.
Prijsgeven moot men blijkbaar ook de
illusie, in ons land een hoogoven-bedrijf te
vestigen. Gemis van voldoende voorraad
grondstoffen, van goede transportwegen eg
van geschoolde arbeiders in voldoende ge
tale: deze schijnen de oorzaken te zijn van
het vermoedelijk mislukken der plannen.
„Bezint eer gij begint!" plachten onze voor
ouders te zeggen Van ondernemingen, iet-
wat-overijld en -voorbari gaangevat.
De Memorie van Antwoord der Begroo
tingP. en T., door minister Konig aan de
Eerste Kamer gezonden, heeft bevestigd
wat zoovel en verwachtten: de porti zullen
eerlang weer duurder worden.
door
JESSIE DOUGLAS KERRUISH,
voor Nederland bewerkt door
L. ALETRINO.
45)
„Maar nu hebben wij de doodkist nog,
begon de vrouw, die Marta heette. „En hoe
kunnen wij zeggen dat de Khanoum hier is
gekomen? Zij zal bevriezen!"
De anderen dachten diepzinnig na. „Ik
zal niet bevriezen, wanneer jullie het lijk
kleed om mij heen hebt gewikkeld, ant
woordde ik. „En ik kan met m de kist wor
den gestopt met al mijn kleeren aan.
„Wat was de wijsheid van Asaf en van
Suleiman vergeleken bij die ^rr-i o
riep Ovanes uit. „Doen of zy het lyK is.
„Tot het onderzoek is afgeloopen, en het
werkelijke lijk van den rivieroever kan woi-
den gehaald," vulde ik aan. „Geef die din
gen eens hier!"
Ik wees op mijn schoenen. Wy hadden ze
opgepropt met revolvers en patronen; toen
zij eenmaal verdwenen waren, was de kerk
vrij van alle contrabande en Europeesche
kleeren; restte nog het vullen van de kist.
Het meisje werd weer op wacht gezet, de
mannen boorden gaten in het deksel, Maria
maakte mijn haar los, en vlocht het zooals 111
die streek gebruikelijk; ondertussclien gai
ik met behulp van een zakspiegeltje en een
Jhr. mr. De Savornin Lohraan.
Naar „De Tijd" verneemt, moet aan de zin
speling van minister De Visser op een toe
komstig aftreden van jhr. mr. de Savornin
Lohman de beteekenis worden gehecht, dat
deze politieke nestor zich na de aanneming
der Lager Onderwijswet voorgoed uit het
politieke en journalistieke leven zal terug
trekken.
Als hoofdredacteur van „De Nederlander'
zal hij vervangen worden door prof. dr. J. R
Slotemaker de Bruine, die het hoogleeraars-
ambt zal neerleggen, en aangewezen schijnt
om in 1922 lid te worden van de Tweede Kamer
Het Neutraal Vakverbond en de boycot
van Hongarije.
Het Algemeen Nederlandsch Vakverbond,
kennis genomen hebbende van het uitspreken
van de boycot tegen Hongarije door Int. Ver
bond van Vakver. heeft besloten dat de bij
hem aangesloten organisaties geen medewer
king zullen verleenen aan deze boycot.
Vooral hierom kan het zich niet vereenigen
met deze boycot, omdat juist die groepen ge
troffen worden, die gedurende en na den oor
log de grootste ontberingen hebben geleden
en ook nu weer het zwaarst zullen worden
getroffen.
Het Algemeen Nederlandsch Vakverbond
acht dan ook de thans aangevangen agitatie
in hooge mate ongewedseht, speciaal voor de
economische en sociale verhoudingen onzer
Hongaarsche standgenooten.
De Zondagszegels.
In de Commissie van Overleg deelde de voor
zitter de directeur-generaal mede, dat vele
klachten waren ingekomen, dat brieven, hoewel
voorzien van de strook „bestellen op Zondag"
niet in de Zondagsbestelling opgenomen waren
geworden, zoomede dat tegen koopers van Zon
dagszegels wel eens onbeleefd wordt opgetreden.
Wijl bedoelde strook eene opvallend is, en de
klachten bij onderzoek gegrond waren bevonden,
kan geen andere gevolgtrekking worden gemaakt,
dan dat dat gevallen zijn van gebrek aan plichts
besef.
De voorzitter vestigde er de aandacht op, dat
inkrimping van den Zondagsdienst slechts dan
voortgang kan hebben, wanneer h<jt personeel eer
lijk medewerkt om die inkrimping voor het publiek
zoo min mogelijk bezwaarlijk te doen zijn.
Zou de dienstuitvoering op Zondag aanleiding
blijven geven tot gegronde klachten, dan zou de
administratie, hoe ongaarne ook, moeten overgaan
tot intrekking van de gunstige bepalingen wat be
treft de bestelling op Zondag.
De vergadering sprak unaniem bare afkeuring
lyt over zoodanige plichtsopvatting en laakte
scherp bet optreden dergenen, die, gedreven door
gemakzucht, oorzaak konden zijn, dat die door het
boekje papier poudré mijn gelaat een pas
sende bleekheid.
Toen legde Marta mij naar behooren af. Zij
moest even glimlachen, voelend de humor van
het geval. De mannen grijnsden. De Chal
deeërs zijn van een oorlogszuchtig ras; onder
dezelfde omstandigheden zou een Armeniër
groen geweest zijn van angst. Zij wikkelden
mij in het lijkkleed; daar de maat voor mij
een weinig te klein was, lieten zij mijn han
den en voeten er buiten. Gelukkig werd ik
blauw van de koude, en allen waren het er
over eens, dat ik bij kaarslicht een model-lijk
was. Wij rekenden er op, dat de Turken
niemand binnen zouden laten gedurende het
onderzoek van de kerk, als het thans tot een
onderzoek mocht komen. De kist was een
beetje nauw, maar met bet deksel toe kon ik
toch nog gemakkelijk adembalen; de spijkers
werden in de gaten geslagen, en op enkele
lichtstralen na, die door de spleten drongen
waar de planken wat afweken, was het vol
komen donker.
Wij waren amper zoover, toen de deur
kraakte. Door de spleten zag ik de kaarsen
flakkeren door den tocht; den schildwacht
hoorde ik zeggen, dat, zoo Allah wilde, het
volk de kerk mocht binnengaan; zijn opdracht
luidde, elkeen te onderzoeken, die er uit wil
de. Een persoon stapte naar binnen en de
deur sloeg dicht.
„Wij willen ons opmaken voor den morgen
dienst, mijn kinderen begon de stem van
den kasja.
Ovanes antwoordde, hevig fluisterend. Dat
duurde eenigen tijd. „Een complot van Nim-
rod's aanhangers?" herhaalde de priester
eindelijk. „De Khanoum die door het dorp
ging in de kist?"
Eenige haastige uitleggingen volgden. De
personeel zeer op prijs gestelde gunstige bepalin
gen, resultaat van langdurig propageeren, inge
trokken worden.
De vertegenwoordigers van het personeel zou
den hun invloed aanwenden, om in dit opzicht ver
betering te verkrijgen.
„Onze Vloot".
Te Arnhem is Woensdag de jaarli.iksche alge-
ineene vergadering gehouden van het hoofdbestuur,
den Algemeenen Raad en de afgevaardigden der
afdeelingen van de Kon. Ned. Ver. „Onze Vloot"
Aan den vooravond waren de leden en afgevaar
digden door de afdeeling Arnhem ontvangen.
In zijn openingsrede wees de voorzitter, de heer
II. M. van Bemmelen. op de popularitèit van ieger
en vloot in het begin van den oorlog. Thans is de
toestand geheel anders; het aantal anti-miltaristen
stijgt voortdurend en bet groote deel van het Ne
derlandsche Volk is verblind voor het groote be
lang der bewapening en dringt slechts aan op be
zuiniging. Geen wonder, dat de animo van hen.
die bij de Marine dienen, sterk afneemt. Toen even
wel de Regeering vorstelde den afbouw der krui
sers niet voort te zetten, stond de Vereeniging
.Onze loot" op de bres en organiseerde een pro
testvergadering daartegen.
Velen hebben „Onze Vloot" de gevoerde actie
kwalijk genomen, maar deze was noodzakelijk. De
kruiserszaak heeft de belangstelling onder de Ma
rine verlevendigd en de Regeering benoemde een
commissie tot bestudeering van den wederopbouw
der Marine. De belangstelling in de Marinê keert
terug en in verband daarmede wees spr. op be
langrijke giften, welke ..Onze Vloot" ontvangt, op
de belangstelling voor de vereeniging aan den dag
gelegd, en op de vele aanmeldingen voor adelborst.
In het jaarverslag van den secretaris, jhr. v. d.
Wijck, wordt o. a. gememoreerd, dat 1919 voor de
Vereeniging een bijzonder werkzaam jaar is ge
weest. Herinnerd wordt aan het Nationaal Congres
voor de weerkracht van het Nederlandsche Volk.
dat op initiatief van de Vereenigingen ..Ons Le
ger". „Volksweerbaarheid" en ..Onze Vioot", in
September 1919 gehouden werd. De bedoeling van
dezelfde vereenigingen is om in September a.s. een
tweede Nationaal Congres te houden.
Het ledental is met 1018 verminderd; op 31 Dec.
1919 bedroeg het 9804.
Rekening en verantwoording over 1919 sluiten
met een eindcijfer van ƒ24.950; er is een voor-
deelig saldo van 709.
Als plaats der volgende jaarvergadering werd
in combinatie met Vlissingen, Middelburg aange
wezen.
De voorzitter gaf daarna een uiteenzetting van
de plannen van het hoofdbestuur. De bedoeling
was om een marineprogram van „Onze Vloot" in
groote oplaag te verspreiden. De verzending had
evenwel niet plaats in verhand met den arbeid van
de Regeeringscommissie voor den wederopbouw
van de Marine, welke waarschijnlijk binnen eenige
maanden haar rapport zal aanbieden. In dat ver
band scheen het niet gewenscht om de Regeering
voor te zijn. Het program van ..Onze Vloot" werd
dus ingehouden om eerst het rapport van de regee
ringscommissie af te wachten.
Bii de discussies betreffende de door de vereeni
ging gevoerde propaganda en de richting, waarin
deze yerder gevoerd moest worden, deelde de voor
zitter een en ander mede over de werkzaamheden
der vereeniging, die niet in het openbaar ge
schieden.
Zoo werd in 1913 in het geheim eene commissie
benoemd, waarin zitting hadden groot-industriëe-
len, professoren, financiers en anderen, die zich
ten doel stelde het Ned. volk voor te lichten over
het belang voor ons volk van onze koloniën en
daarvoor van een goede vloot. Niemand wist. dat
deze propaganda uitging van de vereemgin<* „Onze
Vloot".
Een van de grootste journalisten van ons land
werd voorgelicht door de commissie en het dag
bestuur en nadat deze een grondige studie van de
zaak had gemaakt, heeft deze 6 maanden lang arti
kelen geschreven, die eerst door het dag. bestuur
en de. commissie werden gelezen en goedgekeurd
en dan gratis een plaatsing naar 150 bladen wer
den gezonden. Zoo werd 6 maanden lang een krach
tige campagne in de pers gevoerC. waarbij het be
stuur en de vereeniging geheel buiten de zaak
bleef.
Het succes bleef niet uit. Het was grooter dan
men had mogen verwachten.
Niemand wist vanwaar die propaganda kwam.
Eén man in de Kamer heeft er over gesproken,
toen hij zeide dat ons volk vergiftigd werd met
die propaganda, die ongetwijfeld het werk was
van „Onze Vloot".
Eenige weken later verscheen in een de-r socia
listische bladen een spotprent daarover. Wel een
bewijs, dat de propaganda succes had.
Spreker zal het bi.i deze eene mededeeling laten.
Hij vindt lietoonoodig ook de andere werkzaam
heden, die in l(S?t geheim worden verricht, te pu-
blieeeren; want dan kon de Vereeniging „Onze
Vloot" haar vlag wel strijken.
Alleen door dit eene voorbeeld heeft spr. willen
demonstreeren, dat nog iets anders wordt gedaan
dan pakjes verzenden.
Tenslotte werd eene commissie benoemd, die zal
nagaan hoe de propaganda voor „Onze Vloot" het
best kan worden gevoerd.
Ook werd nog vastgesteld, dat de vereeniging
niet is eene militaristische, en niet anders voor
staat dan de noodige zeemacht voor Nederland
Ingezonden mededeeling.
Ik wist niet, dat Den Helder al zoo „groot" wai
dat we misschien weldra zullen worden vergast
op nog meer moderne vervoermiddelen.
De heer Woudstra zegt. dat het doel is schijf
schieten en plaatst dan tusschen twee haakjes:
nogal logisch, is 't niet?"
Laat ik eerlijk zijn en hem zeggen, dat z ij n
logica boven m ij n verstand gaat, dan is hij ten
minste vrij om te zeggen, dat ik ook hiervan geen
snars verstand heb.
Ik begrijp niet. dat men bij voorkeur vracht
auto's gebruikt om personen te vervoeren en
dat, hoe meer tijd men aan het schijfschieten be
steedt. hoe heter zulks is. Ik bewonder dan alleen
de scherpschutters van vroeger, die het zonder
auto hebben moeten leeren. Dat het kweeken van
schutters en het op een betere manier leeren loo-
pen van onze manschappen bij de marine moet ge
schieden ten koste van niet onbelangrijke finan-
cieele offers van de Heldersche burgerij, lijkt m;;
echter niet de juiste manier. Ik wil vooralsnog de
heer Woudstra niet rangschikken onder degenen,
die het spreekwoord huldigen: ..Het is goed riemen
snijden van een anders leer", doch geef hem den
welgemeenden raad om bij voorkomende gelegen
heid zich eerst te plaatsen op het standpunt van
werkelijk belanghebbenden en niet te
schrijven als iemand, die er geen snarsbolang
bij heeft.
Schoenmaker, houdt je bij jegeweer, lijkt
mij hier derhalve niet heelemaal misplaatst.
Met dank voor de plaatsing.
Hoogachtend,
B. HERINGA.
Geachte Redactie.
Ondergeteekenden verzoeken beleefd eenige
plaatsruimte in Uw veelgelezen blad.
Voetbal vereeniging ..Helder" en het „Stedelijk
Muziekkorps".
Het is tegenwoordig voor de vereenigingen een
benarden tijd, om het hoofd boven water te houden.
Daarom hebben, zooals men in de „Held. Courant"
van Donderdag j.1. heeft kunnen lezen, bovenge
noemde vereenigingen op Zondag 4 Juli een voet
balwedstrijd uitgeschreven. Zij hebben hiertoe
aangezocht een Amsterdamsche Combinatie, be
staande uit A. F. C.-, Ajax- en Blauw Wit-spelers.
waarin o. a. zullen uitkomen: Asscherman. Gerth.
Dubois, Dorenbos, etc.; alle Westelijke le klas en
reserve le klas-spelers. Zij spelen onder den naam
A. F. C. „De Zwaluwen".
Een versterkt „Helder" zal tegen dit elftal den
strijd aanbinden. Het is tevens een mooie propa-
ganda-wedstrijd. „De Zwaluwen" zullen wel van
hun spel laten genieter.
Het Stedelijk Muziekkorps zal. behoudens goed
keuring van den burgemeester, een promenade
maken vanaf bet Stationsplein, vanwaar om 2 uur
wordt afgemarcheerd. erder zal het» korps den
wedstrijd opluisteren.
Kaarten zullen vanaf Maandag a.s. aan de be
kende adressen verkrijgbaar zijn. De entrée is
0.30 en ƒ0.40 (geres.). Kinderkaarten 10.10.
Ondergeteekenden roepen dan ook het muziek-
en voetballiefhebbend publiek op, om allen op 4
Juli naar den Bolweg te gaan, zoodat de finan-
cieele toestand van deze vereenigingen aanmerke
lijk versterkt mag worden!
Zie voor nadere bijzonderheden de biljetten.
Met dank voor de plaatsing.
DE BESTUREN.
priester was een man van zeker en snel ban
delen. „Hoe is het met u, Khanoum?" vroeg
hij.
„Zeer goed, kasja Effen'," antwoordde ik
onmiddellijk, toen zijn vraag door de spleten
gedrongen was. „Maak toebereidselen tot den
ochtenddienst, het is thans geen tijd voor
redenaties denk aan den schildwacht!"
„Khanoum, wij zijn u eeuwige dankbaar
heid verschuldigd, wij en al onze families.
Wij zullen u op onze hoofden dragen, wij
zullen u de voeten kussen, voor ons heil
„Best," zeide ik. „Begin nu maar met de
toebereidselen."
Na eenig geschuifel weerklonk de oproep
voor fiet gebed, daarin bestaande, dat de
meest gespierde van de diakenen een tus
schen twee spijlen hangende plank met een
hamer bewerkte. Op dit geraas ging de deur
opnieuw open, en een aantal gelaarsde en
gespoorde voeten deden zich op de steenen
hooren, alsmede geweerkolven, die weinig
omzichtig werden neergezet.
„Kasja, wij hebben alle huizen afgezocht,
en tot dusverre de plaats onschuldig bevon
den. Nu zullen wij, voor de menschen binnen
komen, om aan de godsdienstoefening deel
te nemen, zoo Allah wil, dit gebouw doorzoe
ken," kondigde de bimbashi aan.
De priester antwoordde welgemoed: „Ga
uw gang, Effen'."
Daarop volgde een verward gedruisch; de
soldaten drongen binnen en verspreidden
zich in alle richtingen. Eén stootte zich aan
mijn rustplaats, en richtte een vloek aan het
adres van haar inhoud. Ik hoorde hoe zij op
de muren sloegen, óm geheime bergplaatsen
te ontdekken, en het altaar heen en weer
schudden. Nu en dan hoorde ik ook den Ame
rikaan met den kasja spreken. Na ongeveer
INGEZONDEN.
(Buiten verantwoordelijkheid van de redactie)
Geachte Redactie.
Op gevaar af mij andermaal met zaken te be
moeien, waarvan ik tenminste volgens den heer
Woudstra geen snars verstand heb, wil ik hem
toch ook even van repliek dienen.
Om in de terminologie van den heer Woudstra
te blijven, zou ik hem willen toeroepen: „doe toch
niet zoo grootscheeps. Zou hij nu werkelijk
meenen, dat het noodig is om Helder „groot" te
maken ten koste van het levensgevaar zijner in
woners en van hun portemonnaie. Ik ben er van
overtuigd, wanneer de heer Woudstra zelf maar
een klein gedeelte van de door de militaire vracht
auto's veroorzaakte schade had moeten betalen
zooals zulks met mij en anderen het geval is, ziin
liefde voor het „groot" maken van Den Helder
langs dezen weg wel eenigszins zou bekoelen.
Welk verband er bestaat tusschen het met wilde
vaart door de straten jakkeren van militaire
vracht auto's, waarin alleen menschen worden
vervoerd, en industrieel of onderneming van eenige
beteekenis, is mij niet recht duidelijk.
een kwartier verschenen alle soldaten weer
om rapport uit te brengen.
„Niets gevonden," mompelde de officier
verbaasd.
„Maar we hebben tooh gehoord open
die doodkist!"
Ik sloot de oogen, en moest me met alle
kracht bedwingen om ze niet weer te openen
toen een bajonet onder het deksel gewrongen
werd, en dit begon los te werken. Marta la
menteerde luide over deze lijkenschennis.
Het deksel bezweek, en een koude lucht
stroom streek over mij heen.
„Inderdaad een lijk!" zeide de bimbashi
op eenigszins teleurgestelden toon, en ik
voelde de warmte van een kaars dicht bij
mijn gezicht.
„Bij Al Qawi, een mooie vrouw ook, Wilbur
Effen'," voegde hij er aan toe. Ik hoorde den
Ajnerikaan vagelijk iets mompelen. Waar
schijnlijk had hij gelukkig maar den
afkeer van den dood, die den beschaafden
Westerling kenmerkt.
„Maar men heeft ons tooh gezegd ver
volgde de officier voor zich heen. „Neem dat
lijk eruit," beval hij toen plotseling.
Mijn bloed stolde mij in de aderen. Maar
Marta schoot mij dapper te hulp. Met een
door tranen gebroken stem smeekte zij den
bimbashi, dat hij niet zou toelaten dat het lijk
harer zuster door grove soldatenhanden zou
worden aangeraakt. Was de bimbashi dar
een hond, dat hij een lijk zou willen schen
den? Zij meende toch, dat de aanhangers van
den Islam eerbied hebben voor de dooden
Wilde de bimbashi Effen' nu niet toestaan
dat zij haar zuster uit de kist nam?
De officier meende deze kleine gunst niet
te mogen weigeren. Ik voelde de handen van
de vrouwen mij omvatten. Gelukkig gingen
GEMENGD NIEUWS.
Ongeluk bij het Radio-station Assel.
Donderdagmiddag te drie uur is bij het houwen
van de torens op Radio-station te Assel in den in
aanbouw zijnden vijfden toren, ten gevolge van
het breken van takels, de werkkorf van een hoogte
van 35 meter naar beneden gevallen. Van de acht
werklieden, die in den korf waren, werden drie
gedood. Het waren de 36-jarige Van Tienhoven uit
Apeldoorn, vader van vijf kinderen, T. van der
Trappe, 25 jaar, ongehuwd, uit Beekbergen, en de
27-jarige G. Pansier uit Tiel. Zwaar gewond wer
den Hoegendijkhof uit Apeldoorn, die een heen
fractuur en een ernstige hoofdwonde bekwam, en
J. Hek uit Harskamp. Licht gewond i| W. Hage-
man te Apeldoorn, terwijl de werkman Van Kom
meren uit Apeldoorn en Schut uit Harskamp onge
deerd bleven.
Moord.
Door de Amsterdamsche rechtbank werd tegen
J. W. van Putten, die bij een inval in een nacht
huis de politie-agent Draad doodschoot, 10 jaar ge
vangenisstraf geëischt.
Hoe polshorloges gestolen worden.
Tijdens de Derby-races arresteerde een Scotland-
\ard detective een man, die op verdachte wijze
rondscharrelde tusschen het publiek.
De man ging kalm mee, maar liet onderweg
naar een politie-posthuis een klein instrument op
den grond glijden. De detective zag het echter en
raapte het op. Op het politiebureau begreep men
niet, waartoe dit instrument diende. Het bestond
uit een plat en zeer dun stalen plaatje, waarop een
vlijmscherpe helft neerkwam.
De gearresteerde man deelde ten slotte mede.
dat het instrument diende om polshorloges te
stelen.
Wanneer de drager van zulk een horloge zijn
aandacht sterk op iets gevestigd heeft bij ren
nen en voetbalwedstrijden bijvoorbeeld schuift
de dief het stalen plaatje onder het riempje, waar
aan liet horloge bevestigd is, een knip, de schaar-
helft gaat door het leer heen alsof dit papier was.
het horloge valt op den grond en wórdt buitge
maakt.
Dit instrument kan echter alleen dienst doen
voor leeren riempjes en heet daarom onder de
broederschap der langvingers de „cheap watch-
getter".
De duurdere horloges, die aan gouden, zilveren
o: platina armbanden bevestigd zijn, worden door
oen ander instrument* dat „sparkler clipper" heet,
bewerkt, en dit instrument gaat even gemakkelijk
door het metaal als de „cheap watch-gletter" door
het leer!
zij omzichtig te werk en ik belandde veilig
op den grond. Het was een toer om mij stil
te houden, toen een paar stevige handen mijn
lijkkleed betastten de bimbashi, die na.ar
vuurwapenen zoekt ntaar ik slaagde; r
tooh in, totdat, toen de kist verder leeg blei
het deksel weer over mij werd dicht getihr-
merd.
Het ergste was voorbij. Na den dienst zou
liet uur der verlossing slaan. „Het is goed.
We zuilen nog enkele uren in uw huis blijven
om op te eten wat wij bij ons hebben, dan
gaan wij onzes weegs, kasja," zeide de ko
lonel.
Ik had nauwelijks tijd om het tot mjj te
laten doordringen, dat dit nog een paar uur
langer verblijf in mijn koude, nauwe gevan
genis beduidde, toen een man het gebouw
binnen trad en de Chaldeeërs en den officier
beleefd groette. „Gods vrede zij ook met u."
antwoordden de Chaldeeërs. „Wie ben jij?"
vroeg de officier.
„Effen', het is mijn zuster, die daar in de
kist ligt, ik ben de oudere broeder van de
vrouw van den Rayis hier. Ik werk op een
boerenhoeve, eenige mijlen ver weg, en mijn
baas, een hardvochtig man, heeft mij maar
tottot zonsondergang tijd gegeven om haar te
begraven. Laat de begrafenis dus beginnen,
zoodra als de morgengebeden zijn afgeloo
pen, kasja Sergius!"
„Best," zeide de bimbashi. „Ik heb nog
nooit zoo'n Chaldeeuwsche begrafenisplech
tigheid bijgewoond, en zal dan blijven toe
kijken, terwijl mijn mannen uitrusten."